06.09.2013 Views

Milieubeleidsplan 2012 - Gemeente Essen

Milieubeleidsplan 2012 - Gemeente Essen

Milieubeleidsplan 2012 - Gemeente Essen

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

<strong>Milieubeleidsplan</strong><br />

planperiode <strong>2012</strong> - 2017


Inhoud<br />

2<br />

Inhoud 2<br />

Overzicht Figuren 4<br />

1. Inleiding 5<br />

A. <strong>Milieubeleidsplan</strong>ning: algemeen juridisch kader 5<br />

B. <strong>Milieubeleidsplan</strong>ning op verschillende niveaus 5<br />

B.1. Gewestelijk milieubeleidsplan 5<br />

B.2. Provinciaal milieubeleidsplan 5<br />

B.3. <strong>Gemeente</strong>lijk milieubeleidsplan 6<br />

Hoofdstuk 2: Situering en korte schets van de gemeente 9<br />

A. Administratieve situering van de gemeente <strong>Essen</strong> 9<br />

B. Waterwegen 10<br />

C. Landschap, natuur, bos en groen 10<br />

D. Industrie 11<br />

Hoofdstuk 3: Instrumentarium 12<br />

Algemene inleiding 12<br />

A. <strong>Gemeente</strong>lijke diensten 12<br />

B. Milieu Management Informatie Systeem 16<br />

C. <strong>Gemeente</strong>lijke adviesraad voor milieu en natuur 18<br />

D. Milieubarometer 19<br />

Hoofdstuk 4: Afval 22<br />

Algemene inleiding 22<br />

A. Afvalpreventie en hergebruik 22<br />

B. Selectieve inzameling en restafval 26<br />

C. Illegaal ontwijkgedrag 29<br />

Hoofdstuk 5: Milieuverantwoord productgebruik 32<br />

Algemene inleiding 32<br />

A. Implementatie binnen de eigen diensten 32<br />

B. Sensibilisatie 35<br />

Hoofdstuk 6: Water 37<br />

Algemene inleiding 37<br />

A. Pesticidenreductie 39<br />

B. Rationeel watergebruik 41<br />

C. Terugdringen van waterverontreiniging en -overlast 42<br />

D. Ecologische herstelprojecten 47<br />

Hoofdstuk 7: Hinder 48<br />

Algemene inleiding 48<br />

A. Behandelen van milieuhinderklachten 48<br />

B. Handhaving 50<br />

C. Systematisch overleg milieuhandhavende en milieuklachten behandelende diensten 53<br />

D. Sensibilisatie 54<br />

GEMEENTE <strong>Essen</strong>: milieubeleidsplan <strong>2012</strong> - 2017


3<br />

Hoofdstuk 8: Energie 55<br />

Algemene inleiding 55<br />

A. REG in gemeentegebouwen 55<br />

B. Hernieuwbare energie 58<br />

C. Energie-efficiëntie in het aankoopbeleid 60<br />

D. Implementatie van de energieprestatieregelgeving 60<br />

E. Sensibilisatie rationeel energiegebruik 61<br />

Hoofdstuk 9: Mobiliteit 63<br />

Algemene inleiding 63<br />

A. Milieuvriendelijke voertuigen 63<br />

B. Bedrijfsvervoersplan 65<br />

C. Milieu in het mobiliteitsplan 66<br />

D. Herwaarderen van trage wegen 67<br />

E. Sensibilisatie 68<br />

Hoofdstuk 10: Natuur, bos, landschap en groen 70<br />

Algemene inleiding 70<br />

A. Natuur 70<br />

B. Bos 74<br />

C. Landschap 76<br />

D. Groen 80<br />

Hoofdstuk 11: Bodem 84<br />

Algemene inleiding 84<br />

A. <strong>Essen</strong> en het Vlaamse bodembeleid 84<br />

B. Register van verontreinigde gronden 86<br />

C. Stookolietanks 89<br />

Hoofdstuk 12: Duurzame ontwikkeling 92<br />

Algemene inleiding 92<br />

A. Duurzaam bouwen en wonen 92<br />

B. Maatschappelijk verantwoord ondernemen 94<br />

C. Duurzame ontwikkeling in een Noord-Zuidcontext 95<br />

D. Sensibilisatie 97<br />

Bijlage 1: Samenvattende actielijst 99<br />

Bijlage 2: Gebruikte afkortingen 109<br />

GEMEENTE <strong>Essen</strong>: milieubeleidsplan <strong>2012</strong> - 2017


Overzicht figuren<br />

4<br />

Figuur 1: Ligging van de gemeente <strong>Essen</strong> 9<br />

Figuur 2: Bodemgebruik volgens het gewestplan 10<br />

Figuur 3 : Snoeiwerken groendienst 14<br />

Figuur 4: Organigram Technische diensten - milieudienst 15<br />

Figuur 5: De Ladder van Lansink 22<br />

Figuur 6: De grafiek geeft het restafvalcijfer per inwoner per jaar 28<br />

Figuur 7: Zwerfvuilactie scholen 30<br />

Figuur 8: (H)eerlijke Biobrunch 33<br />

Figuur 9: Waterlopen van <strong>Essen</strong> 38<br />

Figuur 10: De kwaliteit van het oppervlaktewater aan de hand van de Prati-index. De Prati-index is<br />

een maat voor de kwaliteit van de zuurstofhuishouding in het oppevlaktewater. 43<br />

Figuur 11: De kwaliteit van de waterbodem aan de hand van de Triade Klasse Beoordeling. 44<br />

Figuur 12: Kleine Aa - Steenpaal 45<br />

Figuur 13: Trias Energetica - driestappenplan om stap voor stap klimaatneutraal te worden. 55<br />

Figuur 14: zonnepanelen 59<br />

Figuur 15: Het STOP principe: de nieuwe manier om met mobiliteit om te gaan. 63<br />

Figuur 16: Animatie op autovrije zondag 69<br />

Figuur 17: Bospad Wildertse Duintjes 71<br />

Figuur 18: Punt- en lijnrelicten in de gemeente <strong>Essen</strong> 79<br />

Figuur 19: Overzichtskaart met plaatsen in <strong>Essen</strong> en omgeving waar reeds een oriënterend<br />

bodemonderzoek is uitgevoerd. 87<br />

Figuur 20: Overzichtskaart met plaatsen in <strong>Essen</strong> en omgeving waar reeds een beschrijvend<br />

bodemonderzoek is uitgevoerd. 87<br />

Figuur 21: Overzichtskaart met plaatsen in <strong>Essen</strong> en omgeving waar reeds een bodemsanering<br />

werd uitgevoerd. 88<br />

Figuur 22: Overzichtskaart met plaatsen in <strong>Essen</strong> en omgeving waarvoor een eindverklaring van<br />

de sanering werd afgeleverd. 88<br />

Figuur 23: Tankslag 90<br />

Figuur 24: De triple-P benadering 94<br />

Figuur 25: Stedenband Witzenberg Zuid-Afrika 96<br />

GEMEENTE <strong>Essen</strong>: milieubeleidsplan <strong>2012</strong> - 2017


1. Inleiding<br />

A. <strong>Milieubeleidsplan</strong>ning: algemeen juridisch kader<br />

Het decreet van 5 april 1995 houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid (DABM)<br />

geeft inhoud aan de milieubeleidsplanning op drie verschillende niveaus : Vlaams,<br />

provinciaal en gemeentelijk.<br />

5<br />

Volgens dit decreet en haar uitvoeringsbesluiten is milieubeleidsplanning enkel verplicht voor<br />

het Vlaamse Gewest.<br />

Omdat milieubeleidsplanning pas zin heeft wanneer dit op meerdere niveaus gebeurt,<br />

worden de provinciale en lokale overheden wel aangemoedigd ook aan milieubeleidsplanning<br />

te doen in het kader van het provinciaal en gemeentelijk convenant. Convenanten<br />

zijn vrijwillige overeenkomsten met wederzijdse verplichtingen voor de betrokken partijen.<br />

Men spreekt soms ook over samenwerkingsovereenkomsten.<br />

B. <strong>Milieubeleidsplan</strong>ning op verschillende niveaus<br />

B.1. Gewestelijk milieubeleidsplan<br />

Het Decreet Algemene Bepalingen Milieubeleid (DABM) bepaalt dat de Vlaamse overheid<br />

om de vijf jaar een milieubeleidsplan moet opstellen. Sinds januari 2011 is het nieuwe<br />

Vlaamse milieubeleidsplan, MINA-plan 4, van kracht. Dit milieubeleidsplan bepaalt de<br />

hoofdlijnen van het milieubeleid van het Vlaamse Gewest en van de lokale besturen voor de<br />

volgende 5 jaar. Het omvat naast kortetermijn- ook langetermijndoelstellingen met concrete<br />

maatregelen om de beoogde resultaten te bereiken.<br />

De bepalingen van het gewestelijk milieubeleidsplan zijn indicatief, met uitzondering van de<br />

bepalingen van het actieplan die door de Vlaamse regering als bindend zijn aangeduid.<br />

Het bindend karakter van de doelstellingen betekent concreet dat deze plandoelstellingen de<br />

richting aangeven van het milieubeleid dat door de provincie of gemeente wordt gevoerd,<br />

maar dat de Vlaamse overheid moet instaan voor de vertaling van de vooropgestelde<br />

doelstellingen naar uitvoeringsinstrumenten zoals wetgeving.<br />

Voor de uitvoering van het gewestelijk milieubeleidsplan wordt er jaarlijks een<br />

milieujaarprogramma opgesteld door de Vlaamse regering. Dit milieujaarprogramma geeft<br />

aan welk deel van het milieubeleidsplan jaarlijks wordt uitgevoerd en bevat eventueel het<br />

financieel plan dat bij het jaarlijkse begrotingsvoorstel van de regering wordt gevoegd.<br />

B.2. Provinciaal milieubeleidsplan<br />

Het provinciaal milieubeleidsplan geeft op het niveau van de provincie verdere uitwerking<br />

aan het gewestelijk milieubeleidsplan. Het provinciaal milieubeleidsplan vult het gewestelijk<br />

milieubeleidsplan verder aan, binnen de beperkingen van de provinciale bevoegdheden. Het<br />

provinciaal milieubeleidsplan mag niet afwijken van de bindende bepalingen van het<br />

gewestelijk milieubeleidsplan.<br />

De bepalingen van het provinciaal milieubeleidsplan zijn indicatief, behoudens de bepalingen<br />

van het actieplan die door de provincieraad als bindend zijn aangeduid.<br />

Deze bepalingen zijn bindend voor de gewestelijke overheid zelf, maar ook voor de<br />

provincies en gemeenten op haar grondgebied.<br />

De provincie Antwerpen heeft haar provinciaal milieubeleidsplan 2008-<strong>2012</strong> goedgekeurd op<br />

18 december 2008.<br />

GEMEENTE <strong>Essen</strong>: milieubeleidsplan <strong>2012</strong> - 2017


B.3. <strong>Gemeente</strong>lijk milieubeleidsplan<br />

De gemeenten zijn sinds 2006 niet meer verplicht om over een gemeentelijk milieubeleidsplan<br />

(GMBP) te beschikken.<br />

6<br />

Bij het van kracht worden van een nieuw provinciaal of gewestelijk milieubeleidsplan kan het<br />

bestaande gemeentelijk milieubeleidsplan herzien worden. De bepalingen van het bestaande<br />

gemeentelijk milieubeleidsplan die niet conform de bindende bepalingen van een nieuw<br />

gewestelijk of provinciaal milieubeleidsplan zijn, verliezen van rechtswege hun geldigheid.<br />

Het vorige milieubeleidsplan van de gemeente <strong>Essen</strong> liep van 2005 tot 2009. Dit plan werd<br />

verlengd tot eind 2011 tenzij dit nieuwe plan eerder goedgekeurd wordt. Op deze manier kon<br />

de gemeente <strong>Essen</strong> het nieuwe gemeentelijke milieubeleidsplan aftoetsen aan het nieuwe<br />

Vlaamse milieubeleidsplan 2011 - 2015.<br />

a. Convenanten/Samenwerkingsovereenkomst<br />

Om het gemeentelijk milieubeleid vanuit de Vlaamse overheid te ondersteunen, werd in de<br />

loop van 1991 aan de gemeenten het eerste gemeentelijk milieuconvenant voorgelegd dat<br />

een looptijd had van 1991 tot en met 1996. De huidige samenwerkingsovereenkomst 2008 –<br />

2013 is al de zesde overeenkomst in rij. De Samenwerkingsovereenkomst is een vrijwillige<br />

overeenkomst die een gemeente of provincie afsluit met de Vlaamse Overheid op vlak van<br />

milieu. In ruil voor het uitvoeren van een aantal acties krijgt ze financiële en inhoudelijke<br />

ondersteuning van de Vlaamse Overheid. De gemeente of provincie kan zelf kiezen welk<br />

ambitieniveau ze wenst te behalen: het basis- of het onderscheidingsniveau. Hiernaast<br />

bestaat de mogelijkheid een aantal milieu- of natuurgerelateerde projecten uit te voeren.<br />

De gemeente <strong>Essen</strong> heeft van in het begin ingetekend op de samenwerkingsovereenkomst.<br />

Sindsdien werkt de gemeente op een meer planmatige manier rond milieu.<br />

De samenwerkingsovereenkomst stimuleerde immers van in het begin de opmaak van<br />

gemeentelijke milieubeleidsplannen. De gemeente <strong>Essen</strong> maakte een eerste milieubeleidsplan<br />

op voor de periode 2000 – 2004.<br />

Het tweede milieubeleidsplan 2005 – 2009 werd door de gemeenteraad verlengd tot eind<br />

2011 tenzij dit nieuwe milieubeleidsplan eerder wordt goedgekeurd. Dit milieubeleidsplan is<br />

bijgevolg het vierde milieubeleidsplan van de gemeente en dekt de planperiode <strong>2012</strong> – 2017.<br />

De opmaak van het milieubeleidsplan wordt via de samenwerkingsovereenkomst<br />

gestimuleerd. De jaarlijkse rapportering over de samenwerkingsovereenkomst gebeurt via<br />

het milieujaarprogramma. De beoordeling gebeurt in 1 ronde met eventueel een aanvullend<br />

terreinbezoek en/of schriftelijke opvraag van bijkomende informatie.<br />

b. Het decreet van 5.04.1995 houdende algemene bepalingen inzake<br />

milieubeleid en haar uitvoeringsbesluiten<br />

Het gemeentelijk milieubeleidsplan geeft op niveau van de gemeente verdere uitwerking aan<br />

het gewestelijk milieubeleidsplan en aan het provinciaal milieubeleidsplan. Binnen de perken<br />

van haar bevoegdheden kan het gemeentelijk milieubeleidsplan deze plannen ook aanvullen.<br />

Het mag er niet strijdig mee zijn.<br />

De bepalingen van het gemeentelijk milieubeleidsplan zijn indicatief, met uitzondering van de<br />

bepalingen van het actieplan die door de gemeenteraad als bindend zijn aangeduid.<br />

Deze bepalingen zijn bindend voor de gemeente en voor de instellingen die eronder<br />

ressorteren.<br />

Het decreet van 5 april 1995 voorziet de opmaak van een actieplan als onderdeel van het<br />

gemeentelijk milieubeleidsplan en bepaalt de procedure tot opmaak van het gemeentelijk<br />

milieubeleidsplan.<br />

GEMEENTE <strong>Essen</strong>: milieubeleidsplan <strong>2012</strong> - 2017


7<br />

Actieplan<br />

Het gemeentelijk milieubeleidsplan omvat een actieplan dat minstens uit het volgende<br />

bestaat :<br />

- de beoogde kwaliteit van de verschillende onderdelen van het milieu<br />

(milieukwaliteitsnormen) en de termijnen waarbinnen ze moeten worden bereikt;<br />

- de gebieden waarin de kwaliteit van het milieu, of van één of meer onderdelen daarvan,<br />

bijzondere beschermings- of beheersmaatregelen nodig heeft;<br />

- de daartoe vereiste beperking van milieubelasting, sanering of herstel van het milieu;<br />

- de maatregelen die worden vooropgesteld om deze doelstellingen te bereiken, en ook de<br />

prioriteiten die daarbij gelden.<br />

Concreet betekent dit dat de gemeente in het plan moet schrijven wat ze wil bereiken<br />

(doelstellingen), op welke plaatsen, en hoe dit moet gebeuren.<br />

De gemeenteraad kan bepalingen van het actieplan bindend verklaren, de overige<br />

bepalingen zijn indicatief.<br />

Procedure<br />

De procedure voor de opmaak van het gemeentelijk milieubeleidsplan is nauwkeurig<br />

omschreven in het decreet.<br />

1. Het college van burgemeester en schepenen stelt een ontwerpplan op, waarbij reeds de<br />

meest belanghebbende overheidsorganen, instellingen en privaatrechtelijke organisaties<br />

worden betrokken.<br />

2. Na de vaststelling van het ontwerpplan door het schepencollege wordt het openbaar<br />

onderzoek voorbereid en de aanvangsdatum bepaald. Het openbaar onderzoek duurt<br />

zestig dagen.<br />

3. Na de vaststelling van het ontwerpplan en voor de opening van het openbaar onderzoek<br />

wordt het ontwerpplan bekendgemaakt en meegedeeld. De bekendmaking gebeurt door<br />

aanplakking en aankondiging in minimum twee dag- en/of weekbladen waarvan één met<br />

regionaal karakter.<br />

Het ontwerpplan wordt meegedeeld aan de Vlaamse regering, de gemeenteraadsleden,<br />

de administraties vertegenwoordigd in de provinciale milieuvergunningcommissie, de<br />

bestendige deputatie van de provincieraad en de door het schepencollege aangeduide<br />

adviesorganen of organisaties.<br />

4. Tijdens het openbaar onderzoek kunnen schriftelijke opmerkingen worden bezorgd aan<br />

het college van burgemeester en schepenen.<br />

Tijdens het openbaar onderzoek brengen de in punt 3 bedoelde instellingen, organen of<br />

organisaties een gemotiveerd advies uit.<br />

De bestendige deputatie onderzoekt het ontwerpplan in het bijzonder op haar<br />

verenigbaarheid met het gewestelijk en provinciaal milieubeleidsplan. Daarnaast waakt<br />

ze over de coördinatie van de diverse gemeentelijke milieubeleidsplannen in de<br />

provincie.<br />

5. Binnen zestig dagen na het verstrijken van de inzageperiode (d.w.z. 120 dagen na de<br />

opening van het openbaar onderzoek) onderzoekt de gemeenteraad de ingediende<br />

adviezen en opmerkingen en stelt zij het plan vast in een gemotiveerd besluit, waarin ze<br />

in het algemeen vermeldt wat ze omtrent deze adviezen en opmerkingen heeft<br />

overwogen.<br />

6. Na de vaststelling van het plan wordt het in twee exemplaren ter kennis gebracht van de<br />

in punt 3 bedoelde instanties. Het plan wordt ter inzage gelegd in de gemeente. Het<br />

wordt bekendgemaakt door aanplakking.<br />

GEMEENTE <strong>Essen</strong>: milieubeleidsplan <strong>2012</strong> - 2017


7. De bestendige deputatie kan binnen drie maanden nadat het plan ter kennis werd<br />

gebracht, de bepalingen van het plan die in strijd zijn met de bindende bepalingen van<br />

het gewestelijk of provinciaal milieubeleidsplan vernietigen.<br />

8<br />

Opbouw plan<br />

In dit milieubeleidsplan werd geopteerd voor de thematische structuur van de<br />

samenwerkingsovereenkomst. Achtereenvolgens komen de volgende thema’s aan bod:<br />

instrumentarium, afval, milieuverantwoord productgebruik, water, hinder, energie, mobiliteit,<br />

natuur, bodem en duurzame ontwikkeling.<br />

Binnen elke opdeling die in dit plan aan bod komt, wordt eerst een algemene inleiding van<br />

het onderwerp gegeven.<br />

Daarna komt de actuele toestand aan bod waarbij de meest recente gegevens worden<br />

verwerkt.<br />

De actuele toestand wordt gevolgd door een algemene visie over het onderwerp.<br />

Het is immers de bedoeling in dit milieubeleidsplan per onderwerp een visie te bepalen die<br />

het gemeentelijk milieubeleid de volgende jaren zal sturen.<br />

Vervolgens worden de knelpunten geformuleerd en aan deze knelpunten worden acties<br />

verbonden.<br />

In dit milieubeleidsplan worden niet alle acties opgesomd die de gemeente de komende<br />

jaren zal realiseren. Het is immers de bedoeling dat, op basis van de visie uit het<br />

milieubeleidsplan, de acties jaarlijks, via het milieujaarprogramma, verder worden<br />

geconcretiseerd.<br />

In het milieujaarprogramma wordt ook de uitvoering van de acties beschreven via de<br />

rapportering en wordt de visie verder uitgewerkt en geactualiseerd.<br />

GEMEENTE <strong>Essen</strong>: milieubeleidsplan <strong>2012</strong> - 2017


Hoofdstuk 2: Situering en korte schets van de<br />

gemeente<br />

A. Administratieve situering van de gemeente <strong>Essen</strong><br />

<strong>Essen</strong> is gelegen in het uiterste noorden van de provincie Antwerpen op 30 km van<br />

Antwerpen en 8 km van het Nederlandse Roosendaal. De grensgemeente wordt in het<br />

noorden, oosten en westen begrensd door Nederland, in het zuiden door de gemeente<br />

Kalmthout. De scheiding is louter administratief want <strong>Essen</strong> heeft landschappelijke en<br />

historische bindingen met de Nederlandse (buur)gemeenten Huybergen, Wouw,<br />

Roosendaal, Nispen, Rucphen en Zundert.<br />

<strong>Essen</strong> maakt deel uit van het arrondissement Antwerpen. Landschappelijk en fysischgeografisch<br />

behoort <strong>Essen</strong> tot de Noorderkempen.<br />

9<br />

De gemeente <strong>Essen</strong> omvat 6 wijken: Centrum, Statie, Heikant, Horendonk, Hoek en Wildert.<br />

Figuur 1: Ligging van de gemeente <strong>Essen</strong><br />

De gemeente heeft een totale oppervlakte van 47,50 km² en 17.624 inwoners.<br />

Dit geeft een bevolkingsdichtheid van 371,01 inwoners per km 2 en een leefruimte van<br />

2.694,69 m²/inwoner.<br />

Figuur 2 geeft per bestemmingstype van het gewestplan aan hoeveel procent van het<br />

grondgebied <strong>Essen</strong> voor het bestemmingstype is voorbehouden. 66% van de gemeente is<br />

agrarisch gebied. 9% is voorbehouden voor natuurgebied. 1 % is parkgebied en 1 %<br />

bosgebied.<br />

GEMEENTE <strong>Essen</strong>: milieubeleidsplan <strong>2012</strong> - 2017


10<br />

Figuur 2: bodemgebruik volgens het gewestplan<br />

B. Waterwegen<br />

<strong>Essen</strong> ligt op het scheidingsplateau tussen het Schelde- en het Maasbekken. Ten oosten<br />

van het plateau stroomt de Kleine Aa (36 km lang) van Kalmthout tot Volkerak (Maasvallei)<br />

en de Roosendaalse vaart. Ten westen van het plateau stroomt de Spillebeek langs de<br />

Zoom naar Bergen op Zoom.<br />

Op gemeentelijk niveau zijn de ondiepe en brede dalen van de Spillebeek en de Kleine Aa<br />

van belang.<br />

C. Landschap, natuur, bos en groen<br />

<strong>Essen</strong> heeft nog een uitgestrekt landgoed, dennenbossen, akkers en velden. Er zijn ook<br />

bijna 1.000 weekendverblijven gevestigd. Het zuidwestelijk deel van de gemeente sluit aan<br />

op het natuurgebied Kalmthoutse Heide. Het is een Ramsargebied (waterrijk gebied van<br />

internationale betekenis voor watervogels) en vogelrichtlijngebied (zone voor te beschermen<br />

vogelsoorten en geregeld voorkomende trekvogels).<br />

De groene grensgemeenten Kalmthout en <strong>Essen</strong> hebben veel recreatieve mogelijkheden. Er<br />

zijn meerdere wandel- en fietsroutes en er zijn verschillende musea terug te vinden in het<br />

gebied.<br />

De Wildertse Duintjes (40 ha, maakt deel uit van een grotere boszone die deels verkaveld is<br />

als weekendzone) en de gemeentebossen van Horendonk-<strong>Essen</strong>duinen (110 ha, het<br />

zuidelijk deel is eveneens verkaveld als weekendzone) zijn de belangrijkste natuurgebieden<br />

op het gemeentelijk grondgebied.<br />

Er is een toename in permanent wonen in de weekendzone waarneembaar. Het aantal<br />

percelen in de weekendzone neemt echter niet toe. Verdere uitbreiding van de verschillende<br />

zones werd ingevuld in het kader van het gemeentelijk structuurplan, dat in 2006 werd<br />

goedgekeurd.<br />

De agrarische bedrijvigheid is geëvolueerd naar een gespecialiseerde veeteeltbedrijven. Dit<br />

is zichtbaar in de uitgesproken dominantie van weiden in de ontveende beekdalen.<br />

GEMEENTE <strong>Essen</strong>: milieubeleidsplan <strong>2012</strong> - 2017


11<br />

D. Industrie<br />

<strong>Essen</strong> bezit een industrieterrein gelegen aan de Nieuwmoersesteenweg en enkele kleinere<br />

bedrijventerreinen langs Spijker en de Steenhovenstraat.<br />

Vandaag de dag breiden industriezones binnen de bestaande begrenzing zich nog steeds<br />

uit.<br />

GEMEENTE <strong>Essen</strong>: milieubeleidsplan <strong>2012</strong> - 2017


12<br />

Hoofdstuk 3: Instrumentarium<br />

Algemene inleiding<br />

De gemeente ontwikkelt de nodige instrumenten voor het uitvoeren van een duurzaam,<br />

lokaal milieubeleid. Aandachtspunten hierbij zijn de organisatie van de gemeentelijke<br />

diensten, handhaving, inspraak en de ontwikkeling van een Milieu Management Informatie<br />

Systeem. Verder wordt ook het planmatig werken gestimuleerd.<br />

A. <strong>Gemeente</strong>lijke diensten<br />

a. Inleiding<br />

De gemeente wil haar diensten zo organiseren dat ze haar taken zo efficiënt mogelijk kan<br />

uitvoeren.<br />

b. Stand van zaken<br />

De milieudienst maakt deel uit van de afdeling Technische diensten. Hiertoe behoren ook de<br />

dienst Openbare infrastructuur en de dienst Ruimtelijke ordening en Wonen.<br />

De milieudienst staat onder leiding van de milieuambtenaar en bestaat uit:<br />

Functie # VTE bezig met gemeentelijk<br />

milieubeleid<br />

Milieuambtenaar 1 Statutair<br />

Duurzaamheidsambtenaar 1 Statutair<br />

Adm. Medewerker 0,8 Statutair<br />

Adm. Medewerker (vanaf<br />

najaar 2011)<br />

1 Contractueel<br />

Begraafplaatsbeheerder 0.8 Statutair<br />

Containerpark 4 1 Statutair, 4<br />

Contractueel<br />

Groendienst 14<br />

Begraafplaatsen 2 Statutair<br />

Bij de milieudienst is ook het containerpark ondergebracht en sinds eind 2009 ook de<br />

groendienst en het begraafplaatsbeheer (zie figuur 3).<br />

De duurzaamheidsambtenaar kwam pas op 1 september 2009 in dienst. De<br />

duurzaamheidsambtenaar heeft volgend takenpakket:<br />

ervoor zorgen dat de principes die met duurzame ontwikkeling te maken hebben,<br />

voldoende worden geïmplementeerd in het gemeentelijke milieubeleid<br />

oog hebben voor integratie tussen de verschillende onderdelen van deze overeenkomst<br />

en tussen de diverse beleidsdomeinen<br />

het nodige overleg opstarten en opvolgen tussen verschillende diensten<br />

het aanspreekpunt zijn binnen de gemeente met betrekking tot duurzaam lokaal<br />

milieubeleid<br />

instaan voor communicatie, informatie, sensibilisatie en educatie m.b.t. deze<br />

overeenkomst en duurzame ontwikkeling<br />

het actieplan opvolgen voor de realisatie van een intern milieuzorgsysteem, onder meer<br />

met betrekking tot het gemeentelijk energiebeleid<br />

het coördineren en organiseren van acties om te voldoen aan de samenwerkingsovereenkomst,<br />

zolang de gemeente hierop intekent<br />

GEMEENTE <strong>Essen</strong>: milieubeleidsplan <strong>2012</strong> - 2017


13<br />

advies uitbrengen over grote gemeentelijke (bouw)projecten.<br />

De milieudienst staat in voor een omvangrijk takenpakket. De belangrijkste taken zijn (nietlimitatieve<br />

lijst):<br />

organisatie van het containerpark<br />

organisatie van de groendienst en begraafplaatsbeheer<br />

invulling geven aan de doelstellingen van de samenwerkingsovereenkomst milieu<br />

opmaak van het milieujaarprogramma<br />

opmaak van de begroting en begrotingsvoorstellen<br />

milieu- en natuurklachtenbehandeling<br />

vergunningenbeleid:<br />

de adviezen en volledige afhandeling van vergunningsaanvragen met betrekking tot:<br />

Vlaremdossiers, natuurvergunningsaanvragen, vuurwerk, vergunningen voor eetwaren<br />

opvolgingen van de gemeentelijke vergunningen: zwembad, containerpark, …<br />

milieuvergunningendatabank<br />

vlaremtoezicht<br />

selectieve inzameling van afval:<br />

verkoop van restafvalzakken, GFT-stickers, PMD-zakken, compostvaten en -bakken,…<br />

uitbaten containerpark<br />

invullen jaarlijkse afvalstoffenenquête<br />

campagnes rond natuur-, milieu- en duurzaamheidsthema’s:<br />

communicatie van het lokale milieubeleid aan de gemeentelijke diensten, de bevolking<br />

en andere doelgroepen<br />

organiseren van bijzondere acties: haagplantacties, zwerfvuilacties, ….<br />

ondersteunen van initiatieven van natuurverenigingen, wildbeheereenheid, scholen en<br />

verenigingen, jeugdraad (aanplanten Geboortebos ‘Patersboske’ en Roefel (dag van<br />

het kind)), …<br />

bomenadvies op openbaar domein<br />

beheer van de gemeentebossen en -domeinen<br />

parkbeheer<br />

secretariaat van de MiNa-Raad, commissie Milieu, commissie voor de vaststelling van<br />

schade aan teelten<br />

aanvragen voor duurzaamheidspremie<br />

aanvragen i.v.m. de vrijstelling of vermindering van afvalwaterheffing<br />

verdeling van rattenvergif<br />

registreren slachtingen en afleveren van slachtbewijzen<br />

organiseren landbouw- en groentetelling<br />

afleveren attesten aankoop vuurwerk<br />

sluikstort<br />

bodemonderzoeken<br />

composteren, begeleiden compostmeesters, begeleiden demonstratieplaats, …<br />

opvolgen Plattelandsontwikkeling – LEADERprojecten<br />

uitvoeren pesticidenreductieprogramma<br />

interne milieuzorg<br />

energieboekhouding gemeentelijke gebouwen<br />

nazicht facturatie<br />

De groendienst staat onder meer in voor de uitvoering van:<br />

aanplantingen langs wegen en de ruilverkavelingwegen<br />

onderhoud van openbaar groen langs wegen, op pleinen, parken en plantsoenen<br />

veegwerken langs wegen, pleinen, enz.<br />

aanplanten en onderhoud van seizoensbeplanting<br />

opruimen van sluikstorten<br />

opkuisen zwerfvuil (ook langs landbouwwegen)<br />

leegmaken vuilbakjes<br />

GEMEENTE <strong>Essen</strong>: milieubeleidsplan <strong>2012</strong> - 2017


weekenddienst voor het leveren van feestmaterialen, plaatsen van nadarbarelen,<br />

verkeersborden, enz.<br />

sneeuwruimen en ijzelbestrijding<br />

14<br />

Figuur 3 : snoeiwerken groendienst<br />

De dienst begraafplaatsbeheer heeft o.a. volgende taken:<br />

onderhoud van de begraafplaatsen<br />

het grafdelven<br />

herinrichten van de kerkhoven naar parkbegraafplaatsen<br />

administratie begraafplaatsen<br />

De dienst ruimtelijke ordening en wonen staat in voor:<br />

de stedenbouwkundige vergunningen voor het rooien van bomen, ontbossingen, afbraak<br />

van gebouwen<br />

het doorsturen van gegevens naar de energieprestatiedatabank<br />

het controleren van de bouwaanvragen op de toepassing van de watertoets<br />

De dienst openbare werken zorgt voor:<br />

de opmaak van bestekken voor bermbeheer, ruimen van grachten 3 de categorie, enz.<br />

alsook de opvolging ervan<br />

eerstelijnszorg bij klachten i.v.m. riolering (het ruimen van de baangrachten en<br />

rioleringsbeheer is sinds 1 januari 2009 overgedragen aan INFRAX)<br />

GEMEENTE <strong>Essen</strong>: milieubeleidsplan <strong>2012</strong> - 2017


Openbare<br />

infrastructuur<br />

Containerpark<br />

4 VTE<br />

15<br />

Technische diensten<br />

Milieudienst<br />

1 VTE milieuambtenaar, 1 VTE<br />

duurzaamheidsambtenaar, 1,8<br />

VTE administratieve<br />

medewerkers, 0.8 VTE<br />

begraafplaatsbeheerder<br />

Groendienst<br />

14 VTE<br />

Figuur 4: organigram Technische diensten - milieudienst<br />

Voor een aantal taken wordt beroep gedaan op intergemeentelijke medewerkers.<br />

De gemeente <strong>Essen</strong> is aangesloten bij de milieudienst van IGEAN milieu & veiligheid. Zij<br />

zorgt onder meer voor:<br />

juridisch-technische ondersteuning inzake milieu en natuur<br />

juridische ondersteuning in verband met de handhaving van de milieuwetgeving<br />

toelichting aan de gemeentelijke MiNa-Raad<br />

begeleiden bij de opmaak van het gemeentelijk milieubeleidsplan<br />

organisatie van de selectieve afvalinzameling<br />

inzamelen van diverse afvalfracties op het containerpark<br />

asbestmetingen op het containerpark<br />

cursussen voor het containerparkpersoneel inzake omgang met afvalfracties,<br />

veiligheidinstructies en dergelijke meer<br />

cursussen voor nieuwe compostmeesters, vervolmakingcursussen<br />

cursus voor het personeel van de groendienst, bijvoorbeeld rond veiligheid<br />

Het provinciebestuur en de gemeente <strong>Essen</strong> hebben een samenwerkingsovereenkomst<br />

afgesloten, waardoor de gemeente kan rekenen op een ondersteuning bij het milieu- en<br />

natuurbeleid. Het Provinciaal Instituut voor Hygiëne vervult hierbij een scharnierfunctie<br />

tussen de gemeentelijke milieudienst en de milieu- en natuurcel van de provincie waar<br />

diverse milieudeskundigen ondersteuning geven.<br />

De milieudienst spreekt haar gemeentelijke communicatiekanalen aan om zowel de inwoners<br />

als het eigen personeel te sensibiliseren en op de hoogte te brengen van haar activiteiten.<br />

De gemeentelijke communicatiekanalen bestaan uit de website, de digitale nieuwsbrief,<br />

persberichten, het gemeentelijk informatieblad (maandelijks), buurtinformatiebrieven,<br />

personeelsblad, enz.<br />

GEMEENTE <strong>Essen</strong>: milieubeleidsplan <strong>2012</strong> - 2017<br />

Ruimtelijke<br />

Ordening en Wonen<br />

Begraafplaats-<br />

Beheer<br />

2 VTE


c. Visie<br />

De gemeente <strong>Essen</strong> wenst de werking van de gemeentelijke diensten blijvend te<br />

optimaliseren.<br />

16<br />

d. Knelpunten<br />

1. De milieudienst wordt belast met steeds meer en steeds complexere taken.<br />

De milieudienst beschikt niet altijd over voldoende middelen en personeel om deze<br />

taken uit te voeren.<br />

2. Bepaalde milieuonderwerpen evolueren snel. De milieudienst moet bijgevolg haar<br />

personeel regelmatig (laten) bijscholen.<br />

3. Duurzame ontwikkeling heeft betrekking op vele domeinen maar vele diensten<br />

hebben nog niet de reflex om beslissingen te toetsen aan de criteria van duurzame<br />

ontwikkeling.<br />

e. Acties<br />

De gemeente zal:<br />

1. blijven middelen vrijmaken voor de bijscholing van al het personeel.<br />

2. . voor een aantal taken beroep doen op IGEAN milieu & veiligheid en andere externe<br />

samenwerkingsverbanden om op deze manier over een grotere kennis te<br />

beschikken.<br />

3. . meer middelen ter beschikking stellen ter ondersteuning van de milieudienst.<br />

