Diefdijklinie - ASP4all
Diefdijklinie - ASP4all
Diefdijklinie - ASP4all
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
<strong>Diefdijklinie</strong><br />
Ruimtelijk Ontwerp<br />
voor de hoofdverdedigingslijn Nieuwe Hollandse Waterlinie tussen Lek en Waal
<strong>Diefdijklinie</strong><br />
Ruimtelijk Ontwerp<br />
voor de hoofdverdedigingslijn Nieuwe Hollandse Waterlinie tussen Lek en Waal
het Wiel de Waaij herinnert aan een grote dijkdoorbraak
Dit rapport is een uitgave van:<br />
Dienst Landelijk Gebied<br />
Postbus 9079 | 6800 ED Arnhem<br />
t 026 3781200 (ma t/m vrij 9.00 – 17.00 uur)<br />
www.dienstlandelijkgebied.nl<br />
In samenwerking met:<br />
Waterschap Rivierenland, provincies Gelderland, Zuid-Holland en<br />
Utrecht, gemeenten Lingewaal, Geldermalsen, Culemborg, Leerdam en<br />
Vianen, Staatsbosbeheer, projectbureau Nieuwe Hollandse Waterlinie<br />
en diverse particulieren, grondeigenaren en private partijen.<br />
Fotografie: Gerard Burgers, Richard Trenning, Kees van der Velden<br />
en de beeldenbank projectbureau Nieuwe Hollandse Waterlinie<br />
Kaartmateriaal:<br />
- GIS competence Center DLG<br />
- historisch kaartmateriaal van Chris Will, Douwe Koen en Jaap de Zee<br />
- ontwerptekeningen DLG Kees van der Velden<br />
- tekeningen herstel schuilplaatsen Bunker Q<br />
- projectbureau Nieuwe Hollandse Waterlinie<br />
- Atlas Nieuwe Hollandse Waterlinie<br />
Teksten: Richard Trenning, Kees van der Velden<br />
Projectteam DLG:<br />
Elizabeth Hartgers, Pieter van Heteren, Michel Ronden, Richard<br />
Trenning, Ronald Broekhuizen, Kees van der Velden<br />
december 2011<br />
Inhoud<br />
1 <strong>Diefdijklinie</strong> 7<br />
1.1 Inleiding 7<br />
1.2 <strong>Diefdijklinie</strong> 8<br />
1.3 Proces 9<br />
1.4 Ruimtelijk ontwerp 10<br />
1.5 Leeswijzer 11<br />
2 Nieuwe Hollandse Waterlinie 13<br />
2.1 Nieuwe Hollandse Waterlinie 13<br />
2.2 Panorama Krayenhoff 15<br />
2.3 Streefbeeld 2020 17<br />
2.4 Hoofdverdedigingslijn 19<br />
3 <strong>Diefdijklinie</strong> - verleden 21<br />
3.1 Waterstaatkundige historie 21<br />
3.2 Militaire historie 23<br />
4 <strong>Diefdijklinie</strong> - heden 29<br />
4.1 Dijk als waterkering 29<br />
4.2 Dijk als verkeersader 31<br />
4.3 Dijk met Waterlinie relicten 33<br />
<strong>Diefdijklinie</strong> - toekomst 3<br />
5.1 Opgaven 35<br />
5.2 Visie en uitgangspunten 36<br />
5.3 Ruimtelijk ontwerp op hoofdlijnen 38<br />
6 Dijkverbetering 41<br />
6.1 Maatregelen 41<br />
6.2 Grondwerk 43<br />
6.3 Compensatie beplanting 45<br />
6.4 Technisch ontwerp en bestek 45<br />
7 Batterijen, loopgraven en betonwerken 47<br />
7.1 Ontwikkellocaties 47<br />
7.2 Historische opbouw 49<br />
7.3 Bouwstenen herinrichting 52<br />
7.4 Batterijen Diefdijk Noord 55<br />
<strong>Diefdijklinie</strong> |<br />
7.5 Geschutsbanket Wiel de Waai 63<br />
7.6 Batterijen en groepsnest Meerdijk 65<br />
7.7 Batterij Nieuwe Zuiderlingedijk 75<br />
7.8 Loopgraaf Nieuwe Zuiderlingedijk 81<br />
7.9 Batterij Broekse Sluis 83<br />
7.10 Schuilplaatsen en kazematten 88<br />
7.11 Details en materialen 90<br />
7.12 Kap en plant bomen 93<br />
7.13 Technisch ontwerp en bestek 95<br />
8 Inrichting dijkwegen 97<br />
8.1 Verkeersmaatregelen 97<br />
8.2 Lege weg 97<br />
8.3 Weginrichting 98<br />
8.4 Per locatie 102<br />
8.5 Technisch ontwerp en bestek 113<br />
9 Recreatie 11<br />
9.1 <strong>Diefdijklinie</strong>pad 115<br />
9.2 Rustplekken 117<br />
9.3 Parkeerplaatsen 118<br />
9.4 Linie-afbuiging Broekse Sluis 121<br />
9.5 Liniemeubilair 123<br />
9.6 Technisch ontwerp en bestek 123<br />
10 Zichtbaarheid 12<br />
10.1 Zichtlijnen 125<br />
10.2 Zichtbare wielen 125<br />
10.3 Zichtbare groepsschuilplaatsen 125<br />
10.4 Technisch ontwerp en bestek 125<br />
11 Beheer 127<br />
11.1 Streefbeelden en beheer 127<br />
11.2 Beheerplan 129<br />
11.3 Beheerorganisatie 129<br />
BIJLAGEN<br />
I kaarten Ruimtelijk Ontwerp <strong>Diefdijklinie</strong><br />
II cd met ruimtelijk ontwerp schaal 1:1000, detailuitwerkingen,<br />
onderzoeksrapporten en achtergrondmateriaal
Gorinchem<br />
6 | <strong>Diefdijklinie</strong><br />
Woudrichem<br />
Spijk<br />
4<br />
6<br />
5<br />
Fort bij Vuren<br />
Slot Loevestein<br />
Heukelum<br />
Waal<br />
Vianen<br />
3<br />
N848<br />
Leerdam<br />
Asperen<br />
2<br />
N327<br />
1<br />
Werk op de Spoorweg bij de Diefdijk<br />
Fort bij Asperen<br />
Fort bij Honswijk<br />
Fort bij de Nieuwe Steeg<br />
Lek<br />
Fort bij Everdingen<br />
A2<br />
A15<br />
Linge<br />
Werk aan het Spoel<br />
Culemborg<br />
Geldermalsen<br />
1. Diefdijk<br />
2. Meerdijk<br />
3. Nieuwe Zuiderlingedijk<br />
4. Zuiderlingedijk<br />
5. hoofdverdedigingslijn in Tielerwaard<br />
6. Dalemse Zeiving
1 <strong>Diefdijklinie</strong><br />
De <strong>Diefdijklinie</strong> is een bijzondere dijk. Deze dwars- en leidijk loopt van Everdingen, aan de Lek, tot aan Gorinchem aan de Waal en is ruim 23<br />
kilometer lang. De dijk moet ervoor zorgen dat de Alblasserwaard en Vijfheerenlanden droog blijven, als stroomopwaarts in de Betuwe of Tielerof<br />
Culemborgerwaarden een rivierdijk zou doorbreken. Het is een bijzondere dijk omdat er aan weerszijden geen rivieren zichtbaar zijn. En de<br />
historie van de dijk is uniek. De <strong>Diefdijklinie</strong> maakt onderdeel uit van de Nieuwe Hollandse Waterlinie.<br />
1.1 Inleiding<br />
Dit rapport beschrijft de maatregelen van het project ‘<strong>Diefdijklinie</strong>’. In het<br />
najaar van 2011 wordt gestart met de besteksuitwerking en met het<br />
vergunningentraject voor de Waterlinieobjecten. De uitvoeringswerkzaamheden<br />
zullen op korte termijn zichtbaar zijn in het gebied. In<br />
2014 zal de dijk weer klaar zijn om de toekomst in te gaan.<br />
Dijkverbetering<br />
De <strong>Diefdijklinie</strong> voldoet op dit moment niet aan de wettelijke<br />
veiligheidsnorm. De dijk is niet overal stabiel en op verschillende<br />
plaatsen bestaat het gevaar van ‘piping’. Piping is het proces waarbij<br />
water dat onder de dijk doorstroomt en zand meevoert waardoor de<br />
ondergrond van de dijk verzwakt en de dijk kan gaan verzakken.<br />
Op de verbetering van de dijk is de procedure van de milieu-effectrapportage<br />
(MER) van toepassing. Deze procedure heeft geleid tot een<br />
voorkeursalternatief en vervolgens tot een projectplan voor de<br />
dijkverbetering waarin staat omschreven welke maatregelen<br />
noodzakelijk zijn.<br />
Verkeersveiligheid<br />
Uit de diverse gesprekken met streekbewoners en uit de inspraakreacties<br />
op de startnotitie dijkverbetering <strong>Diefdijklinie</strong> kwam helder naar voren<br />
dat aanwonenden de dijk als onveilig ervaren, met name als gevolg van<br />
de hoge snelheid van het (vracht)verkeer. Op de hoge, smalle dijk zitten<br />
fieters en wandelaars in de verdrukking. Onderzoek naar de<br />
verkeersveiligheid geeft steun aan de gevoelens van onveiligheid onder<br />
de bewoners. Het is de opgave om de <strong>Diefdijklinie</strong> in de toekomst<br />
verkeersveiliger te maken voor aanwonenden en recreanten. De<br />
gezamenlijke overheden hebben daarvoor een maatregelenpakket<br />
ontwikkeld.<br />
Nieuwe Hollandse Waterlinie<br />
De <strong>Diefdijklinie</strong> is onderdeel van de Nieuwe Hollandse Waterlinie; één<br />
van Nederlands meest bijzondere verdedigingslinies. Inmiddels is de<br />
NHW op de Voorlopige Lijst voor Unesco-Werelderfgoed geplaatst. Via<br />
een ingenieus systeem van dijken, sluizen en kanalen werden laag-<br />
gelegen stukken land onder water gezet, als hindernis voor de vijand. De<br />
doorgangen tussen deze inundatievelden op de hogere, drogere gronden<br />
werden verdedigd met forten, batterijen en infanteriestellingen. De<br />
<strong>Diefdijklinie</strong> is onderdeel van de hoofdverdedigingslijn. Achter deze lijn<br />
was men veilig. Het is de opgave de herkenbaarheid van deze historische<br />
lijn te versterken en de bijbehorende relicten te behouden voor de<br />
toekomst. Ook voor deze opgaven is een maatregelenpakket ontwikkeld,<br />
in samenhang met de dijkverbeterings- en verkeersopgave.<br />
De dijkverbetering is de belangrijkste motor van deze ontwikkelingen. In<br />
de loop der tijd is er een intensieve samenwerking ontstaan met<br />
de projecten voor het verkeer en de Nieuwe Hollandse Waterlinie. Door<br />
deze samenwerking ligt er nu één ‘Ruimtelijk Ontwerp <strong>Diefdijklinie</strong>’,<br />
waarin de herinrichting van dit uniek erfgoed integraal is ontwikkeld.<br />
Deze plannen worden samen met de dijkverbetering als één<br />
uitvoeringsproject door het Waterschap Rivierenland gerealiseerd.<br />
ALBLASSERWAARD<br />
MERWEDE<br />
Gorinchem<br />
LEK<br />
VIJFHEERENLANDEN<br />
WAAL<br />
DIEFDIJKLINIE<br />
Culemborg<br />
Tiel<br />
TIELER- EN<br />
CULEMBORGERWAARD<br />
Nieuwe Hollandse Waterlinie in Nederland,<br />
<strong>Diefdijklinie</strong> in rood gemarkeerd<br />
Doel<br />
Het ‘Ruimtelijk Ontwerp <strong>Diefdijklinie</strong>’ geeft de ontwerpen voor de<br />
cultuurhistorische locaties, de recreatieve voorzieningen en de<br />
weginrichting weer en het bevat aandachtspunten voor ruimtelijke<br />
kwaliteit bij de nadere detaillering en uitvoering van de<br />
dijkverbeteringsmaatregelen.<br />
De ontwikkeling van de <strong>Diefdijklinie</strong> is een opgave met veel aspecten. Er<br />
zijn veel inhoudelijke thema’s, er zijn op veel locaties pleksgewijs<br />
maatregelen nodig, er wordt door veel mensen en partijen aan gewerkt.<br />
Door voor al deze diversiteit één gebundeld ruimtelijk ontwerp te maken<br />
wordt eenheid en overzicht nagestreefd. Dit is de beste waarborg voor<br />
het behoud en de versterking van de kwaliteiten van de <strong>Diefdijklinie</strong>; het<br />
is immers één Waterlinie!<br />
