Bouwstenen voor een krachtige leeromgeving - MBO diensten
Bouwstenen voor een krachtige leeromgeving - MBO diensten
Bouwstenen voor een krachtige leeromgeving - MBO diensten
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
<strong>Bouwstenen</strong><br />
<strong>voor</strong> <strong>een</strong> <strong>krachtige</strong><br />
<strong>leeromgeving</strong><br />
Hier hoort<br />
het Inspiratiespel<br />
Dit spel<br />
lostrekken, spelen<br />
en daarna weer<br />
bevestigen<br />
1
<strong>Bouwstenen</strong><br />
<strong>voor</strong> <strong>een</strong> <strong>krachtige</strong><br />
<strong>leeromgeving</strong>
Inhoud<br />
Voorwoord 5<br />
1 Loopbaanleren in <strong>een</strong> <strong>krachtige</strong> <strong>leeromgeving</strong> 6<br />
2 De bouwstenen van <strong>een</strong> <strong>krachtige</strong> <strong>leeromgeving</strong> 10<br />
3 Inspirerende praktijk<strong>voor</strong>beelden 18<br />
4 Bronnen 28<br />
Bijlage: Ontwikkelformat Krachtige Leeromgeving 29<br />
Digitale toolbox<br />
Een theoretisch kader dat gebruikt is bij het ontwikkelen van het format<br />
en het bijbehorende Inspiratiespel zit in de digitale toolbox van LOB.<br />
Deze is te vinden op www.mbo<strong>diensten</strong>.nl/lob/toolbox/praktijkleren.<br />
Hier kun je ook o.a. het Ontwikkelformat downloaden.
Voorwoord<br />
Binnen het middelbaar beroepsonderwijs wordt al jarenlang gewerkt aan verschillende<br />
vormen van werkplekleren. De werkgroep Praktijkleren LOB heeft deze<br />
ervaringen en de eigen ervaringen als uitgangspunt genomen bij het ontwikkelen<br />
van <strong>een</strong> nieuw product <strong>voor</strong> werkplekleren en loopbaanoriëntatie.<br />
Uit diverse onderzoeken is gebleken dat het verwerven van loopbaancompetenties<br />
het beste in <strong>een</strong> <strong>krachtige</strong> <strong>leeromgeving</strong> kan plaatsvinden. Hoe je bestaande <strong>leeromgeving</strong>en<br />
kunt evalueren en aan welke <strong>voor</strong>waarden nieuwe omgevingen moeten<br />
voldoen, lees je in deze publicatie. Je krijgt uitleg over hoe je met het Ontwikkelformat<br />
Krachtige Leeromgeving en het bijbehorende Inspiratiespel stap <strong>voor</strong> stap<br />
kunt zorgen <strong>voor</strong> <strong>een</strong> omgeving die inspireert tot leren, werken en kiezen.<br />
Wil je meer weten of extra achtergrondinformatie, dan kun je terecht op de website<br />
van <strong>MBO</strong> Diensten, project LOB. Daar vind je onder meer het theoretisch kader dat<br />
gebruikt is bij het ontwikkelen van het format en het bijbehorende Inspiratiespel.<br />
Verder staat in deze publicatie <strong>een</strong> lijst met de belangrijkste geraadpleegde bronnen.<br />
We wensen je succes bij het inrichten van het praktijkleren. En veel leesplezier,<br />
natuurlijk!<br />
Namens de werkgroep,<br />
Liesbeth Ruinemans, kartrekker<br />
5
1 Loopbaanleren in <strong>een</strong><br />
<strong>krachtige</strong> <strong>leeromgeving</strong><br />
In dit hoofdstuk krijg je – kort – wat theorie. Wat is loopbaanleren/praktijkleren? En<br />
waarom kan dit het beste plaatsvinden in <strong>een</strong> <strong>krachtige</strong> <strong>leeromgeving</strong>?<br />
Vijf loopbaancompetenties<br />
Wanneer over praktijkleren (ook wel werkplekleren genoemd) gesproken wordt, gaat<br />
het impliciet ook altijd over loopbaanleren. Dit loopbaanleren zie je heel concreet<br />
terug in het leren in de praktijk en is gebaseerd op oriëntatie door de student aan de<br />
hand van vijf loopbaancompetenties (zoals opgesteld door Marinka Kuijpers):<br />
• Capaciteitenreflectie: over welke capaciteiten beschik ik?<br />
• Motievenreflectie: passen deze capaciteiten bij wat ik <strong>voor</strong> ogen heb en bij mijn<br />
eigen drijfveren/waarden?<br />
• Werkexploratie: welk soort werk past bij mijn wensen/waarden en wat zijn op<br />
termijn eventuele toekomstmogelijkheden?<br />
• Loopbaansturing: hoe geef ik vorm aan mijn loopbaan om het bovenstaande te<br />
bereiken? Welke zaken moet ik mij nog eigen maken wat leer en/of werkproces<br />
betreft?<br />
• Netwerken: hoe bouw ik binnen mijn werkgebied contacten of <strong>een</strong> netwerk op,<br />
gericht op <strong>een</strong> baan of verdere loopbaangerichte ontwikkeling?<br />
Een <strong>krachtige</strong> <strong>leeromgeving</strong><br />
Een student kan de vijf loopbaancompetenties het beste verwerven in <strong>een</strong> <strong>krachtige</strong><br />
<strong>leeromgeving</strong>. Een dergelijke omgeving combineert immers het opdoen van<br />
ervaringen in <strong>een</strong> complexe praktijksituatie met de mogelijkheid om deze ervaringen<br />
door middel van methodische reflectie in <strong>een</strong> (theoretisch) kader te plaatsen. De<br />
praktijksituatie is <strong>een</strong> echte werksituatie of benadert deze in <strong>een</strong> simulatieomgeving.<br />
In alle gevallen vertegenwoordigt de praktijksituatie de rijkdom en complexiteit van<br />
de beroepssituatie waar<strong>voor</strong> de student wordt opgeleid en daagt deze uit om in die<br />
situatie direct en intuïtief te handelen. Dit handelen is het onderwerp van de methodische<br />
reflectie.<br />
Een <strong>krachtige</strong> <strong>leeromgeving</strong> bestaat dus uit twee delen: praktijk en theorie. Waarbij<br />
de theorie wordt gebruikt om de praktijkervaringen te toetsen en <strong>een</strong> plek te geven.<br />
Reflectie vormt daarbij de verbindende factor.<br />
6
Uitgangspunten<br />
Een <strong>krachtige</strong> <strong>leeromgeving</strong> is gebaseerd op de volgende drie uitgangspunten:<br />
1 Praktijkgestuurd leren<br />
Het leren is praktijkgestuurd en plaatsgebonden en wordt vormgegeven door drie<br />
partners: opleiding, bedrijf en student. Het kwalificatiedossier vormt de basis, de<br />
praktijksetting zorgt <strong>voor</strong> de specifieke inkleuring.<br />
2 Van sturing naar zelfsturing<br />
De student krijgt door het werken in de opleiding en in de praktijk <strong>een</strong> duidelijk beeld<br />
van de persoon die hij is, de persoon die hij wil worden en het soort werk en de<br />
werkomgeving die daar bij aansluiten (loopbaancompetenties). Dit betekent dat hij<br />
naarmate de opleiding vordert, meer invloed uit moet kunnen oefenen op de inhoud<br />
en het verloop van de eigen studieloopbaan. Van sturing naar zelfsturing, dus.<br />
3 Combineren van twee leerprocessen via begeleide reflectie<br />
Een student die leert, heeft te maken met twee parallel lopende leerprocessen: het<br />
leren op school en in de praktijk. Voor de student zijn dit twee totaal verschillende<br />
werelden. Het leren op school en in de praktijk is zowel georganiseerd en beoogd<br />
(formeel) als terloops en toevallig (informeel). In het verklarend leren wordt expertise<br />
opgebouwd door te werken aan vakkennis en vakvaardigheid. Bij het ervaringsleren<br />