Bijvoorbeeld: digitale agendaplanner, dienstwagen, …<br />

4. bij de aanvang van de volgende legislatuur een voldoende uitgebreid luik milieu en<br />

natuur opnemen in de strategische meerjarenplanning en in de beleidsnota.<br />

B. Milieu Management Informatie Systeem<br />

a. Inleiding<br />

Het Vlaamse Gewest gebruikt voor het beheer en het ter beschikking stellen van milieuinformatie<br />

een Milieu Management Informatie systeem (MMIS).<br />

Via dit MMIS worden alle beschikbare en relevante milieugegevens van alle<br />

milieuoverheidsinstellingen via internet raadpleegbaar gesteld.<br />

Het MMIS bestaat uit volgende databanken waaraan de gemeente een bijdrage moet<br />

leveren:<br />

Inventaris van de gebruikte hoeveelheid bestrijdingsmiddelen in het kader van het<br />

pesticidenreductieprogramma: via deze inventaris rapporteren de gemeenten jaarlijks<br />

over de door hen gebruikte bestrijdingsmiddelen.<br />

Het Milieuklachten, - registratie, en -opvolgingssysteem (MKROS): deze databank wordt<br />

door verschillende klachtenbehandelende diensten gebruikt voor de registratie, opvolging<br />

en analyse van milieuhinderklachten.<br />

Energieprestatiedatabank: deze databank zorgt ervoor dat een aantal procedures binnen<br />

de energieprestatieregelgeving geautomatiseerd worden.<br />

Inventaris risicogronden: de gemeente stelt een gemeentelijke inventaris op van de<br />

risicogronden en wisselt deze uit met de OVAM. Zo kent de OVAM de gronden waar er<br />

eventueel een bodemonderzoek moet gebeuren.<br />

GEMEENTE <strong>Essen</strong>: milieubeleidsplan <strong>2012</strong> - 2017


. Stand van zaken<br />

De gemeente <strong>Essen</strong> voert de gegevens in in de databanken van het MMIS die reeds<br />

operationeel zijn.<br />

17<br />

Inventaris van de gebruikte hoeveelheden bestrijdingsmiddelen: Sinds 2009 vult de<br />

milieudienst in het kader van de pesticidenreductie de online inventaris van de gebruikte<br />

hoeveelheden bestrijdingsmiddelen in op www.zonderisgezonder.be. Meer informatie<br />

rond pesticidenreductie vindt men in deel A van hoofdstuk 6, Water.<br />

MKROS: Alle meldingen van klachten over geluidshinder, geurhinder, lichthinder, stof- of<br />

roethinder die bij de gemeente binnenkomen worden ingevoerd en opgevolgd in MKROS.<br />

Milieuklachten waarbij een vermoeden bestaat dat de menselijke gezondheid kan worden<br />

aangetast worden eveneens in MKROS geregistreerd. Meer informatie rond MKROS<br />

vindt men in hoofdstuk 7, hinder.<br />

Energieprestatiedatabank: De gemeentelijke dienst Ruimtelijke Ordening stuurt<br />

maandelijks de gevraagde gegevens door naar de energieprestatiedatabank.<br />

Milieuvergunningendatabank: De gemeente geeft alle milieuvergunningdossiers in in<br />

een programma. Door technische omstandigheden bij het Vlaams Gewest, provincie<br />

Antwerpen en de leverancier van software is de link met de gewestelijke milieuvergunningendatabank<br />

tot op heden nog niet operationeel.<br />

Inventaris risicogronden: De gemeentelijke inventaris voor risicogronden bestaat op dit<br />

moment deels op papier en deels digitaal. Wat betreft de digitale versie kunnen via de<br />

digitale milieuvergunningen VLAREBO bedrijven worden opgezocht. Een module<br />

risicogronden werd aangekocht, zodat de risicogronden in een afzonderlijk bestand<br />

opgeslagen en geraadpleegd kunnen worden.<br />

c. Visie<br />

De gemeente wil een voortrekker zijn op gebied van digitalisering. Ze voert gegevens in in<br />

de verschillende databanken zodat deze efficiënt opgelagen, verwerkt en opgezocht kunnen<br />

worden. Daarnaast oefent ze druk uit op de hogere overheid om op hoger niveau<br />

databanken te ontwikkelen.<br />

d. Knelpunten<br />

1. Hoewel het een meerwaarde zou zijn voor de gemeenten, kunnen ze de<br />

vergunningen die door de provincie en het Vlaamse Gewest worden afgeleverd nog<br />

niet digitaal raadplegen.<br />

2. Het ingeven van gegevens in de databanken vergt veel tijd maar is noodzakelijk om<br />

te kunnen rapporteren.<br />

e. Acties<br />

De gemeente zal:<br />

5. zodra een databank actief en beschikbaar is, hierop aansluiten.<br />

6. . een inventaris opmaken van de risicogronden.<br />

GEMEENTE <strong>Essen</strong>: milieubeleidsplan <strong>2012</strong> - 2017


C. <strong>Gemeente</strong>lijke adviesraad voor milieu en natuur<br />

18<br />

a. Inleiding<br />

De milieuraad brengt advies uit over het ontwerp van het gemeentelijk milieubeleidsplan en<br />

de begroting en meer in het algemeen kan zij advies uitbrengen over milieu- of<br />

natuurdossiers die op de gemeente worden behandeld. Zij doet dit:<br />

ofwel op verzoek van het college van burgemeester en schepenen of van de<br />

gemeenteraad<br />

ofwel op verzoek van de bevoegde schepen van leefmilieu<br />

ofwel op eigen initiatief.<br />

Zij kan ook andere acties uitvoeren op niet dwingend verzoek of uit eigen beweging.<br />

Deze milieuraad is een belangrijke speler in het creëren van een draagvlak voor het<br />

gemeentelijk milieu- en natuurbeleid en in het stimuleren van maatschappelijk overleg over<br />

dit gemeentelijke milieu- en natuurbeleid.<br />

b. Stand van zaken<br />

De gemeente <strong>Essen</strong> beschikt sinds einde 1992 over een MiNa-Raad die de gemeente<br />

adviseert over het gemeentelijk milieu- en natuurbeleid. De MiNa-Raad onderneemt zelf ook<br />

concrete acties zoals bv. ‘Behaag je landschap’. Minstens één keer per jaar organiseert de<br />

MiNa-raad een open milieuraad waarbij één of meerdere thema’s m.b.t. milieu- en<br />

natuurbeleid verder toegelicht worden aan haar leden en aan de inwoners van de gemeente.<br />

De MiNa-raad bestaat uit de leden van de gemeenteraadscommissie milieu, landbouw,<br />

water- en plattelandsbeleid aangevuld met vertegenwoordigers van de milieuverenigingen en<br />

van de verschillende maatschappelijke geledingen. Secretaris van de MiNa-raad is de<br />

milieuambtenaar.<br />

De gemeentelijke adviesraad kan altijd beroep doen op een deskundige om een<br />

welbepaalde materie toe te lichten. Deze deskundige neemt zonder stemrecht deel aan de<br />

vergadering.<br />

Bij activiteiten kunnen de verschillende adviesraden (Cultuurraad, Sportraad, Raad<br />

Openbare Werken, GECORO, …) op onderlinge ondersteuning rekenen.<br />

c. Visie<br />

De milieuraad is een volwaardig adviesorgaan en de gemeente volgt zijn adviezen op. Als dit<br />

niet het geval is wordt dit goed gemotiveerd en wordt hierover teruggekoppeld. Jaarlijks<br />

wordt minstens één adviesraad opengesteld voor geïnteresseerde inwoners om heel de<br />

gemeente te betrekken bij het milieubeleid.<br />

d. Knelpunten<br />

1. Man-vrouwverhouding blijft een aandachtspunt.<br />

e. Acties<br />

De gemeente zal:<br />

7. de huidige werking van de MiNa-raad verder zetten.<br />

GEMEENTE <strong>Essen</strong>: milieubeleidsplan <strong>2012</strong> - 2017


D. Milieubarometer<br />

a. Inleiding<br />

De milieubarometer is een handig instrument om na te gaan hoe het gesteld is met<br />

verschillende aspecten van het duurzaam beleid. Met behulp van een aantal milieuindicatoren<br />

wordt de toestand van het milieu opgevolgd.<br />

19<br />

De milieubarometer is een leer- en communicatie-instrument bestemd voor iedereen die bij<br />

het duurzaam gemeentelijk milieubeleid betrokken is.<br />

Het toont jaarlijks via de geselecteerde milieu-indicatoren de evoluties en geeft zo input voor<br />

planning en beleidsprogramma’s zodat het duurzaam milieubeleid beter onderbouwd wordt.<br />

b. Stand van zaken<br />

De toestand van het milieu wordt opgevolgd aan de hand van de milieubarometer. Hiervoor<br />

werd in 2009 een indicatorenset samengesteld. De gemeente kiest voor een uitgebreide set<br />

van 27 indicatoren. Volgende tabel geeft de, in samenspraak met het college en de<br />

milieuraad gekozen, indicatoren die in de milieubarometer werden opgenomen:<br />

Indicatorenlijst milieubarometer<br />

Naam indicator Geeft informatie over<br />

Eigen werking gemeente<br />

1 Score interne milieu- en energiezorg van<br />

de gemeente als bedrijf (op basis van<br />

vragenlijst of survey).<br />

De stand van zaken van de implementatie van<br />

interne milieuzorg in de gemeente als bedrijf en<br />

daardoor de gemeente als voorbeeldfunctie.<br />

Beantwoorden van surveyvragenlijst interne<br />

milieuzorg gemeente als bedrijf.<br />

2 Papierverbruik gemeentelijke diensten Werking intern milieuzorgsysteem, onderdeel<br />

milieuverantwoord productgebruik en daarbij de<br />

voorbeeldfunctie.<br />

3 Hoeveelheid gebruikte<br />

bestrijdingsmiddelen door de<br />

gemeentelijke diensten.<br />

Werking intern milieuzorgsysteem, onderdeel<br />

milieuverantwoord productgebruik en daarbij de<br />

voorbeeldfunctie.<br />

4 Waterverbruik gemeentelijke gebouwen. Werking intern milieuzorgsysteem, onderdeel<br />

water en daarbij de voorbeeldfunctie.<br />

5 Elektriciteitsgebruik gemeentelijke<br />

gebouwen.<br />

Elektriciteitsverbruik van de eigen diensten.<br />

6 Gasverbruik gemeentelijke gebouwen. Aardgasverbruik van de eigen diensten.<br />

7 Percentage personeel die te voet, per<br />

fiets of met het openbaar vervoer naar het<br />

werk komt.<br />

Verplaatsingsgedrag personeel.<br />

8 Gewogen gemiddelde ecoscore van de<br />

gemeentelijke vloot.<br />

Milieuvriendelijke vloot.<br />

Afval<br />

9 Hoeveelheid totaal huishoudelijk afval. Omvang van de totale hoeveelheid afval<br />

(recupereerbaar en niet-recupereerbaar).<br />

10 Hoeveelheid niet-recupeerbaar<br />

huishoudelijk afval.<br />

11 Totaal in de gemeente opgehaalde<br />

kringloopgoederen.<br />

12 Aantal afvalaanbieders op het<br />

containerpark.<br />

Omvang van de hoeveelheid terminaal te<br />

verwijderen afval (verbranden).<br />

Hoeveelheid van goederen die in herbruik worden<br />

genomen.<br />

Bereidheid van de inwoners om afval selectief aan<br />

te bieden op het containerpark.<br />

13 Aantal verkochte compostvaten en - Aantal inwoners die composteren.<br />

GEMEENTE <strong>Essen</strong>: milieubeleidsplan <strong>2012</strong> - 2017


akken.<br />

Water<br />

14 Kwaliteit van het oppervlaktewater:<br />

Zuurstofhuishouding<br />

Kwaliteit van het oppervlaktewater.<br />

Natuur<br />

15 Totaal bosareaal. Bosoppervlakte in ha.<br />

16 Aantal soorten verdeeld over de<br />

verschillende rodelijstcategorieën voor<br />

alle groepen waar tot nu toe Rode Lijsten<br />

voor zijn opgesteld.<br />

Indicatie van planten- en diersoorten.<br />

17 Aantal doodgereden egels, reptielen en Versnipperingsgraad en het hierover gevoerde<br />

amfibieën.<br />

beleid<br />

Hinder<br />

18 Aantal klachten per hindercategorie<br />

(geluid, licht, geur).<br />

20<br />

De hoeveelheid milieuhinderklachten.<br />

19 Emissie van ammoniak door de veeteelt.<br />

20 Register verontreinigde bodems De inventarisatie en het onderzoek van de<br />

potentieel verontreinigde gronden.<br />

Mobiliteit<br />

21 Verhouding aantal km fietspaden t.o.v.<br />

aantal km wegen.<br />

Doelgroepen (zie eigen prioriteiten gemeente)<br />

Huishoudens<br />

22 Percentage gezinnen met een<br />

antireclame sticker.<br />

Scholen<br />

23 Aantal scholen die deelnemen aan het<br />

project Groene School of Milieuzorg op<br />

school<br />

Bedrijven en handelaars<br />

Landbouwers<br />

24 Evolutie van de veestapel (runderen,<br />

varkens, pluimvee).<br />

25 Totaal areaal goedgekeurde<br />

beheersovereenkomsten VLM.<br />

Bouwsector<br />

26 Aantal goedgekeurde subsidiedossiers<br />

duurzaamheidspremie.<br />

Gebiedsgericht beleid- ruimtelijke planning<br />

27 Evolutie bebouwde oppervlakte.<br />

In 2010-2011 werden opvolgingsfiches opgesteld en werden de eerste cijfers verzameld.<br />

c. Visie<br />

De milieubarometer zal ingezet worden als beleidsondersteunend en communicatief<br />

instrument. Door het meten en interpreteren van evoluties en afwijkingen zal de<br />

milieubarometer input geven aan de milieuplanning, -acties en –projecten van de gemeente.<br />

GEMEENTE <strong>Essen</strong>: milieubeleidsplan <strong>2012</strong> - 2017


21<br />

d. Knelpunten<br />

1. Het verzamelen van de nodige gegevens is tijdsintensief.<br />

2. De milieubarometer zou het milieubeleid nog beter kunnen sturen indien er voor elke<br />

indicator ook een streefdoel wordt vastgesteld.<br />

e. Acties<br />

De gemeente zal:<br />

8. jaarlijks de milieubarometer opmaken en de trends opvolgen. De resultaten zullen<br />

dienen om het beleid te ondersteunen en waar nodig aan te passen.<br />

9. tegen eind <strong>2012</strong> aan elke indicator een streefcijfer koppelen en bepalen tegen<br />

wanneer dit streefcijfer dient te zijn gerealiseerd.<br />

10. jaarlijks rapporteren over de (evolutie van de) indicatoren in het milieujaarprogramma.<br />

11. de resultaten van de milieubarometer jaarlijks bekend maken aan haar inwoners.<br />

GEMEENTE <strong>Essen</strong>: milieubeleidsplan <strong>2012</strong> - 2017


Hoofdstuk 4: Afval<br />

22<br />

Algemene inleiding<br />

Het begrip "afval" wordt als volgt omschreven: "elke stof of elk voorwerp waarvan de houder<br />

zich ontdoet, voornemens is zich te ontdoen of zich moet ontdoen".<br />

De gemeente werkt, samen met de hogere overheid, het Vlaamse afvalstoffenbeleid uit<br />

binnen de eigen gemeentelijke diensten. De gemeente streeft hierbij naar een<br />

afvalstoffenbeleid met aandacht voor afvalpreventie, hergebruik, selectieve inzameling, het<br />

voorkomen van illegaal ontwijkgedrag, en ook handhaving.<br />

Daarnaast neemt de gemeente initiatieven voor de inwoners die duurzame<br />

gedragsveranderingen op vlak van afval veroorzaken.<br />

A. Afvalpreventie en hergebruik<br />

a. Inleiding<br />

Het belangrijkste doel in het afvalstoffenbeleid is het voorkomen van afvalstoffen (preventie).<br />

De afvalstoffen die ontstaan moeten zoveel mogelijk worden gerecupereerd (recyclage,<br />

compostering). Afvalstoffen die niet voorkomen of gerecupereerd kunnen worden, moeten op<br />

de meest milieuvriendelijke manier worden verwijderd, waarbij verbranding (met<br />

energierecuperatie) van afval de voorkeur verdient boven storten. Deze methode waarbij de<br />

voorkeur wordt gegeven aan de meest milieuvriendelijke verwerkingswijzen, heet de Ladder<br />

van Lansink.<br />

Figuur 5: De Ladder van Lansink<br />

b. Stand van zaken<br />

Doelgroepwerking in eigen diensten<br />

De gemeente heeft voor haar personeelsleden waterverdelers aangekocht.<br />

De gemeente stelt ook waterkannen voor kraantjeswater ter beschikking van haar<br />

personeel. Deze worden door verschillende personeelsleden gebruikt.<br />

GEMEENTE <strong>Essen</strong>: milieubeleidsplan <strong>2012</strong> - 2017


De gemeente <strong>Essen</strong> koopt zoveel mogelijk drank en andere voedingsmiddelen aan in<br />

grootverpakkingen.<br />

23<br />

Eénzijdig bedrukt papier wordt gebruikt als kladpapier, om berichten aan te nemen, enz. Via<br />

dienstnota’s wordt regelmatig gewezen op verantwoord omgaan met kopies en briefpapier.<br />

Voor verzendingen worden kartonnen dozen zoveel mogelijk hergebruikt.<br />

Doelgroepwerking inwoners<br />

Op de milieudienst worden compostvaten en -bakken te koop aangeboden en ze worden<br />

gratis door de gemeentelijke diensten thuis geleverd. De vaten worden door de<br />

intergemeentelijke vereniging IGEAN gesubsidieerd aangekocht en door de gemeente<br />

verkocht tegen de helft van de aankoopprijs. Bij de levering wordt ook een brochure gegeven<br />

rond composteren dat door de gemeente werd opgemaakt. Hierin staan ook alle namen en<br />

contactgegevens van de compostmeesters vermeld. Bij vragen gaan zij ter plaatse kijken.<br />

De gemeente heeft ook een compostmeesterwerking met tien actieve compostmeesters<br />

om het thuiscomposteren te bevorderen.<br />

Op het gemeentelijk containerpark werd een demonstratieplaats voor composteren<br />

ingericht. Deze is tijdens de openingsuren van het containerpark toegankelijk voor de<br />

inwoners. Jaarlijks worden hier enkele compostdagen georganiseerd. De compostmeesters<br />

geven dan uitleg over composteren en er worden ook compostvaten en –bakken verkocht.<br />

In 2010 werden alle inwoners die de laatste jaren een compostvat/-bak hadden aangekocht,<br />

op deze dagen uitgenodigd.<br />

In de compostmaand werd o.a. een demonstratie mulchmaaien gegeven.<br />

De compostmeesters nemen ook deel aan verschillende activiteiten waarbij de promotie van<br />

het composteren centraal staat. Zo zijn ze aanwezig op de Dag van het Geboortebos waarop<br />

voor elk kindje dat het jaar voordien werd geboren of geadopteerd een boom wordt<br />

aangeplant. De compostmeesters voorzien de boompjes van de nodige compost.<br />

Ook op de driedaagse Fuchsiatentoonstelling zijn de compostmeesters jaarlijks aanwezig<br />

met een infostand.<br />

Op de milieudienst kan iedere inwoner van <strong>Essen</strong> gratis een antireclame sticker bekomen.<br />

Via de afvalkalender worden de inwoners hiervan op de hoogte gebracht. In 2009 waren er<br />

1059 brievenbussen met een antireclamesticker, dit wil zeggen 13% van de <strong>Essen</strong>se<br />

brievenbussen.<br />

De gemeente heeft sinds 1997 een samenwerkingsovereenkomst met een kringloopwinkel<br />

voor de inzameling van herbruikbare goederen. De inwoners kunnen hun herbruikbare<br />

goederen kwijt in het kringloopcentrum “De cirkel” in Brecht of Wuustwezel.<br />

Om de inwoners te stimuleren om nog zuiniger met hun afval om te springen en om<br />

appartementbewoners iets meer comfort te geven, wordt sinds 2009 naast de klassieke 60<br />

liter restafvalzak ook een kleiner formaat (30 liter) aangeboden.<br />

De gemeente stimuleert het gebruik van herbruikbare luiers en herbruikbaar<br />

incontinentiemateriaal door voor de aankoop of huur van een pakket met bijhorende<br />

benodigdheden (luiers, inleggers, overbroekjes) een subsidie toe te kennen Bij elke nieuwe<br />

geboorte wordt een aanvraagformulier en brochure over herbruikbare luiers meegegeven.<br />

Eind 2010 werd ook een infosessie rond herbruikbare luiers gegeven.<br />

GEMEENTE <strong>Essen</strong>: milieubeleidsplan <strong>2012</strong> - 2017


De inwoners van <strong>Essen</strong> worden langs verschillende kanalen geïnformeerd over<br />

afvalpreventie: de gemeentelijke infokanalen, de afvalkalender, de dag van de<br />

compostmeesters, … . <strong>Essen</strong> verspreidt en werkt mee aan de afvalkrant van IGEAN rond<br />

afvalpreventie.<br />

Doelgroepwerking in scholen<br />

Scholen krijgen een gratis rondleiding op het containerpark. De kinderen mogen dan zelf<br />

een zakje met afval meenemen om op het containerpark juist te sorteren.<br />

24<br />

De gemeente heeft voor de scholen een Fost-Plus koffer ter beschikking. Deze koffer bevat<br />

pedagogisch materiaal over sorteren en recycleren. Deze wordt op regelmatige basis<br />

uitgeleend aan leerkrachten van de basisscholen binnen én buiten de gemeente.<br />

De kleuterscholen en lagere scholen kunnen ook gratis een compostkoffer ontlenen. In<br />

deze koffer zit heel wat informatie rond composteren én materiaal om met de leerlingen aan<br />

de slag te gaan.<br />

Alle kleuters van twee jaar krijgen een uitnodiging om zich in te schrijven in een <strong>Essen</strong>se<br />

school d.m.v. een brochure waarin de verschillende scholen worden voorgesteld. In deze<br />

brochure zit ook een kaart voor een gratis drinkbus met een woordje uitleg waarom deze<br />

actie wordt gevoerd (afval vermijden).<br />

De gemeente <strong>Essen</strong> geeft extra ondersteuning aan de MOSscholen. MOS is een<br />

milieuzorgproject van kleuter- tot secundaire school. Het MOS-project helpt de school om<br />

een eigen milieuzorgsysteem uit te bouwen. Wanneer de school een aantal op voorhand<br />

vastgestelde zaken verwezenlijkt krijgt zij hiervoor een MOS-logo. De gemeente geeft aan<br />

die MOSscholen die logo 2 behalen drie compostvaten.<br />

Doelgroepwerking jeugd- en andere verenigingen<br />

Wanneer een vereniging een evenement organiseert krijgt zij van de gemeente oude GFTcontainers<br />

ter beschikking om het afval in te verzamelen.<br />

In de gemeentelijke polyvalente zaal REX geldt een verbod op het gebruik van plastieken<br />

wegwerpbekers. Bij fuiven, dansgelegenheden en optredens met dansgelegenheid of<br />

fuifgehalte is de gebruiker verplicht gebruik te maken van herbruikbare bekers. Er werd een<br />

afwasmachine speciaal voor deze bekers aangekocht.<br />

In het fuifcharter van de gemeente werd een clausule voorzien dat de organisatoren van<br />

een evenement zelf moeten instaan voor de inzameling en het opruimen van afvalstoffen.<br />

“De organisatie verbindt er zich toe de afval en vervuiling van de activiteit in de zaal zelf én<br />

de onmiddellijke omgeving rond de zaal/ het terrein op te ruimen na het evenement.”<br />

c. Visie<br />

De gemeente zal alle middelen aanwenden om de bevolking aan te zetten tot het voorkomen<br />

van afvalstoffen. Zelf geeft ze hierbij het goede voorbeeld.<br />

GEMEENTE <strong>Essen</strong>: milieubeleidsplan <strong>2012</strong> - 2017


d. Knelpunten<br />

1. De herbruikbare bekers van zaal REX zijn ondertussen gekrast, waardoor het<br />

moeilijker is ze proper te krijgen.<br />

25<br />

2. Het inzamelcijfer voor herbruikbare goederen ligt laag. Een inzamelpunt/verkooppunt<br />

in <strong>Essen</strong> ontbreekt.<br />

3. De gemeentelijke administratie produceert enorm veel papier en er wordt te weinig<br />

gescand.<br />

e. Acties<br />

De gemeente zal:<br />

12. zoveel mogelijk drank en voedingsmiddelen in grootverpakking blijven aankopen.<br />

13. compostvaten en compostbakken aan een voordelig tarief blijven verdelen onder haar<br />

inwoners.<br />

14. de huidige compostmeesterwerking verder zetten.<br />

15. op de parking van de Wildertse Duintjes een openbaar composttoilet plaatsen.<br />

16. het gebruik van een antireclame sticker blijven promoten via artikels in het<br />

gemeentelijk infoblad en in de afvalkalender.<br />

17. haar overeenkomst met de kringwinkel uitbreiden.<br />

18. naast de grote restafvalzak ook het klein formaat blijven verspreiden.<br />

19. het gebruik van herbruikbare luiers blijven promoten.<br />

20. de scholen en verenigingen blijven ondersteunen m.b.t. afvalpreventie en haar<br />

ondersteuning indien nodig uitbreiden.<br />

21. naast drinkbussen in de toekomst ook koekendozen voorzien voor kleuters.<br />

22. een oplossing zoeken voor de herbruikbare bekers van zaal REX. Deze zijn<br />

ondertussen gekrast, waardoor het moeilijker is ze proper te krijgen.<br />

23. actief blijven sensibiliseren rond afvalpreventie.<br />

24. een promotiecampagne voeren rond afvalarm winkelen.<br />

25. haar gemeentepersoneel attent maken op haar papiergebruik en toezien dat er vaker<br />

gescand wordt als alternatief.<br />

GEMEENTE <strong>Essen</strong>: milieubeleidsplan <strong>2012</strong> - 2017


26<br />

B. Selectieve inzameling en restafval<br />

a. Inleiding<br />

De kerndoelstellingen en –uitgangspunten van het afvalbeleid staan in het Afvaldecreet en in<br />

het Vlaamse milieubeleidsplan. Zogenaamde ‘sectorale’ uitvoeringsplannen hernemen deze<br />

doelstellingen en werken ze uit tot concretere maatregelen en acties. Het belangrijkste<br />

afvalplan voor de gemeenten is het Uitvoeringsplan Milieuverantwoord Beheer van<br />

Huishoudelijke Afvalstoffen, kortweg ‘UMBHA’. Dit plan gaat over het afval dat voortkomt uit<br />

de normale werking van een particuliere huishouding en over gemeentevuil dat ontstaat bij<br />

gemeentelijke activiteiten. Het UMBHA schuift volgende doelstellingen naar voor:<br />

- het geproduceerde afval tot een minimum beperken.<br />

- wat we aan afval produceren, zoveel mogelijk recycleren, zodat het te verwijderen afval<br />

minimaal is. De concrete doelstelling daarbij is de hoeveelheid te verwijderen afval te<br />

verminderen tot gemiddeld 150 kg per inwoner op Vlaams niveau.<br />

- wat we niet recycleren zo optimaal mogelijk volgens de best beschikbare principes<br />

verwijderen.<br />

Om de kostprijs van de recyclage te drukken zamelt de gemeente die afvalstoffen die<br />

gerecycleerd kunnen worden, afzonderlijk of m.a.w. selectief in.<br />

b. Stand van zaken<br />

Inzamelfrequentie van de afvalfracties:<br />

De inzameling van afval georganiseerd door de gemeente is volledig afgestemd op het<br />

Uitvoeringsplan voor huishoudelijke afvalstoffen.<br />

In de gemeente <strong>Essen</strong> verloopt de inzameling als volgt:<br />

Afvalfractie Methode Frequentie<br />

KGA per wijk - chemocar<br />

containerpark<br />

maandelijks<br />

Wit en gekleurd glas glasbollen + containerpark doorlopend<br />

Restafval huis-aan-huis om de 2 weken<br />

GFT+ huis-aan-huis om de 2 weken – mei tot<br />

september wekelijks<br />

Grofvuil huis-aan-huis om de 2 maand<br />

containerpark - betalend doorlopend<br />

Papier en karton huis-aan-huis maandelijks<br />

containerpark doorlopend<br />

PMD huis-aan-huis om de 2 weken<br />

containerpark doorlopend<br />

Textiel huis-aan-huis om de 3 maand<br />

containers in de gemeente<br />

+ containerpark<br />

doorlopend<br />

Afgedankte elektrische en huis-aan-huis<br />

tweemaandelijks<br />

elektronische toestellen containerpark<br />

Asbesthoudende materialen containerpark<br />

Autobanden containerpark<br />

Autobatterijen containerpark<br />

Blauwe champignonbakjes containerpark<br />

Frituurolie- en vet containerpark<br />

Harde kunststoffen containerpark<br />

GEMEENTE <strong>Essen</strong>: milieubeleidsplan <strong>2012</strong> - 2017


Afvalfractie Methode Frequentie<br />

Kaarsresten containerpark<br />

Kringloopmaterialen containerpark<br />

Kurkenstoppen containerpark<br />

Metalen containerpark<br />

Motorolie containerpark<br />

Piepschuim containerpark<br />

Plastic bloempotjes en<br />

plantentrays<br />

containerpark<br />

Plastic folies containerpark<br />

Vlak glas containerpark<br />

Tl-lampen containerpark<br />

Afvalhout containerpark – betalend<br />

Asbesthoudende materialen containerpark – betalend<br />

Gewapend beton containerpark – betalend<br />

Overig tuinafval containerpark – betalend<br />

Roofing containerpark- betalend<br />

Sloopafval containerpark – betalend<br />

Snoeihout en boomstronken containerpark – betalend<br />

Steenpuin containerpark – betalend<br />

27<br />

Deze informatie in verband met selectieve inzameling is opgenomen in de afvalkalender die<br />

naar alle inwoners van de gemeente wordt verspreid.<br />

De inwoners van straten met straatbomen kunnen in de herfst de bladeren van deze bomen<br />

in bladkorven deponeren. De bladkorven worden uitgezet in functie van de straatbomen.<br />

Deze worden geplaatst en één tot tweemaal per week leeggemaakt door de gemeentearbeiders.<br />

Twee keer per jaar worden alle straten met goten en/of aanpalende parkeerstroken geveegd<br />

waarbij in het voorjaar de nadruk ligt op onkruid verwijderen en voorkomen en in het najaar<br />

gecombineerd wordt met de bladopkuis.<br />

De gemeente heeft een overeenkomst met Wereld Missiehulp. In de gemeente staan van<br />

hen verschillende textielcontainers opgesteld, onder andere aan de kerken. Ook op het<br />

containerpark kan men met textiel terecht. Nog bruikbare textiel wordt daarnaast eveneens<br />

ingezameld in het Schakeltje vzw. Sinds 2010 is er in de gemeente ook een<br />

driemaandelijkse huis-aan-huis inzameling van textiel.<br />

Het bestek “Maaien van wegbermen volgens bermdecreet” bepaalt dat alle bermmaaisel<br />

binnen de 10 dagen moet worden afgevoerd.<br />

Inzameling afvalstoffen van bedrijven en landbouwers<br />

De gemeente aanvaardt de gesorteerde vergelijkbare bedrijfsafvalstoffen op het<br />

containerpark. Dit aan dezelfde tarieven als particulieren. Behalve voor het KGA en<br />

piepschuim moeten niet-particulieren de marktconforme prijs te betalen, terwijl dit voor<br />

particulieren gratis is. Ze rapporteert hierover jaarlijks aan OVAM via de jaarlijkse<br />

gemeentelijke inventaris huishoudelijke afvalstoffen.<br />

De gemeente <strong>Essen</strong> zamelt ook sommige afvalstoffen in van landbouwers die niet onder met<br />

huishoudelijke vergelijkbare afvalstoffen vallen. Dit is geen gemeentelijke verplichting, maar<br />

kadert binnen het duurzaam gemeentelijk landbouwbeleid.<br />

GEMEENTE <strong>Essen</strong>: milieubeleidsplan <strong>2012</strong> - 2017


28<br />

IGEAN milieu & veiligheid startte in 2010 met de inzameling en afvoer van medisch afval bij<br />

landbouwers van de gemeenten Brecht, Wuustwezel en <strong>Essen</strong>. Aanleiding hiervoor is dat<br />

het medisch afval bij de landbouwer onder bedrijfsafval ressorteert en bijgevolg wettelijk niet<br />

mag aangeboden worden bij de inzameling van huishoudelijk afval. De inzameling van<br />

medisch afval bij landbouwbedrijven past binnen de doelstellingen van LEADER.<br />

LEADER staat voor "Liaison Entre Actions de Dévelopment de l'Economie Rurale". Het is<br />

een Europees subsidiëringsprogramma dat kansen biedt aan vernieuwende en duurzame<br />

initiatieven op het platteland, bedacht en uitgewerkt door de mensen van het platteland.<br />

Inzameling afvalstoffen van jeugdverenigingen<br />

Eén keer per jaar wordt het grofvuil opgehaald bij de jeugdverenigingen.<br />

Overzicht van de ingezamelde hoeveelheden van 1991 tot en met 2009<br />

Volgende afvalfracties worden tot de restafvalfractie gerekend:<br />

huisvuil<br />

grofvuil (inclusief grof vuil ‘gemeentelijke diensten’, voornamelijk van sluikstorten,<br />

ontruimingen, enz.)<br />

gemeentevuil (vanaf 2009 wordt het veegvuil nog voor 20% meegeteld)<br />

sorteerresidu van het PMD-afval ( 17,57 % in 2008)<br />

De evolutie in de restafvalfractie van de gemeente is terug te vinden in volgende grafiek:<br />

Figuur 6: De grafiek geeft het restafvalcijfer per inwoner per jaar<br />

De daling in 1996 is toe te schrijven aan de uitbreiding van de GFT+ ophaling naar de hele<br />

gemeente. In 1999 vond er opnieuw een sterke daling van de restafvalfractie plaats doordat<br />

het bedrijfsafval afzonderlijk geregistreerd werd.<br />

In 2000 werd er een duurdere huisvuilsticker ingevoerd. Dit heeft geen invloed gehad op de<br />

aangeboden hoeveelheden restafval, maar wel op het GFT.<br />

Sinds 2002 wordt het grof vuil doorgedreven geselecteerd opgehaald en opgesplitst in hout,<br />

metalen, … . Ook dit zorgde voor een verdere daling van het restafvalcijfer. Sinds 2005 blijft<br />

het restafvalcijfer onder de 150 kg/inwoner. Doordat de wegwerpluiers sinds 1 januari 2010<br />

niet meer in het GFT+ mogen, wordt verwacht dat de restafvalfractie opnieuw gaat stijgen.<br />

GEMEENTE <strong>Essen</strong>: milieubeleidsplan <strong>2012</strong> - 2017


29<br />

c. Visie<br />

De gemeente wil wat het restafval betreft bij de 10% besten van Vlaanderen behoren. Ze zet<br />

hiervoor maximaal in op selectieve inzameling en onderzoekt ook nieuwe mogelijkheden in<br />

dit verband.<br />

d. Knelpunten<br />

1. Het hakselen van het snoeiafval van het containerpark en het leveren aan huis is zeer<br />

arbeidsintensief voor zowel milieu- als groendienst terwijl de kwaliteit van het<br />

hakselhout niet altijd zo goed is.<br />

2. Doordat de luiers sinds 1 januari 2010 mee in de restafvalzak moeten gestoken<br />

worden en het restafval slechts om de twee weken wordt opgehaald, ontstaat de<br />

vrees voor geurhinder.<br />

3. Er is vraag van de inwoners om snoeihout / tuinafval huis-aan-huis op te halen.<br />

4. De GFT containers zijn ondertussen oud (10 à 15 jaar oud) en scheuren vaak.<br />

e. Acties<br />

De gemeente zal:<br />

26. het containerpark uitbreiden en herinrichten.<br />

27. de inwoners blijven informeren over de gevaren van asbest en de selectieve<br />

inzameling ervan op het containerpark.<br />

28. een externe grote veegwagen inzetten naast de eigen gemeentelijke veegcombinatie<br />

en de kleine gemeentelijke veegwagen vervangen.<br />

29. het restafvalcijfer onder de 100 kg/inwoner/jaar proberen te krijgen.<br />

30. nagaan of, nu de luiers tot het restafval horen, de inzamelfrequentie van de<br />

inzameling van het restafval dient verhoogt te worden of dat het restafval beter in<br />

containers ingezameld kan worden.<br />

31. nagaan of het mogelijk en zinvoller is het snoeiafval van het containerpark te drogen<br />

en te gebruiken als grondstof voor biomassacentrales.<br />

32. de inwoners stimuleren om snoeihout /tuinafval te hergebruiken in de tuin door het<br />

promoten van o.a. het gebruik van hakselaars en het toepassen van mulching.<br />

33. de mogelijkheden van afvalarm tuinieren onder de aandacht brengen.<br />

34. alle GFT containers vervangen met mogelijkheid tot inbouwen van een chip m.b.t.<br />

weging of ledigingfrequentie.<br />

C. Illegaal ontwijkgedrag<br />

a. Inleiding<br />

Afvalverwerking is duur. Iedereen betaalt hier aan mee, volgens het principe van de vervuiler<br />

betaalt. Er zijn helaas steeds mensen die zich goedkoper van hun afval willen ontdoen door<br />

dit op te stoken of langs de rand van de weg te dumpen. Het gemeentebestuur tracht hier<br />

samen met de politie tegen op te treden.<br />

GEMEENTE <strong>Essen</strong>: milieubeleidsplan <strong>2012</strong> - 2017


30<br />

b. Stand van zaken<br />

De groendienst staat in voor zowel het ophalen van sluikstort na meldingen of vaststelling<br />

door de eigen diensten als het verwijderen van zwerfvuil. Het afval dat zo verzameld wordt,<br />

wordt door de gemeente gegroepeerd afgevoerd via een container op het containerpark.<br />

Sinds mei 2009 worden alle opdrachten m.b.t. het verwijderen van sluikstort en zwerfvuil op<br />

een afzonderlijke lijst genoteerd.<br />

Sinds 2010 wordt deze lijst meer gedetailleerd opgemaakt onder meer met de vermelding<br />

van het nummer van het proces verbaal.<br />

Er zijn plaatsen in de gemeente waar vaak sluikstort wordt achtergelaten. Deze plaatsen zijn<br />

bij de milieudienst gekend en worden van dichtbij opgevolgd. Op vuilzakken die gesluikstort<br />

worden door mensen van appartementsgebouwen en waarvan de eigenaar bijgevolg niet<br />

gekend is, wordt een groot geel uitroepteken gekleefd met daarop de vermelding ‘Dit is<br />

sluikstorten. Opruimen a.u.b. Of verkiest u een PV?’. Alle bewoners van het<br />

appartementsblok ontvangen nog een kaartje van de milieudienst met daarop nogmaals het<br />

verzoek om hun medewerking te verlenen en het afval volgens het reglement buiten te<br />

plaatsen.<br />

De groendienst maakte in 2009 een inventaris op van het aantal vuilbakjes en hun locatie.<br />

