05.09.2013 Views

Richtlijn Niet-maligne pleuravocht Richtlijn Niet ... - Kwaliteitskoepel

Richtlijn Niet-maligne pleuravocht Richtlijn Niet ... - Kwaliteitskoepel

Richtlijn Niet-maligne pleuravocht Richtlijn Niet ... - Kwaliteitskoepel

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

11. Van der Sluis RF. Subfrenisch abcess. Surg Gynecol Obstet 1984;158:427-30.<br />

12. Miller TA, Lindenauer SM, Frey CF, et al. Pancreatic abcess. Arch Surg 1974;108:545-51.<br />

13. Jonhson JF, Raff MJ, Barnwell PA, et al. Splenic abcess complicating infectious endocarditis. Arch Intern Med<br />

1983;143:906-12.<br />

14. Rubin RH, Swartz MN, Malt R. Hepatic abcess: changes in clinical bacteriological and therapeuric aspects.<br />

Am J Med 1974;57:601-10.<br />

15. Lankisch PG. A new negative prognostic parameter for acute pancreatitis. Am J Gastroenterol 1994;89:1849-51.<br />

16. Rockey DC, Cello JP. Pancreaticopleural fistula: Report of 7 patients and review of the literature. Medicine<br />

1990;60:332-44.<br />

17. Cameron JL, Kieffer RS, Stanley JC. Internal pancreatic fistulas: pancreatic ascites and pleural effusions.<br />

Ann Surg 1976;184:587-93.<br />

18. Lipsett PA, Cameron JL. Internal pancreatic fistula. Am J Surg 1992;163:216-20.<br />

.2 PleuRavoCht na abdominale oPeRatieS<br />

Postoperatief <strong>pleuravocht</strong> is een van de mogelijke complicaties na buikchirurgie. Er zijn tot<br />

op heden maar enkele onderzoeken naar <strong>pleuravocht</strong> na buikchirurgie verricht; de meeste<br />

onderzoeken betreffen postoperatieve pulmonale complicaties, waarbij zijdelings postoperatief<br />

<strong>pleuravocht</strong> wordt beschreven. 1-8 De incidentie verschilt sterk: oudere onderzoeken vermelden<br />

percentages van kleiner dan 1%, terwijl recentere onderzoeken 49-70% rapporteren. Deze<br />

verschillen zijn voornamelijk terug te voeren naar de onderzoeksopzet. Zo werden bij de<br />

oudere onderzoeken met de laagste percentages geen routinematige postoperatieve thorax-<br />

foto’s gemaakt, terwijl bij de recentere onderzoeken laterale decubitusfoto’s werden gemaakt<br />

of pre- en postoperatieve foto’s werden vergeleken. 5-8 Deze latere onderzoeken geven dus een<br />

representatiever beeld van de incidentie van postoperatief <strong>pleuravocht</strong> na buikchirurgie.<br />

Oorzaken voor postoperatief <strong>pleuravocht</strong> na buikchirurgie zijn pancreatitis, perioperatieve<br />

hypervolemie, atelectase, subfrenisch abces, longembolie en vocht in de buik. 7<br />

Een expectatief beleid is geoorloofd bij patiënten met postoperatief <strong>pleuravocht</strong>, in de twee<br />

eerder genoemde onderzoeken resorbeerde het <strong>pleuravocht</strong> spontaan bij de meeste patiënten. 7,8<br />

Bij grote hoeveelheden vocht is drainage geïndiceerd en bij onzekerheid over de diagnose of<br />

verdenking op empyeem een diagnostische pleurapunctie. 7<br />

ConCluSie<br />

Niveau 3<br />

Postoperatief <strong>pleuravocht</strong> na buikchirurgie komt frequent voor en resorbeert<br />

meestal spontaan.<br />

C Light 1976 7 , Nielsen 1989 8

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!