Int. Instituut Soc Geschiedenis Amsterdam No* 508 15 Februari ...
Int. Instituut Soc Geschiedenis Amsterdam No* 508 15 Februari ...
Int. Instituut Soc Geschiedenis Amsterdam No* 508 15 Februari ...
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
<strong>Int</strong>. <strong>Instituut</strong><br />
<strong>Soc</strong> <strong>Geschiedenis</strong><br />
<strong>Amsterdam</strong><br />
<strong>No*</strong> <strong>508</strong> <strong>15</strong> <strong>Februari</strong> 1935<br />
Adres voor Redactie en Administratie:<br />
L. v. N. O.-Indië <strong>15</strong>6, Den Haag. (Tel. 770029)<br />
AX/<br />
JZ^^Z<br />
Kort voor zijn dood ontvingen wij onderstaand<br />
artikeltje voor „De Journalist" van onzen geëerden<br />
nestor, die nog geregeld aan het orgaan meewerkte<br />
en die als het ware tot zijn laatsten dag den Kring<br />
en ons blad trouw bleef. Dit stukje over de ganzeveer,<br />
waarvan hij zelf, blijkens zijn mededeelingen,<br />
bij zijn werk zooveel genot had, is het journalistieke<br />
slotwoord van zijn leven geweest, en ongetwijfeld<br />
zullen onze leden er met diepe piëteit kennis van<br />
nemen. Het is ons een weemoedig voorrecht, het<br />
te mogen publiceeren.<br />
In de onderwijs-verslagen wordt jaar op jaar geklaagd<br />
over het slechte schrift van de candidaten voor 't een of<br />
ander examen en bij de jongste jaarwisseling heeft men<br />
zich bij het ontvangen van met hanepoten geschreven<br />
brieven en briefkaarten weer eens kunnen overtuigen,<br />
hoe gegrond die klachten zijn. Men verzuimt echter er<br />
bij te voegen, dat de schuld ligt bij het onderwijs. Was<br />
vroeger het onderricht in het schrijven op de lagere<br />
school no. 1 bij het onderwijs, thans wordt van alle<br />
vakken aan het schrijven de minste zorg besteed. Daar<br />
is de kweekplaats van de slechte schrijvers, die later<br />
er zich te minder om bekommeren, nu zij in de schrijfmachine<br />
een prachtig hulpmiddel hebben om zich leesbaar<br />
te maken.<br />
Het is allerminst mijn bedoeling, om hier voor den<br />
„goeden ouden tijd" een lans te breken. Al dreigt de<br />
kunst van schoonschrijven te loor te gaan, wat op zich<br />
zelf een cultuurverlies is, ik waardeer te zeer alles wat<br />
onze tijd er voor in de plaats heeft gegeven, om over<br />
den achteruitgang van het schoonschrift bij de pakken<br />
te gaan neerzitten. De techniek zorgt voor alles. Als hout<br />
en steen niet meer voldoen voor een moderne woning,<br />
bouwt men van beton, staal en glas. Zoo heeft men ook<br />
jaren geleden de ganzeveer vervangen door de weerbarstige<br />
stalen pen, en toen dat schrijf tuig niet gerief elijk<br />
genoeg was, kwam de vulpen, die den schrijver automatisch<br />
van inkt voorziet. Maar met dat al leerde men<br />
niet beter schrijven.<br />
Hoe anders was het vroeger, toen men nog met de<br />
ganzeveer schreef! Op de Nutsschool, waar ik mijn<br />
eerste onderricht ontving, werd van schrijven nog meer<br />
werk gemaakt dan van lezen en rekenen. Daar het den<br />
Redacteur t<br />
D. HANS<br />
Dit blad verschijnt ten minste<br />
éénmaal per maand.<br />
kinderen tevens leerde zelf doen en werken, waren zij<br />
op het uur schrijven bijzonder gesteld. Om beurten<br />
mochten zij uit de leermiddelenkast de bos pennen en<br />
de voorbeelden halen en die ronddeelen. Vóór schooltijd<br />
had de „meester" de ganzeveeren vermaakt in drie<br />
soorten: klein schrift, middelsoort en groot schrift, waarvoor<br />
aan de punt van de schacht met het pennemes een<br />
diepere of minder diepe snede werd gegeven.<br />
Het voordeel van de ganzeveer was haar lange duur<br />
door het telkens vermaken als de punt versleten was.<br />
Daarbij had de pen een hooge mate van soepelheid, die<br />
mij, lang nadat ik de school verlaten had, buitengewoon<br />
van pas is gekomen bij 't tachygrafisch opteekenen van<br />
het gesproken woord op vergaderingen. Zonder die volmaakte<br />
pen zou het mij niet mogelijk zijn geweest gedurende<br />
vele jaren het verslag van de Handelingen van<br />
den gemeenteraad samen te stellen. De pen vloog over<br />
het papier, bijhoudende den radsten spreker.<br />
Toen kwam de stalen pen en weldra ook de vulpen<br />
en de ganzeveer verdween uit de samenleving en met<br />
haar ook de kunst om ze te snijden voor allerlei soort<br />
van schrift. Hoe dat zoo gekomen is, ik ben er nooit<br />
achter kunnen komen. De ganzen waren niet in aantal<br />
verminderd, de „meesters" die ze sneden en vermaakten<br />
eer vermeerderd, en toch, de veerenpen was niet meer te<br />
krijgen en daarmee verdween spoedig de laatste der<br />
„meesters", die er het soepelste en gemakkelijkst te hanteeren<br />
schrijfmateriaal van wist te snijden.<br />
Vooral voor de journalisten was het uit de mode en<br />
uit den handel geraken van de veerenpen een groot verlies.<br />
Ik schreef vaak een zitting van de Haagsche vroedschap<br />
met één gevleugelde pen en mijn collega B. de<br />
Vries, die er zijn Kamerverslag meê schreef, keerde,<br />
wanneer de binnenkant versleten was, de pen om en<br />
schreef dan verder met den buitenkant.<br />
Thans schrijft ieder met de vulpen en geraken de<br />
stalen pennen ook al uit de mode.<br />
Overigens voorspelt het veelvuldig tikken op de<br />
schrijfmachine den totalen ondergang van de schrijfkunst,<br />
die men dan alleen nog zal kunnen bewonderen<br />
in de modellen van schoon schrift, door onze voorouders<br />
nagelaten.
10 DE J O URN A L I S T<br />
INHOUD: De Ganzeveer. — Oflicieele Mededeelingen: Jaarvergadering;<br />
Jaarverslag Secretaris; Een geschenk voor den Kring;<br />
Jaarverslag van den Penningmeester; Bestuursvergadering; Ledenlijst.<br />
— Aangesloten Vereenigingen: A.P.; H.J.V. — Allerlei Onderwerpen:<br />
P. A. Haaxman. f; C. P. J. M. Schlick.f; Psychologie van<br />
den Journalist IV. — Nederlandsch-Indië: Een perskwestie. —<br />
Buitenland: Belgisch Journalisten-<strong>Instituut</strong>; De Pers te Berlijn. —<br />
Allerlei Berichten. — Nagekomen copie: Controle op de pers. —<br />
Advertentiën.<br />
officieels Mededeelingen.<br />
JaarÜjksche<br />
Algemeene Vergadering<br />
op Zaterdag 16 Haart 1935<br />
's middags 2 l /2 uur, te Rotterdam,<br />
AGENDA:<br />
(TIVOLI, Coolsingel.)<br />
1. Openingswoord van den Voorzitter.<br />
2. Notulen der Algemeene Vergadering van 27 Oct.<br />
1934.<br />
3. Jaarverslagen van den Penningmeester over 1934.<br />
4. Vaststelling van de bedragen:<br />
a. over 1935 te storten uit de Kringkas in de<br />
Weerstandskas (art. 23 H.R.). Het Bestuur<br />
stelt voor het bedrag te bepalen op 20%.<br />
b. over 1935 te storten uit de Kringkas in de kas<br />
van het Weduwen- en Weezen fonds. Het Bestuur<br />
stelt voor het bedrag te bepalen op<br />
ƒ 100.—.<br />
5. Voorstel van het Bestuur, om de bijdrage der leden<br />
in het Weduwen- en Weezenfonds (ƒ0.50) over<br />
1935 en volgende jaren te continueeren.<br />
6. Begrooting 1935.<br />
7. Benoeming eener Commissie voor het nazien der<br />
Rekening en Verantwoording over 1935.<br />
8. Jaarverslag van den Secretaris over 1934.<br />
9. Verkiezing van een Voorzitter, wegens periodieke<br />
aftreding van den heer D. Hans, die herkiesbaar is.<br />
10. Verkiezing van een bestuurslid, wegens periodieke<br />
aftreding van den heer A. G. Biemond, die herhiesbaar<br />
is.<br />
11. Verkiezing van twee leden der Commissie van Advies,<br />
wegens periodieke aftreding van mej. E. J.<br />
Belinfante en den heer P. Derjeu, die herkiesbaar<br />
zijn.<br />
12. Bespreking van het beleid van den Redacteur van<br />
De Journalist en verkiezing van een Redacteur en<br />
diens plaatsvervanger. (Aftredend, doch herkiesbaar,<br />
zijn resp. de heeren D. Hans en D. Kouwenaar).<br />
13. Voorstel van het Bestuur, om, nu het Weduwenen<br />
Weezenfonds met 1 Januari j.1. in werking is<br />
getreden, het Steunfonds op te heffen (het kapitaal<br />
hiervan wordt in eerstgenoemd fonds gestort).<br />
14. Rondvraag.<br />
* * *<br />
Aangesloten vereenigingen hebben volgens art. 86<br />
H.R. het recht, zich ter vergadering door 1 tot 3 leden,<br />
op kosten van de Kringkas te doen vertegenwoordigen.<br />
I<br />
JAARVERSLAG VAN DEN SECRETARIS,<br />
uit te brengen in de Algemeene Vergadering<br />
van 16 Maart 1935.<br />
Kring en crisis. •— Het jaar 1934 geeft den Kring<br />
evenmin aanleiding tot een juichkreet als tot een klaagzang.<br />
Ware het struisvogelpolitiek te willen voorbijzien, dat<br />
ook in ons vak velen den invloed der tijdsomstandigheden<br />
ondervinden, sommigen zelfs in ernstige mate,<br />
van een massale werkloosheid mag gelukkig niet worden<br />
gesproken. In dit verband moet helaas een klacht van<br />
verleden jaar herhaald worden. Wij hebben ons destijds<br />
verheugd, toen het Bestuur van de Directeurenvereeniging<br />
zich gaarne bereid had verklaard ons verzoek bij<br />
haar leden te steunen om in beginsel werkloos geworden<br />
journalisten bij de voorziening in redactioneele vacatures<br />
te laten voorgaan. Wij moeten thans tot ons leedwezen<br />
constateeren, dat wij ons hebben verheugd over een<br />
doode musch: van toepassing van het als juist erkende<br />
beginsel bleek weinig of niets.<br />
Over den omvang der werkloosheid kunnen wij geen<br />
nauwkeurige cijfers geven. Aan de opwekking, in het<br />
laatste nummer van De Journalist gedaan, dat de werklooze<br />
Kringleden zich bij het secretariaat zouden opgeven,<br />
gaf slechts een enkele gehoor. Mogen wij hieruit<br />
afleiden, dat zich geen gevallen van werkloosheid onder<br />
onze collega's voordoen, welke bij ons niet bekend<br />
zijn, dan is de toestand inderdaad vrij gunstig. Immers,<br />
in totaal bevat de lijst van werkzoekenden thans <strong>15</strong><br />
namen, van wie de meesten slechts gedeeltelijk werkloos<br />
zijn, terwijl de mogelijkheid niet is uitgesloten, dat<br />
enkelen weer een werkkring hebben gevonden zonder<br />
ons daarvan in kennis te stellen.<br />
Het vraagstuk van de werkloozenverzorging hield het<br />
Bestuur langdurig bezig. Er bestond ten deze veel verschil<br />
van inzicht. Een commissie, door het Bestuur ingesteld,<br />
bestaande uit de heeren Hans (voorzitter), Kouwenaar,<br />
Schotting, mr. Joh. J. Belinfante en Hollander<br />
(secretaris) kwam tot een compromis, waarna in de<br />
algemeene vergadering van 27 October de reglementswijziging<br />
tot stand kwam, waardoor bij wijze van proef<br />
een zij 't ook zeer bescheiden uitkeering aan werkloozen<br />
reglementair is vastgelegd. De mogelijkheid van aansluiting<br />
bij de Rijksregeling is daarbij opengelaten.<br />
Ledental. — De stijging van 1932 en 1933 zette zich<br />
in 1934 niet voort. Van een daling was evenmin sprake.<br />
Het topcijfer van 1 Januari 1934, namelijk 626, bleef<br />
precies behouden. Tot den Kring traden in het verslagjaar<br />
toe 34 gewone leden en 2 buitengewone; tezamen<br />
36. Daartegenover stond een even groot verlies, ontstaan<br />
door overlijden, bedanken en royement. Door den<br />
dood ontvielen ons 7 gewone en 3 buitengewone leden;<br />
tezamen 10. Voor het lidmaatschap bedankten 10 gewone<br />
en 6 buitengewone leden; tezamen 16 (de meesten<br />
wegens uittreding uit het vak, anderen uit bezuinigingsnoodzaak<br />
of als gevolg van den wensch der Bisschoppen).<br />
Tet slotte waren wij genoodzaakt 10 leden (9<br />
gewone, 1 buitengewoon) wegens wanbetaling te royeeren.<br />
Vier gewone leden werden naar buitengewone overgeschreven.<br />
Zoo gingen wij het nieuwe jaar in met 4 eereleden,<br />
565 gewone en 57 buitengewone leden; tezamen 626. Een<br />
jaar geleden waren deze cijfers 4 + 561 + 61 = 626.<br />
Zette de stijgende lijn dus in 1934 niet door, het mag,<br />
naar het mij voorkomt, tot voldoening strekken, dat het<br />
hoogste ledencijfer, dat de Kring ooit bereikte, ondanks<br />
den druk van tijdsomstandigheden en den wensch van<br />
het Episcopaat, behouden mocht worden. (In Januari<br />
1935 mocht ik reeds 10 nieuwe leden inboeken).<br />
Bestuur. — In de samenstelling van het Bestuur kwam<br />
geen wijziging. Het Bestuur vergaderde 9 maal en had<br />
ook dit jaar niet over gebrek aan werk te klagen.<br />
Algemeene vergaderingen. — De gebruikelijke vooren<br />
najaarvergaderingen werden op 17 Maart en 27<br />
October gehouden.