Hieruit blijkt dat er een uniformisering nodig is naar het soort vuilbakjes en dat de plaatsing<br />

ervan moet herbekeken worden. Momenteel staan er 138 straatvuilbakjes opgesteld en 28<br />

hondenbakken. Op basis van de inventaris werden de locaties voor de nieuwe vuilbakken<br />

bepaald.<br />

In de toekomst zullen de vuilbakjes mee opgenomen worden in een GIS-toepassing.<br />

Om inwoners te sensibiliseren rond sluikstort en zwerfvuil worden elk jaar zwerfvuilacties<br />

georganiseerd in samenwerking met scholen/wijken/verenigingen. Hierbij leren de leerlingen<br />

op een ludieke wijze met afval omgaan. Zo werden één van de vorige jaren afvalschrikkers<br />

geknutseld met het opgeraapte afval. Ook particulieren worden gestimuleerd om zwerfvuil op<br />

te ruimen. De gemeente stelt het nodige materiaal ter beschikking zoals: vuilzakken,<br />

afvalknijpers, fluovestjes, enz.<br />

Figuur 7: zwerfvuilactie scholen<br />

GEMEENTE <strong>Essen</strong>: milieubeleidsplan <strong>2012</strong> - 2017


c. Visie<br />

Het openbaar domein heeft een net uitzicht.<br />

31<br />

d. Knelpunten<br />

1. De straatvuilbakjes verkeren in een slechte staat.<br />

2. Zwerfvuil in het algemeen.<br />

3. Ontbreken van een GAS-reglement (<strong>Gemeente</strong>lijke Administratieve Sanctie)<br />

e. Acties<br />

De gemeente zal:<br />

35. het opgehaalde en ingezamelde afval van zwerfvuil en sluikstort wegen van zodra er<br />

een weegbrug is op het containerpark.<br />

36. de straatvuilbakjes stelselmatig vervangen door een staander met daaraan één of<br />

twee vuilbakken.<br />

37. de tweevoudige vuilbakken voorzien van een verdeling aan één zijde, waardoor er<br />

geen restafvalzakken in kunnen gestopt worden en langs de andere zijde zal er een<br />

vuilbak worden gehangen met een gat erin voor het PMD afval.<br />

38. de bevolking blijven sensibiliseren in verband met de problematiek van zwerfvuil en<br />

afvalverbranding.<br />

39. een netheidsbarometer uitwerken. De netheidsbarometer is een ondersteunend<br />

instrument waarmee de gemeente op een snelle manier de netheid van het openbaar<br />

domein kan meten. Deze methode bepaalt niet de absolute hoeveelheden of het<br />

gewicht van het zwerfvuil en/of sluikstorten in de gemeente. Het is een graadmeter<br />

voor de netheid van het openbaar domein. Met de resultaten van de netheidsbarometer<br />

kunnen de opruim- en veeginspanningen efficiënter ingepland worden of<br />

de gegevens kunnen de basis vormen voor het beter plaatsen en legen van<br />

straatvuilnisbakken.<br />

40. de inrichting van het openbaar groen ook bekijken in functie van sluikstort.<br />

41. de verschillende zwerfvuilacties beter afstemmen op elkaar zodat de acties gespreid<br />

zijn in de tijd.<br />

GEMEENTE <strong>Essen</strong>: milieubeleidsplan <strong>2012</strong> - 2017


Hoofdstuk 5: Milieuverantwoord productgebruik<br />

32<br />

Algemene inleiding<br />

Milieuverantwoord productbeleid is het efficiënt inzetten van producten en een keuze maken<br />

voor producten die de minste milieuschade veroorzaken in hun volledige levensloop (van<br />

grondstoffase over de productie- en gebruiksfase tot en met de afvalfase). Het gebruik van<br />

milieuverantwoorde producten is helemaal niet moeilijk. Tegenwoordig zijn ze alom<br />

verkrijgbaar en vaak zijn ze ook niet meer duurder dan 'gewone producten'.<br />

Milieuverantwoord productgebruik moet in de eigen diensten worden toegepast, maar ook de<br />

inwoners moeten worden gestimuleerd om duurzame producten te gebruiken.<br />

A. Implementatie binnen de eigen diensten<br />

a. Inleiding<br />

De gemeente wil dat milieuverantwoord productgebruik bij haar inwoners een gewoonte<br />

wordt en heeft hier in de eerste plaats een belangrijke voorbeeldfunctie te vervullen.<br />

b. Stand van zaken<br />

De gemeente implementeert het gebruik van duurzaam geëxploiteerd hout en Copro<br />

gekeurd breekpuin in de werking van de gemeentelijke diensten.<br />

Sinds enkele jaren zijn alle aangekochte houten zit- en picknickbanken vervaardigd uit FSC-<br />

of PEFC-hout. Vanaf 2007 kan de gemeente op haar vraag FSC hout bekomen bij de<br />

<strong>Essen</strong>se houtleverancier. Gekeurd breekpuin wordt standaard opgenomen in de bestekken.<br />

Er wordt namelijk telkens verwezen naar standaardbestek 250.<br />

Alle compost die door de gemeente wordt gebruikt, wordt afgenomen van de DRANCOinstallatie<br />

van IGEAN milieu & veiligheid en heeft het Vlaco-label. Om dit Vlaco-label te<br />

bekomen moeten alle stappen van het productieproces aan strenge eisen voldoen. Meer<br />

bepaald gaat het dan om de kwaliteit van het selectief ingezamelde groen- of GFT-afval dat<br />

als ingangsmateriaal gebruikt wordt, het verwerkingsproces en de kwaliteit van het<br />

eindproduct.<br />

De gemeente biedt sinds 2009 aan haar inwoners compostbakken aan in gerecycleerde<br />

kunststof.<br />

Om de hoeveelheid grasafval van de openbare domeinen te verminderen past de gemeente<br />

het principe van mulchmaaien toe. Een mulchmaaier is zo gebouwd dat het gemaaide gras<br />

volledig wordt verpulverd en vervolgens tussen de grasmat wordt teruggeblazen, waar het<br />

een dunne mulchlaag vormt. Het maaisel verteert ter plaatse en geeft zijn voedingsstoffen<br />

terug aan de bodem en het gras. Er moeten dus ook minder meststoffen gebruikt worden.<br />

Het snoeihout dat vrij komt bij de snoeiwerken van de groendienst, wordt ter plaatse<br />

verhakselt en gebruikt als mulchlaag zodat onkruid minder kans krijgt om te groeien,<br />

waardoor er minder groenafval is. Dit hakselhout is van zeer goede kwaliteit. Het teveel aan<br />

hakselhout wordt sinds 2010 verkocht als brandstof aan een biomassacentrale.<br />

De gemeente hakselt de takken die op het containerpark worden ingezameld tot hakselhout<br />

en levert dit op vraag gratis bij haar inwoners.<br />

De gemeente <strong>Essen</strong> let ook bij de aankoop of de huur van kantoormateriaal op de milieuimpact<br />

van de materialen gedurende hun ganse levensduur. In het bestek voor de huur van<br />

kopieertoestellen werd milieu als criterium meegenomen, meer bepaald het geproduceerde<br />

geluid, het energieverbruik, warmteafgifte, emissie van stof, ozon en systreen,<br />

recycleerbaarheid van de toners enz.<br />

GEMEENTE <strong>Essen</strong>: milieubeleidsplan <strong>2012</strong> - 2017


De gemeente gebruikt milieuvriendelijk papier, met PEFC of FSC label.<br />

33<br />

Bij de aankoop van de cateringsproducten wordt eveneens milieuverantwoord<br />

productgebruik toegepast. Zo wordt er in de keuken gebruik gemaakt van halve liter flessen<br />

melk. Het gemeentepersoneel maakt geen gebruik van plastic lepeltjes en bekertjes.<br />

De gemeente koopt koffie, thee, wijn en fruitsap van eerlijke handel.<br />

Er worden vier grote waterverdelers ter beschikking gesteld van het personeel waardoor het<br />

gebruik van losse flessen tot een minimum wordt beperkt. Ook in de technische loods wordt<br />

gebruik gemaakt van de waterverdelers. Er zijn ook waterkannen voor kraantjeswater<br />

beschikbaar voor het gemeentepersoneel.<br />

Figuur 8: (H)eerlijke Biobrunch<br />

In 2006 werden alle onderhoudsproducten geïnventariseerd. Als gevolg hiervan werd in<br />

2007 een nieuw systeem geïntroduceerd voor de verdeling en het gebruik van<br />

poetsproducten. Er wordt sindsdien gebruik gemaakt van biddons met dispensers. De<br />

producten worden in bulk aangekocht. Dit systeem heeft volgende voordelen naar milieu toe:<br />

vermindering van het verbruik met meer dan 30% in vergelijking met manueel doseerbare<br />

producten omwille van nauwkeurige en betrouwbare dosering.<br />

GEMEENTE <strong>Essen</strong>: milieubeleidsplan <strong>2012</strong> - 2017


34<br />

vermindering van verpakkingsafval in gewicht en volume met minder uitstoot door<br />

transport tot gevolg.<br />

eenvoudiger te recycleren verpakkingsafval door een beperkt aantal onderdelen in het<br />

systeem.<br />

Voor het onderhoud van het interieur van de gemeentegebouwen worden enkel nog<br />

microvezeldoeken gebruikt. De gebruikte onderhoudsproducten werden met behulp van de<br />

producttest van OVAM gecontroleerd op hun milieuvriendelijkheid. Concreet gebeurt de<br />

analyse aan de hand van een in te vullen vragenlijst om een milieuscore toe te kennen aan<br />

de gebruikte producten. Deze score maakt een vergelijking tussen verschillende producten<br />

of producttypes mogelijk. Hoe hoger de score hoe meer milieuverantwoord (relatief) het<br />

product is. De vragenlijsten zelf geven een idee van waar verbeteringen mogelijk zijn. Ze zijn<br />

immers zo opgebouwd dat het eerste keuzeantwoord steeds de milieuvriendelijkste optie is<br />

en dus het beste scoort. Deze test kan ook gebruikt worden om offertes met elkaar te<br />

vergelijken.<br />

De magazijnier van de gemeente zorgt voor de implementatie van milieuverantwoord<br />

productgebruik door een degelijk stockbeheer en een doordacht en verantwoord<br />

aankoopbeleid (aankoop in grootverpakking waar mogelijk, efficiënt goederenvervoer enz.).<br />

c. Visie<br />

De gemeente breidt het gebruik van milieuverantwoorde producten verder uit. Ze licht het<br />

productgebruik van haar diensten systematisch door via de producttest<br />

(www.ovam.be/producttest). Het moet binnen alle diensten een reflex worden om<br />

duurzaamheid mee te nemen in bestekken. Minstens 75% van alle aankopen moet<br />

milieuvriendelijk zijn.<br />

d. Knelpunten<br />

1. Het is niet eenvoudig de gewoontes van mensen en diensten te veranderen.<br />

2. Het doorlichten naar milieuvriendelijkheid van een bepaalde productgroep vergt veel<br />

tijd.<br />

3. Uit analyse van de huidige schoonmaakproducten aan de hand van de producttest<br />

van OVAM, blijkt dat op vlak van milieuverantwoord productgebruik nog heel wat kan<br />

veranderen. In het verleden werd vooral gekeken naar dosering. Op dit ogenblik wordt<br />

echter gebruik gemaakt van wegwerpverpakkingen die niet selectief worden<br />

ingezameld. Bovendien zijn de producten zelf geen milieuverantwoorde producten.<br />

e. Acties<br />

De gemeente zal:<br />

42. in een eerste fase werken rond inventarisatie van de verschillende productgroepen.<br />

43. in elk bestek voor de aankoop van hout- en houtproducten een standaardbestekvoorschrift<br />

duurzaam geëxploiteerd hout opnemen.<br />

GEMEENTE <strong>Essen</strong>: milieubeleidsplan <strong>2012</strong> - 2017


35<br />

44. in elk bestek voor ‘werken’ (definitie volgens Vlarea) het gebruik van Copro gekeurd<br />

breekpuin opnemen.<br />

45. vanaf 2015 alleen maar ecologisch verantwoorde was- en reinigingsproducten<br />

gebruiken in de gemeentelijke gebouwen. Voor een objectieve beoordeling van de<br />

milieuvriendelijkheid van de producten in offertes zal gebruik gemaakt worden van de<br />

producttest van OVAM. Hiervoor zijn ecologische fiches opgemaakt voor<br />

verschillende soorten schoonmaakproducten. Deze fiches worden toegevoegd aan<br />

het bestek en moeten per product door de aanbieder worden ingevuld en bijgevoegd<br />

aan de offerte. Op basis van deze fiches kan het productgamma van de verschillende<br />

aanbieders met elkaar vergeleken worden naar milieuvriendelijkheid.<br />

46. vanaf 2015 enkel nog biologische- streek- en fairtrade producten gebruiken bij de<br />

aankoop van cateringsproducten.<br />

47. 4milieuvriendelijkheid<br />

mee opnemen als één van de gunningcriteria in de overige<br />

2bestekken.<br />

.<br />

48. 4meer<br />

gebruik maken van mulchen in het gemeentelijk groenonderhoud.<br />

3<br />

.<br />

49. 4magazijnier<br />

en aankopers verder opleiden in / informeren over milieuverantwoord<br />

4productgebruik.<br />

.<br />

50. 4milieuverantwoorde<br />

houtverduurzamingsmiddelen, verven en vernissen gebruiken.<br />

5<br />

.<br />

51. controleren of haar koel- en airconditioningstoestellen werken op gefluoreerde<br />

broeikasgassen of op milieuvriendelijke alternatieven en indien nodig de toestellen die<br />

werken op broeikasgassen vervangen door milieuvriendelijke alternatieven.<br />

B. Sensibilisatie<br />

a. Inleiding<br />

Consumenten zijn niet altijd weigerachtig om zelf duurzaam aan te kopen of duurzame<br />

materialen te gebruiken. Onbekend is echter vaak onbemind. Kennis passief en actief<br />

overbrengen, aanmoedigen, sensibiliseren,…blijft daarom belangrijk.<br />

b. Stand van zaken<br />

De Ecowijzer die op verschillende evenementen en in het gemeentehuis ter beschikking ligt,<br />

sensibiliseert over herbruikbare luiers, schoonmaakproducten, duurzaam geëxploiteerd hout,<br />

milieusparend papier, duurzaam speelgoed en natuurverven, fair trade producten en<br />

biologische producten. Consumenten kunnen in deze gids gericht op zoek gaan naar de<br />

verkooppunten van lokale, biologische, eerlijke en duurzame producten. De Ecowijzer licht<br />

de verschillende labels en producten toe en somt de voordelen op. Op die manier willen de<br />

gemeenten <strong>Essen</strong>, Brecht, Kalmthout en Wuustwezel, als FairTrade<strong>Gemeente</strong>n, hun<br />

inwoners aansporen om gevarieerd en evenwichtig te winkelen.<br />

De Ecowijzer is ontstaan als een <strong>Essen</strong>s initiatief, de Groene Gids, in het kader<br />

van FairTrade<strong>Gemeente</strong> en groeide uit tot een gids die de nadruk legt<br />

op duurzaam consumeren.<br />

GEMEENTE <strong>Essen</strong>: milieubeleidsplan <strong>2012</strong> - 2017


36<br />

Jaarlijks wordt via de afvalkrant van IGEAN milieu & veiligheid gesensibiliseerd rond het<br />

gebruik van compost.<br />

Op de gemeentelijke website vinden de inwoners informatie over duurzaam bouwen en<br />

duurzaam leven. Hierbij worden volgende thema’s aangesneden: dakisolatie, duurzaam<br />

geëxploiteerd hout, isolatiematerialen uit nagroeibare grondstoffen, natuurverven en<br />

aanverwante afwerkingsproducten, het verwijderen van stookolietanks, herbruikbaar<br />

incontinentiemateriaal, herbruikbare luiers en mulchmaaien.<br />

De gemeente stimuleert dit duurzaam bouwen en duurzaam leven via de<br />

duurzaamheidspremies. Zo subsidieert de gemeente <strong>Essen</strong> volgende zaken:<br />

het plaatsen van dakisolatie in een bestaande woning<br />

het gebruik van milieuverantwoorde isolatiematerialen<br />

de aankoop van duurzaam geëxploiteerd hout<br />

de toepassing van natuurverven en aanverwante afwerkingproducten<br />

het verwijderen of opvullen van een buitengebruik gestelde stookolietank<br />

het plaatsen van een zonneboiler voor de productie van sanitair warm water<br />

het plaatsen van fotovoltaïsche zonnepanelen voor de productie van elektriciteit<br />

het plaatsen van een warmtepompsysteem voor de verwarming van sanitair water<br />

het plaatsen van een warmtepompsysteem voor de verwarming van een woning<br />

de aankoop of huur van een pakket herbruikbare luiers en herbruikbaar<br />

incontinentiemateriaal en bijhorende benodigdheden (luiers, inleggers, overbroekjes)<br />

de aankoop van een mulchmaaier of combimaaier<br />

De subsidies en de gestelde voorwaarden zijn terug te vinden op de gemeentelijke website.<br />

De gemeente sensibiliseert ook actief. Zo organiseerde ze in 2009 een ‘(h)eerlijke markt’,<br />

als onderdeel van de verenigingenmarkt. Op deze markt stonden allerlei milieuverantwoorde<br />

duurzame producten in de aandacht, zoals biologische groenten/fruit, ecologische<br />

schoonmaakmiddelen, milieuverantwoord speelgoed, ecologisch tuinieren, composteren,<br />

enz. De markt kende een grote opkomst.<br />

c. Visie<br />

De gemeente geeft het voorbeeld wat betreft milieuverantwoord productgebruik en<br />

sensibiliseert de bevolking.<br />

d. Knelpunten<br />

1. De inwoners nemen nog te weinig ecologische criteria in overweging bij de keuze van<br />

hun aankopen.<br />

e. Acties<br />

De gemeente zal:<br />

52. 4blijven<br />

sensibiliseren over het thema milieuverantwoord productgebruik.<br />

6<br />

.<br />

53. 4het<br />

gebruik van milieuverantwoorde houtverduurzamingsmiddelen, verven en<br />

7 vernissen stimuleren bij haar bevolking.<br />

54. in het kader van de duurzaamheidspremie nieuwe mogelijkheden op vlak van<br />

milieuverantwoord productgebruik blijven onderzoeken (vb. subsidie hakselaar voor<br />

particulieren) en het bedrag van de premies jaarlijks evalueren.<br />

GEMEENTE <strong>Essen</strong>: milieubeleidsplan <strong>2012</strong> - 2017


Hoofdstuk 6: Water<br />

37<br />

Algemene inleiding<br />

Waterlopen hebben verschillende functies: drinkwater, irrigatiewater, waterberging,<br />

energieleverancier, transport, recreatie, habitat- en verbindingsstructuur, biodiversiteit in en<br />

naast de waterloop, enz. Het is dan ook belangrijk om de kwaliteit van het water te bewaken.<br />

Niet alleen de kwaliteit, maar ook de kwantiteit van water vormt een probleem: steeds meer<br />

verharde oppervlakten en een te snelle afvoer van hemelwater zorgen ervoor dat het water<br />

minder in de bodem dringt, wat kan leiden tot verdroging, en doordat het water veel te snel<br />

weg vloeit met overstromingen tot gevolg.<br />

Oppervlaktewater, grondwater, waterbodems, oevers en de planten en dieren in en rondom<br />

het water vormen één functioneel geheel. Dit noemt men het watersysteem. Alles binnen dit<br />

watersysteem is met elkaar in een ‘dynamisch evenwicht’. Veranderingen of een verstoring<br />

op één plaats in het systeem, hebben meestal gevolgen op een andere plaats in het<br />

systeem. Het is daarom belangrijk steeds naar het hele watersysteem te kijken en de<br />

natuurlijke kenmerken van het watersysteem te respecteren, m.a.w. om een integraal<br />

waterbeleid uit te stippelen en uit te voeren.<br />

Op internationaal vlak vertaalde dit besef zich in een Europese kaderrichtlijn water. De<br />

richtlijn wil de watervoorraden en de waterkwaliteit in Europa veiligstellen en de negatieve<br />

gevolgen van overstromingen en perioden van droogte afzwakken. Als belangrijkste<br />

doelstelling wenst men tegen 2015 de Europese wateren terug op peil te hebben. Dit wil<br />

zeggen dat de oppervlaktewateren zich in een goede ecologische en een goede chemische<br />

toestand bevinden en dat het waterpeil en de chemische toestand van het grondwater goed<br />

is.<br />

De doelstellingen van deze richtlijn werden in Vlaanderen vertaald in een decreet integraal<br />

waterbeleid. Het decreet Integraal Waterbeleid:<br />

legt de doelstellingen en beginselen van integraal waterbeleid vast;<br />

introduceert de watertoets, de oeverzones, de overstromingsgebieden en de financiële<br />

instrumenten voor het integraal waterbeleid;<br />

bepaalt hoe de watersystemen ingedeeld worden in stroomgebieden en<br />

stroomgebiedsdistricten, bekkens en deelbekkens;<br />

schrijft voor hoe de overlegstructuren er moeten uitzien en hoe het waterbeleid moet<br />

worden voorbereid en opgevolgd;<br />

vertaalt de bijzondere verplichtingen voor de stroomgebiedsdistricten vanuit de Europese<br />

kaderrichtlijn Water.<br />

Figuur 9 geeft de verschillende waterlopen van de gemeente <strong>Essen</strong> weer. Met behulp van de<br />

verschillende kleuren wordt aangegeven tot welke categorie de waterlopen behoren. Deze<br />

categorieën bepalen wie de beheerder is van een waterloop. De gemeente is<br />

verantwoordelijk voor het beheer van de waterlopen van categorie III en baangrachten op<br />

haar grondgebied. De gemeente <strong>Essen</strong> deed voor het ruimen van de baangrachten binnen<br />

de bebouwde kom bevoegdheidsoverdracht aan Infrax. Waterlopen van categorie II worden<br />

beheerd door de provincie en waterlopen categorie I worden beheerd door de Vlaamse<br />

overheid. De beheerder van een waterloop staat onder meer in voor het onderhoud, de<br />

aanleg of heraanleg van overstromingsgebieden of het herstel van waterlopen.<br />

De gemeente is een belangrijke actor binnen het waterbeleid. De taken van een gemeente<br />

m.b.t. water zijn dan ook zeer divers. De gemeenten beschikken bijgevolg over heel wat<br />

kansen om het theoretische begrip ‘duurzaam waterbeleid’ in de praktijk te brengen.<br />

GEMEENTE <strong>Essen</strong>: milieubeleidsplan <strong>2012</strong> - 2017


38<br />

Figuur 9: waterlopen van <strong>Essen</strong><br />

GEMEENTE <strong>Essen</strong>: milieubeleidsplan <strong>2012</strong> - 2017


39<br />

In bijlage 1 is een lijst van de gemeentelijke taken terug te vinden. In de lijst wordt ook<br />

telkens aangegeven wie verantwoordelijk is voor de taak en of het een verplichte taak is, een<br />

facultatieve of een taak die samenhangt met de samenwerkingsovereenkomst.<br />

A. Pesticidenreductie<br />

a. Inleiding<br />

In Vlaanderen worden nog al te vaak pesticiden gebruikt om onkruid of plagen te lijf te gaan.<br />

Helaas komt maar 20% van het product terecht waar het bedoeld is. En als het regent<br />

spoelen bestrijdingsmiddelen met het regenwater mee de riolen in. Of ze komen in het<br />

oppervlaktewater, in de bodem en zo in het grondwater terecht waar ze schadelijke effecten<br />

veroorzaken en een bedreiging vormen voor drinkwaterwinning. Ook voor de mens zijn<br />

sommige pesticiden gevaarlijk. Nadelige neveneffecten van chemische bestrijdingsmiddelen<br />

zijn onder andere ecotoxiciteit, bioaccumulerende eigenschappen en hormoonverstorende<br />

effecten. Nochtans zijn er alternatieven beschikbaar.<br />

Het Vlaamse Parlement besliste in 2001 om het gebruik van chemische bestrijdingsmiddelen<br />

voor het beheer van de openbare ruimte drastisch te verminderen. Er kon gekozen worden<br />

voor een nulgebruik vanaf 2004 of een stapsgewijze afbouw. Hier is ook de voorbeeldfunctie<br />

van de openbare diensten belangrijk. Zij kunnen door hun vernieuwde aanpak, ook aan<br />

privé-terreinbeheerders, landbouwers en particulieren tonen dat bestrijdingsmiddelen kunnen<br />

vermeden worden.<br />

b. Stand van zaken<br />

De laatste jaren werd het pesticidengebruik binnen de gemeente sterk afgebouwd. De<br />

gemeente voert nu telkens een risico-evaluatie uit aan de hand van de lijst met gedoogde<br />

producten die door de Vlaamse overheid beschikbaar gesteld wordt op<br />

www.zonderisgezonder.be. Er worden enkel nog gedoogde producten gebruikt. De<br />

gemeente houdt een inventaris bij van de gebruikte bestrijdingsmiddelen via de<br />

internettoepassing op www.zonderisgezonder.be.<br />

Bij heraanleg of omvorming van het openbaar domein wordt ook telkens de pesticidentoets<br />

toegepast. De pesticidentoets is in het leven geroepen via het uitvoeringsbesluit van 19<br />

december 2008. Zo gebeurt de omvorming met het oog op onkruidpreventie zodanig dat een<br />

efficiëntere bestrijding met bestaande niet-chemische methoden mogelijk wordt.<br />

Het toepassen van deze pesticidentoets zorgde er o.a. voor dat bij de heraanleg van de<br />

parking aan de Spijker de niet gebruikte verharding werd vervangen door traag groeiend<br />

gras. Ook het herinzaaien van de bermen in de Heyendlaan en omliggende straten gebeurde<br />

in het voorjaar 2011 met traaggroeiend gras. Bij de heraanleg van de Vredestraat wordt<br />

geopteerd om de niet gebruikte verhardingen te vervangen door laaggroeiende planten.<br />

In de plantsoenen maakt de gemeente gebruik van hakselhout om onkruidgroei te<br />

vermijden. Bij het beheer van openbaar domein wordt meer gebruik gemaakt van een<br />

veegwagen. Het vegen neemt immers de voedingsbodem voor onkruid weg.<br />

Bij heraanleg van openbaar domein wordt een aangepaste beplanting met bodembedekkers<br />

voorzien om de ruimte zo onderhoudsvrij mogelijk te houden. Daar waar gekozen<br />

wordt voor gras, wordt traag groeiend gras gezaaid. Hierdoor kan bespaard worden op het<br />

aantal maaibeurten en de hoeveelheid grasafval. Bovendien is het gekozen grasmengsel<br />

ziekteresistent, waardoor niet of minder gespoten moet worden.<br />

GEMEENTE <strong>Essen</strong>: milieubeleidsplan <strong>2012</strong> - 2017


40<br />

De gemeente gaf met de landbouwtelling een infobrief mee aan de landbouwers waarop de<br />

afspraken werden opgesomd waaraan de landbouwers zich moeten houden wanneer hun<br />

perceel grenst aan een waterloop. Hierin wordt ondermeer opgenomen dat het verboden is<br />

om over een zone van 1 meter langs de waterloop grondbewerking uit te voeren of<br />

bestrijdingsmiddelen te gebruiken.<br />

De gemeente voert ook op geregelde tijdstippen sensibilisatiecampagnes rond<br />

bestrijdingsmiddelen. Zo geeft ze via de gemeentelijke website en via het gemeentelijk<br />

infoblad tips om de natuur zo weinig mogelijk te belasten met chemische<br />

bestrijdingsmiddelen.<br />

c. Visie<br />

De gemeentelijke diensten zijn in 2015 pesticidenvrij. De concreet af te leggen weg wordt<br />

uitgewerkt in het Milieujaarprogramma. De bevolking wordt ook gestimuleerd om geen<br />

pesticiden te gebruiken.<br />

d. Knelpunten<br />

1. Het pesticidenvrij werken vraagt meer tijd en inspanning van de groendienst.<br />

2. Sommige landbouwers houden zich niet altijd aan de vrije oeverzones.<br />

e. Acties<br />

De gemeente zal:<br />

55. 4de<br />

huidige werking rond pesticidenreductie verder zetten.<br />

8<br />

.<br />

56. projecten rond het verminderen van bestrijdingsmiddelen toelichten aan de hand van<br />

educatieve borden.<br />

57. 4bij<br />

de heraanleg of omvorming van openbaar domein telkens de pesticidentoets<br />

9blijven<br />

toepassen.<br />

.<br />

58. 5bij<br />

nieuwe aanplantingen steeds kiezen voor aangepaste beplanting zoals<br />

0bodembedekkers<br />

om de ruimte zo onderhoudsvrij mogelijk te houden. Op<br />

. verschillende plaatsen start de gemeente <strong>Essen</strong> vanaf <strong>2012</strong> met proefprojecten met<br />

aangepaste beplantingen om na te gaan met welke bodembedekkers de bodem<br />

onkruidvrij blijft.<br />

59. 5de<br />

inwoners blijven sensibiliseren rond bestrijdingsmiddelen.<br />

1<br />

.<br />

60. 5landbouwers<br />

overtuigen de oeverzones vrij te houden.<br />

2<br />

.<br />

61. 5in<br />

de bestekken rond het onderhoud van openbaar groen opleggen om pesticidenvrij<br />

3te<br />

werken.<br />

.<br />

GEMEENTE <strong>Essen</strong>: milieubeleidsplan <strong>2012</strong> - 2017


41<br />

62. 5het<br />

personeel van de groendienst opleidingen laten volgen rond duurzame inrichting<br />

4en<br />

onderhoud van openbaar groen.<br />

.<br />

63. het vrijwillig braakleggen van stroken landbouwgrond langs waterlopen en/of Kleine<br />

Landschapselementen (KLE’s) stimuleren en ondersteunen (logistiek en financieel) en<br />

zet hiervoor een gestructureerd overleg op tussen landbouworganisaties en<br />

natuurverenigingen.<br />

B. Rationeel watergebruik<br />

a. Inleiding<br />

Ongeveer 70% van het aardoppervlak is bedekt met water. Toch is de voorraad water die<br />

geschikt is voor menselijke consumptie niet in overvloed aanwezig. Integendeel.<br />

Wetenschappers waarschuwen dat watertekorten in de toekomst een ernstige bedreiging<br />

zullen vormen. Daarom is het belangrijk dat er doordacht (rationeel) wordt omgegaan met<br />

onze watervoorraad.<br />

b. Stand van zaken<br />

De gemeente past momenteel in sommige van haar gemeentelijke gebouwen, zoals kleuter-<br />

en lagere school WIGO, bij de uitbreiding van het gemeentehuis (ook voor de<br />

brandweerkazerne en de gemeentelijke loods), hergebruik van regenwater toe. Bij alle<br />

gemeentelijke nieuwbouwprojecten en verbouwingen wordt nagegaan welke vormen van<br />

rationeel watergebruik kunnen worden toegepast.<br />

De gemeente probeert via verschillende sensibilisatiecampagnes rationeel watergebruik<br />

ingeburgerd te krijgen bij haar inwoners. Hiervoor verspreidt ze o.a. via haar loket de<br />

“Waterwegwijzer bouwen en verbouwen” van de Vlaamse milieumaatschappij. Deze<br />

wegwijzer gaat onder andere over de opvang, het hergebruik, de buffering en de lozing van<br />

het hemelwater. Duurzaam waterbeheer betekent ook dat de hoeveelheid afvalwater tot een<br />

minimum wordt beperkt. Dit afvalwater moet behandeld worden voor het geloosd wordt in het<br />

oppervlaktewater. Of je zelf verantwoordelijk bent voor deze zuivering en hoe dit dan moet<br />

gebeuren kan ook in de gids teruggevonden worden.<br />

Infrax beheert verzorgt binnen de gemeente <strong>Essen</strong> de exploitatie, het onderhoud en de<br />

ontwikkeling van alle leidinggebonden nutsvoorzieningen voor elektriciteit en riolering.<br />

Infrax geeft ook premies voor wie investeert in rationeel watergebruik (RWG). Een overzicht<br />

van alle premies is terug te vinden op de website van Infrax.<br />

c. Visie<br />

Omdat water een schaars en kostbaar product is, springt de gemeente rationeel om met<br />

water, geeft hierbij het goede voorbeeld en sensibiliseert de bevolking rond duurzaam<br />

watergebruik.<br />

d. Knelpunten<br />

1. Vraagt grote aanpassingswerken, kan enkel bij verbouwingswerken<br />

GEMEENTE <strong>Essen</strong>: milieubeleidsplan <strong>2012</strong> - 2017


e. Acties<br />

De gemeente zal:<br />

64. bij gemeentelijke nieuwbouwprojecten en verbouwingen steeds de principes van<br />

rationeel watergebruik toepassen.<br />

65. blijven sensibiliseren rond rationeel watergebruik, regenwaterrecuperatie,<br />

grondwaterwinning, enz.<br />

C. Terugdringen van waterverontreiniging en -overlast<br />

42<br />

a. Inleiding<br />

Onder waterverontreiniging wordt een verandering in de kwaliteit van het water verstaan met<br />

een schadelijk effect voor mensen, dieren of planten die met het water in contact komen.<br />

Waterverontreiniging kan zowel het gevolg zijn van menselijke als van natuurlijke activiteiten.<br />

Wateroverlast is een verzamelnaam voor situaties waarin mensen hinder ondervinden als<br />

gevolg van te veel water. Hierbij kan het gaan om overlast van regenwater of overlast als<br />

gevolg van het grondwater.<br />

Om wateroverlast en –verontreiniging op een planmatige manier te kunnen aanpakken is<br />

Vlaanderen ingedeeld in vier stroomgebieden. Een stroomgebied is het landoppervlak,<br />

waarvan het regenwater naar een bepaalde waterloop afstroomt en via die waterloop naar<br />

zee wordt afgevoerd. In het Vlaamse Gewest liggen vier stroomgebieden: het stroomgebied<br />

van de Schelde, de Maas, de IJzer en de Brugse Polders.<br />

Deze gebieden worden verder ingedeeld in deelstroomgebieden, wat in Vlaanderen<br />

overeenkomt met de 11 feitelijk afgebakende rivierbekkens. In een bekken stroomt elke<br />

druppel water naar dezelfde rivier, die een zijtak is van de waterlopen die het water naar zee<br />

voeren.<br />

Binnen deze rivierbekkens worden op analoge wijze deelbekkens afgebakend. Dat is<br />

noodzakelijk met het oog op het specifieke lokale beleid dat in een deelbekken moet worden<br />

gevoerd.<br />

De gemeente <strong>Essen</strong> behoort het deelbekken Kleine Aa, dat samen met de deelbekkens<br />

Weerijs, Mark en Aa-Leyloop deel uitmaakt van het Maasbekken. De vier deelbekkens zijn<br />

samengebracht in één waterschap Mark en Weerijs. Een waterschap is een overlegstructuur<br />

waarin de verschillende waterbeheerders binnen dat gebied samenkomen om hun decretale<br />

taken te volbrengen en om lokale aangelegenheden in verband met water te bespreken.<br />

Steden en gemeenten hebben een belangrijke verantwoordelijkheid in de overlegstructuren<br />

op deelbekkenniveau. De concrete oplossingen voor knelpunten en het uitwerken van<br />

mogelijkheden zijn immers zeer lokaal gebonden. De gemeentebesturen moeten de visie<br />

van integraal waterbeleid immers ook vertalen naar hun andere beleidsdomeinen.<br />

b. Stand van zaken<br />

waterkwaliteit in <strong>Essen</strong><br />

De kwaliteit van het water wordt opgevolgd via de verschillende meetnetten en<br />

meetdatabanken van de VMM. Op de website van de VMM vindt men voor de gemeente<br />

<strong>Essen</strong> de kwaliteit van het oppervlaktewater en de waterbodems terug.<br />

Figuur 10 geeft de kwaliteit van het oppervlaktewater weer aan de hand van de Prati-index<br />

(PIO). Deze index is een maat voor de kwaliteit van de zuurstofhuishouding van het<br />

GEMEENTE <strong>Essen</strong>: milieubeleidsplan <strong>2012</strong> - 2017


43<br />

oppervlaktewater. De zuurstofhuishouding is van cruciaal belang voor de leefbaarheid en het<br />

herstel van een biotoop. Hoe hoger de index hoe slechter de kwaliteit.<br />

Zwaar verontreinigde oppervlaktewateren komen over gans Vlaanderen nog maar uiterst<br />

zelden voor (in 2009: 5 op een totaal van 1.683 meetplaatsen, of 0,3%). In 1991 scoorde nog<br />

12% van de meetplaatsen slecht.<br />

Binnen de gemeente <strong>Essen</strong> is de kwaliteit van de Kleine Aa het beste. De Molenbeek en de<br />

Rozendaalsevaart zijn matig verontreinigd. Geen enkele waterloop is zwaar verontreinigd.<br />

Figuur 11 geeft de kwaliteit van de waterbodem weer aan de hand van de Triade Klasse<br />

Beoordeling. De triade doet een kwaliteitsbepaling van de waterbodem op basis van zowel<br />

de fysico-chemische, de ecotoxicologische als de biologische toestand van de waterbodem.<br />

Op die manier wordt een ecologisch oordeel over de kwaliteit van de waterbodem gevormd.<br />

Daardoor kan de triade gebruikt worden om waterbodems te rangschikken in functie van<br />

toenemende prioriteit voor saneringsonderzoek in het kader van het ecologisch herstel van<br />

rivieren/beken.<br />

Binnen de gemeente <strong>Essen</strong> moet geen enkele waterbodem prioritair gesaneerd te worden.<br />

Figuur 10: De kwaliteit van het oppervlaktewater aan de hand van de Prati-index. De Prati-index<br />

is een maat voor de kwaliteit van de zuurstofhuishouding in het oppevlaktewater.<br />

GEMEENTE <strong>Essen</strong>: milieubeleidsplan <strong>2012</strong> - 2017


Figuur 11: De kwaliteit van de waterbodem aan de hand van de Triade Klasse Beoordeling.<br />

44<br />

Naast de chemische kwaliteit (PIO) en de verontreiniging van de waterbodem wordt door de<br />

