06.09.2013 Views

Een drieluik over driehonderdvijftig jaar proeflokaal De Drie Fleschjes

Een drieluik over driehonderdvijftig jaar proeflokaal De Drie Fleschjes

Een drieluik over driehonderdvijftig jaar proeflokaal De Drie Fleschjes

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

34<br />

Vanaf het midden van de negentiende eeuw<br />

zijn er in heel Nederland likeurstokerijen die<br />

vooral voor de eigen regio produceren.<br />

Daaronder bevinden zich veel eenmansbedrijfjes<br />

of stokerijtjes met twee of drie man personeel.<br />

Amsterdam kent enkele grotere likeurstokerijen<br />

waar ook jenever wordt gefabriceerd en<br />

die zich ontwikkelen tot belangrijke exporteurs.<br />

Naast de bekende bedrijven van H.<br />

Bootz, de Erven Lucas Bols en Wynand Fockink<br />

noemen we de likeurstokerijen 't Schipblok van<br />

H.P. van Dijk in de Oude Hoogstraat, de firma<br />

Haages en Levert jr. in de Kerkstraat, <strong>De</strong><br />

Wildeman voorheen Levert & Co. op de<br />

Nieuwendijk en Van Zuylekom, Levert & Co. in<br />

de Westerstraat.<br />

Op een onstuimige avond in februari 1896<br />

stapt de heer N. van Harpen, hoofdredacteur<br />

van de Amsterdamsche Courant - 'het Geeltje'<br />

in de volksmond - <strong>proeflokaal</strong> <strong>De</strong> <strong>Drie</strong><br />

<strong>Fleschjes</strong> binnen en merkt daar een onooglijk<br />

mannetje op dat zich op gulzige wijze tegoed<br />

doet aan lauwe kwast en een zelf meegenomen<br />

boterham met komijnekaas. <strong>De</strong> hoofdredacteur<br />

wordt getroffen door de bekende verschijnselen<br />

van geeuwhonger in het derde stadium. Hij<br />

stuurt het mannetje naar Albert Greiner, hoffotograaf<br />

op de Nieuwendijk, om daar een foto te<br />

laten maken van zijn magere verschijning.<br />

"Kom dan naar mij", zo spreekt de hoofdredacteur,<br />

"opdat gij terugschrikt van uw eigen beeltenis.<br />

Opdat ik u dan in de gelegenheid stelle u<br />

te voeden en te laven, teneinde gij den omvang<br />

van een normalen mens bereikt!"<br />

Het vreemdsoortige mannetje antwoordt: "Ik<br />

dank u voor uw menslievendheid, meneer Van<br />

Harpen, ik heet Jantje van Leyden. Ik zal volgaarne<br />

uw raad opvolgen en van uw vriendelijk<br />

aanbod gebruik maken en als contra-beleefdheid<br />

beloof ik u een trouw verslag uit te brengen<br />

<strong>over</strong> alle Amsterdamse eet- en drinkgelegenheden,<br />

waar ik mij op uw kosten zal drenken<br />

en spijzigen."<br />

Zo verschijnt gedurende acht en twintig weken<br />

in de Amsterdamsche Courant het relaas <strong>over</strong><br />

het 'Eten en Drinken in Amsterdam'. <strong>De</strong> stukjes<br />

worden door familieleden van Jantje van<br />

Leyden geschreven, zodat Jantje zelf<br />

de eer te beurt valt naamgever te zijn<br />

van een bekend gezegde.<br />

Mr. J. Messchert van Vollenhoven<br />

Burgemeester 1858-1866.<br />

35

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!