<strong>Int</strong>ernationale, — Het comité exécutif van de Federation<br />
internationale des Journalistes vergaderde dit jaar<br />
te Tunis, waar mr. M. C. M. Voorbeijtel den Kring vertegenwoordigde.<br />
Het congres van 22 tot 28 October te<br />
Brussel is voor den N. J. K. door den heer F. Th. Holsboer,<br />
secretaris van onze commissie voor internatonale<br />
aangelegenheden bijgewoond; vóór het congres, van 20<br />
tot 22 October, werd te Brussel een conferentie over de<br />
nieuwe vormen der journalistiek gehouden.<br />
Bemiddelingsraad. — Dit jaar kwam de bemiddelingsraad<br />
tot stand. Voor onzen Kring hebben de bestuursleden<br />
Biemond en Schotting daarin zitting. De bemiddeling<br />
van het nieuwe college werd tot dusver niet<br />
ingeroepen.<br />
Representatiecommissie. — Voor deze commissie was<br />
het geen druk jaar, al werd zij eenige keeren verzocht<br />
een vertegenwoordiger voor de Pers aan te wijzen.<br />
Weduwen- en weezenfonds. — Dit fonds trad in werking.<br />
Tot ons leedwezen achtte de Directeurenvereeniging<br />
de tijdsomstandigheden niet geschikt voor medewerking.<br />
De Kring heeft toen deze verzekering zelve ter<br />
hand genomen en is er in geslaagd met de Nationale<br />
een voor de leden aantrekkelijke verzekering tot stand<br />
te brengen. Het is te hopen, dat deze verzekering op den<br />
duur evenzeer ingang zal vinden en door de Directies<br />
aangemoedigd zal worden als de verzekering voor een<br />
ouderdomspensioen.<br />
Bemiddelend en representatief werk. — Ook deze arbeid<br />
vroeg in het afgeloopen jaar veel aandacht. In dit<br />
verband verdienen de Besturen van de plaatselijke en<br />
gewestelijke vereenigingen onzen hartelijken dank voor<br />
het vele werk, bij tal van gebeurtenissen in het belang<br />
van de Pers verricht. In 't bijzonder mag de Haagsche<br />
Journalisten Vereeniging genoemd worden, die, bijgestaan<br />
door vertegenwoordigers van de Buitenlandsche<br />
Persvereeniging en door den heer H. H. J. van de Pol,<br />
te Delft, uitnemend werk deed ter gelegenheid van het<br />
overlijden van H.M. de Koningin-Moeder en van Z.K.H.<br />
Prins Hendrik. Het Kringbestuur legde een krans bij de<br />
baar van de vorstelijke dooden.<br />
Bij tal van blijde gebeurtenissen in het leven, zoowel<br />
als bij het sterven van leden, gaf het Kringbestuur van<br />
zijn belangstelling blijk.<br />
Een enkele maal mocht met succes voor een ontslagen<br />
lid worden opgekomen.<br />
Orgaan. — De Voorzitter bleef bereid de redactie<br />
van het orgaan De Journalist op zich te nemen. Mede<br />
door zijn verscheidenheid van inhoud wordt het orgaan<br />
zeer gewaardeerd. In April verscheen het 500e nummer.<br />
Noenmaal. — Op 5 Mei waren dr. H. D. van Broekhuizen,<br />
gezant van de Unie van Zuid-Afrika en F. M.<br />
L. baron van Geen, de afgetreden particulier secretaris<br />
van H.M. de Koningin, die vele jaren de Pers zeer ter<br />
wille was geweest, onze eeregasten aan een noenmaal,<br />
Aan den heer Van Geen werd een zilveren gedenkpenning<br />
met inscriptie aangeboden.<br />
Uitstapje. — Op 14 en <strong>15</strong> Juli was de Kring in de<br />
provincie Groningen te gast. De Groningsche Journalisten<br />
Vereeniging, zoowel als autoriteiten en vereenigingen,<br />
die ons ontvingen, brengen wij gaarne nog eens<br />
een hartelijk woord van dank.<br />
<strong>Int</strong>ernationale perskaart. — De belangstelling voor de<br />
blauwe kaart van de F. I. J. bleef toenemen.<br />
Adres aan de Kamers. •— Naar aanleiding van de<br />
thans tot stand gekomen aanvulling van het Wetboek<br />
van Strafrecht zond ons Bestuur een adres aan de beide<br />
Kamers inzake opruiende taal in verslagen. Het adres<br />
vond op het Binnenhof welwillende aandacht. Aanleiding<br />
voor vrees schijnt er voor bone fide journalisten<br />
niet meer te bestaan.<br />
Overeenkomsten en besluiten. — Het boekje overeenkomsten,<br />
gegevens en besluiten beleefde een derde, bijgewerkte<br />
uitgave.<br />
Persconferenties en persexcursies. — Het Kringbestuur<br />
nam een motie aan, waarin op beperking van deze con<br />
DE J O U R N A L I S T 11<br />
ferenties en excursies, welke een euvel zijn geworden,<br />
wordt aangedrongen.<br />
Radio en Pers. — De conferentie, welke aanvankelijk<br />
in Januari zou worden gehouden, is op verzoek van het<br />
Bestuur van de Directeurenvereeniging voorloopig uitgesteld.<br />
Verhouding tot de N. D. P. — Hoewel de verhouding<br />
tot de Directeurenvereeniging goed bleef, wekte het<br />
eenige ontstemming, dat zij somwijlen het redactioneel<br />
terrein betrad, zonder contact met den Kring. Het gaf<br />
dan ook groote voldoening, toen eenige dagen na het<br />
eind van dit verslagjaar uit het Bestuur van de N. D. P.<br />
de wensch opkwam tot instelling van een contact-commissie.<br />
Ons Bestuur heeft zich reeds met het denkbeeld<br />
vereenigd en hoopt, dat deze commissie binnenkort een<br />
feit zal worden.<br />
Alg. Ned. Persbureau. — Het Bestuur volgt met<br />
aandacht de stappen tot stichting van het persbureau der<br />
N. D. P. Het onderwerp leent zich niet tot publieke<br />
bespreking. Voorzoover journalistieke belangen daarbij<br />
in het geding zijn of kunnen komen, is het Bestuur<br />
diligent.<br />
Rusthuis. — Het Rusthuis is verhuurd tot 1 Mei '35<br />
plus een optie-jaar, voor ƒ 700 per jaar. De Penningmeester<br />
van het Fonds, dr. Henri Polak, deelde ons<br />
mede, dat de huurder zeer waarschijnlijk van het optiejaar<br />
gebruik zal maken. Het Fonds bezat op 1 Januari<br />
1934 een kapitaal van ƒ 7610, belegd bij het giro-kantoor<br />
der gemeente <strong>Amsterdam</strong> a 33^ %, voor een jaar fixe.<br />
Het huis is geschilderd én werd van centrale verwarming,<br />
waterleiding en een tweede W.C. voorzien, hetgeen<br />
noodig was om het te kunnen verhuren. Vóór Mei<br />
1936 zal over de verdere bestemming een beslissing genomen<br />
moeten worden.<br />
Personalia en jubilea. — De leden R. W. Lammers,<br />
H. Tersteeg, J. W. Bouman, Nannes Gorter, dr. Gargas,<br />
J. Vonk, C. van der Pol, jhr. mr. H. Smissaert, mr.<br />
G. Keiler, G. van Loon en het oud-lid mej. L. G. Feith<br />
ontvielen ons door den dood. Hun aandenken houden<br />
wij in hooge eere.<br />
De heeren A. J. Lievegoed en D. J. Lambooy moesten<br />
wij naar de buitengewone leden overbrengen in verband<br />
met hun benoeming bij den regeeringspersdienst;<br />
de Kring behoudt in hen goede vrienden. De heer A.<br />
Pelt werd benoemd tot directeur van de informatie-afdeeling<br />
bij het secretariaat van den Volkenbond.<br />
De volgende leden vierden jubilea: Dr. M. van Blankenstein<br />
en H. A. Meerum Terwogt 25 jaar aan<br />
de N.R.Ct., L. Stolk 25 jaar redacteur van De Maasbode;<br />
B. C. Spoel 25 jaar aan de Haagsche Courant;<br />
C. Schlick 45 jaar journalist (na het verslagjaar overleden);<br />
N. H. Wolf 40 jaar journalist; P. J. Blok 40 jaar<br />
aan het Dagblad van Rotterdam; C. J. Schotel 25 jaar<br />
aan het Handelsblad; C. J. Nauta 20 jaar aan de Preangerbode;<br />
P. Westerbaan 30 j. journalist; J. Leeninga 25<br />
jaar aan het Groninger Dagblad; Jac. P. van Term 50<br />
jaar journalist; L. P. van den Broek 35 jaar journalist<br />
en 60 jaar geworden. Denzelfden leeftijd bereikten de<br />
heeren W. Landré en C. J. A. van Bruggen; M. Wagenvoort<br />
werd ter gelegenheid van zijn 75sten verjaardag<br />
gehuldigd.<br />
De Kamper Ct. bestond dit jaar 100 jaar, het Nieuwsblad<br />
van Friesland 60 jaar, De Nederlander 40 jaar, het<br />
weekblad De Kunst 25 jaar.<br />
Ter herinnering aan het 50-jarig bestaan van de<br />
Haagsche Ct. werd in het gebouw van dit blad een Planetarium<br />
geopend, bij welke gelegenheid de directeurhoofdredacteur<br />
ons lid A. W. Sijthoff werd benoemd<br />
tot officier in de orde van Oranje-Nassau.<br />
Voorts ontvingen Koninklijke onderscheidingen: mr.<br />
G. G. van der Hoeven, hoofdredacteur van de N. Rotterd.<br />
Ct., die zijn 25-jarige werkzaamheid als zoodanig<br />
herdacht, den Nederlandschen Leeuw; H. Nijgh, directeur<br />
van de N. R. Ct. en A. C. de Neeve, redacteur van<br />
de N. R. Ct., officier in de orde van Oranje-Nassau;<br />
J. H. Rogge, redacteur bij het Persbureau Vaz Dias
12 DE J O U R N A L I S T<br />
en voorzitter van het Nederlandsen Persmuseum, G. P.<br />
Bon (Res. Bode) en mr. J. F. van Hanswijk Pennink<br />
(Kamper Ct.) ridder in de orde van Oranje-Nassau.<br />
* *<br />
*<br />
Aan het slot van dit jaarverslag met zijn uiteraard<br />
droge opsomming van feiten gekomen, moge ik met<br />
een woord van meer algemeene strekking besluiten.<br />
Onze Pers, met name onze dagbladpers, beleeft een<br />
zwaren tijd. De journalisten beseffen zulks ten volle en<br />
aanvaarden wat onvermijdelijk is. Het is ook hun trots,<br />
dat de dagbladondernemingen blijven staan in den storm<br />
der tijden. Hun eer is er mee gemoeid, dat de Nederlandsche<br />
dagbladpers hoog staat aangeschreven en haar<br />
vrijheid naar alle kanten ongerept heeft weten te handhaven.<br />
Of dit zoo zal blijven hangt af van hen, die de<br />
leiding hebben over den redactioneelen inhoud van onze<br />
dagbladen. Karaktervastheid zal in de toekomst van hen<br />
geëischt worden, nu de noodzaak om door de branding<br />
heen te komen concessies meebrengt aan wat van commercieel<br />
belang of den wensch van lezers wordt geacht.<br />
De grens zij in ieder geval daar, waar de vrijheid en onafhankelijkheid<br />
der Pers nu of in de toekomst gevaar<br />
kan loopen. Daarom sta onze Pers, die haar waarde<br />
als vrije voorlichtster van de publieke opinie beseft, vierkant<br />
en onbeschroomd tegenover ieder drijven naar dictatuur<br />
in welken vorm ook, tegenover ieder streven naar<br />
een Staatsvorm, die zonder een uniforme, onvrije Pers<br />
onbestaanbaar is. Trap ik open deuren in? Ik hoop het.<br />
Men hoort echter wel eens, dat niet alle directies en<br />
zelfs niet alle journalisten op dit punt even sterk in hun<br />
schoenen staan. Daarom moge hier gewezen worden op<br />
eenige feiten, die ook op hen, die voor de ideëele noodzakelijkheid<br />
van een vrije Pers wellicht minder gevoelen,<br />
eenigen indruk kunnen maken. Ik vond ze in het orgaan<br />
van de Directeurenvereeniging vermeld. Het zijn cijfers<br />
omtrent de Duitsche dagbladpers na haar Gleichschaltung.<br />
Welnu, in de twee jaar van onvrijheid is het aantal<br />
Duitsche dagbladen van rond 2700 tot rond 1100 verminderd.<br />
Van de verdwenen couranten — w.o. bladen<br />
met een groote reputatie als de Vossische Ztg., Börsen<br />
Kurier, Deutsche Tageszeitung, Weser Ztg., enz. —<br />
werden 1248 verboden. De gemiddelde maandelijksche<br />
oplage van de geheele Duitsche pers bedroeg in 1932<br />
1 milliard, thans nog slechts ruim 300 millioen. Het<br />
aantal advertenties is enorm verminderd. Algemeen<br />
wordt erkend, dat de Duitsche pers haar beteekenis en<br />
invloed heeft verloren. Het Duitsche dagbladwezen,<br />
eens een voorbeeld voor de wereld, is vernietigd en tot<br />
een caricatuur verworden. En in de andere dictatuurstaten,<br />
waar de Pers niet vrij kan ademhalen, is het niet<br />
beter.<br />
Is het denkbaar, dat één dagbladdirecteur of één journalist<br />
in Nederland door zulk een perspectief wordt aangetrokken?<br />
Maar laat ons dan ook alles doen om een beïnvloeding<br />
van de publieke opinie te voorkomen, welke de geesten<br />
rijp zou kunnen maken voor dat, waarvan wij allen<br />
gruwen! G. POLAK DANIELS.<br />
GIREEREN VAN CONTRIBUTIE.<br />
In de laatste week van <strong>Februari</strong> gaan de bewijzen<br />
van lidmaatschap 1935 met de quitantie per fa. R. Mees<br />
& Zoonen bij de collega's rond. Ik mag wel dringend<br />
verzoeken de quitantie bij de eerste aanbieding te betalen.<br />
Wie het mij gemakkelijk wil maken, gireere zijn<br />
contributie vóór 20 dezer op No. 67966 Rotterdam ten<br />
name van H. DEKKING,<br />
Penningmeester.<br />
ALGEMEENE VERGADERING.<br />
Het Kringbestuur wekt de leden dringend op de<br />
algemeene vergadering van Zaterdag 16 Maart te bezoeken.<br />
Een druk bezoek van onze jaarlijksche bijeenkomst<br />
moge getuigenis afleggen van de actieve belangstelling<br />
onzer leden.<br />
EEN GESCHENK VOOR DEN KRING.<br />
Bij den Kring-voorzitter is het volgend schrijven ingekomen<br />
van het Nederlandsch Jongelings-Verbond, de<br />
groote, bekende vereeniging voor jongelieden, op Protestantschen<br />
grondslag:<br />
<strong>Amsterdam</strong>, 28 Januari 1935.<br />
Hooggeachte Heer.<br />
Op verzoek van de Directie voor de Werkkampen<br />
van het Nederlandsch Jongelings-Verbond, welke op<br />
de Ernst-Sillem-Hoeve worden gehouden, hadden wij<br />
de eer op Vrijdag 25 Januari j.1., een tiental H.H. journalisten<br />
te ontvangen. Wij hadden het genoegen, deze<br />
heeren in kennis te stellen met den bijzonderen arbeid<br />
voor werklooze jongemannen en tevens de resultaten<br />
van dien arbeid te toonen.<br />
Er waren in dat werkkamp 60 jongemannen.<br />
De heeren hebben ons de eer aangedaan, aan onze<br />
gemeenschappelijke tafel het middagmaal te gebruiken.<br />
Er was bij de leiders en de jongemannen bijzondere<br />
dankbaarheid. Een der heeren heeft zijn instemming<br />
uitgesproken met den geest in het kamp en den practischen<br />
arbeid. Alle werkplaatsen werden rondgewandeld,<br />
inzonderheid de timmerwinkel en meubelmakerij.<br />
Op initiatief van de deelnemers aan ons kamp, hebben<br />
wij aan den heer R. J. Raken een verstelbaren eikenhouten<br />
lessenaar aangeboden, welke genoemde heer, namens<br />
u, met een dankwoord heeft aanvaard. De bedoeling<br />
van deze bescheiden vriendelijkheid was, dat<br />
het stuk gebruikt zou worden in den Nederl. Journalisten-Kring,<br />
waarvan u de Voorzitter bent. Zoowel de<br />
overhandiging, als het dankwoord, werden met hartelijk<br />
applaus begroet. Wij hadden daardoor een bijzonder<br />
gezelligen maaltijd en het deed ons allen goed, de belangstelling<br />
en de instemming van de heeren op te<br />
merken. Later mochten wij van deze heeren tezamen<br />
een gift voor het werk ontvangen. In afspraak met den<br />
heer R. J. Raken zenden wij thans dezen lessenaar aan<br />
u met het beleefd verzoek, dezen wel te willen aanvaarden.<br />
U wilt wel zoo vriendelijk zijn, dezen te doen<br />
bezorgen waar u hem gebruiken kunt.<br />
Wij betuigen ook u, als Voorzitter van den Nederl.<br />
Journalisten-Kring, onzen beleefden dank voor het buitengewoon<br />
sympathieke bezoek.<br />
Ik schrijf dit namens Ds. P. Veen te Utrecht, Voorzitter,<br />
den heer A. Ingwersen te <strong>Amsterdam</strong>, Architect,<br />
en ondergeteekende, Secretaris der Directie van de<br />
Werkkampen.<br />
Met de meeste hoogachting verblijven wij,<br />
Uw dw.<br />
C. TABAK.<br />
* * *<br />
De aan onzen Voorzitter toegezonden lessenaar is een<br />
fraai stuk, in donker eikenhout uitgevoerd, en kan op<br />
drie verschillende manieren worden gesteld en gebruikt.<br />
Natuurlijk is aan de schenkers den hartelijken dank van<br />
het Kringbestuur voor dit zeer op prijs gestelde geschenk<br />
betuigd.<br />
STOPPERS. Een Vraag.<br />
Een artikel in De Groene over het nieuw op te richten<br />
Persbureau begint aldus:<br />
„De pers en meer speciaal de dagbladpers heeft vele<br />
voorrechten. Haar grootste voorrecht is wellicht, dat<br />
zij in aangelegenheden, haarzelve als zoodanig betreffende,<br />
nooit last heeft van ongewenschte nieuwsgierigheid<br />
en ontijdige inmenging van de pers."<br />
Precies.<br />
De opmerking is in onze kringen ook wel eens gemaakt.<br />
De zaken en belangen van a/Ze groepen vinden<br />
in onze bladen op hun tijd ruimte, bespreking, verdediging,<br />
critiek. Maar onze eigen zaken en belangen,<br />
als het eens noodig zou zijn?