wordt praktijkrepertoire opgebouwd door te werken aan teamroutine en<br />
zelfredzaamheid. Studenten hebben zowel expertise als praktijkrepertoire nodig om<br />
te kunnen omgaan met onzekerheden en veranderingen. Reflectie door middel van<br />
dialoog of trialoog is de verbindende kracht tussen verklarend leren en ervaringsleren.<br />
Uitdaging<br />
Het laatste betekent <strong>een</strong> forse uitdaging <strong>voor</strong> de opleidingen. Zij moeten <strong>een</strong> manier<br />
vinden om aan de hand van de belevenissen die <strong>een</strong> student opdoet in de praktijk,<br />
de student te laten reflecteren op het geleerde. Leervragen die de student tijdens<br />
het praktijkleren formuleert, moeten op enig moment worden geordend en aangevuld.<br />
Dat kan in de praktijk of op school plaatsvinden. Goede afspraken hierover zijn<br />
belangrijk. Deze manier van werken stelt de student in staat expertise en pratijkrepertoire<br />
te integreren, met als gevolg dat hij uiteindelijk het doel van de beide<br />
leerprocessen – het ontwikkelen van oordeelsvermogen – realiseert.<br />
7
Ervaringsleren<br />
Verklarend leren<br />
Hulpmiddelen <strong>voor</strong> <strong>een</strong> <strong>krachtige</strong> <strong>leeromgeving</strong><br />
Hoe weet je of bestaande <strong>leeromgeving</strong>en krachtig zijn? Hoe bouw je nieuwe<br />
<strong>krachtige</strong> omgevingen? Hoe zorg je er met andere woorden <strong>voor</strong> dat je over twee,<br />
drie jaar nog steeds <strong>een</strong> <strong>leeromgeving</strong> hebt die <strong>een</strong> meerwaarde biedt <strong>voor</strong> school,<br />
bedrijf en student?<br />
Om die vragen te beantwoorden is er het Ontwikkelformat Krachtige Leeromgevingen<br />
en het bijbehorende Inspiratiespel ontworpen. Twee instrumenten die je<br />
helpen de juiste beslissingen te nemen en de juiste bouwstenen te vinden <strong>voor</strong> <strong>een</strong><br />
<strong>krachtige</strong> <strong>leeromgeving</strong>.<br />
Het Ontwikkelformat en de LOB-scan<br />
Het Ontwikkelformat Krachtige Leeromgeving is gebaseerd op de zogeheten ‘LOBscan<br />
<strong>voor</strong> mbo’. Deze LOBscan (zie de afbeelding op pagina 9) is <strong>een</strong> handig en<br />
inspirerend hulpmiddel om <strong>een</strong> visie op LOB te formuleren, beleid op te stellen en<br />
<strong>een</strong> implementatieplan <strong>voor</strong> LOB te ontwikkelen.<br />
De LOBscan bestaat uit vier pijlers (Visie & Beleid, Ontwikkeling & Begeleiding,<br />
Organisatie en Samenwerking). Binnen deze pijlers komen in totaal elf onderdelen<br />
aan de orde die het gehele spectrum van LOB bekleden. Bij ieder onderdeel zijn verschillende<br />
stellingen geformuleerd. De bedoeling is om aan te geven in hoeverre <strong>een</strong><br />
bepaalde stelling volgens jou van toepassing is op jouw onderwijsinstelling (meer<br />
informatie over de LOBscan kun je vinden op de website van <strong>MBO</strong> Diensten).<br />
Het Ontwikkelformat vormt feitelijk <strong>een</strong> uitbreiding op deze LOBscan op de volgende<br />
drie punten:<br />
1 De inrichting van de <strong>leeromgeving</strong> en de pedagogischdidactische en coachingsvaardigheden<br />
moeten <strong>voor</strong> <strong>een</strong> <strong>krachtige</strong> <strong>leeromgeving</strong> gecombineerd worden<br />
met duurzame samenwerking met bedrijven.<br />
8<br />
Praktijkleren Leren op school<br />
Belevenissen<br />
Praktijkrepertoire<br />
Fragmenten<br />
Expertise<br />
Doorvragen tot<br />
Leervragen<br />
Ordenen en<br />
Aanvullen<br />
Oordeelsvermogen
2 Het is van belang om de economische risico’s bij <strong>een</strong> praktische <strong>leeromgeving</strong><br />
zorgvuldig in kaart te brengen en te delen met zakelijke partners en alert te zijn op<br />
de noodzakelijke waterscheiding tussen publieke en private middelen.<br />
3 Het is <strong>voor</strong> de effectiviteit van de <strong>leeromgeving</strong>en noodzakelijk dat ze zijn ingebed<br />
in <strong>een</strong> netwerk van zowel betrokken opleidingen als betrokken bedrijven. Een <strong>leeromgeving</strong><br />
is pas effectief als opleidingen, bedrijven en studenten <strong>een</strong> leergem<strong>een</strong>schap<br />
vormen.<br />
In het volgende hoofdstuk lees je hoe je met het Ontwikkelformat stap <strong>voor</strong> stap<br />
kunt controleren of <strong>een</strong> bestaande <strong>leeromgeving</strong> of <strong>een</strong> nieuw te ontwikkelen <strong>leeromgeving</strong><br />
ook in de toekomst brengt wat je ervan verwacht.<br />
Bij dit format hoort het zogeheten Inspiratiespel LOB in de Krachtige Leeromgeving.<br />
Met dit Inspiratiespel kun je met je teamleden snel de wensen, vereisten en mogelijkheden<br />
van <strong>een</strong> praktijkleersituatie in kaart te brengen. Je overlegt gezamenlijk wat<br />
de bouwstenen moeten zijn <strong>voor</strong> <strong>een</strong> <strong>krachtige</strong> <strong>leeromgeving</strong>. De antwoorden kun je<br />
m<strong>een</strong>emen in het Ontwikkelformat Krachtige Leeromgeving. De speelkaarten en de<br />
spelregels van het Inspiratiespel vind je in het doosje dat bij deze publicatie hoort.<br />
9
2 De bouwstenen van <strong>een</strong><br />
<strong>krachtige</strong> <strong>leeromgeving</strong><br />
In het vorige hoofdstuk heb je kunnen lezen waarom <strong>een</strong> <strong>krachtige</strong> <strong>leeromgeving</strong><br />
<strong>een</strong> effectieve bijdrage kan leveren aan loopbaanleren. In dit hoofdstuk zie je hoe je<br />
stap <strong>voor</strong> stap met het Ontwikkelformat Krachtige Leeromgeving en het Inspiratiespel<br />
kunt bouwen aan <strong>een</strong> <strong>krachtige</strong> <strong>leeromgeving</strong>. Het format kun je downloaden<br />
op www.mbo<strong>diensten</strong>.nl/LOB/toolbox/praktijkleren. In de bijlage van deze publicatie<br />
kun je zien hoe het format eruit ziet.<br />
Met het format en het Inspiratiespel kun je alle aspecten van <strong>een</strong> succesvolle praktijkleersituatie<br />
in beeld brengen. Deze bouwstenen zijn ondergebracht in acht aandachtsgebieden,<br />
die je ook terugvindt in het Ontwikkelformat en het Inspiratiespel:<br />
• Inrichting & Organisatie<br />
• Middelen & Mogelijkheden<br />
• Pedagogisch-didactische uitgangspunten<br />
• Loopbaanbegeleiding via reflectie; individueel, dialoog en trialoog<br />
• Leeromgeving<br />
• Leer- en bedrijfsopdrachten<br />
• Leer<strong>voor</strong>keuren/denkgewoontes<br />
• Moeilijke vraagstukken<br />
De aandachtsgebieden komen hieronder aan bod. Bij elk gebied lees je waaraan je<br />
moet denken om de <strong>leeromgeving</strong> zo krachtig mogelijk te maken. Met deze informatie<br />
kun je het format invullen. Doe je dit na het spelen van het Inspiratiespel, dan<br />
