HeerlijkHeden - Historische Vereniging Heemstede-Bennebroek
HeerlijkHeden - Historische Vereniging Heemstede-Bennebroek
HeerlijkHeden - Historische Vereniging Heemstede-Bennebroek
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
Een linnenblekerij buiten<br />
Haarlem. Naar Gerard van<br />
den Eeckhout (1621-1674)<br />
76 I <strong>HeerlijkHeden</strong><br />
de zeventiende eeuw onder meer schepen van <strong>Heemstede</strong> was. Daarnaast werd<br />
Wouter Dirkszn.van Bourgondiën tussen 1633 en 1656 diverse keren aangesteld<br />
als molenmeester van deVeenpolder. Deze polder stond onder toezicht van het<br />
Hoogheemraadschap Rijnland. Het dagelijkse bestuur van deVeenpolder 6 was<br />
in handen van molenmeesters (ook wel poldermeesters genoemd). Zij hielden<br />
onder andere de afwatering in de gaten, stelden jaarrekeningen op en adviseer<br />
den de dijkgraaf en hoogheemraden. Net als de Heemsteedse schepenen bleven<br />
molenmeesters slechts één jaar in functie. Het voorbeeld van Wouter Dirkszn.<br />
van Bourgondiën laat echter duidelijk zien dat het mogelijk was om meermaals<br />
tot molenmeester te worden benoemd.<br />
DeVeenpolder (opgeheven in 1983) lag op het grondgebied van zowel Heem<br />
stede als Haarlem, ruwweg tussen de huidige Leidsevaart en de Houtvaart. Haar<br />
lem en <strong>Heemstede</strong> waren dus allebei verantwoordelijk voor het beheer van de<br />
polder. Dat blijkt bijvoorbeeld uit de aanstelling van de molenmeesters. In het<br />
Archief van de Heerlijkheid <strong>Heemstede</strong> bevindt zich een lijst van de molenmees<br />
ters van deVeenpolder die begint in 1632 en die doorloopt tot in de achttiende<br />
eeuw 7 . In 1632 worden er in totaal vier molenmeesters vermeld: twee uit Haar<br />
lem en twee uit <strong>Heemstede</strong>.Vanaf 1633 ontbreken op de lijst de namen van de<br />
uit Haarlem afkomstige molenmeesters.Waarschijnlijk vond de samensteller van<br />
de lijst het toen niet meer nodig om deze namen te noteren. Hoewel de door<br />
mij geraadpleegde bronnen hier niets over melden, werden de uit <strong>Heemstede</strong><br />
afkomstige molenmeesters van deVeenpolder waarschijnlijk benoemd door de<br />
ambachtsheer van <strong>Heemstede</strong>.<br />
Gerrit Corneliszn. van Bourgondiën kwam niet uit een blekersfamilie.Wouter<br />
Dirkszn.van Bourgondiën was voor zover bekend landbouwer,terwijl Cornelis<br />
Wouterszn. van Bourgondiën (de vader van Gerrit) onder meer als herbergier<br />
zijn brood verdiende. In 1670 kocht Cornelis Wouterszn. van Bourgondiën<br />
voor 1800 gulden de neringrijke herberg'de Blauwe Engel' van Hendrik Corszn.<br />
Heemskerk 8 . Deze herberg was gelegen in de heerlijkheid <strong>Heemstede</strong> aan het<br />
voetpad 'in den Hout' (het bosgebied tussen Haarlem en <strong>Heemstede</strong>). Na het<br />
overlijden van Cornelis werd de herberg beheerd door zijn weduwe Cornelia<br />
Klaasdr. In de jaren negentig van de zeventiende eeuw wordt zij in de bronnen<br />
regelmatig vermeld als tapster in de Blauwe Engel 9 . Cornelia Klaasdr. werd bij<br />
het uitbaten van de herberg onder andere geholpen door één van haar schoon<br />
zoons. In 1695 was Jan Klaaszn. Pelms namelijk tapper in de Blauwe Engel. Hij<br />
was getrouwd met Adriaantje Cornelisdr. van Bourgondiën.Toen Cornelia in<br />
1697 overleed, nam haar zoon Jan Corneliszn. van Bourgondiën de herberg<br />
over 10 Jan Corneliszn. van Bourgondiën heeft zich net als zijn grootvader Wouter<br />
verdienstelijk gemaakt voor de<br />
Heemsteedse dorpsgemeen<br />
schap. Zo werd hij tussen 1695<br />
en 1705 verscheidene keren<br />
aangesteld als armmeester<br />
en als molenmeester van de<br />
Schouwbroekerpolder". Deze<br />
polder (bedijkt omstreeks 1623<br />
in opdracht van ambachts-