JAARVERSLAG VAN DEN PENNINGMEESTER.<br />
uit te brengen in de Algemeene Vergadering<br />
van 16 Maart 1935.<br />
Ook ditmaal is er reden, om niet al te ontevreden te<br />
zijn over den toestand van de financiën van den Kring.<br />
Er is een batig saldo van ƒ <strong>15</strong>88.75, tegen ƒ 1823.63<br />
in 1933 en een raming van ƒ 1463.53.<br />
Zonder den in dit jaar sterk opgeloopen post voor<br />
Hulde- en Eereblijken, dien we natuurlijk nooit in de<br />
hand hebben, want blijde en droevige gebeurtenissen<br />
hebben wij niet te bepalen, en zonder het bedrag van<br />
ƒ 238.98 dat we aan de Haagsche Journalisten-Vereeniging<br />
hadden uit te keeren, als de helft van de onkosten<br />
gemaakt bij de beide vorstelijke begrafenissen, hadden<br />
we het batig saldo aanmerkelijk ruimer mogen boeken.<br />
Bij den post van ƒ 238.98 zij de opmerking gemaakt dat<br />
het hier onkosten gold, die eigenlijk voor rekening van<br />
de dagbladen hadden moeten komen, maar noch de<br />
H. J. V. noch de Kring zouden die gemakkelijk hebben<br />
kunnen omslaan over de in Den Haag en Delft verschenen<br />
verslaggevers.<br />
Bij ontvangsten blijkt dat de geraamde bedragen voor<br />
loopende en achterstallige contributies zijn overtroffen<br />
DE J O U R N A L I S T 13<br />
met ƒ170.91 en ƒ241.49, de totaal begrooting met<br />
ƒ 419.35.<br />
Bij uitgaven valt het volgende op te merken:<br />
Aan het juist verlangen, dat het totaal der contributie<br />
(ook de achterstallige) voor 20 % ten bate van de<br />
Weerstandskas zullen komen is voldaan.<br />
Drukkosten Journalist is met ƒ 119.91 overschreden, de<br />
Redacteur had dit jaar vele hem toegezonden publicaties<br />
en verslagen plaats te verleenen, die hem dwongen<br />
aan De Journalist meer bladzijden te geven.<br />
Over den post drukwerk (ƒ283.14) werd verleden<br />
jaar door een lid een specificatie gevraagd. Voor belangstellenden<br />
liggen de rekeningen ter inzage. Er werd aan<br />
lidmaatschapskaarten ƒ 35.<strong>15</strong> uitgegeven, aan 300 boekjes<br />
met mededeeling van allerlei overeenkomsten, gegevens<br />
en besluiten voor leden van belang ƒ 145.60, verder<br />
waren er enveloppen, briefpapier voor voorzitter, secretaris<br />
en penningmeester, nieuwe kaarten voor het kaartsysteem<br />
enz., enz.<br />
De meeste uitgaven vielen beneden de ramingen uit,<br />
of overschreden die slechts matig.<br />
Het blijft intusschen zéér gewenscht ons aan de Begrooting<br />
stipt te houden en deze overschrijdingen te<br />
voorkomen. Ik vrees dat de raming voor ontvangst van<br />
Rekening van den Nederlamdschen Journalistenkring over 1934<br />
ONTVANGSTEN:<br />
Contributie vorige jaren<br />
Contributies loopend jaar .<br />
Depositorente<br />
Advertenties „Journalist" .<br />
Voordeelig saldo vorig jaar<br />
UITGAVEN :<br />
Totaal<br />
Weerstandskas 20 °/0 v. d. contributie<br />
Drukkosten „Journalist"<br />
Drukwerk<br />
Adm. hulp voor den penningmeester .<br />
Vergoeding redacteur<br />
Bureaukosten voorzitter<br />
. . . ' . . .<br />
„ secretaris<br />
„ penningmeester . . .<br />
Telefoon voorzitter<br />
„ secretaris<br />
Persmuseum<br />
Algemeene vergaderingen<br />
Delegaties algemeene vergaderingen<br />
Vergaderingen dag. en alg. bestuur<br />
Reis- en verblijfkosten bestuursleden<br />
Uitstapje<br />
Kringraad<br />
Hulde en eereblijken-<br />
Maaltijden met belangrijke personen<br />
Contrib. <strong>Int</strong>ern. Persvereeniging<br />
Bijwonen verg. Comité Exécutif v. d. Federation .<br />
Hulp vreemde journalisten<br />
Pensioenboekjes, zegelkosten, enz. .<br />
Provisie- incasso- en retourkosten<br />
Onvoorziene uitgaven<br />
.<br />
Onkosten werkloozencommissie<br />
Bijdrage in de onkosten voor de begrafenissen van<br />
f 23,35<br />
Kon. Emma en Prins HendriA: 238.98<br />
Bijdrage aan het weduwen-<br />
Representatie commissie .<br />
Voordeelig saldo . . . ,<br />
en weezenfonds<br />
Totaal<br />
f 262.33<br />
Begrooting<br />
1934<br />
f 400<br />
5750<br />
50<br />
25<br />
63<br />
f 8048 63<br />
Begrooting<br />
1934<br />
f 1230<br />
1800<br />
300<br />
300<br />
300<br />
100<br />
100<br />
100<br />
100<br />
100<br />
100<br />
75<br />
75<br />
400<br />
400<br />
30<br />
50<br />
100<br />
<strong>15</strong>0<br />
250<br />
<strong>15</strong>0<br />
10<br />
50<br />
100<br />
10<br />
100<br />
100<br />
<strong>15</strong><br />
1463 53<br />
f 8048 63<br />
Resultaat<br />
1934<br />
t 641 49<br />
5920 91<br />
52 10<br />
29 85<br />
1823 63<br />
f 8467<br />
Resultaat<br />
1934<br />
98<br />
f 1312 48<br />
„ 1919 91<br />
» 283 14<br />
„ 300<br />
„ 300<br />
71 66<br />
46 93<br />
„ 100 53<br />
„ 100<br />
„ 100<br />
„ 100 10<br />
66<br />
„ 108 75<br />
„ 346 20<br />
„ 353 45<br />
30 10<br />
I 239<br />
65<br />
„ 161 11<br />
„ 246 86<br />
„ 185 26<br />
10<br />
„ 55 35<br />
79 42<br />
„ 262 33<br />
„ 100<br />
" <strong>15</strong>88 75<br />
ƒ 8467 98~<br />
Begrooting<br />
1935<br />
f 400<br />
5750<br />
50<br />
25<br />
<strong>15</strong>88 75<br />
f 7813 75<br />
Begrooting<br />
1935<br />
f 1230<br />
1800<br />
200<br />
300<br />
300<br />
100<br />
100<br />
100<br />
100<br />
100<br />
100 10<br />
75<br />
100<br />
400<br />
400<br />
30<br />
50<br />
<strong>15</strong>0<br />
<strong>15</strong>0<br />
250<br />
<strong>15</strong>0<br />
10<br />
50<br />
100<br />
100<br />
100<br />
<strong>15</strong><br />
1253 65<br />
f 7813 75~
14 DE J O U R N A L I S T<br />
contributies ditmaal wat optimistisch zal blijken, omdat<br />
er enkele leden, die de hoogste contributie betaalden, uitvielen,<br />
en in dit jaar zijn we in elk geval totaal ƒ 234.88<br />
(ƒ 1823.63 — ƒ <strong>15</strong>88.75) achteruitgegaan. De uitgaven<br />
hebben dus de inkomsten overtroffen en dit is zeker<br />
DE WEERSTANDSKAS.<br />
De bezittingen van onze Weerstandskas bedroegen op<br />
31 December 1933 een totaal van ƒ44.189.03. En thans<br />
kan ik een bedrag van ƒ48.089.92 samen tellen. Dit is<br />
dus een zeer bevredigende vooruitgang; ik mag eraan<br />
herinneren dat toen ik ultimo 1927 den eersten staat<br />
opmaakte, het totaal slechts ƒ 29.065 bedroeg. Met onze<br />
Weerstandskas zijn wij dus wel op den goeden weg,<br />
we gingen dit jaar ƒ3900.89 vooruit.<br />
Helaas heeft dit jaar de algemeene converteerwoede<br />
onze rentabiliteit nog al erg aangepakt. Nagenoeg al<br />
ƒ 1000.-<br />
„ 1000.-<br />
„ 500.-<br />
„ 1000.-<br />
„ 500.-<br />
„ 1000.-<br />
„ 2000.-<br />
„ 500.-<br />
„ 2000.-<br />
„ 1000.-<br />
„ 1000.-<br />
„ 500.-<br />
„ 2000.-<br />
„ 1000.-<br />
„ 1000.-<br />
„ 1000.-<br />
„ 1000.-<br />
„ 1000.-<br />
„ 1000.-<br />
„ 1000.-<br />
„ 2000.-<br />
., 500.-<br />
„ 2000.-<br />
„ 2000.-<br />
„ 500.-<br />
„ 1000.-<br />
„ 1000.-<br />
„ 500.-<br />
„ 1000.-<br />
„ 1000.-<br />
„ 1000.-<br />
„ 1000.-<br />
„ 1000.-<br />
„ 1000.-<br />
„ 1000.-<br />
„ 7000.-<br />
., 500.-<br />
„ 500.-<br />
„ 1000.-<br />
„ 2000.-<br />
„ 1000.-<br />
BEZITTINGEN VAN DE WEERSTANDSKAS.<br />
2% % Ned. Werkel. schuld....<br />
4 „ Z. H. Hypot. bank ....<br />
4 ,, Bataafsche Hypb<br />
5 ,, Rott. Scheepshyp.b.<br />
4 „ Utr. Hyp.b<br />
4 „ Utr. Hyp.b<br />
4 „ Zuid Holl. Hyp.b<br />
4 „ Haarl. Hyp.b<br />
4 „ Haarl. Hyp.b<br />
4 ,, Staatsspoor<br />
4 „ Haarlem 1934<br />
4 „ Utrecht 1934<br />
4% „ Ned. Indische Gas Mij.<br />
4 ,, <strong>Amsterdam</strong> 1931<br />
4 „ Arnhem 1934<br />
4% „ Holl. Spoor<br />
4% « Staatsspoor<br />
4 „ Delft '34<br />
4% „ Den Haag<br />
4 „ Zuid Holland<br />
4 „ Ned. Indië '34<br />
4 „ Ned. Indië '34<br />
4 „ <strong>Amsterdam</strong> '34<br />
4 „ Westlandsche Hyp.b. •<br />
4 ,, Westlandsche Hyp.b. .<br />
4% ,, Ned. Scheepshyp.b<br />
5 „ Westlandsche Hyp.b. •<br />
5 „ Westlandsche Hyp.b. •<br />
4% „ Rott. Hyp.b<br />
4% „ Bank Ned. Gemeenten •<br />
5 „ Ned. Scheepshyp.b<br />
5% „ Ned. Scheepshyp.b. ••••<br />
414 •• België 1930<br />
4 „ Den Haag 1931<br />
4 „ Rotterdam 1931<br />
4 „ Nederland 1934<br />
4 „ Nederland '31<br />
4 „ Nederland '31<br />
414 „ Nederl. Bankstelling ....<br />
4\4 •' Rotterdam<br />
4 „ Nederl. Indië '34<br />
met een goed financieel beleid niet te verantwoorden.<br />
Voor de Weerstandskas wordt wederom een storting<br />
van 20 % van de ontvangen contributies voorgesteld<br />
en voor het Weduwe- en Weezenfonds een bedrag<br />
van ƒ 100.<br />
onze goede 5 en 4% obligaties gingen er aan en moesten<br />
worden vervangen door 4 % stukken.<br />
Tot de 3% % uitgiften ben ik nog niet overgaan, al<br />
weet ik dat we in 1935 daartoe wel zullen worden verplicht.<br />
Want het zijn juist de meer solide beleggingen<br />
waarvan de rente aldoor wordt verlaagd. Onze inkomsten<br />
uit rente zullen dus niet in verhouding tot het oploopend<br />
bezit stijgen.<br />
De 2% couponbelasting komt mee te onzen nadeele.<br />
De nieuwe belasting voor bezit in de doode hand treft<br />
onze Weerstandskas in 1935 met een bedrag van<br />
± ƒ 90. Het aangiftebiljet heb ik reeds verzonden.<br />
80% %<br />
100<br />
100<br />
66^<br />
100<br />
100<br />
100<br />
99M<br />
99K<br />
97%<br />
IOOV16<br />
101<br />
102<br />
99^<br />
100%<br />
100K<br />
1003/j G<br />
IOO34<br />
100J4<br />
101H<br />
ioiy2<br />
\Q\y2<br />
100<br />
100<br />
eon<br />
100<br />
100<br />
9534<br />
10034<br />
65%<br />
68%<br />
89%<br />
101%<br />
98%<br />
102%<br />
102%<br />
102%<br />
40<br />
100<br />
101%<br />
Totaal<br />
Saldo 1934<br />
De Penningmeester,<br />
ƒ 802.50<br />
„ 1000.—<br />
„ 500.—<br />
„ 665.—<br />
„ 500.—<br />
„ 1000.—<br />
„ 2000.—<br />
„ 497.50<br />
„ 1990.—<br />
„ 977.50<br />
„ 1000.62%<br />
„ 505.—<br />
„ 2040.—<br />
„ 991.25<br />
„ 1003.75<br />
„ 1001.25<br />
„ 1001.87%<br />
„ 1002.50<br />
„ 1002.50<br />
„ 10<strong>15</strong>.—<br />
„ 2030.—<br />
„ 507.50<br />
„ 1982.50<br />
„ 2000.—<br />
„ 500.—<br />
.. 605.—<br />
„ 1000.—<br />
„ 500.—<br />
„ 952.50<br />
„ 1002.50<br />
„ 656.25<br />
„ 681.25<br />
„ 895.—<br />
„ 1013.75<br />
„ 987.50<br />
„ 7175.—<br />
„ 512.50<br />
„ 512.50<br />
„ 400.—<br />
„ 2000.—<br />
„ 1013.75<br />
ƒ 47423.75<br />
„ 666.17<br />
ƒ 48089.92<br />
H. DEKKING.
Saldo vorig jaar<br />
Uitgelote of geconverteerde effecten<br />
Gekweekte interest<br />
Terugbetaalde voorschotten. .<br />
Contributie vorige jaren . . .<br />
Contributie loopend jaar. . .<br />
20 °/o van de Kringcontributies<br />
DE J O U R N A L I S T <strong>15</strong><br />
REKENING WEERSTANDSKAS 1934.<br />
ƒ 3824 66<br />
., 9621 97<br />
„ 1728 44<br />
„ 147 50<br />
„ 43<br />
,. 844 35<br />
„ 1312 48<br />
{ 17522 40<br />
REKENING WEDUWEN- EN WEEZENFONDS.<br />
Op de beslissing van de Algemeene Vergadering<br />
anticipeerend heeft het Bestuur het Tijdelijk Steunfonds<br />
overgebracht naar het nieuwe Weduwen- en Weezenfonds.<br />
Dat fonds is thans tot stand gekomen en met groote<br />
voldoening mag het Bestuur er op wijzen, dat reeds een<br />
aantal leden bij dit fonds de toekomst van hun weduwen<br />
(en weezen) verzekerden. Pas in een volgend verslag<br />
komen de bedragen voor ontvangsten en uitgaven aan<br />
premies voor boeking in aanmerking, zij bedroegen op<br />
1 Januari reeds ƒ 4667.05 en telkens komen zich nieuwe<br />
gegadigden aanmelden.<br />
Ook met onze pensioenverzekering zijn we met een<br />
klein aantal deelnemenden begonnen en uit ons verslag<br />
daarover kan wederom blijken, hoe ruim hier de deelneming<br />
is geworden.<br />
De Nationale is met sympathieke welwillendheid ons<br />
aldoor tegemoet gekomen bij de bezwaren die den opzet<br />
van een nieuwe verzekering als deze vanzelf veroorzaken.<br />
Ik mag er op wijzen dat de bedoeling van het Fonds<br />
Saldo vorig jaar<br />
Contributies<br />
Bijdrage uit de Alg. Kas . .<br />
Vrijwillige bijdragen en giften<br />
Rente Spaarbank 1934 . . .<br />
Safehuur . .<br />
Effectenmappen<br />
Gekochte effecten<br />
Verstrekte voorschotten<br />
Saldo<br />
REKENING WEDUWEN- EN WEEZENFONDS.<br />
f 3425 35<br />
„ 230<br />
„ 100<br />
„ 80 50<br />
60 66<br />
f 3896 51<br />
DE PENSIOENVERZEKERING.<br />
Nog maar weer eens klage ondergeteekende over de<br />
slordigheid en de onnauwkeurigheid van enkele deelnemers<br />