kun je alle wensen, vereisten en mogelijkheden van de praktijkleersituatie in kaart<br />
brengen.<br />
Aandachtsgebied 1: Inrichting & Organisatie<br />
Bezint eer ge begint!<br />
Er zijn drie vragen die je ontwikkelteam als eerste moet beantwoorden, alvorens aan<br />
de slag te gaan met de <strong>krachtige</strong> <strong>leeromgeving</strong>. Want all<strong>een</strong> als je de antwoorden op<br />
onderstaande vragen hebt, kun je <strong>een</strong> inschatting maken of je over twee, drie jaar<br />
nog steeds blij bent met je <strong>leeromgeving</strong>:<br />
10
1 Wat kost het om <strong>een</strong> leerwerk<strong>voor</strong>ziening op te zetten?<br />
Denk daarbij aan de kosten van het gebouw, van de inrichting en van de bezetting<br />
ten opzichte van het verwachte gebruik.<br />
2 Met wie kan ik deze kosten delen? Wie investeert er mee? Wie geeft er (kosten)dekkende<br />
opdrachten?<br />
Door het aangaan van partnerschappen en het samen exploiteren van <strong>een</strong> leergem<strong>een</strong>schap<br />
verdeel je ook de kosten (en de risico’s).<br />
3 Hoe denk ik de <strong>voor</strong>ziening te gebruiken?<br />
Wordt de <strong>leeromgeving</strong> incidenteel gebruikt als we <strong>een</strong> bruikbaar project hebben<br />
of als er <strong>een</strong> cursorische activiteit wordt gevraagd of structureel, als onderdeel van<br />
opleidingen die daar kunnen oefenen? Wat betekent dit gebruik <strong>voor</strong> de druk op het<br />
gebruik van onderhouds en exploitatiekosten (inclusief personeel)?<br />
Kijk eerst of je bij <strong>een</strong> bestaande <strong>leeromgeving</strong> kunt aansluiten<br />
Het ontwikkelen van <strong>een</strong> nieuwe <strong>leeromgeving</strong> vergt vaak <strong>een</strong> flinke investering.<br />
Soms hangt er zelfs <strong>een</strong> economisch risico aan. Kijk dus eerst of er alternatieven<br />
zijn <strong>voor</strong> het zelf ontwikkelen. Het verdient de <strong>voor</strong>keur aansluiting te zoeken bij<br />
bestaande activiteiten van bedrijven in je regio. Het loont ook de moeite om zakelijke<br />
partners te vinden. Een <strong>krachtige</strong> <strong>leeromgeving</strong> die economisch en bedrijfsmatig rendabel<br />
moet zijn (hotel/productieomgeving/restaurant) is over het algem<strong>een</strong> te groot<br />
<strong>voor</strong> <strong>een</strong> onderwijsorganisatie.<br />
Maak <strong>een</strong> gedegen risicoanalyse<br />
Laat de overweging of je wilt investeren in <strong>een</strong> <strong>krachtige</strong> <strong>leeromgeving</strong> afhangen van<br />
<strong>een</strong> gedegen risicoanalyse. Daarmee breng je mogelijk negatieve budgettaire gevolgen<br />
in kaart. Deel deze risico’s met eventuele zakelijke partners. Wees ook alert op<br />
de noodzakelijke waterscheiding tussen publieke en private middelen.<br />
Veranker de activiteit in de visie van het CvB<br />
Hoe groter het draagvlak, hoe meer kans op succes. Het bestuur moet volledig achter<br />
de beslissing staan om <strong>een</strong> <strong>leeromgeving</strong> te ontwikkelen. Gezien de mogelijke<br />
risico’s is het belangrijk om de besluitvorming zo hoog mogelijk in de organisatie te<br />
laten plaatsvinden.<br />
Investeer in duurzame samenwerking<br />
Het optimale recept <strong>voor</strong> praktijkleren is comakership. Bedrijf en opleiding leiden<br />
gezamenlijk op en leren van en met elkaar. Ga daarom de dialoog aan met leerbedrijven<br />
over de inhoud, organisatie en inrichting van de leerwerkplek. Maak afspraken<br />
over de inrichting van het leerproces, de <strong>voor</strong>tgangsbewaking en de communicatie<br />
(continue afstemming) tussen opleiding, bedrijf en student. Zorg er <strong>voor</strong> dat er <strong>een</strong><br />
gezamenlijke ideologie is, gestoeld op maatschappelijke betrokkenheid, trots, ondernemerschap<br />
en het benutten van talent. Creëer <strong>een</strong> sfeer van wederzijds vertrou<br />
11
wen, waarin iedere betrokkene zijn verantwoordelijkheid kent en neemt. Denk met<br />
elkaar mee en ontwikkel nieuwe, gezamenlijke concepten. Zie <strong>voor</strong>al mogelijkheden.<br />
Stimuleer onderlinge uitwisseling van expertise.<br />
Vorm <strong>een</strong> leergem<strong>een</strong>schap<br />
Het is <strong>voor</strong> de effectiviteit van de <strong>leeromgeving</strong>en noodzakelijk dat ze zijn ingebed in<br />
<strong>een</strong> netwerk van zowel betrokken opleidingen als betrokken bedrijven. Een <strong>leeromgeving</strong><br />
is pas effectief als opleidingen, bedrijven en studenten <strong>een</strong> leergem<strong>een</strong>schap<br />
vormen.<br />
Aandachtsgebied 2: Middelen & Mogelijkheden<br />
Investeer met name in het begin in elkaar als partner. Dit levert op termijn veel profijt<br />
op. Zeker als je de volgende doelen nastreeft:<br />
• Bedrijf en onderwijsinstelling accepteren bedrijfsrisico op basis van afspraken.<br />
• Bedrijf en onderwijsinstelling creëren <strong>een</strong> win-winsituatie.<br />
• Inzet is uiteindelijk tenminste budgettair neutraal.<br />
• Opleiding, bedrijfsleven en studenten werken samen op één locatie.<br />
• Schaalgrootte en continuïteit van op te leiden studenten in <strong>een</strong> <strong>krachtige</strong> <strong>leeromgeving</strong><br />
is rendabel gezien de bedrijfsvoering van de opleiding en het bedrijf.<br />
Breng alle kosten in kaart<br />
Dit kwam al eerder onder de aandacht bij ‘Inrichting en Organisatie’ (‘Bezint eer ge<br />
begint’). Een cruciaal onderdeel <strong>voor</strong> het slagen van de <strong>leeromgeving</strong>. Zorg er dus<br />
<strong>voor</strong> dat je <strong>voor</strong>af de kosten raamt als het gaat om het gebouw, de inrichting, het<br />
onderhoud en de exploitatie (inclusief de personeelsbezetting).<br />
Aandachtsgebied 3: Pedagogisch didactische uitgangspunten<br />
Er zijn drie pijlers <strong>voor</strong> pedagogisch didactische aanpak:<br />
1 perspectief/ambitie van de student<br />
2 uitdaging, waardering en aandacht door het leerbedrijf<br />
3 uitdaging, waardering en aandacht door school<br />
Dit leidt tot de volgende belangrijke <strong>voor</strong>waarden:<br />
Zorg er<strong>voor</strong> dat je docenten de praktijk goed kennen...<br />
Leraren die procedurele leerprocessen begeleiden moeten studenten vanuit verschillende<br />
rollen kunnen aanspreken (helpen, sturen, trainen en instrueren). Dit vergt<br />
kennis van reconstructie van belevenissen van studenten in praktische situaties,<br />
12
persoonlijke ervaring in die praktische situaties en kennis van het curriculum van de<br />
opleiding. Investeren in deze kennis levert op termijn veel profijt op.<br />
… en zorg er<strong>voor</strong> dat praktijkbegeleiders, opleiders en studenten bekend zijn<br />
met de kerntaken en werkprocessen uit het kwalificatiedossier.<br />
Laat docenten werken in teamverband<br />