BETUWE<br />
NEDERRIJN<br />
Linge<br />
Arnhem<br />
Ligging van de <strong>Diefdijklinie</strong> tussen de rivieren Lek en Waal<br />
<strong>Diefdijklinie</strong> | 7
8 | <strong>Diefdijklinie</strong><br />
1.2 <strong>Diefdijklinie</strong><br />
De Diefdijk, Meerdijk, Nieuwe Zuiderlingedijk en Zuiderlingedijk vormen<br />
samen de ‘<strong>Diefdijklinie</strong>’. Deze <strong>Diefdijklinie</strong>, met een totale lengte van 23<br />
kilometer, is van belang voor de veiligheid van Nederland. De<br />
<strong>Diefdijklinie</strong> deelt het gebied tussen de rivieren in tweeën. Mocht ergens<br />
in de Betuwe of Tieler- en Culemborgerwaarden tijdens hoogwater een<br />
dijk het begeven, dan kan het water niet verder dan de <strong>Diefdijklinie</strong>. Zo<br />
blijft het aansluitende, grotendeels Zuid-Hollandse gebied droog.<br />
Voor de afvoer van het water dat tegen de Diefdijk aan komt te staan, zijn<br />
ten oosten van Gorinchem ‘overlaten’ aangelegd. Dit zijn stukken dijk die<br />
gemakkelijk kunnen worden doorgestoken om het water van de polder<br />
weer in de rivier te laten stromen.<br />
De <strong>Diefdijklinie</strong> kent een paar ‘gaten’ (coupures), die als het nodig is, snel<br />
gedicht kunnen worden. Zo vormt de A2 een opening in de dijk. Deze kan<br />
met een speciale constructie worden gesloten. En bij Asperen, waar de<br />
Linge de dijk kruist, zitten twee sluizen die dichtgezet kunnen worden.<br />
De <strong>Diefdijklinie</strong> ligt in een grensgebied. De dijk ligt deels in de provincie<br />
Zuid-Holland, deels in Gelderland en gedeeltelijk in Utrecht. De dijk<br />
doorkruist de gemeenten Gorinchem, Lingewaal, Leerdam en Vianen en<br />
grenst aan Geldermalsen en Culemborg. Waterschap Rivierenland en<br />
gemeente Lingewaal zijn de wegbeheerders. De Diefdijk valt onder de<br />
verantwoordelijkheid van het waterschap. De wegen op de Meerdijk,<br />
Nieuwe Zuiderlingedijk en Zuiderlingedijk zijn eigendom van gemeente<br />
Lingewaal. Daarnaast zijn delen van de dijktaluds in particulier eigendom.<br />
Vianen (Utrecht)<br />
Leerdam (Zuid-Holland)<br />
D<br />
Gorinchem<br />
(Zuid-Holland)<br />
Lingewaal (Gelderland)<br />
De dijken van de <strong>Diefdijklinie</strong> in diverse gemeenten en provincies<br />
A Diefdijk, B Meerdijk, C Nieuwe Zuiderlingedijk, D Zuiderlingedijk<br />
C<br />
B<br />
A<br />
Culemborg (Gelderland)<br />
Geldermalsen (Gelderland)<br />
Diefdijk<br />
De Diefdijk; smalle, hoge, steile dijk zonder zicht op rivierwater. Dijk met<br />
een prachtige oude, verweerde uitstraling door de vele tekenen van de<br />
tijd. Ten noorden van de A2 is de Diefdijk duidelijk herkenbaar als<br />
dwarsdijk door de bebouwing aan de westkant met delen uitgedijkt land,<br />
het land dat werd afgegraven voor dijkaanleg en -herstel. De oostzijde<br />
van de dijk is heel open van karakter. De Diefdijk ten zuiden van de<br />
rijksweg A2 is zeer herkenbaar als dwarsdijk door de aanwezigheid van<br />
grote oppervlaktes uitgedijkt land, spekdammen, boomgaarden en<br />
lintbebouwing, deels met boerderijen in het dijklichaam en<br />
middeleeuwse ontginningsstructuren haaks op de dijk. Grote wielen,<br />
zoals het Wiel van Bassa en Wiel de Waaij, herinneren aan de vele<br />
dijkdoorbraken die de Diefdijk heeft ondergaan. Door de parallel gelegen<br />
waterlossingen wordt de leidijkfunctie onderstreept. Het gelders<br />
overstromingswater werd via dit systeem naar de Waal bij Dalem geleid.<br />
Het Fort bij Everdingen en het Werk op de spoorlijn bij de Diefdijk, de lijn<br />
van groepsschuilplaatsen en kazematten en restanten van batterijen<br />
maken de functie van de linie binnen de Nieuwe Hollandse Waterlinie<br />
zichtbaar.<br />
Meerdijk<br />
Door de nabijheid van de Linge is de Meerdijk een duidelijk herkenbare<br />
rivierdijk; hierdoor is deze dijk echter minder herkenbaar als dwarsdijk,<br />
want bebouwing is juist aan de oostzijde aanwezig terwijl deze aan de<br />
westzijde ontbreekt omdat daar de uiterwaarden van de Linge liggen.<br />
Relicten van batterijen, het Fort bij Asperen en de groepsschuilplaatsen<br />
en kazematten maken ook hier de Waterliniefunctie zichtbaar.<br />
Nieuwe Zuiderlingedijk<br />
Als een lineaal gaat deze meer recente dwarsdijk dwars door de<br />
polderstructuren heen. Een machtige, hoge dijk met groepsschuilplaatsen<br />
in lange lijnen opgesteld en markante waterwerken als de hoge stuw. De<br />
dijk heeft een breed profiel. In het uitgedijkte land rondom de dijk is een<br />
waardevol natuurgebied met rietlanden, moerassen en bossen ontstaan.<br />
Daar liggen ook nog enkele oude wielen.<br />
Diefdijk<br />
Nieuwe Zuiderlingedijk<br />
Zuiderlingedijk<br />
Van Dalem tot en met Vogelswerf is de Zuiderlingedijk een echte<br />
rivierdijk op een oeverwal met weids uitzicht over de brede Linge.<br />
Richting Spijk vormt de dijk, aan de zuidkant, een historisch<br />
bebouwingslint. Enkele wielen herinneren aan de vele doorbraken die de<br />
dijk gekend heeft. Enkele groepsschuilplaatsen en een batterijrelict<br />
illustreren de Waterlinie.<br />
Meerdijk<br />
Zuiderlingedijk
1.3 Proces<br />
Startnotitie MER Diefdijkversterking<br />
De ontwikkelingen rondom de <strong>Diefdijklinie</strong> zijn gestart met het project<br />
van de dijkverbetering. De provincies Zuid-Holland (coördinatie),<br />
Gelderland en Utrecht zijn het bevoegd gezag voor de dijkverbetering en<br />
het waterschap Rivierenland is verantwoordelijk voor de planvorming en<br />
realisatie.<br />
De aanvankelijk voorgenomen maatregelen van de dijkversterking<br />
zouden hebben geleid tot het aanpassen van de dijk in een bredere<br />
grondberm, wat ten koste zou gaan van het historisch dijkprofiel. Dit is<br />
de aanleiding geweest voor Rijk en provincies Gelderland en Zuid-<br />
Holland om financiering beschikbaar te stellen om de Diefdijk zodanig te<br />
versterken dat landschappelijke inpassing van de dijkversterking mogelijk<br />
wordt en dat de herkenbaarheid van de Waterlinie wordt versterkt. Op<br />
basis van inspraakreacties van bewoners wordt ook het verkeersveilig<br />
inrichten van de dijk een integraal onderdeel. Dit leidt tot drie elementen<br />
die aanvullend op de dijkversterking worden uitgewerkt:<br />
- behoud van oorspronkelijk profiel van de dijk (damwand i.p.v. grond);<br />
- versterken van de herkenbaarheid en toegankelijkheid Waterlinie;<br />
- verkeersveiligheid van de dijk vergroten.<br />
Interactieve planvorming NHW en verkeer<br />
Tijdens de planvorming voor de dijkverbetering is nader historisch<br />
onderzoek verricht naar de relicten van de Nieuwe Hollandse Waterlinie.<br />
Er hebben verkeerskundige onderzoeken plaatsgevonden. De<br />
randvoorwaarden zijn bepaald vanuit dijkveiligheid, milieu, natuur,<br />
explosieven, nutsvoorzieningen, cultuurhistorie en archeologie, bomen,<br />
bestemmingsplannen en benodigde vergunningen. Er zijn diverse<br />
gesprekken met omwonenden geweest, onder andere op een aantal<br />
bewonersavonden. Er zijn ontwerpstudies uitgevoerd.<br />
De maatregelen voor de dijkverbetering, verkeersveiligheid en<br />
ontwikkeling van de historie zijn ontstaan door de intensieve<br />
samenwerking tussen het waterschap Rivierenland, de provincies<br />
Gelderland, Zuid-Holland en Utrecht, de gemeenten Lingewaal,<br />
Gorinchem, Geldermalsen, Culemborg, Vianen en Leerdam, het<br />
projectbureau Nieuwe Hollandse Waterlinie, de ministeries van<br />
Economische Zaken, Landbouw en Innovatie (ELI), Onderwijs, Cultuur en<br />
Wetenschap (OCW) en Infrastructuur en Milieu (I&M), Rijksdienst voor<br />
het Cultureel Erfgoed (RCE), diverse deskundigen, eigenaren,<br />
omwonenden en Dienst Landelijk Gebied.<br />
Dienst Landelijk Gebied heeft, in opdracht van provincie Gelderland,<br />
geadviseerd bij de dijkverbetering. Daarnaast heeft DLG de projectleiding<br />
en deskundigheid geleverd en georganiseerd voor de deelprojecten<br />
verkeer en cultuurhistorie. Ook het samenvoegen van de<br />
inrichtingsmaatregelen tot een integraal ruimtelijk ontwerp is gebeurd<br />
door DLG.<br />
Kostenraming en prioritering<br />
Het beschikbare budget is onvoldoende om alle gewenste maatregelen<br />
uit te kunnen voeren. De maatregelen worden geprioriteerd in een<br />
‘groene’ categorie waarvoor middelen beschikbaar zijn en een ‘oranje<br />
categorie’. Voor de financiering van de oranje categorie worden<br />
aanvullende mogelijkheden gezocht. Deze maatregelen worden wel<br />
verder uitgewerkt tot een uitvoeringsgereed ontwerp en worden na de<br />
besteksraming opnieuw beoordeeld. Een klein deel van de maatregelen<br />
valt vooralsnog af en wordt niet verder uitgewerkt.<br />
Uitvoering gedekte schuilplaatsen en sluiseiland<br />
Vooruitlopend op de uitvoeringswerkzaamheden aan de dijk worden in<br />
2011-2012 de gedekte schuilplaatsen op de batterijen geconsolideerd. De<br />
terreininrichting van de batterijen is wel integraal onderdeel van het<br />
Diefdijkproject.<br />
Ook de herinrichting van het wegdek tussen de beide sluizen in de Linge<br />
is vooruitlopend op het project gerealiseerd in de herfst van 2011.<br />
Technische uitwerking en bestek<br />
De fase volgend op dit Ruimtelijk Ontwerp is de technische uitwerking en<br />
besteksvorming. Vanaf deze fase worden de dijkversterkingsmaatregelen<br />
integraal met de verkeers- en NHWmaatregelen opgepakt en uitgewerkt<br />
in opdracht van Waterschap Rivierenland. Aan de hand van de<br />
besteksraming en eventueel extra beschikbaar budget zal een definitieve<br />
selectie van maatregelen gemaakt worden. Dit leidt tot een<br />
uitvoeringsgereed ontwerp.<br />
Gedurende deze periode zullen tevens de overeenkomsten met de<br />
eigenaren gesloten worden en vindt het vergunningentraject plaats.<br />
