Richtlijn Niet-maligne pleuravocht Richtlijn Niet ... - Kwaliteitskoepel
Richtlijn Niet-maligne pleuravocht Richtlijn Niet ... - Kwaliteitskoepel Richtlijn Niet-maligne pleuravocht Richtlijn Niet ... - Kwaliteitskoepel
ConCluSie Niveau 1 aanbeveling Profylactisch antibioticagebruik gericht tegen Staphylococcus aureus en Streptococcus ssp is geïndiceerd bij de behandeling van hematothorax. A1 Luchette 2000 5 A2 Gonzalez 1998 4 Niveau 1 Start profylactische antibiotica als sprake is van hematothorax. Intrapleurale fibrinolytische therapie Intrapleurale fibrinolytische therapie (IPFT) wordt in diverse niet-gerandomiseerde kleine onderzoeken gerapporteerd. 7-9 Het betreft toediening van streptokinase (250.000 EH) of urokinase (100.000 of 250.000 EH) met sterk wisselende intervallen tussen het ontstaan van de hematothorax en de start van de behandeling (4-165 dagen). De vraag of IPFT eerder dan vier dagen na ontstaan van de hematothorax zou kunnen worden toegediend wordt in de lite- ratuur niet beantwoord. Daarnaast wordt een sterk wisselende duur van behandeling (twee tot negen dagen voor streptokinase en twee tot 15 dagen voor urokinase) gemeld. De resultaten tonen een grote kans op volledige resolutie van stolsels en geloketteerd bloed. Bij minder dan 10% van de patiënten moet worden overgegaan tot decorticatie. Bloedingscomplicaties worden in deze onderzoeken niet waargenomen. In een onderzoek waarbij recombinant tissue plasmonigen activator (rTPA) intrapleuraal werd toegepast bij gecom- pliceerde pleurale effusies ontwikkelde een patiënt een hematurie waarvoor bloedtransfusie nodig was. 10 In de literatuur ontbreken gegevens over de termijn waarin IPFT kan worden toegepast voordat moet worden overgegaan tot een chirurgische interventie, zoals VATS, zonder dat hierbij de kans op langeretermijncomplicaties (door langer bestaande hematothorax) wordt vergroot. ConCluSieS Niveau 3 Intrapleurale fibrinolytische therapie is meestal effectief bij behandeling van hematothorax. De kans op bloedingscomplicaties is nihil. C Moulton 1995 7 , Jerjes-Sanchez 1996 8 , Inci 1996 9 , Skeete 2004 10
Niveau 3 aanbeveling Niveau 3 Intrapleurale fibrinolytische therapie kan worden gestart vanaf vier dagen na het ontstaan van de hematothorax. Over vroegere toediening bestaan geen gegevens. C Inci 1996 9 Bij een stabiele hematothorax waarbij bloedresten of vocht niet door middel van een drain worden geëvacueerd, kan behandeling met intrapleurale fibri- nolytische therapie worden gestart. .4.4 ChiRuRgiSChe benadeRing in tweede inStantie Als thoraxdrainage en IPFT onvoldoende resolutie geven van vochtophopingen is chirurgie te overwegen. VATS Optimale evacuatie van bloedresten en stolsels is belangrijk ter voorkoming van empyeem en fibrothorax. In het algemeen wordt een hoeveelheid van circa 500 ml of een volume van ten minste eenderde van de thorax beschouwd als een indicatie voor operatie. 11-14 Thoraxfoto’s zijn niet accuraat gebleken bij beoordeling van de indicatie voor VATS; CT- onderzoek geeft veel duidelijker aan of en waar zich vochtophopingen bevinden en zou daarom aan de ingreep moeten voorafgaan. 12,15,16 Het blijkt dat de geschatte hoeveelheid vocht met behulp van een CT-scan goed overeen komt met de werkelijke hoeveelheid vocht verkregen met VATS. 16 Prospectief gerandomiseerd onderzoek, bij patiënten met achtergebleven stolsels en bloedresten na drainage, toonde aan dat VATS leidt tot kortere ziekenhuisopnames en uiteindelijk kortere drainagetijd dan het inbrengen van een tweede thoraxdrain. 11 Uit een aantal publicaties betreffende niet-gerandomiseerd onderzoek (zowel pro- als retro- spectief uitgevoerd) bij kleine patiëntengroepen komt naar voren dat VATS minder morbi- diteit geeft en zeer effectief is. 3,13,15,17 De methodiek van therapie-evaluatie werd echter niet beschreven. Intrapleurale fibrinolytische therapie werd in deze onderzoeken niet toegepast of niet vermeld. Herhaaldelijk wordt in de literatuur melding gemaakt van een optimale periode tussen trauma en VATS van 48-72 uur. 12,19 Daarnaast wordt een toenemende kans op complicaties bij een langere tijd tussen het ontstaan van de hematothorax en VATS gemeld. 13,14
- Page 38 and 39: onderzoek waarbij VATS retrospectie
- Page 40 and 41: Figuur 1. Stroomdiagram diagnostiek
- Page 42 and 43: 21. Pine JR, Hollman JL. Elevated p
- Page 44 and 45: 62. Rosenfeldt FL, McGibney D, Brai
- Page 46 and 47: 101. LeMense GP, Strange C, Sahn SA
- Page 48 and 49: Bij chronisch tuberculeus empyeem z
- Page 50 and 51: Door het gebruik van een radiometri
- Page 52 and 53: liteRatuuR 1. Seibert AF, Haynes J,
- Page 54 and 55: 39. Querol JM, Minguez J, Garcia-Sa
- Page 56 and 57: 5. Pleuravocht bij buik- en mediast
- Page 58 and 59: Niveau 4 aanbevelingen Niveau 4 Niv
- Page 60 and 61: aanbevelingen Niveau 3 Niveau 3 lit
- Page 62 and 63: Niveau 3 aanbevelingen Niveau 3 Niv
- Page 64 and 65: Chylus bestaat voornamelijk uit tri
- Page 66 and 67: 6. Marts BC, Naunheim KS, Fiore AC,
- Page 68 and 69: liteRatuuR 1. Thompson AE, Pope JE.