Docenten werken per definitie in teamverband, het liefst samen met het leerwerkbedrijf.<br />
Belangrijk hierbij is dat de docenten als team verantwoordelijk gemaakt worden<br />
<strong>voor</strong> het leerresultaat. Er moet onderlinge afstemming zijn met het curriculum en de<br />
uitvoering daarvan, inclusief begeleiding.<br />
Fouten maken mag!<br />
Van fouten leer je ontzettend veel. Zo is er de growth mindset (Dweck), <strong>een</strong> op praktijkonderzoek<br />
gebaseerde theorie die onderscheid maakt tussen twee tegengestelde<br />
manieren van leren. In de eerste (fixed mindset) gaat <strong>een</strong> student ervan uit dat alles<br />
wat hij kan vastligt. Doordat de student <strong>voor</strong>tdurend wordt geprezen om wat hij doet<br />
en bereikt, pakt deze g<strong>een</strong> prikkels op om te leren en verdraagt g<strong>een</strong> kritiek. In de<br />
growth mindset wordt elke student <strong>voor</strong>tdurend geprikkeld om nieuwe manieren van<br />
leren en nieuwe oplossingen te bedenken. Kritiek stimuleert, leren wordt <strong>een</strong> <strong>voor</strong>tdurend<br />
plezier en <strong>een</strong> continue uitdaging. Gevolg: studenten benutten hun potentieel<br />
en presteren steeds beter. Er is overigens g<strong>een</strong> bovengrens aan het leren.<br />
Aandachtsgebied 4: Loopbaanbegeleiding via reflectie;<br />
individueel, dialoog en trialoog<br />
Het doel is om de studenten van sturing naar zelfsturing te brengen. Daarbij helpt<br />
het volgende:<br />
Lever maatwerk aan studenten<br />
Pas de opleiding aan aan de mogelijkheden van de student. Sluit aan bij diens beginsituatie<br />
en zorg <strong>voor</strong> <strong>een</strong> match tussen de <strong>voor</strong>keur en de mogelijkheden van de<br />
student en de mogelijkheden van het bedrijf.<br />
Zorg <strong>voor</strong> levensechte bedrijfsopdrachten die studenten (en docenten)<br />
noodzaken te communiceren<br />
Het hangt van de aard van de levensechte opdracht af in hoeverre studenten/docenten<br />
met alle partijen moeten communiceren. Ze reflecteren hierbij continue op hun<br />
eigen handelen: <strong>een</strong> <strong>voor</strong>waarde <strong>voor</strong> zelfsturing.<br />
13
Train docenten en praktijkbegeleiders in loopbaanbegeleiding en<br />
reflectiegesprekken<br />
De onderwijsinstelling heeft <strong>een</strong> wettelijke verantwoordelijkheid als het gaat om <strong>een</strong><br />
goede begeleiding van duaal leren. Deze methodische en resultaatgerichte begeleiding<br />
op de werkplek, van student (dialoog) en student en begeleider (trialoog) door<br />
de opleiding is het fundament <strong>voor</strong> succesvol leren van de student. Reflectiegesprekken<br />
worden daarbij ingezet <strong>voor</strong> verdieping en integratie van ervaringen uit de<br />
praktijk. Reflectie is <strong>een</strong> middel om belevenissen vanuit de praktijk om te zetten in<br />
leervragen ten aanzien van theorie en/of praktijk. Verklarend leren en ervaringsleren<br />
worden op deze manier met elkaar verbonden. Zo wordt reflectie g<strong>een</strong> doel op zich,<br />
maar staat het ten dienste van het geïntegreerde leren.<br />
Maak afspraken tussen opleiding en bedrijf over loopbaanbegeleiding<br />
Let daarbij op aspecten als inhoud, frequentie, methodiek en eventueel te volgen<br />
professionaliseringsactiviteiten.<br />
14<br />
Vakkennis<br />
Weten hoe het zit<br />
Teamroutine<br />
Kunnen samenwerken<br />
Expertise<br />
Vakvaardigheid<br />
De uitvoering beheersen<br />
Reflectie<br />
Erover kunnen<br />
praten<br />
Redzaamheid<br />
Juiste keuzes kunnen<br />
Praktijkrepertoire<br />
Besteed ook aandacht in de begeleiding <strong>voor</strong> netwerken<br />
Leren bouwen aan netwerken is immers leren bouwen aan het eigen loopbaanperspectief.<br />
Aandachtsgebied 5: Leeromgeving<br />
Maak natuurlijke koppelingen tussen theorie en praktijk<br />
Sla steeds <strong>een</strong> brug tussen theorie en praktijk, met reflectie als verbindende factor.<br />
Zorg er wel <strong>voor</strong> dat de samenwerking tussen opleiding en bedrijf concreet en controleerbaar<br />
wordt vormgegeven. Stel <strong>een</strong> gezamenlijke kwaliteitsagenda op.
Zorg er<strong>voor</strong> dat de student in het bedrijf blijvend wordt gezien als lerende<br />
Het is goed om <strong>een</strong> student deel uit te laten maken van <strong>een</strong> arbeidsorganisatie.<br />
Dompel hem onder in de echte praktijk die leidt tot levensechte, uitdagende ervaringen.<br />
Maar hoe reëel de <strong>leeromgeving</strong> ook is, het blijft <strong>een</strong> <strong>leeromgeving</strong>. Daarom is<br />
het ontwikkelingsgericht klimaat van het bedrijf net zo belangrijk als aanwezige kennis<br />
en kunde. Studenten moeten in dat klimaat <strong>voor</strong>tdurend als lerende behandeld<br />
worden, niet als werknemer.<br />
Daag studenten uit<br />
Zorg <strong>voor</strong> uitdagend onderwijs en leg de lat steeds hoger. Dit stimuleert de student<br />
om het beste uit zichzelf te halen en boven zichzelf uit te stijgen.<br />
Laat studenten van en met elkaar leren<br />
Zeker als je studenten van verschillende leerjaren samenbrengt, krijg je <strong>een</strong> leergem<strong>een</strong>schap<br />
met meerwaarde.<br />
Investeer in instrumenten <strong>voor</strong> beoordelen en kwalificeren<br />
Aandachtsgebied 6: Leer- en bedrijfsopdrachten<br />
De opleiding en het bedrijf geven veel verantwoordelijkheid aan studenten door hen<br />
leer en bedrijfsopdrachten te laten uitvoeren (budgettair, inhoudelijk, innovatief,<br />
operationeel), die steeds gekoppeld zijn aan de eisen van het kwalificatiedossier. Ze<br />
krijgen daarbij ontwikkelingsgerichte begeleiding. Daarbij helpt het volgende:<br />
Construeer leer- en bedrijfsopdrachten op basis van levensechte werksituaties<br />
Echte bedrijfsopdrachten zorgen <strong>voor</strong> uitermate gedreven, gemotiveerde en verantwoordelijke<br />
studenten die bovengemiddeld presteren (hoog onderwijsrendement).<br />
Ze zien zelf hoe zij zich kunnen verbeteren en leren mee te denken binnen bedrijfsmatige<br />
kaders.<br />
Voer de opdrachten uit in de praktijk<br />
Leren in <strong>een</strong> bedrijf biedt de student unieke mogelijkheden om binnen het bedrijf<br />
specialistische kennis en vaardigheden op te doen met betrekking tot de nieuwste<br />
ontwikkelingen, bij<strong>voor</strong>beeld nieuwe methodieken, productontwikkeling als ook het<br />
werken met de nieuwste apparatuur.<br />
… of in <strong>een</strong> trainingsomgeving<br />
Een alternatief vormt de uitdagende opdracht in <strong>een</strong> trainingsomgeving die <strong>een</strong><br />
werk en productieproces simuleert. Zorg er wel <strong>voor</strong> dat ook deze gesimuleerde<br />
opdrachten beoordeeld kunnen worden op relevantie <strong>voor</strong> de opleiding en praktische<br />