Aanbesteding en uitvoering<br />
Het uitvoeringsgereed ontwerp (integraal) zal worden aanbesteed,<br />
waarna de plannen gerealiseerd gaan worden.<br />
Dienst Landelijk Gebied zal Waterschap Rivierenland ondersteunen<br />
tijdens de begeleiding van de uitvoeringswerkzaamheden en daarbij de<br />
ruimtelijke kwaliteit en duurzaamheid van de inrichting bewaken.<br />
Beheer<br />
Het beheer van de cultuurhistorische objecten wordt tot twee jaar na<br />
oplevering meegenomen door de aannemer die de uitvoering op zich<br />
heeft genomen. Daarna zal het beheer overgaan in een aparte<br />
beheerorganisatie die de objecten op uniforme wijze kan beheren.<br />
planvorming<br />
MER<br />
Diefdijkversterking<br />
projectplan<br />
Diefdijkversterking<br />
Startnotitie MER Diefdijkversterking<br />
P L A N V O R M I N G D I E F D I J K L I N I E<br />
planvorming<br />
verbeteren<br />
verkeersveiligheid<br />
maatregelenpakket<br />
verkeersveiligheid<br />
T E C H N I S C H E U I T W E R K I N G<br />
planvorming<br />
behoud en<br />
ontwikkeling<br />
NHW<br />
maatregelenpakket<br />
NHW<br />
R U I M T E L I J K O N T W E R P D I E F D I J K L I N I E<br />
uitvoering<br />
Sluiseiland Linge<br />
consolidatie gedekte<br />
schuilplaatsen<br />
overeenkomsten<br />
eigenaren<br />
vergunningen<br />
traject<br />
U I T V O E R I N G S G E R E E D O N T W E R P D I E F D I J K L I N I E<br />
A A N B E S T E D I N G E N U I T V O E R I N G<br />
B E H E E R<br />
<strong>Diefdijklinie</strong> | 9
10 | <strong>Diefdijklinie</strong><br />
1.4 Ruimtelijk ontwerp<br />
Het ruimtelijk ontwerp is het resultaat van een intensief planproces van<br />
een aantal jaren (zie procesomschrijving). Dit heeft geleid tot een<br />
uitgebreid en zeer divers maatregelenpakket.<br />
De ruimtelijke opgaven, de visie en het ontwerp op hoofdlijnen staan<br />
omschreven in hoofdstuk 5. In de hoofdstukken 6-10 wordt het<br />
ontwerp meer in detail in thema’s toegelicht.<br />
Hoofdstuk 6 beschrijft de ontwerpaspecten van de dijkverbeteringsmaatregelen.<br />
In het projectplan voor de <strong>Diefdijklinie</strong> (volgend op de<br />
MER-studie) staan de dijkverbeteringsmaatregelen uitvoerig<br />
beschreven. In dit proces is per locatie afgewogen of toepassing van<br />
grondwerk passend is of dat inzet van damwanden noodzakelijk is om<br />
bestaande waarden te sparen. De ontwerpaspecten beschreven in<br />
hoofdstuk 6 van dit rapport geven aanknopingspunten voor de<br />
komende fase van detaillering en technische uitwerking, zoals de<br />
afstemming van grondwerk op betonwerken van de Waterlinie, omgang<br />
met kavelpatronen en situering van beplantingen ter compensatie van<br />
gekapte bomen.<br />
Hoofdstuk 7 beschrijft de omgang met de historische Waterlinielocaties.<br />
De ontwerpen voor herinrichting van de historische locaties zijn tot<br />
stand gekomen door historisch kaartmateriaal te projecten op<br />
hoogtekaarten (flymap) van de feitelijke situatie. Per locatie is het<br />
historisch matenplan geconfronteerd met de actuele topografie en de<br />
huidige eisen welke gesteld worden, zoals aan dijkveiligheid, recreatief<br />
gebruik en toekomstig beheer en onderhoud. Deze confrontatie heeft<br />
op detail geleid tot eigentijdse aanpassingen; de essenties van de<br />
historische grondvormen zijn echter onverkort overeind gebleven.<br />
Hoofdstuk 8 behandelt de herinrichting van de dijkwegen. Op basis van<br />
verkeerskundig onderzoek is een maatregelenpakket ontwikkeld,<br />
waarbij locatie, vormgeving en materialisatie is afgestemd op de<br />
gebiedskwaliteiten.<br />
In hoofdstuk 9 wordt toegelicht op welke wijze de recreatieve<br />
toegankelijkheid van de <strong>Diefdijklinie</strong> versterkt wordt en hoe deze wordt<br />
ingepast in het landschap.<br />
Hoofdstuk 10 gaat in op op het versterken van de karakteristieke<br />
uitzichten vanaf de <strong>Diefdijklinie</strong>.<br />
In hoofdstuk 11 komt het toekomstig beheer aan bod.<br />
Het aanbrengen van samenhang is een belangrijk doel van het<br />
ruimtelijk ontwerp. Het maatregelpakket is zeer divers en wordt<br />
pleksgewijs uitgevoerd, waardoor het risico op versnippering groot is.<br />
Door al deze opgaven in samenhang te bezien en met één gedachte te<br />
benaderen wordt eenheid, rust en herkenbaarheid van de Waterlinie<br />
nagestreefd.<br />
Hierbij wordt ook gestreefd naar samenhang met de Waterlinie op<br />
nationaal niveau door aan te sluiten bij het gedachtengoed van het<br />
Handboek Meubilair NHW. De bouwstenen uit dit handboek worden<br />
ingezet langs de <strong>Diefdijklinie</strong> en bij nieuwe ontwerpen wordt<br />
aangehaakt op de gedachten, de vormgeving en materialisatie uit dit<br />
boek. De <strong>Diefdijklinie</strong> is immers onderdeel van het grote geheel van de<br />
Nieuwe Hollandse Waterlinie.<br />
In de bijlage zijn 20 kaarten opgenomen met het overzicht van het<br />
ruimtelijk ontwerp van de gehele <strong>Diefdijklinie</strong>. De kaarten staan tevens<br />
op de bijgevoegde CD, schaal 1:1000. Op de CD staan tevens de<br />
relevante detailontwerpen op schaal.<br />
De ontwerpen zijn afgestemd met de eigenaren, overheden en<br />
vergunningverleners.
1. Leeswijzer<br />
Het boek is op diverse manieren bruikbaar:<br />
toelichting ruimtelijk ontwerp<br />
Op de cd in de bijlage staan de ontwerptekeningen op schaal. Dit boek<br />
beschrijft de ontwerpen in samenhang en geeft de achterliggende<br />
gedachtengangen weer.<br />
samenvatting planvormingsproces<br />
Het is een samenvatting van een langlopend planvormingsproces. Door<br />
deze weergave worden de motivaties voor gemaakte keuzes meer<br />
duidelijk. Tevens wordt op deze wijze het verzameld historisch<br />
kaartmateriaal van de <strong>Diefdijklinie</strong> gebundeld.<br />
basis vergunningaanvragen<br />
Het rapport vormt de basis voor het aanvragen van diverse<br />
vergunningen en voor het maken van afspraken tussen de diverse<br />
projectpartners.<br />
handleiding opstellen bestek en uitvoering<br />
Voor het ingenieursbureau dat de technische uitwerking en het bestek<br />
gaat opstellen en de aannemer is dit boek de inhoudelijke toelichting op<br />
de opdracht. Door de ontwerpen te begrijpen, kan een betere<br />
vertaalslag naar een technisch ontwerp gemaakt worden en de<br />
uitvoering ‘met het juiste gevoel’ ter hand genomen worden.<br />
Het is een integrale beschrijving van de werkzaamheden aan de<br />
<strong>Diefdijklinie</strong> om de samenhang zichtbaar te maken. Niet alle<br />
maatregelen worden in het dijkverbeteringsproject gerealiseerd. Een<br />
aantal, zoals consolidatie van schuilplaatsen, wordt al eerder opgepakt<br />
en een aantal maatregelen (zichtlijnen, wandelroutes, ect.) wordt in<br />
andere projecten georganiseerd.<br />
Achterin, op de overzichtskaarten, wordt inzichtelijk welke maatregelen<br />
samen met het dijkverbeteringsproject worden uitgevoerd.<br />
<strong>Diefdijklinie</strong> | 11
12 | <strong>Diefdijklinie</strong><br />
B<br />
A<br />
A<br />
C<br />
B<br />
B<br />
A<br />
B<br />
C<br />
A. hoofdverdedigingslijn<br />
met groepsschuilplaatsen,<br />
kazematten en inundatiewerken<br />
B. forten en Verboden Kringen<br />
C. inundatievelden<br />
(Atlas Nieuwe Hollandse Waterlinie)
2 Nieuwe Hollandse Waterlinie<br />
Dit hoofdstuk beschrijft het beleidskader van de Nieuwe Hollandse Waterlinie. De opbouw van de Linie, het rijksbeleid en de doorvertaling naar<br />
het gebied van de enveloppecommissie Pact van Loevestein komen aan bod.<br />
2.1 Nieuwe Hollandse Waterlinie<br />
De Nieuwe Hollandse Waterlinie had één helder doel: het verdedigen van<br />
Holland tegen vijandelijke legers. Onderwaterzetting moest de vijand<br />
tegenhouden. Deze waterbarriere was enkele kilometers breed en enkele<br />
tientallen centimeters diep. De onder water gezette velden waren zo<br />
breed dat de vijand er niet of nauwelijks overheen kon schieten en zo<br />
ondiep dat de waterplas onbevaarbaar was en sloten en greppels<br />
onzichtbaar werden. Een ingenieus stelsel van kanalen, inlaatpunten,<br />
gemalen en dammen zorgde ervoor dat alle inundatievelden in 4 tot 12<br />
dagen (afhankelijk van de rivierwaterstanden) onder water gezet konden<br />
worden.<br />
De meest kwetsbare plekken in de verdediging vormden de accessen; de<br />
hoger gelegen gronden, wegen, spoorlijnen, dijken en rivieren waardoor<br />
de vijand toegang had door de onder water gezette velden. Deze<br />
accessen werden met geschut verdedigd, vanuit forten en andere<br />
verdedigingswerken.<br />
De Nieuwe Hollandse Waterlinie tussen de Lek en de Waal heeft een sterk<br />
landelijk, groen en open karakter door de relatieve afwezigheid van<br />
bebouwing.<br />
De Linie bestaat uit een aantal onderdelen:<br />
Hoofdverdedigingslijn<br />
De hoofdverdedigingslijn was de grens tussen de inundatiegebieden en<br />
de veilige zijde én de verbindingslijn tussen de noordelijk en zuidelijk<br />
gelegen onderdelen van de Linie. Tussen de Lek en de Waal is de<br />
hoofdverdedigingslijn over grote lengte zeer markant aanwezig omdat<br />
deze samenvalt met de <strong>Diefdijklinie</strong>, bestaande uit de Diefdijk, Meerdijk,<br />
Nieuwe Zuiderlingedijk en Zuiderlingedijk. Bij het gemaal ‘Broekse Sluis’<br />
bij Spijk, verlaat de hoofdverdedigingslijn de dijk.<br />
Tussen de Linge bij gemaal Broekse Sluis en de Waal is de<br />
hoofdverdedigingslijn nauwelijks waarneembaar. Er is geen sprake van<br />
grote dijklichamen, enkel een aantal lage kaden markeert deze grenslijn.<br />
Ten oosten van Gorinchem is de verdedigingslijn na 1915 verplaatst. Voor<br />
die tijd was inundatie mogelijk tot aan de vestingstad, daarna liep de<br />
scheiding tussen droog en nat ongeveer tussen de dorpen Kedichem aan<br />
