05.09.2013 Views

DE PSYCHOLOGIE VAN DE PERS

DE PSYCHOLOGIE VAN DE PERS

DE PSYCHOLOGIE VAN DE PERS

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

OCTOBER 1942<br />

MAANDBLAD VOOR H<br />

OFFICIEEL ORGAAN <strong>VAN</strong> HET <strong>PERS</strong><br />

Ie JAARGANG - NUMMER 2<br />

US<br />

NDSCHE <strong>PERS</strong>WEZEN<br />

NE<strong>DE</strong>RLANDSCHE KULTUURKAMER<br />

REDACTEUR: J. LEARBUCH, J. P. COENSTRAAT 3, VGRAVENHAGE TEL. 720070<br />

ADMINISTRATIE EN ADVERTENTIES: HEKELVELD 15, AMSTERDAM TEL. 38811<br />

Dr. W. Brauksiepe over:<br />

<strong>DE</strong> <strong>PSYCHOLOGIE</strong> <strong>VAN</strong> <strong>DE</strong> <strong>PERS</strong><br />

De krant is een gevoelig organisme, een soort<br />

seismograaf. Zij registreert elke innerlijke en<br />

uiterlijke beweging in het wereldgebeuren en de<br />

redacteur moet aan deze veelvoudige bewegingen<br />

vorm en inhoud geven. Maar vorm en inhoud — in<br />

dit geval de krant zelf — zijn elementen, die met<br />

de grootst mogelijke psychologische gevoeligheid<br />

voor de werkelijkheid opgebouwd moeten wor­<br />

den. Want de krant is niet meer<br />

de verzameling van berichten uit<br />

de 17e eeuw en ook niet meer de<br />

tribune voor anonieme scheldpartijen<br />

of individueele meeningsuitingen.<br />

De ethische grondslagen van de<br />

pers uit onze dagen eischen van<br />

den redacteur een uitstekend inzicht<br />

in de psycholgische uitwerking,<br />

welke de krant heeft. De<br />

krant moet zich richten naar<br />

1. de politieke wilsacte van de<br />

2.<br />

natie,<br />

den politieken<br />

het oogenblik,<br />

3. de geestelijke<br />

toestand van<br />

ontwikkeling<br />

van den lezerskring.<br />

Deze drie grondslagen van de<br />

psychologische uitwerking der<br />

pers van onze dagen zijn geen<br />

theorieën, welke aan het moderne<br />

dagbladwezen van buitenaf opgelegd zijn, maar<br />

empirische waarheden, welke voortvloeien uit<br />

binnen- en buitenlandsche realiteiten, d.w.z. uit<br />

de hoogst actueele praktijk van de krant zelf.<br />

De buitenlandsche politiek van een land, ook van<br />

een democratisch land, kan onmogelijk functioneeren,<br />

wanneer de pers zich niet houdt aan de<br />

richtlijnen van de regeering. Wanneer zij dit niet<br />

doet, kunnen de kranten de buitenlandsche politiek<br />

van de regeering in hooge mate belemmeren<br />

of zelfs tegenwerken. Ik herinner slechts aan de<br />

rol van de „Kölnische Zeitung" en andere liberale<br />

bladen in den tijd van Bismarck. Voorts levert de<br />

„Zeitungswissenschaft" (Persweten*<br />

schap) is een vak, hetwelk in<br />

Duitschland reeds lang als een offi=<br />

cieel erkende wetenschap wordt be=<br />

oefend. „Zeitungswissenschaft" houdt<br />

zich niet alleen bezig met de journa=<br />

listieke, doch ook met de commers<br />

cieele en technische zijde van het<br />

persvak.<br />

De Perswetenschap, welke in Neder*<br />

land nog niet als zoodanig is erkend<br />

en slechts enkele zelfstandige be=<br />

oegenaars vindt, zal in de toekomst<br />

de intense belangstelling hebben van<br />

het Persgilde en het Verbond van<br />

Nederlandsche Journalisten.<br />

,.De Pers" hoopt het hare aan dezen<br />

belangrijken arbeid te kunnen bijdras<br />

gen en geeft in dit nummer een artis<br />

kei van de hand van den Heer W.<br />

Brauksiepe, doctor in de „Zeitungs=<br />

wissenschaft".<br />

Fransche politiek, vooral sinds het jaar 1935, ontelbare<br />

voorbeelden van een scheeve verstandhouding<br />

tusschen de officieele buitenlandsche politiek<br />

en de houding der pers. Dit zelfs nog afgezien van<br />

het feit, dat de toenmalige buitenlandsche politiek<br />

van- Frankrijk niet volgens een vast schema gevoerd<br />

werd.<br />

Uit deze voorbeelden kan men gemakkelijk afleiden,<br />

dat de toenmalige Fransche<br />

pers haar oorspronkelijke en werkelijke<br />

taak: steun aan de politiek<br />

van een natie en instrument<br />

der volksvoorlichting, zeer slecht<br />

volbracht. Aan de eene zijde torpedeerde<br />

zij alle pogingen om<br />

tot een vaste lijn in de Fransche<br />

buitenlandsche politiek te komen<br />

en aan de andere zijde verspeelde<br />

zij eiken invloed op een nationale<br />

meeningsvorming van het<br />

Fransche volk betreffende de<br />

buitenlandsche politiek. Dat beteekent<br />

dus, dat de psychologische<br />

uitwerking der Fransche bladen<br />

een negatieve richting had. De<br />

nationale rampen die sedertdien<br />

over Frankrijk gekomen zijn, zijn<br />

voor het grootste deel een logisch<br />

gevolg van deze noodlottige ontwikkeling.<br />

De psychologische uitwerking was in dit geval in<br />

bepaalde opzichten een decentralisatie van het<br />

nationale bewustzijn en een volkomen ontwrichting<br />

van het gevoel der massa voor buitenlandsche<br />

politieke aangelegenheden.<br />

Soortgelijke psychologische reacties kan een<br />

jarenlange tweedracht tusschen regeering en pers<br />

ook op het terrein der binnenlandsche politiek<br />

hebben. De psychologische uitwerking der pers op<br />

den lezerskring resp. op de bevolking kan daardoor<br />

volkomen geannuleerd worden. Ik herinner<br />

slechts aan de moeheidsverschijnselen in binnenlandsche<br />

politieke Nederlandsche aangelegen-<br />

1


heden, welke niet in de laatste plaats te wijten<br />

zijn aan de ontelbare en niet meer te registreeren<br />

meeningsuitingen der dagbladen. Zoodra in het<br />

dagbladwezen de groote lijnen in de problemen,<br />

welke betrekking hebben op de binnen- en buitenlandsche<br />

politiek, verloren gaan, heeft de krant<br />

haar psychologische uitwerking verloren.<br />

Bij de beoordeeling der psychologische waarde<br />

der pers voor den politieken toestand van het<br />

oogenblik, moet rekening gehouden worden met<br />

twee zeer voorname punten, nl. met de uitwerking<br />

van het bericht en met die van het commentaar.<br />

Terwijl de opbouw en de inhoud van het commentaar<br />

een kwestie is van den journalistiek-politieken<br />

wil, werd de behandeling der normen, waaraan<br />

een bericht moet voldoen, in den loop der<br />

laatste jaren een zeer. voornaam onderdeel der<br />

perswetenschap. In haar wordt het grootste deel<br />

van alle psychologische wetten van den invloed<br />

der krant geconcentreerd. Daarom zullen wij ons<br />

in dit artikel hoofdzakelijk bezig houden met de<br />

uitwerking van het bericht. Maar vooraf moet nog<br />

iets gezegd worden over de verhouding van de<br />

krant tot de geestelijke ontwikkeling van den<br />

lezerskring.<br />

Bij voorbaat staat vast, dat het geestelijke peil<br />

van een krant niet hoog genoeg kan zijn. Natuurlijk<br />

moet de redacteur van een provinciaal blad,<br />

dat in hoofdzaak door middenstanders en door<br />

de landelijke bevolking gelezen wordt, het cultureele<br />

deel van zijn blad instellen op de geestelijke<br />

ontwikkeling van zijn lezerskring. Hij zal<br />

bijzondere zorg te besteden hebben aan alles, wat<br />

met de streek verband houdt en artikelen moeten<br />

brengen over landbouwkundige onderzoekingen en<br />

noviteiten. De groote taak van het provinciale<br />

blad ligt in de verzorging van de rubriek voor<br />

kwesties, die op de streek betrekking hebben,<br />

welke rubriek van zeer groote psychologische<br />

waarde is voor de inwoners van de provincie en<br />

voor hen, die naar de groote steden verhuisd zijn.<br />

Maar nooit mag het politieke deel van een provinciaal<br />

blad, wat stijl en inhoud betreft, oppervlakkiger<br />

dan in de groote bladen behandeld worden.<br />

Want de provinciaal is voor politiek minstens<br />

even gevoelig en met politieke aangelegenheden<br />

even goed op de hoogte als de stedeling.<br />

De politieke redacteur van het provinciale blad<br />

kan daarom met dezelfde psychologische middelen<br />

werken als de redacteur van het groote blad.<br />

Het geestelijk verschil tusschen de pers der groote<br />

steden en de provinciale krant ligt daarom uitsluitend<br />

in de cultureele rubriek.<br />

Bij een bespreking van de vraag betreffende de<br />

geestelijke ontwikkeling van den lezerskring duikt<br />

onwillekeurig het probleem der wisselwerking tusschen<br />

krant en lezer op. Voor zoover deze kwestie<br />

met dit artikel in verband staat, wil ik er in<br />

het kort nader op ingaan. Ons interesseert hierbij<br />

vooral de vraag: Is de krant afhankelijk van dè<br />

behoefte van den lezer? Zoo ver dit betrekking<br />

heeft op het verlangen van den lezer naar nieuws:<br />

ja. Met betrekking tot de vorming van den inhoud<br />

gedeeltelijk niet meer. De huidige ethiek van de<br />

pers kent nog slechts de drie in het begin van dit<br />

2<br />

tr<br />

artikel genoemde regels der psychologie van de<br />

krant, waarvan de laatste, nl. de geestelijke ontwikkeling<br />

van den lezerskring, in bepaalde opzichten<br />

nog slechts het overblijfsel van een vroegere<br />

functie genoemd kan worden. In werkelijkheid<br />

is de psychologische invloed van de krant op<br />

den lezer ook in dit punt veel sterker dan de uitwerking<br />

van een bepaalde behoefte van den lezerskring<br />

op den vorm van de krant. De koopmansbrieven<br />

van de 15e en 16e eeuw waren eigenlijk<br />

kranten, die voldeden aan het verlangen van de<br />

lezers naar nieuws. Bovendien was de inhoud volkomen<br />

aangepast aan de verlangens van den<br />

abonné, in dit geval den koopman. De keuze van<br />

de berichten droeg echter reeds het karakter van<br />

een psychologische uitwerking in de beteekenis,<br />

welke wij er thans aan geven. Want de berichten<br />

waren volkomen afhankelijk van de belangensfeer<br />

van den abonné of, om het nog duidelijker te zeggen,<br />

van den opdrachtgever. Zoodra deze koopmansbrieven<br />

echter vermenigvuldigd werden en<br />

voor een breederen lezerskring toegankelijk wer- j<br />

den, ontstond reeds het element der beïnvloeding<br />

eener meening. Maar deze mogelijkheden werden<br />

door den schrijver nog niet opgemerkt en uitgebuit.<br />

Hij wilde op de eerste plaats zijn opdrachtgever<br />

psychologisch in de gewenschte richting beinvloeden.<br />

Toen de uitvinding van de boekdrukkunst een algemeene<br />

verspreiding der berichten mogelijk<br />

maakte, werd de directe opdrachtgever uitgeschakeld.<br />

En daarmede kreeg de krant voor de eerste<br />

maal in den nieuwen tijd een psychologischen invloed.<br />

Reeds toen, dus in het-begin van de 17e<br />

eeuw, zag de overheid de psychologische waarde<br />

van het bericht. Zij verbood bv. hier in Holland<br />

aan de eerste krantenmenschen berichten te<br />

publiceeren over de binnenlandsche politiek. Ook<br />

was de publicatie verboden van bepaalde categorieën<br />

van berichten uit de Nederlanden zelf. Over<br />

het algemeen was slechts het afdrukken van buitenlandsche<br />

berichten toegestaan.<br />

Evenals bij de koopmansbrieven werd ook nu nog<br />

bijna in het geheel geen rekening gehouden met<br />

de behoeften der lezers aan bepaalde berichten.<br />

Het bericht op zich zelf was het subject, de lezer<br />

alleen maar het object. Maar reeds spoedig na het<br />

oprichten van de eerste kranten begon de bewuste<br />

of onbewuste psychologische formuleering<br />

van het bericht, hetgeen reeds op een beïnvloeding<br />

van de meening wijst.<br />

In het eerste nummer van de „Oprechte Haarlem- i<br />

sche Courant", die toen nog onder den naam<br />

„Weeckelijkcke Courante van Europa" verscheen,<br />

lezen we onder Hamburg 1 January 1655: „De arme<br />

stad Bremen werd geweldig verdruckt en heeft<br />

tot Stettijn met hare gedeputeerden niet kunnen<br />

uytrechten. Terwijle poogen de Sweetsche Donatarissen<br />

haer het gantsche Inkomen van de Kercke<br />

te benemen."<br />

Dit korte bericht is een typisch voorbeeld voor de<br />

wijze, waarop de berichtgever de meening kan beïnvloeden.<br />

Door de formuleering: „De arme stad<br />

Bremen wordt het gevoel van den lezer in een<br />

bepaalde richting geleid. Dit kleine voorbeeld be


hoort tot de beginperiode der wilsvormende berichtenpolitiek<br />

van de pers.<br />

In alle volgende perioden van de geschiedenis van<br />

het dagbladwezen wordt dit fenomeen steeds<br />

meer het voornaamste bestanddeel van de pers.<br />

Eerst in de 19e eeuw vinden we een bepaalde pers,<br />

die meent rekening te moeten houden met de<br />

wenschen van de lezers, want zij begint het principe<br />

„voor elk wat wils" te huldigen. De stichting<br />