bruikbaarheid <strong>voor</strong> het bedrijf.<br />
15
Aandachtsgebied 7: Leer<strong>voor</strong>keuren/denkgewoontes<br />
Houd rekening met de leer<strong>voor</strong>keuren en de denkgewoonten van de studenten<br />
Niet iedere student leert op dezelfde manier. Een open deur. Maar wel <strong>een</strong> waarmee<br />
je ook bij het ontwikkelen van <strong>een</strong> <strong>leeromgeving</strong> rekening moet houden. Manon<br />
Ruijters en Robert Jan Simons inventariseerden de volgende leer<strong>voor</strong>keuren en<br />
denkgewoonten.<br />
Leer<strong>voor</strong>keuren<br />
• kunst afkijken, in de praktijk<br />
• participeren, samen met anderen<br />
• kennis verwerven, objectieve kennis<br />
• oefenen in <strong>een</strong> veilige omgeving<br />
• ontdekken, door onverwachte gebeurtenissen<br />
Denkgewoonten<br />
• Construeren t.o.v. conformeren: samenvoegen van kennis tot <strong>een</strong> nieuw geheel en<br />
afbreken in onderdelen (hypothese).<br />
• Interactie t.o.v. intra-actie: input van anderen gebruiken en zelf kritisch nadenken<br />
om te komen tot <strong>een</strong> oplossing.<br />
• Reflectie t.o.v. reproductie; <strong>voor</strong>uitzien, overzien, terugzien en mechanisch handelen,<br />
om de oplossing daadwerkelijk te realiseren.<br />
Aandachtsgebied 8: Moeilijke vraagstukken<br />
Naast de zeven <strong>voor</strong>gaande aandachtsgebieden, zijn er ook nog enkele vraagstukken<br />
waarmee je te maken krijgt bij <strong>een</strong> <strong>leeromgeving</strong>. Het middelbaar beroepsonderwijs<br />
is immers <strong>voor</strong>tdurend in ontwikkeling.<br />
Bespreek in je team wat <strong>voor</strong> impact actuele ontwikkelingen - in het onderwijs<br />
en op de arbeidsmarkt - hebben op de <strong>leeromgeving</strong><br />
De arbeidsmarkt vraagt om beroepsbeoefenaars die in staat zijn zichzelf blijvend<br />
te ontwikkelen en zich aan kunnen passen aan veranderende werksituaties (leven<br />
lang leren). Deze houding kun je bij de student ontwikkelen door eerder genoemde<br />
loopbaancompetenties (zie hoofdstuk 2) te bevorderen. Maar er zijn allerlei ontwikkelingen.<br />
Denk aan de maximale studietijd, de 30+ maatregel, de rendementsverrekening.<br />
Belangrijke thema’s die je ook in het kader van de <strong>leeromgeving</strong> moet<br />
bespreken met het ontwikkelteam.<br />
16
Denk na over hoe je AVO-vakken integreert in je <strong>leeromgeving</strong>, nu er centrale<br />
examens komen<br />
AVOvakken (Nederlands, rekenen, Engels) passen qua inhoud binnen beroepsgericht<br />
opleiden. Maar er worden landelijk centrale examens ingevoerd om deze vakken te<br />
toetsen. Wat <strong>voor</strong> effect heeft deze ontwikkeling op de <strong>krachtige</strong> <strong>leeromgeving</strong>?<br />
17
3 Inspirerende <strong>voor</strong>beelden<br />
Het ‘Ontwikkelformat Krachtige Leeromgeving’ is in zes praktijksituaties getoetst.<br />
Daarbij viel het volgende op:<br />
• Voor <strong>een</strong> <strong>krachtige</strong> <strong>leeromgeving</strong> is meer nodig dan de inrichting van <strong>een</strong> <strong>leeromgeving</strong><br />
en de pedagogisch didactische en coachingsvaardigheden.<br />
• De economische risico’s bij veel praktische <strong>leeromgeving</strong>en zijn niet of onvoldoende<br />
in kaart gebracht, wat <strong>een</strong> aanzienlijk afbreukrisico vormt.<br />
• Om effectief te kunnen zijn, is het noodzakelijk dat <strong>een</strong> <strong>krachtige</strong> <strong>leeromgeving</strong><br />
geïntegreerd is in <strong>een</strong> netwerk van betrokken opleidingen en betrokken bedrijven.<br />
Een <strong>leeromgeving</strong> is pas effectief als opleidingen, bedrijven en studenten <strong>een</strong><br />
leergem<strong>een</strong>schap vormen. De praktijk<strong>voor</strong>beelden vormen <strong>een</strong> <strong>voor</strong>beeld van leergem<strong>een</strong>schappen.<br />
Deze en andere bevindingen hebben geleid tot de geschetste <strong>voor</strong>waarden in<br />
hoofdstuk 2.<br />
Met drie van deze praktijk<strong>voor</strong>beelden maak je in dit hoofdstuk nader kennis:<br />
• OmniMobilae<br />
• De Sapfabriek<br />
• FC Zwolle<br />
18
Praktijk<strong>voor</strong>beeld 1<br />
OmniMobilae<br />
Peter Oude Vrielink:<br />
‘Comfortzone, challengezone en paniekzone:<br />
hier doorleef je ze allemaal’<br />
‘Wat OmniMobilae zo succesvol maakt als leerwerkplaats? Ieders ambitie kan<br />
hier volledig benut worden. Hier is zoveel ruimte, letterlijk en figuurlijk.’ Aan<br />
het woord is Peter Oude Vrielink, directeur van buitensportgigant OmniMobilae<br />
tussen Deventer en Zwolle. Zijn leerbedrijf biedt jaarlijks tussen de 20 en 25<br />
studenten van Sport en Bewegen Landstede <strong>MBO</strong> <strong>een</strong> hoogwaardig opleiding<br />
tot buitensportinstructeur/buitensportcoördinator.<br />
Vertel <strong>een</strong>s iets over OmniMobilae en de samenwerking met Landstede <strong>MBO</strong>.<br />
‘Wij organiseren en begeleiden activiteiten en evenementen in binnen en buitenland.<br />
Met vijf vaste medewerkers en ruim dertig oproepkrachten werken we <strong>voor</strong><br />
ruim 20.000 bezoekers per jaar. In samenwerking met Landstede <strong>MBO</strong> bieden we<br />
<strong>een</strong> opleiding <strong>voor</strong> studenten Sport en Bewegen. Die studenten bieden we persoonlijke<br />
aandacht, korte lijnen en veilige en heldere werkverhoudingen.’<br />
Is dat wat studenten aanspreekt in OmniMobilae?<br />
‘Dat en de aard van het werk, natuurlijk. Wie <strong>een</strong> buitensportopleiding doet, vindt het<br />
leuk wat we hier doen. Ons aanbod is divers: bootcamp, highlandgames, junglepad,<br />
paintball, touwbanen, vlotten bouwen. Dat doen we <strong>voor</strong> bedrijven, families en<br />
vriendenclubs. Met en zonder catering, op locatie of op eigen terrein. Juist omdat we<br />
maatwerk leveren, krijgen studenten hier alle kansen om allround ervaringen op te<br />
doen.’<br />
Hoe ziet zo’n traject eruit?<br />
‘Elke student krijgt met<strong>een</strong> <strong>een</strong> concrete opdracht. Bij<strong>voor</strong>beeld: “Onderzoek of er<br />
<strong>een</strong> klimwand moet komen en onderzoek of die op deze locatie moet komen. Vertel<br />
me wat het kost en zoek uit in hoeveel tijd je dit zou kunnen realiseren.” Op die<br />
manier leren studenten hoe <strong>een</strong> onderzoek wordt uitgevoerd en dat daar<strong>voor</strong> <strong>een</strong><br />
19
team nodig is. Ze moeten hun resultaten ook presenteren. Dat is altijd spannend en<br />
<strong>voor</strong> sommigen zelfs doodeng. Maar omdat ze werken vanuit hun kracht, komt het<br />
altijd goed. Het scheelt dat we hier werken in <strong>een</strong> sfeer van onderlinge betrokkenheid.<br />
Ieder<strong>een</strong> telt vanaf het eerste moment mee, kennis en kunde staan centraal.<br />