in de Pensioenverzekering, die voor alle anderen<br />
de afwerking der premieboekingen vertragen.<br />
Op <strong>15</strong> December moeten boekjes en stortingen in mijn<br />
bezit zijn en nog in Januari kwamen er gegadigden aller -<br />
gewoonst zich van dien veel te laat vervulden plicht<br />
kwijten. De Indische leden hadden op <strong>15</strong> Januari nog<br />
niets van zich laten hooren.<br />
De Nationale zal van nu af aan rente berekenen over<br />
mede is, bijslag te geven op de premies voor de oudere<br />
leden die zich nog willen verzekeren — voorloopig kan<br />
die toeslag slechts matig zijn — om in de toekomst de<br />
geheele bate van het fonds naar billijke verdeeling voor<br />
alle deelnemers beschikbaar te houden, zoodat niet alleen<br />
de zeer lage premies van de Nationale den leden van<br />
den N. J. K. worden aangeboden, doch bovendien nog<br />
een vermindering daarvan door een geregelden toeslag<br />
uit het fonds. Wederom wordt per lid een bedrag van<br />
50 cents aan het fonds voorgesteld.<br />
Ik hoop dat in 1935 velen van deze wel buitengewoon<br />
goedkoope verzekering het profijt zullen zoeken 1 ).<br />
Het dagelijksch bestuur richtte tot de directies van<br />
alle bladen, waarvan redactieleden tot onzen Kring behooren,<br />
een met cijfers verlucht verzoek tot deze verzekering<br />
toe te treden.<br />
*) Uit een brief met een aanvrage om toe te treden, van een<br />
Haagsch Kringlid, een citaat: „Ik heb als voorzitter van onze club<br />
al heel wat verzekeringstarieven en verzekeringsmogelijkheden onder<br />
de ogen gezien, doch moet volmondig erkennen, dat hetgeen U<br />
hier voor de Kringleden heeft weten te bereiken, verreweg het voordeligst<br />
is van al wat te mijner kennis kwam. Hulde!"<br />
Gekochte effecten<br />
Uitkeeringen . .<br />
Saldo . . . .<br />
*) Waarvan f 2094.16 op een spaarbankboekje Rotterd.<br />
Spaarbank.<br />
De effecten van het fonds bestaan uit:<br />
f 1000 4"/o Arnhem 1934.<br />
f 500 4% Ned, Indie 1934.<br />
de te laat ingekomen stortingen. Men zij dus gewaarschuwd.<br />
Eén lid bereikte den leeftijd waarop zijn pensioen<br />
ingaat, drie zijn overleden, één trad uit den Kring en<br />
zette met de hoogere premie de verzekering voort.<br />
Vier nieuwe leden traden toe.<br />
Het aantal deelnemers bedraagt thans 165, het totaal<br />
der stortingen (de Indische leden dus niet medegeteld,<br />
die ongeveer ƒ 3000 plegen te storten) ƒ 42.058.66.<br />
De Penningmeester.<br />
H. DEKKING.
16 DE J O U R N A L I S T<br />
BESTUURSVERGADERING.<br />
Het Bestuur vergaderde op 12 Januari. Aanwezig alle<br />
Bestuursleden, benevens de Gedelegeerden van den<br />
Bergh en Hoyer; afwezig met kennisgeving de heer<br />
Schraver.<br />
De Voorzitter uit zijn beste wenschen voor den Kring<br />
in het jaar 1935.<br />
Notulen. — De notulen van de vorige Bestuursvergadering<br />
worden goedgekeurd.<br />
Candidaturen. — Verschillende nieuwe leden worden<br />
toegelaten (zie elders in dit nummer).<br />
Ingekomen stukken. — Een aantal ingekomen stukken<br />
worden afgedaan.<br />
Weduwenpensioen. — De Penningmeester deelt mee,<br />
dat hij reeds ruim ƒ 5000.— aan premiestorting voor onze<br />
nieuwe weduwenverzekering heeft kunnen overmaken.<br />
Vooral de Directie van het Alg. Handelsblad werkt<br />
hartelijk mee aan de doorvoering van het weduwenpensioen<br />
(Instemming). Spr. hoopt, dat anderen dit voorbeeld<br />
zullen volgen. Besloten wordt de voor 1934 vastgestelde<br />
bijdrage van ƒ 0.50 per lid voor het weduwenfonds<br />
over '35 te continueeren.<br />
Jaarvergadering. — De jaarvergadering wordt bepaald<br />
op Zaterdagmiddag 16 Maart te Rotterdam. De agenda<br />
voor deze vergadering wordt vastgesteld.<br />
De heer Biemond, aan de beurt van aftreding, deelt<br />
mee voor een jongere te willen plaats maken. Van verschillende<br />
zijden wordt aandrang geoefend op den heer<br />
Biemond, dien men zeer ongaarne in het Bestuur zou<br />
missen, om zich herkiesbaar te stellen; de heer Biemond<br />
geeft aan den algemeenen aandrang gehoor (Applaus).<br />
Werklooze intellectueelen. — De Voorzitter doet<br />
eenige mededeelingen over het werk van het comité<br />
voor werklooze intellectueelen. Besloten wordt voor eenmaal<br />
ƒ 100.— aan dit comité, waarin onze Kring door<br />
den Voorzitter vertegenwoordigd is, bij te dragen.<br />
Radio en Pers. — De Voorzitter verstrekt uitvoerig<br />
mededeelingen over den gang van zaken na het besluit<br />
van de vorige Bestuursvergadering inzake een conferentie<br />
over Radio en Pers. Op verzoek van het Bestuur<br />
van de Directeurenvereeniging heeft het Dageiijksch Bestuur<br />
hierover een bespreking met het Bestuur der Directeurenvereeniging<br />
gehad, bij welke besprekingen ook<br />
andere actueele onderwerpen ter sprake zijn gebracht.<br />
De besprekingen hadden een bevredigend verloop. Besloten<br />
wordt, overeenkomst het verzoek van het Bestuur<br />
der N.D.P., de voorgenomen conferentie inzake Radio<br />
en Pers voorloopig uit te stellen.<br />
Contact-commissie N.D.P. en N.J.K. — Gedurende de<br />
conferentie met het Bestuur van de N.D.P. is van de<br />
zijde der N.D.P. het denkbeeld geopperd, om tot de<br />
instelling van een (niet te groote) contact-commissie tusschen<br />
Directeurenvereeniging en Kring over te gaan ter<br />
bespreking van belangen, welke beide vereenigingen<br />
raken. Van verschillende zijden wordt dit denkbeeld gesteund;<br />
misverstand en ongewenschte wrijving kunnen<br />
langs dezen weg vermeden worden. Besloten wordt aan<br />
het Bestuur van de N.D.P. mede te deelen, dat het<br />
Kringbestuur zich gaarne vereenigt met het denkbeeld<br />
tot instelling van zulk een contactcommissie, dat onzerzijds<br />
de leden van het Dageiijksch Bestuur — subsidiair<br />
twee leden daarvan — den Kring in de commissie zullen<br />
vertegenwoordigen, in het vertrouwen dat het Bestuur<br />
van de N.D.P. weldra zijn vertegenwoordigers zal<br />
aanwijzen.<br />
Persregeling te <strong>Amsterdam</strong>. — Naar aanleiding van<br />
onzen brief aan het Bestuur van de Buitenlandsche Pers-<br />
vereeniging inzake de persregeling bij de terugkomst<br />
van de „Uiver" te <strong>Amsterdam</strong>, is een brief van het Bestuur<br />
der B.P.V. ingekomen, waarin een conferentie<br />
wordt gevraagd. Over den datum van deze bespreking<br />
zal overleg met de B.P.V. worden gepleegd.<br />
Alg. Nederl. Persbureau. — De Voorzirrer verstrekt<br />
het Bestuur vertrouwelijk uitvoerige inlichtingen over het<br />
door de N.D.P. te stichten persbureau. Ook hierover is<br />
in de conferentie met het N.D.P.-Bestuur even van gedachten<br />
gewisseld. Er ontspint zich over deze quaestie<br />
een geanimeerde bespreking, als gevolg waarvan besloten<br />
wordt binnenkort een conferentie met den Raad van<br />
Beheer van het A.N.P. aan te vragen over de belangen<br />
van de journalisten, betrokken bij de instelling van het<br />
A.N.P.<br />
F.I.J. — De quaestie van toelating van de vereeniging<br />
van uitgeweken Duitsche journalisten te Parijs tot de<br />
Federation <strong>Int</strong>ernationale des Journalistes wordt tot de<br />
e.v. vergadering aangehouden, in verband met een zoo<br />
juist ingekomen rapport over deze quaestie; dit rapport<br />
zal bij de Bestuursleden circuleeren.<br />
Persfotografen. — In die vergadering (9 <strong>Februari</strong>)<br />
komt ook ter sprake de verhouding tusschen de internationale<br />
journalistenorganisatie en de persfotografen.<br />
* *<br />
*<br />
Het Bestuur vergaderde op 9 <strong>Februari</strong> wederom.<br />
Aanwezig alle Bestuursleden behalve de heeren Cnossen<br />
en Kouwenaar, benevens de gedelegeerden van den<br />
Bergh, Hoyer en Schraver.<br />
Candidaturen. — Een tiental nieuwe leden wordt<br />
toegelaten (zie elders in dit nummer).<br />
Ingekomen stukken. — Een groot aantal ingekomen<br />
stukken werd afgedaan.<br />
Persfotografen en Filmoperateurs. — Een verzoek van<br />
de Nederlandsche Vereeniging van Persfotografen en<br />
Filmoperateurs om er toe mee te werken, dat haar vereeniging<br />
als groep, dan wel haar leden individueel, tot<br />
den Kring kunnen toetreden, wordt afgewezen.<br />
Werklooze intellectueelen. — Naar aanleiding van ingekomen<br />
stukken van het Nationaal Comité voor Arbeid<br />
aan Werklooze <strong>Int</strong>ellectueelen wordt besloten het Comité<br />
te berichten, dat wij, hoewel sympathiek staande<br />
tegenover het doel van het Comité, er de voorkeur aan<br />
geven, zelf voor onze werkloozen te zorgen en, gezien<br />
den opzet van de werkwijze van het Comité, ons onttrekken<br />
aan practische medewerking, onder verwijzing<br />
naar de bezwaren, door onzen Voorzitter in een bijeenkomst<br />
van het Comité tegen dezen opzet ontwikkeld.<br />
Bijdrage aan Weerstandskas. — Aan de algemeene<br />
vergadering zal worden voorgesteld het percentage van<br />
de contributie voor de Weerstandskas wederom op 20 %<br />
te bepalen.<br />
Verslagen. — Het jaarverslag van den Penningmeester,<br />
benevens de begrooting voor 1935, worden, evenals<br />
het jaarverslag van den Secretaris, onder dankbetuiging<br />
vastgesteld.<br />
Noenmaal en Uitstapje. — Hierover worden voorloopige<br />
besprekingen gevoerd.<br />
Algemeen Nederl. Persbureau. — De Voorzitter doet<br />
vertrouwelijk uitvoerige mededeelingen over den stand
van zaken. In antwoord op een verzoek onzerzijds heeft<br />
de Raad van Beheer van het A.N.P. zich gaarne bereid<br />
verklaard ons te gelegenertijd in zijn midden te ontvangen.<br />
F.I.J. en uitgewekenen. — Na uitvoerige besprekingen<br />
wordt de volgende motie-Santcroos aangenomen:<br />
„Het bestuur van den N.J.K., kennis genomen hebbende<br />
van de beslissing op het jongste congres der<br />
F.I.J., te Brussel, om de te Parijs gevestigde vereeniging<br />
van uitgeweken Duitsche journalisten, onder leiding van<br />
den oud-voorzitter der Federation George Bernhard,<br />
voorloopig niet te laten tot het lidmaatschap der F.I.J.<br />
en deze zaak in handen eener commissie te stellen;<br />
is van oordeel, dat deze beslissing in strijd is met de<br />
opvattingen van internationale broederschap en vakcollegialiteit,<br />
waarvan de F.I.J. bezield behoort te zijn;<br />
spreekt als zijn oordeel uit, dat het wenschelijk is, dat<br />
de Groep-Bernhard, voor zoover zij uit bona-fide journalisten<br />
bestaat, alsnog tot de F.I.J. wordt toegelaten<br />
en dringt er, in volkomen overeenstemming met het gevoelen<br />
van zijn gedelegeerde ten congresse, bij het Comité<br />
Exécutif op aan, alsnog deze toelating te bevorderen."<br />
Elout, in het Handelsblad:<br />
D E J OU R N A L I S T 17<br />
Dutch of Duitsch?<br />
Dat onze ministers het tegenwoordig zoo erg druk<br />
hebben, moet toch maar een legende zijn. Want de een<br />
na den ander vindt tijd tot niet juist dringend noodige,<br />
uitstapjes op taalgebied. Nauwelijks is het rumoer bedaard<br />
dat minister Marchant door zijn linguistische excursie<br />
heeft gewekt, of minister de Wilde trekt er op zijn<br />
beurt opuit. En wel met een aanschrijving, ,,in overleg<br />
met den Minister van Buitenlandsche Zaken", tot het<br />
gebruiken van „Netherland" of „Netherland's" in plaats<br />
van „Dutch" wanneer men, Engelsch schrijvend „Nederlandsch"<br />
bedoelt. En Netherland(s) „subject" voor Nederlander".<br />
Nu, dan zullen we dus in 't vervolg moeten<br />
gewagen van „The Flying Netherland(s) subject" en<br />
een Engelschman of Amerikaan op de vingers moeten<br />
tippen als hij nog spreekt van den „Flying Dutchman".<br />
Maar is het niet gewenscht, dat een Nederlandsch minister,<br />
wanneer hij taalveranderingen uitgeeft, dat doet<br />
in het Nederlandsch? En als wij nu in de circulaire uitdrukkingen<br />
lezen als: „als juist aan te merken woorden"<br />
en: Aangezien de vraag omstreden is " dan vragen<br />
wij ons toch af: Welke taal lezen wij nu? Is dit „Dutch"<br />
of Duitsch? Of zou dit nu misschien... „Netherland(s)"<br />
zijn?<br />
Collega Roosevelt.<br />
President Roosevelt, die, toen hij nog aan de Havarduniversiteit<br />
studeerde, redacteur was van het door deze<br />
universiteit uitgegeven blad, heeft voor een aantal universiteitsjournalisten,<br />