van het Amsterdamsche blad „Het Nieuws van<br />

den Dag" hield verband met de behoefte der bevolking<br />

aan een goedkoop blad met een liberaal<br />

protestantsche richting. De oprichters van het<br />

blad verklaren nadrukkelijk, dat zij aan de behoefte<br />

van een bepaalde categorie der bevolking<br />

tegemoet willen komen. En toch moest zich ook<br />

dit blad richten naar de onvermijdelijke wet van<br />

het beïnvloeden van den wil van den lezer. De<br />

oorzaak der stichting van dit blad was tenslotte<br />

uitsluitend een uitbuiten van een psychologisch<br />

gunstig oogenblik.<br />

In bepaalde opzichten bleef de wet der psychologische<br />

onafhankelijkheid van een blad van den<br />

lezerskring van kracht, omdat de redacteur bij<br />

het samenstellen van de krant steeds moet zoe­<br />

ken naar de grootste mogelijke<br />

aangrijpingspunten om het doel<br />

van zijn berichtenpolitiek te bereiken.<br />

Aldus moet de regel betreffende<br />

de instelling van de<br />

pers op de geestelijke ontwikkeling<br />

van den lezer verstaan worden.<br />

Het opschrift<br />

Thans zullen we de middelen der<br />

psychologische uitwerking van de<br />

pers bespreken. Een der opvallendste<br />

middelen is het opschrift.<br />

De kranten van de 17de eeuw<br />

kennen geen opschriften resp.<br />

„koppen". De psychologische<br />

uitwerking lag toen uitsluitend<br />

nog in de formuleering van het<br />

bericht, zooals we bij het voorbeeld<br />

van de „Oprechte Haarlemsche<br />

Courant" gezien hebben. De<br />

suggestieve kracht van den kop<br />

werd eerst in de 19e eeuw op<br />

haar juiste waarde geschat. Uit<br />

den kop ontstond toen de slagzin.<br />

<strong>DE</strong> BEOEFENING <strong>VAN</strong> „ZEITUNGS-<br />

WISSENSCHAFT" IN DUITSCH-<br />

LAND.<br />

Bijgaand aan „De Schouw" ontleend<br />

kaartje laat zien, welk een hooge vlucht<br />

de Perswetenschap in Duitschland<br />

heeft genomen.<br />

Do teekens stellen het volgende voor:<br />

Instituut voor „Zeitungswissen-<br />

©<br />

O<br />

©<br />

©<br />

®<br />

Uit het eenvoudige inleidende<br />

verhaal ontstond het inzicht, dat<br />

het opschrift bepaalde psychologische<br />

uitwerkingsmogelijkheden<br />

had. Men zag in den kop het instrument<br />

van de sensatie of van<br />

de wilsvorming, dus een middel,<br />

dat voor de berichtenpolitiek<br />

hooge waarde had. De samenstelling van den kop<br />

is daarom in den loop der jaren voor den redacteur<br />

een zeer belangrijke taak geworden.<br />

Voor men den kop samenstelt moet men zich<br />

schaft" met professor aan een<br />

universiteit.<br />

Leerstoel met instituut.<br />

Cursus in andere instituten.<br />

twee dingen realiseeren: 1. Waar ligt de kern van<br />

het bericht? en 2. In welke richting moet de lezerskring<br />

gedreven worden? Uit de samenvloeiing<br />

van deze twee elementen, waaruit de koppen bestaan,<br />

hebben zich in de practijk verschillende<br />

„koppen-types" gevormd. Ik zal probeeren om<br />

aan de hand van één voorbeeld de psychologische<br />

uitwerking der verschillende types duidelijk te<br />

maken."<br />

De inhoud van het bericht is bv. aldus:<br />

„Een voetganger zag in een der laatste nachten<br />

een taxi, waarin kleedingstukken vervoerd<br />

werden. De vreemde lading kwam hem<br />

verdacht voor en hij stelde de politie met een<br />

en ander op de hoogte. In de Marnixstraat<br />

hield een politie-agent de auto aan. Plotseling<br />

sprongen twee mannen, die de vlucht namen,<br />

uit den wagen. In de taxi bevond zich een<br />

aantal heeren- en jongenspakken. De chauffeur<br />

werd medegenomen naar het politiebureau.<br />

De twee obscure passagiers konden<br />

nog denzelfden nacht gearresteerd worden."<br />

De eenvoudige kop boven dit bericht zou luiden:<br />

„Diefstal van kleeren per taxi". Of iets sensationeeler:<br />

„Met een taxi op diefstal". Ook deze kop<br />

Plaatsen, waar journalisten, in<br />

opleiding bij de universiteit,<br />

voordrachten moeten houden.<br />

Onderzoekingsinstituut.<br />

Cursus, buiten universiteitsverband.<br />

Afdeelingen van het „Deutsche<br />

Zeitungswissenschaftliche Verband.<br />

Onderzoekingsinstituut van het<br />

„Deutsche Zeitungswissenschaftliche<br />

Verband".<br />

is echter nog zuiver zakelijk.<br />

Beide koppen hebben geen bepaalde<br />

psychologische bedoelingen.<br />

Een derde mogelijkheid van het<br />

eenvoudige opschrift bestaat nog<br />

in een korte tweeregelige inhoudsopgave,<br />

ongeveer aldus: „Voetganger<br />

ontdekt diefstal van kleeren<br />

— vluchtende daders nog<br />

denzelfden nacht gearresteerd."<br />

Wil de redacteur aan zijn bericht<br />

een bepaald opvoedkundig doel<br />

verbinden, dan zal hij den kop<br />

misschien als volgt formuleeren:<br />

„Lofwaardig ingrijpen van een<br />

voorbijganger voorkomt een geraffineerde<br />

diefstal van kleeren."<br />

In dit opschrift ligt een opzettelijke<br />

aansporing om verdachte<br />

voorvallen aan de politie te melden<br />

opgesloten.<br />

Wij weten allen nog heel goed,<br />

dat een bepaalde pers uit het<br />

jongste verleden, uit den tijd,<br />

waarin niet de moordenaar, maar<br />

de vermoorde de schuldige was,<br />

in bovenstaand voorbeeld niet<br />

den voorbijganger tot held gepromoveerd<br />

zou hebben, maar in<br />

den kop een bewonderenden nadruk<br />

gelegd zou hebben op het<br />

avontuurlijke van de poging tot<br />

diefstal. De ethische opvattingen<br />

van den huidigen journalist schakelen<br />

een dergelijke formuleering echter bij voorbaat<br />

uit. We kunnen voor het bovenstaande voorbeeld<br />

de volgende „kop-types" construeeren:<br />

1. de refereerende<br />

3


2. de sensationeele<br />

3. de opvoedkundige.<br />

Deze drie types zijn echter geen norm, want vele<br />

andere berichten bieden grootere mogelijkheden.<br />

In wezen heeft elk bericht zijn eigen psychologische<br />

wetten, die den tekst van den kop bepalen.<br />

De opschriften van politieke berichten worden<br />

samengesteld volgens bijzondere psychologische<br />

regels. De redacteur moet daarbij het wezen van<br />

het bericht, zijn uitwerking en den oogenblikkelijken<br />

politieken toestand nauwkeurig tegen elkaar<br />

afwegen. Ook hier bestaan drie mogelijkheden:<br />

1. het zakelijk opschrift<br />

2. het sensationeele<br />

3. het opvoedkundige.<br />

De derde mogelijkheid leent zich voor velerlei<br />

variaties. Zoo kan bv. een zin uit den tekst als<br />

kop gebruikt worden. In de meeste gevallen echter<br />

is de kop het korte commentaar op het politieke<br />

bericht.<br />

Het verschil tusschen den zakelijken en den opvoedkundigen<br />

kop treedt duidelijk aan het licht in<br />

twee voorbeelden, die we aan een en dezelfde<br />

krant ontleend hebben: In verband met de gebeurtenissen<br />

in Lithauen op 28 Mei, werd een aantal<br />

Polen, die aan de moordpartijen actief hadden<br />

deelgenomen, gearresteerd en terechtgesteld. Een<br />

Nederlandsche krant schreef boven het bericht:<br />

„Poolsche saboteurs terechtgesteld". („Het Volk"<br />

van 29 Mei 1942.) Het woord „saboteurs" geeft<br />

zoowel aan den kop als aan het bericht een opvoedkundige<br />

teint. Daar tegenover staat het bericht<br />

betreffende de veroordeeling van 17 Noren,<br />

die naar Engeland wilden vluchten. Dezelfde<br />

krant schreef boven het bericht: „17 Noren ter<br />

dood veroordeeld". (Het Volk" van 27 Mei 1942.)<br />

Het gaat hier om een zuiver zakelijken kop boven<br />

een bericht, dat aan het voorgaande bijna gelijk<br />

was. Om een of andere reden heeft het blad echter<br />

een zakelijken kop gekozen. We hebben hier<br />

4<br />

dus twee gevallen van een zakelijken en een opvoedkundigen<br />

kop.<br />

De meerregelige kop, welke in de Angelsaksische<br />

landen ontstaan is, heeft zijn psychologische vooren<br />

nadeelen. Voordeden, omdat in een meerregeligen<br />

kop verschillende bedoelingen tot uitdrukking<br />

gebracht kunnen worden. De nadeelen bestaan<br />

daarin, dat de lezer door de formuleering van den<br />

kop reeds met den inhoud van het bericht op de<br />

hoogte is en het daarom niet meer leest.<br />

De sensationeele slagzinnen, die in hoofdzaak<br />

door bladen, die op straat en in de stations ten<br />

verkoop aangeboden worden, zijn nog het voorwerp<br />

van talrijke psychologische onderzoekingen.<br />

Daarbij onderscheidt men twee standpunten. In<br />

het eene standpunt worden de groote slagzinnen,<br />

waarbij men zich bovendien nog bedient van verschillende<br />

typografische hulpmiddelen, zooals de<br />

roode lijn, verdedigd. In het andere standpunt<br />

wordt toegegeven, dat de groote koppen over alle<br />

kolommen bij sensationeele gebeurtenissen doeltreffend<br />

zijn. Maar van deze groote koppen moet<br />

men zich niet dagelijks bedienen, want dan gaat<br />

hun eigenlijke beteekenis verloren. Het psychologische<br />

bevattingsvermogen van den lezer raakt<br />

dan vermoeid. De ervaring heeft geleerd, dat deze<br />

opvatting veel waars bevat.<br />

Tenslotte nog enkele opmerkingen aangaande de<br />

psychologische uitwerking van den kop van het<br />

hoofdartikel. Het is een vaststaand feit, dat de<br />

redacteur het hoofdartikel van een anderen kop<br />

moet voorzien dan het bericht. De psychologische<br />

werking, of in dit geval de aansporing om het<br />

hoofdartikel te lezen wordt aanmerkelijk gestimuleerd<br />

door een opschrift, dat het behandelde probleem<br />

nog open laat, bv. door een vraagteeken,<br />

dat. in het artikel opgelost wordt of door een bekende<br />

zinswending. Overigens echter is de psychologische<br />

waarde van het opschrift van het<br />

hoofdartikel lang niet zoo groot als van den kop<br />

van het bericht. (Wordt vervolgd)<br />

MOTO-PICCOLO<br />

,,Motor", het officieele orgaan van de<br />

Nederlandsche Motor*Verceniging, be*<br />

stond in Juni 1942 uit 20 pagina's, for*<br />

maat 22x28 l /2 cm, waarbij de inhoud als<br />

volgt was verdeeld: 5 pagina's ad ver*<br />

tenties, 1 pagina hoofdartikel, 2 pagina's<br />

korte berichten, 1 pagina officieele me*<br />

dcdeclingcn, 2 pagina's motorclubkroniek,<br />

9 pagina's rcdactioneele artikelen.<br />

Bij de algemeene inkrimping in Juli van<br />

dit jaar moest ,,Motor" den omvang<br />

beperking tot 12 pagina's per week. Het<br />

was natuurlijk onmogelijk in deze 12 pa*<br />

gina's het aantal vaste rubrieken te<br />

handhaven. Beperking der advertenties<br />

kon de exploitatie niet gedoogen. Uit*<br />

gever en redactie kwamen op het idee<br />

het formaat van ,,Motor" te tguveeren.<br />

Door handig vouwen en afsnijden, werd<br />

een formaat bereikt van 15 1 /2X23 cm.<br />

Een nieuwe letter werd gekozen; in<br />

plaats van de 8*punts linotype*letter,<br />

welke breed van beeld is, werd de 8*<br />

punts monotype*lettcr Gloucester geko*<br />

zen, welke zeer smal van beeld is en<br />

ongekende mogelijkheden bleek te bieden.<br />

Bij het groote formaat van „Motor" kon<br />

een pagina, plat gezet, 7488 letters be*<br />

vatten, terwijl een niet overmatig ge*<br />

vulde pagina van het kleine blad bij ge*<br />

bruik van de Gloucester niet minder dan<br />

6800 letters blijkt te kunnen opnemen.<br />

Door de medewerking van de adver*<br />

teerders was het mogelijk hetzelfde aan*<br />

tal advertenties van 5 groote op 6 kleine<br />

pagina's onder te brengen, terwijl de<br />

vaste rubrieken door een meer rationeele<br />

indeeling op hetzelfde aantal pagina's als<br />

voorheen gehandhaafd konden blijven.<br />

DaardoVjr bleven niet minder dan 12 pa=<br />

gina's over, hetgeen een theoretische<br />

vooruitgang van 67392 op 81600 letters,<br />

dus 20 pet. beteekende.<br />

Hoewel de cliché's en koppen naar ver*<br />

houding iets meer ruimte vergen dan<br />

vroeger, kan in de verkleinde „Motor"<br />

evenveel redactioneele copie worden op*<br />

genomen in 24 pagina's als vroeger op<br />

20 groote pagina's. Een voordeel van het<br />

grooter aantal kleinere pagina's is bo*<br />

vendien, dat het aantal artikelen grooter<br />

kan zijn dan voorheen, zoodat het blad<br />

gevarieerder van inhoud is geworden.<br />

De lezers zijn met deze, uit den nood<br />

der tijden voortkomende verandering zeer<br />

ingenomen. De redactie van „Motor"<br />

noemt haar blad thans schertsenderwijze<br />

,,Moto*Piccolo" en heeft vernomen, dat<br />

het wenschelijk zou zijn, ook na den oor*<br />

log, dit kleine formaat aan te houden.