Fouten zien we als <strong>een</strong> kans om iets te leren, al zijn er plekken waar g<strong>een</strong> enkele<br />
fout gemaakt mag worden. Op de klimtoren, bij<strong>voor</strong>beeld.’<br />
Waarin schuilt de winst <strong>voor</strong> Landstede <strong>MBO</strong>?<br />
‘Het werkveld loopt traditioneel <strong>voor</strong>op, de opleiding hobbelt er achteraan. Daarmee<br />
bedoel ik dat wij studenten kunnen laten zien wat het betekent om in dit werkveld<br />
te werken. Dat er geld verdiend moet worden. Dat dingen onder tijdsdruk moeten<br />
gebeuren. Dat we soms worstelen met stress of dilemma’s en dat we met z’n allen<br />
<strong>een</strong> bepaalde verantwoordelijkheid hebben. Dit leren ze niet op school. De dingen<br />
die ze wel op school leren, nemen ze weer mee in hun praktijkleerplaats. Die wisselwerking<br />
tussen school en bedrijf heeft <strong>een</strong> grote meerwaarde.’<br />
Is dat de belangrijkste reden <strong>voor</strong> OmniMobilae om samen te werken met<br />
Landstede <strong>MBO</strong>?<br />
‘Er zijn allerlei redenen. Ik ben ooit begonnen met praktijkleerplaatsen omdat ik vond<br />
dat de mensen die van de opleiding af kwamen onvoldoende waren toegerust <strong>voor</strong><br />
dit werk. De mensen die wij nodig hebben, zijn naast uitstekende instructeurs ook<br />
halve entertainers. Bezoekers komen hier tenslotte niet all<strong>een</strong> om te klimmen, ze<br />
willen ook <strong>een</strong> leuke dag hebben. Sommige mensen hebben helemaal g<strong>een</strong> zin<br />
om actief bezig te zijn. Daar moet je wel tegen kunnen. Daarnaast verwacht ik van<br />
mijn medewerkers dat ze met me meedenken over hoe we onze klanten nog beter<br />
kunnen bedienen. Tot slot is de samenwerking met Landstede <strong>MBO</strong> <strong>een</strong> uitgelezen<br />
manier om “toppers” binnen te halen en vast te houden.’<br />
Maar de werving van nieuwe medewerkers is g<strong>een</strong> doel op zich?<br />
‘Wij leiden hier jaarlijks 20 tot 25 studenten op. Die kunnen niet allemaal blijven. In<br />
de praktijk vinden onze stagiairs vrij gemakkelijk <strong>een</strong> baan in de buitensportbranche.<br />
En <strong>voor</strong> andere branches, zoals de metaalbranche. Voor die branche hebben we <strong>een</strong><br />
gildewerkplaatssysteem. Op regionaal en landelijk niveau probeer ik als bestuurlid<br />
van VNO-NCW onderwijs, ondernemers en overheid meer op één lijn te krijgen. Dat<br />
is nog best lastig. De markt is veranderd en wij ondernemers moeten <strong>een</strong> actieve<br />
rol vervullen bij de opleiding van onze toekomstige medewerkers. Veel ondernemers<br />
willen wel, maar schrikken terug <strong>voor</strong> de kosten. Opleiden kost geld, inderdaad.<br />
Maar niet opleiden kost nog veel meer geld.’<br />
20
Is er <strong>een</strong> valkuil waar<strong>voor</strong> je opleiders en bedrijven met samenwerkingambitie<br />
wilt waarschuwen?<br />
‘Ja, en die valkuil heet subsidie. Partijen denken dat subsidie ze kan helpen bij hun<br />
samenwerking. In de praktijk kosten subsidies en de verantwoordingseisen die<br />
daarmee samenhangen meer tijd dan je ooit kunt aanwenden <strong>voor</strong> daadwerkelijke<br />
samenwerking, innovatie en ondernemerschap. Onderzoek laat zien: 70 procent van<br />
de innovatietijd gaat op aan verantwoording. De overheid is daarin te rigide. Verder<br />
raad ik ondernemers en opleiders aan om de blik steeds op de lange termijn – zeg<br />
vijf jaar <strong>voor</strong>uit – gericht te houden. Bij elk gesprek komt die horizon terug: daar willen<br />
we naartoe, dat willen we bereiken. Houd het hele plaatje continu in beeld, met<br />
de kaders en de grote lijnen. Anders raak je elkaar kwijt nog <strong>voor</strong> je goed en wel het<br />
pad op bent.’<br />
21
Praktijk<strong>voor</strong>beeld 2<br />
De Sapfabriek<br />
Miel Hooijdonk:<br />
‘Erken de praktijkopleider als docent!’<br />
De Sapfabriek in Ede is <strong>een</strong> echt bedrijf, dat mogelijk wordt gemaakt door<br />
de back-up van zo’n zestig partners uit de Food Valley. Zij sponsoren bij<strong>voor</strong>beeld<br />
de installaties en bieden ondersteuning bijhetopleiden. Directeur Miel<br />
Hooijdonk vertelt wat de Sapfabriek zo succesvol maakt als leerwerkplaats. En<br />
wat er nodig is om meer van dit soort initiatieven kansrijk te maken.<br />
Waar komt het idee van de Sapfabriek vandaan?<br />
‘Het idee <strong>voor</strong> de Sapfabriek is ruim zes jaar geleden ontstaan in de hoofden van<br />
<strong>een</strong> aantal ondernemers en vertegenwoordigers van ROC A12. Samen hebben zij<br />
het concept uitgewerkt. Die partners van het eerste uur vormen nog steeds het<br />
bestuur. Ze hebben g<strong>een</strong> winstoogmerk, doen puur mee vanuit de overtuiging dat<br />
de Sapfabriek kan bijdragen aan het oplossen van de krapte op de arbeidsmark. In<br />
de Sapfabriek voeren mbostudenten uitvoerende en ondersteunende taken uit. Studenten<br />
van hbo en universiteit vervullen leidinggevende functies. Daarnaast biedt de<br />
Sapfabriek zijinstromers uit Ede en V<strong>een</strong>endaal de mogelijkheid om werkervaring op<br />
te doen om op die manier <strong>een</strong> betere aansluiting te vinden op de arbeidsmarkt.’<br />
Wat doet de Sapfabriek concreet?<br />
‘We maken sap. Waarbij de nadruk ligt op het leerproces en niet op de productie.<br />
Het zou ook wel gek zijn als we gaan concurreren met onze sponsors. Soms ontwikkelen<br />
we ook nieuwe producten, in samenwerking met bedrijven. Met studenten<br />
Voedingsmiddelentechnologie zijn we nu bezig met <strong>een</strong> product speciaal <strong>voor</strong> jongeren.<br />
Dat maakt het extra leuk.’<br />
Wat maakt de Sapfabriek zo succesvol als leerwerkplaats?<br />
‘Studenten leren in <strong>een</strong> rijke context. Ze gaan met<strong>een</strong> aan het werk, worden professioneel<br />
uitgedaagd. Ieder<strong>een</strong> krijgt <strong>een</strong> verantwoordelijke rol, wordt eigenaar van zijn<br />
eigen werk. Wat je hier leert is vak, opleidings en zelfs sectoroverstijgend. Problemen<br />
moeten binnen <strong>een</strong> bepaalde tijd worden opgelost, anders valt het proces<br />
22
stil en komt de levering in gevaar. Hier is onmiddellijk zichtbaar wat het verband is<br />
tussen <strong>een</strong> probleem en de totale bedrijfsvoering. Daar leren studenten veel van. En<br />
het motiveert mensen om hun best te doen. Studenten lopen trouwens niet all<strong>een</strong><br />
hier stage, maar ook bij de partners van de Sapfabriek. Van Lente Elektrotechniek en<br />
Geveke, bij<strong>voor</strong>beeld. Op die manier zien ze het grotere verband, realiseren ze zich<br />
dat hun werk slechts <strong>een</strong> stukje is van het geheel.’<br />
Wat is de meerwaarde van de Sapfabriek <strong>voor</strong> de opleidingen?<br />