de Linge en Dalem aan de Waal. Het spoor van groepsschuilplaatsen dat<br />
zich door de westelijke Tielerwaard slingert, maakt de lijn enigszins<br />
zichtbaar.<br />
Inundatiekommen<br />
Het gebied bestaat uit drie inundatiekommen: kom 7: Lek - Linge, kom 8:<br />
Linge en kom 9: Linge -Waal. De noordelijke kom werd gevuld met water<br />
uit de Lek, dat werd ingelaten door een (inmiddels verdwenen)<br />
waaiersluis bij Werk aan het Spoel en later ook bij het Fort bij Everdingen<br />
en de (inmiddels verdwenen) Acquoyse hulpsluis. De zuidelijke kom werd<br />
gevuld met Waalwater via de sluis bij Dalem en de Herwijnse<br />
uitwateringssluis bij het Fort bij Vuren. De kommen werden tevens vanuit<br />
de Linge geïnundeerd door het sluiten van de Lingesluizen bij Asperen en<br />
het openen van de waaiersluizen bij Fort bij Asperen en de Wapenplaats.<br />
De inundatiewet van 1896 voorzag in de bevoegdheid om het land onder<br />
te laten lopen. Curieus is dat de Inundatiewet van 1896 als ‘Wet Militaire<br />
Inundatiën’ in formele zin nog steeds rechtsgeldig is. De wet is gewijzigd<br />
in 1988, 1989 (i.v.m. Nieuw Burgerlijk Wetboek) en 1996 (i.v.m.<br />
Invoeringswet Coördinatiewet).<br />
Accessen en verdedigingswerken<br />
De belangrijkste accessen zijn de grote rivieren met de bijbehorende<br />
dijken; de Lek, de Waal en temidden van het gebied de rivier de Linge. De<br />
Lek werd vanaf de zuidoever verdedigd door de forten Everdingen en<br />
Werk aan het Spoel. Fort bij Vuren is aanlegd om het acces van de Waal te<br />
verdedigen, als onderdeel van de Vestingdriehoek Gorinchem-<br />
Loevestein-Woudrichem. De spoorlijn Elst-Gorinchem werd verdedigd<br />
door Werk op de Spoorweg bij de Diefdijk.<br />
Voor de verdediging van het Linge-acces zijn het Fort bij Asperen, met de<br />
Wapenplaats, en het Fort bij de Nieuwe Steeg aangelegd. Deze forten zijn<br />
aangevuld met een uitgebreid stelsel van groepsschuilplaatsen,<br />
kazematten, batterijplaatsen en andere verdedigingswerken, inspelend<br />
op de voortschrijdende ontwikkeling van het militair geschut. Deze<br />
‘betonwerken’ zijn zeer kenmerkend voor de Waterlinie; ze geven de<br />
hoofdverdedigingslijn de identiteit van militaire lijn. Zonder deze werken<br />
is de hoofdverdedigingslijn ‘enkel’ een stelsel van dijken, zonder<br />
zichtbare militaire uitstraling.<br />
Verboden Kringen<br />
In 1853 werd de Kringenwet ingesteld om het zicht op de schootsvelden<br />
rond de forten open te houden. In cirkels om de forten heen golden<br />
beplantings- en bouwrestricties in verschillende gradaties. In de kleine<br />
kring, binnen 300 meter van het fort was enkel bouwen in hout<br />
toegestaan, zodat ten tijde van oorlogsdreiging de bebouwing snel<br />
afgebrand of geruimd kon worden. In de middelste kring, tussen 300 en<br />
600 meter was bouwen in steen voor de onderste 50 centimeter en<br />
schoorstenen toegestaan, aangevuld met hout. In de grote kring, tussen<br />
600 en 1000 meter, golden geen bouwbeperkingen maar was de overheid<br />
bevoegd om bij oorlogsdreiging te ruimen.<br />
Tussen de Lek en de Waal zijn de Verboden Kringen van Fort bij<br />
Everdingen, Werk aan het Spoel, Werk op de Spoorweg aan de Diefdijk,<br />
Fort bij Asperen, Fort bij de Nieuwe Steeg en Fort bij Vuren aanwezig.<br />
Mede door de Kringenwet, die tot 1963 van kracht is geweest, kenmerken<br />
de gebieden binnen de Verboden Kringen zich door de relatieve leegte.<br />
Dit betekent niet dat er geen gebouwen staan, maar de hoeveelheid<br />
bebouwing is al die jaren beperkt gebleven.<br />
<strong>Diefdijklinie</strong> | 13
14 | <strong>Diefdijklinie</strong><br />
Panorama Krayenhoff
2.2 Panorama Krayenhoff<br />
In 2004 is ‘Panorama Krayenhoff - Linieperspectief’ vastgesteld. Het is de<br />
visie op de toekomst van de Nieuwe Hollandse Waterlinie.<br />
De Nieuwe Hollandse Waterlinie is één van de meest indrukwekkende<br />
verdedigingslinies die ons land heeft gekend. Over een lengte van 85<br />
kilometer vormde ze één systeem met één doel en één beheerder. De<br />
Linie was bedoeld ter verdediging van het westen van Nederland.<br />
Wanneer vijandelijke legers in aantocht waren, konden brede stroken<br />
weiland tussen Muiden en de Biesbosch onder water gezet worden. De<br />
vijand zou daarin vastlopen. Kwestbare delen van de Linie, hooggelegen<br />
terreinen en accessen bij (spoor)wegen en rivieren werden onder controle<br />
gehouden vanuit forten en ander bouwwerken. De Waterlinie heeft<br />
officieel gefunctioneerd van 1815 tot 1963. De Linie is echter nooit in haar<br />
geheel geïnundeerd. In 1939 en 1940 is een deel van de Linie ten zuiden<br />
van de Linge onder water gezet. Ook bij het gebied ten oosten van de<br />
Diefdijk (Culemborgse Veld) is 1,5 dag geïnundeerd geweest.<br />
Na 1945 verloor het systeem geleidelijk zijn noodzaak, het onderhoud<br />
kwam op een laag pitje te staan en de beperkingen die de Linie stelde<br />
aan landbouw en stadsuitbreiding kwamen te vervallen. Na 1963<br />
verbrokkelde ook het beheer.<br />
Hoewel de militaire noodzaak is verdwenen, kan de Waterlinie wel<br />
degelijk van betekenis zijn. Het Linieperspectief kent er drie eigentijdse<br />
ambities aan toe. Als deel van het ‘nationale geheugen’ draagt de Linie<br />
bij aan het historisch besef en de regionale identiteit, als ‘megasingel<br />
door de Deltametropool’ is de Linie een rustige en groene tegenhanger<br />
van het stedelijk netwerk en de Linie kan wezenlijk bijdragen aan het<br />
gemoderniseerde waterbeheer van de 21ste eeuw.<br />
Het Nationaal Project Nieuwe Hollandse Waterlinie stelt zich ten doel de<br />
Waterlinie als onderdeel van het Nederlands cultureel en landschappelijk<br />
erfgoed tot een herkenbare ruimtelijke eenheid te maken en duurzaam in<br />
stand te houden. Hiertoe zullen eigentijdse functies (zoals recreatie en<br />
toerisme, waterbeheer, landbouw, natuur, verkeer en vervoer) nader<br />
worden ingevuld, c.q. aan de Linie worden toegevoegd, met als<br />
uitgangspunt de Belvederegedachte ‘behoud door ontwikkeling’.<br />
In 2006 is Panorama Krayenhoff vertaald in het ‘Overkoepelend<br />
Uitvoeringsprogramma Nationaal Landschap Nieuwe Hollandse<br />
Waterlinie’.<br />
De Nieuwe Hollandse Waterlinie is in de Nota Ruimte aangewezen als<br />
Nationaal Landschap. Aansluitend op de kernkwaliteiten van het<br />
Nationale Landschap staan in het uitvoeringsprogramma drie ambities<br />
centraal:<br />
een herkenbaar Waterlinieprofiel<br />
het versterken van de ruimtelijke ontwikkeling en vormgeving;<br />
de Waterlinie in de hoofden en de harten<br />
ontwikkelen en profileren van de Waterlinie als een<br />
liefhebberslandschap;<br />
en het duurzaam gebruik<br />
realiseren van maatschappelijke en economisch duurzame<br />
bestemmingen.<br />
De uitvoering is grotendeels regionaal georganiseerd in<br />
projectenveloppen.<br />
Het Waterliniegebied tussen Lek en Waal bestaat uit de<br />
projectenveloppes Diefdijk en Loevestein. Alleen het Fort bij Everdingen<br />
is onderdeel van de enveloppe Linieland.<br />
In de enveloppen Diefdijk en Loevestein manifesteert de Nieuwe<br />
Hollandse Waterlinie zich als één systeem. De Waterlinie is hier<br />
herkenbaar als een samenhangend geheel van landschappelijke<br />
onderdelen en specifieke militaire elementen. In het bijzonder is de<br />
hoofdverdedigingslijn goed waar te nemen. Deze neemt hier de vorm<br />
aan van een vijftien kilometer lange dijk, voorzien van sluizen, forten,<br />
kazematten en groepsschuilplaatsen.<br />
De doelen voor het gebied tussen de Lek en de Waal laten zich<br />
samenvatten in vier streefbeelden:<br />
1. duurzaam veilig stellen van forten met hun schootsvelden en<br />
inundatiegebieden;<br />
2. het toevoegen van economische en publieke functies;<br />
3. het beleefbaar maken van de samenhang door openbare<br />
toegankelijkheid en uitbreiding van recreatieve netwerken;<br />
4. het versterken van de openheid, onder meer door natuurontwikkeling.<br />
<strong>Diefdijklinie</strong> | 1
16 N| <strong>Diefdijklinie</strong><br />
I E U W E H O L L A N D S E W A T E R L I N I E L A N D S C H A P<br />
HOOFDVERDEDIGINGSLIJN<br />
behoud historie, ontwikkelen herkenbaarheid NHW en verkeersveiligheid<br />
HOOFDVERDEDIGINGSLIJN - AFSLAG TIELERWAARD<br />
accentueren afbuiging hoofdverdedigingslijn<br />
HOOFDVERDEDIGINGSLIJN - PASSAGE A15 BETUWELIJN<br />
aanleg fiets/voetgangersverbinding<br />
FORT<br />
behoud door ontwikkeling<br />
BATTERIJEN, SCHUILPLAATSEN EN KAZEMATTEN<br />
behoud door ontwikkeling en verbeteren zichtbaarheid<br />
INUNDATIEWERKEN<br />
behoud en herstel inundatiesluizen en -kanalen<br />
VERBODEN KRINGEN<br />
behoud en versterking openheid<br />
WATERLINIEZONE - EHS<br />
natuurontwikkeling, waterbeheer en versterking openheid<br />
WATERLINIEZONE - LINGEWAAL<br />
ontwikkeling landbouw, natuur en waterbeheer met behoud openheid<br />
WATERLINIEZONE - BOMMELERWAARD<br />
cultuurhistorisch waardevol gebied, behoud en versterking openheid<br />
WATERLINIEZONE - UITBREIDINGSWENS BOEZEM VAN BRAKEL<br />
natuurontwikkeling en waterbeheer, behoud en versterking openheid<br />
WATERLINIEZONE - MUNNIKENLAND<br />
ruimte voor de rivier, natuurontwikkeling en versterking openheid<br />
VOORMALIGE INUNDATIEKOM<br />
behoud openheid, versterking hoofdfunctie landbouw<br />
GROENE STADSRANDEN<br />
landschappelijk raamwerk, landbouw, natuur, waterbeheer en recreatie<br />
INPASSING BEDRIJVENTERREINEN<br />
landschappelijke inpassing<br />
RECREATIEF ROUTENETWERK<br />
ontwikkeling routenetwerk op en langs hoofdverdedigingslijn<br />
LEK, LINGE EN WAALACCES - TOERISTISCH-RECREATIEF<br />
ontwikkelen toeristische samenwerking, optimaliseren vaarverbinding<br />
ACCES A2 EN A15-BETUWELIJN<br />