AUTOTYPIE-, DRIE EN VIERKLEURENCLICHFS<br />

tiet vervaardigen van autotypieën geschiedt naar<br />

modellen, die niet uitsluitend uit zuiver wit en<br />

zwart bestaan, doch een rijke schakeering aan<br />

tinten hebben, zooals foto's, gewasschen teekeningen,<br />

aquarellen etc.<br />

Wij gaan eerst een kijkje nemen op de retoucheen<br />

teekenafdeeling, waar de positief-retoucheurs en<br />

teekenaars aan het werk zijn. Al dadelijk komen<br />

de tongen los en wordt van alle kanten gevraagd:<br />

„Wat doet die teekenaar daar met die verfspuit"<br />

Dat zal ik u vertellen, niet alle foto's zijn direct<br />

voor reproductie geschikt. Al staat de fotografie<br />

op hoog peil, toch is de weergave van het fotografische<br />

oog voor vele onderwerpen niet volmaakt,<br />

speciaal geldt dat voor onderwerpen zooals<br />

interieurs, machines, glaswerk, waschtafels enz.,<br />

waarvan cliché's gemaakt moeten worden voor<br />

prijscouranten en catalogi, die voor den verkoop<br />

zoo fraai mogelijk moeten worden afgebeeld. De<br />

positief-retoucheur gaat de foto's alvorens deze<br />

worden gereproduceerd, eerst retoucheeren. Voor<br />

Ongeretoucheerde foto Geretoucheerde foto<br />

de verloopende tinten gebruikt hij een verfspuit,<br />

waarmede hij met speciale retoucheverf de verloopende<br />

tinten op de foto's brengt. De details<br />

brengt hij met een penseel aan, de retoucheverf is<br />

waterverf, de kleuren moeten zooveel mogelijk<br />

aan de foto's worden aangepast.<br />

Wij verlaten de retoucheurs en gaan nu een bezoek<br />

brengen aan den fotograaf.<br />

Evenals voor lijncliché's moet ook voor het maken<br />

van rastercliché's eerst een negatief worden gemaakt.<br />

Voor een lijncliché, dat uit zwart en wit<br />

bestaat, is dat vrij gemakkelijk, doch voor een<br />

rastercliché komt de noodige ervaring kijken.<br />

Voor foto's, gewasschen teekeningen enz. komt<br />

het er op aan, alle tinten op de gevoelige plaat<br />

vast te leggen, daarvoor gebruiken wij een raster.<br />

„Wat is een raster?" Een raster bestaat uit 2 spiegelglasplaten,<br />

waarin langs machinalen weg lijnen<br />

zijn gegraveerd, die met zwarte verfstof worden<br />

gevuld.<br />

De glasplaten worden met Canada-balsum, met de<br />

gegraveerde zijde op elkaar geplakt en wel zoo,<br />

dat de lijnen elkaar kruisen. Wij hebben dan,<br />

evenals bij zeer fijn horregaas, een netwerk ge-<br />

DOOR D. BAL JET<br />

kregen van duizenden fijne ruitjes, welke doorzichtig<br />

zijn.<br />

Rasters onderscheiden wij in grove en fijne rasters.<br />

Het aantal lijnen voor het normale drukwerk<br />

varieert van 22 tot 70 lijnen per cm.<br />

Het is u natuurlijk be­<br />

• • • • • • • • • kend, dat voor de<br />

• • • • • • • • • •<br />

•„• • • • • • • • keuze van het raster<br />

• •.*^« • • • • • •<br />

• • • • • • • • • papier en inkt een<br />

• • • • • • • • • • groote rol spelen. Ro­<br />

• • • • • • • • • tatiedruk, grove pa­<br />

• *^* • • • • • • • piersoorten vereischen<br />

• * • • • • • • • een grover raster dan<br />

• •i.*l • •••••• illustratiepapier en<br />

• • • • • • • • •<br />

kunstdruk.<br />

Overleg tusschen drukker en clichémaker is dus<br />

• • • • • • • • • •<br />

voor alles vereischte en voorkomt veel zorg en<br />

ergernis.<br />

• • •<br />

Laat<br />

• • •<br />

nooit<br />

• •<br />

na<br />

•<br />

bij het geven van een<br />

cliché-opdracht een papiermonster bij te voegen,<br />

waarop gedrukt moet worden, en vergeet vooral<br />

niet op te geven, met welke inktsoort gedrukt<br />

wordt, omdat dit voor de etsing van het cliché<br />

van zeer groot belang is.<br />

Kleurinkten en dubbeltooninkten verlangen, wat<br />

de etsing betreft, een andere bewerking dan de<br />

normale illustratie-inkt. Inmiddels staat onze fotograaf<br />

reeds geduldig te wachten, hij heeft een<br />

gevoelige plaat gemaakt (u weet toch nog wel<br />

van het vorige bezoek, hoe dat gaat?), hij vertelt<br />

ons tevens, dat voor rasteropnamen ook wel<br />

droge platen, films en emulsie worden gebruikt,<br />

doch daarover komt u meer te weten, als wij<br />

straks zien, hoe de negatieven voor de kleurencliché's<br />

worden gemaakt.<br />

De plaat wordt in de casette gezet, deze wordt in<br />

de camera geplaatst, waarbij al direct door enkele<br />

scherpe opmerkers gevraagd wordt: „Waarom<br />

staat die glasplaat voor de casette?" Dat is geen<br />

glasplaat, dat is het raster, dat bij de opname,<br />

die wij nu gaan maken, een groote rol speelt. De<br />

lampen worden ingeschakeld, de dop van de lens<br />

genomen en de belichting gaat beginnen.<br />

Wat gaat er nu gebeuren?<br />

De lichtstralen, die van het model, dat door booglampen<br />

belicht wordt, teruggekaatst wórden en<br />

de lens binnentreden, moeten, alvorens zij op de<br />

gevoelige plaat komen, eerst het raster passeeren.<br />

Bij het passeeren door het raster komen de lichtstralen<br />

in duizenden kleine straaltjes op de gevoelige<br />

plaat terecht. De teekening komt daardoor<br />

in duizenden puntjes verdeeld op de gevoelige<br />

plaat.<br />

Dit is het geheim van het raster.<br />

De belichting van een rasternegatief op een joodzilverplaat<br />

varieert van 1—6 min. en is zuiver een<br />

kwestie van gevoel. Hierbij speelt vakbekwaamheid<br />

een groote rol, daar de belichting voor ieder<br />

object weer geheel anders is en vergrooting of<br />

verkleining, contrastrijke of zachte foto's en vooral<br />

ook kleuren hun aparte eischen stellen. Na de<br />

5


opname wordt de plaat ontwikkeld, door de ontwikkeling<br />

wordt de zilverafscheiding, door de<br />

belichting tot stand gebracht, bevorderd en wel<br />

zoo, dat de belichte gedeelten daardoor donkerder<br />

worden.<br />

Na het ontwikkelen wordt de plaat gefixeerd, dat<br />

gebeurt om het joödzilver, dat niet door de belichting<br />

getroffen is, volledig op te lossen, waardoor<br />

de doorzichtige partijen in het negatief<br />

ontstaan (denk hierbij goed aan de lichtstraaltjes,<br />

die door het raster gaan).<br />

De belichte gedeelten zijn door het fixeeren niet<br />

opgelost, zoodat zich daar de zwarte rasterpunten<br />

bevinden. Na eenigen tijd spoelen kan het rasternegatief,<br />

indien noodig, worden versterkt en afgezwakt,<br />

het afzwakken heeft vooral beteekenis,<br />

omdat de fotograaf hierdoor de rasterpunten kan<br />

corrigeeren.<br />

Ter bescherming van de huid wordt het negatief<br />

overgoten met een dunne gom- of dextrine-oplossing<br />

en in den droogoven gedroogd.<br />

Wij verlaten nu voor een poosje den fotograaf en<br />

zoeken een anderen ouden bekende op, den metaalcopiïst.<br />

Het blijkt* dat wij ook hier op bekend terre ';n zijl i,<br />

want zonder eenigen uitleg weet men al ie vertellen,<br />

dat hier van het negatief een copie op<br />

metaal wordt gemaakt. Prachtig, het is prettig te<br />

ervaren, dat u bij uw vorig bezoek uw oogen goed<br />

den kost hebt gegeven.<br />

Het lijkt mij echter niet overbodig u nogmaals er<br />

op te wijzen, dat de copie.van een rasternegatief<br />

de teekening op de metaalplaat in duizenden<br />

rasterpuntjes weergeeft. Deze puntjes spelen bij<br />

het etsen en later bij het drukken een groote rol.<br />

Wij gaan nu eerst naar den metaalretoucheur. U<br />

weet wel, dat is die man, die met zijn tijd meegaat<br />

en de maten op augustijnen en punten controleert.<br />

Zijn werk is nu wel wat omvangrijker,<br />

vooral als het uitgeëtste cliché's betreft, waarbij<br />

hij op het metaal eerst alle overbodige teekening<br />

moet wegschrappen. De copie wordt daarna<br />

ingebrand.<br />

Den auto-etser, dien wij thans gaan bezoeken,<br />

hebben wij nog niet eerder ontmoet, wij komen<br />

dus op nieuw terrein en uitkijken is de boodschap.<br />

De auto-etser heeft tot taak van de copie een<br />

natuurgetrouwe weergave van het model te<br />

maken. Hij vangt met het etsen aan, waarbij het<br />

er om gaat het blanke metaal, dat zich tusschen<br />