VMM ook de biologische waterkwaliteit opgevolgd (evenwel niet steeds jaarlijks) met behulp<br />

van de Belgische Biotische Index (BBI).<br />

Deze index steunt op de aan- of afwezigheid van macro-invertebraten in het water, zijnde<br />

ongewervelden, zoals insectenlarven, weekdieren, kreeftachtigen, wormen, die met het blote<br />

oog waarneembaar zijn.<br />

De in het voorliggend ontwerpplan opgenomen meetresultaten hebben enkel betrekking op<br />

het meetjaar 2009. Via de website van de VMM zijn de meetresultaten van de afgelopen 10<br />

jaar en zelfs eerder te raadplegen (zie http://www.vmm.be/geoview).<br />

Deelbekkenbeheerplannen<br />

De gemeente <strong>Essen</strong> behoort tot het Maasbekken en wordt verder ingedeeld in het<br />

deelbekken Kleine Aa. Een klein deel van de gemeente behoort tot het deelbekken Weerijs.<br />

De bestaande deelbekkenbeheerplannen bevatten acties die problemen rond wateroverlast<br />

en waterverontreiniging zo veel mogelijk aan de bron proberen aan te pakken. De gemeente<br />

werkt de acties uit dit deelbekkenbeheerplan uit zodat tegen 2015 een goede toestand van<br />

het oppervlaktewater bekomen kan worden.<br />

Wateroverlast<br />

Sommige mensen bouwen op een terrein dat regelmatig overstroomt. Als ze hun terrein<br />

ophogen om zichzelf te beveiligen, zoekt het overstromingswater op een andere plaats een<br />

weg en kan het daar schade aanrichten. Ook andere wijzigingen van het reliëf of van het<br />

bodemgebruik beïnvloeden de toestand van het water.<br />

Om de kans op wateroverlast zoveel mogelijk terug te dringen en te voorkomen moet sinds<br />

24 november 2003 elk nieuw initiatief waarvoor er een vergunning nodig is (een<br />

stedenbouwkundige, een milieuvergunning of een andere) en elk plan of programma, vóór<br />

de goedkeuring aan de watertoets onderworpen worden.<br />

GEMEENTE <strong>Essen</strong>: milieubeleidsplan <strong>2012</strong> - 2017


45<br />

Figuur 12: Kleine Aa - Steenpaal<br />

De watertoets is een beoordeling waarbij wordt nagegaan of een initiatief schadelijke<br />

effecten veroorzaakt als gevolg van een verandering in de toestand van het<br />

oppervlaktewater, het grondwater of de waterafhankelijke natuur.<br />

Toont de watertoets aan dat het initiatief significante schade kan veroorzaken, dan moet men<br />

op zoek naar alternatieven of compenserende maatregelen. Is er, in uitzonderlijke gevallen,<br />

geen aanvaardbaar alternatief of remediëring mogelijk, dan wordt de vergunning of de<br />

goedkeuring voor het plan of programma geweigerd.<br />

De gemeente legde enkele wadi’s aan, vb. in de Kleiputtenlaan, omgeving Kerkhofweg /<br />

Veldweg en Statievelden. Deze zorgen ervoor dat overvloedig regenwater kan worden<br />

gebufferd, kan infiltreren in de bodem en vertraagd wordt afgevoerd.<br />

GEMEENTE <strong>Essen</strong>: milieubeleidsplan <strong>2012</strong> - 2017


46<br />

Rioleringsbeleid<br />

Het rioolbeheer en de verplichtingen in het kader van het zoneringsplan zijn overgedragen<br />

aan de intercommunale INFRAX.<br />

Wat betreft de subsidiedossiers voor investeringen in rioleringsprojecten is de gemeente en<br />

INFRAX afhankelijk van de kwartaalprogramma’s van VMM.<br />

Elke rioolbeheerder en/of gemeente kampt hierin met dezelfde problemen.<br />

Via Interrio wordt hiervoor naar een oplossing gezocht om hierover meer duidelijkheid te<br />

krijgen.<br />

De investeringen worden deels gefinancierd met de middelen uit de saneringsbijdrage en<br />

voor het overgrote deel uit de subsidies van VMM.<br />

Enerzijds is een herziening van het zoneringsplan aan de orde en anderzijds wordt meer<br />

duidelijkheid gevraagd over de financieringsmechanismen voor rioleringsprojecten.<br />

De timing hiervan is onduidelijk en afhankelijk van veel factoren.<br />

c. Visie<br />

De gemeente wil de kwaliteit van de waterlopen op zijn grondgebied verhogen, zowel op<br />

gebied van waterkwaliteit als bufferend vermogen.<br />

d. Knelpunten<br />

1. Meer en meer groene ruimte van particulieren wordt verhard, vb. voortuinen voor<br />

extra parkeerplaatsen. Hierdoor kan het water niet goed infiltreren.<br />

2. De oeverbreedte van waterlopen van zowel categroie II als categorie III in zowel het<br />

open als urbane gebied wordt niet altijd gerespecteerd.<br />

e. Acties<br />

De gemeente zal:<br />

66. de kwaliteit van het water blijven opvolgen via de meetnetten van de VMM.<br />

67. de uitvoering van het deelbekkenbeheerplan verder opvolgen en concrete acties<br />

uitwerken in het milieujaarprogramma.<br />

68. bij vergunningsaanvragen steeds de watertoets controleren om na te gaan of de<br />

geplande werken een negatieve invloed kunnen hebben op de waterhuishouding.<br />

69. gemeentelijke waterlopen meer in de kijker plaatsen door onder meer naamborden<br />

van de waterlopen aan de bruggen te hangen, infoborden te plaatsen langs<br />

uitgevoerde ecologische herstelprojecten, enz.<br />

70. verharden van de open ruimte tegen gaan zodat regenwater optimaal kan infiltreren.<br />

71. de aangelanden wijzen op de verplichtingen m.b.t. het niet bemesten van en niet<br />

gebruiken van pesticiden op de oeverlopen van waterlopen. De controle hiervan ligt<br />

bij de VMM.<br />

72. de Magerbeek ontkoppelen van het rioleringsstelsel.<br />

73. verder wadi’s aanleggen om overvloedig regenwater kan gebufferd worden en kan<br />

infiltreren in de bodem.<br />

74. aanleg van groendaken stimuleren bij de inwoners en ook zelf toepassen op de<br />

gemeentelijke gebouwen.<br />

GEMEENTE <strong>Essen</strong>: milieubeleidsplan <strong>2012</strong> - 2017


D. Ecologische herstelprojecten<br />

47<br />

a. Inleiding<br />

Via ecologische herstelprojecten wil men de huidige gedegradeerde toestand wijzigen naar<br />

een goede ecologische toestand, ofwel naar een goed ecologisch potentieel wanneer er<br />

bepaalde functies onherstelbaar zijn aangetast. Bijvoorbeeld bij sterk gewijzigde waterlopen.<br />

b. Stand van zaken<br />

Kleine Aa<br />

De Kleine Aa was vroeger een sterk kronkelende beek. In het verleden is de Kleine Aa<br />

echter rechtgetrokken om grotere rechtere landbouwpercelen te bekomen. Omdat in een<br />

rechtgetrokken waterloop het water sneller wordt afgevoerd leidde dit tot overstromingen<br />

stroomafwaarts (dus in Nederland). Dit had ook lagere grondwaterpeilen in de gemeente tot<br />

gevolg.<br />

De Kleine Aa is een waterloop van 2 de categorie en wordt bijgevolg beheerd door de<br />

provincie Antwerpen. Zij werkten in samenwerking met de gemeente een project uit voor<br />

herstel en aantakking van de oude meanders. De vallei van de Kleine Aa zal door de werken<br />

het water meer ruimte bieden.<br />

Er zullen ook enkele ecologische herstelprojecten worden uitgevoerd, meer bepaald in de<br />

zones stroomafwaarts de Nieuwmoersesteenweg en verder stroomafwaarts <strong>Essen</strong>donkbos<br />

tot aan de grens. Een ecologisch herstel van de oever ter hoogte van het fietspad tussen<br />

Schanker en Over d’Aa, in combinatie met een nieuw fietspad, wordt samen met de<br />

Provinciale dienst Waterbeleid uitgewerkt.<br />

Magerbeek<br />

De natuurlijke loop van de Magerbeek verliep oorspronkelijk via de Oude Pastorij.<br />

De gemeente wil nagaan of deze oorspronkelijke situatie kan hersteld worden zodat de<br />

Magerbeek kan dienen als natuurlijke voeding voor de gracht aan de Oude Pastorij.<br />

c. Visie<br />

De gemeente gaat opnieuw ruimte geven aan de waterlopen vanuit hydrologisch en<br />

ecologisch oogpunt.<br />

d. Knelpunten<br />

1. De aanwezigheid van stuwtjes verhindert vismigratie in de Kleine Aa.<br />

2. Het ontbreken van oeverinrichting van de vest rondom de Oude Pastorij.<br />

e. Acties<br />

De gemeente zal:<br />

75. enkele verwaarloosde percelen ter hoogte van Horendonk langs de kleine Aa, die in<br />

bezit zijn van de gemeente, herwaarderen. Voor de beplanting zal gebruik worden<br />

gemaakt van streekeigen en waar mogelijk autochtoon plantmateriaal.<br />

76. in samenwerking met de provincie ecologische herstelprojecten in de vallei van de<br />

Kleine Aa uitvoeren.<br />

77. een actief grondenaankoopbeleid blijven voeren zodat aan de Kleine Aa en de<br />

Roosendaalse vaart nog meer groene “stepping stones” kunnen ontwikkeld worden.<br />

GEMEENTE <strong>Essen</strong>: milieubeleidsplan <strong>2012</strong> - 2017


Hoofdstuk 7: Hinder<br />

48<br />

Algemene inleiding<br />

Hinder kan beschreven worden als een onaangenaam zintuiglijk gevoel met zowel een<br />

objectief als een subjectief karakter. In tegenstelling tot andere milieuvervuilingen waar de<br />

mens zich meestal niet dadelijk van bewust is, is hinder onmiddellijk merkbaar. Dit zorgt voor<br />

een aantasting van de levenskwaliteit op geestelijk en lichamelijk vlak.<br />

Geluidshinder<br />

Geluidshinder is één van de belangrijkste milieuproblemen van deze tijd en bovendien vaak<br />

een lokaal probleem. De voornaamste bronnen van geluidshinder komen van het verkeer,<br />

industrie, luidruchtige recreatie en burenlawaai. Het hindergevoel is afhankelijk van<br />

objectieve factoren zoals: het geluidsniveau, de frequentie, de duur, de variabiliteit van het<br />

geluid, het tijdstip en de plaats waarop het geluid zich voordoet, maar ook van subjectieve<br />

factoren zoals persoonlijke gevoeligheid.<br />

Lawaai kan leiden tot slaapverstoring, stress en zelfs hart- en vaatziekten.<br />

Lichthinder<br />

Lichthinder is de overlast die mens en milieu ondervinden van kunstlicht in open lucht.<br />

Mensen ondervinden overlast in de vorm van verblinding en onbehagen. Ook de fauna en<br />

flora ondervinden negatieve effecten. Bij dieren bijvoorbeeld door aanrijdingen door<br />

lichtaantrekking, het vroegtijdig uit de winterslaap komen, desoriëntatie,...<br />

Bij planten kunnen processen als zaadkieming, bloei en bladval ontregeld worden.<br />

Men spreekt van lichtvervuiling als er een verhoogde helderheid van de nachtelijke omgeving<br />

door kunstlicht is. De belangrijkste oorzaak van lichtvervuiling in Vlaanderen is de openbare<br />

verlichting en dan vooral de straatverlichting.<br />

Geurhinder<br />

Geur begint met de emissie van vluchtige verbindingen die zich in de lucht verspreiden en<br />

waargenomen worden met de menselijke neus. Stank treedt op wanneer het waarnemen van<br />

geuren als hinderlijk wordt ervaren. Verkeer en buren blijken de meest hinderlijke<br />

geurbronnen te zijn. Het hindergevoel is afhankelijk van de frequentie, de duur en intensiteit<br />

van de geur, maar ook van de aard van de geur en de persoonlijke gevoeligheid.<br />

Geurhinder kan leiden tot o.a. hoofdpijn, stress en braakneigingen.<br />

Luchtverontreiniging<br />

Luchtverontreiniging kan worden omschreven als door de mens in de lucht geloosde vaste,<br />

vloeibare of gasvormige stoffen die, alleen of samen met andere stoffen, nadelig zijn voor de<br />

menselijke gezondheid of schadelijk zijn voor dieren, milieu maar ook bijvoorbeeld<br />

gebouwen.<br />

De verschillende bronnen van luchtverontreiniging zijn: natuurlijke bronnen, energieproductie<br />

en gebouwenverwarming, gemotoriseerd verkeer en industriële processen.<br />

A. Behandelen van milieuhinderklachten<br />

a. Inleiding<br />

Onder milieuhinderklachten worden klachten verstaan die het gevolg zijn van een probleem<br />

van geluidshinder, geurhinder, lichthinder, stof- of roethinder, water- of bodemverontreiniging,<br />

al dan niet gerelateerd aan een vergunningsplichtige inrichting of activiteit.<br />

GEMEENTE <strong>Essen</strong>: milieubeleidsplan <strong>2012</strong> - 2017


49<br />

Milieuklachten worden via handhaving (zie punt B) zo veel mogelijk voorkomen. Als er toch<br />

hinderklachten zijn moeten die, na melding via het centraal meldpunt, op een correcte en<br />

gestructureerde manier behandeld worden.<br />

Aangezien bepaalde vormen van milieuhinder een effect kunnen hebben op de gezondheid,<br />

neemt de gemeente indien nodig contact op met het LOkaalGezondheidsOverleg. Bij dit<br />

LOkaalGezondheidsOverleg werken Medische Milieudeskundigen, waarbij men terecht kan<br />

voor vragen rond Milieu en Gezondheid.<br />

b. Stand van zaken<br />

Centraal meldpunt<br />

De inwoners kunnen tijdens de kantooruren steeds terecht bij de milieudienst via email<br />

(milieu@essen.be), telefoon (03/670.01.42), via e-loket of aan de balie. Dit meldpunt wordt<br />

via de gemeentelijke website en de afvalkalender aan de bevolking bekendgemaakt.<br />

Buiten de kantooruren kunnen de inwoners hun milieuklachten rechtstreeks via e-loket<br />

melden aan de milieudienst of kunnen ze contact opnemen met de politie (03/670.09.20) die<br />

24 uur permanentie verleent.<br />

MKROS: digitale registratie, opvolging en doorlichting van milieuhinderklachten<br />

De gemeente <strong>Essen</strong> kiest ervoor om voor de registratie en opvolging van haar klachten over<br />

milieuhinder gebruik te maken van MKROS, het milieuklachten registratie- en<br />

opvolgingsysteem. Via deze internettoepassing worden klachten geregistreerd in een<br />

centrale databank en kan zo de opvolging ervan gestructureerd aangepakt worden.<br />

De gemeente wilt de klachten die zich voordoen op haar grondgebied op deze manier zo<br />

goed mogelijk afhandelen, maar blijft het voorkomen van klachten steeds als hoofddoel<br />

behouden. Hiertoe registreert en behandelt de gemeente niet enkel de klachten, maar zal ze<br />

ook jaarlijks de klachten analyseren. MKROS bevat hiervoor een aparte opvolgingsmodule.<br />

Uit de inventarisatie van de klachten die bij de milieudienst terechtkomen kunnen tot hiertoe<br />

volgende conclusies getrokken worden:<br />

Het grootste deel van de klachten gaat over sluikstort. Daarnaast springen ook de<br />

klachten over geluidshinder van buren/activiteiten in het oog.<br />

Het grootste deel van de klachten worden ofwel mondeling op de milieudienst of wel via<br />

mail/meldingskaart gemeld. Dit wil zeggen dat het milieuloket voldoende toegankelijk is<br />

voor de inwoners en dat het systeem van de meldingskaarten in het gemeentelijk infoblad<br />

goed werkt.<br />

De meeste meldingen komen bij de politie terecht. Deze klachten betreffen voornamelijk<br />

geluidshinder van muziek en personen, sluikstorten en verbranden van afval.<br />

c. Visie<br />

De gemeente wil milieuklachten voorkomen en snel, efficiënt en krachtdadig optreden zodat<br />

ontradend gewerkt wordt.<br />

d. Knelpunten<br />

1. De samenwerking met de politie loopt goed, maar is nergens officieel op papier<br />

vastgelegd.<br />

GEMEENTE <strong>Essen</strong>: milieubeleidsplan <strong>2012</strong> - 2017


e. Acties<br />

De gemeente zal:<br />

78. het centraal meldpunt blijven bekend maken bij haar inwoners.<br />

50<br />

79. de huidige werkwijze rond klachtenregistratie, opvolging en analyse verder zetten.<br />

80. de samenwerking tussen de politie en de milieudienst rond de behandeling van<br />

klachten en het centraal meldpunt milieuklachten officieel in een overeenkomst<br />

vastleggen.<br />

81. indien nodig contact op met het LOkaalGezondheidsOverleg. Bij dit<br />

LOkaalGezondheidsOverleg werken Medische Milieudeskundigen, waarbij men<br />

terecht kan voor vragen rond Milieu en Gezondheid.<br />

B. Handhaving<br />

a. Inleiding<br />

De wettelijke basis voor de bestrijding van milieuverontreiniging door hinderlijke inrichtingen<br />

in Vlaanderen wordt geleverd door Vlarem I en Vlarem II. Beiden zijn uitvoeringsbesluiten<br />

van het Decreet van 28 juni 1985 betreffende de Milieuvergunning. Hinderlijke inrichtingen<br />

worden ingedeeld in drie klassen naargelang de aard en de belangrijkheid van de milieueffecten<br />

die eraan verbonden zijn. Elke activiteit die een klasse 1 of 2 inrichting is, kan<br />

slechts legaal worden geëxploiteerd wanneer voorafgaand de noodzakelijke vergunning is<br />

bekomen van de bevoegde overheid. De vergunning voor klasse 1-inrichtingen wordt<br />

verleend door de bestendige deputatie, de vergunning voor een inrichting van 2de klasse<br />

door het schepencollege. Een klasse 3-inrichting moet gemeld worden aan het<br />

schepencollege van de gemeente waar de exploitatie gepland is.<br />

In de praktijk komt het erop neer dat bijna elke activiteit onder één of meerdere rubrieken van<br />

de indelingslijst van Vlarem I ressorteert en bijgevolg door de milieuvergunningsreglementering<br />

gevat wordt. Bij de exploitatie van deze inrichtingen moeten de algemene, sectorale en<br />

bijzondere milieuvoorwaarden in acht genomen worden.<br />

In het verleden diende elke gemeente te beschikken over minstens één persoon met een<br />

Vlarem bekwaamheidsbewijs. Deze mensen waren enkel bevoegd voor de controle van<br />

hinderlijke inrichtingen klasse 2 en 3 naar naleving van de Vlarem-regelgeving.<br />

Volgens het besluit uitvoering titel XVI van het Decreet Algemene Bepalingen Milieubeleid<br />

(DABM), moest elke gemeente tegen mei 2010 beroep kunnen doen op minstens één<br />

toezichthouder, hetzij een gemeentelijke toezichthouder, hetzij een toezichthouder van een<br />

intergemeentelijke vereniging, hetzij een toezichthouder van een politiezone.<br />

Tegen 1 mei 2011 moet een gemeente met meer dan driehonderd inrichtingen van klasse 2<br />

minstens een beroep kunnen doen op twee gemeentelijke, intergemeentelijke toezichthouders<br />

of toezichthouders van politiezones.<br />

Om aan deze bepalingen te kunnen voldoen, werd in het DABM gesteld dat de Vlarem<br />

bekwaamheidsbewijzen tot 01.05.<strong>2012</strong> blijven gelden. Dit Vlarembewijs kan ingeruild worden<br />

voor een nieuw bekwaamheidsbewijs. Hiermee worden de bevoegdheden van de Vlarem<br />

ambtenaar ook uitgebreid tot de bevoegdheden van een lokale toezichtshouder in het kader<br />

van het DABM.<br />

GEMEENTE <strong>Essen</strong>: milieubeleidsplan <strong>2012</strong> - 2017


51<br />

De lokale toezichthouders oefenen, voor de inrichtingen van klasse 2 en 3, voor de nietingedeelde<br />

inrichtingen en voor de vrije velddelicten, het toezicht uit op de toepassing van de<br />

relevante milieuwetgeving 1 .<br />

Bij de inrichtingen van klasse 1 kunnen zij, voor de bovenvermelde wetten, decreten en<br />

verordeningen en hun uitvoeringsbesluiten, enkel vaststellingen doen.<br />

In het DABM wordt een onderscheid gemaakt tussen milieu-inbreuken en milieumisdrijven.<br />

Milieu-inbreuken worden administratief vervolgd, milieumisdrijven gerechtelijk. Als de<br />

procureur des Konings beslist om een milieumisdrijf niet te vervolgen, kan dit alsnog<br />

administratief beboet worden.<br />

De lokaal toezichthouder heeft bij het vaststellen van een inbreuk en/of misdrijf ook de<br />

mogelijkheid om volgende bestuurlijke maatregelen op te leggen: het beëindigen van de<br />

overtreding, de stopzetting van de activiteiten of hij kan zelf handelingen uitvoeren om de<br />

inbreuk of het misdrijf te stoppen.<br />

b. Stand van zaken<br />

De milieuambtenaar en één inspecteur van de politiezone Grens beschikken over een<br />

Vlarem-bekwaamheidsbewijs. De inspecteur is binnen de Lokale politiezone Grens<br />

aangesteld voor drie gemeenten: <strong>Essen</strong>, Kalmthout en Wuustwezel.<br />

In afwachting van de intergemeentelijke samenwerking, stelde het schepencollege in april<br />

2010 de milieuambtenaar 2 , opnieuw aan als gemeentelijk toezichthouder in het kader van<br />

titel XVI van het DABM. Dit aanstellingsbesluit werd overgemaakt aan de Afdeling<br />

Erkenningen van het Departement Leefmilieu, Natuur en Energie.<br />

De gemeente tekende midden 2011 ook in voor een gedeeltelijke samenwerking met de<br />

intergemeentelijke vereniging IGEAN milieu & veiligheid, die twee mensen van hun eigen<br />

milieudienst aanstelt als intergemeentelijk toezichthouders. Daarnaast wordt het team<br />

intergemeentelijke toezichthouders aangevuld vanuit de gemeentelijke ambtenaren die<br />

voldoen aan de bepalingen van het milieuhandhavingsdecreet en –uitvoeringsbesluit. Op<br />

termijn wenst IGEAN milieu & veiligheid ook toezichthouders van de politiezones op te<br />

nemen in de intergemeentelijke werking.<br />

Deze werking zal geleidelijk aan opgebouwd worden en zich in de eerste plaats toeleggen op<br />

het opstellen en voorbereiden van verschillende documenten, checklists, e.d. en het<br />

begeleiden van de opmaak van de inventaris van hinderlijke inrichtingen klasse 2 en 3.<br />

Daarna kan een pro-actieve actie voorbereid en opgestart worden. Uiteraard zullen ook de<br />

eventuele klachten in overleg met de betrokken gemeente behandeld en opgevolgd worden.<br />

Het gedeeltelijke takenpakket omvat alle dienstverlening van het intergemeentelijk team,<br />

bestaande uit de inventaris, administratieve documenten en procedure tot de proactieve<br />

acties. Een eventueel controlebezoek maakt echter geen deel uit van dit takenpakket en zal<br />

door de eigen toezichthouder moeten gebeuren.<br />

1 titel III van het decreet; de wet Luchtverontreiniging; de wet Oppervlaktewateren wat de lozing van<br />

afvalwater en de opsporing van elke vorm van waterverontreiniging betreft; de wet Geluidshinder;<br />

artikelen 11, 12, 13, 14, 17, 18 en 20 van het Afvalstoffendecreet; het Grondwaterdecreet; het<br />

Milieuvergunningendecreet; het Mestdecreet; de uitvoeringbesluiten van de eerder genoemde wetten<br />

en decreten; verordening (EG) nr. 2037/2000 van het Europees Parlement en de Raad van 29 juni<br />

2000 betreffende de ozonlaagafbrekende stoffen; verordening (EG) nr. 1774/2002 van het Europees<br />

Parlement en de Raad van 3 oktober 2002 tot vaststelling van gezondheidsvoorschriften inzake niet<br />

voor menselijke consumptie bestemde dierlijke bijproducten; verordening (EG) nr. 850/2004 van het<br />

Europees Parlement en de Raad van 29 april 2004 betreffende de persistente organische<br />

verontreinigde stoffen en tot wijziging van richtlijn 97/117/EEG; verordening (EG) nr. 1013/2006 van<br />

het Europees Parlement en de Raad van 14 juni 2006 betreffende de overbrenging van afvalstoffen.<br />

2 In uitvoering van artikel 16.3.5.1° van het decreet van 21 december 2007 tot aanvulling van het<br />

decreet van 5 april 1995 houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid met titel XVI “Toezicht,<br />

handhaving en veiligheidsmaatregelen”.<br />

GEMEENTE <strong>Essen</strong>: milieubeleidsplan <strong>2012</strong> - 2017


52<br />

In het verleden heeft de milieudienst de controles op de klasse 2- en 3- inrichtingen samen<br />

met de Lokale politie Grens gedaan. Door tijdsgebrek wordt dit voorlopig voornamelijk<br />

beperkt tot administratieve controles, controles naar aanleiding van klachten en preventies.<br />

De kapmachtigingen op basis van het Bosdecreet en al wat met de natuurvergunningen<br />

heeft te maken, worden door de boswachter van het Agentschap voor Natuur en Bos<br />

opgevolgd.<br />

Daarnaast zijn er een hele reeks kleine hinderfeiten die niet onder titel XVI van het DABM<br />

vallen, zoals het achterlaten van zwerfvuil, afsteken van vuurwerk, nachtlawaai, boomcars,<br />

niet reinigen van de straat, graffiti spuiten, wildplakken, wildplassen,... . Deze feiten<br />

verdwenen in 2005 ook uit de strafwet. De wet op de gemeentelijke administratieve<br />

sancties, kortweg GAS genoemd, trad op dezelfde datum in werking. Deze wet maakt het<br />

mogelijk voor steden en gemeenten om zelf boetes van maximaal 250 euro op te leggen<br />

voor zaken die overlast veroorzaken of uit de strafwet verdwenen.<br />

De gemeente <strong>Essen</strong> werkt in samenwerking met de andere gemeenten uit de politiezone<br />

Grens een GAS-reglement uit waarin ook bepalingen rond milieuhinder worden opgenomen.<br />

Voor het uitvoeren van de nodige metingen in geval van geluidsklachten, wordt<br />

samengewerkt met het provinciaal instituut voor hygiëne (PIH).<br />

c. Visie<br />

De gemeente gaat consequent toezicht houden en proactieve controles uitvoeren op de<br />

naleving van de wettelijke verplichtingen.<br />

d. Knelpunten<br />

1. Er wordt door tijdsgebrek bijna uitsluitend toezicht uitgeoefend op basis van klachten.<br />

2. De gemeente <strong>Essen</strong> beschikt momenteel niet over een wettelijk kader om op te<br />

treden tegen de hinderlijke activiteiten die in 2005 uit het strafwetboek verdwenen.<br />

e. Acties<br />

De gemeente zal:<br />

82. meewerken aan initiatieven rond preventieve controles op provinciaal of Vlaams<br />

niveau.<br />

83. binnen het kader van het handhavingsdecreet een intergemeentelijke<br />

toezichthoudend ambtenaar aanstellen.<br />

84. aan de intergemeentelijke toezichthouder van IGEAN milieu & veiligheid vragen om<br />

proactieve controles uit te voeren.<br />

85. bepalingen over milieuhinder opnemen in een gemeentelijk GAS-reglement en dit<br />

bekend maken via het gemeentelijk infoblad.<br />

86. een specifiek opgeleide ambtenaar aanwijzen die in het kader van het GAS-reglement<br />

op basis van de gedane vaststellingen een geldboete kan opleggen in verhouding tot<br />

de gepleegde feiten en in verhouding tot de ernst van de gevolgen van de<br />

overtreding.<br />

GEMEENTE <strong>Essen</strong>: milieubeleidsplan <strong>2012</strong> - 2017


C. Systematisch overleg milieuhandhavende en milieuklachten<br />

behandelende diensten<br />

a. Inleiding<br />

Om de samenwerking tussen de verschillende milieuklachten behandelende diensten te<br />

verbeteren, is systematisch overleg nodig tussen de verschillende diensten die belast zijn<br />

met de handhaving van milieuhinder en de behandeling van milieuklachten. Deze actie is<br />

ook opgenomen in de samenwerkingsovereenkomst onder het basisniveau.<br />

53<br />

b. Stand van zaken<br />

Er is een vlotte samenwerking tussen de milieuhandhavende en milieuklachten<br />

behandelende diensten. In geval van sluikstort schrijft de milieudienst een werkbon uit voor<br />

de groendienst. De groendienst geeft zijn werkuren en de opgeruimde afvalsoort door aan de<br />

milieudienst. Op basis van deze gegevens kan de financiële dienst een factuur opmaken.<br />

Wanneer bij het sluikstort een adres wordt teruggevonden, wordt contact opgenomen met de<br />

politie. Zij krijgen dan ook het factuur toegestuurd zodat de onkosten voor het opruimen van<br />

het zwerfvuil aan de dader kunnen worden doorgerekend.<br />

Voor stoken en geuroverlast wordt met de brandweercommandant of controleur der werken<br />

samengewerkt voor een eerste controle. Afhankelijk van de bevindingen ter plaatse wordt de<br />

klacht doorgegeven aan de politie.<br />

Bij de politiezone Grens is er één inspecteur met het Vlarembekwaamheidsattest die<br />

controlerend en verbaliserend mag optreden. Voor de administratieve voorbereiding en<br />

andere technische informatie contacteert hij altijd de milieudienst.<br />

c. Visie<br />

Via een goede samenwerking tussen de milieuadministratie en de politie zorgt de gemeente<br />

voor een efficiënte milieuhandhaving.<br />

d. Knelpunten<br />

1. Het klachtensysteem van de politie is nog niet gelinkt aan het MKROS-systeem. Het<br />

overgrote deel van de hinderklachten komt bij de politie terecht door de 24 u<br />

permanentie.<br />

2. Hinder is een complexe materie en hangt steeds samen met een subjectieve<br />

beleving. Deze problematiek vraagt ook een degelijke opleiding van het personeel<br />

over de verschillende hinderthema’s.<br />

3. De inspecteur van de politiezone Grens staat in voor het toezicht in de drie<br />

gemeenten Wuustwezel, Kalmthout en <strong>Essen</strong>. Hier is versterking nodig.<br />

e. Acties<br />

De gemeente zal:<br />

87. aan de politie vragen om de klachten die bij hen binnenkomen ook systematisch in te<br />

voegen, zodra het klachtensysteem van de politie gekoppeld is aan het MKROSsysteem.<br />

88. nagaan of er binnen de politiezone Grens een volledige milieucel kan uitgebouwd<br />

worden.<br />

GEMEENTE <strong>Essen</strong>: milieubeleidsplan <strong>2012</strong> - 2017


D. Sensibilisatie<br />

54<br />

a. Inleiding<br />

Door het direct merkbare karakter van milieuhinder is het belangrijk dat de inwoners zich<br />

bewust zijn van de hinderproblematiek. Daarvoor voert de gemeente sensibilisatie rond de<br />

verschillende hinderthema’s.<br />

b. Stand van zaken<br />

Doelgroep inwoners<br />

De gemeente sensibiliseert jaarlijks via het gemeentelijk infoblad over minstens twee<br />

hinderthema’s zoals:<br />

slimmer stoken: verbranden van afval in open lucht en stoken in kachels<br />

geluidshinder: burenhinder door klusjes in de tuin<br />

Geregeld organiseert de gemeente een activiteit, gerelateerd aan de Nacht van de<br />

Duisternis, bijvoorbeeld: nachtwandeling of sterrekijkavond.<br />

Terugdringen van hinder in eigen beheer<br />

De gemeente bezit zelf ook een aantal inrichtingen die milieuhinder kunnen veroorzaken<br />

zoals: polyvalente zalen, sportzalen, openbare verlichting, enz. De gemeente onderneemt<br />

vanuit haar voorbeeldfunctie allerlei acties om de hinder te voorkomen of beperken.<br />

Zo kocht de gemeente een geluidsbegrenzer aan om geluidshinder ten gevolge van de<br />

fuiven in de gemeentelijke polyvalente zaal Rex te voorkomen. Er werden ook akoestische<br />

deuren en baffels aangebracht.<br />

c. Visie<br />

De gemeente wil milieuhinder beheersen, beperken en sensibiliseert de bevolking.<br />

d. Knelpunten<br />

1. Het bestaande wettelijk kader rond hinder is versnipperd en bijgevolg onvoldoende<br />

bekend bij de inwoners.<br />

2. De klemtoonverlichting in de gemeente <strong>Essen</strong> is niet goed geplaatst. Er wordt nog te<br />

veel onnodig verlicht.<br />

e. Acties<br />

De gemeente zal:<br />

89. jaarlijks blijven sensibiliseren rond hinderthema’s, waaronder ook fijn stof.<br />

90. een inventarisatie maken van de gemeentelijke verlichting (openbare verlichting en<br />

klemtoonverlichting), nagaan waar en hoe lichthinder moet aangepakt worden en<br />

deze initiatieven bekend maken bij de inwoners.<br />

GEMEENTE <strong>Essen</strong>: milieubeleidsplan <strong>2012</strong> - 2017


Hoofdstuk 8: Energie<br />

55<br />

Algemene inleiding<br />

Verwarmen, verlichten, koken, koelen, wassen, … het vraagt allemaal een pak energie. In<br />

ons dagelijks leven gebruiken we stookolie, gas, steenkool en elektriciteit. Elektriciteit wordt<br />

voornamelijk opgewekt door de verbranding van steenkool of gas of via kernenergie. De<br />

reserves aan steenkool, aardolie en aardgas zijn echter beperkt. Daarnaast komt bij de<br />

verbranding van fossiele brandstoffen koolstofdioxide (CO2) vrij dat in belangrijke mate<br />

bijdraagt tot het broeikaseffect.<br />

We moeten dus verantwoord omgaan met onze energiebronnen. In de eerste plaats door<br />

minder te verbruiken: isolatie, thermostaat een graadje lager, de auto langs de kant laten<br />

staan en kiezen voor het openbaar vervoer. Maar daar mag het niet bij blijven. Voor de<br />

resterende behoefte moet zoveel mogelijk gebruik gemaakt worden van duurzame energie<br />

zoals wind- en zonne-energie. Daar waar duurzame energie niet volstaat moet zuinig en<br />

efficiënt gebruik gemaakt worden van de fossiele bronnen. Dit kan bijvoorbeeld door<br />

optimaal gebruik te maken van de CO2-arme elektriciteit van een afvalverbrandingsinstallatie.<br />

Dit driestappenplan om stap voor stap klimaatneutraal te worden heet Trias Energetica.<br />

Figuur 13: Trias Energetica - driestappenplan om stap voor stap klimaatneutraal te worden.<br />

Op 26 maart 2008 ondertekende de gemeente het Lokaal Kyotoprotocol. Hiermee<br />

engageerde de gemeente zich om het energieverbruik en de CO2-uitstoot van de eigen<br />

werking te verminderen en inwoners en bedrijven op haar grondgebied te stimuleren om<br />

hetzelfde te doen. Ook acties in het kader van het thema mobiliteit kaderen in dit<br />

Kyotoprotocol.<br />

A. REG in gemeentegebouwen<br />

a. Inleiding<br />

Rationeel energiegebruik, ofwel REG, is evenveel (of meer) doen met minder energie en dit<br />

zonder aan comfort in te boeten.<br />

Door middel van een energieboekhouding en door het uitvoeren van energieaudits wordt het<br />

energieverbruik van de gemeentelijke gebouwen in kaart gebracht en worden eventuele<br />

lekkages opgespoord. Aan de hand van de resultaten worden voor de verschillende<br />

gebouwen REG-actieplannen opgemaakt. Na het uitvoeren van de geplande acties moet het<br />

gerealiseerde energieverbruik via de energieboekhouding af te lezen zijn.<br />

GEMEENTE <strong>Essen</strong>: milieubeleidsplan <strong>2012</strong> - 2017


56<br />

b. Stand van zaken<br />

Energieboekhouding<br />

Sinds 2006 wordt een energieboekhouding bijgehouden voor volgende zes gemeentelijke<br />

gebouwen: gemeentehuis, sporthal/technische loods/brandweer, zwembad, WIGO lagere en<br />

kleuterschool en Muzarto muziekschool. De verbruiken van deze gebouwen worden zowel<br />

maandelijks als jaarlijks opgevolgd. Indien er een uitzonderlijk hoog verbruik wordt<br />

vastgesteld, wordt het gebouw onderzocht op lekkages of foutgebruik. In 2010 besliste de<br />

gemeente haar energieboekhouding uit te breiden met: de bibliotheek, OCMW, REX, Oude<br />

