Verslag
Verslag
Verslag
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
voort).<br />
CEDAW wijst er op dat de nationale rechtsmiddelen nog niet<br />
uitgeput zijn (art. 4 lid 1): in de eerdere nationale procedures heeft<br />
klaagster zich niet beroepen op sekse-discriminatie (en op het<br />
Vrouwenverdrag). Dat moet klaagster eerst doen en als dan de<br />
gehele nationale rechtsgang doorlopen is kan de kwestie aan<br />
CEDAW worden voorgelegd.<br />
Communication No. 10/2005 – Ms. N.S.F./Verenigd<br />
Koninkrijk<br />
Datum: 30 mei 2007<br />
Betreft: schending art. 2 en 3 (niet door klaagster naar voren<br />
gebracht, maar het vermoeden van schending van deze artikelen is<br />
door CEDAW geopperd).<br />
Klacht ingediend: 21 september 2005, met aanvullende informatie<br />
op 16 oktober 2005 en 2 december 2005.<br />
Doorgestuurd naar Staat: 8 maart 2006<br />
Reactie Staat: 5 mei 2006<br />
Reactie klaagster: 25 juli 2006<br />
Aanvullende reactie Staat: 11 september 2006 (geen inhoudelijke<br />
reactie).<br />
De klacht<br />
Klaagster is een asielzoekster uit Pakistan, die ook namens haar<br />
twee zoons klaagt. Haar ex-man mishandelde haar, daarom moest<br />
ze met haar zoons vluchten van de ene plaats naar de andere. De<br />
Politie bood geen bescherming. Nadat ex-echtgenoot met trawanten<br />
klaagster met wapens bedreigde besloot ze te vluchten naar het<br />
Verenigd Koninkrijk (via Egypte). Haar asielaanvraag werd<br />
afgewezen, ook in beroep, evenals haar verzoek tot verblijf uit<br />
humanitaire overwegingen.<br />
Klaagster heeft volgens de Staat vóór finale afwijzing identieke zaak<br />
voorgelegd bij EHMR – hetgeen ze overigens ontkent – maar die is<br />
niet ontvankelijk bevonden.<br />
Ontvankelijkheid<br />
De Staat bepleit niet ontvankelijkheid, want klaagster heeft de<br />
vermeende sekse-discriminatie en de strijdigheid met het<br />
Vrouwenverdrag niet in de procedures in de nationale rechtsgang<br />
naar voren gebracht. Andere argumenten van de Staat voor nietontvankelijkheid<br />
betreffen het feit dat beroep (in de humanitaire<br />
zaak) nog steeds mogelijk was.<br />
CEDAW wijst er op dat deze klacht gaat over het issue van vrouwen<br />
die het land ontvluchten wegens vrees voor huiselijk geweld. Dat<br />
CEDAW in Algemene Aanbeveling 19 (geweld tegen vrouwen) heeft<br />
gesteld dat dit onder art. 1 van het valt. Aangezien klaagster zich<br />
33