de rasterpunten bevindt, weg te etsen. U weet<br />

toch nog wel, hoe dat bij de lijncliché's gaat?<br />

Etsmachine<br />

Inkt op papier<br />

Eerst wordt de metaalcopie vetvrij gemaakt, daarna<br />

volgt in de etsmachine de. aanetsing, welke<br />

tegelijkertijd de diepetsing is.<br />

Door deze diepetsing wordt het cliché tevens<br />

bruikbaar voor het doel, waarvoor het gemaakt<br />

wordt, er kan van gedrukt worden. De rasterpunten<br />

zijn blijven staan en het blanke metaal er<br />

omheen is diepgeëtst. Wanneer het cliché met<br />

inkt wordt ingerold dan zet zich de inkt alleen af<br />

op de rasterpunten en deze geven in den druk<br />

hun inkt weer af op het papier. Met de diepetsing<br />

zijn wij echter nog niet gereed, ten eerste kan het<br />

noodig zijn, dat het cliché extra diep geëtst moet<br />

worden, om redenen, die ik reeds eerder aangaf.<br />

In dat geval krijgt het cliché een puntdiepetsing,<br />

de etser gaat daarbij als volgt te werk. Na de aanetsing<br />

wordt het cliché met verf ingerold en wel<br />

zoo, dat de verf op en om de rasterpunten komt,<br />

daarna wordt het cliché met asphaltpoeder ingestoken,<br />

de verf met de poeder wordt door verwarming<br />

samengesmolten en vormt een beschermende<br />

laag tegen de inwerking van salpeterzuur<br />

of ijzerchloride, waarna de puntdiepetsing volgt.<br />

Getoonetst cliché<br />

Nu is het cliché nog niet gereed; wanneer wij na<br />

de aanetsing een afdruk maken en deze vergelijken<br />

met het origineel dan lijkt het er nog niet<br />

veel op, de rasterpunten zijn nog te groot, de<br />

afdruk is te monotoon. Daarom gaat de auto-etser<br />

het cliché toonetsen. Hij kan door het toonetsen<br />

de juiste tinten bereiken en gaat daarbij als volgt<br />

te werk.<br />

De partijen, die reeds hun juiste toonwaarde hebben,<br />

worden met verf afgedekt, daarna wordt het<br />

cliché weer geëtst, hierdoor worden de rasterpunten<br />

rondom aangetast en dus kleiner, dat<br />

wordt herhaald, totdat de lichtste partijen, dat<br />

zijn de kleinste rasterpunten, op hun juiste<br />

grootte zijn.<br />

Wij keeren thans weer tot onze geëtste autotypie<br />

terug, deze moet nog voor den drukker worden<br />

gereedgemaakt. Uitgeëtste autotypieën worden<br />

uitgefraisd, vierkante autotypieën worden van een<br />

facet voorzien om ze te kunnen bevestigen op<br />

houten of ijzeren voet. De proefdruk wordt gemaakt,<br />

is alles in orde, dan kan de drukker met<br />

zijn taak aanvangen.


Drie- en vierkleurendrukcliché's<br />

Wij gaan nu weer eens bij den fotograaf kijken,<br />

die beloofd heeft, dat hij ons in de geheimen van<br />

de kleuropnamen zal inwijden. Hij begint te vertellen,<br />

dat kleuropnamen worden gemaakt naar<br />

schilderijen, aquarellen, Agfa-kleinbeeldkleurenfilms,<br />

Lumière- en Dufay-kleurendiapositieven.<br />

Soms worden de opnamen direct in raster gemaakt,<br />

ook wel langs indirecten weg. Wij zullen<br />

eerst den directen weg behandelen.<br />

De fotograaf heeft inmiddels een prachtig gekleurde<br />

teekening op zijn modellenbord ingesteld<br />

en vertelt ons, dat hij daarvan drie rasteropnamen<br />

moet maken voor een driekleurencliché.<br />

De driekleurendruk wordt opgebouwd uit de primaire<br />

kleuren geel, rood en blauw. Zijn werk is<br />

nu, uit de gekleurde teekening op drie deelnegatieven<br />

resp. de gele, roode en blauwe kleur<br />

vast te leggen. Hij kan dat op twee manieren bereiken,<br />

door gebruik te maken van gekleurde<br />

glasfilters, bestaande uit de complementaire kleuren<br />

violet, groen en rood, ook wel door platen,<br />

overgoten met emulsie, waaraan voor de bepaalde<br />

deelopnamen kleurstoffen worden toegevoegd. De<br />

kleuropnamen ! met filters worden niet, zooals<br />

voor lijncliché's en autotypieën, op natte joodzilverplaten<br />

gemaakt, doch op Panchromatische<br />

en Orthochromatische droge platen.<br />

De opname geschiedt niet altijd met booglampen,<br />

vooral olieverfschilderijen volgens een bepaalde<br />

techniek uitgevoerd, ik bedoel schilderijen, waar<br />

de verf dik op ligt, komen het best tot hun recht,<br />

wanneer zij met daglicht worden opgenomen.<br />

Het felle licht van de booglampen geeft valsche<br />

reflexen, met als gevolg verkeerde weergave van<br />

het origineel.<br />

Wij gaan nu de opnamen maken in de volgorde<br />

geel, rood en blauw en gebruiken daarvoor de<br />

kleurfilters violet, groen en rood. „Wat is de<br />

beteekenis van; die filters?" Deze maken de<br />

kleur, die voor het deelnegatief uit de gekleurde<br />

teekening gehaald moeten worden, donkerder,<br />

met als gevolg, dat deze bij de opname sterk<br />

naar voren köfnt. Voor vierkleurendruk, meestal<br />

noodig voor schilderijen en teekeningen, waarin<br />

krachtige partijen voorkomen, wordt als vierde<br />

kleur meestal zwart gebruikt. De opname voor<br />

de zwarte kleur geschiedt met een gamma filter.<br />

„Waarom gebruikt de fotograaf nu een rond<br />

raster en waarom wordt het raster voor iedere<br />

deelopna.me gedraaid?" Dat zal ik u vertellen.<br />

Zooals u ziet, zit het raster in een metalen raam<br />

met gradenverdeeling. Het draaien van het raster<br />

bij de opname van een deelnegatief heeft de volgende<br />

beteekenis. Wanneer wij de deelnegatieven<br />

alle in denzelfden rasterstand zouden opnemen,<br />

dan zou bij het drukken de werking van de rasterlijnen,<br />

die naast en over elkaar gedrukt wor­<br />

den, een moirévorming vertoonen, die zoo hinderlijk<br />

is, dat daardoor de cliché's onbruikbaar<br />

zouden zijn. Om dit nu te ondervangen, worden<br />

de deelopnamen gemaakt met een onderling verschil<br />

in rasterstand van 30°. Het figuur, dat daardoor<br />

ontstaat, is in den druk het minst hinderlijk.<br />

Het verschijnsel van moiré doet zich dikwijls<br />

voor, als van een cliché-afdruk een reproductie<br />

moet worden gemaakt. De kruising van<br />

de rüsterlijnen geeft dan een eigenaardige blokvorming,<br />

die voor de afbeelding erg hinderlijk is.<br />

Drie- en vierkleurenetsen<br />

De kleuretser heeft van de deelnegatieven copieën<br />

gekregen op koper of electron; zink is voor kleurenwerk<br />

minder geschikt, ten eerste omdat het<br />

door het inbranden werkt en daardoor pasmoeilijkheden<br />

geeft en indien het niet wordt ingebrand,<br />

u weet, dat is bij koudemaille het geval,<br />

het niet zoo mooi etst als koper. Electron, een<br />

magnesiumhoudend aluminium, heeft voordeden,<br />

omdat het licht is, doch nadeelen, doordat het<br />

licht ontvlambaar en sterk hygroscopisch is en<br />

daaidoor spoedig oxydeert. Koper daarentegen<br />

werkt niet, etst zacht en is het aangewezen<br />

metaal voor drie- en vierkleurencliché's.<br />

Naast een goed vakman moet de kleuretser<br />

vooral ook een goed kleurenkenner zijn, van zijn<br />

arbeid hangt het resultaat van het kleurencliché<br />

af. Hij begint net als de auto-etser met het aanetsen<br />

van de cliché's en gaat daarbij al zooveel<br />

mogelijk door afdekken met verf de kleuren<br />

vastleggen, terwijl hij de kleuren, die lichter<br />

moeten worden, lichter etst. Als hij deze werkwijze<br />

voor alle copieën heeft toegepast, wordt<br />

op de handpers een eerste samendruk gemaakt,<br />

waarbij de volgorde voor de vier kleuren meestal<br />

geel, zwart, rood en blauw is. Ook wel rood,<br />

geel, blauw en zwart. Na den eersten samendruk<br />

kan de kleuretser beoordeelen, welke correcties<br />

nog moeten worden aangebracht. Dit kan geschieden<br />

door etsen, polijsten en graveeren.<br />

Polijsten geschiedt om partijen, die te licht geetst<br />

zijn, zwaarder te maken, graveeren om te<br />

zwaar verbonden rasterpartijen lichter te maken.<br />

Is dat geschied, dan volgt de definitieve proefdruk.<br />

Wij zijn thans aan het einde van ons bezoek gekomen<br />

en nemen afscheid van de vakmenschen,<br />

die ons zoo prettig in de geheimen van hun vak<br />

hebben ingewijd.