Pastorij en jongensschool Hoek. De gemeente zal zo dus voor 11 gemeentelijke gebouwen<br />

de energieboekhouding bijhouden en opvolgen.<br />

Energieprestatiecertificaten<br />

Voor vijf gebouwen in de gemeente werden energieprestatiecertificaten (EPC’s) opgemaakt:<br />

het gemeentehuis, bibliotheek, WIGO lagere en kleuterschool, sporthal. Het EPC geeft een<br />

idee van hoe energiezuinig een gebouw is. Op het EPC staat een kengetal (score). Deze<br />

score wordt berekend op basis van de eigenschappen van het gebouw, zoals de gebruikte<br />

materialen en de isolatiewaarden van muren en dak, ramen en deuren, en de installaties<br />

voor verwarming en warm water. Het kengetal wordt uitgedrukt in kWh/m² en drukt uit wat<br />

het berekende jaarverbruik is ten opzichte van de bruikbare vloeroppervlakte van het<br />

gebouw. Hoe hoger het kengetal, hoe hoger het berekend energieverbruik en hoe minder<br />

energiezuinig de woning is.<br />

In onderstaande tabel worden de kengetallen van de gemeentelijke gebouwen naast deze<br />

van de vergelijkbare gebouwen geplaatst.<br />

Gebouw Kengetal gebouw (kWh/m 2 ) Kengetal vergelijkbaar gebouw<br />

(kWh/m 2 )<br />

Bibliotheek 106.46 281<br />

Heuvelhal 336.21 301<br />

<strong>Gemeente</strong>huis 210.89 281<br />

WIGO lagere<br />

School<br />

124.51 213<br />

WIGO<br />

kleuterschool<br />

125.87 213<br />

Hieruit kan worden afgeleid dat voor de lagere en kleuterschool WIGO, de bibliotheek en het<br />

gemeentehuis geldt dat deze gebouwen een beter kengetal hebben (en dus energiezuiniger<br />

zijn) dan een vergelijkbaar gebouw. Enkel de sporthal heeft een slechter kengetal dan een<br />

vergelijkbaar gebouw.<br />

Naast deze 'score' bevat het energieprestatiecertificaat ook een reeks energiebesparende<br />

aanbevelingen. Deze aanbevelingen zijn niet verplicht uit te voeren.<br />

De EPC’s werden op een voor het publiek zichtbare plaats in het gebouw aangebracht.<br />

Energieaudits<br />

De voorbije jaren liet de gemeente enkele globale energieaudits en thema-audits (vb.<br />

verwarming) uitvoeren voor die gebouwen die opgenomen zijn in de energieboekhouding.<br />

De maatregelen die in deze studies worden voorgesteld worden systematisch uitgevoerd.<br />

Zo werd reeds overgegaan tot vervanging van de stookinstallaties van de lagere en<br />

kleuterschool WIGO en de muziekschool Muzarto. Hierbij werd overgeschakeld van stookolie<br />

naar gas.<br />

GEMEENTE <strong>Essen</strong>: milieubeleidsplan <strong>2012</strong> - 2017


57<br />

De uitvoering van kleine en middelgrote maatregelen zoals bijvoorbeeld isoleren,<br />

aanbrengen van radiatorfolie, afstellen van deurpompen en vervangen van verlichting in het<br />

gemeentehuis, Muzarto en WIGO werden in de begroting van 2011 opgenomen.<br />

De gemeente <strong>Essen</strong> voert ook jaarlijks REG-programma’s uit voor de openbare verlichting.<br />

De openbare verlichting in de gemeente <strong>Essen</strong> bestaat uit 3.200 opgestelde lampen op<br />

3.143 plaatsen met een totaal opgestelde wattage van 402.374 Watt. Van deze lampen<br />

worden er jaarlijks via de REG-programma’s telkens een deel vervangen door energiezuinige<br />

lampen en/of armaturen.<br />

ESCO-project<br />

In 2010 besliste de gemeente om in te stappen in het ESCO-project. ESCO staat voor<br />

Energy Services Company en is een dienst van Infrax die ondersteuning biedt aan lokale<br />

besturen rond energie-efficiënte gebouwen.<br />

Er werd een prioriteitenlijst opgemaakt van gemeentelijke gebouwen die via dit project zullen<br />

worden aangepakt.<br />

Voor elk van deze gebouwen zal:<br />

een energieboekhouding opgestart worden waarbij de meterstanden automatisch (via<br />

telemetrie) naar de internettoepassing worden gestuurd;<br />

een monitoringsysteem opgezet worden met een automatische terugkoppeling naar en<br />

een opvolgingstool voor gebouwenbeheerders;<br />

een haalbaarheidsstudie (globale energieaudit) uitgevoerd worden;<br />

een energiekadaster met de belangrijkste gegevens rond vb. gebouwschil, verwarmingstoestellen,<br />

enz. opgemaakt worden.<br />

Binnen de haalbaarheidsstudie zal voor elk gebouw een maatregelenpakket van<br />

energiebesparende maatregelen worden uitgewerkt. Vervolgens zullen deze maatregelen<br />

systematisch worden uitgevoerd.<br />

c. Visie<br />

Via een stappenplan zullen alle gemeentelijke gebouwen een energiedoorlichting krijgen en<br />

worden de aanbevelingen die hieruit komen opgevolgd zodat tegen 2017 een<br />

energiebesparing van minstens 25% gerealiseerd wordt.<br />

d. Knelpunten<br />

1. Het bijhouden en opvolgen van de energieboekhouding is heel tijdrovend.<br />

2. De gemeente bezit nog heel wat kleine gebouwen met enkel glas, slechte isolatie, ….<br />

Er bestaat nog geen overzicht van deze gebouwen.<br />

e. Acties<br />

De gemeente zal:<br />

91. de energieboekhouding verder uitbreiden naar andere gemeentelijke gebouwen.<br />

92. in volgorde van prioriteit gebouwen uitrusten met telemetrie voor het doorsturen van<br />

meterstanden naar het energieboekhoudprogramma.<br />

GEMEENTE <strong>Essen</strong>: milieubeleidsplan <strong>2012</strong> - 2017


58<br />

93. systematisch voor alle gemeentelijke gebouwen REG-actieplannen opmaken aan de<br />

hand van haalbaarheidsstudies (ESCO).<br />

94. prioritair gemeentelijke gebouwen isoleren.<br />

95. de nodige maatregelen blijven nemen om het energieverbruik terug te dringen.<br />

96. bij de herinrichting van het openbaar domein steeds kiezen voor energiezuinige<br />

verlichting.<br />

97. een inventaris maken van de kleine gemeentelijke gebouwen waar het enkel glas<br />

vervangen moet worden of waar geïsoleerd moet worden en deze werken prioritair<br />

uitvoeren.<br />

B. Hernieuwbare energie<br />

a. Inleiding<br />

Hernieuwbare energie is energie die gewonnen wordt uit onuitputtelijke bronnen. Vormen<br />

van hernieuwbare energie zijn: bio-energie (biomassa), geothermische energie, zonneenergie,<br />

energie uit water en windenergie.<br />

b. Stand van zaken<br />

Groene stroom<br />

Groene stroom is elektriciteit opgewekt uit duurzame energiebronnen, want groene stroom is<br />

onuitputtelijk. Bovendien is groene energie milieuvriendelijker, omdat bij de productie van<br />

groene stroom minder koolstofdioxide (CO2) en andere schadelijke emissies vrijkomen dan<br />

bij de verbranding van fossiele brandstoffen.<br />

De gemeente koopt voor de gemeentelijke gebouwen en openbare verlichting sinds 1 januari<br />

2011 100% groene stroom aan.<br />

Bovendien werkt de gemeente mee aan het initiatief van de provincie Antwerpen om een<br />

samenaankoop voor groene stroom te organiseren voor de inwoners van de provincie.<br />

Op de vroegere site van de firma Beckers in het bedrijventerrein Rijkmaker realiseert IGEAN<br />

dienstverlening, in opdracht van de gemeente, een CO2-neutraal bedrijventerrein. Aan de<br />

bedrijven wordt de verplichting opgelegd om voor 100 % groene stroom aan te kopen.<br />

Investeren in gemeentegebouwen<br />

De gemeente bekijkt waar zij zelf kan investeren in het opwekken van hernieuwbare energie<br />

in haar gemeentegebouwen. Zo werd ook nagegaan of op de gemeentelijke loods en op het<br />

dak van WIGO en Muzarto zonnepanelen geplaatst kunnen worden en waaraan deze<br />

installaties moeten voldoen. Voor het zwembad werd bekeken of een zonneboiler geplaatst<br />

kan worden, maar door de lange terugverdientijd is het voor het zwembad niet aangewezen.<br />

Het zou dan louter als voorbeeldwaarde van de gemeente rond rationeel energieverbruik<br />

gelden, maar voor het zwembad zijn er op het vlak van rationeel energieverbruik andere<br />

maatregelen meer relevant.<br />

Stimuleren van het gebruik en de productie van hernieuwbare energie<br />

De gemeente <strong>Essen</strong> heeft een subsidiereglement voor het plaatsen van zonneboilers,<br />

zonnepanelen en warmtepompen.<br />

GEMEENTE <strong>Essen</strong>: milieubeleidsplan <strong>2012</strong> - 2017


59<br />

Figuur 14: zonnepanelen<br />

Bovendien steunt de gemeente ook grotere projecten rond hernieuwbare energie op haar<br />

grondgebied. Zo organiseerde zij voor een windmolenpark Rijkmaker samen met de<br />

exploitant een inspraakavond voor de inwoners van de gemeenten en gaf zij positief advies<br />

voor de milieuvergunning.<br />

c. Visie<br />

De gemeente gebruikt enkel 100% groene stroom en investeert in hernieuwbare energie om<br />

de CO2 emissie van de gemeente te beperken. Ze ondersteunt en sensibiliseert haar<br />

bevolking om dit ook te doen.<br />

d. Knelpunten<br />

1. Hernieuwbare energie vergt vaak grote investeringen<br />

e. Acties<br />

De gemeente zal:<br />

98. verder onderzoeken waar en wanneer de gemeente kan investeren in hernieuwbare<br />

energie en de nieuwste ontwikkelingen op dit vlak opvolgen.<br />

99. 100% groene stroom blijven aankopen.<br />

100.<br />

101.<br />

subsidies voor hernieuwbare energie blijven behouden en het bedrag van de subsidie<br />

jaarlijks evalueren.<br />

bij de uitbreiding van het industrieterrein Postbaan een locatie voor windmolens<br />

voorzien in het RUP.<br />

GEMEENTE <strong>Essen</strong>: milieubeleidsplan <strong>2012</strong> - 2017


60<br />

C. Energie-efficiëntie in het aankoopbeleid<br />

a. Inleiding<br />

De gemeente neemt energie-efficiëntie op als evaluatiecriterium bij overheidsopdrachten.<br />

b. Stand van zaken<br />

Bij de aanbesteding van ‘huur en omnium onderhoud van kopieermachines’ in 2009 werd in<br />

het bestek energieverbruik opgenomen als criterium. De kopieermachines die werden<br />

gehuurd dragen het EU Energy star label. De aangekochte ijskast draagt het A++ label.<br />

c. Visie<br />

De gemeente neemt energie-efficiëntie op bij al haar aankopen om zo het energieverbruik<br />

van de gemeente te verminderen.<br />

d. Knelpunten<br />

1. Aankoopbeleid van de gemeente werd nog niet in zijn totaliteit doorgelicht op<br />

milieuvriendelijkheid.<br />

e. Acties<br />

De gemeente zal:<br />

102. bij haar toekomstige aanbestedingen energie-efficiëntie als criterium opnemen.<br />

D. Implementatie van de energieprestatieregelgeving<br />

a. Inleiding<br />

De gemeente werkt mee aan de implementatie van de energieprestatieregelgeving. Het doel<br />

van de energieprestatieregelgeving is om energiezuinige, comfortabele gebouwen te<br />

realiseren in Vlaanderen, in nieuwbouw of via renovatie. Alle gebouwen waarvoor vanaf<br />

1 januari 2006 een aanvraag om te bouwen of verbouwen wordt ingediend, moeten een<br />

bepaald niveau van thermische isolatie, energieprestatie (isolatie, energiezuinige<br />

verwarmingsinstallatie, ventilatie, ...) en een gezond binnenklimaat behalen.<br />

b. Stand van zaken<br />

De gemeente werkt mee aan de implementatie van de energieprestatieregelgeving. Hiervoor<br />

stuurt de dienst Ruimtelijke Ordening maandelijks de gegevens van stedenbouwkundige<br />

vergunningen (administratieve gegevens en energieprestatiedossiernummers) elektronisch<br />

door naar de energieprestatiedatabank van het Vlaams Energieagentschap (VEA). De<br />

energieprestatiebank heeft als doel de gegevens van de stedenbouwkundige vergunningen<br />

van bouwprojecten, elektronisch door te sturen naar, en centraal te laten beheren door, het<br />

Vlaams Energieagentschap. Dit agentschap heeft als belangrijkste taken: het stimuleren van<br />

rationeel energiegebruik en milieuvriendelijke energieproductie en het bijdragen tot<br />

beleidsuitvoering en -ondersteuning.<br />

c. Visie<br />

De gemeente werkt mee aan de implementatie van de energieprestatieregelgeving.<br />

d. Knelpunten<br />

1.<br />

GEMEENTE <strong>Essen</strong>: milieubeleidsplan <strong>2012</strong> - 2017


61<br />

e. Acties<br />

De gemeente zal:<br />

103. de geldende energieprestatieregelgeving verder uitvoeren.<br />

E. Sensibilisatie rationeel energiegebruik<br />

a. Inleiding<br />

Investeren in energiebesparing brengt heel wat voordelen met zich mee en niet enkel voor<br />

het milieu. Volgens schatting kan een gezin gemiddeld 30% energie, en dus geld besparen,<br />

door een combinatie van zeer eenvoudige (spaarlampen, tochtstrips, thermostatische<br />

kranen) en complexere ingrepen (energie-audits, plaatsen dakisolatie, plaatsen van dubbele<br />

beglazing, plaatsen muurisolatie).<br />

b. Stand van zaken<br />

De gemeente <strong>Essen</strong> sensibiliseert rond rationeel energieverbruik.<br />

Ze publiceert jaarlijks verschillende artikels over duurzaam energiegebruik rond:<br />

energiescans, premies, isoleren van daken, maand van de energiebesparing, enz.<br />

De duurzaamheidsambtenaar volgde in 2010 een technische opleiding rond energie en/of<br />

energiezuinig bouwen. Hierdoor kan zij deskundige adviezen geven inzake energiedossiers<br />

van de gemeentelijke gebouwen en aan de inwoners.<br />

De gemeente ondersteunt duurzame energie-investeringen zoals het plaatsen van<br />

dakisolatie, PV-panelen, zonneboiler en warmtepompen.<br />

Jaarlijks voert de gemeente <strong>Essen</strong> ook actieve sensibilisatiecampagnes.<br />

- Zo neemt de gemeente regelmatig deel aan de Dikke Truiendag.<br />

- De gemeente heeft een subsidiereglement voor het plaatsen van dakisolatie en isolatie uit<br />

nagroeibare materialen.<br />

- Om een idee te krijgen van het warmteverlies in de gemeente liet <strong>Essen</strong> samen met 20<br />

andere steden en gemeenten in de provincie Antwerpen en Oost-Vlaanderen een<br />

thermografische foto maken van haar grondgebied. Het resultaat hiervan kan bekeken<br />

worden op www.antwerpen.be/zoominopuwdak. Hier kan iedere inwoner van <strong>Essen</strong><br />

inzoomen op zijn eigen dak en zo op eenvoudige wijze te weten komen hoeveel warmte<br />

er uit het dak ontsnapt.<br />

De gemeente stelde in een open milieuraad de thermografische foto voor en gaf meer<br />

informatie over de interpretatie ervan. Hieraan gekoppeld werd toegelicht hoe een huis<br />

goed kan geïsoleerd worden. Dit werd ook geïllustreerd met het isolatiehuisje van de<br />

provincie Antwerpen.<br />

- De gemeente verleent sinds 2008 haar medewerking aan het project Energiescans.<br />

Iedereen kan een gratis energiescan laten uitvoeren door een energiesnoeier. Het<br />

energieverbruik van de woning wordt doorgelicht. Tijdens het bezoek worden ook enkele<br />

kleine aanpassingen uitgevoerd zoals het plaatsten van spaarlampen, spaardouchekop<br />

e.d. Daarnaast bezorgt de energiesnoeier een volledig rapport over het energieverbruik<br />

en de nodige tips om energie te besparen.<br />

c. Visie<br />

Het gemeentelijk beleid zal erop gericht zijn om het duurzame en efficiënte gebruik van<br />

energie maximaal te stimuleren en te promoten naar haar inwoners toe.<br />

GEMEENTE <strong>Essen</strong>: milieubeleidsplan <strong>2012</strong> - 2017


d. Knelpunten<br />

1. Het is vaak moeilijk om een campagne te vinden die aanslaat bij de inwoners.<br />

62<br />

e. Acties<br />

De gemeente zal:<br />

104. de inwoners jaarlijks informeren en sensibiliseren over duurzaam energiegebruik.<br />

105.<br />

106.<br />

107.<br />

108.<br />

verder meewerken aan het project Energiescans.<br />

verder communiceren over de thermografische kaart en het belang van een goede<br />

isolatie.<br />

de bevolking sensibiliseren over het belang en de verplichting van de periodieke<br />

inspectie en onderhoud van verwarmingsinstallaties, de eenmalige verwarmingsaudit<br />

en de vervanging van oude, slecht werkende en/of energieverslindende ketels.<br />

de bestaande subsidies voor jeugdverenigingen, zoals jeugdinfrastructuur en het<br />

inrichten van de directe omgeving van jeugdlokalen, herbekijken in het kader van<br />

duurzaamheid. Zo kan de subsidie jeugdwerkinfrastructuur uitgebreid worden<br />

waardoor ook energiebesparende maatregelen gesubsidieerd worden.<br />

109. duurzaamheidspremie uitbreiden in functie van de ontwikkelingen.<br />

GEMEENTE <strong>Essen</strong>: milieubeleidsplan <strong>2012</strong> - 2017


Hoofdstuk 9: Mobiliteit<br />

63<br />

Algemene inleiding<br />

Ook voor mobiliteit moet het beleid duurzaam zijn. Ruimte, milieu en mobiliteit grijpen op<br />

elkaar in en komen met elkaar in botsing. Het verkeer en de verkeersinfrastructuur zorgen<br />

voor tal van problemen met impact op milieu zoals: luchtverontreiniging, geluidsoverlast (link<br />

met thema hinder) en versnippering van de natuur (link met thema natuur). Een duurzaam<br />

mobiliteitsbeleid is geen anti-autobeleid, maar een beleid dat vertrekt vanuit het STOPprincipe:<br />

voorrang voor voetgangers (Stappers), fietsers (Trappers) en collectief vervoer<br />

(Openbaar vervoer). Pas als de eerste drie alternatieven onmogelijk zijn is het gebruik van<br />

de auto (Personenwagens) te verantwoorden. <strong>Gemeente</strong>n die hun mobiliteitsbeleid vanuit dit<br />

uitgangspunt opbouwen, worden leefbaarder, veiliger en bereikbaarder.<br />

Figuur 15: Het STOP principe: de nieuwe manier om met mobiliteit om te gaan.<br />

De gemeente wil een beleid voeren dat integratie van milieu, mobiliteit en ruimtelijke<br />

ordening bevordert. Zo tracht de gemeente bij te dragen tot een vermindering van de druk op<br />

het leefmilieu, uitgeoefend door de sector verkeer en vervoer.<br />

A. Milieuvriendelijke voertuigen<br />

a. Inleiding<br />

Het gemeentepersoneel milieuvriendelijk leren rijden is een eerste stap om de uitstoot van<br />

schadelijke polluenten van de gemeente te verminderen, maar ook het wagenpark op zich<br />

moet voldoende milieuvriendelijk zijn.<br />

Om dit te realiseren moet het gemeentelijk wagenpark worden geïnventariseerd en<br />

geanalyseerd. Als objectief instrument om de milieuvriendelijkheid van de voertuigen te<br />

bekijken kan de ecoscore gebruikt worden op www.ecoscore.be. In de ecoscore worden<br />

verschillende factoren mee in rekening gebracht: de emissie van broeikasgassen die aan de<br />

basis liggen van het broeikaseffect, de emissies die een rechtstreekse negatieve impact<br />

hebben op de gezondheid van de mensen, emissies op de ecosystemen en de<br />

GEMEENTE <strong>Essen</strong>: milieubeleidsplan <strong>2012</strong> - 2017


64<br />

geluidsproductie. De ecoscore bedraagt een waarde tussen 0 en 100. Hoe dichter een<br />

voertuig bij 100 komt, hoe milieuvriendelijker het is.<br />

Op basis van de evaluatie kan dan een actieplan worden opgemaakt om te komen tot een<br />

milieuvriendelijk voertuigenpark.<br />

b. Stand van zaken<br />

Met het programma Milieutoetsing Voertuigenpark op www.ecoscore.be werd een<br />

inventaris en milieuevaluatie opgemaakt van het wagenpark van de gemeente<br />

(personenwagens, kleine bestelwagens en grote bestelwagens). Deze inventarisatie geeft<br />

een indicatie van welke voertuigen in het voertuigenpark het minst milieuvriendelijk zijn of<br />

door hun gebruik het meeste ruimte bieden tot vermindering van de uitstoot van schadelijke<br />

emissies.<br />

Uit deze inventaris blijkt dat de gemeentelijke voertuigen niet zo goed scoren op milieuvlak.<br />

Voertuigen met een ecoscore lager dan 50 worden beschouwd als milieuonvriendelijk.<br />

Voertuigen met een ecoscore hoger dan 70 worden beschouwd als milieuvriendelijk. Van de<br />

voertuigen in de gemeentelijke vloot hebben er slechts drie een ecoscore hoger dan 50.<br />

Geen enkel voertuig scoort beter dan 70. De gemeente moet dus evolueren naar een<br />

milieuvriendelijker wagenpark.<br />

De inventaris geeft wel aan dat de voertuigen op dit moment goed worden ingezet. Zowel bij<br />

de kleine als bij de grote bestelwagens worden de minst milieuvriendelijke voertuigen ook het<br />

minst gebruikt (tenzij ze speciaal voor een bepaalde taak zijn uitgerust).<br />

De gemeente laat chauffeurs van technische en groendienst een cursus milieuvriendelijk<br />

rijden volgen.<br />

c. Visie<br />

De gemeente zorgt voor een milieuvriendelijk wagenpark om zo de uitstoot van schadelijke<br />

stoffen door de gemeente te beperken.<br />

d. Knelpunten<br />

1. De aankoop van een milieuvriendelijk voertuig (vb. elektrisch voertuig) vraagt vaak<br />

een grotere investering.<br />

e. Acties<br />

De gemeente zal:<br />

110. bij de vervanging van voertuigen eerst die voertuigen vervangen met de laagste<br />

ecoscore.<br />

111.<br />

112.<br />

113.<br />

114.<br />

bij de aankoop en vervanging van voertuigen rekening houden met de milieuaspecten.<br />

De gemeente zal zich hiervoor baseren op de handleiding en het voorbeeldbestek<br />

‘opname milieuaspecten in bestek aankoop milieuvriendelijk voertuig’ dat door de<br />

Vlaamse overheid ter beschikking werd gesteld.<br />

telkens nieuwe voertuigen worden aangekocht of voertuigen uit gebruik worden<br />

genomen de inventarisatie actualiseren.<br />

de inventaris uitbreiden met de vrachtwagens.<br />

bij de aankoop van nieuwe voertuigen nagaan of alternatieven zoals elektrische of<br />

hybride wagens of wagens op aardgas voordeliger zijn op vlak van<br />

milieuvriendelijkheid.<br />

GEMEENTE <strong>Essen</strong>: milieubeleidsplan <strong>2012</strong> - 2017


115.<br />

116.<br />

65<br />

onderzoeken of het zinvol is om elektrische fietsen in te zetten in de gemeentelijke<br />

werking.<br />

enkel nog klimaatneutraal vliegen en onderzoekt de mogelijkheden om al het<br />

gemeentelijk vervoer (dienstverplaatsingen) klimaatneutraal te maken.<br />

B. Bedrijfsvervoersplan<br />

a. Inleiding<br />

De bedrijfsvervoerplannen moeten het woon-werkverkeer efficiënter helpen verlopen. Het<br />

realiseren van een bedrijfsvervoerplan kan aanzienlijke voordelen opleveren voor zowel<br />

werknemer als werkgever.<br />

De werkgever kan gemakkelijker de juiste werknemers aantrekken en behouden, moet<br />

minder parkeerplaatsen voorzien en heeft minder te kampen met ziekteverzuim. De<br />

werknemers hebben immers minder stress (openbaar vervoer i.p.v. de file bijvoorbeeld) en<br />

zijn fitter (als ze fietsen of stappen). Meestal wordt de werknemer er ook financieel beter van<br />

(tussenkomst openbaar vervoer, fietsvergoeding en minder brandstofkosten). Het beperken<br />

van het wagengebruik heeft ook een vermindering van schadelijke emissies zoals fijn stof en<br />

broeikasgassen tot gevolg en een verhoging van de levenskwaliteit.<br />

Naast het verplaatsingsgedrag van haar eigen personeel brengt het bedrijfsvervoerplan ook<br />

andere vormen van mobiliteit door de gemeentelijke diensten veroorzaakt in kaart. Hierbij<br />

wordt in de eerste plaats gedacht aan de verplaatsing van bezoekers en leveranciers.<br />

b. Stand van zaken<br />

De gemeente <strong>Essen</strong> heeft nog geen bedrijfsvervoersplan laten opstellen, maar volgt het<br />

woon-werkverkeer op via de diagnostiek woon-werkverkeer van de federale overheid.<br />

Via deze diagnostiek meet de gemeente om de drie jaar haar evolutie op: welke maatregelen<br />

(bijvoorbeeld fietsvergoeding, douches, …) zijn reeds genomen, wat zijn de gevolgen hiervan<br />

geweest op de gekozen vervoersmodi, welke problemen worden nog ondervonden en welke<br />

maatregelen kunnen nog genomen worden.<br />

Uit de diagnostiek van 2008 blijkt dat het grootste aantal werknemers, namelijk 84%, in de<br />

gemeente zelf wonen. De andere werknemers wonen voornamelijk in de buurgemeenten.<br />

Van de werknemers komt 49% met de wagen, 46% met de fiets en de overigen komen met<br />

de trein, bromfiets of te voet.<br />

De gemeente <strong>Essen</strong> werkt ook mee aan de opmaak van de bedrijfsvervoerplannen voor het<br />

bedrijventerrein Rijkmaker om ook hier tot duurzame verplaatsingen in het kader van woonwerkverkeer<br />

en werkverplaatsingen te komen.<br />

c. Visie<br />

De gemeente maakt een bedrijfsvervoerplan op om zo een duurzaam woon-werkverkeer te<br />

verkrijgen.<br />

d. Knelpunten<br />

1. De gemeente beschikt nog niet over een bedrijfsvervoerplan.<br />

GEMEENTE <strong>Essen</strong>: milieubeleidsplan <strong>2012</strong> - 2017


66<br />

e. Acties<br />

De gemeente zal:<br />

117. een mobiliteitsscan voor de gemeente uitvoeren in samenwerking met de provincie.<br />

118.<br />

119.<br />

een bedrijfsvervoersplan voor de gemeente opmaken.<br />

bedrijven/bedrijventerreinen ondersteunen bij de opmaak van bedrijfsvervoersplannen.<br />

C. Milieu in het mobiliteitsplan<br />

a. inleiding<br />

Het mobiliteitsplan is cruciaal voor de uitbouw van een duurzaam gemeentelijk<br />

mobiliteitsbeleid. In het mobiliteitsplan wordt beschreven hoe het beleid de groeiende<br />

mobiliteitsbehoefte van de inwoners in goede banen wil leiden. Verkeersveiligheid,<br />

fietsnetwerk, parkeerbeleid en openbaar vervoer zijn enkele van de thema’s die in het<br />

mobiliteitsplan aan bod komen.<br />

De sneltoets heeft als doel het gemeentelijk mobiliteitsplan te toetsen op zijn<br />

actualiteitswaarden en zo richting te geven aan het toekomstige gemeentelijk<br />

mobiliteitsbeleid.<br />

Via de gemeentelijke begeleidingscommissie (GBC) wordt de uitvoering van het<br />

mobiliteitsplan opgevolgd.<br />

b. Stand van zaken<br />

Via de sneltoets werd nagegaan of het mobiliteitsplan van 2000 nog actueel was. Hieruit<br />

bleek dat het mobiliteitsplan moest worden verbreed/verdiept. In heel dit proces van<br />

verbreden en verdiepen werd de impact op milieu meegenomen om zo te komen tot een<br />

duurzaam mobiliteitsbeleid.<br />

In 2010 werd het vernieuwde mobiliteitsplan afgerond. Het duurzaam mobiliteitsbeleid van de<br />

gemeente vertrekt vanuit het STOP principe.<br />

De milieuaspecten werden als volgt geïntegreerd:<br />

In het beleidsplan, en ook in het actieprogramma, wordt een goede samenwerking tussen<br />

de diensten openbare werken, milieu en ruimtelijke ordening vooropgesteld.<br />

Het beleid rond Trage wegen is geïntegreerd in het mobiliteitsplan.<br />

Er wordt gesteld in het mobiliteitsplan dat bij het verder uitwerken van de acties in het<br />

kader van:<br />

strategische ruimtelijke projecten<br />

herinrichtingsprojecten<br />

mobiliteitsbeleid algemeen<br />

rekening moet worden gehouden met de milieuaspecten. Er wordt in het mobiliteitsplan<br />

concreet verwezen naar volgende milieuthema’s die telkens in overweging moeten<br />

genomen worden:<br />

versnippering<br />

luchtvervuiling<br />

energieverbruik en emissie van broeikasgassen<br />

lichthinder<br />

geluidshinder en trillingen<br />

ruimtelijke planning<br />

GEMEENTE <strong>Essen</strong>: milieubeleidsplan <strong>2012</strong> - 2017


groeninrichting<br />

afval<br />

water<br />

milieuhinderklachtenregistratie.<br />

Van de 79 acties die zijn opgenomen in het actieprogramma van het mobiliteitsplan<br />

hebben 15 acties als hoofddoelstelling milieu.<br />

67<br />

c. Visie<br />

De gemeente wil komen tot een duurzaam mobiliteitsbeleid waarbij het STOP-principe wordt<br />

gehanteerd. Bij het concreet uitwerken van mobiliteitsprojecten zal telkens rekening<br />

gehouden worden met de impact op het milieu.<br />

d. Knelpunten<br />

1. De gemeente heeft geen mobiliteitsambtenaar.<br />

e. Acties<br />

De gemeente zal:<br />

120. bij het uitwerken van mobiliteitsprojecten telkens rekening houden met de impact op<br />

het milieu.<br />

121.<br />

122.<br />

de duurzaamheidsambtenaar de uitvoering van het mobiliteitsplan laten opvolgen<br />

door deelname aan de <strong>Gemeente</strong>lijke Begeleidingscommissie (GBC).<br />

bekijken of de aanwerving van een mobiliteitsambtenaar mogelijk is.<br />

D. Herwaarderen van trage wegen<br />

a. Inleiding<br />

Paden of wegjes voornamelijk bedoeld of geschikt voor niet-gemotoriseerd verkeer, bekend<br />

onder de vorm van voet- en buurtwegen, holle wegen en jaagpaden, vallen onder de noemer<br />

Trage Wegen. Deze trage wegen bieden heel wat mogelijkheden als wandel- of fietspad,<br />

hebben een cultuurhistorische en ecologische waarde, of kunnen gebruikt worden als veilige<br />

verbinding voor zwakke weggebruikers.<br />

b. Stand van zaken<br />

In en rondom <strong>Essen</strong> liggen er nog verschillende trage verbindingen. Toch zijn de laatste 30<br />

jaar sommige wegen door verwaarlozing of onbruik bijna niet meer herkenbaar of zijn<br />

verdwenen. Ook zijn er doodlopende stukjes trage weg die – mits een nieuw stukje weg –<br />

aaneensluitend kunnen worden en zo nieuwe verbindingen kunnen maken. Aan de andere<br />

kant wordt er gezocht naar veilige routes voor zwakke weggebruikers zoals schoolgaande<br />

jeugd, recreanten, enz.<br />

De gemeente heeft daarom de trage wegen in het gebied ten westen van de spoorweg in<br />

kaart gebracht. Hiervoor werd een actieplan uitgewerkt. Als eerste project werd de omgeving<br />

van de Duinzandlaan aangepakt. Om toegang te geven tot dit mooie wandelpad werd onder<br />

meer een herstelling uitgevoerd van het bruggetje. De trage wegen werden hier voorzien van<br />

een duidelijk herkenbaar naambord.<br />

Ook de wegen in het oostelijk deel werden geïnventariseerd en zullen worden opgenomen in<br />

een actieplan.<br />

GEMEENTE <strong>Essen</strong>: milieubeleidsplan <strong>2012</strong> - 2017


c. Visie<br />

<strong>Essen</strong> ziet Trage Wegen als een veilige verbinding met recreatieve en ecologische<br />

voordelen. Ze wil daarom alle mogelijkheden maximaal benutten.<br />

68<br />

d. Knelpunten<br />

1. Het openstellen van trage wegen is niet altijd zo evident.<br />

e. Acties<br />

De gemeente zal:<br />

123. een actieplan trage wegen uitwerken voor het oostelijk deel van de gemeente.<br />

124.<br />

125.<br />

126.<br />

de actieplannen trage wegen van de gemeente verder uitwerken en jaarlijks<br />

evalueren.<br />

op geregelde tijdstippen communiceren over de trage wegen via verschillende<br />

communicatiekanalen.<br />

een kaart uitwerken rond trage wegen voor voetgangers en fietsers.<br />

E. Sensibilisatie<br />

a. Inleiding<br />

Er is een mentaliteitswijziging nodig bij vele inwoners en bij het gemeentepersoneel, die<br />

maar al te gemakkelijk kiezen voor de auto. Om deze mentaliteitswijziging te bekomen, voert<br />

de gemeente sensibilisatiecampagnes uit m.b.t. het STOP-principe waarbij een duidelijke<br />

milieulink aanwezig is.<br />

b. Stand van zaken<br />

Doelgroep inwoners<br />

De gemeente sensibiliseert haar inwoners via haar communicatiekanalen over de<br />

verschillende thema’s van mobiliteit en milieu zoals autodelen, milieuvriendelijk rijden,<br />

milieuvriendelijke voertuigen, …<br />

Ze organiseert ook acties zoals “Met belgerinkel naar de winkel” om het fietsen te<br />

bevorderen, autoloze zondag om de voordelen van alternatieve vervoerswijzen onder de<br />

aandacht te brengen en educatieve modules rond mobiliteit.<br />

Doelgroep gemeentepersoneel<br />

Ook het gemeentepersoneel wordt in het kader van interne milieuzorg rond het effect van<br />

mobiliteit op het milieu gesensibiliseerd, door bijvoorbeeld deel te nemen aan acties als<br />

“Fiets naar Kyoto” en zo de werknemers die met de auto naar het werk komen te overtuigen<br />

om over te stappen naar een milieuvriendelijk alternatief.<br />

Om de uitstoot van de gemeentevoertuigen en het brandstofverbruik te verminderen wordt<br />

voor de gemeentelijke medewerkers die op regelmatige basis met de gemeentelijke<br />

voertuigen rijden een cursus milieuvriendelijk rijden georganiseerd.<br />

De gemeente geeft reeds jaren een fietsvergoeding van 0,15 euro per afgelegde km aan het<br />

gemeentepersoneel. De gemeente heeft ook 2 dienstfietsen ter beschikking gesteld. Hier<br />

wordt bijvoorbeeld geregeld gebruik van gemaakt door de ‘mobiele ambtenaar’ van de<br />

bevolkingsdienst.<br />

GEMEENTE <strong>Essen</strong>: milieubeleidsplan <strong>2012</strong> - 2017


69<br />

In de gemeente is voor het gemeentepersoneel een overdekte fietsenstalling voorzien met<br />

30 plaatsen. Ook kunnen fietsers gebruik maken van douches en kleedruimtes.<br />

Gebruik van het openbaar vervoer voor woon-werkverkeer wordt gestimuleerd via een<br />

terugbetaling van abonnementen.<br />

Figuur 16: animatie op autovrije zondag<br />

De mobiele ambtenaar gebruikt voor huisbezoeken de dienstfiets. Ook OCMW-arbeiders<br />

gebruiken voor kleine klusjes deze fiets.<br />

c. Visie<br />

De gemeente wil er voor zorgen dat inwoners en gemeentepersoneel het STOP-principe<br />

toepassen om zo de uitstoot van schadelijke stoffen te verminderen.<br />

d. Knelpunten<br />

1. Dit soort sensibilisatiecampagnes moet regelmatig terug herhaald worden omdat<br />

mensen snel vervallen in hun oude gewoontes.<br />

2. Met dienstvoertuigen wordt minder naar verbruik gekeken dan met eigen voertuigen.<br />

e. Acties<br />

De gemeente zal:<br />

127. haar inwoners en het eigen gemeentepersoneel blijven sensibiliseren over het effect<br />

van mobiliteit op het milieu.<br />

128.<br />

129.<br />

het woonwerkverkeer met de fiets en het openbaar vervoer blijven stimuleren.<br />

op regelmatige basis een cursus ecodriving organiseren en het resultaat evalueren.<br />

GEMEENTE <strong>Essen</strong>: milieubeleidsplan <strong>2012</strong> - 2017


Hoofdstuk 10: Natuur, bos, landschap en groen<br />

Algemene inleiding<br />

De laatste decennia kenmerken zich door een toenemende aantasting van de open<br />

ruimte, natuur- en bosgebieden en een zeer sterke achteruitgang van de biodiversiteit.<br />

In Vlaanderen zijn in de loop van deze eeuw honderden inheemse planten en diersoorten<br />

uitgestorven, en meer dan één derde van de inheemse fauna is bedreigd.<br />

70<br />

Het GNOP (gemeentelijk natuurontwikkelingsplan) is een document met weinig of geen<br />

juridische basis,maar het blijft in het raam van de lokale zorg voor de biodiversiteit van erg<br />

groot belang. Het vormt tevens de basis van de meer “groene” stukken in het goedgekeurd<br />

gemeentelijk ruimtelijk structuurplan. De doelstellingen voor natuur, landschap, groen en bos<br />

zijn voor een deel dezelfde, maar tegelijk zeer specifiek. Landschap vraagt specifieke<br />

aandacht voor beeldkwaliteit en verleden. Natuur en bos situeren zich vooral in open<br />

ruimten, o.a. langs waterlopen. Groen situeert zich binnen de bebouwde omgeving. Natuur is<br />

overal aanwezig, ook buiten de natuurreservaten.<br />

A. Natuur<br />

a. Inleiding<br />

Op het grondgebied van <strong>Essen</strong> bevinden er zich belangrijke landschappen,<br />

natuurgebieden en beekvalleien die structuurbepalend zijn op Vlaams of provinciaal<br />

niveau:<br />

De uitgestrekte heidegebieden van de Noorderkempen op gedeeltelijk actief stuifzand zijn<br />

zeer waardevol. Het heidegebied van Kalmthout (Kalmthoutse Heide) loopt gedeeltelijk<br />

door op het grondgebied van de gemeente <strong>Essen</strong> (Wildertse Duintjes, <strong>Gemeente</strong>bossen<br />

van Horendonk en <strong>Essen</strong>duinen). De Wildertse Duintjes en de Horendonkse bossen zijn<br />

biologisch waardevolle natuur- en bosgebieden.<br />

Het gebied van de Kalmthoutse heide is als Vogelrichtlijngebied aangeduid. Op het<br />

grondgebied van <strong>Essen</strong> heeft dit gevolgen voor het ganse gebied rondom het "Wildven",<br />

samen met de gebieden van PIDPA en de Nol.<br />

In de gemeente <strong>Essen</strong> werden, in het kader van de afbakening van het Vlaams<br />