accentueren Waterliniekruising<br />
BEBOUWING<br />
RIVIER MET UITERWAARDEN<br />
hoofdfuncties water, natuur en scheepvaart<br />
OEVERWAL - KLEINSCHALIG, HISTORISCH LANDSCHAP<br />
multifunctioneel gebied<br />
RIVIERKOM - GROOTSCHALIG OPEN AGRARISCH LANDSCHAP<br />
hoofdfunctie landbouw<br />
RIVIERKOM - KLEINSCHALIG LANDSCHAP<br />
mix landbouw, water, natuur, kleinschalig rivierkomlandschap<br />
INTENSIVERINGSGEBIED GLASTUINBOUW<br />
conform structuurvisie Bommelerwaard<br />
LANDSCHAPPELIJK RAAMWERK<br />
behoud en ontwikkeling van raamwerk van wegbeplantingen,<br />
bosschages, eendekooien en waterlopen
2.3 Streefbeeld 2020<br />
Regionaal Linieperspectief<br />
Voor de Nieuwe Hollandse Waterlinie tussen de Lek en de Afgedamde<br />
Maas is een streefbeeld voor 2020 opgesteld. Dit is het gebied van de<br />
uitvoeringsenveloppe Diefdijk-Loevestein. De uitvoering van de<br />
ontwikkeling van de Nieuwe Hollandse Waterlinie wordt hier<br />
aangestuurd door de bestuurders verenigd in het Pact van Loevestein.<br />
Het streefbeeld 2020 is een koers op hoofdlijnen. Het is geen concreet,<br />
vast omlijnd eindbeeld. Dat is ongewenst en zal ook nooit slagen. Het is<br />
een globaal toekomstbeeld bedoeld om een gezamenlijke<br />
ontwikkelingsrichting te bepalen.<br />
Het regionaal streefbeeld 2020 zorgt voor de vertaling van de landelijke<br />
beleidsopgave van Panorama Krayenhoff naar regiospecifieke opgaven.<br />
Het beeld sluit daarbij aan op het beleid van de provincies, gemeenten en<br />
waterschap.<br />
Herkenbare Nieuwe Hollandse Waterlinie<br />
Om het verhaal van de Waterlinie aan toekomstige generaties te vertellen<br />
is een grotere herkenbaarheid in het landschap noodzakelijk: meer<br />
zichtbaar, meer toegankelijk en meer bruikbaar. Door het meer<br />
herkenbaar maken van de militaire artefacten als groepsschuilplaasten,<br />
forten en waaiersluizen krijgt het Linielandschap meer ‘vertelkracht’. Dit<br />
moet wel genuanceerd gebeuren. Het is een zoekproces om<br />
zichtbaarheid en verborgenheid als kwaliteit in balans te brengen.<br />
‘Behoud door ontwikkeling’ is het credo voor de Waterlinie. Dit betekent<br />
dat het militaire verleden een belangrijke inspiratiebron is voor de<br />
herinrichting. Het betekent niet dat het landschapsbeeld ten tijde van de<br />
Waterlinie volledig gereconstrueerd gaat worden. Restauratie voor<br />
onderdelen zoals de waaiersluizen en forten is zeer wenselijk, maar er zal<br />
geen sprake zijn het omringende landschap terug te zetten in de tijd. Het<br />
gaat om het zichtbaar maken van de essenties, met de historische<br />
identiteit als basis en met economische duurzaamheid gericht op de<br />
toekomst.<br />
Het herkenbaar maken van het ingenieuze systeem van de Nieuwe<br />
Hollandse Waterlinie betekent op hoofdlijnen:<br />
hoofdverdedigingslijn<br />
Maak van de hoofdverdedigingslijn een herkenbare lijn in het landschap:<br />
zichtbaar, toegankelijk en bruikbaar. Maak van de hoofdverdedigingslijn<br />
een verbindende recreatielijn, de rode draad die de losse Linieelementen<br />
met elkaar verbindt. En maak van de hoofdverdedigingslijn<br />
een structurerende lijn; een lijn die het landschap ordent in een meer<br />
‘verdicht’ landschap aan de ‘veilige zijde’ en een overwegend open<br />
landschap in de voormalige inundatiekommen.<br />
inundatiekommen<br />
Zorg voor duurzame openheid van de inundatiekommen en<br />
schootsvelden, samen met het beleefbaar maken van het natte karakter<br />
van deze gebieden. Het maken van slimme combinaties tussen water,<br />
natuur, landbouw en recreatie zal de identiteit van het Linielandschap<br />
versterken. In de inundatiekommen ligt het accent op<br />
toelatingsplanologie. Het behoud van waarden als openheid en<br />
landelijkheid staat centraal.<br />
accessen<br />
Accentueer de accessen, de doorgangen in de hoofdverdedigingslijn. Dit<br />
zijn markante kruispunten. Belangrijk is het versterken van de<br />
samenhang met tussen de accessen en de verdedigingswerken.<br />
verdedigingswerken<br />
Behoud en ontwikkel het stelsel van verdedigingswerken, als meest<br />
herkenbare en tot de verbeelding sprekende onderdelen van de Linie.<br />
Maak ze zichtbaar en toegankelijk.<br />
veilige zijde<br />
Accentueer de veilige zijde van de Linie door landschappelijke<br />
verdichting, op gebiedseigen wijze. Vanwege het waardevolle landelijke<br />
karakter van het Linielandschap tussen de Lek en de Afgedamde Maas zal<br />
er overwegend sprake moeten zijn van een ‘groene, landschappelijke<br />
verdichting’ om het asymmetrisch profiel van de Nieuwe Hollandse<br />
Waterlinie te versterken.<br />
Uitvoeringsprogramma<br />
Voor de uitvoering van de ambities van de Nieuwe Hollandse Waterlinie<br />
is een uitvoeringsprogramma opgesteld, onderverdeeld in een aantal<br />
deelgebieden:<br />
- Diefdijk Noord<br />
- Lingekwartier<br />
- Tielerwaard West<br />
- Bommelerwaard<br />
- <strong>Diefdijklinie</strong><br />
Voor deze deelgebieden zijn rapporten gemaakt waarin de afzonderlijke<br />
maatregelen, inclusief kostenramingen en verantwoordelijkheden, staan<br />
weergegeven.<br />
Relatie project <strong>Diefdijklinie</strong><br />
De ambities van de Waterlinie voor de ontwikkeling van de<br />
hoofdverdedingslijn worden grotendeels gekoppeld aan de uitvoering<br />
van de Diefdijkverbetering. De hoofdverdedingingslijn valt immers<br />
grotendeels samen met de <strong>Diefdijklinie</strong> als waterkering.<br />
Dit rapport beschijft de samenhang tussen de ontwikkelingen op en<br />
direct grenzend aan de dijk. Op de kaarten in hoofdstuk 12 zijn de<br />
maatregelen vermeld die ook in de uitvoering van het project<br />
dijkverbetering worden meegenomen.<br />
<strong>Diefdijklinie</strong> | 17
18 | <strong>Diefdijklinie</strong><br />
het meest noordelijke deel van de Diefdijk nabij het Fort Everdingen
2.4 Hoofdverdedigingslijn<br />
De <strong>Diefdijklinie</strong> is onderdeel van de voormalige hoofdverdedigingslijn en<br />
hoofdweerstandsstrook van de Nieuwe Hollandse Waterlinie.<br />
Van circa 1880 tot en met de Eerste Wereldoorlog wordt gesproken over<br />
de ‘hoofdverdedigingslijn’ (H.V.L.). Het is een samenhangend stelsel van<br />
elkaar ondersteunende verdedigingswerken, hindernissen,<br />
artilleriebatterijen, grachten, prikkeldraadversperringen en loopgraven<br />
aangelegd tussen de ‘kelen’ van de forten. Op deze doorgaande<br />
veldstelling moest de uiteindelijke hardnekkige weerstand geboden<br />
worden.<br />
Vóór deze hoofdverdedigingslinie lagen op wegen, dijken en spoorlijnen<br />
kleinere opstellingen, de voorposten en wachtposten. De bezetting<br />
daarvan had een waarschuwingstaak en moest in geval van een aanval<br />
vertragende acties ondernemen en eventuele vernielingen verrichten.<br />
Op brede accessen lag op enige afstand van de H.V.L. de Voortgezette<br />
Verdedigings Stelling (V.V.S.), die een vijandelijke doorbraak moest<br />
afgrendelen.<br />
Na de Eerste Wereldoorlog bleef de Nieuwe Hollandse Waterlinie - na<br />
1922 officieel aangeduid als het Oostfront van de Vesting Holland -<br />
gehandhaafd als verdedigingslinie. De defensieve waarde was door de<br />
inzet van zware artillerie en vliegtuigen echter sterk verminderd. De<br />
oudere verdedigingswerken werden nu ingezet als stormvrij<br />
infanteriesteunpunt.<br />
Geconcludeerd werd dat de verdediging meer in de diepte gevoerd zou<br />
moeten worden; in de ‘Hoofdweerstandsstrook’. De<br />
hoofdweerstandsstrook was een strook van enkele kilometers diepte<br />
met opgestelde troepen en wapens. Schematisch gezien bestaat de<br />
Hoofdweerstandsstrook uit een voorpostenstrook, en de<br />
Hoofdweerstandsstrook met een frontlijn, stoplijn en ruglijn.<br />
Deze nieuwe verdedigingsvorm paste goed bij brede, diepe accessen,<br />
maar was minder geschikt voor inundatiestellingen, zoals langs de<br />
<strong>Diefdijklinie</strong>.<br />
Het versterkingsplan voor de Hoofdweerstandsstrook (voorbereiding<br />
Tweede Wereldoorlog) omvatte de bouw van circa 1000<br />
infanterieopstellingen - de zogenaamde groepsnesten - 1000 betonnen<br />
schuilplaatsen (type P) en 100 mitrailleurkazematten met gietstalen<br />
koepel (type G), 750 lichte betonkazematten voor lichte mitrailleur, 100<br />
kazematten voor zware mitailleur en circa 20 kazematten voor<br />
pantserafweergeschut. Daarnaast waren er talrijke opstellingen voor<br />
artillerie, pantserafweergeschut en mortieren, verbandplaatsen,<br />
commandoposten, prikkeldraadversperringen, enkele tankgrachten en<br />
tankversperringen. In 1940 werd echter besloten het zwaartepunt van de<br />
verdediging te verplaatsen naar de Grebbelinie. Hierdoor werd de bouw<br />
van de Hoofdweerstandsstrook grotendeels gestaakt. Van de geplande<br />
groepsschuilplaatsen kwamen er slechts 750 af en van de koepelkazematten<br />
slechts 80. Op sommige plaatsen langs het Oostfront treffen<br />
we daarom nog half afgebouwde betonwerken aan.<br />
<strong>Diefdijklinie</strong><br />
De <strong>Diefdijklinie</strong>, in huidige staat, is in een aantal ruimtelijke onderdelen<br />
uiteen te leggen:<br />
lijn: dijkenstelsel<br />
Diefdijk, Meerdijk, Nieuwe Zuiderlingedijk en Zuiderlingedijk vormen<br />
samen het dijkstelsel van de <strong>Diefdijklinie</strong>.<br />
grens: inundatiegebied - veilige zijde<br />
Scheiding tussen nat en droog. De <strong>Diefdijklinie</strong> is de grens tussen het<br />
oostelijke inundatiegebied en het drooggelegen westen.<br />
punten: reeks van forten, batterijen, betonwerken en inundatiewerken<br />
De <strong>Diefdijklinie</strong> wordt begeleid door de forten bij Everdingen, Werk op de<br />
Spoorlijn, Asperen, Wapenplaats, Nieuwe Steeg en Vuren. Verweven met<br />