VERSPILLING <strong>VAN</strong> PAPIER<br />

De lijd, dat alle zaken overvloedig in het verpakkingsmateriaal zaten, is voor*<br />

bij. Eveneens is het uit met de lawine van reclame-drukwerk. Maar vreemd<br />

doet het aan te constateeren, dat in breede kringen van industrie en handel niet<br />

het besef schijnt te zijn doorgedrongen, dat wij met onzen papiervoorraad uiterst<br />

zuinig moeten omspringen.<br />

Het aantal uitgevers, dat b.v. zijn tijdschriften verzendt in royale omslagen, met<br />

karton versterkt meestal, is legio. Deze uitgevers zullen stuk voor stuk er op<br />

gewezen worden, dat het zoo niet blijven kan. Zooiets moet tot de striktst noodzakelijke<br />

gevallen worden beperkt. Van hen mag men toch zeker veronderstellen,<br />

dat zij weten, hoe wij er met het papier voorstaan.<br />

Maar ook andere zaken bezondigen zich. Een groot Haagsch warenhuis maakt<br />

nog steeds postreclame, waartoe in dezen tijd toch allerminst aanleiding bestaai.<br />

Het publiek is, ook zondefdat het geanimeerd wordt, koopgraag. Indien voor<br />

zulk drukwerk vergunning is verleend, waarom?<br />

Een Haagsch kolenleverancier leverde in den tijd, toen nog niemand dacht aan<br />

distributie, kolen op een doodgewoon, rekeningetje, dat de kolenman vuiU<br />

beduimeld presenteerde. Dit jaar echter krijgt men zijn rantsoen op een nota-de^<br />

luxe. Men ontvangt van hem niet één rekening, doch ook den doorslag, beide<br />

netjes in twee kleuren uitgevoerd. En alsof dat nog niet voldoende is, wordt het<br />

tweetal gestoken in een keurig transparant zakje. De bediening is dus wel af!<br />

Maar je wordt toch wel kregel van zoo'n verspilling, vooral als je een paar<br />

dagen later je 's Zondagsche ons gesneden leverworst door een eersteklas<br />

slagerij thuisbezorgd krijgt mèt lectuur. De drukinkt van de Haagsche Post zat<br />

