Materiaal voor de leerlingen (pdf) - De Kracht van je Stem
Materiaal voor de leerlingen (pdf) - De Kracht van je Stem
Materiaal voor de leerlingen (pdf) - De Kracht van je Stem
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
1<br />
<strong>De</strong> kracht <strong>van</strong> <strong>je</strong><br />
Heb <strong>je</strong> het wel eens moeilijk met <strong>de</strong> volgen<strong>de</strong> situaties?<br />
• Opdrachten, bevelen krijgen <strong>van</strong> ‘meer<strong>de</strong>ren’: een ploegbaas, een collega met meer<br />
ervaring…<br />
• Kritiek op <strong>je</strong> werk krijgen <strong>van</strong> an<strong>de</strong>ren: <strong>je</strong> ploegbaas, <strong>je</strong> collega’s, klanten…<br />
• Opmerkingen krijgen <strong>van</strong> an<strong>de</strong>ren over <strong>je</strong> uiterlijk (<strong>je</strong> kleding, haarstijl, tatoeages,<br />
huidskleur), over <strong>je</strong> houding, <strong>je</strong> gedrag, <strong>je</strong> nationaliteit…<br />
• Uitleg, instructies krijgen over hoe <strong>je</strong> een bepaald werk moet uitvoeren…<br />
• Luisteren naar an<strong>de</strong>ren: <strong>je</strong> baas, <strong>je</strong> collega’s, klanten…<br />
• Iets vragen aan an<strong>de</strong>ren: extra uitleg als <strong>je</strong> iets niet begrepen hebt, een verlofdag, an<strong>de</strong>r<br />
gereedschap, hulp bij het uitvoeren <strong>van</strong> een lastige klus…<br />
• Uitkomen <strong>voor</strong> <strong>je</strong> mening, <strong>je</strong> gedacht zeggen. Als <strong>je</strong> vindt dat een opdracht an<strong>de</strong>rs moet<br />
wor<strong>de</strong>n uitgevoerd, als <strong>je</strong> een bepaal<strong>de</strong> werksituatie onveilig vindt… zeg <strong>je</strong> daar dan iets<br />
<strong>van</strong> of zwijg <strong>je</strong>?
2<br />
<strong>De</strong> kracht <strong>van</strong> <strong>je</strong><br />
• <strong>De</strong> pauzes: kijk <strong>je</strong> ernaar uit of vind <strong>je</strong> het vervelen<strong>de</strong> momenten? Begin <strong>je</strong> zelf over <strong>van</strong><br />
alles en nog wat of luister <strong>je</strong> naar <strong>de</strong> gesprekken <strong>van</strong> an<strong>de</strong>ren?<br />
• Er wor<strong>de</strong>n grappen verteld op het werk. Doe <strong>je</strong> mee of niet? Er wor<strong>de</strong>n grappen<br />
uitgehaald op het werk. Doe <strong>je</strong> mee of blijf <strong>je</strong> op een afstand?<br />
• Je moet on<strong>de</strong>r druk presteren: een werk moet tegen een bepaald uur of een bepaal<strong>de</strong><br />
datum klaar zijn. Kun <strong>je</strong> <strong>de</strong> stress aan?<br />
• Hoe verloopt het samenwerken met an<strong>de</strong>ren? Zijn er problemen?<br />
Samenwerken met collega’s<br />
Samenwerken met an<strong>de</strong>re<br />
jongeren<br />
Samenwerken met ou<strong>de</strong>ren<br />
Samenwerken met mannen<br />
Samenwerken met vrouwen<br />
Samenwerken met ploegbazen<br />
• Heb <strong>je</strong> <strong>van</strong> an<strong>de</strong>ren (<strong>je</strong> familie, <strong>je</strong> vriendin, <strong>je</strong> vriend, <strong>je</strong> leraars, <strong>je</strong> collega’s, <strong>je</strong><br />
ploegbaas…) wel eens iets gehoord over <strong>je</strong> manier <strong>van</strong> communiceren? Ben <strong>je</strong> volgens<br />
hen eer<strong>de</strong>r…<br />
open<br />
kalm<br />
kan goed luisteren<br />
haant<strong>je</strong> <strong>de</strong> <strong>voor</strong>ste, lei<strong>de</strong>r<br />
rustig<br />
stil<br />
serieus, ernstig<br />
gesloten<br />
opvliegend, snel kwaad<br />
kan niet goed luisteren<br />
volgzaam<br />
zenuwachtig<br />
lawaaierig<br />
niet serieus
3<br />
<strong>De</strong> kracht <strong>van</strong> <strong>je</strong><br />
Wie is een goe<strong>de</strong> metselaar, een goe<strong>de</strong> poetsvrouw…?<br />
Over welke vaardighe<strong>de</strong>n moet een metser, poetsvrouw… beschikken?