Ecologisch Netwerk (VEN), volgende gebieden aangeduid als Grote Eenheden Natuur<br />

(GEN) of Grote Eenheden Natuur in Ontwikkeling (GENO):<br />

De omgeving Wildven en Pidpa, ten zuiden van de gemeente, werden opgenomen als<br />

GEN samen met de Kalmthoutse Heide.<br />

Ook de Wildertse Duintjes en de Horendonkse bossen werden als structuurbepalend<br />

op Vlaams niveau aangeduid. Vermoedelijk kunnen ook deze gebieden in een latere<br />

afbakening van het VEN terechtkomen.<br />

b. Stand van zaken<br />

Het <strong>Gemeente</strong>lijk Natuurontwikkelingsplan (GNOP)<br />

De hoofddoelstelling van het GNOP is het beleid van de gemeente op het vlak van<br />

natuurbehoud uit te werken. Op de eerste plaats richt dit beleid zich tot de ontwikkeling en de<br />

vergroting van de aanwezige natuurwaarden van gebieden, soorten, leefgemeenschappen,<br />

kleine landschapselementen, en het vergroten van het maatschappelijk draagvlak door<br />

sensibilisatie en educatie.<br />

Voortvloeiend uit de inventaris en het knelpuntenoverzicht zijn de volgende algemene<br />

doelstellingen afgeleid:<br />

Behouden en uitbreiden van de ecologische infrastructuur, met andere woorden het<br />

aanleggen van een netwerk van verbindingselementen zoals bomen- en knotrijen, poelen,<br />

houtkanten… tussen bosgebieden en waterlopen.<br />

GEMEENTE <strong>Essen</strong>: milieubeleidsplan <strong>2012</strong> - 2017


71<br />

Ontwikkelen van potentieel geschikte biotopen voor amfibieën.<br />

Behouden en uitbreiden van de ecologische waarden van de in het GNOP besproken<br />

gebieden waarvoor algemene richtlijnen zijn geformuleerd om de aanwezige<br />

natuurwaarden te versterken en knelpunten op te lossen.<br />

Verstrekken van informatie en sensibiliseren om het actief natuurontwikkelingsbeleid te<br />

laten slagen.<br />

Deze doelstellingen werden in een 20-tal acties geformuleerd. O.a. volgende acties werden<br />

sinds 1996 door het GNOP ondernomen:<br />

opmaak gemeentelijk milieubeleidsplan.<br />

controle op schermaanplantingen en op heraanplantingen opgelegd in kapmachtigingen.<br />

aankoop waardevolle stukjes groen.<br />

verplichten om streekeigen aanplantingen te gebruiken in de recreatiezones Horendonk<br />

en Wildert.<br />

maaien van bermen volgens het bermdecreet.<br />

plantactie: ‘Behaag je landschap’.<br />

gemeentelijke ‘groene’ eigendommen inventariseren en aanplanten van houtkanten en<br />

bomenrijen in het landelijk gebied.<br />

Figuur 17: Bospad Wildertse Duintjes<br />

Natuurverenigingen<br />

Binnen de gemeente <strong>Essen</strong> zijn er verschillende natuurverenigingen actief: De Werkgroep<br />

Leefmilieu, Natuurpunt Noorderkempen vzw (vroeger De Wielewaal, afdeling<br />

Noorderkempen), de wildbeheereenheid (WBE) <strong>Essen</strong>, …<br />

De Wildbeheerseenheid houdt zich niet enkel bezig met wildbeheer. Ze werken ook mee aan<br />

de bestrijding van de Amerikaanse vogelkers in het Rijkmakersbos, de “Behaag je<br />

landschap” actie, zwerfvuilacties,….<br />

GEMEENTE <strong>Essen</strong>: milieubeleidsplan <strong>2012</strong> - 2017


72<br />

In 2003 gaf het schepencollege principieel akkoord om toe te treden tot de Stichting<br />

Kempens Landschap. De doelstelling van vzw Kempens Landschap is het veiligstellen van<br />

het zo typische Kempense landschap en het natuur- en cultuurpatrimonium op het<br />

grondgebied van de provincie Antwerpen. Dit doet de v.z.w. door gericht gebieden aan te<br />

kopen of in beheer te nemen en te beschermen zodat versnippering en verbrokkeling van<br />

gebieden kan worden tegengegaan.<br />

Bermbeheer<br />

De gemeente maait ongeveer 132 km bermen volgens de bepaling uit het bermbesluit<br />

waarvan 114 km bermen onderhouden worden via aanbesteding en de overige 18 km door<br />

vrijwilligers van de Werkgroep Leefmilieu. Het bermmaaisel wordt afgevoerd naar een door<br />

OVAM erkende verwerkingseenheid.<br />

De belangrijkste ecologische bermen op dit moment in <strong>Essen</strong>, in totaal 33 km, zijn:<br />

Beylestraat, Roosbroek, Kasteelbeemd, Schamse Dijk, Rose Grononpad, Hanneken Tas,<br />

Akkerstraatje, Sint-Jansstraat, Oever Kleine Aa tussen Schanker en Over d’Aa, Ringelse<br />

Hoeve, IJkensbeemd, Schanker ten oosten van de Kleine Aa, De Vondert, Huybergsebaan.<br />

Bermen die worden onderhouden door de Werkgroep Leefmilieu, in totaal ± 18 km, zijn :<br />

Beylestraat, Kasteelbeemd, Schamse Dijk, Rose Grononpad, Akkerstraatje (gedeelte),<br />

St Jansstraat (gedeelte), Schriek (gedeelte), Raaiberg, Dondersteen, Heiblok (gedeelte).<br />

Deze bermen worden éénmaal per jaar gemaaid door een groep vrijwilligers.<br />

Een aantal van bovenvermelde bermen zijn in 2005 ingezaaid met verschillende soorten<br />

planten om te komen tot een bloemrijke vegetatie. De biodiversiteit is hiermee verhoogd<br />

(insecten, vogels en amfibieën). Door het aangepaste maaibeheer wordt een stabiele<br />

gevarieerde vegetatie bereikt (eenjarige, tweejarigen en vaste planten). Sommige bermen<br />

komen in een stadium terecht waar geen maaibeurt meer nodig is vanwege de uitgelokte<br />

verarming van de bodem.<br />

Soortenbescherming<br />

Sommige diersoorten zijn typisch voor de streek of voor een kleinschalig landschap. De<br />

Noorderkempen fungeert bij deze soorten als de uitvalsbasis voor een grotere verspreiding.<br />

Volgende diersoorten genieten daarom extra bescherming: roodborsttapuit, kneu, steenuil,<br />

kievit en vleermuis. De bescherming van deze specifieke soorten is ook voor andere soorten<br />

gunstig.<br />

Aan de noordzijde van het grootste natuurreservaat van Vlaanderen, het Grenspark de<br />

Zoom-Kalmthoutse Heide, op het grondgebied van de gemeente <strong>Essen</strong> leven verschillende<br />

populaties amfibieën. De soortenrijkdom heeft er toe geleid dat dit gebied is uitgeroepen tot<br />

één van de 10 belangrijkste locaties voor amfibieën en reptielen in Vlaanderen.<br />

Een belangrijke weg, de Huybergsebaan snijdt doorheen het biotoop van deze diertjes. Op<br />

weg naar hun voortplantingsgebieden moeten padden, kikkers en salamanders deze drukke<br />

verkeersweg kruisen. Om te voorkomen dat deze dieren onder de wielen belanden werden<br />

er amfibietunnels aangelegd.<br />

In de Horendonkse bossen werden ter uitvoering van het beheersplan ‘Horendonkse bossen<br />

en omgeving’ reewildspiegels geplaatst. Deze weerkaatsen de autolichten en schrikken de<br />

reeën af om de straat over te steken.<br />

GEMEENTE <strong>Essen</strong>: milieubeleidsplan <strong>2012</strong> - 2017


73<br />

Sensibilisatie<br />

De gemeente <strong>Essen</strong> beschikt sinds 2003 over een subsidiereglement voor de realisatie van<br />

milieuprojecten. Volgende projecten komen in aanmerking voor een toelage:<br />

projecten gericht op de verbetering van natuurlijke biotopen;<br />

projecten gericht op de bescherming van een bepaalde diergroep of diersoort;<br />

projecten gericht op milieueducatieve acties voor een ruim publiek.<br />

De voorgestelde projecten moeten zich tot het grondgebied en/of de inwoners van de<br />

gemeente <strong>Essen</strong> richten en dienen een duurzaam karakter te hebben.<br />

De gemeente neemt geregeld deel aan de Dag van de Natuur. De gemeente organiseerde<br />

in het verleden op die dag o.a. al een infoavond over de biodiversiteit in <strong>Essen</strong>.<br />

De gemeente promoot het gebruik van streekeigen en autochtone soorten. Streekeigen<br />

soorten hebben immers talrijke voordelen: ze groeien sneller, hebben een langere<br />

levensduur en zijn beter bestand tegen plaatselijke weersgrillen, ziekten en (insecten)plagen.<br />

Streekeigen bomen en struiken sluiten aan op het omringende landschap. De plaatselijke<br />

dierenwereld (vlinders, vogels, egels, ...) komt er schuilen, eten en verblijven. Streekeigen<br />

plantgoed kan soms autochtoon zijn. Dat zijn plantensoorten die rechtstreeks afstammen van<br />

hun voorouders die na de laatste ijstijd, 10.000 jaar geleden, het landschap “veroverden”.<br />

Hun genen zijn dus van onschatbare waarde omdat deze planten perfect afgestemd zijn op<br />

hun leefomgeving. Ze zorgen voor een evenwicht in de natuur.<br />

De gemeente gebruikt, vanuit haar voorbeeldfunctie, bij de aanplanting van plantsoenen<br />

streekeigen planten. Voor de aanplantingen van het geboortebos ‘Patersboske’ werden in<br />

2009 telkens 50 stuks van volgende soorten aangeplant: zwarte els, Europese vogelkers,<br />

sporkehout en geoorde wilg. Als generatieboom werd gekozen voor de zomereik.<br />

Het geboortebos werd verder ingericht met een haag uit autochtoon plantmateriaal, meer<br />

bepaald: Rosa canina, meidoorn en sleedoorn.<br />

Ook de inwoners van de gemeente <strong>Essen</strong> worden aangespoord om waar mogelijk<br />

streekeigen planten aan te planten. In 2010 werd een haagplantactie georganiseerd, waarbij<br />

de aan te kopen hagen allen streekeigen soorten en drie vierde autochtone soorten<br />

betroffen. De dienst Ruimtelijke ordening geeft een lijst mee aan de bewoners van de<br />

weekendzone met streekeigen planten. Ook bij een kapvergunning wordt bij heraanplanten<br />

in landelijk gebied inheemse beplanting opgelegd evenals voor de aanleg van een<br />

groenscherm bij bedrijven.<br />

c. Visie<br />

Het <strong>Essen</strong>s natuurbeleid zal zich toespitsen op soortenbehoud, behoud overgangsgebieden<br />

zoals bermen en KLE en zorgt voor een structurele samenwerking met de<br />

natuurverenigingen.<br />

d. Knelpunten<br />

1. De bermbreedte wordt op tal van plaatsen door particulieren en landbouwers niet<br />

gerespecteerd. Daar waar de maïs tot aan de weg tot 2 m hoog staat, wordt de<br />

zichtbaarheid voor de weggebruikers beperkt.<br />

2. De berm wordt eveneens op verscheidene plaatsen verhard of gebruikt voor het<br />

stockeren van materialen, om afval te dumpen, als voortuinstrook ingenomen,…<br />

3. Het <strong>Gemeente</strong>lijk Natuurontwikkelingsplan (GNOP) is niet meer actueel.<br />

GEMEENTE <strong>Essen</strong>: milieubeleidsplan <strong>2012</strong> - 2017


74<br />

e. Acties<br />

De gemeente zal:<br />

130. aan de hand van de ruilverkavelingplannen in samenwerking met de landbouwers<br />

bermbreedte en grachten controleren en deze bermbreedtes herstellen.<br />

131.<br />

132.<br />

133.<br />

134.<br />

135.<br />

136.<br />

137.<br />

138.<br />

139.<br />

B. Bos<br />

met landbouwsector afspraken maken om de zichtbaarheid op de kruispunten te<br />

garanderen.<br />

de inwoners informeren over wat wel en niet toegelaten is op gemeentelijke bermen<br />

en waarom.<br />

jeugdverenigingen betrekken bij snoei- en beplantingswerken in het Patersboske.<br />

enkele Trage wegen, die geen verbindingsfunctie hebben voor de zwakke<br />

weggebruiker, aanplanten als heg. vb. Hollandse/Brabantse Dreef.<br />

een brochure ‘Biodiversiteit in tuin en plantsoen’ opmaken met:<br />

- informatie over de biodiversiteit in de gemeente <strong>Essen</strong>: soorttabellen van planten<br />

die bijen,vlinders, dieren of vogels aantrekken.<br />

- informatie over hoe we de natuur nieuwe levenskansen kunnen geven en dichter<br />

bij huis halen en hen daarmee nieuwe levenskansen biedt.<br />

- tips over beplantingscombinaties en andere creatieve initiatieven.<br />

bij aanplantingen in buitengebied steeds streekeigen planten en waar mogelijk<br />

autochtoon plantmateriaal gebruiken.<br />

een bermbeheersplan opmaken.<br />

de Mina-raad ondersteunen bij de organisatie van een gemeentelijke wedstrijd waarbij<br />

verenigingen en particulieren de kans krijgen een dier of plant te adopteren. In ruil<br />

voor een concrete actie voor dit dier of plant (hoe groot of hoe klein ook)kunnen zij<br />

een bepaalde prijs winnen.<br />

het <strong>Gemeente</strong>lijk Natuurontwikkelingsplan actualiseren.<br />

a. Inleiding<br />

Ter vervanging van het boswetboek werd het bosdecreet ingevoerd dat op alle bossen in<br />

Vlaanderen (ongeacht de gewestplanzone) van toepassing is. Het erkent en regelt de<br />

verschillende bosfuncties en maakt een deskundig en educatief beheer van bossen mogelijk.<br />

Terwijl vroeger het bos enkel voor bosbouw diende, hebben bossen nu tegelijkertijd een<br />

economische, een sociaalrecreatieve en een ecologische functie.<br />

Voor de gemeente is het bosdecreet een belangrijk juridisch kader:<br />

er bestaat een verbod op het kappen van bossen (dat kan alleen nog voor aantoonbaar<br />

algemeen belang!), tenzij voor woongebieden, industriegebieden en hiermee<br />

gelijkgestelde gebieden;<br />

openbare en privéparken vallen onder toepassing van het bosdecreet (artikel 4 bis);<br />

bossen zijn openbaar tenzij anders aangeduid (algemene toegankelijkheid);<br />

oprichting bosgroeperingen.<br />

GEMEENTE <strong>Essen</strong>: milieubeleidsplan <strong>2012</strong> - 2017


Bosgroepen vormen een belangrijke schakel tussen boseigenaar en het bosbeleid van de<br />

Vlaamse overheid door de boseigenaars te informeren over de steeds veranderende<br />

wetgeving. Daarnaast bieden ze een uitgebreide dienstverlening aan die de vele<br />

boseigenaars helpt bij het beheren van hun bossen. Via de bosgroepen tracht het<br />

Agentschap voor Natuur en Bos een antwoord te geven op de problemen die de<br />

versnippering van het bos met zich meebrengt. De gemeente <strong>Essen</strong> is aangesloten bij<br />

Bosgroep Antwerpen Noord.<br />

75<br />

b. Stand van zaken<br />

Bosbeheerplannen<br />

Voor alle openbare bossen en voor particuliere bossen groter dan vijf ha moet een<br />

bosbeheersplan opgesteld worden.<br />

Voor privé-bossen die niet gelegen zijn in het Vlaams Ecologisch Netwerk (VEN) is een<br />

beperkt bosbeheerplan voldoende. Voor de privé-bossen gelegen in het Vlaams Ecologisch<br />

Netwerk (VEN) en voor alle openbare bossen moet een uitgebreid bosbeheerplan worden<br />

opgesteld. Voor privé-bos, kleiner dan 5 ha, is het opstellen van een beheerplan niet<br />

verplicht.<br />

Het Agentschap Natuur en Bos en de gemeente <strong>Essen</strong> zijn gestart met de opmaak van het<br />

Uitgebreid Bosbeheerplan (UBP) en wensen zoveel mogelijk privé-boseigenaren te<br />

betrekken bij de opmaak van dit plan. Het samen indienen van zo’n plan en bijgevolg het<br />

gezamenlijk beheer van vele versnipperde bospercelen is veel efficiënter. Een gezamenlijk<br />

beheerplan wordt ingediend door een gevolmachtigde of door een erkende bosgroep. Voor<br />

de gemeente <strong>Essen</strong> is dit de Bosgroep Antwerpen Noord. Deze bosgroep organiseerde al<br />

een informatievergadering voor alle privé-boseigenaren met oproep om aan te sluiten bij de<br />

opmaak van het uitgebreid bosbeheerplan.<br />

Speelbossen - Geboortebos<br />

Bossen en natuurreservaten zijn alleen toegankelijk op de paden. Dat is om dieren en<br />

planten te behoeden voor vertrappeling. Om een 'echt' bosspel of sluipspel te spelen, om de<br />

natuur van dichtbij te beleven of voor allerhande spelletjes in het bos heb je altijd<br />

toestemming nodig van de eigenaar of bevoegde boswachter. Voor speelzones is dit niet<br />

nodig. Een speelzone is volgens de wet: een (deel van een) bos of natuurgebied, dat<br />

permanent of gedurende een vaste periode toegankelijk is voor min-18-jarigen en hun<br />

begeleiding en voor het jeugdwerk. De speelzones zijn opgenomen in het toegankelijkheidsreglement<br />

en in het beheerplan van het bos of van het natuurreservaat. Ter plaatse worden<br />

ze aangeduid met het speelzonebord van het Agentschap voor Natuur en Bos.<br />

De term 'speelbos' is een populaire benaming voor een speelzone, maar wordt niet<br />

gedefinieerd in de wet.<br />

<strong>Essen</strong> was er van het prille begin bij om zijn jeugd vrij te laten spelen in de bossen. Al in<br />

1990 werden er drie verschillende bossen expliciet opengesteld voor de activiteiten van<br />

kinderen en jongeren: Het Statiebos, het gemeentebos en de Achterste Duinen.<br />

In 1996 werd <strong>Essen</strong> bovendien geselecteerd als pilootgemeente door de provincie<br />

Antwerpen, die toen bezig was met de problematiek van de recreatie in bossen.<br />

In 2005 kocht de gemeente het terrein aan op de hoek van de Velodreef en de Pater<br />

Godtslaan (Heikant). Dit Patersbos werd het vierde speelbos in de gemeente.<br />

Sinds 2006 is het Patersboske ook een geboortebos, waar voor elk kindje dat in de<br />

gemeente geboren wordt, een boom wordt geplant. Het eerste geboortebos bevond zich aan<br />

de Leegtestraat en werd vol geplant met boompjes voor de kindjes geboren tussen 1994 en<br />

2004. Het geboortebos van kinderen geboren in 2005 bevond zich aan de Wildertse<br />

Duintjes.<br />

GEMEENTE <strong>Essen</strong>: milieubeleidsplan <strong>2012</strong> - 2017


76<br />

c. Visie<br />

Alle bossen op het grondgebied beschikken over een bosbeheerplan. Het openbaar groen<br />

wordt ingericht met oog voor de aanwezige natuurwaarden, gebruik inheems materiaal en<br />

verbod op gebruik van bestrijdingsmiddelen.<br />

d. Knelpunten<br />

1. De gemeente <strong>Essen</strong> beschikt nog niet over bosbeheerplannen.<br />

2. De speelbossen verdienen meer promotie.<br />

3. De zones voor verblijfrecreatie Wildert en Horendonk zijn voormalige bossen die<br />

verkaveld werden. De kwaliteit van het bos en de oppervlakte is sterk achteruit<br />

gegaan. Een algemene ‘vertuining’ van het bos doet zich voor.<br />

4. De bosoppervlakte neemt af, zowel binnen als buiten de weekendzone.<br />

e. Acties<br />

De gemeente zal:<br />

140. een uitgebreid bosbeheersplan opmaken voor de gemeentebossen: Wildertse<br />

Duintjes, De Werf, Rijkmaker, Scham, Grote Horendonk, Kwatse brug, Smoutebos,<br />

Statieboske, Paviljoen, Paterboske: in totaal + 170 ha.<br />

141.<br />

142.<br />

143.<br />

144.<br />

Na het bekomen van een uitgebreid bosbeheerplan streven naar een FSCcertificering<br />

van de gemeentebossen.<br />

privé-boseigenaren aanzetten aan te sluiten bij de opmaak van het bosbeheersplan.<br />

zoeken naar een nieuwe locatie voor het Geboortebos.<br />

de speelbossen, speelpleintjes en de omgeving van de jeugdlokalen in samenwerking<br />

met de groendienst veranderen naar meer natuurvriendelijke inrichtingen door<br />

bijvoorbeeld: tunnels aan te leggen met snoeiafval, wilgententen te bouwen,<br />

speeltoestellen van natuurlijke materialen te gebruiken, …<br />

145. het 1 bosdecreet strikter toepassen in de zones voor verblijfrecreatie en het gebruik van<br />

inheemse en streekeigen beplanting er stimuleren.<br />

C. Landschap<br />

a. Inleiding<br />

Een landschap wordt gedefinieerd als een gebied zoals dat door mensen wordt<br />

waargenomen en waarvan het karakter bepaald wordt door natuurlijke en/of menselijke<br />

factoren en de interactie daartussen.<br />

b. Stand van zaken<br />

Beschermende Landschappen en monumenten<br />

Het decreet van 16 april 1996 regelt de bescherming van landschappen.<br />

Een landschap dat van algemeen belang is wegens zijn natuurwetenschappelijke,<br />

historische, esthetische of sociaal-culturele waarde, kan worden beschermd met inbegrip van<br />

een overgangszone die deze waarden van het landschap ondersteunen.<br />

GEMEENTE <strong>Essen</strong>: milieubeleidsplan <strong>2012</strong> - 2017


77<br />

De gemeente wordt in deze beschermingsprocedure betrokken doordat ze verantwoordelijk<br />

is voor de organisatie van het openbaar onderzoek. Daarnaast organiseert het decreet ook<br />

de instandhouding, het herstel en het beheer van de beschermde landschappen.<br />

De Oude Pastorij en de aangrenzende parkomgeving te <strong>Essen</strong>donk werden op 18 augustus<br />

1976 als beschermd monument en landschap geklasseerd.<br />

Landschapsatlas<br />

De “Atlas van de relicten van de traditionele landschappen”, opgemaakt door de afdeling<br />

Monumenten en Landschappen (Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap) is een<br />

historische momentopname van de Vlaamse landschappen op het einde van de 20 ste eeuw.<br />

Bij het samenstellen van deze atlas werd gelet op zowel natuurwetenschappelijke,<br />

historische of esthetische en sociaal-culturele waarde van het landschap.<br />

In de traditionele landschappen werden relicten geselecteerd op basis van de criteria<br />

herkenbaarheid, gaafheid en samenhang. Ze worden ingedeeld in relictzones,<br />

ankerplaatsen, lijnrelicten en puntrelicten.<br />

Een traditioneel landschap is een combinatie van landschappen met een eigen identiteit ,<br />

waarvan de landschapskenmerken het resultaat zijn van een min of meer uitgesproken<br />

landschapsecologisch evenwicht tussen natuur en cultuur dat er in de loop der tijden is<br />

ontstaan.<br />

In <strong>Essen</strong> komen volgende traditionele landschapstypes voor:<br />

Vallei van de Kleine Aa<br />

<strong>Essen</strong> Hoek en Hemelrijk<br />

<strong>Essen</strong> Akker<br />

<strong>Essen</strong> Duinen en Klein Horendonkse Heide<br />

De Nol<br />

Figuur 18 op de volgende pagina geeft de punt- en lijnrelicten binnen de gemeente <strong>Essen</strong><br />

weer. Relicten zijn objecten of gestructureerde complexen van objecten die getuigen van een<br />

vroegere toestand. Puntrelicten stemmen overeen met monumenten, kunstwerken,<br />

bouwelementen, … . Lijnrelicten worden gevormd door beken, kanalen, wegtracés, steile<br />

reliëfovergangen, … . Relictzones zijn gebieden met een grote dichtheid aan punt- of<br />

lijnrelicten en ankerplaatsen, waarin de verbondenheid tussen de waardevolle<br />

landschapselementen belangrijk is voor de gehele landschappelijke waardering.<br />

In 2010 richtte de gemeente <strong>Essen</strong> een erfgoedcel op. Dit gemeentelijk orgaan brengt in<br />

samenwerking met de heemkring het erfgoed in kaart en zal het gemeentebestuur adviseren<br />

in verband met het beleid terzake en de organisatie van evenementen zoals de Open<br />

Monumentendag.<br />

c. Visie<br />

De gemeente zal kleine waardevolle stukjes groen kopen langs de waterlopen en een<br />

compensatiereglement uitwerken voor het verdwijnen van bomen in het landschap.<br />

d. Knelpunten<br />

1. Het nagenoeg ontbreken van heraanplantingen van bomen langs de gewestwegen<br />

Nieuwmoersesteenweg – Antwerpsesteenweg – Kalmthoutsesteenweg en<br />

Moerkantsebaan.<br />

2. Er verdwijnen nog steeds bomen in het landbouwlandschap. De stedenbouwkundige<br />

vergunning is niet voldoende om het landschap op zich te behouden. Een aangepast<br />

vergunningsbeleid is noodzakelijk.<br />

3. Er is slechts beperkt toezicht op de kapvergunningen.<br />

GEMEENTE <strong>Essen</strong>: milieubeleidsplan <strong>2012</strong> - 2017


4. Er ontbreekt een beheersvisie voor onder meer: het Paviljoen, Sportpark -<br />

dierenparkje - beukenbos, Statieboske, enz.<br />

5. Verplichte erfbeplantingen bij bedrijven in de open ruimte worden soms niet of<br />

gebrekkig uitgevoerd en de gemeente komt onvoldoende tot controle.<br />

78<br />

Type van relict Benaming Nummer<br />

op kaart<br />

Puntrelict - Klokhoeve<br />

P10001<br />

- Kiekenhoeve<br />

P10002<br />

- Hemelrijk Quarantainestallen<br />

P10003<br />

- Kerk St. Antonius van Padua<br />

P10004<br />

- O.L.V. kerk en oude molenromp<br />

P10005<br />

- Heuvelplein met gemeentehuis, pastorie en monument P10006<br />

- Ringelse hoeve<br />

P10007<br />

- Kerk St.-Vincentius à Paulo en herberg De Uil<br />

P10008<br />

- Grote Horendonkse hoeve<br />

P10009<br />

- Gehucht Vaartkant<br />

P10010<br />

- Oude Molenromp<br />

P10011<br />

- St.-Pieterskerk <strong>Essen</strong>hoek<br />

P10012<br />

- Merkwaardige solitaire boom<br />

P10013<br />

- Roode hoef<br />

P10014<br />

- Ringvenhoef<br />

P10015<br />

- Blauwe hoef<br />

P10016<br />

- Voorste hoeve<br />

P10017<br />

- voormalige Rouwmoershoeve en Gerardusklooster P10018<br />

- O.L.V. kerk Nieuwmoer<br />

P10019<br />

- Achterste hoeve<br />

P10020<br />

- Verbrande hoeve<br />

P10021<br />

- St.-Jan-de-Doperkerk<br />

P10022<br />

- Bakkersmolen<br />

P10023<br />

GEMEENTE <strong>Essen</strong>: milieubeleidsplan <strong>2012</strong> - 2017


Lijnrelicten - Oude Moervaart<br />

- Oude Postbaan<br />

- Vertakkingsvaart<br />

- Roosendaalse Vaart<br />

- Wuustwezelse Vaart<br />

79<br />

Figuur 18: Punt- en lijnrelicten in de gemeente <strong>Essen</strong><br />

e. Acties<br />

De gemeente zal:<br />

146. een landschapsbeheersplan opmaken voor de Oude Pastorij.<br />

147.<br />

148.<br />

149.<br />

150.<br />

151.<br />

152.<br />

153.<br />

154.<br />

155.<br />

156.<br />

157.<br />

GEMEENTE <strong>Essen</strong>: milieubeleidsplan <strong>2012</strong> - 2017<br />

L10001<br />

L10002<br />

L10003<br />

L10004<br />

L10005<br />

L10006<br />

de mogelijkheid onderzoeken om via het Kempens Landschap de ‘Gronden Van<br />

Agtmael’, gelegen achter De Bijster, aan te kopen om versnippering tegen te gaan en<br />

te streven naar herstel en behoudt van dit landschappelijk waardevol coulissenlandschap.<br />

de mogelijkheid onderzoeken om via het Kempens Landschap nog andere projecten<br />

aan te kopen of via hun landschapsloket te laten ondersteunen.<br />

actief zoeken om langsheen de waterlopen een aaneenschakeling of opeenvolging<br />

van ‘waardevolle stukjes groen’ aan te kopen.<br />

aansluiten bij het Regionaal Landschap: dit geeft mogelijkheden om gezamenlijke<br />

acties rondom natuur en landschap (inventariseren van beeldbepalende elementen,<br />

opzetten van acties die kaderen in een ruimere omgeving, cultuurhistorie, …) te<br />

organiseren en de initiatieven via de ‘landschapskrant’ aan elke <strong>Essen</strong>aar mee te<br />

delen.<br />

een werkgroep binnen de Minaraad oprichten ter voorbereiding van een aangepast<br />

vergunningenbeleid rond bescherming, behoud of degelijke compensatie van bomen<br />

en Kleine Landschapselementen (KLE’s).<br />

bij gemeentelijke weilanden waarvan de pacht naar zijn einde toe loopt, onderzoeken<br />

of de gronden in gebruik kunnen gegeven worden mits perceelrandbeheer, aanleg<br />

poel, ….<br />

dreven zoals: Beukendreef/Velodreef, Dreef, drevenpatroon Paviljoen,…<br />

herwaarderen.<br />

aandringen op het heraanplanten van gewestwegen rekeninghoudende met de<br />

geplande rioleringswerken aan de Moerkantsebaan.<br />

bomen en beplantingen langs ruilverkavelingswegen behouden en versterken.<br />

de inventaris van de knotwilgen uitbreiden met andere kleine landschapselementen<br />

en een beheersvisie opmaken voor onder meer: het Paviljoen, park Oude Pastorij,<br />

Sportpark - dierenparkje - beukenbos, …<br />

een lijst opmaken van waardevolle objecten of gestructureerde complexen in de<br />

gemeente die niet aangeduid werden als relict en die behouden moeten blijven. De<br />

gemeente zal nagaan welke maatregelen zij kan nemen om deze te behouden.


158.<br />

159.<br />

D. Groen<br />

80<br />

in samenwerking met het Regionaal Landschap het belang van historische<br />

hakhoutwallen, bomenrijen en solitaire bomen in de kijker zetten en een<br />

subsidiereglement uitwerken voor de bescherming, onderhoud en versterking ervan.<br />

Dit werkpunt staat nu al op het programma van RL de Voorkempen.<br />

via de stedenbouwkundige vergunning de aanplanting van streekeigen beplanting<br />

verplichten bij het verharden van lange opritten of wegen in open landelijk gebied.<br />

a. Inleiding<br />

Mensen stellen hoge eisen aan hun leefomgeving. Zeker in sterk verstedelijkte, dichtbevolkte<br />

omgevingen, klinkt steeds nadrukkelijker de roep naar meer natuur, meer groen.<br />

Gevarieerde, verrassende aanplantingen van verstandig gecombineerde vaste planten,<br />

heesters en bomen zorgen voor een plezierige groene omgeving. In een modern openbaar<br />

groenbeleid gebeurt dat met onderhoudsvriendelijke aanplantingen en met een zo beperkt<br />

mogelijk gebruik van chemische middelen.<br />

b. Stand van zaken<br />

De groendienst is einde 2009 bij de milieudienst gevoegd. Sinds augustus 2009 kreeg de<br />

groendienst, na jaren, opnieuw een ploegbaas.<br />

In 2009 werd een deel van het openbaar groen geïnventariseerd.<br />

Een deel van het gemeentelijk openbaar groen wordt jaarlijks uitbesteed aan derden.<br />

Omdat er geen overzicht bestond van wat er door de groendienst moet onderhouden worden<br />

of wat door derden wordt uitgevoerd, werd door de groendienst dat wat wordt uitbesteed aan<br />

een sociale tewerkstellingsplaats gefotografeerd, gekarteerd en omschreven.<br />

De overheidsopdracht “onderhoud gemeentelijk openbaar groen”-bestek 2010 werd<br />

herwerkt.<br />

De belangrijkste nieuwigheden in het bestek zijn:<br />

de aanpassing van de uitvoeringsperiode<br />

de beschrijving van de technische bepalingen nl.:<br />

het grasmaaien, onderhoud van perken en plantsoenen, snoeien, verwijderen van<br />

zwerfvuil en onderhoud van de verhardingen is omschreven in kwaliteitsdoelstellingen<br />

met daaraan gekoppeld een werkmethodiek.<br />

voorbeeld zwerfvuil:<br />

Kwaliteitsdoelstellingen:<br />

Zwerfvuil wordt niet geduld en onmiddellijk verwijderd.<br />

Werkmethodiek:<br />

Zwerfvuil wordt verwijderd uit de plantsoenen bij elk maandelijks bezoek en mag<br />

in de vuilzakken worden afgevoerd naar het containerpark. Wanneer dit vermeld<br />

is bij de locatie, moet ook de omgeving van het plantsoen zwerfvuilvrij gemaakt<br />

worden. Vuilbakjes die in het plantsoen staan worden leeggemaakt door de<br />

gemeentelijke diensten, tenzij anders vermeld. Verwijderen van zwerfvuil gebeurt<br />

ook bij elke maaibeurt van de gazons en het gras. Dat betekent dat elke locatie<br />

minstens éénmaal per maand wordt bezocht en dat de nodige onderhoudswerken<br />

worden uitgevoerd.<br />

Bij de kwaliteitsdoelstellingen van verhardingen is dan weer opgenomen dat bij<br />

geringe onkruidgroei, namelijk in de voegen, geen pollen is toegestaan<br />

overeenkomstig het eindbeeld klasse 2 zoals vermeld in de Pesticidentoets. De foto’s<br />

van de onkruidklassen zijn eveneens bij het bestek gevoegd.<br />

GEMEENTE <strong>Essen</strong>: milieubeleidsplan <strong>2012</strong> - 2017


81<br />

In 2010 werd binnen de groendienst geïnvesteerd in:<br />

Uitbatingsmateriaal: aankoop van een frontkeerborstel voor zowel het sneeuwvrij houden<br />

van de fietspaden als het vegen van de fietspaden in de zomer en herfstperiode,<br />

bladblazer op wielen, grondboormachine, vervanging van bladblazers, bosmaaier,<br />

trapladders, rugsproeier… en de introductie van ergonomisch materiaal zoals een<br />

heggenschaar.<br />

Persoonlijk veiligheidsmateriaal: kettingzaagvesten, oorbeschermers,…<br />

Inrichting van de loods voor de groendienst.<br />

Opleiding voor de werkmannen: zoals aanplanten van bomen, veilig werken in bomen,<br />

snoeien van tuinbomen, heesters, struiken en klimplanten,…<br />

Extra ondersteuning door de inzet van twee seizoensgroenarbeiders en jobstudenten om<br />

de zomerverlofperiode te overbruggen.<br />

De gemeente <strong>Essen</strong> vroeg extra bomenadvies voor:<br />

Oude Pastorij en omgeving<br />

Beuken kerkhof Centrum<br />

Bomen Paviljoen<br />

Bomen Velodreef – weekendzone<br />

Bomen weekendzone Wildert – achter de Paterstuin<br />

Straatbomen Heyendlaan en omgeving<br />

Rondom de kerk Statie<br />

Op basis van de bevindingen werden volgende werkzaamheden uitgevoerd/gepland:<br />

Om veiligheidsreden werden er bomen aan de Oude Pastorij geveld en kregen andere<br />

parkbomen een snoeibeurt om ze in stand te houden of om hun ontwikkeling te<br />

bevorderen. Voor deze werken en andere werken aan de Oude Pastorij kreeg de<br />

gemeente een onderhoudspremie. Onderhoudspremies worden toegekend voor<br />

onderhoudswerken aan landschappen of monumenten.<br />

De beuken op het kerkhof Centrum werden gesnoeid.<br />

De afgelopen jaren werden enkele bomen door de brandweer verwijderd omwille van de<br />

openbare veiligheid. Op basis van het extern advies werden nog enkele bomen als<br />

risicobomen aangewezen, zoals de bomen in: Boterpotlaan, Bosbessenlaan,<br />

Vogelkerslaan, Zonnedauwlaan en Eikendreef. Deze bomen werden geveld.<br />

In de drukke doorgangsweg Velodreef werden alle dode en gevaarlijke overhangende<br />

takken gesnoeid op het gedeelte tussen de Pater Godtslaan en de Huybergsebaan. Deze<br />

werken gebeurden door een gespecialiseerde firma, in samenwerking met de<br />

groendienst.<br />

Op het Paviljoen werd één zwaar ingerotte boom ingerooid. Bij de bomen die grenzen aan<br />

de achtertuinen van het Zwartven en de Leemstraat werden de dode en hinderlijke takken<br />

weggenomen.<br />

….<br />

In 2010 werd voor de eerste keer de bomen in de wijk in zijn totaliteit bekeken.<br />