aan de plakjes.<br />

Wi ij herinneren ons een uitlating<br />

van een ouden cliënt, die de boek»<br />

houding een noodzakelijk kwaad<br />

noemde.<br />

Hoewel dit gelukkig geen algemeen<br />

gebruikelijke kwalificatie voor deze<br />

afdeeling van het bedrijf was, kon in<br />

de practijk toch een miskenning van<br />

' de waarde van de boekhouding in<br />

vroegere jaren worden geconstateerd,<br />

met name in handelszaken.<br />

INVLOED <strong>VAN</strong> <strong>DE</strong>N FISCUS<br />

In den vorigen wereldoorlog heeft de<br />

invoering van de Oorlogswinstbelas»<br />

ting in sterke mate bijgedragen tot<br />

de erkenning, dat een goede boek»<br />

houding niet kon worden ontbeerd.<br />

Latere fiscale maatregelen als de in»<br />

voering van de winstbelasting, de<br />

onderncmingsbelasting en de ven»<br />

nootschapsbelasting hebben een<br />

zekere uniformiteit gebracht in de<br />

berekening van de fiscaal belastbare<br />

winst. Waar de ondernemingen, die<br />

onderhevig waren aan de vroegere<br />

winstbelasting vrij bleven in de maat»<br />

staven, die zij wilden aanleggen voor<br />

de waardeering van bezittingen en<br />

schulden op de balans voor hun jaar»<br />

rekening, zagen wij sinds dien veelal<br />

twee jaarrekeningen opmaken. Ook<br />

de heffing van de omzetbelasting had<br />

wijzigingen in de boekhouding tenge»<br />

8<br />

<strong>DE</strong> WAAR<strong>DE</strong><br />

<strong>VAN</strong> EEN<br />

GOE<strong>DE</strong><br />

BOEKHOUDING<br />

door<br />

H. J. <strong>VAN</strong> HULST<br />

Met dit artikel openen wij een<br />

regelmatige boekhoudkundige<br />

rubriek, waarin de Heer H. J.<br />

van Hulst, die is belast met<br />

de controle der aan de uitge»<br />

vers gegeven voorschriften, zijn<br />

opgedane ervaring zal verwer»<br />

ken tot practische raadgevin»<br />

gen en algemeene richtlijnen.<br />

De schrijver is bereid om op<br />

alle boekhoudkundige vragen,<br />

welke de lezers hem wenschen<br />

te stellen, door middel van een<br />

correspondentierubriek in „De<br />

Pers" te antwoorden.<br />

volge in verband met verschillende<br />

tarieven, terwijl administratieve voor»<br />

schriften werden gegeven waarmede<br />

de boekhouding rekening had te hou»<br />

den. De hoogte der tegenwoordige<br />

belastingen is mede oorzaak, dat<br />

menig zakenman thans groote belang»<br />

stelling toont voor de richtlijnen,<br />

welke gelden voor de winstbereke»<br />

ning, ja de noodzakelijkheid van een<br />

boekhouding van een belangrijk ge»<br />

deelte op rekening van den fiscus<br />

schrijft.<br />

AN<strong>DE</strong>RE OVERHEIDSMAAT*<br />

REGELEN.<br />

Toen de vrije goederenruil met an»<br />

dere landen stagneerde en de over»<br />

heid tot contigenteering overging,<br />

was de eerste stap gezet op den weg<br />

van inmenging in het bedrijfsleven.<br />

De overheidsmaatregelen volgden<br />

elkaar na Mei 1940 in snel tempo op<br />

en vele ondernemers verzuchten<br />

tegenwoordig, dat zij alleen al een<br />

staf van personeel moeten hebben<br />

voor het bijhouden van een admini»<br />

stratie, teneinde aan hun verplichtin»<br />

gen ten opzichte van de overheid te<br />

voldoen. In de uitgeverswereld heb»<br />

ben wij de periodieke opgaven voor<br />

materialen en papier, terwijl door het<br />

Persgilde regelmatig bijhouden van<br />

het oplageboek geëischt wordt. De


uitgevers kunnen zich echter troos*<br />

ten met de gedachte, dat in andere<br />

branches op dit gebied veel meer<br />

werk moet worden verzet. Ik denk<br />

hierbij aan melkinrichtingen, waar de<br />

verwerking van de distributiebeschei*<br />

den een enormen omvang heeft aan*<br />

genomen, terwijl bovendien vierweke*<br />

Iijksche hoeveelheids* en financieele<br />

rapporten moeten worden ingezon*<br />

den.<br />

Doordat de overheidsvoorschriften<br />

door verschillende instanties worden<br />

gegeven bestaat het gevaar, dat deze<br />

niet voldoende rekening met elkaar<br />

houden. Bovendien is het nu eenmaal<br />

een bekend feit, dat het eenvoudiger<br />

is een goede boekhouding in te rich*<br />

ten, dan ze goed te houden indien<br />

hieraan telkens nieuwe en andere<br />

eischen worden gesteld.<br />

Het Persgilde is echter vastbe*<br />

sloten hieraan alle aandacht te<br />

wijden en zoo noodig samenwer-king<br />

te zoeken teneinde de admi*<br />

nistratieve lasten niet hooger dan<br />

strikt noodzakelijk te doen zijn.<br />

De eischen, die de fiscus en andere<br />

overheidsinstanties aan de boekhouding<br />

stellen, dreigen de aandacht af<br />

Ir, de „Brüsseler Zeitung" is door<br />

Robert Schmelzer een beschouwing<br />

gewijd aan den omgang met<br />

de krant, welken hij op fijnzinnige<br />

manier een „Kunst met veel pretenties"<br />

noemt.<br />

„Niet die lezers zijn, volgens de<br />

meening van Schmelzer, de beste,<br />

die de 6000 regels, welke de<br />

„Brüsseler Zeitung" gemiddeld<br />

aan tekst bevat, getrouwelijk, met<br />

den vinger bijwijzend, in zich opnemen.<br />

Integendeel, voor het<br />

lezen zijn verstand en een critische<br />

keuzebepaling noodzakelijk."<br />

Aan dezen eisch, dat de lezer<br />

critisch moet zijn, wordt dan ook<br />

door Schmelzer in zijn verdere<br />

beschouwing aangeknoopt, als hij<br />

schrijft: „Het zou onjuist zijn de<br />

krant te zien als een mannequin,<br />

die op een podium tusschen het<br />

publiek doorloopt, van alle kanten<br />

bekeken en aangegaapt wordt,<br />

om daarna te verdwijnen. De<br />

krant moet juist iets zijn, waaraan<br />

men houvast heeft. Achter de<br />

krant staan mannen, die hun<br />

geestesproducten, door hen gevormd<br />

en afgewerkt, dagelijks<br />

aan de wenteling der rotatiepersen<br />

toevertrouwen. Voor deze<br />

te leiden van het feit, dat primair de<br />

boekhouding den ondernemer in staat<br />

moet stellen zijn zaak te overzien.<br />

(„Ken Uw Zaak", noemde Hagers<br />

een zijner boeken, handelende over<br />

de boekhouding.) Vele van de voor*<br />

schriften, waarmede de ondernemer<br />

tegenwoordig rekening heeft te hou*<br />

den, kunnen echter niet anders dan<br />

verhelderend werken. Het opstellen<br />

van fiscale balansen door naamlooze<br />

vennootschappen heeft menigen direc*<br />

teur een normale afschrijving op bes<br />

drijfsmiddelen laten zien, waarmede<br />

hij totaal onbekend was in verband<br />

met de gevoerde afschrijvingspolitiek.<br />

De richtlijnen, gegeven in verband<br />

met kostprijsschema's zullen vele in*<br />

dustrieelen nader hebben gebracht<br />

tot de beteekenis van over* en on*<br />

derbezetting in hun bedrijf. Het mee*<br />

rendeel van de hiervoren genoemde<br />

maatregelen werd geboren uit den<br />

nood der tijden. Wij zijn als onder*<br />

nemers echter verplicht om na te<br />

gaan of de gegevens, die wij nu<br />

periodiek beschikbaar hebben, kun*<br />

nen bijdragen tot een beter inzicht<br />

in onze zaak.<br />

De uitgevers zijn sinds 1 Juli 1942<br />

<strong>DE</strong> KUNST OM <strong>DE</strong> KRANT TE LEZEN<br />

geestesproducten mag ten aanzien<br />

van daaraan klevende gebreken of<br />

gebrekkigheden niet bij voorbaat<br />

verwezen worden naar de haast,<br />

waarmede zij moesten ontstaan<br />

of naar het razende tempo, waarin<br />

het geheele proces van de vervaardiging<br />

van een krant verloopt.<br />

Neen, bericht en artikel<br />

moeten door den lezer zonder<br />

voorbehoud onder de loupe kunnen<br />

worden genomen. Hoe meer<br />

hij onderzoekt en beoordeelt, des<br />

te meer zal hij zich van de gaven<br />

van de krant bewust worden."<br />

Hoe geraakt de lezer dan wèl in<br />

het werkelijke bezit van den inhoud<br />

van zijn krant? Het antwoord<br />

van Schmelzer daarop<br />

luidt:<br />

„De wijze, waarop men een goed<br />

krantenlezer wordt, kan niet in<br />

een eenheidsrecept worden voorgeschreven.<br />

Zoo het lezen van de<br />

krant een kunst is, dan kan men<br />

zich deze slechts op moeizame<br />

wijze eigen maken. Het leeren<br />

moet op systematische wijze geschieden.<br />

Daarbij moet de trouw<br />

van den lezer aan een bepaald<br />

blad vooropgesteld worden. Uit<br />

verplicht een door het Persgilde ont*<br />

worpen oplageboek bij te houden.<br />

Hierin hebben zij een kans om<br />

tot een betere beoordeeling van<br />

hun bedrijf te komen. Speciaal<br />

de kleinere en de midden=groote<br />

uitgevers dienen hieraan hun<br />

volle aandacht te wijden.<br />

Wij zouden U voorbeelden kunnen<br />

geven van uitgevers, die blijkens hun<br />

financieele administratie 5000 beta*<br />

lende abonné's hebben, terwijl ze<br />

6000 abonné's opgeven in hun oplage*<br />

boek en deze inderdaad telden uit<br />

de kaarten van abonné's. Waar blijft<br />

hier de financieele controle? Wij<br />

zouden U' kunnen vertellen van een<br />

uitgever, die eerst na 1 Juli 1942 aan<br />

de hand van het oplageboek tot de<br />

conclusie kwam, dat de misdruk en<br />

inschiet of het aantal archief*exem*<br />

plaren zeer belangrijk te hoog was.<br />

Aan de hand van deze cijfers komt<br />

men spoedig tot een ingrijpen, wat<br />

een financieele besparing voor het<br />

bedrijf meebrengt.<br />

Wij hopen na deze algemeene be*<br />

schouwingen later de gelegenheid te<br />

krijgen verschillende vraagstukken<br />

nader te belichten.<br />

deze trouw wordt vertrouwen geboren<br />

en daaruit geloof. Een eenheidstype<br />

van lezers heeft nog<br />

nimmer bestaan. Zou zulk een<br />

type wel bestaan, dan zou de<br />

lezer juist het tegenovergestelde<br />

worden van datgene, wat het<br />

ideaal van eiken krantenlezer<br />

moet worden: ontvankelijk, beweeglijk,<br />

niet strak en stijf te zijn.<br />

Er zijn bepaalde principes, een<br />

program, waaraan elk blad zich<br />

verplicht acht zich te houden. Zij<br />

wil echter haar lezers niet overreden,<br />

doch opwekken, overtuigen.<br />

Zij wil niet laten verdrinken,<br />

doch juist helpen zwemmen. Moet<br />

hij, die de kunst van het krantenlezen<br />

verstaat, tusschen de regels<br />

door kunnen lezen, elke opmerking<br />

bekijken, genieten en verwerken,<br />

het nieuws opdiepen en<br />

ordenen, de meening van anderen<br />

eerbiedigen, zonder het eigen<br />

standpunt op te geven, een fijnproever<br />

zijn en toch uit het grove<br />

ook nog winst weten te behalen,<br />

moet hij zich door zijn verstand<br />

of door zijn hart laten leiden? Dit<br />

alles moet hij doen. Hij moet hetzelfde<br />

zijn, wat ook de krant wil<br />

zijn: een persoonlijkheid. En een<br />

persoonlijkheid kan kranten<br />

lezen."<br />

9


10<br />

NIEUWE BLA<strong>DE</strong>N<br />

IN <strong>DE</strong> PROVINCIES<br />

G R O N I N G E N<br />

öe echo<br />

- VAD ivr. hooqe noowCnii<br />

r F R I E S L A N D?<br />

FBIESrilt' 1 roniAM<br />

^WESTEBGOOi<br />

<strong>DE</strong> N00RDWESIHÖ1L;<br />

L?<br />

*-**.«»**•*«,**,«*,*£«!*,,«„*„%* ,<br />

R E N T H E<br />

ÜREMTSCHW MmiWSBlM<br />

DRENTSCN DAGBLAD<br />

OVERIJSSEL<br />

NIEUWSBLAD VOOR KAMPEN<br />

De advertenties van<br />

gebruikte machines<br />

In de circulaire D. 191 van het<br />

Bureau voor de Metalen-Verwerkende<br />

Industrie is uitvoerig uiteengezet,<br />

welke gebruikte machines<br />

voortaan nog vrij verkocht<br />

mogen worden en welke machines<br />

slechts met vergunning van<br />

het R.M.I. mogen worden overgedragen.<br />

In Sub. C van deze<br />

circulaire werd bekend gemaakt,<br />

dat het te koop aanbieden en te<br />

koop vragen van gebruikte machines<br />

door middel van advertenties<br />

etc. zonder vergunning<br />

van het R.M.I. verboden is. Indien<br />

de vergunning wordt verstrekt,<br />

moet de aankondiging<br />

worden voorzien van de aanduiding<br />

„Vergunning verleend R.M.I.<br />

No ".<br />

Tot zoover geen moeilijkheden.<br />

In verband met den inhoud van<br />

de circulaire is het duidelijk, dat<br />

het verbod tot het opnemen van<br />

advertenties over te koop aangeboden<br />

of te koop gevraagde gebruikte<br />

machines, —• tenzij met<br />

vermelding van „Vergunning verleend"<br />

etc. — alleen betrekking<br />

kan hebben op machines, die onder<br />

de regeling vallen. De machines,<br />

die zonder vergunning<br />

kunnen worden verkocht, kunnen<br />

uiteraard ook zonder vergunning<br />

geadverteerd worden.<br />

De telex-noot dd. 17 September,<br />

luidende:<br />

„advertenties, waarin gebruikte<br />

machines (inclusief electrische<br />

machines) transformatoren, of<br />

landbouwwerktuigen te koop worden<br />

aangeboden, dan wel te koop<br />

worden gevraagd, mogen slechts<br />

worden geplaatst indien in de<br />

advertenties tevens het nummer<br />

wordt vermeld van de door of<br />

vanwege den directeur van het<br />

bureau voor de metalenverwerkende<br />

industrie verleende schriftelijke<br />

vergunning, volgens welke<br />

de advertentie mag worden geplaatst",<br />

gooide echter roet in het<br />

eten.<br />

Men informeerde bij het Departement<br />

van Volksvoorlichting of<br />

dan gebruikte machines die geen<br />

100 kg. wegen en/of geen electrisch<br />

vermogen hebben van méér<br />

dan 1 KW. niet vrij geadverteerd<br />

konden worden.<br />

Neen, zegt het Departement.<br />

Maar een ander, die zich tot het<br />

R.M.I. wendde, kreeg ten antwoord,<br />

dat die advertenties wèl<br />

vrij zijn.<br />

Deze zaak is besproken, zoowel<br />

met het Departement van Volksvoorlichting<br />

als met den Persdienst<br />

van het Departement van<br />

Handel, Nijverheid en Scheepvaart,<br />

door welks bemiddeling<br />

het voorschrift van het R.M.I. bij<br />

het Departement van Volksvoor<br />

lichting is beland. Bij beide instanties<br />

was de toeliclitende circulaire<br />

niet bekend en had men<br />

den door het R.M.I. opgegeven<br />

tekst van het voorschrift letterlijk<br />

doorgegeven.<br />

Wij verwachten derhalve spoedig<br />

een aanvullende telexnoot overeenkomstig<br />

de aanwijzingen van<br />

het R.M.I.<br />

Voor de goede orde zij er nog<br />

op gewezen, dat het voorschrift<br />

alleen betrekking heeft op gebruikte,<br />

dus niet op nieuwe machines.<br />

TER<br />

NAVOLGING<br />

Bijvoegsel No. 608 van de Staatscou»<br />

rant van 24 September 1942 houdt in<br />

de gewijzigde statuten van de Naam»<br />

looze Vennootschap „De Courant<br />

Het Vaderland" te 's»Gravenhage.<br />

Waarschijnlijk is dit de eerste cou»<br />

rantenuitgeverij, die met deze wijzi»<br />

ging haar Statuten heeft aangepast<br />

aan de volledig gewijzigde toestan*<br />

den op het gebied der pers.<br />

Men oordeele: Artikel 17, handelen»<br />

de over den hoofdredacteur, luidt:<br />

»1. De hoofdredacteur wordt door<br />

den directeur benoemd en ontslagen,<br />

met inachtneming van de bepalingen<br />

van het Journalistenbesluit negentien»<br />

honderd een en veertig.<br />

2. Hij geniet eene door den raad van<br />

commissarissen volgens de bepalin»<br />

gen van het Verbond van Nederland»<br />

sche Journalisten vast te stellen be»<br />

zoldiging."<br />

Artikel 14 regelt de bevoegdheid van<br />

den directeur ten aanzien van het<br />

redactiepersoneel. Het zegt, dat de<br />

directeur bevoegd is tot „de aanstel»<br />

ling en het ontslag van de leden der<br />

redactie 'en de correspondenten<br />

zulks echter in overleg met den<br />

hoofdredacteur."<br />

Verder, dat de leden der redactie en<br />

de correspondenten „staan onder den<br />

hoofdredacteur; hunne salarissenwor»<br />

den volgens de maatstaven van het<br />

Verbond van Nederlandsche Journa»<br />

listen in overleg met den hoofd»<br />

redacteur geregeld."