4<br />
<strong>De</strong> kracht <strong>van</strong> <strong>je</strong><br />
Sympathiek of niet?<br />
Over welke eigenschappen beschikken sympathieke en min<strong>de</strong>r sympathieke<br />
collega’s?<br />
sympathiek<br />
min<strong>de</strong>r<br />
sympathiek
Wat doe <strong>je</strong> samen? Met wie?<br />
5<br />
<strong>De</strong> kracht <strong>van</strong> <strong>je</strong><br />
Is die communicatie gemakkelijk (+),<br />
moeilijk (-) en waarom?<br />
+ - Waarom?
6<br />
<strong>De</strong> kracht <strong>van</strong> <strong>je</strong><br />
• Dicteer <strong>de</strong> tekening.<br />
Begin met <strong>de</strong> on<strong>de</strong>rste rechthoek. Beschrijf <strong>de</strong> positie <strong>van</strong> die rechthoek. Zeg hoe<br />
<strong>de</strong> twee<strong>de</strong> rechthoek ligt ten opzichte <strong>van</strong> <strong>de</strong> eerste, <strong>de</strong> <strong>de</strong>r<strong>de</strong> ten opzichte <strong>van</strong> <strong>de</strong><br />
twee<strong>de</strong> en zo ver<strong>de</strong>r tot <strong>de</strong> achtste rechthoek.<br />
• Beantwoord geen vragen.<br />
• Toon <strong>de</strong> tekening niet.
7<br />
<strong>De</strong> kracht <strong>van</strong> <strong>je</strong><br />
• Dicteer <strong>de</strong> tekening.<br />
Begin met <strong>de</strong> on<strong>de</strong>rste driehoek. Beschrijf <strong>de</strong> positie <strong>van</strong> die driehoek. Zeg hoe <strong>de</strong><br />
twee<strong>de</strong> driehoek ligt ten opzichte <strong>van</strong> <strong>de</strong> eerste, <strong>de</strong> <strong>de</strong>r<strong>de</strong> ten opzichte <strong>van</strong> <strong>de</strong><br />
twee<strong>de</strong> en zo ver<strong>de</strong>r tot <strong>de</strong> achtste driehoek.<br />
• Beantwoord vragen.<br />
• Toon <strong>de</strong> tekening niet.
8<br />
<strong>De</strong> kracht <strong>van</strong> <strong>je</strong><br />
• Beeld <strong>de</strong> volgen<strong>de</strong> gevoelens uit.<br />
• Zeg niets.<br />
• Maak alles dui<strong>de</strong>lijk via houdingen, gebaren, gezichtsuitdrukking…<br />
1. Je bent verlegen.<br />
2. Je bent woe<strong>de</strong>nd.<br />
3. Je verveelt <strong>je</strong>.<br />
4. Je bent bang.<br />
5. Je bent verdrietig.
6. Je bent het er niet mee eens.<br />
7. Je bent moe.<br />
8. Je wenst iemand veel sterkte toe.<br />
9. Je bedankt iemand.<br />
10. Je hebt <strong>de</strong> lotto gewonnen.<br />
9<br />
<strong>De</strong> kracht <strong>van</strong> <strong>je</strong>
Wat zeg <strong>je</strong> tegen wie?<br />
Je krijgt een VERVELENDE opdracht.<br />
Hoe reageer <strong>je</strong> daarop wanneer die vraag komt <strong>van</strong>...<br />
10<br />
<strong>De</strong> kracht <strong>van</strong> <strong>je</strong><br />
Ik zou willen dat…<br />
IK DE GROTE BAAS<br />
Ik zou willen dat…<br />
IK DE PLOEGBAAS<br />
Ik zou willen dat…<br />
IK EEN NIEUWE, JONGE COLLEGA<br />
Ik zou willen dat…<br />
IK EEN OUDERE COLLEGA MET MEER ERVARING<br />
Ik zou willen dat…<br />
IK EEN KLANT<br />
Ik zou willen dat…<br />
IK JE VRIEND / VRIENDIN
Het is don<strong>de</strong>rdag en het ein<strong>de</strong> <strong>van</strong> een drukke werkdag.<br />
Je baas vraagt <strong>je</strong> vrien<strong>de</strong>lijk of <strong>je</strong> nog een uurt<strong>je</strong> wil overwerken.<br />
11<br />
<strong>De</strong> kracht <strong>van</strong> <strong>je</strong><br />
Situatie 1<br />
Je bent heel erg moe. Je hebt een paar nachten te<br />
weinig geslapen. Gisterenavond heb <strong>je</strong> ruzie<br />
gekregen met <strong>je</strong> lief en dat spookt nog steeds door <strong>je</strong><br />
hoofd.<br />
Wat antwoord <strong>je</strong>?<br />
Situatie 2<br />
Je bent goed gehumeurd. Het werk is prima verlopen en <strong>je</strong> hebt een<br />
weekend<strong>je</strong> aan zee gepland met <strong>je</strong> lief.<br />
Wat antwoord <strong>je</strong>?