het dijklichaam vormen ook de batterijplaatsen voor de artillerie een<br />
reeks van punten langs de hoofdverdedigingslijn. En de Liniedijk wordt<br />
door tientallen betonnen schuilplaatsen, kazematten en enkele<br />
inundatiesluizen begeleid; de restanten van de vele<br />
infanterieopstellingen.<br />
Afbuiging hoofdverdedigingslijn Tielerwaard<br />
Ten oosten van Gorinchem is de hoofdverdedigingslijn na 1915 verplaatst.<br />
Voor die tijd werd de Tielerwaard tot aan de vestingstad geïnundeerd,<br />
daarna liep de scheiding tussen nat en droog tussen het gemaal Broekse<br />
Sluis aan de Zuiderlingedijk en Dalem aan de Waal.<br />
Tussen de Linge en de Waal is de hoofdverdedigingslijn echter nauwelijks<br />
waarneembaar. Er is geen sprake van grote dijken, zoals bij de<br />
<strong>Diefdijklinie</strong>. Er werd gebruikt gemaakt van lage kaden van de<br />
dorpspolders. Een deel van deze lage kade, tussen Zuiderlingedijk en<br />
Lingebos, resteert nog. Het overige deel is tijdens de ruilverkaveling<br />
verdwenen. Het spoor van groepsschuilplaatsen dat zich door de<br />
Westelijke Tielerwaard slingert, maakt de hoofdverdedigingslijn<br />
enigszins zichtbaar.<br />
stelsel van lijnen<br />
reeks van punten<br />
grens nat en droog<br />
<strong>Diefdijklinie</strong> | 19
20 | <strong>Diefdijklinie</strong><br />
beersluis bij Fort Everdingen (Nederlands Instituut voor Militaire Historie)
3 <strong>Diefdijklinie</strong> - verleden<br />
De <strong>Diefdijklinie</strong> heeft een rijk verleden als waterkering, met een oorsprong in de middeleeuwen. In de negentiende eeuw is daar de functie van de<br />
Nieuwe Hollandse Waterlinie aan toegevoegd. Dit hoofdstuk beschrijft compact het verleden van de <strong>Diefdijklinie</strong>. Een uitgebreide historische<br />
analyse staat beschreven in het historisch onderzoek dat is verricht ten behoeve van de MER-studie voor de dijkverbetering.<br />
3.1 Waterstaatkundige historie<br />
Diefweg<br />
Het ontstaan van de Diefdijk heeft een nauwe relatie met de<br />
voortdurende behoefte aan landbouwgrond en de hiermee<br />
samenhangende ontginningen in de 11de en 12de eeuw (de Late<br />
Middeleeuwen). De broekgronden en de wildernis tussen Lek en Linge<br />
werden daarbij grotendeels in cultuur gebracht. Opvallend is het<br />
ontstaan van twee ontginningsassen, lopend vanuit de omtrek van<br />
Leerdam naar Everdingen. De oostelijke ontginningsas heette de<br />
Diefweg. Deze naam herinnert aan het wilde karakter van de omgeving.<br />
In het Middelnederlands kan Diefweg (‘dief’ = ‘onderaards’) worden<br />
opgevat als een moeilijk zichtbare weg in een ruig, drassig gebied. Andere<br />
verklaring van ‘Diefwech’ is de Griekse betekenis: ‘dieven’ betekent<br />
‘weghalen’ in het Grieks hetgeen kan verwijzen naar het weghalen van<br />
grond waarmee de kade en later de dijk is gebouwd. Vooral deze weg<br />
moet zijn benut voor de cope-ontginningen aan de westkant ervan.<br />
Diefweg bevorderd tot Hollands waterkering<br />
Rond 1250 brak een periode van grote rivieractiviteit aan. De Waal ging<br />
daarbij vreselijk tekeer. Door de wateroverlast werd besloten de Diefweg<br />
op te hogen. Voor 1305 was de weg zodanig verhoogd dat die kon<br />
worden bestempeld als een dijk, een dwarsdijk. Maar nog in de<br />
Middeleeuwen werd deze dijk versterkt, waarschijnlijk in 1285. Door de<br />
toenemende kans op overstromingen en dijkdoorbraken is de Diefdijk<br />
waarschijnlijk meerdere malen opgehoogd in de Late Middeleeuwen.<br />
In de 15de eeuw moet de Diefdijk al een relatief sterke dwarsdijk hebben<br />
gevormd. Maar toch was dat niet genoeg om Vijfheerenlanden en<br />
Alblasserwaard te behouden voor overstromingen vanuit Gelderland. Er<br />
kwam dan ook de nodige aandacht voor de dijken ten zuiden van de<br />
Diefdijk. Deze dijken speelden een belangrijke rol bij het ontlasten van de<br />
Diefdijk bij overstroming. Als het vloedwater hoog tegen de dwarsdijk<br />
stond, moest het door een aantal sluizen in de Meerdijk bij de Horn<br />
afstromen in de Linge. Om de afstroming te bevorderen werd een extra<br />
sluis aangebracht, de noodsluis. De bedoeling was dat het water via de<br />
Linge werd geloosd op de Waal/Merwede.<br />
In 1412-13 wordt een nieuwe watersnood noodlottig voor de Diefdijk.<br />
Holland en Gelre spraken nu met elkaar af dat het Lingewater altijd<br />
ongeremd door Gorinchem moest kunnen afstromen. Rond 1415 raakte<br />
de Betuwe weer overstroomd. Er kwamen nieuwe maatregelen;<br />
voortaan zouden, zo nodig, overlaten of hulpgaten mogen worden<br />
gemaakt in de Dalemse dijk, in het laagste deel van de Tielerwaard.<br />
Wegens het beheersen van overstromingen was het ook zaak ervoor te<br />
zorgen dat de noordelijke Lingedijken hoger werden.<br />
Een solide regeling voor de afvoer van het overstromingswater werd<br />
steeds belangrijker en was een voorwaarde voor het behoud van de<br />
Diefdijk. De Culemborgse Vliet zal hierin een belangrijke rol gaan<br />
vervullen.<br />
Op 13 januari 1497 bezweek de Diefdijk ter hoogte van de huidige Waaij.<br />
Hierbij ontstond een reusachtige kolk. Ter voorbereiding van het<br />
definitieve dijkherstel werd het dijkgat aan de Gelderse zijde afgesloten<br />
met een vingerling, een boogvormige dam. Nieuwe doorbraken vielen er<br />
in de Diefdijk in de periode 1523-1573. Grote wielen ontstonden, zoals De<br />
Wiel bij Leerdam. In 1571 ontstond het huidige Wiel van Bassa. In 1573<br />
begeeft de Diefdijk het voor de laatste keer. Wel leidden overstromingen<br />
in 1587 en 1595 tot verdere ophoging en verzwaring van de dijk.<br />
Door de eeuwen heen veranderen brede stroken land langs de Diefdijk in<br />
moerassen door ontgrondingen voor het dijkonderhoud, -versterking en<br />
-herstel.<br />
Bij de overstroming van 1658 bezweken de Zuiderlingedijken tegenover<br />
Leerdam en de Galgenwaard bij Spijk. In 1661 werd een grote sluis, de<br />
Ambtssluis, gebouwd in de Waaldijk bij Dalem. Voortaan kon bij<br />
overstroming het water eerder vanuit de Linge naar de Tielerwaard<br />
worden geleid. Langs de Zuiderlingedijk kan het water dan afvloeien naar<br />
de sluis in Dalem. Toch werkte dit niet feilloos; in 1663 liep de Tielerwaard<br />
onder. Bij de Spijkse Sluis viel een doorbraak waarbij een wiel ontstond.<br />
In 1726 en 1740-41 liep het water bij Spijk en Vogelswerf weer over de<br />
dijk, maar de kroon spande de overstroming van 1809, met vele<br />
verwoestingen tot gevolg. Nu was de tijd bestuurlijk en<br />
waterstaatskundig rijp voor een robuust plan. Jan Blanken wilde het<br />
centrum van Nederland beveiligen tegen watersnood. Van Everdingen tot<br />
Gorkum werd de <strong>Diefdijklinie</strong> vernieuwd. De Noorderlingedijk werd<br />
afgedankt als Hollandse dwarsdijk en de bedijking aan de zuidkant van<br />
de Linge werd opgewaardeerd. Hiervoor werd in de Linge bij Asperen een<br />
dijk met schut- en inundatiesluis aangelegd. Ook werd de oude Lingedijk<br />
bij Asperen en Heukelum afgesneden door de bouw van een nieuwe dijk,<br />
de Nieuwe Zuiderlingedijk. Een nieuwe dijk verrees ook tussen de vesting<br />
Gorinchem en de Zuiderlingedijk bij Laag Dalem. Ook werden oudere<br />
delen van de <strong>Diefdijklinie</strong> verzwaard en verhoogd, tot een halve meter<br />
boven het hoogste peil van de vloed van 1809. Tevens werden bomen<br />
geplant om de dwarsdijk te beschermen tegen sterke afslag door ijsgang.<br />
Zo ontstond een sterke linie van leidijken waarlangs een overstroming<br />
kon worden afgeleid naar Dalem. Om de afstroming te bespoedigen<br />
werd een groot aantal overlaten gemaakt in de Lingedijken. Ook werden<br />
vier overlaten aangelegd in de Waal/Merwededijk.<br />
Technisch vooruitstrevend was de bouw van waaiersluizen, een vinding<br />
van Jan Blanken, waarmee sluisdeuren tegen hoogwater in konden<br />
worden geopend. Waaiersluizen kwamen in de Waaldijk bij Dalem, de<br />
Meerdijk bij de Horn en Werk aan het Spoel. Ook in de Lingedijk zijn<br />
waaiersluizen aangelegd. De vernieuwingen voorzagen ook in de<br />
mogelijkheid om de Noorder Lekdijk te ontlasten door Lekwater via<br />
voorbereide coupures in de zuidelijke Lekdijk langs de <strong>Diefdijklinie</strong> af te<br />
leiden naar de Linge en Gorinchem. Na 1815 zou dat nog vlotter kunnen<br />
dankzij aanwezigheid van waaiersluizen in de Zuider Lekdijk en in de<br />
noordelijke en zuidelijke Lingedijken beoosten Asperen.<br />
Echter, in 1820 begaf de Nieuwe Zuiderlingedijk het. De bouw op slappe<br />
veengronden en met rijshout en riet maakte dat de dijk op plaatsen zwak<br />
was. Om de dijk te redden werden overlaten aangelegd in de oude<br />
Lingedijken bij de Galgenwiel en Asperen en bij Vogelswerf. Door<br />
daarover Lingewater naar het achterland van de Nieuwe Zuiderlingedijk<br />
te leiden, kon deze geruggesteund worden als het overstromingswater<br />
aan de gelderse kant van de dijk stond. Met de watersnood van 1827<br />
functioneerde deze oplossing. Zo ook in 1855. Tijdens die rampen was de<br />
<strong>Diefdijklinie</strong> een doorslaand succes.<br />
bron: Schone Slaper - Hollands hoop in bange dagen,<br />
cultuurhistorisch advies verbetering <strong>Diefdijklinie</strong> (RAAP)<br />
<strong>Diefdijklinie</strong> | 21
22 | <strong>Diefdijklinie</strong><br />
BOUWFASE I 1815 - 1826<br />
2. Vesting Naarden<br />
3. Batterij aan de Karnemelksloot<br />
4. Vesting Muiden<br />
5. Muiderslot<br />
7. Vesting Weesp<br />
8. Fort Uitermeer<br />
9. Fort Hinderham<br />
12. Vesting Nieuwersluis<br />
15. Fort aan de Klop<br />
16. Fort de Gagel<br />
18. Fort Blauwkapel<br />
20. Fort op de Biltstraat<br />
23. Fort Vossegat<br />
24. Lunetten op de Houtense Vlakte<br />
29. Fort bij Jutphaas<br />
37. Werk aan het Spoel<br />
41. Vesting Gorinchem<br />