<strong>DE</strong> < fCHE iC'<br />

HOE<br />

HET NIET<br />

MOET!<br />

10I1IÏELU1E<br />

Misschien komt er een tijd — moge hij nog ver<br />

verwijderd zijn! — dat onze zuinige vier pagina's<br />

courantenpapier in onze herinnering zullen leven<br />

als een weelde, waarnaar wij dan zullen snakken,<br />

Sommige uitgevers echter baden zich reeds nu<br />

— of nog steeds — in een overbodige weelde. Het<br />

zijn voornamelijk uitgevers van één: of tweemaal<br />

per week verschijnende nieuwsbladen, die nog<br />

niet weten, wat zuinig zijn heet. De afbeeldingen<br />

laten zien, dat deze bladen een kop dragen, welke<br />

reeds uit aesthetisch oogpunt buiten alle verhout<br />

ding tot den zetspiegel staat. Bij sommige dezer<br />

bladen zou de opmaak van de voorpagina — aft<br />

gekeken van de groote pers uit den vooroorlog;<br />

schen tijd — doen vermoeden, dat zij hevig aan<br />

„volksvoorlichting" doen, maar dat dit schijn is<br />

en alleen geschiedt om het veege lijf te redden<br />

en eigen onkunde te bemantelen blijkt wel, als<br />

men op de overige bladzijden constateert, dat er<br />

een groot gebrek aan kopie bestaat, zelfs aan<br />

plaatselijk nieuws. Het lettercorpus is van een<br />

kaliber, als men in geen enkele krant zou ven<br />

wachten. Daarbij wordt danig met interlinies en<br />

vlakken wit gewerkt.<br />

Over de advertentierubriek is ook het een en<br />

ander te zeggen. De twee pagina's advertenties,<br />

hierbij afgebeeld, zijn uit één nummer van een<br />

weekblad. Behalve dat de uitgever zich niet stoort<br />

aan de voorgeschreven beperking van een derde,<br />

stopt hij zijn advertentiepagina's vol met advert<br />

tenties van zichzelf. Behalve uitgever is hij nl. ook<br />

boekt en fotohandelaar, heeft een loterijkantoor<br />

en wat dies meer zij.<br />

Het zal noodig zijn, dat de papiertoewijzing voor<br />

dergelijke papierknoeiers op zijn minst gehalveerd<br />

wordt!<br />

Dat het ook anders kan bewijst de afbeelding van<br />

het weekblad „De Barneveldtsche Courant". Dit<br />

blad heeft zijn reusachtige formaat mee, doch bet<br />

nut deze groote ruimte op een wijze, als wellicht<br />

geen andere „kleine" krant.<br />

• » '<br />

kS-^i<br />

ill MOT,<br />

3^7'<br />

Zoo<br />

moet<br />

het<br />

wèll<br />

BARNEÏELDSCI COURANT<br />

IE ZE WEEK ,-, Dl KERD! "vV E E K'<br />

» HMBU Ml WBtm *-«•


HET METEN <strong>DE</strong>R ADVERTENTIES<br />

Zijn er motieven om de beschikking eenigszins te herzien?<br />

Een uitgever schrijft ons:<br />

Naar aanleiding van de laatste be»<br />

schikking van den leider van het<br />

Persgilde, inzake het meten van ad»<br />

vertenties, had ik den chef»opmaker<br />

geïnstrueerd de advertenties goed aan<br />

elkaar te passen, opdat het uitdrijven<br />

zoo weinig mogelijk ten koste van<br />

den adverteerder zou komen.<br />

Hoewel ik daarvan dus direct geen<br />

schade zou lijden, wilde ik toch geen<br />

ontevreden klanten of mopperende<br />

adverteerders over het feit, dat zij<br />

voor meer zouden moeten betalen,<br />

dan zij hadden opgegeven.<br />

Goed; ik had dus mijn chef»opmaker<br />

stevig op het hart gebonden even»<br />

tueele gaatjes zoo veel mogelijk met<br />

stoppertjes te vullen.<br />

Consciëntieus als deze functionaris<br />

is, had hij de voorhanden zijnde slag;<br />

zinnen over het adverteeren in onze<br />

krant, het lezen van onze krant en<br />

de algemeenheden over de kranten»<br />

publiciteit in vele formaten laten zet»<br />

ten, zoodat er bij den opmaak slechts<br />

gegrepen behoefde te worden als er<br />

een gaatje van 2, 3, 4 of nog meer<br />

centimeter te vullen was.<br />

De eerste dagen ging het best. De<br />

advertenties sloten als een bus en<br />

slechts één enkel stoppertje moest er<br />

tusschen worden geplaatst.<br />

Zoo grillig als het leven kan zijn, zoo<br />

grillig was het lot echter ook de<br />

daarop volgende dagen aan het<br />

steen. Bij het controleeren van den<br />

vorm had mijn chef»opmaker gecon»<br />

stateerd, dat er in 6 van de 8 kolom»<br />

men één of andere slagzin ten bate<br />

van onze eigen krant was opgenomen.<br />

Terloops vestigde ik er de aandacht<br />

reeds op, dat mijn chef»opmaker zeer<br />

consciëntieus is. Welnu, hij had den<br />

vorm zelf onder handen genomen en<br />

hoewel hij tot een anderen opbouw<br />

was gekomen, kon hij die stoppers<br />

toch niet kwijt raken; hij moest er<br />

— als hij het uitdrijven niet ten<br />

koste van de adverteerders wilde<br />

doen — 5 in verwerken.<br />

Op hooge beenen wendde hij zich tot<br />

mij, opdat ik hem achteraf geen ver»<br />

wijten zou kunnen maken van die<br />

pagina. Toen ik het geval bekeken<br />

had en er, mede door het omzetten,<br />

geen tijd meer over was om er ver»<br />

der aan te gaan prutsen, kon ik niet<br />

anders doen, dan order geven den<br />

vorm onveranderd te laten.<br />

Mooi was de pagina weliswaar niet,<br />

maar zure gezichten van de adver»<br />

teerders over te groote rekeningen<br />

zou ik in ieder geval niet krijgen.<br />

Nauwelijks was ik op m'n kamer te»<br />

rug of de chef van de administratie<br />

12<br />

vervoegde zich bij mij en deed mij<br />

een omstandig verhaal van mijnheer<br />

X, die geen genoegen nam met zijn<br />

rekening, omdat hij meer moest be»<br />

talen, dan hij had gevraagd.<br />

Ik begreep, dat de man op het stand»<br />

punt stond, dat hij het zeer appre»<br />

cieerde, dat hij meer had gekregen<br />

dan hij had gevraagd, doch dat hij<br />

ook tevreden zou zijn geweest als<br />

hij had gekregen wat hij had ge»<br />

vraagd.<br />

Hij had er aan toegevoegd, dat als<br />

zijn weegschaal niet goed geijkt was<br />

en overwicht gaf, hij die strop ook<br />

zelf moest dragen en niet achteraf op<br />

zijn klanten kon verhalen. Uit prin»<br />

cipe weigerde hij zijn rekening te<br />

voldoen.<br />

Wat doet men in zoo'n geval?<br />

Wat ik gedaan heb, zal ik hier niet<br />

neerschrijven, want wellicht ben ik in<br />

overtreding geweest. Slechts wil ik<br />

mededeelen, dat ik mijnheer X na<br />

den oorlog ook nog tot mijn klanten<br />

zal kunnen rekenen.<br />

Conclusie:<br />

Wijzen deze feiten uit de praktijk er<br />

niet op, dat het aanbeveling verdient<br />

de beschikking in zooverre te herzien,<br />

dat het meten der advertenties voor<br />

stypes, matrijzen of cliché's niet bij»<br />

voorbeeld één millimeter wit van<br />

onder en boven dient te geschieden<br />

U-O «•« «.HiAhfcK *gn rtfü<br />

nic«i?rkentf#<br />

f 'ttamiite il;<br />

en dat van gezette annonces het ge»<br />

zette gedeelte, eventueel met de ver»<br />

langde hoeveelheid wit, moet worden<br />

gemeten?<br />

Naschrift der redactie<br />

De inzender gaat van de veronder»<br />

stelling uit, dat bij de nieuwe wijze<br />

van meten, den adverteerder steeds<br />

meer zal worden berekend, dan waar»<br />

om hij heeft" gevraagd. Dit nu is on»<br />

juist. Indien de adverteerder 100 mM<br />

vraagt, moeten hem deze van lijn tot<br />

lijn worden gegeven. Het zal altijd<br />

noodig zijn den vorm met interlinies<br />

te klemmen, doch deze kunnen even»<br />

goed onderaan de pagina worden<br />

aangebracht als tusschen het zetsel.<br />

Het zal dan kunnen voorkomen, dat<br />

de kolommen, onderaan de pagina,<br />

eenige ongelijkheid vertoonen, doch<br />

het typografisch beeld wordt in zijn<br />

geheel fraaier. Dat deze wijze van<br />

werken wordt toegepast, toont de<br />

hierbij afgebeelde pagina van het Al»<br />

gemeen Handelsblad. De aangekruis»<br />

te kolom is hier iets korter dan de<br />

andere.<br />

Men moet niet vergeten, dat het<br />

voorschrift mede beoogde, het com»<br />

pact zetten der advertenties te be»<br />

vorderen, waardoor de ruimte van<br />

het beschikbare papier tot het uiter»<br />

ste wordt uitgebuit.<br />

Overigens zal het ook hier wel zoo<br />

zijn, dat na eenigen tijd iedereen aan<br />

de nieuwe methode gewend is. In het<br />

buitenland meet men reeds jarenlang<br />

op deze wijze en tot volle bevredi»<br />

ging.<br />

ËfiÉ<br />

SOf


^ ^ B J B B S ^ ^ ^ 1<br />

<strong>VAN</strong> <strong>DE</strong> VAKGROEP<br />

NIEUWSBLA<strong>DE</strong>N<br />

WAT <strong>DE</strong> PAPIERLEVERING<br />

IN SEPTEMBER LEER<strong>DE</strong>.<br />

De vorige maand kon door velerlei<br />

omstandigheden voor de<br />

nieuwsbladen (dagbladen daarbij<br />

buiten beschouwing gelaten) niet<br />

voldoende papier worden aangemaakt,<br />

met gevolg, dat vele uitgevers<br />

— voor zoover zij niet<br />

over voorraden beschikken —<br />

gedwongen waren hun bladen tot<br />

op de helft terug te brengen.<br />

Naar aanleiding van dit feit hebben<br />

vele uitgevers zich tot de<br />

vakgroep gewend.<br />

Er is hierover contact met het<br />

Rijksbureau voor de Grafische<br />

Industrie opgenomen. Daarbij is<br />

gebleken, dat alle nieuwsbladen<br />

en op krantenpapier gedrukte<br />

periodieken over September minder<br />

papier hebben ontvangen.<br />

Over October zou de toewijzing<br />

echter weer als voorheen geschieden.<br />

Inmiddels kunnen de uitgevers<br />

uit deze feiten leering trekken.<br />

Immers velen hebben gevraagd<br />

of de bevoorrading niet wat soepeler<br />

zou kunnen worden doorgevoerd.<br />

Ieder zal begrijpen, dat<br />

voor bevoorrading bepaalde kwanta<br />

noodig zijn; kwanta, welke of<br />

uit voorraden of uit een geregelden<br />

aanmaak kunnen worden betrokken.<br />

Aangezien noch van het één,<br />

noch van het ander gesproken<br />

kan worden, ligt het' voor de<br />

hand, dat waarlijk ingrijpende<br />

verbetering niet kan worden verwacht.<br />

Integendeel; wanneer<br />

straks door de weersomstandigheden<br />

weer vervoersmoeilijkheden<br />

ontstaan, is het niet denkbeeldig,<br />

dat toewijzingen op een<br />

bepaald tijdstip niet ter bestem-<br />

SPREEKUUR <strong>VAN</strong> <strong>DE</strong>N<br />

LEI<strong>DE</strong>R <strong>VAN</strong> HET <strong>PERS</strong>-<br />

GIL<strong>DE</strong><br />

De leider van het Persgilde,<br />

Mr. J. Huijts, houdt wekelijks<br />

des Woensdags van<br />

15.00 tot 16.00 uur spreekuur<br />

in het gebouw van het Persgilde,<br />

J. P. Coenstraat 3,<br />

's-Gravenhage.<br />

Zij, die den Gildeleider op<br />

genoemd uur wenschen te<br />

spreken, dienen zich uiterlijk<br />

des Dinsdags schriftelijk<br />

of telefonisch te hebben<br />

aangemeld.<br />

der plaatse zullen aankomen.<br />

Het is met het oog daarop voor<br />

allen dringend gewenscht zoo<br />

zuinig mogelijk met het papier te<br />

zijn en diegenen, die geen voorraad<br />

hebben doen verstandig,<br />

wanneer zij van het weinige, dat<br />

zij krijgen toegewezen, door in<br />

beperkten omvang te blijven verschijnen,<br />

niettemin een voorraadje<br />

vormen, opdat een geregelde<br />

verschijning gedurende<br />

de wintermaanden zoo veel mogelijk<br />

wordt verzekerd.<br />

<strong>VAN</strong> <strong>DE</strong> VAKG OEP<br />

TIJDSCHRIFTEN<br />

Den heer J. van Nes op zijn verzoek<br />

eervol ontslag verleend.<br />

Door den Gildeleider werd aan<br />

den Heer J. van Nes op zijn verzoek<br />

ontslag verleend op de<br />

meest eervolle wijze, dit met ingang<br />

van 1 October 1.1.<br />

De Heer Van Nes zal een positie<br />

in het bedrijfsleven aanvaarden.<br />

Ik zeg den Heer Van Nes,<br />

mede namens mijne vakgenooten<br />

hartelijk dank voor de wijze,<br />

waarop hij zijn taak als Vakgroepbestuurder<br />

heeft vervuld<br />