12<br />
<strong>De</strong> kracht <strong>van</strong> <strong>je</strong><br />
Zijn <strong>de</strong> volgen<strong>de</strong> uitspraken een mening of een feit?<br />
uitspraak feit mening<br />
1. Prinses Diana stierf tij<strong>de</strong>ns een auto-ongeval in Parijs. <br />
2. Mensen, die drugs gebruiken, zijn dom. <br />
3. <strong>De</strong> aar<strong>de</strong> is rond. <br />
4. Spinnen zijn akelige dieren. <br />
5. <strong>De</strong> zon komt op in het oosten. <br />
6. Jongens zingen beter dan meis<strong>je</strong>s. <br />
7. Suiker is zoet. <br />
8. Buitenlan<strong>de</strong>rs zijn luier dan Belgen. <br />
9. Een Volkswagen is een betere auto dan een Renault. <br />
10. Van harddrugs kan <strong>je</strong> sterven. <br />
11. Dieren on<strong>de</strong>rbrengen in een dierentuin is wreed. <br />
12. Mannen zijn sterker dan vrouwen. <br />
13. God is goed. <br />
14. <strong>De</strong> aar<strong>de</strong> is <strong>de</strong> mooiste planeet uit het heelal. <br />
15. Het regent altijd in België. <br />
16. Als een appel uit een boom valt, valt hij naar bene<strong>de</strong>n. <br />
17. <strong>De</strong> baas weet het beter. <br />
18. Als <strong>je</strong> veilig wil werken, moet <strong>je</strong> <strong>de</strong> <strong>voor</strong>schriften volgen.
Waarover hebben die 2 arbei<strong>de</strong>rs het, <strong>de</strong>nk <strong>je</strong>?<br />
Schrijf hun gesprek<strong>je</strong> op in <strong>de</strong> tekstballonnet<strong>je</strong>s.<br />
13<br />
<strong>De</strong> kracht <strong>van</strong> <strong>je</strong>
14<br />
<strong>De</strong> kracht <strong>van</strong> <strong>je</strong><br />
Een cartoon <strong>van</strong> Zak <strong>voor</strong> Siemens
Niet-verbaal gedrag (zon<strong>de</strong>r woor<strong>de</strong>n)<br />
Is er oogcontact?<br />
Heeft hij een luisterhouding?<br />
Welke houding neemt hij aan?<br />
Hoe houdt hij zijn han<strong>de</strong>n?<br />
Wat doet hij met zijn voeten?<br />
Knikt hij?<br />
Vraag hij uitleg?<br />
Toont hij respect?<br />
Verbaal gedrag (met woor<strong>de</strong>n)<br />
Heeft hij veel of weinig gezegd?<br />
Heeft hij vragen gesteld?<br />
Heeft hij over zijn gevoelens<br />
gesproken?<br />
Heeft hij vrien<strong>de</strong>lijk of<br />
onvrien<strong>de</strong>lijk gesproken?<br />
Heeft hij luid of zacht<br />
gesproken?<br />
15<br />
Observatielijst<br />
<strong>De</strong> kracht <strong>van</strong> <strong>je</strong>
Kritiek geven en krijgen<br />
Een paar situaties:<br />
16<br />
<strong>De</strong> kracht <strong>van</strong> <strong>je</strong><br />
1. Als <strong>je</strong> aan <strong>je</strong> werk wilt beginnen, merk <strong>je</strong> dat een stuk gereedschap,<br />
dat <strong>je</strong> nodig hebt, stuk is. Je weet dat een collega gisteren met dat<br />
gereedschap heeft gewerkt. Die heeft <strong>je</strong> echter niets gezegd.<br />
2. Je bent in het magazijn gestruikeld. Je hebt daarbij <strong>je</strong> voet bezeerd.<br />
Je collega had een doos in <strong>de</strong> gang laten staan.<br />
3. Een collega heeft enkele weken terug € 20 <strong>van</strong> <strong>je</strong> geleend. Hij heeft<br />
dat bedrag nog steeds niet terugbetaald.<br />
4. Een collega heeft <strong>je</strong> in het bijzijn <strong>van</strong> an<strong>de</strong>ren uitgelachen met <strong>je</strong><br />
nieuwe kapsel.<br />
5. Een collega heeft tegen <strong>de</strong> ploegbaas gezegd dat hij het grootste <strong>de</strong>el<br />
<strong>van</strong> <strong>de</strong> klus heeft opgeknapt. In werkelijkheid heb jij het meeste werk<br />
gedaan.<br />
6. Elke maand krijg <strong>je</strong> <strong>je</strong> loon te laat.<br />
7. Je baas zegt dat <strong>je</strong> min<strong>de</strong>r moet praten en meer moet werken.<br />
8. Je hebt een collega in het magazijn betrapt op het stelen <strong>van</strong><br />
materiaal <strong>van</strong> <strong>de</strong> firma.<br />
9. Jij steekt een sigaret<strong>je</strong> op in het atelier waar dat ten strengste<br />
verbo<strong>de</strong>n is. <strong>De</strong> ploegbaas komt naar <strong>je</strong> toe…<br />
10. <strong>De</strong> collega, waar <strong>je</strong> mee samenwerkt, is ou<strong>de</strong>r en heeft meer<br />
ervaring. Op alles wat jij doet, heeft hij commentaar. Het is een echte<br />
betweter.