43. Vesting Woudrichem<br />
44. Fort Loevestein<br />
<strong>Diefdijklinie</strong><br />
BOUWFASE II 1841 - 1864<br />
6. Westbatterij<br />
10. Fort Kijkuit<br />
11. Fort Spion<br />
12. Vesting Nieuwersluis<br />
13. Fort bij Tienhoven<br />
30. Verdedigingswerk te Vreeswijk<br />
33. Lunet aan de Snel<br />
36. Fort Everdingen<br />
39. Fort Asperen / Wapenplaats<br />
42. Fort Vuren<br />
47. Fort Altena<br />
BOUWFASE III 1867 - 1872<br />
17. Fort op de Ruigenhoeksedijk<br />
19. Fort op de Voordorpsedijk<br />
25. Fort Rijnauwen<br />
26. Fort Vechten<br />
32. Werk aan de Korte Uitweg<br />
BOUWFASE IV 1871 - 1886<br />
1. Fort Ronduit<br />
14. Werk bij Maarseveen<br />
38. Werk op de Spoorweg bij de Diefdijk<br />
40. Fort Nieuwe Steeg<br />
45 . Batterij Brakel<br />
46. Batterij Pouderoijen<br />
48. Werk aan de Bakkerskil<br />
BOUWFASE V 1900 - 1914/18<br />
21. Werken bij Griftenstein<br />
35. Werk aan de Groeneweg<br />
37. loopgravenstelling Fort Everdingen<br />
BOUWFASE VI 1939 - 1940<br />
algemeen: groepsschuilplaatsen en<br />
mitrailleurkazematten, kanonkazemat A2,<br />
tankgracht Utrecht (9km), tankgracht<br />
Groeneweg, tankgracht Everdingen en Spoel.<br />
Bron: Atlas Nieuwe Hollandse Waterlinie
3.2 Militaire historie<br />
De basis voor de Nieuwe Hollandse Waterlinie werd gelegd in de Franse<br />
tijd, in 1797, door de directeur der Hollandse Fortificatiën C.R.T.<br />
Krayenhoff. In zijn ‘Memorie betreffende de eerste of capitale Waterlinie’<br />
beschrijft Krayenhoff gedetailleerd hoe de oude Hollandse Waterlinie er<br />
toen voor stond en geeft hij aan hoe deze verbeterd zou moeten worden.<br />
Tevens bepleit hij een oostwaartse verlegging van de linie om de stad<br />
Utrecht er binnen te brengen, beschermd door een aaneenschakeling van<br />
voorposten. Niet alleen omdat Utrecht een belangrijke garnizoensstad<br />
was, maar vooral om te voorkomen dat de vijand de waterhindernis via<br />
de stad eenvoudig zou kunnen aftappen. Deze voorposten beschermden<br />
de inundatiesluzen. De aanbevelingen die hij deed, vormden het concept<br />
voor wat later de Nieuwe Hollandse Waterlinie zou gaan worden.<br />
In 1811 werden de plannen door keizer Napoleon goedgekeurd: ‘La ligne de<br />
Naarden à Gorcum doit donc être considerée comme la vraie ligne de l’Empire’.<br />
Mede vanwege militaire en politieke ontwikkelingen werd het plan echter<br />
niet verder uitgewerkt.<br />
Na het vertrek van de Fransen, bij de aanloop tot het nieuwe Koninkrijk<br />
der Nederlanden in het najaar van 1814, diende Krayenhoff opnieuw een<br />
nota in waarin zijn voorstellen uit 1797 en 1811 werden geactualiseerd.<br />
Daarop besloot Koning Willem I in het voorjaar van 1815 tot de aanleg<br />
van een nieuwe waterlinie, toen nog Utrechtse Linie genoemd. De<br />
militaire en waterstaatskundige werken voor de Nieuwe Hollandse<br />
Waterlinie zouden het grootste en duurste infrastructurele project<br />
worden dat ooit in Nederland is uitgevoerd.<br />
Evenals de oude Hollandse Waterlinie steunde de Nieuwe op uitgebreide<br />
- maar nu beter beheersbare - inundaties. Daarbij sloten forten en<br />
batterijen de inlaatpunten, de sluizen, af en beschermden ze de niet te<br />
inunderen terreinstroken en andere accessen. Samen met Jan Blanken,<br />
inspecteur-generaal van Waterstaat, ontwikkelde Krayenhoff als<br />
inspecteur-generaal der Fortificaties de ‘natte’ plannen voor de Nieuwe<br />
Waterlinie en werd er opdracht gegeven aan majoor-ingenieur Willem<br />
Offerhaus voor de bouw van een fortenkring rondom Utrecht. Tot aan<br />
Nieuwersluis werd het tracé van de oude Hollandse Waterlinie langs de<br />
Vecht aangehouden, tot enkele kilometers ten noorden van de stad<br />
Utrecht. Daar moest de linie oostelijk om de stad heen buigen, om<br />
vervolgens langs de Vaartse Rijn verder te gaan tot aan de sluizen van<br />
Vreeswijk aan de Lek. Voorts sloot de nieuwe waterlinie aan op het<br />
zuidelijk tracé, dat in 1787 was verplaatst naar de Diefdijk en de Linge.<br />
Er dienden vijf zogenaamde ‘inundatiekommen’ te komen, met op de<br />
accessen permanente verdedigingswerken. Op een zestal cruciale<br />
plekken werden door Blanken ontworpen waaiersluizen gebouwd. Deze<br />
sluizen waren ideaal voor militaire inundaties, omdat die zelfs tegen<br />
hoog water in geopend konden worden. Uit de periode 1815-1817<br />
stammen de waaiersluizen bij Werk aan het Spoel, Asperen en<br />
Gorinchem.<br />
Door de inrichting van een optimaal inundatiestelsel en de aanleg van de<br />
onmisbare permanente verdedigingswerken duurden, met<br />
onderbrekingen, van 1815 tot 1886. Dat de realisatie van de nieuwe<br />
waterlinie zoveel tijd kostte had alles te maken met de internationale<br />
politieke en militair-technische ontwikkelingen en de ingrijpende<br />
infrastructurele en waterstaatkundige veranderingen gedurende de 19de<br />
eeuw. De ontwikkelingen in de Frans-Duitse Oorlog in 1870-1871, de<br />
uitvinding van de brisantgranaat en de aanleg van spoorwegen en<br />
kanalen dwars door de linie waren allemaal van invloed op de organisatie<br />
en infrastructuur van de Nederlandse hoofddefensielinie.<br />
Bouwfasen<br />
Er zijn in de ontwikkeling van de Nieuwe Hollandse Waterlinie zes<br />
bouwfasen te onderscheiden.<br />
Eerste bouwfase 1815-1826<br />
In de eerste bouwfase werden op de kwetsbare accessen rondom Utrecht<br />
een vijftal forten gebouwd. Deze eenvoudige werken bestonden uit<br />
aarden omwallingen, die precies in het hart van de te beveiligen weg of<br />
kade waren gelegen. De forten werden omgeven door een gracht en op<br />
de hoofdwal was de opstelplaats voor het geschut. De vorm en de<br />
omvang van de forten werden bepaald door de breedte van het acces en<br />
de ligging van de inundatiemiddelen.<br />
Op de hoog gelegen - en dus niet te inunderen - Houtense Vlakte werden<br />
vier lunetten gebouwd. Deze V-vormige versterkingen werden voorzien<br />
van zware bakstenen bekledingsmuren. Ten zuiden van Utrecht bouwde<br />
men ter bescherming van de inundatiesluizen forten bij Jutphaas,<br />
Vreeswijk en Culemborg.<br />
In bouwperiode I bestond de <strong>Diefdijklinie</strong> uit de inundatiewerken, waarbij de<br />
bestaande waterkeringen de grens vormden tussen inundatiekom en veilig, droog<br />
gebied, en de verdedigingswerken Werk aan het Spoel en de vesting Gorinchem.<br />
<strong>Diefdijklinie</strong> | 23<br />
Vesting Gorinchem
24 | <strong>Diefdijklinie</strong><br />
Tweede bouwfase 1841-1864<br />
Onder leiding van genieofficier Merkes van Gendt verrezen bij de<br />
rivieraccessen van de Vecht, Lek, Linge en Waal de forten met bomvrije<br />
geschutstorens. In diezelfde periode kregen veel kleinere werken van de<br />
linie ‘bomvrije’ gebouwen, onder andere in de vorm van vierkante<br />
wachthuizen binnen de redoutes, de schansen. Een aantal versterkingen<br />
in het Vechtplassengebied, die nog uit de Franse tijd dateerden, werden<br />
vervangen door eenvoudige forten of redoutes.<br />
In bouwperiode II zijn Fort Everdingen, Fort Asperen en Fort Vuren toegevoegd aan<br />
de <strong>Diefdijklinie</strong>. Ook de batterijen langs de Meerdijk en de Nieuwe Zuiderlingedijk<br />
stammen uit deze periode. Evenals de Wapenplaats langs de Linge tegenover het<br />
Fort bij Asperen. Deze dateert van 1845 (voortbouwend op een ouder basement uit<br />
1794).<br />
Derde bouwfase 1867-1872<br />
Kolonel Kromhout kreeg de taak om de organisatie van de Waterlinie<br />
beter te structureren. Er waren veel te weinig bomvrije onderkomens<br />
voor manschappen en bomvrije magazijnen voor munitie. Bovendien<br />
bleken de zware muren van de hoge torenforten lang niet zo ‘bomvrij’ als<br />
ze heetten te zijn. Maar ook de nieuwe en verbeterde bomvrije forten<br />
bleken kort na oplevering al weer verouderd. In de daarop volgende jaren<br />
werden de kwetsbare torens daarom beveiligd. Om de torens tegen<br />
directe treffers te verdedigen werd een zogenaamde ‘contrescarp’<br />
aangebracht, een halfrondgaande aanaarding van een dik kleipakket of<br />
een gemetselde en aangeaarde galerij, die los stond van de toren en daar<br />
in een ruime halve-cirkelvorm omheen lag. Ook veel andere bomvrije<br />
wachthuizen kregen een stevige aarden dekking. Deze derde<br />
bouwperiode volgde na de uitvindingen rond 1860 van geschut met een<br />
zogenaamde getrokken loop, dat verder dragend en nauwkeuriger was.<br />
Door de toegenomen reikwijdte werden vooruitgeschoven posten<br />
aangelegd. Ook de ontwikkeling van de spoorwegen speelde hierbij een<br />
rol.<br />
In bouwperiode III zijn er geen grote werken aan de <strong>Diefdijklinie</strong> toegevoegd.<br />
Kaart Memorie van Verdediging Fort bij Everdingen (linksboven), plattegrond opstelplaats kanon op batterij (rechtsboven), Kaart Memorie van Verdediging Fort bij Asperen en Wapenplaats (onder)
Vierde bouwfase 1871-1886<br />
In 1874 diende de minister van Oorlog de Vestingwet in. Deze kende<br />
prioriteit toe aan de verbetering van de Nieuwe Hollandse Waterlinie.<br />
Binnen acht jaar moesten de nieuwe werkzaamheden worden<br />
verwezenlijkt. De Waterlinie was nog maar amper ingericht volgens de<br />
laatste eisen van een grote defensieve kracht of in 1885 werd de<br />
brisantgranaat ingevoerd. Tegen dit explosieve projectiel was geen fort<br />
bestand. Op slag waren de forten weer verouderd en dus onbruikbaar.<br />
Om de trefkans te voorkomen moesten manschappen en geschut<br />
worden gespreid in het linielandschap. De forten vervulden nog wel een<br />
rol als stormvrij infanteriesteunpunt. Sindsdien speelde ‘maskering’,<br />
ofwel camouflage, door beplantingen op en bij de forten een rol.<br />
In deze periode werden op veel forten behalve fortwachterswoningen<br />