die in het Witte Huis waren bijeengekomen,<br />
medegedeeld, hoe hij destijds bij het verslaan<br />
van een voetbalwedstrijd zijn concurrenten wist te<br />
slaan. Toen de jaarlijksche voetbalwedstrijd tusschen de<br />
Harvard- en Yale-universiteiten weder zou worden gehouden,<br />
was hij vastbesloten de reporters van de Yaleuniversiteit<br />
in snelheid van berichtgeving te slaan, alhoewel<br />
de wedstrijd in Yale zou worden gespeeld. Te dien<br />
einde voerde hij een eenvoudige drukpers met zich mede<br />
en terwijl de wedstrijd aan den gang was, kon hij zijn<br />
verslag drukken. Het resultaat was, dat zijn verslag negen<br />
minuten eerder klaar was dan dat zijner concurrenten.<br />
(N.R.C.).<br />
LEDENLIJST.<br />
Aangenomen als gewoon lid:<br />
Mej. Ch. J. J. F. Noë, Goor en Eeml., v. Miereveldstraat<br />
3, <strong>Amsterdam</strong>.<br />
J. A. Polak, Het Volk, mr. Sickeszlaan la, Utrecht.<br />
R. Blijstra, versch. bladen. Kromme Mijdrechtstraat<br />
106, <strong>Amsterdam</strong>.<br />
H. L. Tissot van Patot, Bredasche Ct., Ginnekenweg<br />
58, Breda.<br />
Paul Balazs, Kosmos Press Agency, Nic. Maesstr. 92,<br />
<strong>Amsterdam</strong>.<br />
J. H. Ritman, Bat. Nieuwsblad, Sluisbrugstraat 23,<br />
Batavia (O).<br />
Aangenomen als buitengewoon lid:<br />
Mej. L. C. A. van Eeghen, De Vrijheid, Huize Aardenberg,<br />
Doorn.<br />
Voorgedragen als gewoon lid:<br />
P. van Zwanenburg, Haagsche Crt., Stuyvesantstr.<br />
140, den Haag.<br />
Ph. Rintel, versch. bladen. Jan v. d. Heydenstr. 6,<br />
Amersfoort.<br />
G. Koopmans, Arbeiderspers, Wollebrandstr. 1,<br />
Alkmaar.<br />
B. Hansen, Alkmaarsche Crt., Spoorstr. 11, Alkmaar.<br />
A. D. Lissauer, Persbureau Vaz Dias, 2e Jan v. d.<br />
Heydenstraat 91, <strong>Amsterdam</strong> (Z.).<br />
Mr. M. C. Godschalk, Persbureau Vaz Dias, Clematisstraat<br />
29, <strong>Amsterdam</strong>.<br />
L. de Wolff, Persb. Vaz Dias, Olympiaweg lllhs,<br />
<strong>Amsterdam</strong> (Z.).<br />
G. A. H. Leenen, Westlandsche Crt., Kruisweg 17,<br />
Naaldwijk.<br />
J. van de Walle, Persbureau Vaz Dias, Kalfjeslaan<br />
44, <strong>Amsterdam</strong>.<br />
M. Pont van Valckenborgh, Vereen. Persbureaux, 2e<br />
Sweelinckstraat 118, den Haag.<br />
Mr. H. Scholte, verschilt bi, Titiaanstr. 26, <strong>Amsterdam</strong><br />
Z.<br />
H. Amberg, buit. bi, Utrechtsche str. 123, <strong>Amsterdam</strong>.<br />
Mr. M. Kann, De Groene, Jan Steenlaan 40, Naarden-Bussum.<br />
Overleden :<br />
P. A. Haaxman, den Haag.<br />
C. Schlick, <strong>Amsterdam</strong>.<br />
Adresverandering en -verbetering:<br />
R. J. Brandenburg, naar Paulus Potterlaan 16, Bilthoven.<br />
G. K. Krop, naar Diergaardelaan 44a, Rotterdam.<br />
Dr. P. G. A. de Waal, naar Groenhovenstr. 20, den<br />
Haag.<br />
H. Burger, Standaard, naar Prinsengracht 255, <strong>Amsterdam</strong><br />
(O).<br />
Mr. E. Elias, naar Hoekwaterstraat 44, Voorburg.<br />
P. H. de Wit, Haagsche Ct., naar Hoekwaterstraat<br />
36, Voorburg.<br />
^ J. Th. Balk, Alg. Hbld. (niet meer Utr. Nbld.) naar<br />
Snelliuslaan 19, Hilversum.<br />
C. P. Voute, naar Nassaulaan 11, Buitenzorg (O.I.).<br />
G. A. W. Zalsman, naar Torenlaan 56, Overschie.<br />
K. Polak, naar Vijzelstraat 38 III, <strong>Amsterdam</strong> (O).<br />
H. A. A. R. Knap, Arnh. Crt., naar Mauvestraat 59,<br />
<strong>Amsterdam</strong>.<br />
Dr. J. Ch. Zuyderhoff, naar Goudenregenplein 13,<br />
den Haag.<br />
Gevraagde adressen :<br />
M. van der Hilst, laatstelijk St. Germain en Laye<br />
(Frankrijk).<br />
S. van der Schaaf, Leeuwarden.<br />
Mej. A. Lepoutre, <strong>Amsterdam</strong>.<br />
K. S. J. Vos, laatstelijk Medan (O.I.).
18<br />
Aangesloten Vereenigingen.<br />
DE AMTERDAHSCHE PERS.<br />
De vereeniging „De <strong>Amsterdam</strong>sche Pers" hield op<br />
21 Januari haar jaarlijksche algemeene vergadering.<br />
De Voorzitter, de heer D. Kouwenaar, zeide in zijn<br />
openingswoord dat de vereeniging in het afgeloopen jaar<br />
zware verliezen geleden had. Hij herdacht het heengaan<br />
van de collega's H. Tersteeg, G, van Loon, mr. G. Keiler,<br />
Ch. Schlick en W. Nieuwenhuis, welke laatste vóór<br />
de afscheiding der katholieke journalisten zeer lang lid<br />
van de vereeniging is geweest. Wat collega Schlick betreft,<br />
spr. rekende hem tot de oude garde der <strong>Amsterdam</strong>sche<br />
journalistiek, die in Palais Royal aan de tafelronde<br />
deelnam. Met hem is tevens een bekwaam jourlist<br />
heengegaan. Aan mr. G. Keller's jovialiteit hebben<br />
nog vele collega's aangename herinneringen; evenals<br />
Schlick maakte ook hij vroeger deel uit van het bestuur.<br />
DE J O U R N A L I S T<br />
Jaarverslagen.<br />
De Secretaris, collega J. C. E. Sand, bracht daarna het<br />
volgende jaarverslag uit:<br />
„In het jaar dat achter ons ligt trof de vereeniging twee<br />
maal een zware slag. Op den twintigsten <strong>Februari</strong> droegen<br />
wij onzen voorzitter, collega H. Tersteeg, ten grave<br />
en in de helft van November ontviel ons het lid, collega<br />
G. van Loon. Onze waarnemende voorzitter, collega J.<br />
J. F. van den Bergh, heeft op Zorgvlied collega Tersteeg<br />
herdacht en zoowel in een bestuurs- als in een<br />
ledenvergadering van zijn verdiensten jegens onze vereeniging<br />
getuigd.<br />
Voorts verloren wij een onzer vroegere voorzitters,<br />
mr. G. Keiler, voor de oudere <strong>Amsterdam</strong>sche journalisten<br />
geen onbekende.<br />
In de vacature-Tersteeg werd candidaat gesteld collega<br />
D. Kouwenaar. De ledenvergadering koos hem met<br />
vrijwel algemeene stemmen en zoo keerde een goede<br />
bekende weer in het midden van het bestuur terug.<br />
Collega J. C. de Wit, een onzer bestuursleden, vertrok<br />
naar Den Haag, in zijn plaats werd benoemd collega H.<br />
D. F. Meiners.<br />
1934 werd een der drukste jaren voor onze vereeniging.<br />
De keeren, waarbij regelend en bemiddelend moest<br />
worden opgetreden, waarbij zitting moest worden genomen<br />
in comité's en eerecomité's, de jubilea en eenige<br />
geschillen met autoriteiten en particulieren, volgden elkaar<br />
met groote snelheid op. De drukte wordt eenigszins<br />
geïllustreerd door het aantal vergaderingen. Er werden<br />
vijf ledenvergaderingen gehouden, terwijl het bestuur<br />
één en twintig maal bijeenkwam. Het bestuur betreurt<br />
het ten zeerste, dat de ledenvergaderingen zoo slecht bezocht<br />
worden. In verband daarmede zint het bestuur op<br />
middelen om het bezoek der leden op te voeren.<br />
Om met het prettigste te beginnen, De <strong>Amsterdam</strong>sche<br />
Pers deed van haar belangstelling blijken bij de jubilea<br />
van de collegaa's Alb. Keiler, Meerum Terwogt en van<br />
den Broek, bij den 60sten verjaardag van den directeur<br />
van het Handelsblad ir. A. Heldring, bij den 50sten verjaardag<br />
van collega J. Hoven en bij het jubileum van het<br />
weekblad De Kunst. Voorts was zij vertegenwoordigd<br />
bij het afscheid van den commissaris van politie J. J.<br />
Hulsenboom en van den hoofdbrandmeester M. Brunet<br />
de Rochebrune, terwijl een schriftelijk blijk van belangstelling<br />
werd gegeven bij de pensionneering van collega<br />
van Loon van De Standaard en bij het vertrek van baron<br />
van Geen als particulier secretaris van H.M. de<br />
Koningin.<br />
Namens het bestuur werden voorts de rouwregisters<br />
ten Paleize te <strong>Amsterdam</strong> geteekend ter gelegenheid van<br />
het overlijden van H.M. de Koningin-Moeder en van<br />
Z.K.H. Prins Hendrik.<br />
Eenige malen moest bij conflicten worden geïntervenieerd.<br />
Zoo was er een stekelige correspondentie tusschen<br />
den president van een der strafkamers en het bestuur,<br />
omdat eerstgenoemde een journalist ter openbare zitting<br />
had gekapitteld vanwege in diens blad verschenen foto's.<br />
Bij een brand, die plaats vond aan boord van het mailschip<br />
J. P. Coen, werden een aantal journalisten op kinderachtige<br />
wijze door een chef der maatschappij „Nederland"<br />
behandeld. Het bestuur had in verband daarmede<br />
een onderhoud met de directie die mededeelde, dat bij<br />
brand voortaan de pers op vertoon van den penning op<br />
het emplacement zou worden toegelaten. Andere journalisten<br />
hadden kwesties met tooneelspelers en tooneeldirecteuren,<br />
terwijl de A.P. zelf bij de aanvragen voor<br />
kaarten voor de Uiverhuldiging en voor perspenningen<br />
moeilijkheden ondervond van de Buitenlandsche Persvereeniging.<br />
Deze zaak is door ons bestuur aanhangig<br />
gemaakt bij het bestuur van den N. J. K. Bij het einde<br />
van dit jaar was de kwestie nog niet geregeld.<br />
Een andere gebeurtenis was eveneens van onaangenamen<br />
aard. Het bleek dat vertrouwelijke mededeelingen,<br />
welke in een persconferentie waren gedaan door den<br />
officier van justitie in zake het proces Onnes en wat<br />
daarmede verband hield, waren oververteld aan een<br />
hoofdinspecteur van politie hier ter stede, die zijdelings<br />
bij de zaak betrokken was. Het onderzoek, door het bestuur<br />
ingesteld, vermocht niet met zekerheid den loslippigen<br />
collega aan te wijzen.<br />
Regelend en bemiddelend werd opgetreden bij de autotentoonstelling,<br />
bij de Amato, welke regeling ons, eerlijk<br />
gezegd, min of meer uit de hand liep, bij de Almitento<br />
waar het verre van vlot ging, bij de Luto, bij de Heemschut-tentoonstelling,<br />
bij de Stadionconcerten en bij de<br />
Uiverhuldiging, welke laatste gelegenheid tot ieders<br />
tevredenheid verliep en waarbij wij groote medewerking<br />
ontvingen van de K.L.M., den luchthavenmeester, de gemeente-telefoon<br />
en de rijkstelefoon. Dat van deze beide<br />
laatste diensten geen al te druk gebruik is gemaakt,<br />
mag tot gevolg gerekend worden van een zeer vlotten<br />
koeriersdienst, ingesteld door de A. P.<br />
In dit verslag moet uiting gegeven worden aan onze<br />
vreugde over den goeden afloop van een ongeval, dat<br />
ons bestuurslid Bakker overkwam. Een bloemstuk, naast<br />
het ziekbed van onzen makker geplaatst, was daar de<br />
tolk van.<br />
Daar de collega's Pinkhof {Telegraaf), Geudeker<br />
(Volk) en Thomas (De Tijd) door den Kring geroyeerd<br />
werden wegens wanbetaling, moest de A. P. hen als lid<br />
afschrijven. Met de R.K. journalisten-ver. „Noord-Holland"<br />
en met de <strong>Amsterdam</strong>sche Sportpers werden overeenkomsten<br />
gesloten inzake regelend en bemiddelend<br />
optreden.<br />
Er traden in het verslagjaar 10 nieuwe leden toe, 8<br />
bedankten, 3 werden er geroyeerd en 2 overleden,<br />
zoodat het nieuwe jaar begonnen werd met 88 leden.<br />
Hiervan behooren er 18 tot de redactie het Handelsblad.<br />
17 tot de redactie van Het Volk, 12 tot de redactie van<br />
De Telegraaf, 9 tot de redactie van De Standaard en 8<br />
tot de redactie van het persbureau Vaz Dias..<br />
Het aantal in omloop zijnde perspenningen bedroeg<br />
aan het einde van het jaar 47. De bladen werden door<br />
de bemiddeling van de politie 79 maal gewaarschuwd<br />
voor branden, ongevallen en hulpverleeningen.<br />
Lest best: op Oudejaarsdag kwam de benoeming, tot<br />
ridder in de orde van Oranje-Nassau, af van onzen penningmeester,<br />
collega J. H. Rogge, die straks in cijfertaal<br />
tot u zal spreken, doch die wij in gewone taal op<br />
een bestuursvergadering van harte hebben gelukgewenscht."<br />
De rekening en verantwoording van den pennigmeester,<br />
collega J. H. Rogge, sloot met een bedrag aan inkomsten<br />
en uitgaven van ƒ 768.52.<br />
Beide jaarverslagen werden goedgekeurd.<br />
Naar aanleiding van de overeenkomst, welke getroffen<br />
was met de Amst. Sportpers, merkte collega Schotting op,<br />
dat het een onaangenamen indruk maakt, dat het bestuur<br />
der A. P. moet confereeren met den voorzitter der
A. S. P., den heer Geudeker, die wegens wanbetaling<br />
door den Kring en dientengevolge ook door de A. P. is<br />
geroyeerd. Spr. vroeg of dat niet eigenlijk beneden de<br />
waardigheid van onze vereeniging was.<br />
De Voorzitter antwoordde hierop, dat ook in het bestuur<br />
deze opmerking was gemaakt. De overeenkomst<br />
is er nu eenmaal en het goede daarvan is dat de A. P.<br />
een wakend oog op bepaalde regelingen kan houden.<br />
Het bestuur zal zich echter nog over deze kwestie-Geudeker<br />
beraden.<br />
De bestuursverkiezing had tot resultaat, dat de aftredende<br />
functionarissen Sand, secretaris, Rogge penningmeester<br />
en Bakker, bestuurslid herkozen werden. Uitgebracht<br />
werden 18 geldige stemmen. Hiervan kreeg<br />
collega Sand er 17, voorts 1 blanco, collega Rogge 17,<br />
collega Posch 1, collega Bakker 16, 1 blanco, 1 op collega<br />
J. J. F. v. d. Bergh.<br />
De gedelegeerde en pl.v.v. gedelegeerde, resp. coll.<br />
v. d. Bergh en Bakker, werden met vrijwel algemeene<br />
stemmen herkozen.<br />
* *<br />
*<br />
Voor het lidmaatschap van onze vereeniging heeft<br />
zich aangemeld collega P. Balazs (Kosmos Press Agency)<br />
en mej. Ch. J. }. F. Noë (Gooi- en Eemlander).<br />
Bezwaren kunnen binnen acht dagen worden ingebracht<br />
bij den secretaris J. C. E. Sand, Johannes Verhulststraat<br />
123, <strong>Amsterdam</strong> Zuid.<br />
HAAGSCHE 30URNALISTEN-VEREENIGING.<br />
Voor het buitengewoon lidmaatschap onzer vereeniging<br />
hebben zich opgegeven de heeren J. C. A. Bannink<br />
en J. B. de Gou. Eventueele bezwaren binnen 8 dagen<br />
