Verticale splitsing van erfpacht uitgespit - BarentsKrans
Verticale splitsing van erfpacht uitgespit - BarentsKrans
Verticale splitsing van erfpacht uitgespit - BarentsKrans
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
in <strong>erfpacht</strong> zullen, in het algemeen, afspraken worden<br />
gemaakt ten aanzien <strong>van</strong> (i) de canon, (ii) de<br />
bestemming- en het gebruik, (iii) de (overige) bijzondere<br />
bepalingen, en (iv), in het meest voorkomende<br />
geval dat de uitgifte door een gemeente<br />
plaatsvindt, het <strong>van</strong> toepassing verklaren <strong>van</strong> algemene<br />
<strong>erfpacht</strong>voorwaarden. Het <strong>erfpacht</strong>recht krijgt<br />
bij de totstandkoming een voor de bezwaarde zaak<br />
afgebakend pakket aan <strong>erfpacht</strong>voorwaarden mee<br />
en met dat pakket dient het <strong>erfpacht</strong>recht zich te<br />
redden in het rechtsverkeer. Uitgaande <strong>van</strong> voormelde<br />
casus, zal de <strong>erfpacht</strong>er bij de verkoop de<br />
parkeerplaatsen “uit” het <strong>erfpacht</strong>recht dienen te<br />
“halen” en dus dienen over te gaan tot verticale <strong>splitsing</strong><br />
<strong>van</strong> het bestaande <strong>erfpacht</strong>recht, aldus dat<br />
twee separate <strong>erfpacht</strong>rechten ontstaan 5 . Ten ge -<br />
volge <strong>van</strong> deze “verwijdering” zal het voormalige<br />
<strong>erfpacht</strong>recht niet meer bestaan, maar zullen wel<br />
nieuwe <strong>erfpacht</strong>rechten ontstaan. Onder 6 kom ik<br />
hier op terug.<br />
3. <strong>Verticale</strong> <strong>splitsing</strong> en overdracht?<br />
Bedoelde verticale <strong>splitsing</strong> zal plaatsvinden op<br />
grond <strong>van</strong> art. 5:91 lid 2 BW, dat luidt als volgt:<br />
“In de akte <strong>van</strong> vestiging kan ook worden be -<br />
paald, dat de <strong>erfpacht</strong>er zijn recht niet zonder<br />
toestemming <strong>van</strong> de eigenaar kan splitsen door<br />
overdracht of toedeling <strong>van</strong> de <strong>erfpacht</strong> op een<br />
gedeelte <strong>van</strong> de zaak.”<br />
Art. 5:92 lid 2 BW sluit aan op het vorenstaande door<br />
te bepalen:<br />
“Na overdracht of toedeling <strong>van</strong> de <strong>erfpacht</strong> op<br />
de zaak of een gedeelte daar<strong>van</strong> of <strong>van</strong> een aandeel<br />
in de <strong>erfpacht</strong> zijn de verkrijger en zijn<br />
rechtsvoorganger hoofdelijk verbonden voor de<br />
door laatstgenoemde verschuldigde canon die in<br />
de voorafgaande vijf jaren opeisbaar is geworden.”<br />
Opgemerkt wordt, onder andere door Bartels, dat de<br />
zaak zich voor <strong>splitsing</strong> moet lenen, zoals het geval is<br />
met een perceel grond 6 . Dit lijkt mij juist. Overigens<br />
dient de in art. 5:91 lid 2 BW bedoelde verticale <strong>splitsing</strong><br />
te worden onderscheiden <strong>van</strong> een horizontale<br />
<strong>splitsing</strong> 7 .<br />
De vraag is hoe art. 5:91 lid 2 BW dient te worden<br />
begrepen. Is het de bedoeling <strong>van</strong> de wetgever om<br />
een verticale <strong>splitsing</strong> door overdracht of toedeling 8<br />
te kunnen onderwerpen aan een toestemmingsvereiste<br />
en dat zulks andere wijzen <strong>van</strong> verticale<br />
<strong>splitsing</strong> (anders dan door overdracht) onverlet<br />
laat? Zo ja, kunnen deze andere wijzen niet worden<br />
onderworpen aan een toestemmingsvereiste? Of<br />
dient lid 2 zo te worden opgevat dat verticale <strong>splitsing</strong><br />