‘Studenten leren hier veel dingen die ze niet kunnen leren in <strong>een</strong> schoolomgeving.<br />
Neem het onderhoud van de machines: niet het meest sexy werk om te leren, maar<br />
wel van wezenlijk belang in het bedrijfsleven. Je moet onderhoud plannen, calculeren,<br />
onder tijdsdruk uitvoeren, de hygiëne en veiligheidsregels in acht nemen en ook<br />
nog samenwerken binnen <strong>een</strong> team. In de Sapfabriek kun je niet zomaar beginnen<br />
met sleutelen: je moet wel weten of er die dag geproduceerd wordt. En wat het kost<br />
als machines lang stilstaan.’<br />
Hoe verhoudt het concept van de Sapfabriek zicht tot het onderwijs van de<br />
toeleverende opleidingen?<br />
‘We proberen goede afspraken te maken met de onderwijsinstellingen: ROC A12<br />
(Techniek) en AOC Groenhorst College (voedingsmiddelenindustrie). We houden<br />
in de planning rekening met onderwijs. Op maandag bij<strong>voor</strong>beeld, doen studenten<br />
Werktuigbouw onderhoud aan de lijn. Dan is er g<strong>een</strong> productie. Die dag lopen er<br />
wel werkmeesters rond van FrieslandCampina en Heinz. Zij brengen studenten de<br />
kneepjes van het vak bij, laten studenten inzien waarom ze doen wat ze doen. Ook<br />
begeleiden we docenten, die veelal gewend zijn te werken met vaste curricula. Het<br />
werk in de Sapfabriek is veel afhankelijker van wat er op <strong>een</strong> bepaald moment nodig<br />
is. Dat vraagt <strong>een</strong> andere houding van docenten.’<br />
Hoe hebben jullie het praktisch geregeld?<br />
‘Twee vaste mensen van de Sapfabriek coördineren alle begeleiding. Verder wisselt<br />
de personeelssamenstelling sterk. Op maandag is er dus werktuigbouw. Op<br />
donderdag en vrijdag volgen studenten van Hogeschool Van Hall Larenstein hier<br />
<strong>een</strong> module ondernemerschap. Maar dat kan zomaar veranderen. Sowieso blijven<br />
studenten hier maar <strong>een</strong> half jaar. Dat betekent dat we twee keer per jaar met <strong>een</strong><br />
volledig “fris” bestand beginnen. Dat is leuk, maar ook wel <strong>een</strong>s lastig.’<br />
En financieel?<br />
‘De Sapfabriek is <strong>een</strong> BV. De aandelen daarvan zitten in <strong>een</strong> stichting, waarin zowel<br />
ondernemers als opleiders vertegenwoordigd zijn. We hebben inkomsten uit onderwijs<br />
en vanuit productie. Ook ontvangen we subsidies, bij<strong>voor</strong>beeld omdat we <strong>een</strong><br />
bijdrage leveren aan het interesseren van jongeren <strong>voor</strong> techniek. Los daarvan kost<br />
23
deze manier van opleiden geld. Maar het bedrijfsleven ziet met<strong>een</strong> het effect van de<br />
inzet: de studenten van nu zijn de medewerkers van straks.’<br />
Zijn er nog tips <strong>voor</strong> opleiders en bedrijven die <strong>een</strong> vergelijkbare samenwerking<br />
overwegen?<br />
‘Het is belangrijk om de bedrijvenkant als uitgangspunt te nemen. Daar is sprake van<br />
<strong>een</strong> behoefte aan <strong>een</strong> bepaald soort medewerkers met bepaalde vaardigheden. Als<br />
opleider zou je hierbij aan moeten sluiten. Minstens zo belangrijk vind ik dat praktijkopleiders<br />
worden erkend als docent. Dit zijn mensen met jarenlange ervaring in de<br />
beroepspraktijk. Die ook gewoon gerechtigd zijn om studenten op te leiden. Deze tijd<br />
moet gewoon meetellen als erkende onderwijstijd. Blijft die erkenning uit, dan gaan<br />
er heel wat opleidingsuren verloren. Zonde. Dit is echt <strong>een</strong> knelpunt waar<strong>voor</strong> op<br />
landelijk niveau <strong>een</strong> oplossing gevonden moet worden.’<br />
24
Praktijk<strong>voor</strong>beeld 3<br />
FC Zwolle<br />
Diederik Meijntjes:<br />
‘Bij FC Zwolle kun je van alles leren’<br />
Studenten Zorg & Welzijn die stagelopen bij FC Zwolle? Waarom niet? De<br />
voetballerij biedt allerlei onverwachte opleidingsmogelijkheden in de beveiliging,<br />
supportersbegeleiding, trainingen, administratie en bedrijfsactiviteiten.<br />
Programmamanager Diederik Meijntjes vertelt.<br />
Een bijzondere opleidingsplaats….<br />
‘FC Zwolle wordt als betaalde voetbalorganisatie met<strong>een</strong> geassocieerd met opleidingen<br />
als Sport & Bewegen. Daarmee onderhouden we nauwe banden, zonder<br />
meer. Maar we bieden ook stageplekken <strong>voor</strong> studenten van andere opleidingen.<br />
Zo zijn we leerwerkplaats <strong>voor</strong> de opleidingen Toerisme (Vrij & Gastvrij), Veilig & Beschermd,<br />
Horeca, Financieel, Office & Management en Helpende Zorg & Welzijn. FC<br />
Zwolle biedt zowel incidentele als structurele stagemogelijkheden. Bij wedstrijdgerelateerde<br />
inzet kan het zomaar zijn dat er zeventig studenten tegelijk aan het werk<br />
zijn. In de dagelijkse organisatie bieden we ruimte aan vijftien tot twintig stagiairs.<br />
Dat zijn enerzijds voetbaltechnische stages, bij<strong>voor</strong>beeld vanuit Sport & Bewegen,<br />
als ondersteuning bij trainingen. Anderzijds gaat het bij<strong>voor</strong>beeld om facilitaire, financiële<br />
of secretariële stages. Bij FC Zwolle kun je van alles leren!’<br />
…bij <strong>een</strong> heel betrokken organisatie.<br />
‘Inderdaad. FC Zwolle is <strong>een</strong> sociaal bedrijf. Die betrokkenheid blijkt ook uit het project<br />
Playing for Succes. In dat kader vangen wij basisschoolkinderen op met leer of<br />
gedragsproblematiek. Meerdere dagdelen per week werken we in het stadion met<br />
allerlei activiteiten aan het vergroten van hun eigenwaarde en het terugdringen van<br />
hun leerachterstand. Onze spelers hebben hierin ook <strong>een</strong> rol. Het project is succesvol,<br />
binnenkort starten we <strong>een</strong> vergelijkbaar project <strong>voor</strong> studenten in het <strong>voor</strong>tgezet<br />
onderwijs. Ik <strong>voor</strong>zie dat daar op termijn ook mogelijkheden ontstaan <strong>voor</strong> studenten<br />
van Landstedeopleidingen gericht op onderwijs en opvoeding.’<br />
25
Staan studenten in de rij <strong>voor</strong> <strong>een</strong> leerwerkplek bij FC Zwolle?<br />
‘Het is niet zo dat all<strong>een</strong> fans op <strong>een</strong> stageplek bij FC Zwolle afkomen. Wel is het zo<br />
dat vrijwel elke stagiair tijdens de stage <strong>een</strong> bepaald “gevoel” krijgt <strong>voor</strong> FC Zwolle.<br />
Wij zeggen altijd: FC Zwolle krijgt er met elke student <strong>een</strong> supporter bij. Daar doen<br />
we ook veel aan. Studenten en docenten krijgen echt <strong>een</strong> kijkje achter de schermen.<br />
Zo krijgen alle eerstejaars Office & Management tegenwoordig standaard <strong>een</strong><br />
rondleiding door het stadion, om op die manier aan den lijve te ondervinden wat er<br />
allemaal komt kijken bij <strong>een</strong> organisatie <strong>voor</strong> betaald voetbal. Ons positieve imago,<br />