bij de secretaresse, Mej. S. J. Belinfante, Schuytstr. 172.<br />
STOPPERS. Regeerings-Persdienst.<br />
Uit de Memorie van Antwoord betreffende Buitenlandsche<br />
Zaken aan de Eerste Kamer:<br />
,,De vraag, of naast den Regeeringspersdienst nog<br />
behoefte bestaat aan een door het Rijk gesubsidieerd<br />
Nationaal Bureau voor Documentatie, heeft ondergeteekende<br />
zich reeds bij de oprichting van eerstgenoemden<br />
dienst gesteld. Daarbij kwam hij tot de slotsom,<br />
dat tengevolge van de instelling van den Regeeringspersdienst<br />
het Nationaal Bureau niet langer als onmisbaar,<br />
doch wel nog steeds als nuttig viel te beschouwen.<br />
Inmiddels is onder den drang van zoover mogelijk door<br />
te voeren bezuiniging, waarbij ook nuttige instellingen<br />
moeten worden opgeofferd, door ondergeteekende besloten<br />
de subsidie aan het hierbedoelde bureau voor volgende<br />
jaren niet verder te verlengen. De geuite veronderstelling,<br />
dat de in de Nederlandsche pers verschenen<br />
tegenspraak van het Belga-bericht omtrent Nederlandsche<br />
wapenleveringen aan Bolivië en Paraguay van den<br />
Regeeringspersdienst is uitgegaan, is juist; niet juist is<br />
de in dit verband geopperde meening, dat dergelijke tegenspraken,<br />
en met name de onderhavige, zich tot de<br />
Nederlandsche pers zouden beperken. De Regeeringspersdienst<br />
overweegt voor elk geval, waarin ook het<br />
buitenland betrokken is, lang welken weg hij publicatie<br />
in de buitenlandsche pers zal bevorderen; in het gegeven<br />
geval is de tegenspraak dadelijk ook doorgegeven aan<br />
Belga en Havas De Regeeringspersdienst zou zijn doel<br />
voorbijstreven, indien hij het erop toelegde alle onjuiste<br />
berichten, welke ook, tegen te spreken; hij moet zich<br />
uiteraard beperken tot berichten van ernstigen aard.<br />
Het wapen der tegenspraak verliest trouwens zijn<br />
kracht, indien er overmatig gebruik van wordt gemaakt.<br />
Het moet duidelijk zijn, dat het voeren van polemiek<br />
over waardeering van bepaalde feiten in buitenlandsche<br />
organen minder op den weg van den Regeeringspersdienst<br />
ligt; ten eenenmale uitgesloten is zulk een polemiek,<br />
wanneer de beschouwing in een vorm is gesteld,<br />
welke de perken van zakelijke critiek te buiten gaat.<br />
DE J O U R N A L I S T 19<br />
P. A. HAAXMAN. t<br />
Allerlei Onderwerpen.<br />
Eindelijk — op 19 Januari 1935 .— vijf dagen na zijn<br />
88en verjaardag, werd hij geroepen.<br />
Geroepen.<br />
Ergens op een klein kerkhof staat een steen op een<br />
kinder-graf, en op dezen steen zijn slechts drie woorden<br />
gebeiteld: „Freddy?" — „Ja Heer!" Een roep en een<br />
antwoord.<br />
Nu kwam dezelfde roep tot dezen geloovige, dezen<br />
hoog-bejaarde, onzen lieven ouden man. En hij is met<br />
vertrouwen gegaan, na een lang leven van gestagen<br />
arbeid en nobele godsvrucht, die zijn sterke innerlijke,<br />
nooit opzettelijk-gedemonstreerde kracht was. Ja, nu<br />
moest hij gaan, ofschoon onze verbeelding hem eigenlijk<br />
een beetje onsterfelijk waande in zijn groenen, frisschen<br />
ouderdom, die zelfs door een operatie verleden jaar<br />
niet blijvend werd gestoord. Zijn kinderen verloren een<br />
hoog-vereerden vader; wij ons eere-lid; de eenige, die<br />
van de oprichting af deel van den Kring had uitgemaakt;<br />
onzen nestor<br />
Pieter Anne Haaxman was op 14 Januari 1847 te<br />
Delft geboren. Hij bezocht in die stad de H.B.S. en het<br />
gymnasium en trad op 21-jarigen leeftijd de journalistiek<br />
in als redacteur van het toenmalige Dagblad van Zuid'<br />
Holland en 's-Gravenhage, een functie, welke hij van<br />
1868 tot 1901, dus 33 jaar lang, vervulde, om toen op<br />
te treden als redacteur van de Nieuwe Courant. Dit blad<br />
heeft hij tot 1922, het reorganisatie-jaar, gediend, maar<br />
ook daarna heeft zijn onverflauwde werkkracht zich, tot<br />
zijn dood toe, in tal van bijdragen in Het Vaderland<br />
en elders doen kennen. Bovendien was hij van 1870<br />
tot 1903 officieel verslaggever van den Gemeenteraad<br />
van Den Haag, waarvan hij de officieele Handelingen<br />
samenstelde. Zijn opstellen, ook in Elseviers Maandschrift,<br />
over schilderkunst, genoten een verdiende vermaardheid<br />
en toen hij in 1918 een halve eeuw arbeid<br />
achter den rug had, verscheen er een bundel Haagsche
20 DE J O U R N A L I S T<br />
Schetsen, vol aardige herinneringen, van zijn hand.<br />
Van tal van groote congressen was hij tientallen<br />
jaren de gewaareerde verslaggever; in verschillende vereenigingen<br />
buiten de journalistiek heeft hij zich bewogen<br />
en viel hem het eere-lidmaatschap ten deel.<br />
Met diep leedwezen werd dan ook allerwege het bericht<br />
van Haaxmans overlijden vernomen.<br />
In Haaxman is een ras-journalist van den ouden<br />
stempel heengegaan, die zich niettemin aan de nieuwere<br />
journalistiek uitnemend heeft weten aan te passen. Hij<br />
was sinds een aantal jaren „in ruste", met pensioen,<br />
maar hij is blijven schrijven en herhaaldelijk zag men<br />
nog artikelen van zijn hand in kranten en periodieken.<br />
Dit was in hem het vuur, dat nooit werd uitgebluscht;<br />
onder zijn collega's, bezat hij, om zijn geestelijke en<br />
physieke frischheid (wat kon hij nog lenig en flink door<br />
de Haagsche straten voortstappen) de reputatie der<br />
eeuwige jeugd. Haaxman wordt maar niet ouder! zeiden<br />
wij tegen elkaar, en het was weinig minder dan een<br />
wonder, dat hij verleden jaar, na een vrij ernstige operatie,<br />
weer frisch en opgewekt onder ons terugkeerde.<br />
Ontbrak hij ooit op belangrijke oogenblikken in onze<br />
vereeniging? Maar in den laatsten tijd begon het oude,<br />
goede hart te verzwakken<br />
Haaxman, die zich, gelijk wij reeds zeiden,' ook op<br />
ander gebied (in de wereld der kunst en in de Maatschappij<br />
van Nijverheid) verdienstelijk heeft gemaakt,<br />
was een onuitputtelijke bron voor de geschiedenis van<br />
Den Haag, gedurende een lange periode. Ook wat de<br />
handelingen van de Haagsche vroedschap betreft. Hij<br />
is 33 jaar lang, in een tijd dat er van stenografie nog<br />
geen gebruik werd gemaakt, de officieele verslaggever<br />
van den Raad geweest. Wat kon hij daar sappig over<br />
vertellen. En wat deed hij het graag. Wat ging hij er<br />
in op. Bij hoeveel gelegenheden (het laatst bij ons gouden<br />
feest) heeft hij ons geboden uit den onuitputtelijken<br />
schat zijner herinneringen en hoe graag ging hij nog,<br />
tot eer-verleden jaar toe, met onze uitstapjes mee. Aan<br />
zijn beroep en aan den Kring bleef hij innig gehecht.<br />
En schrijven moest' hij. Hij kon er niet buiten. Talloos<br />
zijn de artikelen en beschouwingen, gewoonlijk op het<br />
gebied van kunst en historie, van zijn hand in periodieken<br />
verschenen, maar de hoofdzaak in dit rijke en werkzame,<br />
door godsvrucht gedragen leven (Haaxman behoorde<br />
tot de Remonstrantsche Broederschap) blijft de<br />
omvangrijke arbeid, met groote bekwaamheid en grenzenlooze<br />
liefde voor zijn beroep, in en voor de dagbladpers<br />
verricht, met ongerepte eerlijkheid en gaafheid.<br />
Dit mooie, nobele leven verdwijnt nu in de eeuwigheid,<br />
maar er zal voor allen, die er mee in aanraking kwamen,<br />
een glans van blijven uitgaan.<br />
De begrafenis.<br />
Op Woensdag 22 Augustus is onze nestor op Oud-<br />
Eik en Duinen ter aarde besteld, nadat in het sterfhuis<br />
een rouwdienst had plaats gehad.<br />
Het is ondoenlijk, in dit orgaan de namen der aanwezigen<br />
op te noemen. Zeer velen, uit alle kringen, waren<br />
gekomen om een laatsten groet te brengen. Kring<br />
en H. J. V. waren door hun voorzitter en secretaris vertegenwoordigd.<br />
De Kringvoorzitter:<br />
De Kringvoorzitter heeft in de rouwkamer de volgende<br />
rede gehouden:<br />
„Lieve oude vriend. Mag ik, nu ik u een afscheidsgroet<br />
kom brengen namens den Nederlandschen Journalistenkring<br />
en de Haagsche Journalisten-Vereeniging, nog<br />
eenmaal doen of gij mij hooren kunt? Ik heb tot u mogen<br />
spreken op mooie en gelukkige oogenblikken van uw<br />
rijke leven. Ik moet het nu doen aan uw doodsbaar; maar<br />
laat mij u dan ook ditmaal mogen toe-spreken. Dit is<br />
iets gemakkelijker ook in dit smartelijke oogenblik, want<br />
wij kunnen het ons nog niet voorstellen, dat gij, die nog<br />
zulk een levende figuur onder ons waart, en die op onze<br />
bijeenkomsten en hoogtijdagen, nooit ontbrak, van ons<br />
zijt heengegaan — gij, die in uw ouderdom onder ons<br />
den roep hadt van een eeuwige, groene, frissche jeugd.<br />
Gevoelen wij deernis in dit oogenblik? Ja. Maar niet<br />
met u. Och, gij hebt een lang leven gehad, langer dan<br />
dat der „zeer sterken"; en gij hebt, ondanks zorg en<br />
leed, ook een mooi leven gehad, op de handen gedragen<br />
door de uwen, vereerd door ons, uw collega's, een leven<br />
van prachtigen, sterken arbeid. Deernis echter voelen wij<br />
met uw kinderen. Hoeveel liefs moeten zij missen. Deernis<br />
voelen wij met ons zelf; wij moeten onzen vereerden<br />
nestor afstaan; ons eere-lid; de eenige figuur, de eenige<br />
schakel die voor onze vereeniging de verbinding vormde<br />
met den dag harer oprichting; in u gaat een stuk historie<br />
voor ons heen. En voor ons is ook uw laatste werk geweest,<br />
uw laatste artikel, dat in het volgend nummer<br />
van ons orgaan zal verschijnen als het journalistisch slotwoord<br />
van uw leven.<br />
Maar klagen doen wij niet. Zoo een mensch tegenover<br />
de majesteit van den dood al ooit tot klagen recht heeft,<br />
nu niet.<br />
Men klaagt, indien de kiele strandt.<br />
Maar niet wanneer, ze rijk gelaen,<br />
Uit den verbolgen oceaan<br />
In een behouden haven landt.<br />
Men klaagt, indien de balsem stort<br />
Om 't spillen van den dieren reuk,<br />
Maar niet, zoo 't glas bekomt een breuk<br />
Als 't edel nat geborgen wordt.<br />
Daar wordt vandaag met u wat edels, dat wij lang<br />
hebben mogen bezitten, geborgen. Dit is niet onze zaak.<br />
Wij klagen niet. Gij zelf zoudt ons in uw stille vroomheid<br />
toeroepen: berust.<br />
Maar wij willen u in dit oogenblik van diepen weemoed<br />
nog eens danken voor twee dingen.<br />
In de eerste plaats roor den schat van uw werk. Uw<br />
loopbaan laat ik rusten, zij is op vele plaatsen vermeld.<br />
Maar wij moeten er hier getuigenis van afleggen, nu gij<br />
ons voor goed verlaat, dat gij tot aan uw dood toe uw<br />
taak, die van veelzijdigen rijkdom was, hebt vervuld op<br />
een zoo bekwame, zoo nobele, zoo ongerepte wijze, dat in<br />
en door u de journalistiek in ons vaderland tot een hoogtepunt<br />
is gestegen. Dit is uw glorie bij uw graf. In de<br />
wijze, waarop gij uw beroep hebt uitgeoefend, onkreukbaar-eerlijk,<br />
hoogst bekwaam, met gave en grenzenlooze<br />
toewijding, daaruit spreekt tot ons niet alleen de geboren<br />
journalist in de perfectie van zijn werk, maar ook een<br />
daadwerkelijke religie van het hoogste peil. Gij hebt niet<br />
alleen uw beroep, gij hebt de gemeenschap, gij hebt uw<br />
volk gediend!<br />
In de tweede plaats danken wij u voor den schat van<br />
uw persoon. Daar staan er hier velen, en ik reken mij<br />
zelf daaronder, die in verscheidene, zoowel moeilijke als<br />
lichte oogenblikken van hun leven, in hun werk en in<br />
hun gezin, uw eenvoudige, trouwe, gul toestroomende<br />
hartelijkheid hebben ondervonden. Ónze groote oude<br />
man waart gij, maar ook onze lieve oude man. Hebben<br />
wij u genoeg teruggegeven in dit haastige, drukke leven?<br />
Vergiffenis, zoo wij hierin te kort schoten.<br />
Straks gaan wij van hier. Gij blijft. En toch gaat ge<br />
met ons mee. Ik dacht dezer dagen aan een lied, dat gij<br />
in uw kerk wel zult hebben meegezongen:<br />
't Leven van Gods eedle kindren<br />
Leert ons, hoe men heerlijk strijdt.<br />
Hoe men eens een voetspoor nalaat<br />
In den zandzoom van den tijd.<br />
Voetspoor, dat misschien een ander<br />
Die op 's levens golven zweeft<br />
Of aan 't strand wordt neergeworpen<br />
Als hij 't ziet, den moed hergeeft.<br />
Zulk een voetspoor laat gij onder ons na. Wij zullen<br />
er dikwijls naar staren. Nu gij zijt opgenomen in de be-
houden haven der eeuwigheid, nu uw groote, goede hart<br />
heeft opgehouden te kloppen, zeggen wij: en toch gaat<br />
gfij met ons mee terug, de drukke dagen in. Uw gestalte<br />
blijft ons lichtend voor oogen staan. Gij zult onder ons<br />
blijven leven, ook nadat gij gestorven zijt. Rust zacht,<br />
lieve oude vriend!<br />
De heer A. J, Bothenius Brouwer:<br />
De heer Bothenius Brouwer, oud-hoofdredacteur der<br />
Nieuwe Courant, bracht een groet van dankbare, vriendschappelijke<br />
herinneringen over van allen, die behooren<br />
tot het bedrijf van Nieuwe Courant en Vaderland. Toen<br />
spreker in 1922 de hoofdredactie aanvaardde, was de<br />
heer Haaxman juist gepensionneerd, doch jarenlang<br />
heeft hij hem zien verschijnen als een welkom vriend,<br />
belangstellend in alles wat den redactioneelen arbeid<br />
aanging en herhaaldelijk zijn vaardige pen leenend, wanneer<br />
hem — en hoe gaarne! — nog opdrachten werden<br />
verstrekt, die eigenlijk hij, met zijn groote kennis van<br />
Den Haag en Haagsche toestanden, alleen kon uitvoeren.<br />
Zijn naar het uiterlijk zoo blijmoedige persoonlijkheid<br />
gaf licht en warmte waar hij kwam en hij had het<br />