Het bomenbestand in de wijk Hey-end kreeg een rommelig uitzicht: sommige bomen<br />

werden te groot, andere vertoonden ziekten of vormden overlast door opduwende wortels en<br />

op nog andere plaatsen ontbreken er bomen. Daarom deed het schepencollege beroep op<br />

een expert om het probleem integraal te onderzoeken. De landschapsarchitecte gaf volgend<br />

advies waarbij alle straten als volgt aan bod komen:<br />

straten waar bomen moeten worden gerooid + nieuwe aanplantingen:<br />

Baertshoek, Heyendlaan, Tichelrei, Kleiputtenlaan, Hellebloklaan, Struisven<br />

straten waar ontbrekende bomen moeten worden ingevuld:<br />

Eikenblok, Groenlaan, Rooiendamlaan<br />

Het voorstel werd aan de milieuraad voorgelegd en de buurt werd geïnformeerd.<br />

De groendienst is ook gestart met enkele proefterreinen met traaggroeiend gras, het<br />

uitbreiden van de zomerbebloeming, het introduceren van narcissen en krokussen in de<br />

GEMEENTE <strong>Essen</strong>: milieubeleidsplan <strong>2012</strong> - 2017


82<br />

plantsoenen en het herinrichten van het openbaar groen in functie van de pesticidenreductie,<br />

het onderhoudsgemak en om plantsoenen op te frissen.<br />

De groendienst zorgt ook voor: het ledigen van alle vuilbakken, het vullen van<br />

hondenpoepzakautomaten, het opruimen van sluikstort, het verzamelen van zwerfvuil,<br />

weekenddienst voor plaatsing van nadarbarelen bij festiviteiten en sportmanifestaties,<br />

sneeuw- en ijzelbestrijding van de fietspaden, onderhoud van de stationsparking, …<br />

c. Visie<br />

De gemeente wil een krachtdadige en efficiënte groendienst op gebied van onderhoud van<br />

het bestaande patrimonium.<br />

d. Knelpunten<br />

1. De inventaris en het werkplan van de groendienst dient nog te worden vervolledigd.<br />

2. De groendienst staat ook in voor het vegen van de straatgoten en aanliggende<br />

parkings. Sinds 2010 wordt hiervoor ook beroep gedaan op een externe grote<br />

veegwagen, aangezien de eigen gemeentelijke veegcombinatie continu in herstelling<br />

moet.<br />

3. De gemeente heeft geen bomenvisie en/of –beleidsplan.<br />

4. Het groenonderhoud bij verkavelingen wordt na verloop van tijd zonder overleg<br />

overgeheveld naar de gemeente. De groendienst wenst inspraak in het ontwerp en de<br />

plantkeuze in functie van het onderhoud.<br />

5. Ontbreken van een inrichtings- en beheersvisie voor de 6 begraafplaatsen.<br />

e. Acties<br />

De gemeente zal:<br />

160. investeren in de verdere uitbouw van de gemeentelijke groendienst zowel qua<br />

materiaal als personeel.<br />

161.<br />

162.<br />

163.<br />

164.<br />

165.<br />

166.<br />

167.<br />

168.<br />

de gemeentelijke veegcombinatie eerst laten herstellen en later vervangen door een<br />

nieuw exemplaar.<br />

tegen 2013 een bomenvisie opstellen en tegen 2014 – 2015 beschikken over een<br />

goedgekeurd bomenbeleidsplan.<br />

locaties oplijsten die zich lenen voor het aanplanten van solitaire of enkele parkbomen<br />

die alle ruimte kunnen krijgen om tot monumentale bomen uit te groeien.<br />

het aanplanten van solitaire bomen gefaseerd aanpakken.<br />

naar analogie van de wijk Hey-end het bomenbestand per wijk bekijken.<br />

juridische bescherming uitwerken voor bomen op de Bijzondere-bomenlijst.<br />

uitvoeren van een herinneringsdreef- en bos<br />

een bomenverkiezing organiseren.<br />

GEMEENTE <strong>Essen</strong>: milieubeleidsplan <strong>2012</strong> - 2017


169.<br />

170.<br />

171.<br />

inventarisatie van graven, grafmonumenten, aanwezig groen van alle<br />

begraafplaatsen.<br />

83<br />

een beleidsvisie opmaken op lange termijn waarin verschillende aspecten worden<br />

opgenomen zoals de structuur van de begraafplaatsen, capaciteit, algemeen uitzicht,<br />

voorzieningen, enz.<br />

de kerkhoven omvormen tot parkbegraafplaatsen.<br />

GEMEENTE <strong>Essen</strong>: milieubeleidsplan <strong>2012</strong> - 2017


Hoofdstuk 11: Bodem<br />

84<br />

Algemene inleiding<br />

De bodem is de bovenste laag van de aardkorst met de zich daarin bevindende vaste,<br />

vloeibare en gasvormige bestanddelen en levende organismen. Tot de bodem worden ook<br />

de waterbodems gerekend.<br />

Bij bodemverontreiniging komt door activiteiten van de mens milieugevaarlijke stoffen op of<br />

in de bodem terecht waardoor de bodemkwaliteit vermindert. Dit kan het gebruik van de<br />

bodem aanzienlijk beperken. In sommige gevallen is sanering nodig en zelfs dringend omdat<br />

de gezondheidsrisico’s voor de mens (bijvoorbeeld via het drinkwater of de voedselketen),<br />

de risico’s voor ecosystemen of de verspreidingsrisico’s te groot zijn.<br />

Enkele oorzaken van bodemverontreiniging zijn: industriële activiteiten, ongelukken, infiltratie<br />

van afvalwater vanuit lekkende tanks en pijpleidingen of vanuit plaatselijke grachten,<br />

immissie van gasvormige componenten of stof (bv. via de schoorsteen), opslag van vaste of<br />

vloeibare (koelwater, afvalwater,...) afvalstoffen in de bodem, het ophogen van terreinen met<br />

verontreinigde stoffen, ...<br />

In Vlaanderen worden meestal de volgende verontreinigde stoffen teruggevonden:<br />

petroleumproducten (benzine en oliën);<br />

oplosmiddelen zoals aceton, ethanol, terpentijn, …;<br />

zware metalen;<br />

pesticiden;<br />

cyaniden, een stof die voorkomt in veel dierenbestrijdingsmiddelen;<br />

fenolen, vaak gebruikt als bestrijdingsmiddel;<br />

verontreiniging door zouten.<br />

A. <strong>Essen</strong> en het Vlaamse bodembeleid<br />

a. Inleiding<br />

Het Vlaamse bodembeleid wordt vastgelegd in het decreet van 27 oktober 2006 betreffende<br />

de bodemsanering en de bodembescherming. Het beleid rond bodemsanering heeft als doel<br />

om zoveel mogelijk de richtwaarden voor bodemkwaliteit te realiseren. Het beleid rond<br />

bodembescherming is erop gericht de bodem te beschermen tegen verontreiniging en<br />

verstoring en de waardevolle bodems te vrijwaren. Het decreet bevat: een regeling voor de<br />

identificatie van verontreinigde gronden, een register van bodems, een regeling voor nieuwe<br />

en historische verontreiniging en administratieve verplichtingen in geval van overdracht in de<br />

meest ruime betekenis van het woord.<br />

Het decreet werd uitgewerkt in het Vlarebo (Vlaams Reglement betreffende de<br />

Bodemsanering). Hierin kan men ook een lijst vinden van zogenaamde Vlarebo-plichtige<br />

activiteiten, die gekoppeld is aan de indelingslijst van Vlarem I. Vlarebo-plichtige activiteiten<br />

zijn verplicht om op regelmatige basis een oriënterend bodemonderzoek uit te voeren.<br />

Ook Vlarem II bevat voor vergunningsplichtige en meldingsplichtige (en enkele niet<br />

ingedeelde) activiteiten enkele voorwaarden om bodemverontreiniging te voorkomen.<br />

b. Stand van zaken<br />

Eigen gemeentelijke diensten<br />

De gemeente <strong>Essen</strong> respecteert de regelgeving rond grondverzet bij gemeentelijke werken.<br />

In het geval van acute bodemverontreiniging stelt de gemeente een bodemsaneringsdeskundige<br />

aan om verdere maatregelen te treffen zoals voorgeschreven in het<br />

bodemsaneringsdecreet.<br />

GEMEENTE <strong>Essen</strong>: milieubeleidsplan <strong>2012</strong> - 2017


85<br />

Tijdelijke opslagplaats bodem (TOP)<br />

De gemeente baseert zich voor het vergunnen van TOP’s op de code van goede praktijk<br />

opgesteld door de OVAM. De TOP’s zijn via de milieuvergunning ook gebonden aan de<br />

Vlarem voorwaarden die als doel hebben om verspreiding van bodemverontreiniging te<br />

voorkomen.<br />

Onderzoek verontreinigde woonzones<br />

De Suzannalaan ligt in een zone voor verblijfsrecreatie. Op dezelfde plaats lag vroeger een<br />

ontginningsput voor klei, die later als stortplaats voor allerlei afvalstoffen werd gebruikt. Door<br />

die stortactiviteiten in het verleden moesten de huidige eigenaars bij de verkoop van hun<br />

grond een bodemonderzoek laten uitvoeren.<br />

Overeenkomstig artikel 47 van het bodemsaneringsdecreet werd de ‘Woonzone<br />

Suzannalaan’ als site vastgesteld. Naar aanleiding van de Suzannalaan werkte de OVAM<br />

een concept van aanpak uit waarin de OVAM, voor woonzones die conform artikel 47 van<br />

het bodemsaneringsdecreet als site worden verklaard, het oriënterend en het beschrijvend<br />

bodemonderzoek zelf uitvoert en financiert. Op basis hiervan werden voor de artikelen 48 en<br />

48 ter van het bodemsaneringsdecreet een afwijking voorzien.<br />

De conclusie van het globale bodemonderzoek voor de Suzannalaan luidde dat de vroegere<br />

stortplaats niet gesaneerd hoeft te worden omdat de bodemverontreiniging niet ernstig is.<br />

Het grondwater is echter niet geschikt voor consumptie. De eigenaars van de in de totaal 33<br />

percelen die deel uitmaken van de site hebben niet langer een onderzoeksplicht voor deze<br />

historische verontreiniging. Zij kunnen hun percelen nu verkopen zonder dat er nog een<br />

oriënterend bodemonderzoek moet uitgevoerd worden.<br />

c. Visie<br />

De gemeente wil op heel haar grondgebied een duurzaam bodembeleid, waarbij de bodem<br />

zodanig beheerd wordt dat de bodemkwaliteit wordt beschermd voor mens en milieu en er<br />

tegelijk ruimte is voor maatschappelijke ontwikkelingen. Hierdoor kunnen toekomstige<br />

generaties de bodem blijven gebruiken voor landbouw, natuur, drinkwater en woningbouw.<br />

d. Knelpunten<br />

1.<br />

e. Acties<br />

De gemeente zal:<br />

172. de huidige regelgeving respecteren bij gemeentelijke werken om verspreiding van<br />

bodemverontreiniging tegen te gaan.<br />

173.<br />

174.<br />

175.<br />

176.<br />

indien zich er een acuut geval van bodemverontreiniging voordoet, een<br />

bodemsaneringsdeskundige aanstellen om verdere maatregelen te treffen zoals<br />

voorgeschreven in het bodemsaneringsdecreet.<br />

meewerken aan en opvolgen van onderzoek rond bodemverontreiniging van zones op<br />

het grondgebied van de gemeente.<br />

enkel een vergunning afleveren voor het inrichten van een tijdelijke opslagplaats<br />

(TOP) indien de betrokken persoon de TOP heeft voorzien volgens de code van<br />

goede praktijk, opgesteld door de OVAM.<br />

de bevolking sensibiliseren m.b.t. de toepassing van het bodemsaneringsdecreet.<br />

GEMEENTE <strong>Essen</strong>: milieubeleidsplan <strong>2012</strong> - 2017


86<br />

B. Register van verontreinigde gronden<br />

a. Inleiding<br />

Het bodemsaneringsdecreet en het Vlarebo bepalen dat bij elke overdracht van een grond<br />

een bodemattest afgeleverd moet worden. Hierop staan gegevens over onder meer: het al<br />

dan niet aanwezig zijn van bodemverontreiniging, het feit of er ingedeelde rubrieken op het<br />

perceel werden uitgevoerd en of er saneringen zijn gebeurd. Meestal zijn de overgeleverde<br />

attesten blanco, wat nog niet wil zeggen dat het desbetreffende perceel vrij is van bodemverontreiniging.<br />

Het is vaak moeilijk te achterhalen welke vroegere activiteiten op een bepaald terrein hebben<br />

plaatsgevonden. Daarom moet de gemeente volgens het decreet betreffende de<br />

bodemsanering en de bodembescherming een inventaris van risicogronden die op haar<br />

grondgebied gelegen zijn (gemeentelijke inventaris) aanleggen.<br />

Gronden kunnen in dit register opgenomen worden op basis van:<br />

relevante gegevens over risico-inrichtingen in de gemeente;<br />

gegevens die in het bezit zijn van de gemeente of die haar worden bezorgd door<br />

bodemsaneringsdeskundigen, bevoegde instanties en politiediensten.<br />

In het Vlarebo staat bijgevolg ook letterlijk vermeld: “De gemeente staat niet in voor de<br />

juistheid van de gegevens die haar overeenkomstig dit besluit rechtstreeks of onrechtstreeks<br />

worden verstrekt.”<br />

Het register bevat per risicogrond minstens volgende gegevens:<br />

De ligging van de grond: de kadastrale gegevens of een duidelijke ruimtelijke afbakening<br />

van de grond op basis van het in het Vlaamse Gewest gehanteerde coördinatiestelsel;<br />

De risico-inrichtingen die op de grond gevestigd zijn of waren met: nummer, beschrijving<br />

en categorie van de risico-inrichting, zoals ingedeeld in de lijst van de risico-inrichtingen,<br />

de start- en einddatum van de exploitatie en de identiteit van de eigenaar.<br />

Bij opname van een grond in het gemeentelijk register worden de nodige gegevens ook aan<br />

de OVAM bezorgd.<br />

b. Stand van zaken<br />

Op gronden waarop bodemverontreinigende activiteiten worden of werden uitgevoerd moet<br />

in de volgende gevallen een oriënterend bodemonderzoek uitgevoerd worden:<br />

bij overdracht<br />

bij sluiting en stopzetting van de risico-inrichtingen<br />

bij faillissement en vereffening van de exploitant<br />

bij onteigening<br />

bij de opstart en daarna volgens een bepaalde periodiciteit (zie indelingslijst Vlarem I<br />

kolom 8)<br />

Brengt het oriënterend onderzoek een verontreiniging aan het licht dan zal in een aantal<br />

gevallen een beschrijvend bodemonderzoek moeten gebeuren. Uit het beschrijvend<br />

bodemonderzoek blijkt of een bodemsaneringsproject nodig is. Wanneer na de sanering de<br />

doelstellingen worden bereikt, levert OVAM een eindverklaring af. Onderstaande kaarten<br />

geven respectievelijk weer waar in de gemeente <strong>Essen</strong> reeds een oriënterend, een<br />

beschrijvend bodemonderzoek en een bodemsaneringsproject werden uitgevoerd. De laatste<br />

kaart geeft die projecten weer waarvoor reeds een eindverklaring werd afgeleverd.<br />

GEMEENTE <strong>Essen</strong>: milieubeleidsplan <strong>2012</strong> - 2017


87<br />

Figuur 19: Overzichtskaart met plaatsen in <strong>Essen</strong> en omgeving waar reeds een oriënterend<br />

bodemonderzoek is uitgevoerd.<br />

Figuur 20: Overzichtskaart met plaatsen in <strong>Essen</strong> en omgeving waar reeds een beschrijvend<br />

bodemonderzoek is uitgevoerd.<br />

GEMEENTE <strong>Essen</strong>: milieubeleidsplan <strong>2012</strong> - 2017


88<br />

Figuur 21: Overzichtskaart met plaatsen in <strong>Essen</strong> en omgeving waar reeds een bodemsanering<br />

werd uitgevoerd.<br />

Figuur 22: Overzichtskaart met plaatsen in <strong>Essen</strong> en omgeving waarvoor een eindverklaring<br />

van de sanering werd afgeleverd.<br />

GEMEENTE <strong>Essen</strong>: milieubeleidsplan <strong>2012</strong> - 2017


Het register, zoals onder punt a beschreven, zal in 2011 worden opgezet.<br />

Ook de gronden in eigendom van de gemeente en waarop risico-activiteiten plaatsvinden<br />

worden opgenomen in het register.<br />

Verder houdt de gemeente de bodemattesten, afgeleverd door OVAM, alfabetisch<br />

gerangschikt bij in een register.<br />

c. Visie<br />

De gemeente wil een volledige registratie van alle risico-activiteiten op haar grondgebied.<br />

d. Knelpunten<br />

1. De inventaris van de risicogronden bestaat momenteel enkel op papier.<br />

89<br />

e. Acties<br />

De gemeente zal:<br />

177. kopers van onroerende goederen op haar grondgebied blijven informeren of het<br />

gekochte perceel al dan niet is opgenomen in het register via notarisbrieven en via het<br />

loket van zowel de dienst Ruimtelijke Ordening als de dienst Milieu.<br />

178.<br />

179.<br />

180.<br />

181.<br />

182.<br />

183.<br />

184.<br />

bij vermoeden van vervuiling een oriënterend bodemonderzoek opleggen bij nieuwe<br />

verkavelingen.<br />

een bodemonderzoek laten uitvoeren bij de aan- en verkoop van gronden door de<br />

gemeente, ook wanneer dit niet verplicht is.<br />

de gronden van de gemeente screenen op bodemverontreiniging.<br />

de milieuvergunningen blijven ingeven in de databank risicogronden.<br />

het register van de bodemattesten blijven bijhouden.<br />

indien er zich een acuut geval van bodemverontreiniging voordoet, een<br />

bodemsaneringsdeskundige aanstellen om verdere maatregelen te treffen zoals<br />

voorgeschreven in het bodemsaneringsdecreet.<br />

een inventaris risicogronden opzetten.<br />

C. Stookolietanks<br />

a. Inleiding<br />

Bodemverontreiniging hoeft niet altijd spectaculaire vormen aan te nemen. Lekkage bij<br />

verouderde of, erger nog, vergeten brandstofopslagtanks, kan ernstige lokale<br />

bodemverontreiniging veroorzaken. In stookolietanks blijft er steeds een hoeveelheid<br />

stookolie achter. Wanneer een ondergrondse tank gaat roesten komt die rest stookolie<br />

immers in de bodem en in het grondwater terecht. Vandaar dat de milieuwetgeving oplegt<br />

dat elke tank die definitief buiten gebruik wordt gesteld, eerst leeg gemaakt, gereinigd en<br />

uiteindelijk verwijderd moet worden of, als verwijderen technisch onmogelijk is, moet worden<br />

opgevuld met een inert materiaal.<br />

GEMEENTE <strong>Essen</strong>: milieubeleidsplan <strong>2012</strong> - 2017


90<br />

b. stand van zaken<br />

De gemeente moedigt het saneren en verwijderen van oude stookolietanks aan via een<br />

duurzaamheidspremie. Ze neemt ook deel aan het project Tankslag georganiseerd door<br />

IGEAN milieu & Veiligheid zodat houders van oude of ongebruikte stookolietanks voor een<br />

voordelige prijs en met zo weinig mogelijk papierwerk hun tank kunnen laten saneren of<br />

verwijderen.<br />

c. Visie<br />

De gemeente ondersteunt haar bevolking bij het verwijderen van stookolietanks.<br />

Figuur 23: tankslag<br />

d. Knelpunten<br />

1. Vervuild water afkomstig van ‘ondergelopen’ stookolietanks wordt afgepompt en soms<br />

geloosd in de gracht of riolering.<br />

GEMEENTE <strong>Essen</strong>: milieubeleidsplan <strong>2012</strong> - 2017


91<br />

e. Acties<br />

De gemeente zal:<br />

185. jaarlijks samen met IGEAN milieu & veiligheid evalueren of er nog voldoende vraag is<br />

voor een nieuwe tankslagactie.<br />

186.<br />

187.<br />

haar inwoners financieel blijven ondersteunen bij het saneren van de stookolietank.<br />

particulieren en ondernemers sensibiliseren om met stookolie vervuild water juist af te<br />

voeren naar het containerpark.<br />

GEMEENTE <strong>Essen</strong>: milieubeleidsplan <strong>2012</strong> - 2017


Hoofdstuk 12: Duurzame ontwikkeling<br />

92<br />

Algemene inleiding<br />

“Duurzame ontwikkeling is de ontwikkeling die aansluit op de behoeften van het heden<br />

zonder het vermogen van toekomstige generaties om in hun eigen behoeften te voorzien in<br />

gevaar te brengen.” (Our common future – Brundtland rapport 1987)<br />

Een belangrijk punt in deze definitie is dat de ‘behoeften’ en dan in het bijzonder de<br />

basisbehoeften van de armen de hoogste prioriteit moeten krijgen (Noord-Zuidcontext).<br />

De termen duurzaamheid en duurzaam gebruik komen van oorsprong uit de bosbouw. Later<br />

zijn ze ook in de visserijbiologie gebruikt. In beide gevallen was de betekenis verwant met<br />

begrippen uit de ecologie. Het ging er om de natuur zodanig te beheren dat de natuurlijke<br />

structuren en processen niet principieel werden aangetast. Concreet wil dit zeggen dat aan<br />

visgronden en bossen niet méér vis of hout mag worden onttrokken dan er door natuurlijke<br />

aanwas vanzelf weer bij zou komen. Het respecteren van deze ‘gebruiksruimte’ betekent dat<br />

ook toekomstige generaties er gebruik van kunnen blijven maken.<br />

Bij duurzame ontwikkeling is dus sprake van een ideaal evenwicht tussen ecologische,<br />

economische en sociale belangen.<br />

Duurzame ontwikkeling zit vervat in de verschillende milieuthema’s van dit milieubeleidsplan.<br />

De meeste van de eerder vernoemde acties geven dan op één of andere wijze uitvoering<br />

aan de duurzame beleidsdoelstellingen van het gemeentebestuur. In dit hoofdstuk worden<br />

enkele bijkomende beleidsacties op een rijtje gezet die in de overige hoofdstukken geen of<br />

minder aandacht kregen.<br />

A. Duurzaam bouwen en wonen<br />

a. Inleiding<br />

De aangroei van het aantal woningen voor steeds kleinere gezinnen en de toename van het<br />

aantal huishoudens, de vernieuwing van de bestaande woningen en de steeds hogere eisen<br />

rond wooncomfort zorgen ervoor dat we steeds meer natuurlijke bronnen onder de vorm van<br />

grondstoffen, water en energie gebruiken. Dat is dan weer de oorzaak van emissies in lucht,<br />

water en bodem en een verhoogde productie van afvalstoffen. Daarom moeten we duurzaam<br />

bouwen.<br />

Duurzaam bouwen is bouwen met respect voor mens en milieu. Het steunt op drie principes:<br />

beperk de vraag tot het noodzakelijke, tot de werkelijke behoeften;<br />

gebruik zoveel mogelijk duurzame materialen en bronnen;<br />

ga zo efficiënt mogelijk om met ruimte, energie, water en materialen.<br />

b. Stand van zaken<br />

De gemeente stimuleert en ondersteunt duurzaam bouwen en wonen.<br />

Bij de gemeente kunnen de inwoners terecht voor alle informatie in verband met duurzaam<br />

bouwen en ook de premies die bij de verschillende overheden en distributiebeheerders<br />

kunnen verkregen worden. De gemeente sensibiliseert ook regelmatig over de verschillende<br />

aspecten van duurzaam bouwen en wonen via artikels in het gemeentelijk infoblad of<br />

infoavonden (dakisolatie, warmtepompen, enz.)<br />

GEMEENTE <strong>Essen</strong>: milieubeleidsplan <strong>2012</strong> - 2017


93<br />

De gemeente <strong>Essen</strong> beschikt ook over een subsidieregelement voor duurzaam bouwen en<br />

leven en investeren in hernieuwbare energie. Hierin worden de subsidies vastgelegd voor:<br />

bio-ecologische bouwmaterialen:<br />

isolatiematerialen uit nagroeibare grondstoffen<br />

natuurverven<br />

hout met FSC-label (of gelijkwaardig) zonder preventieve chemische verduurzaming<br />

rationeel energiegebruik:<br />

dakisolatie<br />

hernieuwbare energie:<br />

zonne-energie<br />

warmtepompen<br />

De gemeente past ook zelf de principes van duurzaam bouwen toe bij verbouwingen en<br />

nieuwbouw. Zo werd bij de uitbreiding van het gemeentehuis bv. een groot groendak<br />

voorzien.<br />

c. Visie<br />

De gemeente bouwt en verbouwt enkel nog duurzaam en zet ook haar bevolking aan om dit<br />

te doen.<br />

d. Knelpunten<br />

1. Het gemeentepersoneel is momenteel onvoldoende opgeleid om de inwoners hierin te<br />

ondersteunen.<br />

e. Acties<br />

De gemeente zal:<br />

188. nagaan of een informatiepunt duurzaam bouwen kan worden ingericht en als dusdanig<br />

bekendgemaakt aan de inwoners. Hiervoor zullen dan de nodige opleidingen gevolgd<br />

worden door de medewerkers van de milieudienst en de bouwdienst.<br />

189.<br />

bij verbouwingen of nieuwbouw van gemeentelijke gebouwen de principes van<br />

duurzaam bouwen toepassen.<br />

190. een cursus rond duurzaam bouwen organiseren voor de inwoners.<br />

191. het gemeentepersoneel opleidingen rond duurzaam bouwen laten volgen.<br />

GEMEENTE <strong>Essen</strong>: milieubeleidsplan <strong>2012</strong> - 2017


94<br />

B. Maatschappelijk verantwoord ondernemen<br />

a. Inleiding<br />

Maatschappelijk verantwoord ondernemen is een vorm van ondernemen gericht op<br />

economische prestaties (profit), met respect voor de sociale kant (people), binnen de<br />

ecologische randvoorwaarden (planet): de triple-P benadering. Bij maatschappelijk<br />

verantwoord ondernemen gaat het om het vinden van een balans tussen people, planet en<br />

profit.<br />

Figuur 24: De triple-P benadering.<br />

b. Stand van zaken<br />

De gemeente wil aan maatschappelijk verantwoord ondernemen doen en houdt hiervoor in<br />

haar aankoopbeleid naast milieuaspecten ook rekening met sociale aspecten.<br />

De gemeente <strong>Essen</strong> draagt sinds 2007 de titel FairTrade<strong>Gemeente</strong>.<br />

Een FairTrade<strong>Gemeente</strong> wil op een heel concrete manier bijdragen aan een waardig<br />

bestaan voor de kleine boer in het Zuiden en de duurzame producent in het Noorden.<br />

Via een aantal criteria wordt ingespeeld op de vraag naar en het aanbod van eerlijke, lokale<br />

en duurzame producten.<br />

De gemeente <strong>Essen</strong> heeft beslist om enkel nog fairtrade koffie, -wijn en -fruitsap aan te<br />

bieden op haar evenementen en voor eigen gebruik van het gemeentepersoneel. Bovendien<br />

promoot de gemeente op regelmatige basis het bewustzijn rond Fair Trade via communicatie<br />

naar haar personeel en inwoners.<br />

De gemeente doet ook inspanningen om andere instanties en haar inwoners te stimuleren<br />

fairtradeproducten en andere duurzame producten te gebruiken en/of aan te bieden. De<br />

gemeente stelde hiervoor de Ecowijzer samen. Consumenten kunnen in deze gids gericht op<br />

zoek gaan naar de verkooppunten van lokale, biologische, eerlijke en duurzame producten<br />

(zie ook Hoofdstuk 5: milieuverantwoord productgebruik). Deze ecowijzer wordt op<br />

verschillende evenementen en in het gemeentehuis ter beschikking gelegd.<br />

c. Visie<br />

De gemeente zal haar titel “FairTrade<strong>Gemeente</strong>” actief gestalte geven door maatschappelijk<br />

verantwoord ondernemen te stimuleren.<br />

GEMEENTE <strong>Essen</strong>: milieubeleidsplan <strong>2012</strong> - 2017


d. Knelpunten<br />

1.<br />

e. Acties<br />

De gemeente zal:<br />

192. in haar aankoopbeleid naast milieuaspecten ook rekening houden met sociale<br />

aspecten.<br />

193.<br />

95<br />

haar voorbeeldrol in het gebruik van en de sensibilisatie over fairtradeproducten<br />

vervullen.<br />

C. Duurzame ontwikkeling in een Noord-Zuidcontext<br />

a. Inleiding<br />

Het gemeentebestuur kadert ook haar beleid ontwikkelingssamenwerking binnen een beleid<br />

van duurzame ontwikkeling dat moet leiden tot een situatie waarbij de hele wereldbevolking<br />

in staat is in zijn eigen behoefte te voorzien, zonder daarmee de mogelijkheden van de<br />

toekomst in het gedrang te brengen.<br />

Een degelijk Noord-Zuidbeleid is echter pas mogelijk als de inwoners hier rechtvaardige<br />

internationale samenwerking als een belangrijk beleidsthema ervaren en bereid zijn de<br />

gevolgen daarvan mee te helpen dragen. Sensibilisatie maakt de inwoners gevoelig voor de<br />

leefomstandigheden van de mensen in het Zuiden en biedt zo een draagvlak voor een<br />

duurzame internationale samenwerking.<br />

b. Stand van zaken<br />

De gemeente <strong>Essen</strong> sloot een convenant af met de Vlaamse Gemeenschap inzake<br />

ontwikkelingssamenwerking. Het huidige convenant met stedenband loopt van 2009 tot en<br />

met 2011.<br />

Er zijn drie missies:<br />

1. De inwoners meer bewust maken van het Noord-Zuid-thema en hen sensibiliseren om zo<br />

de kloof tussen Noord en Zuid te dichten.<br />

2. Duurzame ontwikkeling intern en extern bevorderen.<br />

3. Uitwisselen van kennis, ervaring en middelen tussen de gemeentelijke actoren in Noord<br />

en Zuid.<br />

De gemeente organiseert en ondersteunt tentoonstellingen, film en toneelvoorstellingen,<br />

infoavonden, sensibilisatieacties waarbij gewezen wordt op verbanden tussen de leefwijze in<br />

de geïndustrialiseerde landen en problemen in ontwikkelingslanden, en de verwevenheid van<br />

ecologische, sociale en economische problemen op wereldvlak (1 ste missie).<br />

In de convenant concentreert de duurzame ontwikkeling (2 de missie) zich op de verdere<br />

ontwikkeling als FairTrade<strong>Gemeente</strong> en het eigen maken van het gebruik van FairTrade<br />

producten door de inwoners (promoten en sensibiliseren via activiteiten voor verschillende<br />

doelgroepen).<br />

De derde missie wordt verwezenlijkt in de vorm van een stedenband die de gemeente <strong>Essen</strong><br />

sinds 2002 heeft met de gemeente Witzenberg in Zuid-Afrika. Deze stedenband is gericht<br />

op capaciteitsopbouw van lokaal bestuur en jongeren. Witzenberg bevindt zich in de<br />

Westkaap-provincie, 150 km ten Noordoosten van Kaapstad. De West-Kaap wordt aanzien<br />

als een rijkere regio in Zuid-Afrika en de lokale overheid kan in vergelijking met andere<br />

regio’s minder een beroep doen op de financiële ondersteuning van de nationale overheid.<br />

GEMEENTE <strong>Essen</strong>: milieubeleidsplan <strong>2012</strong> - 2017


De steun van <strong>Essen</strong> binnen het Vlaamse convenant is gericht op het uitwerken van een<br />

welzijnsbeleid in de Chris-Haniwijk in Tulbagh (deelgemeente van Witzenberg). Hier werd<br />

onder meer de plaatselijke crèche uitgebouwd tot een Early Childhood Center (ECC)<br />

(kleuterschool). Er werd ook ruimte gecreëerd voor welzijnsinitiatieven en plaatselijke<br />

kantoren voor gemeentelijke dienstverlening. De vergroening van de omgeving van de<br />

crèche werd opgestart. Daarnaast worden ‘food gardens’ opgericht waarvan de groenten<br />

worden gebruikt door de crèche zelf en voor de soepbedeling.<br />

96<br />

Figuur 25: stedenband Witzenberg Zuid-Afrika<br />

De gemeente neemt ook deel aan het federale programma voor gemeentelijke internationale<br />

samenwerking. Het huidige federaal meerjarenprogramma loopt van 2009 tot en met <strong>2012</strong>.<br />

GEMEENTE <strong>Essen</strong>: milieubeleidsplan <strong>2012</strong> - 2017


97<br />

De focus van het federale programma ligt op de capaciteitsuitbouw van de zustergemeente<br />

op bestuurlijk en ambtelijk niveau met de focus op afval- en jeugdbeleid. In dit kader werd<br />

een jeugdcentrum opgericht, werden jeugdwerkers opgeleid en werden twee<br />

milieuambtenaren aangeworven. De doelstelling is om de jeugd in Tulbagh zich meer<br />

verantwoordelijk te doen voelen voor hun leefomgeving. Dit door een vergroening van de<br />

omgeving (planten van bomen die voor schaduw zorgen) en het opstarten van een nieuw<br />

afvalophalingssysteem (wheelybin project).<br />

<strong>Essen</strong> beschouwt haar actieve stedenband met het Zuid-Afrikaanse Witzenberg als een<br />

manier om ontwikkelingsamenwerking op een daadwerkelijke manier gestalte te geven en de<br />

betrokkenheid, solidariteit en het mondiale bewustzijn van de <strong>Essen</strong>aren te verhogen.<br />

c. Visie<br />

De gemeente zal haar samenwerkingsverbanden met alle zustergemeenten actief verder<br />

zetten en zo van alle <strong>Essen</strong>aren solidaire, sociale, bewuste en betrokken wereldburgers<br />

maken. Daarnaast wil de gemeente dat de <strong>Essen</strong>aren beseffen dat onze dagelijkse manier<br />

van handelen belangrijke gevolgen heeft voor het leven in het Zuiden en haar inwoners<br />

stimuleren tot een (meer) duurzaam gedrag.<br />

d. Knelpunten<br />

1.<br />

e. Acties<br />

De gemeente zal:<br />

194. milieu- en duurzaamheidsacties (vb. vergroening van kwetsbare gebieden en afval)<br />

uitwerken in samenwerking met Witzenberg voor het nieuwe strategische plan in het<br />

kader van het Vlaamse convenant ontwikkelings-samenwerking en het nieuwe<br />

meerjarenprogramma in het kader van het federale programma voor gemeentelijke<br />

internationale samenwerking.<br />

195.<br />

196.<br />

een project rond jeugd en afval (afvalsortering, composteren) uitwerken in<br />

samenwerking met de milieudienst van Witzenberg en de jeugdwerker.<br />

samen met Witzenberg milieuacties uitwerken zoals bijvoorbeeld zwerfvuilacties in de<br />

‘clean-up’ week, acties rond de nationale bomenweek (geboortebos) en nationale<br />

ecoweek in Zuid-Afrika.<br />

D. Sensibilisatie<br />

a. Inleiding<br />

De gemeente <strong>Essen</strong> voert een duurzaam beleid zodat ook de toekomstige generaties in hun<br />

eigen behoeftes kunnen voorzien. De gemeente probeert niet alleen binnen de eigen<br />

gemeentelijke diensten te werken volgens duurzame principes, maar probeert deze principes<br />

ook bij haar inwoners ingeburgerd te krijgen.<br />

b. Stand van zaken<br />

De gemeente sensibiliseert haar inwoners rond thema’s van duurzame ontwikkeling via<br />

publicaties in het gemeentelijk infoblad en andere kanalen zoals over het thema duurzaam<br />

bouwen of via acties zoals het aanbieden van eerlijke producten bij gemeentelijke<br />

evenementen zoals de internationale burendag.<br />

GEMEENTE <strong>Essen</strong>: milieubeleidsplan <strong>2012</strong> - 2017


c. Visie<br />

De gemeente vindt duurzame ontwikkeling belangrijk. Het blijvend sensibiliseren van de<br />

inwoners is een belangrijke taak van de gemeente.<br />

98<br />

d. Knelpunten<br />

1. Dit soort sensibilisatiecampagnes moet regelmatig herhaald worden omdat mensen<br />

snel vervallen in hun oude gewoontes.<br />

e. Acties<br />

De gemeente zal:<br />

197. haar inwoners op geregelde basis sensibiliseren rond duurzame ontwikkeling.<br />