mede gedragen door de goede resultaten, draagt absoluut bij aan de aantrekkingskracht<br />
op studenten. Overigens zijn veel van onze medewerkers ooit begonnen als<br />
stagiair bij FC Zwolle. Natuurlijk kunnen we niet ieder<strong>een</strong> plaatsen, maar er zijn zeker<br />
mogelijkheden.’<br />
Wat is jullie meerwaarde als praktijkleerplek <strong>voor</strong> Landstede <strong>MBO</strong>?<br />
‘Sport in het algem<strong>een</strong> en de professionalisering van sport in het bijzonder is <strong>een</strong><br />
hot item. Het betaald voetbal loopt daarin <strong>voor</strong>op. Studenten die hier stage lopen,<br />
kunnen die kennis en ervaring inzetten bij andere sportorganisaties. Los daarvan<br />
profiteert Landstede <strong>MBO</strong> ook van onze betrokkenheid bij het onderwijs en bij de<br />
professionele manier waarop we studenten begeleiden. Wij zien dit als <strong>een</strong> van onze<br />
maatschappelijke taken. FC Zwolle staat middenin de samenleving. Dat betekent dat<br />
we evenementen organiseren, maar ook dat we jongeren ruimte bieden zichzelf te<br />
ontwikkelen. Door onze intensieve samenwerking met het mbo beseffen wij dat er<br />
meer in het leven is dan voetbal all<strong>een</strong>. En, eerlijk is eerlijk, op deze manier komen<br />
we ook in contact met excellente studenten die uitstekend bij onze organisatie passen.’<br />
Zijn docenten voldoende toegerust om deze nieuwe manier van leren te<br />
kunnen begeleiden?<br />
‘Jazeker! Maar als het gaat om het denken buiten de lijnen van de eigen opleiding,<br />
valt er nog wel winst te behalen. FC Zwolle is vol in beeld bij de opleiding Sport &<br />
Bewegen, maar docenten van andere opleidingen realiseren zich vaak niet welke<br />
mogelijkheden wij hun studenten te bieden hebben. Dat bewustwordingsproces<br />
komt langzaam op gang.’<br />
Voor welke valkuil zou je bedrijven die dit soort samenwerking overwegen<br />
willen waarschuwen?<br />
‘Het is geweldig leuk om opleidingsplaatsen <strong>voor</strong> studenten te creëren. En de<br />
gemiddelde mbostudent heeft heel wat in zijn mars. Maar: studenten zijn nooit <strong>een</strong><br />
vervanging van bestaande werknemers. Uiteindelijk kost opleiden geld, tijd, energie<br />
en doordachte begeleiding!’<br />
26
Zijn er nog knelpunten waar<strong>voor</strong> op landelijk niveau <strong>een</strong> oplossing gevonden<br />
moet worden?<br />
‘Een knelpunt zou ik het niet willen noemen, maar er mag wel wat meer aandacht<br />
komen <strong>voor</strong> de wisselwerking tussen mbo en hbostagiairs. Daarmee zijn zinvolle,<br />
uitermate leerzame constructies te realiseren. Ook vind ik dat de onderwijscultuur<br />
wel erg gericht is op het schooljaar met zijn vastgelegde vakanties. Bedrijven kunnen<br />
daar niets mee. Ook in het betaald voetbal zijn zomer en winterstop bijna niet meer<br />
aan de orde. En wat dacht je van de recreatiebranche? Daar is het meest te leren<br />
tijdens de schoolvakanties!’<br />
27
4 Bronnen<br />
Deze publicatie heeft <strong>voor</strong>al <strong>een</strong> praktische insteek. Maar om tot die praktische<br />
insteek te komen, zijn diverse bronnen geraadpleegd. Hieronder vind je <strong>een</strong> lijst van<br />
de belangrijkste bronnen.<br />
Literatuurlijst<br />
Op www.mbo<strong>diensten</strong>.nl/lob/toolbox/praktijkleren staat <strong>een</strong> literatuurlijst met geraadpleegde<br />
publicaties. De lijst is opgesteld in <strong>een</strong> zogeheten 'SCORM'bestand. Dat wil<br />
zeggen dat je het bestand kunt downloaden en in je eigen elektronische <strong>leeromgeving</strong><br />
kunt plaatsen.<br />
Theoretisch kader<br />
Een samenvatting van de elementen die belangrijk zijn <strong>voor</strong> praktijkleren in <strong>een</strong><br />
<strong>krachtige</strong> <strong>leeromgeving</strong>, vind je in het zogeheten ‘Theoretisch kader’. Dit kader kun<br />
je vinden in de digitale toolbox (zie hieronder).<br />
De digitale toolbox<br />
Voor het Stimuleringsproject Loopbaan Oriëntatie Begeleiding in het mbo is <strong>een</strong><br />
digitale toolbox ontwikkeld met allerlei instrumenten om Loopbaan Oriëntatie en<br />
Begeleiding in het mbo in goede banen te leiden. Zoals publicaties met aanbevelingen<br />
en praktijk<strong>voor</strong>beelden. Werkklappers met theorie en praktische lesopdrachten.<br />
Et cetera. Voor het ontwikkelen en evalueren van <strong>krachtige</strong> <strong>leeromgeving</strong>en zitten de<br />
volgende ‘instrumenten’ in de toolbox:<br />
• deze publicatie met bijbehorend Inspiratiespel<br />
• het theoretisch kader<br />
• de literatuurlijst (deze kun je downloaden en plaatsen in je eigen elektronische<br />
<strong>leeromgeving</strong>)<br />
• het Ontwikkelformat Krachtige Leeromgeving<br />
De digitale toolbox kun je vinden op www.mbo<strong>diensten</strong>.nl/lob/toolbox/prakijkleren.<br />
28
Bijlage: Ontwikkelformat Krachtige Leeromgeving<br />
Dit formulier kun je downloaden op www.mbo<strong>diensten</strong>.nl/lob/toolbox/praktijkleren<br />
Inventarisatie: Praktijk<strong>voor</strong>beeld:<br />
Korte beschrijving<br />
bestaande of<br />
gewenste situatie:<br />
Inrichting en<br />
organisatie:<br />
Middelen en<br />
mogelijkheden:<br />
Pedagogisch-<br />
didactische<br />
uitgangspunten:<br />
Loopbaanbegeleiding<br />
via reflectie;<br />
individueel, dialoog<br />
en trialoog.<br />
Leeromgeving:<br />
Leer- en<br />
bedrijfsopdrachten:<br />
Leer<strong>voor</strong>keuren/<br />
denkgewoontes:<br />
Moeilijke<br />
vraagstukken<br />
Ontwikkelformat <strong>krachtige</strong> <strong>leeromgeving</strong><br />
Onderwijsinstelling:<br />
Bedrijf/onderneming:<br />
Contactpersoon Onderwijsinstelling :<br />
Mailadres:<br />
Telefoon:<br />
29
Colofon<br />
Deze publicatie maakt deel uit van <strong>een</strong> reeks publicaties en instrumenten<br />
die ontwikkeld zijn in het kader van het Stimuleringsproject Loopbaan Oriëntatie<br />
Begeleiding in het mbo. Dit project is <strong>een</strong> opdracht van het ministerie van OCW.<br />
Partners zijn: <strong>MBO</strong> Diensten, <strong>MBO</strong> Raad, SBB en Skills Netherlands. De publicatie<br />
en het bijbehorende Inspiratiespel zijn ontwikkeld door de werkgroep Praktijkleren<br />
LOB.<br />
Werkgroepleden<br />
Liesbeth Ruinemans, Landstede <strong>MBO</strong> (kartrekker)<br />
Corry Bakker, ROC Eindhoven<br />
Ilse Hartgers, ROC Midden Nederland (ontwikkelaar Inspiratiespel)<br />
Marijke Mesdag, KC Handel<br />
Will Seignette, Fundeon/SBB<br />
Albert de Vos, ROC Zeeland<br />
Jeanet Zwart, ECABO<br />
Externe deskundige<br />
Ad Hulscher, ad hulscher onderwijs+advies<br />
Redactie en realisatie: Ravestein & Zwart,<br />
Interviews praktijk<strong>voor</strong>beelden: Astrid Mensink (Mensinks Tekstfabriek)<br />
Vormgeving: LauwersC<br />
Drukwerk: Trioprint grafisch centrum<br />
Oplage: 500<br />
Juni 2012<br />
30