voorrecht aan zijn gesprekken steeds de belangrijkheid<br />
te geven, die het gevolg was van zijn veelzijdigheid en<br />
zijn voor alle verschijnselen geopenden geest. En wij<br />
staarden op hem als op den immer jonge, den onverwoestbare,<br />
en wij zagen in hem het lichtende voorbeeld<br />
van een geest, die niet verzwakte, van een hart, dat niet<br />
ophield met warm te kloppen. Toch had hij den strijd,<br />
den zeer moeilijken strijd om het bestaan gekend als<br />
geen onzer. Zoo de mond, die nu gesloten is, zoo de<br />
hand, die nu geen pen meer voeren kan, nog kon bewegen,<br />
welk een tafereel van worstelen en zich boven<br />
water houden, welk een wilskracht, welk een moed, welk<br />
een geloof zouden we aanschouwen, als een smartelijke<br />
herinnering uit de dagen, lang geleden, toen de journalistiek,<br />
die, naar men zegt, tot alles leidt, zeker niet<br />
behoedde voor kommer en gebrek. Maar hij groeide<br />
onder den druk, hij bleef krachtig en zijn elastische gestalte<br />
en zijn intelligent handschrift bleven getuigen van<br />
een natuur, die in zich een schier onvernietigbare levenskracht<br />
had, omdat hij het geloof bezat in het leven en<br />
in de waarde van den arbeid en zoo is hij den jongeren<br />
ten voorbeeld geweest. De mannen van de Nieuwe<br />
Courant en Het Vaderland zullen hem missen om zijn<br />
persoonlijkheid en zijn arbeid. Zijn kinderen hebben<br />
hem de laatste jaren een zonnigen levensavond bezorgd<br />
en daarvoor danken wij hen. Rust in vrede, beste vriend!<br />
Nog verscheidene personen buiten de journalistiek<br />
hebben het woord gevoerd. Toen werd er onder zacht<br />
orgelspel (het slotkoor uit de Mattheus Passion) de<br />
baar, van een schat van bloemen bedekt en vergezeld,<br />
naar de groeve gedragen. Hier bad dr. Fetter, Remonstrantsch<br />
predikant, het „Onze Vader".<br />
Aan een mooi en nobel leven is een einde gekomen.<br />
Zoo kenden wij hem op onze uitstapjes!<br />
DE J O U R N A L I S T<br />
C. P. 3. M. SCHLICK. t<br />
Behoorde hij tot de oude garde? Daar was hij toch<br />
eigenlijk nog niet oud genoeg voor, onze collega O P.<br />
J. M. Schlick, directeur van het Nederlandsch Telegraaf-<br />
Agentschap, die op 64-jarigen leeftijd is overleden.<br />
Schlick, die onder ons een welbekende en geziene<br />
figuur was, begon zijn journalistieke loopbaan op 17jarigen<br />
leeftijd als verslaggever van het toenmalige Dagblad<br />
voor Z.-Holland en 's-Gravenhage in de residentie,<br />
voor welk blad hij o.m. verslag uitbracht over de zittingen<br />
van den Hoogen Raad. Na eenige jaren werd hij<br />
geplaatst bij het<br />
Reuter-Agentschap<br />
te <strong>Amsterdam</strong>,<br />
waar hij<br />
weldra met de<br />
leiding der redactie<br />
werd belast.<br />
Op 1 Januari<br />
1925 werd hij<br />
directeur van dit<br />
bureau. In deze<br />
functie heeft<br />
Schlick in de<br />
journalistieke<br />
wereld algemeene<br />
bekendheid<br />
verworven. Aan<br />
verschillende buitenlandschecongressen<br />
en conferenties<br />
heeft hij<br />
deelgenomen.<br />
Tijdens de revolutie<br />
in Duitschland<br />
in 1918 ging hij ten behoeve van de Engelsche<br />
en Amerikaansche pers als onpartijdige berichtgever<br />
naar Duitschland en vertoefde in dezen gevaarlijken<br />
tijd eenige weken te Berlijn. Over deze reis zijn in<br />
de buitenlandsche bladen uitvoerige berichten verschenen.<br />
Bij zijn vijf-en-veertigjarig jubileum als journalist in<br />
1933 werden zijn verdiensten door de Nederlandsche regeering<br />
erkend door zijn benoeming tot ridder in de<br />
Orde van Oranje-Nassau; in 1928 ontving hij reeds<br />
van de Fransche regeering de benoeming tot officier de<br />
1'instruction publique. Tevens was hij drager van het<br />
ridderkruis in de orde van den Witten Leeuw van Tsjechoslowakije.<br />
Ook organisatorisch heeft Schlick gewerkt. Hij was<br />
een van de oprichters van „De <strong>Amsterdam</strong>sche Pers"<br />
en had van 1903 tot 1908 zitting in het Kringbestuur.<br />
Toen Schlick in 1928 zijn 40-jarig jubileum vierde,<br />
had het Handelsblad een interview met hem, waarin hij<br />
o.a. het volgende vertelde:<br />
„Ik begon aan het Dagblad. Het deftige Dagblad yoor<br />
Zuid-Holland en 's-Gravenhage, dat een halve eeuw<br />
geleden in de residentie en daarbuiten, gelezen werd<br />
door ieder, die voelde voor stand, familie, traditie. F.<br />
baron van Hogendorp, eens de speelgenoot van 's konings<br />
oudsten zoon; oud-redacteur van de Figaro; bekend<br />
in de kringen van de Parijsche aristocratie en van<br />
andere, mondaine milieux, was directeur-hoofdredacteur.<br />
De relaties van het Dagblad maakten, dat wij de autoriteiten<br />
in hun eigen milieu gemakkelijk konden bereiken.<br />
Maar als er officieele plechtigheden waren: groote diners,<br />
gala-banketten ten Hove, een Casinobal, dan<br />
maakte de verslaggever van het deftige orgaan zijn aanteekeningen,<br />
angstvallig weggescholen achter een groep<br />
palmen, zóó, dat geen van de genoodigden hem kon zien.<br />
Zeker, baron Van Hogendorp bewoog zich onder de<br />
gasten. Hij kreeg, als particulier, zijn invitaties, maar<br />
niemand zou er in de verste verte aan hebben gedacht<br />
om hem als journalist, als vertegenwoordiger van zijn<br />
krant te nooden.<br />
21
In de dagen dat de leiders van de oude socialistische<br />
beweging hoofdstad en residentie met rumoer vervulden,<br />
in het jaar 1892, heeft Schlick het Dagblad verlaten, om<br />
in <strong>Amsterdam</strong> emplooi te vinden bij Reuter's Bureau,<br />
waar hij, die, volgens het oordeel van wie de krantenwereld<br />
kenden, begrip had van moderne reportage, den<br />
dienst zou helpen reorganiseeren.<br />
* *<br />
Onder groote belangstelling is onze bekwame collega<br />
Vrijdag 18 Januari op de katholieke begraafplaats ,,Buitenveldert"<br />
bij <strong>Amsterdam</strong> ter aarde besteld.<br />
De regeeringspersdienst was vertegenwoordigd door<br />
den heer D. J. Lambooy; de vereeniging van directeuren<br />
van dagbladen De Nederlandsche Dagbladpers door<br />
den heer R. Peereboom; de Nederlandsche Journalisten-<br />
Kring, door den heer L. Schotting; „De <strong>Amsterdam</strong>sche<br />
Pers", door de heeren D. Kouwenaar, J. C. E. Sand,<br />
J. H. Rogge en S. e Vries; Reuter door zijn Europeeschen<br />
directeur, den heer Murray; Havas door den heer<br />
Henry Asselin, die tevens aanwezig was als voorzitter<br />
van de vereeniging De Buitenlandsche Pers; het persbureau<br />
Vaz Dias door zijn directeuren, de heeren M. S.<br />
Vaz Dias en J. J. Da Silva. Van de bekende journalisten,<br />
leden van de oude garde, die aan den heer Schlick de<br />
laatste eer bewezen, noemen wij de heeren C. K. Elout<br />
en R. C. Verweijck.<br />
Vele kransen dekten de baar, o.a. van de reeds genoemde<br />
journalistieke corporaties, het Deutsche Nachrichten-Buro<br />
en de Nieuwe Rotterdamsche Courant, het<br />
Handelsblad en de Telegraaf.<br />
Na de gezongen Heilige Mis van Requiem, in de kapel<br />
van het kerkhof, had de beaarding plaats.<br />
De oudste zoon van den overledene heeft, mede uit<br />
naam van zijn moeder, broers en zusters, ontroerd dank<br />
gezegd voor de vele blijken van belangstelling.<br />
PSYCHOLOGIE VAN DEN JOURNALIST.<br />
IV.<br />
Koren en kaf scheiden. Eenige onmisbare<br />
voorwaarden voor beroepsgeschiktheid.<br />
Een der middelen, die men wel eens gebruikt om na te<br />
gaan of een leerling eenig inzicht heeft in de structuur<br />
van getallen, is dit: de leerling krijgt een papier voor zich,<br />
waarop staat: 1—2—3—4—5— en de opdracht luidt<br />
dan, de reeks langer te maken. De leerling of zooals<br />
men bij experimenteel onderzoek zegt de proefpersoon,<br />
afgekort pp heeft dan op te schrijven: 6—7—8 en de<br />
onderzoeker ziet dan al gauw, of de pp de opdracht begrepen<br />
heeft en die goed kan uitvoeren. Het daarop<br />
volgende experiment verlangt, dat de pp de reeks verlengt<br />
als gegeven is: 2—4—6 en gemakkelijk is in te<br />
zien, dat de reeks aldus verder moet gaan: 8—10—12<br />
enz.<br />
De opgaven klimmen op in moeilijkheid en zoo moeten<br />
de pp ook reeksen als 1—7—13—19 en 1—4—9—16<br />
langer te maken.<br />
Om te weten te komen of een pp in staat is hoofdzaken<br />
van bijzaken te scheiden legt men hem een verhaaltje<br />
voor, met de opdracht, het zoo kort mogelijk<br />
te vertellen of op te schrijven, met weglating van alle<br />
uitweidingen en niet ter zake dienende dingen.<br />
Zeer waarschijnlijk is deze proef ontleend aan ons<br />
métier. Het beste middel om vast te stellen of een candidaat-journalist<br />
eenig flair heeft is, hem een verslag<br />
te laten maken. Hij moet dan aan anderen zoo kort<br />
en zakelijk mogelijk vertellen, wat hij door lezen, hooren<br />
of zien is te weten gekomen. Een jongmensch, dat een<br />
brand bijwoont, het beruchte „brandjeverslaan" van menschen,<br />
die op zijn hoogst een krant min of meer kunnen<br />
lezen en verder geen besef van journalistiek hebben en<br />
dan een heel lange tirade opschrijft over de als gulzige<br />
tongen van uitgehongerde wilde beesten hun prooi be-<br />
DE ]'OURN AL I S T<br />
lekkende vlammen die met dood en verderf dreigen en<br />
het werk van mensenhanden vernietigen willen, uiting<br />
van tot revolt gekomen elementen en die dan beschrijft<br />
hoe de vier elementen: vuur, water, lucht en aarde met<br />
elkander in strijd zijn of die noteert, dat een der omstanders<br />
zegt: het brandt flink, of dat een ander geruststellend<br />
verzekert dat de assurantie wel over de brug<br />
zal moeten komen en niet let op het blusschingswerk en<br />
nalaat te informeeren naar de oorzaak van den brand,<br />
deugt niet al of althans nóg niet voor het vak.<br />
Het aloude spreekwoord der Romeinen dat wie goed<br />
onderscheidt, goed onderricht (qui bene distinguit bene<br />
docet) blijkt een goede psychologische les in te houden,<br />
zooals alle spreekwoorden, die men immers kan beschouwen<br />
als gekristalliseerde volkswijsheid door ervaring<br />
verworven. Hoofdzaken van bijzaken kunnen onderscheiden<br />
en dat vooral vlug en scherp te doen is een<br />
blijk van intelligentie. En als er iets is, dat de journalist,<br />
die immers het groote publiek, ook de ontwikkeldsten<br />
moet voorlichten, noodig heeft, dan is het wel intelligentie,<br />
dat beteekent hier: scherpzinnigheid, inzicht,<br />
analyseerend vermogen. Een verslag maken van een rad<br />
sprekenden orateur die zich niet strikt aan zijn onderwerp<br />
houdt, vele voorbeelden geeft ter verduidelijking<br />
van zijn bedoeling, is moeilijker, dan een voordracht in<br />
elkander spijkeren, zooals de ervaring leert, vooral dan,<br />
als het verslag persklaar moet zijn en b.v. onmiddellijk<br />
doorgeseind moet worden. Alleen wie wel eens zooiets<br />
gedaan heeft, kan daarover een oordeel uitspreken.<br />
Een der vele definities van intelligentie luidt, dat ze<br />
is het vermogen, om zich snel aan een nieuwen toestand<br />
aan te passen. Welnu, als die definitie bruikbaar is, dan<br />
heeft de journalist een zeer groot, veelzijdig intellect<br />
noodig. Nu eens moet hij een verslag maken van<br />
een voordracht over ongeslachtelijke voortplanting van<br />
schimmels en niet meenen, wat een zeer hooggeplaatst<br />
Nederlander eens overkwam, dat het gaat om een soort<br />
van parthenogenesis van witte merries, een volgenden<br />
avond over ideo-plastiek en physioplastiek in teekeningen<br />
van het kind, daarna weer over de weder invoering van<br />
den gouden standaard in Engeland, maar met hetzelfde<br />
gemak waarmee hij het publiek vertelt, wat de spreker<br />
heeft beweerd, moet hij in staat zijn, een spreker te volgen<br />
die over parapsychologie of over ademhalingstechniek<br />
of over den aetherwind spreekt, maar ook moet hij<br />
analytische Kamerverslagen kunnen maken, een buitenlandschen<br />
minister kunnen interviewen en een internationaal<br />
congres, waar het Fransch op veertig verschillende<br />
manieren wordt uitgesproken, op zijn gemak<br />
verslaan. Dat hij in staat moet zijn een intree-rede van<br />
een hoogleeraar over een wetenschappelijk, gedetailleerd<br />
onderwerp zoo in te korten, dat de hooggeleerde niet<br />
zegt, dat zijn schoone voordracht, waarop hij zoo bloedig<br />
gezwoegd heeft, totaal verminkt is, dat de ontwikkelde<br />
lezers goed begrijpen wat hij betoogd heeft en dat<br />
de hoofdredacteur niet zegt dat het stuk veel te lang<br />
is geworden en dat met de helft volstaan had kunnen<br />
worden, is bij het kunnen van een geschikten journalist<br />
inbegrepen.<br />
Dat zijn slechts enkele van de dingen, die de journalist<br />
moet kunnen doen en nu en dan ook doet. Daarbij<br />
is het voor hem te hopen, dat hij een persoonlijke liefhebberij<br />
heeft en van tijd tot tijd lust heeft, iets te schrijven<br />
over een zaak, die hem zelf ter harte gaat, misschien<br />
houdt hij van munten en penningen en koopt hij boeken<br />
over numismatiek of liefhebbert hij in sterrenkunde of<br />
in schilderkunst of iets anders. Het is wel goed voor<br />
den mensch in zijn vak als er behalve de vele dingen<br />
die hij moet doen, ook eens iets is, dat hij mag doen.<br />
* * *<br />
FRITS VAN RAALTE.<br />
(Wij hebben op het laatste oogenblik wegens plaatsgebrek<br />
dit artikel moeten afbreken; het vervolg er van<br />
komt in het volgend nummer).