GEMEENTE <strong>Essen</strong>: milieubeleidsplan <strong>2012</strong> - 2017


99<br />

Bijlage 1: Samenvattende actielijst<br />

HOOFSTUK 3: INSTRUMENTARIUM<br />

Actienr. actie<br />

1. De gemeente zal blijven middelen vrijmaken voor de bijscholing van al het<br />

personeel.<br />

2. De gemeente zal voor een aantal taken beroep doen op IGEAN milieu &<br />

veiligheid en andere externe samenwerkingsverbanden om op deze manier<br />

over een grotere kennis te beschikken.<br />

3. De gemeente zal meer middelen ter beschikking stellen ter ondersteuning<br />

van de milieudienst. Bijvoorbeeld: digitale agendaplanner, dienstwagen, …<br />

4. De gemeente zal bij de aanvang van de volgende legislatuur een voldoende<br />

uitgebreid luik milieu en natuur opnemen in de strategische<br />

meerjarenplanning en in de beleidsnota.<br />

5. De gemeente zal zodra een databank actief en beschikbaar is, hierop<br />

aansluiten.<br />

6. De gemeente zal een inventaris opmaken van de risicogronden.<br />

7. De gemeente zal de huidige werking van de MiNa-raad verder zetten.<br />

8. De gemeente zal jaarlijks de milieubarometer opmaken en de trends<br />

opvolgen. De resultaten zullen dienen om het beleid te ondersteunen en waar<br />

nodig aan te passen.<br />

9. De gemeente zal tegen eind <strong>2012</strong> aan elke indicator een streefcijfer koppelen<br />

en bepalen tegen wanneer dit streefcijfer dient te zijn gerealiseerd.<br />

10. De gemeente zal jaarlijks rapporteren over de (evolutie van de) indicatoren in<br />

het milieujaarprogramma.<br />

11. De gemeente zal de resultaten van de milieubarometer jaarlijks bekend<br />

maken aan haar inwoners.<br />

HOOFDSTUK 4: AFVAL<br />

Actienr. actie<br />

12. De gemeente zal zoveel mogelijk drank en voedingsmiddelen in<br />

grootverpakking blijven aankopen.<br />

13. De gemeente zal compostvaten en compostbakken aan een voordelig tarief<br />

blijven verdelen onder haar inwoners.<br />

14. De gemeente zal de huidige compostmeesterwerking verder zetten.<br />

15. De gemeente zal op de parking van de Wildertse Duintjes een openbaar<br />

composttoilet plaatsen.<br />

16. De gemeente zal het gebruik van een antireclame sticker blijven promoten via<br />

artikels in het gemeentelijk infoblad en in de afvalkalender.<br />

17. De gemeente zal haar overeenkomst met de kringwinkel uitbreiden.<br />

18. De gemeente zal naast de grote restafvalzak ook het klein formaat blijven<br />

verspreiden.<br />

19. De gemeente zal het gebruik van herbruikbare luiers blijven promoten.<br />

20. De gemeente zal de scholen en verenigingen blijven ondersteunen m.b.t.<br />

afvalpreventie en haar ondersteuning indien nodig uitbreiden.<br />

21. De gemeente zal naast drinkbussen in de toekomst ook koekendozen<br />

voorzien voor kleuters.<br />

22. De gemeente zal een oplossing zoeken voor de herbruikbare bekers van zaal<br />

REX. Deze zijn ondertussen gekrast, waardoor het moeilijker is ze proper te<br />

krijgen.<br />

23. De gemeente zal actief blijven sensibiliseren rond afvalpreventie.<br />

GEMEENTE <strong>Essen</strong>: milieubeleidsplan <strong>2012</strong> - 2017


100<br />

24. De gemeente zal een promotiecampagne voeren rond afvalarm winkelen.<br />

25. De gemeente zal haar gemeentepersoneel attent maken op haar<br />

papiergebruik en toezien dat er vaker gescand wordt als alternatief.<br />

26. De gemeente zal het containerpark uitbreiden en herinrichten.<br />

27. De gemeente zal de inwoners blijven informeren over de gevaren van asbest<br />

en de selectieve inzameling ervan op het containerpark.<br />

28. De gemeente zal een externe grote veegwagen inzetten naast de eigen<br />

gemeentelijke veegcombinatie en de kleine gemeentelijke veegwagen<br />

vervangen.<br />

29. De gemeente zal het restafvalcijfer onder de 100 kg/inwoner/jaar proberen te<br />

krijgen.<br />

30. De gemeente zal nagaan of, nu de luiers tot het restafval horen, de<br />

inzamelfrequentie van de inzameling van het restafval dient verhoogt te<br />

worden of dat het restafval beter in containers ingezameld kan worden.<br />

31. De gemeente zal nagaan of het mogelijk en zinvoller is het snoeiafval van het<br />

containerpark te drogen en te gebruiken als grondstof voor<br />

biomassacentrales.<br />

32. De gemeente zal de inwoners stimuleren om snoeihout /tuinafval te<br />

hergebruiken in de tuin door het promoten van o.a. het gebruik van<br />

hakselaars en het toepassen van mulching.<br />

33. De gemeente zal de mogelijkheden van afvalarm tuinieren onder de aandacht<br />

brengen.<br />

34. De gemeente zal alle GFT containers vervangen met mogelijkheid tot<br />

inbouwen van een chip m.b.t. weging of ledigingfrequentie.<br />

35. De gemeente zal het opgehaalde en ingezamelde afval van zwerfvuil en<br />

sluikstort wegen van zodra er een weegbrug is op het containerpark.<br />

36. De gemeente zal de straatvuilbakjes stelselmatig vervangen door een<br />

staander met daaraan één of twee vuilbakken.<br />

37. De gemeente zal de tweevoudige vuilbakken voorzien van een verdeling aan<br />

één zijde, waardoor er geen restafvalzakken in kunnen gestopt worden en<br />

langs de andere zijde zal er een vuilbak worden gehangen met een gat erin<br />

voor het PMD afval.<br />

38. De gemeente zal de bevolking blijven sensibiliseren in verband met de<br />

problematiek van zwerfvuil en afvalverbranding.<br />

39. De gemeente zal een netheidsbarometer uitwerken. De netheidsbarometer is<br />

een ondersteunend instrument waarmee de gemeente op een snelle manier<br />

de netheid van het openbaar domein kan meten. Deze methode bepaalt niet<br />

de absolute hoeveelheden of het gewicht van het zwerfvuil en/of sluikstorten<br />

in de gemeente. Het is een graadmeter voor de netheid van het openbaar<br />

domein. Met de resultaten van de netheidsbarometer kunnen de opruim- en<br />

veeginspanningen efficiënter ingepland worden of de gegevens kunnen de<br />

basis vormen voor het beter plaatsen en legen van straatvuilnisbakken.<br />

40. De gemeente zal de inrichting van het openbaar groen ook bekijken in functie<br />

van sluikstort.<br />

41. De gemeente zal de verschillende zwerfvuilacties beter afstemmen op elkaar<br />

zodat de acties gespreid zijn in de tijd.<br />

HOOFDSTUK 5 : MILIEUVERANTWOORD PRODUCTGEBRUIK<br />

Actienr. actie<br />

42. De gemeente zal in een eerste fase werken rond inventarisatie van de<br />

verschillende productgroepen.<br />

43. De gemeente zal in elk bestek voor de aankoop van hout- en houtproducten<br />

een standaardbestek-voorschrift duurzaam geëxploiteerd hout opnemen.<br />

44. De gemeente zal in elk bestek voor ‘werken’ (definitie volgens Vlarea) het<br />

GEMEENTE <strong>Essen</strong>: milieubeleidsplan <strong>2012</strong> - 2017


101<br />

gebruik van Copro gekeurd breekpuin opnemen.<br />

45. De gemeente zal vanaf 2015 alleen maar ecologisch verantwoorde was- en<br />

reinigingsproducten gebruiken in de gemeentelijke gebouwen. Voor een<br />

objectieve beoordeling van de milieuvriendelijkheid van de producten in<br />

offertes zal gebruik gemaakt worden van de producttest van OVAM. Hiervoor<br />

zijn ecologische fiches opgemaakt voor verschillende soorten<br />

schoonmaakproducten. Deze fiches worden toegevoegd aan het bestek en<br />

moeten per product door de aanbieder worden ingevuld en bijgevoegd aan<br />

de offerte. Op basis van deze fiches kan het productgamma van de<br />

verschillende aanbieders met elkaar vergeleken worden naar<br />

milieuvriendelijkheid.<br />

46. De gemeente zal vanaf 2015 enkel nog biologische- streek- en fairtrade<br />

producten gebruiken bij de aankoop van cateringsproducten.<br />

47. De gemeente zal milieuvriendelijkheid mee opnemen als één van de<br />

gunningcriteria in de overige bestekken.<br />

48. De gemeente zal meer gebruik maken van mulchen in het gemeentelijk<br />

groenonderhoud.<br />

49. De gemeente zal magazijnier en aankopers verder opleiden in / informeren<br />

over milieuverantwoord productgebruik.<br />

50. De gemeente zal milieuverantwoorde houtverduurzamingsmiddelen, verven<br />

en vernissen gebruiken.<br />

51. De gemeente zal controleren of haar koel- en airconditioningstoestellen<br />

werken op gefluoreerde broeikasgassen of op milieuvriendelijke alternatieven<br />

en indien nodig de toestellen die werken op broeikasgassen vervangen door<br />

milieuvriendelijke alternatieven.<br />

52. De gemeente zal blijven sensibiliseren over het thema milieuverantwoord<br />

productgebruik.<br />

53. De gemeente zal het gebruik van milieuverantwoorde houtverduurzamingsmiddelen,<br />

verven en vernissen stimuleren bij haar bevolking.<br />

54. De gemeente zal in het kader van de duurzaamheidspremie nieuwe<br />

mogelijkheden op vlak van milieuverantwoord productgebruik blijven<br />

onderzoeken (vb. subsidie hakselaar voor particulieren) en het bedrag van de<br />

premies jaarlijks evalueren.<br />

HOOFDSTUK 6 : WATER<br />

Actienr. actie<br />

55. De gemeente zal de huidige werking rond pesticidenreductie verder zetten.<br />

56. De gemeente zal projecten rond het verminderen van bestrijdingsmiddelen<br />

toelichten aan de hand van educatieve borden.<br />

57. De gemeente zal bij de heraanleg of omvorming van openbaar domein<br />

telkens de pesticidentoets blijven toepassen.<br />

58. De gemeente zal bij nieuwe aanplantingen steeds kiezen voor aangepaste<br />

beplanting zoals bodembedekkers om de ruimte zo onderhoudsvrij mogelijk<br />

te houden. Op verschillende plaatsen start de gemeente <strong>Essen</strong> vanaf <strong>2012</strong><br />

met proefprojecten met aangepaste beplantingen om na te gaan met welke<br />

bodembedekkers de bodem onkruidvrij blijft.<br />

59. De gemeente zal de inwoners blijven sensibiliseren rond bestrijdingsmiddelen.<br />

60. De gemeente zal landbouwers overtuigen de oeverzones vrij te houden.<br />

61. De gemeente zal in de bestekken rond het onderhoud van openbaar groen<br />

opleggen om pesticidenvrij te werken.<br />

62. De gemeente zal het personeel van de groendienst opleidingen laten volgen<br />

rond duurzame inrichting en onderhoud van openbaar groen.<br />

63. De gemeente zal het vrijwillig braakleggen van stroken landbouwgrond langs<br />

GEMEENTE <strong>Essen</strong>: milieubeleidsplan <strong>2012</strong> - 2017


102<br />

waterlopen en/of Kleine Landschapselementen (KLE’s) stimuleren en<br />

ondersteunen (logistiek en financieel) en zet hiervoor een gestructureerd<br />

overleg op tussen landbouworganisaties en natuurverenigingen.<br />

64. De gemeente zal bij gemeentelijke nieuwbouwprojecten en verbouwingen<br />

steeds de principes van rationeel watergebruik toepassen.<br />

65. De gemeente zal blijven sensibiliseren rond rationeel watergebruik,<br />

regenwaterrecuperatie, grondwaterwinning, enz.<br />

66. De gemeente zal bij gemeentelijke nieuwbouwprojecten en verbouwingen<br />

steeds de principes van rationeel watergebruik toepassen.<br />

67. De gemeente zal blijven sensibiliseren rond rationeel watergebruik,<br />

regenwaterrecuperatie, grondwaterwinning, enz.<br />

68. De gemeente zal bij gemeentelijke nieuwbouwprojecten en verbouwingen<br />

steeds de principes van rationeel watergebruik toepassen.<br />

69. De gemeente zal blijven sensibiliseren rond rationeel watergebruik,<br />

regenwaterrecuperatie, grondwaterwinning, enz.<br />

70. De gemeente zal bij gemeentelijke nieuwbouwprojecten en verbouwingen<br />

steeds de principes van rationeel watergebruik toepassen.<br />

71. De gemeente zal blijven sensibiliseren rond rationeel watergebruik,<br />

regenwaterrecuperatie, grondwaterwinning, enz.<br />

72. De gemeente zal bij gemeentelijke nieuwbouwprojecten en verbouwingen<br />

steeds de principes van rationeel watergebruik toepassen.<br />

73. De gemeente zal blijven sensibiliseren rond rationeel watergebruik,<br />

regenwaterrecuperatie, grondwaterwinning, enz.<br />

74. De gemeente zal bij gemeentelijke nieuwbouwprojecten en verbouwingen<br />

steeds de principes van rationeel watergebruik toepassen.<br />

75. De gemeente zal enkele verwaarloosde percelen ter hoogte van Horendonk<br />

langs de kleine Aa, die in bezit zijn van de gemeente, herwaarderen. Voor de<br />

beplanting zal gebruik worden gemaakt van streekeigen en waar mogelijk<br />

autochtoon plantmateriaal.<br />

76. De gemeente zal in samenwerking met de provincie ecologische<br />

herstelprojecten in de vallei van de Kleine Aa uitvoeren.<br />

77. De gemeente zal een actief grondenaankoopbeleid blijven voeren zodat aan<br />

de Kleine Aa en de Roosendaalse vaart nog meer groene “stepping stones”<br />

kunnen ontwikkeld worden.<br />

HOOFDSTUK 7 : HINDER<br />

Actienr. actie<br />

78. De gemeente zal het centraal meldpunt blijven bekend maken bij haar<br />

inwoners.<br />

79. De gemeente zal de huidige werkwijze rond klachtenregistratie, opvolging en<br />

analyse verder zetten.<br />

80. De gemeente zal de samenwerking tussen de politie en de milieudienst rond<br />

de behandeling van klachten en het centraal meldpunt milieuklachten officieel<br />

in een overeenkomst vastleggen.<br />

81. De gemeente zal indien nodig contact op met het<br />

LOkaalGezondheidsOverleg. Bij dit LOkaalGezondheidsOverleg werken<br />

Medische Milieudeskundigen, waarbij men terecht kan voor vragen rond<br />

Milieu en Gezondheid.<br />

82. De gemeente zal meewerken aan initiatieven rond preventieve controles op<br />

provinciaal of Vlaams niveau.<br />

83. De gemeente zal binnen het kader van het handhavingsdecreet een<br />

intergemeentelijke toezichthoudend ambtenaar aanstellen.<br />

84. De gemeente zal aan de intergemeentelijke toezichthouder van IGEAN milieu<br />

& veiligheid vragen om proactieve controles uit te voeren.<br />

GEMEENTE <strong>Essen</strong>: milieubeleidsplan <strong>2012</strong> - 2017


103<br />

85. bepalingen over milieuhinder opnemen in een gemeentelijk GAS-reglement<br />

en dit bekend maken via het gemeentelijk infoblad.<br />

86. De gemeente zal een specifiek opgeleide ambtenaar aanwijzen die in het<br />

kader van het GAS-reglement op basis van de gedane vaststellingen een<br />

geldboete kan opleggen in verhouding tot de gepleegde feiten en in<br />

verhouding tot de ernst van de gevolgen van de overtreding.<br />

87. De gemeente zal aan de politie vragen om de klachten die bij hen<br />

binnenkomen ook systematisch in te voegen, zodra het klachtensysteem van<br />

de politie gekoppeld is aan het MKROS-systeem.<br />

88. De gemeente zal nagaan of er binnen de politiezone Grens een volledige<br />

milieucel kan uitgebouwd worden.<br />

89. De gemeente zal jaarlijks blijven sensibiliseren rond hinderthema’s,<br />

waaronder ook fijn stof.<br />

90. De gemeente zal een inventarisatie maken van de gemeentelijke verlichting<br />

(openbare verlichting en klemtoonverlichting), nagaan waar en hoe lichthinder<br />

moet aangepakt worden en deze initiatieven bekend maken bij de inwoners.<br />

HOOFDSTUK 8 : ENERGIE<br />

Actienr. actie<br />

91. De gemeente zal de energieboekhouding verder uitbreiden naar andere<br />

gemeentelijke gebouwen.<br />

92. De gemeente zal in volgorde van prioriteit gebouwen uitrusten met telemetrie<br />

voor het doorsturen van meterstanden naar het energieboekhoudprogramma.<br />

93. De gemeente zal systematisch voor alle gemeentelijke gebouwen REGactieplannen<br />

opmaken aan de hand van haalbaarheidsstudies (ESCO).<br />

94. De gemeente zal prioritair gemeentelijke gebouwen isoleren.<br />

95. De gemeente zal de nodige maatregelen blijven nemen om het<br />

energieverbruik terug te dringen.<br />

96. De gemeente zal bij de herinrichting van het openbaar domein steeds kiezen<br />

voor energiezuinige verlichting.<br />

97. De gemeente zal een inventaris maken van de kleine gemeentelijke<br />

gebouwen waar het enkel glas vervangen moet worden of waar geïsoleerd<br />

moet worden en deze werken prioritair uitvoeren.<br />

98. De gemeente zal verder onderzoeken waar en wanneer de gemeente kan<br />

investeren in hernieuwbare energie en de nieuwste ontwikkelingen op dit vlak<br />

opvolgen.<br />

99. De gemeente zal 100% groene stroom blijven aankopen.<br />

100. De gemeente zal subsidies voor hernieuwbare energie blijven behouden en<br />

het bedrag van de subsidie jaarlijks evalueren.<br />

101. De gemeente zal bij de uitbreiding van het industrieterrein Postbaan een<br />

locatie voor windmolens voorzien in het RUP.<br />

102. De gemeente zal bij haar toekomstige aanbestedingen energie-efficiëntie als<br />

criterium opnemen.<br />

103. De gemeente zal de geldende energieprestatieregelgeving verder uitvoeren.<br />

104. De gemeente zal de inwoners jaarlijks informeren en sensibiliseren over<br />

duurzaam energiegebruik.<br />

105. De gemeente zal verder meewerken aan het project Energiescans.<br />

106. De gemeente zal verder communiceren over de thermografische kaart en het<br />

belang van een goede isolatie.<br />

107. De gemeente zal de bevolking sensibiliseren over het belang en de<br />

verplichting van de periodieke inspectie en onderhoud van<br />

verwarmingsinstallaties, de eenmalige verwarmingsaudit en de vervanging<br />

van oude, slecht werkende en/of energieverslindende ketels<br />

108. De gemeente zal de bestaande subsidies voor jeugdverenigingen, zoals<br />

GEMEENTE <strong>Essen</strong>: milieubeleidsplan <strong>2012</strong> - 2017


104<br />

jeugdinfrastructuur en het inrichten van de directe omgeving van<br />

jeugdlokalen, herbekijken in het kader van duurzaamheid. Zo kan de subsidie<br />

jeugdwerkinfrastructuur uitgebreid worden waardoor ook energiebesparende<br />

maatregelen gesubsidieerd worden.<br />

109. De gemeente zal duurzaamheidspremie uitbreiden in functie van de<br />

ontwikkelingen<br />

HOOFDSTUK 9 : MOBILITEIT<br />

Actienr. actie<br />

110. De gemeente zal bij de vervanging van voertuigen eerst die voertuigen<br />

vervangen met de laagste ecoscore.<br />

111. De gemeente zal bij de aankoop en vervanging van voertuigen rekening<br />

houden met de milieuaspecten. De gemeente zal zich hiervoor baseren op de<br />

handleiding en het voorbeeldbestek ‘opname milieuaspecten in bestek<br />

aankoop milieuvriendelijk voertuig’ dat door de Vlaamse overheid ter<br />

beschikking werd gesteld.<br />

112. De gemeente zal telkens nieuwe voertuigen worden aangekocht of<br />

voertuigen uit gebruik worden genomen de inventarisatie actualiseren.<br />

113. De gemeente zal de inventaris uitbreiden met de vrachtwagens.<br />

114. De gemeente zal bij de aankoop van nieuwe voertuigen nagaan of<br />

alternatieven zoals elektrische of hybride wagens of wagens op aardgas<br />

voordeliger zijn op vlak van milieuvriendelijkheid.<br />

115. De gemeente zal onderzoeken of het zinvol is om elektrische fietsen in te<br />

zetten in de gemeentelijke werking.<br />

116. De gemeente zal enkel nog klimaatneutraal vliegen en onderzoekt de<br />

mogelijkheden om al het gemeentelijk vervoer (dienstverplaatsingen)<br />

klimaatneutraal te maken.<br />

117. De gemeente zal een mobiliteitsscan voor de gemeente uitvoeren in<br />

samenwerking met de provincie.<br />

118. De gemeente zal een bedrijfsvervoersplan voor de gemeente opmaken.<br />

119. De gemeente zal bedrijven/bedrijventerreinen ondersteunen bij de opmaak<br />

van bedrijfsvervoersplannen.<br />

120. De gemeente zal bij het uitwerken van mobiliteitsprojecten telkens rekening<br />

houden met de impact op het milieu.<br />

121. De gemeente zal de duurzaamheidsambtenaar de uitvoering van het<br />

mobiliteitsplan laten opvolgen door deelname aan de <strong>Gemeente</strong>lijke<br />

Begeleidingscommissie (GBC).<br />

122. De gemeente zal bekijken of de aanwerving van een mobiliteitsambtenaar<br />

mogelijk is.<br />

123. De gemeente zal een actieplan trage wegen uitwerken voor het oostelijk deel<br />

van de gemeente.<br />

124. De gemeente zal de actieplannen trage wegen van de gemeente verder<br />

uitwerken en jaarlijks evalueren.<br />

125. De gemeente zal op geregelde tijdstippen communiceren over de trage<br />

wegen via verschillende communicatiekanalen.<br />

126. De gemeente zal een kaart uitwerken rond trage wegen voor voetgangers en<br />

fietsers.<br />

127. De gemeente zal haar inwoners en het eigen gemeentepersoneel blijven<br />

sensibiliseren over het effect van mobiliteit op het milieu.<br />

128. De gemeente zal het woonwerkverkeer met de fiets en het openbaar vervoer<br />

blijven stimuleren.<br />

129. De gemeente zal op regelmatige basis een cursus ecodriving organiseren en<br />

het resultaat evalueren.<br />

GEMEENTE <strong>Essen</strong>: milieubeleidsplan <strong>2012</strong> - 2017


105<br />

HOOFDSTUK 10 : NATUUR, BOS, LANDSCHAP EN GROEN<br />

Actienr. actie<br />

130. De gemeente zal aan de hand van de ruilverkavelingplannen in<br />

samenwerking met de landbouwers bermbreedte en grachten controleren en<br />

deze bermbreedtes herstellen.<br />

131. De gemeente zal met landbouwsector afspraken maken om de zichtbaarheid<br />

op de kruispunten te garanderen.<br />

132. De gemeente zal de inwoners informeren over wat wel en niet toegelaten is<br />

op gemeentelijke bermen en waarom.<br />

133. De gemeente zal jeugdverenigingen betrekken bij snoei- en<br />

beplantingswerken in het Patersboske.<br />

134. De gemeente zal enkele Trage wegen, die geen verbindingsfunctie hebben<br />

voor de zwakke weggebruiker, aanplanten als heg. vb. Hollandse/Brabantse<br />

Dreef.<br />

135. De gemeente zal een brochure ‘Biodiversiteit in tuin en plantsoen’ opmaken<br />

met:<br />

- informatie over de biodiversiteit in de gemeente <strong>Essen</strong>: soorttabellen van<br />

planten die bijen,vlinders, dieren of vogels aantrekken.<br />

- informatie over hoe we de natuur nieuwe levenskansen kunnen geven en<br />

dichter bij huis halen en hen daarmee nieuwe levenskansen biedt.<br />

- tips over beplantingscombinaties en andere creatieve initiatieven.<br />

136. De gemeente zal bij aanplantingen in buitengebied steeds streekeigen<br />

planten en waar mogelijk autochtoon plantmateriaal gebruiken.<br />

137. De gemeente zal een bermbeheersplan opmaken.<br />

138. De gemeente zal de Mina-raad ondersteunen bij de organisatie van een<br />

gemeentelijke wedstrijd waarbij verenigingen en particulieren de kans krijgen<br />

een dier of plant te adopteren. In ruil voor een concrete actie voor dit dier of<br />

plant (hoe groot of hoe klein ook) kunnen zij een bepaalde prijs winnen.<br />

139. De gemeente zal het <strong>Gemeente</strong>lijk Natuurontwikkelingsplan actualiseren.<br />

140. De gemeente zal een uitgebreid bosbeheersplan opmaken voor de<br />

gemeentebossen: Wildertse Duintjes, De Werf, Rijkmaker, Scham, Grote<br />

Horendonk, Kwatse brug, Smoutebos, Statieboske, Paviljoen, Paterboske: in<br />

totaal + 170 ha.<br />

141. De gemeente zal na het bekomen van een uitgebreid bosbeheerplan streven<br />

naar een FSC-certificering van de gemeentebossen.<br />

142. De gemeente zal privé-boseigenaren aanzetten aan te sluiten bij de opmaak<br />

van het bosbeheersplan.<br />

143. De gemeente zal zoeken naar een nieuwe locatie voor het Geboortebos.<br />

144. De gemeente zal de speelbossen, speelpleintjes en de omgeving van de<br />

jeugdlokalen in samenwerking met de groendienst veranderen naar meer<br />

natuurvriendelijke inrichtingen door bijvoorbeeld: tunnels aan te leggen met<br />

snoeiafval, wilgententen te bouwen, speeltoestellen van natuurlijke<br />

materialen te gebruiken, …<br />

145. De gemeente zal het bosdecreet strikter toepassen in de zones voor<br />

verblijfrecreatie en het gebruik van inheemse en streekeigen beplanting er<br />

stimuleren.<br />

146. De gemeente zal een landschapsbeheersplan opmaken voor de Oude<br />

Pastorij.<br />

147. De gemeente zal de mogelijkheid onderzoeken om via het Kempens<br />

Landschap de ‘Gronden Van Agtmael’, gelegen achter De Bijster, aan te<br />

kopen om versnippering tegen te gaan en te streven naar herstel en behoudt<br />

van dit landschappelijk waardevol coulissen-landschap.<br />

148. De gemeente zal de mogelijkheid onderzoeken om via het Kempens<br />

GEMEENTE <strong>Essen</strong>: milieubeleidsplan <strong>2012</strong> - 2017


106<br />

Landschap nog andere projecten aan te kopen of via hun landschapsloket te<br />

laten ondersteunen.<br />

149. De gemeente zal actief zoeken om langsheen de waterlopen een<br />

aaneenschakeling of opeenvolging van ‘waardevolle stukjes groen’ aan te<br />

kopen.<br />

150. De gemeente zal aansluiten bij het Regionaal Landschap: dit geeft<br />

mogelijkheden om gezamenlijke acties rondom natuur en landschap<br />

(inventariseren van beeldbepalende elementen, opzetten van acties die<br />

kaderen in een ruimere omgeving, cultuurhistorie, …) te organiseren en de<br />

initiatieven via de ‘landschapskrant’ aan elke <strong>Essen</strong>aar mee te delen.<br />

151. De gemeente zal een werkgroep binnen de Minaraad oprichten ter<br />

voorbereiding van een aangepast vergunningenbeleid rond bescherming,<br />

behoud of degelijke compensatie van bomen en Kleine<br />

Landschapselementen (KLE’s).<br />

152. De gemeente zal bij gemeentelijke weilanden waarvan de pacht naar zijn<br />

einde toe loopt, onderzoeken of de gronden in gebruik kunnen gegeven<br />

worden mits perceelrandbeheer, aanleg poel, ….<br />

153. De gemeente zal dreven zoals: Beukendreef/Velodreef, Dreef, drevenpatroon<br />

Paviljoen,… herwaarderen.<br />

154. De gemeente zal aandringen op het heraanplanten van gewestwegen<br />

rekeninghoudende met de geplande rioleringswerken aan de<br />

Moerkantsebaan.<br />

155. De gemeente zal bomen en beplantingen langs ruilverkavelingswegen<br />

behouden en versterken.<br />

156. De gemeente zal de inventaris van de knotwilgen uitbreiden met andere<br />

kleine landschapselementen en een beheersvisie opmaken voor onder meer:<br />

het Paviljoen, park Oude Pastorij, Sportpark - dierenparkje - beukenbos, …<br />

157. De gemeente zal een lijst opmaken van waardevolle objecten of<br />

gestructureerde complexen in de gemeente die niet aangeduid werden als<br />

relict en die behouden moeten blijven. De gemeente zal nagaan welke<br />

maatregelen zij kan nemen om deze te behouden.<br />

158. De gemeente zal in samenwerking met het Regionaal Landschap het belang<br />

van historische hakhoutwallen, bomenrijen en solitaire bomen in de kijker<br />

zetten en een subsidiereglement uitwerken voor de bescherming, onderhoud<br />

en versterking ervan. Dit werkpunt staat nu al op het programma van RL de<br />

Voorkempen.<br />

159. De gemeente zal via de stedenbouwkundige vergunning de aanplanting van<br />

streekeigen beplanting verplichten bij het verharden van lange opritten of<br />

wegen in open landelijk gebied.<br />

160. De gemeente zal investeren in de verdere uitbouw van de gemeentelijke<br />

groendienst zowel qua materiaal als personeel.<br />

161. De gemeente zal de gemeentelijke veegcombinatie eerst laten herstellen en<br />

later vervangen door een nieuw exemplaar.<br />

162. De gemeente zal tegen 2013 een bomenvisie opstellen en tegen 2014 – 2015<br />

beschikken over een goedgekeurd bomenbeleidsplan.<br />

163. De gemeente zal locaties oplijsten die zich lenen voor het aanplanten van<br />

solitaire of enkele parkbomen die alle ruimte kunnen krijgen om tot<br />

monumentale bomen uit te groeien.<br />

164. De gemeente zal het aanplanten van solitaire bomen gefaseerd aanpakken.<br />

165. De gemeente zal naar analogie van de wijk Hey-end het bomenbestand per<br />

wijk bekijken.<br />

166. De gemeente zal juridische bescherming uitwerken voor bomen op de<br />

Bijzondere-bomenlijst.<br />

167. De gemeente zal uitvoeren van een herinneringsdreef- en bos<br />

GEMEENTE <strong>Essen</strong>: milieubeleidsplan <strong>2012</strong> - 2017


107<br />

168. De gemeente zal een bomenverkiezing organiseren.<br />

169. De gemeente zal inventarisatie van graven, grafmonumenten, aanwezig<br />

groen van alle begraafplaatsen.<br />

170. De gemeente zal een beleidsvisie opmaken op lange termijn waarin<br />

verschillende aspecten worden opgenomen zoals de structuur van de<br />

begraafplaatsen, capaciteit, algemeen uitzicht, voorzieningen, enz.<br />

171. De gemeente zal de kerkhoven omvormen tot parkbegraafplaatsen.<br />

HOOFDSTUK 11 : BODEM<br />

Actienr. actie<br />

172. De gemeente zal de huidige regelgeving respecteren bij gemeentelijke<br />

werken om verspreiding van bodemverontreiniging tegen te gaan.<br />

173. De gemeente zal indien zich er een acuut geval van bodemverontreiniging<br />

voordoet, een bodemsaneringsdeskundige aanstellen om verdere<br />

maatregelen te treffen zoals voorgeschreven in het bodemsaneringsdecreet.<br />

174. De gemeente zal meewerken aan en opvolgen van onderzoek rond<br />

bodemverontreiniging van zones op het grondgebied van de gemeente.<br />

175. De gemeente zal enkel een vergunning afleveren voor het inrichten van een<br />

tijdelijke opslagplaats (TOP) indien de betrokken persoon de TOP heeft<br />

voorzien volgens de code van goede praktijk, opgesteld door de OVAM.<br />

176. De gemeente zal de bevolking sensibiliseren m.b.t. de toepassing van het<br />

bodemsaneringsdecreet.<br />

177. De gemeente zal kopers van onroerende goederen op haar grondgebied<br />

blijven informeren of het gekochte perceel al dan niet is opgenomen in het<br />

register via notarisbrieven en via het loket van zowel de dienst Ruimtelijke<br />

Ordening als de dienst Milieu.<br />

178. De gemeente zal bij vermoeden van vervuiling een oriënterend<br />

bodemonderzoek opleggen bij nieuwe verkavelingen.<br />

179. De gemeente zal een bodemonderzoek laten uitvoeren bij de aan- en<br />

verkoop van gronden door de gemeente, ook wanneer dit niet verplicht is.<br />

180. De gemeente zal de gronden van de gemeente screenen op<br />

bodemverontreiniging.<br />

181. De gemeente zal de milieuvergunningen blijven ingeven in de databank<br />

risicogronden.<br />

182. De gemeente zal het register van de bodemattesten blijven bijhouden.<br />

183. De gemeente zal indien er zich een acuut geval van bodemverontreiniging<br />

voordoet, een bodemsaneringsdeskundige aanstellen om verdere<br />

maatregelen te treffen zoals voorgeschreven in het bodemsaneringsdecreet.<br />

184. De gemeente zal een inventaris risicogronden opzetten.<br />

185. De gemeente zal jaarlijks samen met IGEAN milieu & veiligheid evalueren of<br />

er nog voldoende vraag is voor een nieuwe tankslagactie.<br />

186. De gemeente zal haar inwoners financieel blijven ondersteunen bij het<br />

saneren van de stookolietank.<br />

187. De gemeente zal particulieren en ondernemers sensibiliseren om met<br />

stookolie vervuild water juist af te voeren naar het containerpark.<br />

HOOFDSTUK 12 : DUURZAME ONTWIKKELING<br />

Actienr. actie<br />

188. De gemeente zal nagaan of een informatiepunt duurzaam bouwen kan<br />

worden ingericht en als dusdanig bekendgemaakt aan de inwoners. Hiervoor<br />

zullen dan de nodige opleidingen gevolgd worden door de medewerkers van<br />

de milieudienst en de bouwdienst<br />

189. De gemeente zal bij verbouwingen of nieuwbouw van gemeentelijke<br />

gebouwen de principes van duurzaam bouwen toepassen.<br />

GEMEENTE <strong>Essen</strong>: milieubeleidsplan <strong>2012</strong> - 2017


108<br />

190. De gemeente zal een cursus rond duurzaam bouwen organiseren voor de<br />

inwoners.<br />

191. De gemeente zal het gemeentepersoneel opleidingen rond duurzaam<br />

bouwen laten volgen.<br />

192. De gemeente zal in haar aankoopbeleid naast milieuaspecten ook rekening<br />

houden met sociale aspecten<br />

193. De gemeente zal haar voorbeeldrol in het gebruik van en de sensibilisatie<br />

over fairtradeproducten vervullen.<br />

194. De gemeente zal milieu- en duurzaamheidsacties (vb. vergroening van<br />

kwetsbare gebieden en afval) uitwerken in samenwerking met Witzenberg<br />

voor het nieuwe strategische plan in het kader van het Vlaamse convenant<br />

ontwikkelingssamenwerking en het nieuwe meerjarenprogramma in het kader<br />

van het federale programma voor gemeentelijke internationale samenwerking<br />

195. De gemeente zal een project rond jeugd en afval (afvalsortering,<br />

composteren) uitwerken in samenwerking met de milieudienst van<br />

Witzenberg en de jeugdwerker.<br />

196. De gemeente zal samen met Witzenberg milieuacties uitwerken zoals<br />

bijvoorbeeld zwerfvuilacties in de ‘clean-up’ week, acties rond de nationale<br />

bomenweek (geboortebos) en nationale ecoweek in Zuid-Afrika.<br />

197. De gemeente zal haar inwoners op geregelde basis sensibiliseren rond<br />

duurzame ontwikkeling.<br />

GEMEENTE <strong>Essen</strong>: milieubeleidsplan <strong>2012</strong> - 2017


109<br />

Bijlage 2: Gebruikte afkortingen<br />

COPRO Onpartijdige instelling voor de controle van bouwproducten<br />

CO2<br />

Koolstofdioxide<br />

d.w.z. dit wil zeggen<br />

DABM Decreet houdende algemene bepalingen inzake het milieubeleid<br />

EPC Energie Prestatie Certificaat<br />

FOST Plus Erkend organisme voor de uitvoering van de terugnameplicht voor<br />

huishoudelijk verpakkingsafval<br />

FSC – hout Hout uit goed beheerde bossen (volgens maatstaven van de<br />

internationale onafhankelijke organisatie Forest Stewardship Council)<br />

GBC <strong>Gemeente</strong>lijke Begeleidingscommissie<br />

GECORO <strong>Gemeente</strong>lijke Commissies voor Ruimtelijke Ordening<br />

GFT+ Groente, fruit- en tuinafval en niet-recycleerbaar papier<br />

GIS Geografisch Informatie Systeem<br />

GMBP <strong>Gemeente</strong>lijk milieubeleidsplan<br />

ha hectare<br />

i.v.m. in verband met<br />

IGEAN intergemeentelijke vereniging die werkzaam is in het arrondissement<br />

Antwerpen<br />

Infrax Netbedrijf aardgas, elektriciteit, kabeltelevisie en riolering<br />

KGA Klein Gevaarlijk Afval<br />

KLE Kleine LandschapsElementen<br />

km kilometer<br />

m.b.t. met betrekking tot<br />

MINA – plan 4 Vlaams <strong>Milieubeleidsplan</strong> 2011 – 2015<br />

MKROS Milieuklachten, - registratie en opvolgingssysteem<br />

MMIS Milieu Management Informatie Systeem<br />

MOS Milieueducatie Op School<br />

OVAM Openbare Vlaamse Afvalstoffenmaatschappij<br />

PIH Het Provinciaal Instituut voor Hygiëne<br />

PMD Plastiek flessen en flacons, metalen verpakkingen en drankkartons<br />

REG Rationeel energiegebruik: energiediensten leveren met een minimum<br />

aan energieverbruik en met de energievorm van de laagste kwaliteit die<br />

nog volstaat<br />

v.z.w. Vereniging zonder winstoogmerk<br />

VEA Vlaams Energie Agentschap<br />

VLACO de Vlaamse Compostorganisatie<br />

VLAREA Vlaams Reglement inzake Afvalvoorkoming en –beheer<br />

Vlarem Vlaams Reglement betreffende de Milieuvergunning<br />

VTE voltijdse equivalenten<br />

GEMEENTE <strong>Essen</strong>: milieubeleidsplan <strong>2012</strong> - 2017

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!