Download - VOTB
Download - VOTB Download - VOTB
48 Figuur 4.6 Sondeergrafiek verticale as: diepte van het meetpunt stippellijn links: plaatselijke wrijving bij het inbrengen dichte lijn links: conusweerstand (N/mm2, MN/m2 of MPa); dit is de gemeten weerstand (in N) gedeeld door het conusoppervlak (1000 mm2). ONDERGROND dichte lijn rechts: wrijvingsgetal; dit is de verhouding tussen de twee lijnen aan de linkerkant van de grafiek. Uit het wrijvingsgetal kan de grondsoort worden afgeleid. De werkwijze van de sondering en de eisen waaraan moet worden voldaan, is omschreven in NEN 5140.
Grondsoort Wrijvingsgetal [%] Zand 0,8 – 1,2 Leem 1,2 – 3 Klei 3 – 6 Veen 6 en hoger Tabel 4.7 Indicatie van de wrijvingsgetallen van verschillende grondsoorten De conusweerstand zegt niets over de draagkracht van palen of een fundering op staal. Om deze te kennen moeten berekeningen worden gemaakt. Uit de conusweerstand en de plaatselijke wrijving kunnen tal van rekengrootheden worden afgeleid. Hierbij moet worden opgemerkt, dat verschillende onderzoekers tot evenzoveel verschillende correlaties komen. Materieel Voor het uitvoeren van sonderingen wordt in het algemeen gebruik gemaakt van hydraulische persinstallaties met een indrukcapaciteit van maximaal 20 ton. Deze persinstallaties kunnen gemonteerd zijn op gewone 6 x 6 vrachtwagens, de ‘gewone’ sondeerwagen, die met ballast wordt verzwaard tot een eigen gewicht van boven de 20 ton om in staat te zijn een feitelijke indrukkracht van 20 ton te bereiken. Nadeel van deze sondeervoertuigen is dat bij slechte terreingesteldheid snel problemen ontstaan. Om toch met een zware machine in slecht terrein te kunnen werken is de ‘track truck’ ontwikkeld, een vrachtwagen uitgerust met een intrekbaar rupsonderstel. Wanneer de terreinomstandigheden slechter worden, kan dit voertuig eenvoudig zijn rupsonderstel uitzetten en als rupsvoertuig verder gaan. Als vuistregel kan worden gesteld dat waar men kan lopen, men ook met de track truck terecht kan. Indien het terrein nog slechter begaanbaar is, kunnen zware sondeerrupsvoertuigen worden ingezet. Waar de ruimte zeer beperkt is, kan een zogenaamde ‘minirups’ worden toegepast. Dit soort kleine sondeerrupsvoertuigen heeft zeer beperkte afmetingen en een laag eigen gewicht (circa 1,5 tot 3 ton), waardoor het op veel lastige locaties kan worden ingezet. Door het beperkte eigen gewicht van een minirups is het soms nodig het voertuig in de grond te verankeren, zodat er voldoende reactiekracht voor handen is. De indrukkracht is sterk afhankelijk van het aantal ingedraaide schroefankers en de kwaliteit van de grond. In slappe veenlagen valt bijvoorbeeld weinig reactiekracht uit de ankers te halen. Hier dient altijd rekening mee te worden gehouden. TERREINONDERZOEK: SONDEREN 49
- Page 1 and 2: Handboek geotechnisch bodemonderzoe
- Page 3 and 4: ONDERGROND Juni 2006 De Vereniging
- Page 5 and 6: 4 ONDERGROND
- Page 7 and 8: INHOUDSOPGAVE 1 INLEIDING 11 2 DE B
- Page 10 and 11: 10 ONDERGROND
- Page 12 and 13: 12 historisch onderzoek (archief) k
- Page 14 and 15: 14 ONDERGROND
- Page 16 and 17: 16 Era Periode Tijdvak Ouderdom (Ma
- Page 18 and 19: 18 • Vulkanisch Tijdens de Jura (
- Page 20 and 21: 20 • Zeespiegel De periode van he
- Page 22 and 23: 22 Draagkracht In Nederland is een
- Page 24 and 25: 24 ONDERGROND Raadselachtige schade
- Page 26 and 27: 26 ONDERGROND
- Page 28 and 29: 28 woonhuis geeft doorgaans minder
- Page 30 and 31: 30 - kaarten van Alterra (www.alter
- Page 32 and 33: 32 bebouwing. Daarom verdient het a
- Page 34 and 35: 34 Het onderzoek (een bureaustudie)
- Page 36 and 37: 36 Om te kunnen vaststellen of een
- Page 38 and 39: 38 ONDERGROND
- Page 40 and 41: 40 Figuur 4.1 Conus van Huizinga de
- Page 42 and 43: 42 • Hydraulisch De handmatige aa
- Page 44 and 45: 44 figuur 4.5 Grafiek dissipatiepro
- Page 46 and 47: 46 ONDERGROND Op en onder water Al
- Page 50 and 51: 50 Voor sondeerwerk op het water wo
- Page 52 and 53: 52 ‘Bodemonderzoek? Dat doe je to
- Page 54 and 55: 54 Meten is weten ONDERGROND Met so
- Page 56 and 57: 56 ONDERGROND
- Page 58 and 59: 58 De Nederlandse boormeester Acker
- Page 60 and 61: 60 Als onder de grondwaterspiegel i
- Page 62 and 63: 62 nes van zeer uiteenlopend formaa
- Page 64 and 65: 64 in de winter te kunnen gebruiken
- Page 66 and 67: 66 ONDERGROND
- Page 68 and 69: 68 te meten, zeker in slecht doorla
- Page 70 and 71: 70 Monitoring in een spoorwegtunnel
- Page 72 and 73: 72 ONDERGROND
- Page 74 and 75: 74 is het verstandig om bij alle so
- Page 76 and 77: 76 ONDERGROND
- Page 78 and 79: 78 Grondspanningen De verschillende
- Page 80 and 81: 80 • Waterspanning In het voorgaa
- Page 82 and 83: 82 Figuur 8.3: Schema grond-, korre
- Page 84 and 85: 84 samendrukbaar materiaal, zoals b
- Page 86 and 87: 86 Figuur 8.6: Krachten op een paal
- Page 88 and 89: 88 Op de tweede plaats mag de wand
- Page 90 and 91: 90 Om de verplaatsing te kunnen ber
- Page 92 and 93: 92 • Grondwaterstroming Omdat het
- Page 94 and 95: 94 ONDERGROND
- Page 96 and 97: 96 ONDERGROND De meest uitgevoerde
48<br />
Figuur 4.6 Sondeergrafiek<br />
verticale as: diepte van het meetpunt<br />
stippellijn links: plaatselijke wrijving bij het inbrengen<br />
dichte lijn links: conusweerstand (N/mm2, MN/m2 of MPa); dit is<br />
de gemeten weerstand (in N) gedeeld door het<br />
conusoppervlak (1000 mm2).<br />
ONDERGROND<br />
dichte lijn rechts: wrijvingsgetal; dit is de verhouding tussen de<br />
twee lijnen aan de linkerkant van de grafiek. Uit<br />
het wrijvingsgetal kan de grondsoort worden<br />
afgeleid.<br />
De werkwijze van de sondering en de eisen waaraan moet worden<br />
voldaan, is omschreven in NEN 5140.