- Page 70 and 71: Histologisch onderzoek van pleurabi
- Page 72 and 73: . SyStemiSChe luPuS eRythematoSuS e
- Page 74 and 75: aanbevelingen Niveau 3 Niveau 3 lit
- Page 76 and 77: . PleuRavoCht bij geneeSmiddelen Ve
- Page 78 and 79: aanbeveling Niveau 4 Het is aan te
- Page 80 and 81: 27. Bunker CB, Sheron N, Maurice PD
- Page 82 and 83: 68. AI-Majed SA. Study of paradoxic
- Page 84 and 85: ConCluSieS Niveau 2 Niveau 1 Niveau
- Page 86 and 87: Een iatrogene hematothorax wordt ge
- Page 90 and 91: ConCluSieS Niveau 3 Niveau 3 Niveau
- Page 92 and 93: liteRatuuR 1. Yeam I, C Sassoon. He
- Page 94 and 95: . PleuRaeffuSieS met onbekende ooRz
- Page 96 and 97: 8. Kwaliteitsindicatoren De gekozen
- Page 98 and 99: 9. Samenvatting van conclusies en a
- Page 100 and 101: 4. infeCtieS in de PleuRaholte ConC
- Page 102 and 103: aanbevelingen Niveau 2 Intrapleural
- Page 104 and 105: ConCluSie Niveau 3 aanbeveling Nive
- Page 106 and 107: . PleuRavoCht bij buik en mediaStin
- Page 108 and 109: ConCluSieS Niveau 4 Niveau 4 aanbev
- Page 110 and 111: Niveau 3 Niveau 3 Niveau 4 aanbevel
- Page 112 and 113: ConCluSieS Niveau 4 Niveau 3 Niveau
- Page 114 and 115: Niveau 3 aanbevelingen Niveau 3 Niv
ConCluSie<br />
Niveau 1<br />
aanbeveling<br />
Profylactisch antibioticagebruik gericht tegen Staphylococcus aureus en<br />
Streptococcus ssp is geïndiceerd bij de behandeling van hematothorax.<br />
A1 Luchette 2000 5<br />
A2 Gonzalez 1998 4<br />
Niveau 1 Start profylactische antibiotica als sprake is van hematothorax.<br />
Intrapleurale fibrinolytische therapie<br />
Intrapleurale fibrinolytische therapie (IPFT) wordt in diverse niet-gerandomiseerde kleine<br />
onderzoeken gerapporteerd. 7-9 Het betreft toediening van streptokinase (250.000 EH) of<br />
urokinase (100.000 of 250.000 EH) met sterk wisselende intervallen tussen het ontstaan van<br />
de hematothorax en de start van de behandeling (4-165 dagen). De vraag of IPFT eerder dan<br />
vier dagen na ontstaan van de hematothorax zou kunnen worden toegediend wordt in de lite-<br />
ratuur niet beantwoord. Daarnaast wordt een sterk wisselende duur van behandeling (twee tot<br />
negen dagen voor streptokinase en twee tot 15 dagen voor urokinase) gemeld.<br />
De resultaten tonen een grote kans op volledige resolutie van stolsels en geloketteerd bloed. Bij<br />
minder dan 10% van de patiënten moet worden overgegaan tot decorticatie.<br />
Bloedingscomplicaties worden in deze onderzoeken niet waargenomen. In een onderzoek<br />
waarbij recombinant tissue plasmonigen activator (rTPA) intrapleuraal werd toegepast bij gecom-<br />
pliceerde pleurale effusies ontwikkelde een patiënt een hematurie waarvoor bloedtransfusie<br />
nodig was. 10<br />
In de literatuur ontbreken gegevens over de termijn waarin IPFT kan worden toegepast voordat<br />
moet worden overgegaan tot een chirurgische interventie, zoals VATS, zonder dat hierbij de kans<br />
op langeretermijncomplicaties (door langer bestaande hematothorax) wordt vergroot.<br />
ConCluSieS<br />
Niveau 3<br />
Intrapleurale fibrinolytische therapie is meestal effectief bij behandeling van<br />
hematothorax. De kans op bloedingscomplicaties is nihil.<br />
C Moulton 1995 7 , Jerjes-Sanchez 1996 8 , Inci 1996 9 , Skeete 2004 10