EEN PERS-KWESTIE.<br />
Nederlandsch-Indië.<br />
Onze leden zullen zich misschien herinneren, wat er, eenige<br />
maanden geleden, in de pers heeft gecirculeerd aangaande de<br />
reukwaren van de firma Dralle. Er zouden namelijk verboden<br />
grondstoffen bij de vervaardiging van lotion's e.d. zijn gebruikt.<br />
In het Soer. Hbl. van 23 en 24 November werd deze aangelegenheid<br />
uitvoerig besproken. Naar aanleiding van dit artikel<br />
werd door de firma Dralle een ingezonden stuk aan dit blad<br />
aangeboden, dat dermate persoonlijk en voor den hoofdredacteur,<br />
den heer Boon kwetsend en beleedigend was, dat opname werd<br />
geweigerd. Wel werd, in het blad van 27 November, opgenomen<br />
een meer zakelijk schrijven, waarbij de hoofdredacteur van<br />
het Soer. Hbl. aan de firma Dralle een aanwijzing gaf, hoe zij<br />
in deze recht kon verkrijgen. Het weigeren van opneming van<br />
een ingezonden stuk kan in bepaalde gevallen strafbaar zijn. De<br />
firma Drabbe sloeg dezen weg in en daarom had de heer Boon<br />
zich 17 Januari tegenover den Landrechter te verantwoorden.<br />
Ter zake lezen wij in het Soer. Hbl.:<br />
„De landrechter ving aan, met den heer Boon te vragen, zijn<br />
bezwaren tegen het bewuste stuk te willen uiteen zetten; hieraan<br />
voldeed de heer Boon door er op te wijzen, dat het bewuste stuk<br />
meer weg had van een smaadschrift, dan van een zakelijke weer-,<br />
legging van zijn artikel. Ware dit stuk geplaatst, dan zou de<br />
schrijver daarvan zich ongetwijfeld aan smaadschrift hebben<br />
schuldig gemaakt, en volgens de wet mag geen misdaad worden<br />
uitgelokt of toegelaten. Had hij dit stuk opgenomen, dan zou hij<br />
dus zelf ook in overtreding gekomen zijn. De landrechter voerde<br />
hiertegen aan, dat de wet voorschrijft, dat een ingezonden stuk<br />
onvoorwaardelijk moet worden opgenomen; de heer Boon gaf<br />
als zijn meening te kennen, dat dit een zeer vreemde bepaling is.<br />
Op die wijze zou ieder stuk, dus ook een, waarin b.v. een categorie<br />
lezers op de grofste wijze zou worden beleedigd, plaatsing kunnen<br />
vinden! Hij deelde nog mede, het resumé, ofschoon ook daarin<br />
een onprettige toon werd gebruikt, niet te hebben willen weigeren,<br />
daar hij de firma Dralle de volle kans wilde geven om zich in<br />
de oogen van het publiek te rechtvaardigen. — De heer Dralle<br />
gaf nog als zijn meening te kennen, dat de pers door concurrenten<br />
der firma zou zijn beïnvloed. — Verder bleek nog, dat zoowel<br />
het ingezonden als het resumé tegelijkertijd bij het Handelsblad<br />
werden aangeboden, terwijl werd medegedeeld, dat het resumé<br />
toen reeds bij het parket was ingediend. — De heer Dralle vermoedde<br />
dat hier een vergissing in het spel is: mr. Matthes echter<br />
was van oordeel, dat de heer Dralle wel vooraf begrepen had,<br />
dat het ingezonden stuk toch zou worden geweigerd.<br />
De heer mr. Matthes, verdediger van den heer Boon, had het<br />
niet moeilijk. Hij toonde aan, dat het geïncrimineerde artikel van<br />
het Staatsblad hier niet van toepassing kon zijn. Want, dat artikel<br />
slaat op persoonlijke beleedigingen, terwijl de beleediging van<br />
een rechtspersoonlijkheid niet mogelijk is. Het artikel van den<br />
heer Boon was niet gericht tegen een persoon, maar tegen een<br />
N.V. Toch stelde de verdediger deze principieele vraag: „In<br />
hoeverre is een hoofdredacteur verplicht artikelen op te nemen,<br />
die voor hem persoonlijk beleedigend zijn?'<br />
*<br />
In verband met het bovenstaande schrijft de Indische redacteur<br />
van De Avondpost:<br />
„Inderdaad, die vraag dient nu eens te worden uitgemaakt. Het<br />
is niet de eerste maal, dat in Indië een dergelijk conflict ontstaat.<br />
Ook wij hebben het desbetreffende artikel steeds zóó opgevat,<br />
dat het de bedoeling had, iemand, wie ook, te beschermen tegen<br />
aanvallen in de pers. In zooverre, dat men hem het recht toekende,<br />
in het blad, dat hem had aangevallen van repliek te dienen.<br />
Wij moeten aannemen, dat de uitgever daarbij het oog gericht<br />
heeft geha'd op een behoorlijke wijze van polemiek voeren en het<br />
lanceeren van persoonlijke beleedigingen buiten beschouwing heeft<br />
gelaten. Immers, zou een redactie verplicht worden een voor haar<br />
beleedigend artikel op te nemen, dan zou zij inderdaad zoo al niet<br />
een strafbaar feit uitlokken, dan toch het strafbare element verzwaren.<br />
Er is nog eens, naar wij ons herinneren, iets dergelijks<br />
voorgekomen, al was daarbij misschien geen beleediging in het<br />
spel. Een der bladen ontving een ingezonden stuk naar aanleiding<br />
van een ten nadeele van een bepaald persoon, schrijver van dat<br />
stuk, in het blad gepleegde uitlating. De redactie moest dus dat<br />
stuk opnemen. Ze deed dat ook. Maar hoe?<br />
Onder liet hoofd „Ingezonden", kwamen een paar regels voor.<br />
De rest van den inhoud werd over de 20 kolommen van het eerste<br />
blad verspreid. Hier één regel, daar twee regels, enz. Zoo werd,<br />
volgens de letter, het stuk geplaatst, doch op zoodanige wijze,<br />
dat het een puzzle werd om het te lezen en het blad althans de<br />
lachers op zijn hand had.<br />
De uitspraak in eerste instantie van deze rechtspraak is ons<br />
nog niet bekend.<br />
Zij lijkt ons over deze principieele quaestie heel moeilijk, omdat<br />
zij een rechterlijke interpretatie van een staatsbladbepaling moet<br />
geven. Zelfs al wordt de heer Boon ontslagen van rechtsvervolging,<br />
dan nog is deze aangelegenheid niet opgelost. Zij betreft<br />
n.o.m. een van die moeilijke gevallen, waarbij elk geval naar eigen<br />
omstandigheden moet worden be-oordeeld."<br />
*<br />
D E J O U R NA.LTST 23<br />
Later ontvangen bladen deelen mede, dat de heer Boon is vrij'<br />
gesproken, aangezien op beklaagde geen rechtsplicht rustte tot opname<br />
van het door de firma Dralle hem toegezonden antwoord en<br />
derhalve het aan bekl. ten laste gelegde feit niet oplevert eenige<br />
overtreding van het drukpers-reglement, zoodat bekl. terzake van<br />
alle rechtsvervolging behoort te worden ontslagen.<br />
Hierbij teekent het Bat. Nbl., aan:<br />
„Nu de uitspraak gevallen is, hebben wij nog een klein appeltje<br />
te schillen met den heer Dralle. Deze gaf als zijn meening te kennen,<br />
toen hij gehoord werd, dat de pers beïnvloed moest zijn door<br />
zijn concurrenten. Men moet wel in een eigenaardige sfeer leven<br />
om op een dergelijke gedachte te komen als de pers slechts blijk<br />
geeft, meer vertrouwen te hebben in officieele mededeelingen van<br />
Justitie en douane, dan in de tegenspraak van een N.V., die reeds<br />
eerder met de justitie in aanraking is geweest, terzake van knoeierijen<br />
om zich aan het betalen van invoerrechten te onttrekken!"<br />
Buitenland.<br />
BELGISCH JOURNALISTEN-INSTITUUT.<br />
Teneinde onzen leden een indruk te geven van het<br />
„<strong>Instituut</strong> voor Journalisten", dat in België bestaat, ontleenen<br />
wij aan het desbetreffend prospectus het volgende.<br />
Het <strong>Instituut</strong> werd opgericht in 1922 ingevolge een<br />
besluit van een congres van den Algemeenen Belgischen<br />
Persbond, is gevestigd in het Pershuis, Markiesstraat<br />
4, te Brussel en bestaat uit een Vlaamsche<br />
en een Fransche afdeeling. De lessen hebben driemaal<br />
per week plaats en duren telkens 2 uur. De leergangen<br />
omvatten twee jaar „en worden gevolgd door kandidaats-examens<br />
in de journalistiek". Het <strong>Instituut</strong> wordt<br />
beheerd door een Raad, gekozen door de algemeene<br />
vergadering van den Algemeenen Belgischen Persbond.<br />
De kandidaten, die zich regelmatig willen laten inschrijven,<br />
„dienen een getuigschrift van oude of moderne<br />
humaniora voor te leggen of een bekwaamheidsexamen<br />
te ondergaan". Het lesgeld bedraagt 200 fr.<br />
per jaar, te betalen bij de inschrijving. De leerlingen<br />
moeten de examens doorstaan op de vooraf bepaalde<br />
tijdstippen. De Raad van Beheer kan in dit opzicht geen<br />
afwijkingen toestaan.<br />
Leergangen in de Vlaamsche afdeeling: Algemeene<br />
letterkunde — Persrecht — Rechtsgeschiedenis — Hedendaagsche<br />
geschiedenis — Oorlogs- en na-oorlogsche<br />
vraagstukken — Grondwettelijk recht — Beginselen<br />
van gerechtelijke geneeskunde — Staathuishoudkunde<br />
— Geldwezen — Politieke en parlementaire geschiedenis<br />
— Koloniale geschiedenis — Maatschappelijke inrichting<br />
— Nieuwe vormen van de pers — Praktische<br />
lessen in de journalistiek — <strong>Geschiedenis</strong> van het dagbladwezen<br />
— Karakter en inrichting van de pers in<br />
binnen- en buitenland.<br />
Gespecialiseerde leergangen. — (Deze leergangen behelzen<br />
een examen tot het bekomen van een bijzonder<br />
diploma. De studenten betalen een door den Raad van<br />
Beheer vastgesteld extra lesgeld). — Kunstgeschiedenis<br />
— Muziekgeschiedenis — Tooneelgeschiedenis — Zeevaartrecht.<br />
De Raad van Beheer heeft het recht, de gespecialiseerde<br />
leergangen slechts in te richten wanneer het<br />
aantal inschrijvingen toereikend is.<br />
De studenten van de Vlaamsche afdeeling kunnen<br />
leergangen van de Fransche afdeeling volgen, en omgekeerd.<br />
Overigens worden de Vlaamsche leergangen<br />
uitgebreid wanneer een voldoend aantal belangstellenden<br />
zich aanmelden. Voordrachten door vooraanstaande<br />
Belgische en buitenlandsche journalisten en geleerden<br />
kunnen worden ingericht in den loop van het jaar.<br />
DE PERS TE BERLIJN.<br />
Op 26 Januari hield (naar wij in het Hand. lezen)<br />
de „Verein der Auslandischen Presse zu Berlin" haar<br />
jaarlijksche vergadering in het Hotel Adlon, waar binr<br />
nenkort ook het bureau der Vereeniging zal ondergebracht<br />
worden.<br />
Aan het jaarverslag van den secretaris, den heer Karl
24<br />
A. Mayer (Holland) zij ontleend, dat de verhouding van<br />
deze organisatie der buitenlandsche correspondenten tot.<br />
de Duitsche regeering, die in 1933 zeer veel te wenscheri<br />
liet, in 1934 beter geworden is, en dat ook de noodzakelijkheid<br />
voor het bestuur om voor de rechten van met<br />
gevangenis en uitwijzing bedreigde leden in te springen,<br />
in het afgeloopen jaar minder is voorgekomen dan in het<br />
vorige. In vele gevallen kon de vereeniging de hechtenis<br />
van leden opgeheven krijgen, zonder intusschen meestal<br />
uitwijzing te kunnen verhinderen. Met de Geheime<br />
Staatspolitie kon overeengekomen worden, dat de Vereeniging'<br />
van alle uitwijzingen en arrestatie van buitenlandsche<br />
correspondenten onmiddellijk op de hoogte<br />
gesteld wordt.<br />
Het aantal leden verminderde van 110 op 109.<br />
Het bestuur is voor 1935 als volgt samengesteld: Louis<br />
P. Lochner (Ver. Staten) voorzitter; F. Bojano (Italië)<br />
ondervoorzitter; L. Vermassen (België) secretaris; E.<br />
Journiac (Frankrijk) 2e secretaris; L. Suss (Frankrijk)<br />
penningmeester en dr. R. Frucht (Tsjechoslowakije)<br />
controleur. Tot bijzitters werden gekozen miss S. Schultz<br />
(Ver. Staten), N. Ebbutt (Engeland), J. Tamahi<br />
(Japan), G. ridder de v. d. Schueren (Holland), dr.<br />
R. Carath (Zwitserland) en K. Hoffmann (Sowjet-<br />
Rusland).<br />
Vertegenwoordigers der vereeniging bij de „Federation<br />
<strong>Int</strong>ernationale des Journalistes" zijn dit jaar de<br />
heeren Lochner (Ver. Staten) en Ravoux (Frankrijk).<br />
Allerlei Berichten.<br />
<strong>Int</strong>. bloemententoonstelling te Heemstede.<br />
De Algemeene Vereeniging voor Bloembollencultuur<br />
organiseert een internationale bloemententoonstelling<br />
„Flora" te Heemstede, van <strong>15</strong> Maart tot 19 Mei a.s.<br />
Onze leden hebben gratis toegang tot deze tentoonstelling<br />
op vertoon van hun lidmaatschapskaart. Slechts<br />
behoudt de Burgemeester van Heemstede zich voor, op<br />
bepaalde dagen of oogenblikken het recht van vrijen<br />
toegang op te heffen.<br />
Nieuwe Directeuren-Vereeniging.<br />
—Op Woensdag 6 dezer, werd te Utrecht gehouden<br />
de oprichtingsvergadering van de „Nederlandsche Vereeniging<br />
van Protestantsch-Christelijke Dagbladdirecteuren".<br />
Staande de vergadering traden de directeuren<br />
van de navolgende bladen tot het lidmaatschap toe:<br />
<strong>Amsterdam</strong>mer, Friesch Dagblad, Nederlander, Nieuwe<br />
Haag sche Courant, Nieuwe Provinciale Groninger Courant,<br />
Nieuwe Utrechtsche Courant, Rotterdammer,<br />
Standaard, Zeeuw.<br />
In het bestuur werden benoemd de heeren H. Diemer,<br />
voorzitter; G. C. de Vlugt, secretaris-penningmeester<br />
en W. Wagenaar.<br />
— Ook collega A. C. de Neeve (N.R.C.) is op Oudejaarsdag<br />
onderscheiden. Hij is bevorderd tot Officier in<br />
de Oranje-Nassauorde, met de zwaarden.<br />
Het officieele orgaan der Koninklijke Nederlandsche<br />
Vereeniging voor Luchtvaart Het Vliegveld, dat<br />
zijn 19den jaargang is ingegaan, zal niet langer eens<br />
per maand, maar elke week verschijnen onder directie<br />
van A. J. G. Strengholt's Uitgevers Mij. NV., <strong>Amsterdam</strong>.<br />
— Het Persbureau Vaz Dias te <strong>Amsterdam</strong> zond ons<br />
een bundel met allerlei documenten toe, waarin de directie<br />
mededeelingen doet van onderhandelingen en correspondentie,<br />
gevoerd met den Raad van Beheer van<br />
het „Algemeen Nederlandsch Persbureau". De onderhandelingen<br />
zijn vastgeloopen.<br />
— Het Zweedsche blad Karlskrona Tidningen, dat<br />
182 jaar oud is, zal de uitgave gaan staken. Het blad<br />
werd voor het eerst in 1783 verspreid.<br />
DE J O U R N A L I S T<br />
Nagekomen Copy.<br />
Controle op de pers ?<br />
In de Eerste Kamer heeft prof. van Embden een<br />
onderzoek gevraagd naar de wapenfabricage en haar<br />
invloeden in ons land. Hij zei daarbij ook dit:<br />
„Ook over de financiën van persorganen zou de eoquête<br />
zich moeten uitstrekken. De pers maakt voor een<br />
belangrijk deel de openbare meening, en tegenover de<br />
openbare meening weet deze Regeering, naar zij erkend<br />
heeft, niet altijd stand te houden. En wie maakt de pers?<br />
Is het zeker, dat te onzent althans haar belangrijke organen<br />
alle vrij zijn van de mercantiele invloeden in quaestie?<br />
Laten wij niet te gerust zijn. De heer Rutgers had<br />
met zijn woorden over de pers niet verre, exotische landen<br />
op het oog. Het staat vast, dat er zg. aanzienlijke<br />
bladen zijn in Frankrijk, in België, in Zwitserland zelfs,<br />
die in bezit of onder controle zijn geraakt van wapenfabrikanten.<br />
Is dit uitgesloten in Nederland? Het is ten<br />
volle de moeite waard, zich zekerheid te verschaffen.<br />
Indien een persorgaan voor opvoering onzer bewapening<br />
pleit, kan ik dit betreuren, maar indien oprechte overtuiging<br />
spreekt, zal ik het als zoodanig respecteeren. Maar<br />
indien deze invloed op onze openbare meening zou zijn<br />
gekocht en vervalscht door wapenfabrikanten uit baatzucht,<br />
dan is de aandrang erger dan waardeloos, dan<br />
is het een afzichtelijke uitwas en een publiek gevaar.<br />
Eigenlijk moesten de financiën der persorganen evenzeer<br />
openbaar zijn als die van andere gemeenschapsorganen.<br />
Want die functie vervult de pers sinds lang. Hier ware<br />
eigenlijk nog meer vereischt dan een enquête voor éénmaal:<br />
hier moest duurzaam een perswet haar bestendige<br />
eischen stellen van openbaarheid."<br />
— Tot zoover prof. van Embden. Is er — zoo zouden<br />
wij willen vragen — werkelijk reden om in ons land<br />
daarop aan te dringen? Wij voor ons achten het vrijwel<br />
uitgesloten, dat eenig Nederlandsch blad zich op de<br />
wijze, als hier in het geding was, door wapen-fabrikanten<br />
zou laten beïnvloeden. Zulke dingen komen, gelukkig,<br />
onder ons niet voor.<br />
Wij hebben daarom met groot genoegen den Minister-<br />
President het volgende antwoord hooren geven:<br />
„De geachte afgevaardigde wilde zelfs het onderzoek<br />
uitstrekken tot de afhankelijkheid van de Nederlandsche<br />
pers, dus tot de vraag, of die niet stond onder den invloed<br />
van buitenlandsche wapenleveranciers. Mijnheer<br />
de Voorzitter! Ik heb over de Nederlandsche pers voorshands<br />
een te gunstig oordeel om ook maar een oogenblik<br />
te kunnen aannemen, dat dat het geval zou kunnen zijn."<br />
Dit lijkt ons afdoende. Men gaat maar eens niet in<br />
't wilde weg iets onderzoeken, als er geen enkele aanwijziging<br />
of' geen gerechtvaardigd vermoeden voor is.<br />
Advertentiën.<br />
Allround Journalist<br />
door de tijdsomstandigheden<br />
zonder werk<br />
zoekt arbeid.<br />
Brieven aan de „De journalist"<br />
motto „Arbeid".