17<br />
<strong>De</strong> kracht <strong>van</strong> <strong>je</strong><br />
Je staat al 3 kwartier in <strong>de</strong> file op een autosnelweg.<br />
In <strong>je</strong> achteruitkijkspiegel zie <strong>je</strong> een grote auto die langs <strong>de</strong> file rijdt op <strong>de</strong><br />
pechstrook.<br />
Die auto is nog 50 meter <strong>van</strong> <strong>je</strong> verwij<strong>de</strong>rd.<br />
Wat voel <strong>je</strong>?<br />
Wat doe <strong>je</strong>?<br />
Hoe reageer <strong>je</strong>?
18<br />
<strong>De</strong> kracht <strong>van</strong> <strong>je</strong><br />
Niet-weerbaar (hulpeloos) Weerbaar In <strong>de</strong> aanval<br />
Subassertief Assertief Agressief<br />
Je kunt niet <strong>voor</strong> <strong>je</strong>zelf<br />
opkomen.<br />
Je kunt <strong>voor</strong> <strong>je</strong>zelf opkomen. Je komt enkel op <strong>voor</strong> <strong>je</strong>zelf.<br />
Je hebt te weinig respect <strong>voor</strong> Je hebt respect <strong>voor</strong> <strong>je</strong>zelf én Je hebt te weinig respect <strong>voor</strong><br />
<strong>je</strong>zelf.<br />
<strong>voor</strong> <strong>de</strong> an<strong>de</strong>r.<br />
<strong>de</strong> an<strong>de</strong>r.<br />
Je slikt alles in. Je zegt het op een rustige en Je spuwt het uit.<br />
respectvolle manier.<br />
Niet-verbaal gedrag: Niet-verbaal gedrag<br />
Niet-verbaal gedrag:<br />
• klein stemmet<strong>je</strong><br />
• normale stem<br />
• har<strong>de</strong> stem<br />
• ineengedoken<br />
• gecontroleerd<br />
• wil<strong>de</strong> gebaren<br />
• zenuwachtig<br />
• rustig<br />
• boos<br />
struisvogel wijze uil arend<br />
Weerbaar<br />
Niet-weerbaar In <strong>de</strong> aanval
Situaties<br />
Hoe reageert een agressieve persoon?<br />
Hoe reageert een niet-weerbare persoon?<br />
19<br />
<strong>De</strong> kracht <strong>van</strong> <strong>je</strong><br />
1. Je staat in een winkel in <strong>de</strong> rij. Het is jouw beurt. Een an<strong>de</strong>re klant steekt <strong>je</strong> <strong>voor</strong>bij.<br />
Hoe reageer <strong>je</strong> als <strong>je</strong> een agressieve persoon bent?<br />
Hoe reageer <strong>je</strong> als <strong>je</strong> een niet-weerbare persoon bent?<br />
2. Je werkt met twee aan een klus. Je collega laat jou al het zware werk doen.<br />
Hoe reageer <strong>je</strong> als <strong>je</strong> een agressieve persoon bent?<br />
Hoe reageer <strong>je</strong> als <strong>je</strong> een niet-weerbare persoon bent?<br />
3. Een collega is ziek. <strong>De</strong> ploegbaas vraagt <strong>je</strong> hem op <strong>je</strong> vri<strong>je</strong> dag te ver<strong>van</strong>gen.<br />
Hoe reageer <strong>je</strong> als <strong>je</strong> een agressieve persoon bent?<br />
Hoe reageer <strong>je</strong> als <strong>je</strong> een niet-weerbare persoon bent?<br />
4. Je bent <strong>de</strong> jongste. <strong>De</strong> rotkarweit<strong>je</strong>s zijn altijd <strong>voor</strong> jou.<br />
Hoe reageer <strong>je</strong> als <strong>je</strong> een agressieve persoon bent?<br />
Hoe reageer <strong>je</strong> als <strong>je</strong> een niet-weerbare persoon bent?