alleen kan plaatsvinden door overdracht en dat<br />
de wetgever bedoelt dat een verticale <strong>splitsing</strong> welke<br />
niet plaatsvindt door een overdracht, niet kan<br />
19 januari 2013/6958 WPNR . . .<br />
VERTICALE SPLITSING VAN ERFPACHT<br />
bestaan? Wat is derhalve de oorsprong en de reden<br />
<strong>van</strong> de opgenomen koppeling “<strong>splitsing</strong>-overdracht”?<br />
4. Parlementaire geschiedenis<br />
Aangezien nergens in het BW is omschreven wat verticale<br />
<strong>splitsing</strong> als begrip inhoudt (anders dan de<br />
horizontale <strong>splitsing</strong>) kan wellicht de parlementaire<br />
geschiedenis antwoorden op deze vragen geven.<br />
Daaruit blijkt dat art. 5:91 en 5:92 BW in het Ontwerp-Meijers<br />
en het Regeringsontwerp nog in één<br />
ontwerpart. 5.7.1.5. waren opgenomen. Voor een<br />
beter begrip <strong>van</strong> de eerder genoemde koppeling tussen<br />
<strong>splitsing</strong> en overdracht, geef ik hieronder de<br />
tekst <strong>van</strong> de voorgestelde artikelen in het Ontwerp-<br />
Meijers en het Regeringsontwerp weer.<br />
Het voorgestelde art. 5.7.1.5. in het Ontwerp-Meijers<br />
luidt als volgt:<br />
“1. Een <strong>erfpacht</strong>er kan zijn recht op de gehele<br />
zaak of op een deel daar<strong>van</strong> aan een ander<br />
overdragen.<br />
2. Na een overdracht is de nieuwe <strong>erfpacht</strong>er<br />
hoofdelijk met de vorige voor reeds verschenen<br />
termijnen <strong>van</strong> de canon aansprakelijk.<br />
Voor de termijnen die na de overdracht verschijnen,<br />
is uitsluitend de nieuwer <strong>erfpacht</strong>er<br />
aansprakelijk.<br />
3. Na een <strong>splitsing</strong> <strong>van</strong> de <strong>erfpacht</strong> zijn de <strong>erfpacht</strong>ers<br />
<strong>van</strong> de delen hoofdelijk voor de<br />
gehele canon aansprakelijk.<br />
4. Bij de akte <strong>van</strong> vestiging kan <strong>van</strong> het in de<br />
vorige twee leden bepaalde worden afgeweken.”<br />
De Toelichting-Meijers 9 geeft daarbij aan dat aan de<br />
toenmalige bevoegdheid tot overdracht door de <strong>erfpacht</strong>er<br />
<strong>van</strong> zijn <strong>erfpacht</strong>recht, gegeven in art. 771<br />
(oud) BW, toegevoegd is dat “de <strong>erfpacht</strong>er het recht<br />
kan splitsen door zijn recht op een deel <strong>van</strong> de zaak<br />
over te dragen” (onderstreping JRK). Interessante<br />
opmerking, maar daar blijft het bij omdat in het vervolg<br />
op deze toelichting verder slechts wordt ingegaan<br />
op de (hoofdelijke) aansprakelijkheid voor de<br />
5. Te weten één <strong>erfpacht</strong>recht ten aanzien <strong>van</strong> het kantoorgebouw<br />
en één <strong>erfpacht</strong>recht ten aanzien <strong>van</strong> de parkeerplaatsen.<br />
6. Asser/Mijnssen, Van Velten & Bartels 5* 2008, nr. 225.<br />
7. De horizontale <strong>splitsing</strong> betreft de <strong>splitsing</strong> in appartementsrechten;<br />
daarvoor bestaan de art. 5:91 lid 3 en 5:106<br />
leden 2 en 7 BW. Dit laat ik in deze bijdrage verder buiten<br />
beschouwing. Uitgebreider hierover, onder meer, J.D. de<br />
Jong en H.D. Ploeger, “Erfpacht en opstal”, Monografieën<br />
BW. B28, Deventer: Kluwer 2009, nr. 32.<br />
8. De toedeling laat ik gemakshalve in deze bijdrage verder<br />
buiten beschouwing, maar daarvoor geldt hetzelfde.<br />
9. Parlementaire geschiedenis <strong>van</strong> het Nieuwe Burgerlijk Wetboek.<br />
Boek 5. Zakelijke rechten, p. 310.<br />
33