Richtlijn Niet-maligne pleuravocht Richtlijn Niet ... - Kwaliteitskoepel

Richtlijn Niet-maligne pleuravocht Richtlijn Niet ... - Kwaliteitskoepel Richtlijn Niet-maligne pleuravocht Richtlijn Niet ... - Kwaliteitskoepel

kwaliteitskoepel.nl
from kwaliteitskoepel.nl More from this publisher
05.09.2013 Views

. PleuRaeffuSieS met onbekende ooRzaak In een retrospectief onderzoek bij 620 patiënten met pleuravocht bleek dat bij slechts 8% geen diagnose was te verkrijgen met pleurapuncties en naaldbiopten. 1 Light geeft in een review aan dat deze groep patiënten zich goed leent voor thoracoscopie. Juist maligne pleurale aandoe- ningen worden door middel van thoracoscopie gediagnostiseerd. Thoracoscopie levert bij benigne pleurale aandoeningen, afgezien van pleuritis tuberculosa, echter zelden een diagnose op. 2 Een prospectief onderzoek bij 394 patiënten toonde aan dat bij 10% geen diagnose kon worden verkregen. De diagnostiek bestond uit pleurapuncties en pleurabiopten maar ook thoracoscopie (37,5%) of thoracotomie (2,5%). 3 Follow-up van deze pleuritiden met onbekende oorzaak liet meestal een spontane regressie zien binnen een maand (87%), bij 32% duurde het meer dan twee maanden voordat een complete resolutie van het pleuravocht werd gezien. Bij een minderheid van 12,5% werd een resolutietijd van vier maanden tot vier jaar vastgesteld. Tijdens follow-up werd een relaps rate van 12,5% vastgesteld. Uiteindelijk werd bij 5% toch nog een maligniteit gevonden. In een recent retrospectief onderzoek werd een follow-up beschreven van 75 patiënten waarbij de thoracoscopie geen diagnose had opgeleverd. Uiteindelijk ontwikkelde 8,3% van deze patiënten een maligniteit. 4 In een review uit 1998 wordt terughoudendheid geadviseerd met invasieve diagnostiek (thora- coscopie) met als argument dat de diagnose tuberculeuze pleuritis wel kan worden gesteld met pleurapuncties en -biopten en dat het vinden van een maligniteit toch geen klinische consequenties heeft. 5 Tegenwoordig is het echter van belang ook van een pleuramaligniteit een diagnose te hebben vanwege de gevolgen voor de keuze van palliatieve chemotherapie, in het geval van mesothelioom eventuele chirurgie en niet in de laatste plaats financiële compensatie. ConCluSieS Niveau 1 Niveau 1 Ongeveer 10% van de analysen van pleuravocht leidt niet tot een diagnose. A1 Ferrer 1996 1 C Kendall 1992 3 Bij het overgrote deel van deze groep treedt spontane regressie op. A1 Ferrer 1996 1 3

4 Niveau 1 Niveau aanbeveling Niveau 4 liteRatuuR Bij minder dan 10% van deze groep blijkt in de follow-up toch sprake van een maligniteit. A1 Ferrer 1996 1 C Venekamp 2005 4 Thoracoscopie is bij negatieve cytologie en negatieve PCR voor tuberculose geïndiceerd. Bij verdenking op pleuritis tuberculosa kan als tussenstap nog een Abrams-biopt worden overwogen. D Mening van dewerkgroep Bij patiënten bij wie na (invasieve) diagnostiek geen diagnose werd verkregen is een afwachtend beleid gerechtvaardigd. 1. Kendall SWH, Bryans AJ, Large SR, Wells FC. Pleural effusions: is thoracoscopy a reliable investigation? A Retrospective review. Respir Med 1992,86:437-40. 2. Light RW. Diseases of the pleura. Editorial review. Curr Opin Pulm Med 1995;1:313-7. 3. Ferrer JS, Muñoz XG, Orriols RM, Light RW, Morell FB. Evolution of Idiopathic Pleural Effusion. Chest 1996; 109:1508-13. 4. Venekamp LN, Velkeniers B, Noppen M. Does “idiopathic pleuritis” exist ? Natural history of non-specificpleuritis diagnosed after thoracoscpy. Respiration 2005;72:74-8. 5. Ansari T, Idell S. Management of undiagnosed persistent pleural effusions. Clin Chest Med 1998 Jun;19(2):407-17.

4<br />

Niveau 1<br />

Niveau<br />

aanbeveling<br />

Niveau 4<br />

liteRatuuR<br />

Bij minder dan 10% van deze groep blijkt in de follow-up toch sprake van<br />

een maligniteit.<br />

A1 Ferrer 1996 1<br />

C Venekamp 2005 4<br />

Thoracoscopie is bij negatieve cytologie en negatieve PCR voor tuberculose<br />

geïndiceerd. Bij verdenking op pleuritis tuberculosa kan als tussenstap nog<br />

een Abrams-biopt worden overwogen.<br />

D Mening van dewerkgroep<br />

Bij patiënten bij wie na (invasieve) diagnostiek geen diagnose werd verkregen<br />

is een afwachtend beleid gerechtvaardigd.<br />

1. Kendall SWH, Bryans AJ, Large SR, Wells FC. Pleural effusions: is thoracoscopy a reliable investigation?<br />

A Retrospective review. Respir Med 1992,86:437-40.<br />

2. Light RW. Diseases of the pleura. Editorial review. Curr Opin Pulm Med 1995;1:313-7.<br />

3. Ferrer JS, Muñoz XG, Orriols RM, Light RW, Morell FB. Evolution of Idiopathic Pleural Effusion. Chest 1996;<br />

109:1508-13.<br />

4. Venekamp LN, Velkeniers B, Noppen M. Does “idiopathic pleuritis” exist ? Natural history of non-specificpleuritis<br />

diagnosed after thoracoscpy. Respiration 2005;72:74-8.<br />

5. Ansari T, Idell S. Management of undiagnosed persistent pleural effusions. Clin Chest Med 1998<br />

Jun;19(2):407-17.

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!