Waar mensen samen zijn, is er…<br />
MET WIE?<br />
20<br />
Ou<strong>de</strong>rs ja nee<br />
Lief ja nee<br />
Zus/broer ja nee<br />
Vrien<strong>de</strong>n ja nee<br />
Collega’s ja nee<br />
Buren ja nee<br />
<strong>De</strong> kracht <strong>van</strong> <strong>je</strong><br />
WAAR-<br />
OVER?<br />
WAAR-<br />
OVER?
HERKEN JIJ DAT?<br />
RUZIE Herken <strong>je</strong> dat?<br />
21<br />
Doe <strong>je</strong> dat zelf<br />
soms ook?<br />
1. NIET LUISTEREN ja nee ja nee<br />
2. HEFTIG REAGEREN:<br />
ROEPEN… ja nee ja nee<br />
3. ETIKETTEN PLAKKEN:<br />
JIJ DIT, JIJ DAT… ja nee ja nee<br />
4. SLACHTOFFER<br />
SPELEN ja nee ja nee<br />
5. DE ANDER<br />
BELACHELIJK MAKEN ja nee ja nee<br />
VIND JE DAAR IETS VAN TERUG IN DEZE SCHEMA’S?<br />
Negatieve kritiek<br />
Je wordt boos, <strong>je</strong> roept, <strong>je</strong> scheldt: ‘jij dit, jij<br />
dat…’<br />
Je valt <strong>de</strong> an<strong>de</strong>r aan als persoon.<br />
Je haalt ou<strong>de</strong> koeien uit <strong>de</strong> gracht.<br />
Je luistert niet naar <strong>de</strong> an<strong>de</strong>r.<br />
Je geeft geen oplossing aan.<br />
Niet-weerbaar (hulpeloos) In <strong>de</strong> aanval<br />
Subassertief Agressief<br />
Je kunt niet <strong>voor</strong> <strong>je</strong>zelf<br />
opkomen.<br />
Je komt enkel op <strong>voor</strong> <strong>je</strong>zelf.<br />
Je hebt te weinig respect <strong>voor</strong> Je hebt te weinig respect <strong>voor</strong><br />
<strong>je</strong>zelf.<br />
<strong>de</strong> an<strong>de</strong>r.<br />
Je slikt alles in. Je spuwt het uit.<br />
Struisvogel Arend<br />
Niet-verbaal gedrag: Niet-verbaal gedrag:<br />
• klein stemmet<strong>je</strong><br />
• har<strong>de</strong> stem<br />
• ineengedoken<br />
• wil<strong>de</strong> gebaren<br />
• zenuwachtig<br />
• boos<br />
<strong>De</strong> kracht <strong>van</strong> <strong>je</strong>
22<br />
Wat is het probleem?<br />
Welke oplossingen<br />
kunnen er gegeven<br />
wor<strong>de</strong>n aan dat<br />
meningsverschil?<br />
Welke oplossing is<br />
<strong>voor</strong> jullie bei<strong>de</strong>n <strong>de</strong><br />
beste?<br />
Jullie spreken samen<br />
af om <strong>de</strong> gekozen<br />
oplossing uit te<br />
voeren.<br />
<strong>De</strong> kracht <strong>van</strong> <strong>je</strong><br />
• Je geeft jouw<br />
standpunt: ik vind dat…<br />
• Je komt op <strong>voor</strong> <strong>je</strong>zelf.<br />
• Je luistert aandachtig.<br />
• Je hebt respect <strong>voor</strong> <strong>de</strong><br />
an<strong>de</strong>r.<br />
• Zet alle mogelijke<br />
oplossingen op een<br />
rijt<strong>je</strong>.<br />
• Je geeft jouw<br />
standpunt: ik vind dat…<br />
• Je komt op <strong>voor</strong> <strong>je</strong>zelf.<br />
• Je luistert aandachtig.<br />
• Je hebt respect <strong>voor</strong> <strong>de</strong><br />
an<strong>de</strong>r.