en wensch hem gaarne succes in<br />

zijn nieuwen werkkring.<br />

In de plaats van den Heer Van<br />

Nes werd door den Gildeleider<br />

met de bezigheden van den Vakgroepbestuurder<br />

belast de Heer<br />

C. R. Stoelmann Leysner, dien ik<br />

van harte welkom heet in onze<br />

Vakgroep.<br />

H. J. Kerkmeester,<br />

Vakgroepleider.<br />

STAMNUMMER, SERIENUM-<br />

MER EN KENFORMULE.<br />

Het is maar een weet!<br />

Men kan veilig veronderstellen,<br />

dat in uitgevers- en drukkerskringen<br />

iedereen wel weet, dat<br />

een tijdschrift, indien het althans<br />

bij de Vakgroep is ingeschreven,<br />

op den omslag een nummer<br />

draagt, voorafgegaan door de letters<br />

P of P.V. en afgesloten door<br />

een streepje, waarachter nog een<br />

enkel cijfer staat. Maar of men<br />

ook algemeen van de beteekenis<br />

en de juiste benaming van deze<br />

geheimzinnige code op de hoogte<br />

is, is de vraag, want zelfs tijdschrift-uitgevers<br />

hebben het in<br />

hun correspondentie en gesprekken<br />

over „seriegetallen" en „kennummers",<br />

terwijl een verwarring<br />

met het begrip „Kengetal" van<br />

het Rijksbureau voor de Grafische<br />

Industrie wel tot de grootste<br />

misverstanden aanleiding<br />

geeft en men gedwongen is, tijdroovende<br />

en omslachtige omschrijvingen<br />

te gaan zoeken.<br />

Daarom zij het vergund hier nogmaals<br />

met een enkel woord op te<br />

wijzen. Ieder geregistreerd tijdschrift<br />

draagt een Kenformule,<br />

welke is samengesteld uit het<br />

Stamnummer van den uitgever,<br />

waarin al naar gelang hij beroeps-<br />

dan wel niet-beroepsuitgever<br />

is een P. of een P.V. is opgenomen<br />

(b.v. P. 1028 of P.V.<br />

13


1380) en het Serienummer, het<br />

nummer van ieder tijdschrift van<br />

dien uitgever afzonderlijk. Een<br />

uitgever met stamnummer P. 1028,<br />

die drie tijdschriften laat verschijnen,<br />

plaatst dus op den omslag<br />

respectievelijk de kenformules<br />

P. 1028/1, P. 1028 2 en P.<br />

1028/3.<br />

De inzendplicht<br />

Zooals bekend is, dient bij het<br />

verschijnen van iedere nieuwe aflevering<br />

der, bij onze Vakgroep<br />

ondergebrachte tijdschriften, een<br />

bewijs-exemplaar aan ons Bureau<br />

te worden ingezonden.<br />

In de eerste plaats is deze z.g.<br />

„inzendplicht" in het leven geroepen<br />

ter verkrijging van een<br />

behoorlijk en. recent overzicht<br />

van het tijdschriftenwezen in<br />

Nederland, hetwelk, naast een<br />

kloppende administratie, voor<br />

onze Vakgroep onontbeerlijk is,<br />

wil zij tenminste de belangen der<br />

uitgevers naar behooren kunnen<br />

behartigen.<br />

Verder wordt de inhoud der ingezonden<br />

tijdschriften met zorg<br />

door ons bestudeerd en zijn wij<br />

reeds vele malen in staat geweest<br />

de uitgevers met raadgevingen<br />

en opmerkingen ter zijde te<br />

staan.<br />

Helaas hebben wij moeten constateeren,<br />

dat een, zij het kleine,<br />

categorie uitgevers zich niet aan<br />

de ter zake uitgevaardigde voorschriften<br />

heeft gehouden.<br />

Meestal wordt bij het in gebreke<br />

blijven „vergeten" als verontschuldiging<br />

aangevoerd, zoodat<br />

wij nogmaals met klem er bij U<br />

op aandringen een plaatsje in<br />

Uw adresseersysteem voor de<br />

Vakgroep Tijdschriften in te<br />

ruimen, dit tevens ter voorkoming<br />

van onnoodige correspondentie.<br />

Mocht het uitkomen van Uw<br />

tijdschrift(en) door de een of<br />

andere oorzaak op een later tijdstip<br />

worden gesteld, zoo verzoeken<br />

wij U ons op den datum,<br />

welke normaal als verschijningsdag<br />

zou gelden, van deze frequentie-wijziging<br />

op de hoogte te<br />

stellen, opdat wij hiervan in onze<br />

administratie aanteekening kunnen<br />

maken.<br />

14<br />

EEN KAARTSYSTEEM IS<br />

WAAR<strong>DE</strong>LOOS<br />

indien het niet de juiste en<br />

laatste gegevens bevat,<br />

Voor een doelmatige en snelle<br />

functionneering van Uw Vakgroep<br />

is het in Uw eigen belang<br />

een dringende noodzaak, dat U<br />

haar van alle belangrijke veranderingen,<br />

Uw uitgaven, betreffende,<br />

voortdurend op de hoogte<br />

houdt.<br />

Het is gebleken, dat deze kleine<br />

moeite U later veel correspondentie<br />

en zelfs onaangenaamheden<br />

kan besparen!<br />

NOGMAALS:<br />

CONTROLEERT<br />

UW EXPEDITIE<br />

Wij ontvangen nog al te veel tijd*<br />

schriften in dure, papierverslindende<br />

omslagen, vele zelfs met één, twee<br />

of meer cartons versterkt.<br />

Er zij hier nogmaals uitdrukkelijk op<br />

gewezen, dat het gebruik hiervan niet<br />

is toegestaan.<br />

En men controleere zijn voorraad om<br />

na te gaan, of het voorhanden zijnde<br />

materiaal niet op eenigerlei wijze<br />

kan verwerkt worden.<br />

„GOOSWIL"<br />

OF<br />

„GOODWIL"<br />

De schrijver van het artikel „De<br />

„Gooswil"-reclame verkeerd begrepen"<br />

in no. 1 van „De Pers",<br />

gaf in een noot de toelichting:<br />

„Het woord „gooswil" (Oud-<br />

Nederlandsch) wordt in den laatsten<br />

tijd meer en meer gebruikt<br />

ter vervanging van „goodwill".<br />

Ter voorkoming van eenig misverstand<br />

omtrent beide woorden,<br />

hebben wij de meening van Prol.<br />

Dr. Jan de Vries gevraagd, die<br />

het volgende antwoordde:<br />

„Het behoeft geen lang betoog,<br />

dat het woord Goosw*7-reclame<br />

(aangenomen, dat<br />

dit inderdaad zoo luidt) met<br />

goodwill niets te maken<br />

heeft. Natuurlijk is gooswil,<br />

of eigenlijk juister om gooswil,<br />

een in het Nederlandsch<br />

zeer gebruikelijke samentrekking<br />

van de uitdrukking om<br />

godeswil, gelijk ook de goosof<br />

gospenning ontstaan is uit<br />

god(e)spenning".<br />

<strong>DE</strong> VAKGROEP GAAT VER­<br />

HUIZEN,<br />

Het ligt in de bedoeling, het bureau<br />

van de Vakgroep naar Den<br />

Haag over te brengen, waar niet<br />

alleen de lichamen, waaronder<br />

zij ressorteert (Kultuurkamer en<br />

Persgilde) gevestigd zijn, maar<br />

ook de overheidsinstanties zetelen,<br />

welke het perswezen in Nederland<br />

beheerschen.<br />

Wanneer aan het einde van deze<br />

maand het oude, en voor velen<br />

kan gezegd worden: vertrouwde<br />

huis aan het Damrak wordt verlaten<br />

en de Vakgroep haar intrek<br />

neemt in het gebouw van het<br />

Persgilde in de J. P. Coenstraat<br />

(datum en adres zullen nog nader<br />

worden bekend gemaakt),<br />

dan zullen alle voorwaarden aanwezig<br />

zijn, om zo snel en doelmatig<br />

mogelijk de moeilijkheden<br />

uit den weg te kunnen ruimen,<br />

welke uit de tijdsomstandigheden<br />

en de daaruit weer voortvloeiende<br />

maatregelen en verordeningen<br />

eiken dag opnieuw voor de uitgevers<br />

rijzen; of de richting aan<br />

te geven, waarin een oplossing<br />

van de moeilijkheden moet worden<br />

gezocht.<br />

De Vakgroep zal dan, kortom,<br />

beter dan ooit in staat geacht<br />

worden om haar dienende taak<br />

in het kader van het Persgilde te<br />

vervullen en zij zal zich ook ernstig<br />

ten doel stellen, door het<br />

voortzetten van haar actieve en<br />

nauwgezette behartiging en vertegenwoordiging<br />

van al hetgeen<br />

er aan belangen, wenschen en bezwaren<br />

onder uitgevers en drukkers<br />

van tijdschriften leeft, een<br />

ieders vertrouwen te winnen en<br />

waardig te betoonen.<br />

OPLAGECIJFERS,<br />

Indien U, wanneer U dit leest,<br />

het formulier met de oplagecijfers<br />

van Uw tijdschrift(een) over de<br />

maanden Juli, Augustus en September<br />

nog niet ingevuld aan de<br />

Vakgroep hebt toegezonden, dan<br />

bent U schromelijk in gebreke.<br />

Laat niet de strafbepalingen,<br />

doch het besef van de moeite,<br />

die U Uw eigen Vakgroep veroorzaakt,<br />

een aansporing zijn,<br />

nog heden aan Uw verplichting<br />

in dezen te voldoen.


Vlugger verzending van Periodieken<br />

Wij zijn speciaal ingericht voor het<br />

drukken van periodieken,<br />

hebben een ruime gelegenheid voor postcxpeditie,<br />

terwijl door de ligging van Zeist in<br />

het centrum des lands een snelle postbestelling<br />

en andere expeditie gewaarborgd wordt<br />

DRUKKERIJ UI LONKHUYZEN - ZEIST<br />

MONTAUBANSTRAAT 13 ~ TEL. K 3404/2441<br />

ENVELOPPEN- EN K A N T C O R B O E K E N F A B R I E K<br />

PAPIER- EN SCHRiJFWARENGROOTHAN<strong>DE</strong>L<br />

f<br />

„<strong>DE</strong> SCHAKEL"<br />

RECLAME-, ADVIES- EN ONTWERPBUREAU<br />

SCHIEKA<strong>DE</strong> 79 TEL. 42500 ROTTERDAM<br />

CORVEYS PAPIERGROOTHAN<strong>DE</strong>L<br />

AMSTERDAM<br />

MET VESTIGINGEN TE<br />

ROTTERDAM - <strong>DE</strong>N HAAG - GRONINGEN<br />

UTRECHT - ALMELO<br />

Is steeds bereid zooveel mogelijk<br />

voor U te doen naar de omstandigheden<br />

dit toelaten en wacht<br />

gaarne Uw aanvragen.<br />

Een<br />

Vertrouwd<br />

Adres<br />

voor den aankoop<br />

van Grafische Machines<br />

MAG-LACO<br />

Prins Hendrikkade 34<br />

Amsterdam-C.<br />

WIJ VERTEGENWOORDIGEN <strong>DE</strong> MEEST VOOR­<br />

AANSTAAN<strong>DE</strong> DRUKKERIJ-MACHINEFABRIEKEN<br />

N.V.<br />

<strong>DE</strong> ARBEI<strong>DE</strong>RS<strong>PERS</strong><br />

Afd. Handelsdrukkerij<br />

Speciaal ingericht voor het<br />

drukken van<br />

Periodieken


CLICHES<br />

IN<br />

DRIE EN VIER KLEUREN<br />

ATOTYPIEEN<br />

LIJNCLICHE'S<br />

VOOR BOEK- EN ROTATIEDRUK<br />

IN SPECIAAL PROCÉDÉ<br />

LEVERT<br />

CLICHÉFABRIEK<br />

N.V. <strong>DE</strong> ARBEI<strong>DE</strong>RS<strong>PERS</strong><br />

Modernste speciaal-inrichting<br />

voor het slijpen van<br />

rubberrollen.<br />

Slijpinrichting voor rotatiemessen.<br />

Remaco<br />

9 Afficheering, Film- en Diapositieven-reclame<br />

% Etalages door geheel Nederland<br />

% Bijkantoren in alle belangrijke plaatsen<br />

VRAAGT INLICHTINGEN: HEERENGRACHT 433.<br />

AMSTERDAM — CENTRUM — TEL. 32092 EN 32243<br />

BLA<strong>DE</strong>N<br />

BRANCHES<br />

GRAFICUS:<br />

grafische bedrijven - papierhandel<br />

<strong>DE</strong> KANTOORBOEKHAN<strong>DE</strong>L:<br />

kantoorboekhandel - bureau-machines<br />

ELECTRA:<br />

electrotechnische bedrijven - radio<br />

POPULAIRE<br />

PERIODIEKEN<br />

DRUKKERIJ<br />

LEVISSON N.V.<br />

WIJ LEVEREN NOG STEEDS UIT VOORRAAD:<br />

Rotatie-inkten,<br />

Matrijzen,<br />

Cylinderbek leeding,<br />

Rotatieband,<br />

Ty po plast,<br />

Clichékit,<br />

alsmede alles voor het clichébedrijf<br />

Rotatie- en zetmachinemonteurs steeds ter beschikking!<br />

Deskundige taxatierapporten voor alle doeleinden<br />

SPRINGER J&MÖU[R?<br />

AMSTERDAM C.<br />

Fabriek en loomaal: WARMOESSTRAAT 2-4-6-8 • Postadres: PRINS HENDRIKKA<strong>DE</strong> 48 • TELEFOON 38786 - 35275<br />

JOURNALISTEN, ATTENTIE!<br />

Ook voor den journalist bevat ons blad lectuur, die voor hem van waarde is, zoals blijkt uit dit proefnummer.<br />

Hij zal dus prijs stellen op geregelde toezending. De abonnementsprijs bedraagt f5.— per jaar, franco per<br />

post toegezonden. Opgave van abonnementen kan geschieden aan het adres van de administratie van<br />

,,De Pers", Hekelveld 15, Amsterdam C.<br />

P 108614. Verantwoordelijk voor het redactioneelé gedeelte van den inhoud: J. Learbuch te ' s=Gravenhage. Verant;<br />

woordelijk voor de advertenties: A. H. hammers te Amsterdam. Uitgever en drukker: N.V. De Arbeiderspers.<br />

Hekelveld 15, Amsterdam. K. 113.

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!