ook houten genie- en artillerieloodsen gebouwd om het materiaal in<br />
vredestijd vochtvrij te stallen. Bovendien verrezen er toch ook van noord<br />
tot zuid nieuwe forten en batterijen in de Linie om een aaneengesloten<br />
snoer van steunpunten op een bepaalde afstand van elkaar te realiseren.<br />
In bouwperiode IV zijn het Werk op de spoorweg bij de Diefdijk en het Fort bij de<br />
Nieuwe Steeg toegevoegd aan de <strong>Diefdijklinie</strong>. Ook de nevenbatterijen langs de<br />
Diefdijk bij Fort Everdingen, evenals de batterij aan de Lekdijk bij de Korte Meent,<br />
stammen uit deze bouwperiode (1879).<br />
Plan van de nevenbatterijen aan de Lekdijk - Korte Meent (links) en batterij Diefdijk Noord (rechts) Plan van de batterijen Diefdijk (boven), Meerdijk (midden) en Nieuwe Zuider Lingedijk (onder)<br />
<strong>Diefdijklinie</strong> | 2
26 | <strong>Diefdijklinie</strong><br />
Vijfde bouwfase 1900 / 1914-1918<br />
Aan het einde van de negentiende eeuw kwam de fortenbouw tot<br />
stilstand. Het nut en de kracht van de kostenverslindende en snel<br />
verouderende forten van de Waterlinie stonden ter discussie. Het accent<br />
werd verlegd van de zogenaamde ‘dode weermiddelen’ naar de levende,<br />
mobiele strijdkrachten die verspreid in veldversterkingen in de Linie<br />
zouden moeten opereren om een stormaanval met de nieuwste wapens<br />
te weerstaan. Tegen het uitbreken van de Eerste Wereldoorlog werd de<br />
mobilisatie afgekondigd. De Nieuwe Hollandse Waterlinie werd in staat<br />
van verdediging gebracht en de inundaties werden gesteld op het<br />
voorbereidingspeil. In tegenstelling tot de gebrekkige mobilisatie van<br />
1870 liep het deze keer voorspoedig. De forten van de Waterlinie konden<br />
volledig worden bemand en de veldtroepen werden in<br />
infanteriestellingen in loopgraven tussen de forten en voor de inundaties<br />
geplaatst.<br />
In bouwperiode V zijn twee grondgedekte schuilplaatsen aan de <strong>Diefdijklinie</strong><br />
toegevoegd, langs de Nieuwe Zuiderlingedijk. In de mobilisatieperiode hebben hier<br />
loopgraven tegen de kruin van de dijk gelegen, aan de ‘veilige’ zijde. In het<br />
linielandschap lagen tal van veldversterkingen, zoals loopgravenstelsels, prikkeldraadversperringen,<br />
gevechtswagenversperringen en tankgrachten.<br />
Voorafgaand aan de mobilisatieperiode is een aantal van de batterijen aan de<br />
<strong>Diefdijklinie</strong> toegevoegd en verbeterd. In 1907 is de batterij aan de Lekdijk bij<br />
Hagestein aangelegd, in 1902 de batterij langs de Diefdijk bij de provinciale weg<br />
naar Leerdam. In 1899 en 1906 zijn verbeteringswerkzaamheden uitgevoerd op de<br />
batterijen aan de Meerdijk, in 1903 is er een schuilplaats toegevoegd aan de batterij<br />
Nieuwe Zuiderlingedijk en de batterij aan de Zuiderlingedijk bij Broekse Sluis stamt<br />
uit 1901. Ook de schietbaan en de loopgravenstelling bij Fort Everdingen zijn in deze<br />
periode aangelegd.<br />
Bouwwijze van een loopgraaf Gedekte schuilplaats Nieuwe Zuiderlingedijk (boven) en batterij Meerdijk Zuid (onder) Gedekte schuilplaatsen batterij Nieuwe Zuiderlingedijk (boven) en batterij Meerdijk Noord (onder)
Zesde bouwfase 1939-1940<br />
Aan de vooravond van de Tweede Wereldoorlog werd met man en macht<br />
aan de verdedigingslinies gewerkt. De bewapening was ouderwets en<br />
gering, maar het was inmiddels te laat om alsnog moderne wapens aan<br />
te schaffen. Eind augustus 1939 mobiliseerde het Nederlandse leger<br />
opnieuw. Opnieuw werden diverse veldversterkingen aangelegd voor<br />
artillerie, infanterie en munitieopslag. Er werden honderden<br />
groepsschuilplaatsen gebouwd en vele mitrailleurkazematten. Op de<br />
forten verrezen de moderne golfplaten romneyloodsen en nissenhutten<br />
voor diverse doeleinden.<br />
In bouwperiode VI zijn op de luchtfoto’s van de <strong>Diefdijklinie</strong> de<br />
bouwwerkzaamheden goed zichtbaar, soms als ‘witte vlekken’ van zandpakketten<br />
voor betonwerken, maar ook afgebouwde loopgraafstelsels. De betonwerken en<br />
loopgraven bevinden zich vooral aan de inundatiezijde, op een aantal stellingen in<br />
het droge achterland na waar routes werden verdedigd. Een enkele<br />
groepsschuilplaats bevindt zich aan de veilige zijde van de dijk; dit was de<br />
commandopost.<br />
De vele tientallen betonwerken, de groepsschuilplaatsen type P en de<br />
miltrailleurkazematten, langs de <strong>Diefdijklinie</strong> stammen uit deze periode. Ook de<br />
tankgracht voor Fort Everdingen en Werk aan het Spoel is in deze periode<br />
aangelegd.<br />
Nadagen van de Waterlinie<br />
Na de Tweede Wereldoorlog had de Nieuwe Hollandse Waterlinie als<br />
defensielinie afgedaan. De verdediging van ons land ging na 1949<br />
onderdeel uitmaken van een bredere NAVO-strategie. Daarbij werd<br />
gekozen om de verdediging naar het oosten te leggen. In eerste instantie<br />
liep de internationale hoofdverdedigingslinie van West-Europa langs de<br />
Rijn en de IJssel. Na toetreding van West-Duitsland tot de NAVO werd<br />
deze lijn verder oostwaarts geschoven naar de Elbe.<br />
Nadat de waterlinie geen verdedigingsfunctie meer had, hebben de<br />
forten alle mogelijke bestemmingen gekend. Aanvankelijk kregen de<br />
meesten forten een andere militaire bestemming, veelal als opslagplaats<br />
van munitie. Enkele forten paste men in de jaren zestig aan als<br />
mobilisatiecomplex.<br />
bronnen: brochure Nieuwe Hollandse Waterlinie (nr. 16 2009, RCE) en<br />
Sterk Water (Chris Will).<br />
in stellingname van de Waterlinie rondom het Fort bij Everdingen voor de Tweede Wereldoorlog<br />
groepsschuilplaats<br />
koepelkazemat<br />
gerestaureerde tankversperring tetraëders half afgebouwde groepsschuilplaats<br />
<strong>Diefdijklinie</strong> | 27
28 | <strong>Diefdijklinie</strong><br />
knelpunten dijkveiligheid<br />
instabiel<br />
piping
4 <strong>Diefdijklinie</strong> - heden<br />
De beschrijving van de historie van de <strong>Diefdijklinie</strong> illustreert een verleden van vele dijkdoorbraken en diverse verbeteringsmaatregelen. Ook nu is<br />
een versterking van de <strong>Diefdijklinie</strong> noodzakelijk, omdat de dijk niet voldoet aan de veiligheidseisen. Paragraaf 4.1 beschrijft de dijkverbeteringsknelpunten.<br />
Naast de functie van de dijk als waterkering wordt de dijk gebruikt als verkeersader voor de regio. In 4.2 worden de verkeerskundige<br />
aspecten van de <strong>Diefdijklinie</strong> belicht. In paragraaf 4.3 wordt beschreven wat er in deze tijd resteert van de cultuurhistorische relicten.<br />
4.1 Dijk als waterkering<br />
De <strong>Diefdijklinie</strong> is een waterkering met een lengte van 23 kilometer; een<br />
zogenaamde C-kering. Dat wil zeggen dat de dijk pas water moet tegen<br />
houden, wanneer elders een dijk is doorgebroken. De dijk heeft al sinds<br />
1284 een functie als dwarsdijk of leidijk.<br />
Onderzoek heeft uitgewezen dat de <strong>Diefdijklinie</strong> op 8 van de 23 kilometer<br />
niet voldoet aan de veiligheidseisen; op verschillende plaatsen bestaat<br />
gevaar voor ‘piping’ en de dijk is niet overal stabiel genoeg.<br />
Piping is het proces van water dat onder de dijk doorstroomt en zand<br />
meevoert, de ondergrond van de dijk verzwakt en waarbij vervolgens de<br />
waterkering kan verzakken.<br />
Instabiliteit wordt onder andere veroorzaakt door de materialen die zijn<br />
gebruikt voor de bouw van de dijk gedurende de lange historie, zoals<br />
grond uit de omgeving en plantaardig materiaal. Hierdoor kent de dijk<br />
zwakke plekken. Nevenstaande kaart laat de huidige knelpunten van<br />
instabiliteit en piping zien.<br />
piping<br />
<strong>Diefdijklinie</strong> | 29<br />
afschuiving van oude dijklichamen
30 | <strong>Diefdijklinie</strong><br />
knelpunten verkeer<br />
kruisende wegen<br />
routes met veel vrachtverkeer<br />
hard rijden<br />
verkeersdrukte, sluipverkeer<br />
Linge passage<br />
vrachtverkeer, autoverkeer,<br />
fietsers, wandelaars
4.2 Dijk als verkeersader<br />
Een veelheid aan belangen<br />
De <strong>Diefdijklinie</strong> is een ontsluitingsweg voor de bewoners die er aan<br />
wonen, een verbindingsroute naar scholen en voorzieningen in de<br />
omgeving (voor auto- en fietsverkeer), wordt gebruikt door het<br />
vrachtverkeer van de bedrijven die er aan liggen, door schooljeugd, is<br />
voor een deel sluiproute tussen de A2 en A15, kent op mooie dagen een<br />
hoog gebruik door motoren en heeft een belangrijke functie als<br />
rereatieve route voor fietsers en voetgangers. Zeker zes recreatieve<br />
fietsroutes maken gebruik van de dijk en deze routes maken van bijna de<br />
gehele dijk gebruik.<br />
Onveilig gevoel<br />
Op de <strong>Diefdijklinie</strong> wordt hard gereden, hetgeen vooral bij fietsers een<br />
onveilig gevoel oproept. Met name op de lange rechte delen van de<br />
Diefdijk en de Nieuwe Zuiderlingedijk ligt de snelheid van het<br />
gemotoriseerd verkeer hoog. Op de dijk tussen de kern van Asperen en<br />
het Fort Asperen zijn ook veel wandelaars aanwezig. Gevaarlijke locaties<br />
zijn de kruisende wegen, zeker door het aanwezige hoogteverschil<br />
waardoor het overzicht beperkt is.<br />
Het meest drukke wegvak is de Meerdijk; hier is veel sluipverkeer<br />
aanwezig (alternatieve route A15-Leerdam). Het meest druk met<br />
vrachtverkeer is de Diefdijk in de omgeving van de Kerkweg-Sonsbrug,<br />
waar de dijk wordt gebruikt als route naar de A2. Ook het westelijk deel<br />
van de Nieuwe Zuiderlingedijk wordt druk bereden door vrachtauto’s,<br />
van de A15 richting Heukelum.<br />
Dit alles leidt ertoe dat de dijk vooral door fietsers en voetgangers maar<br />
ook aanwonenden als druk en onveilig wordt ervaren.<br />
Inrichting<br />
De gehele <strong>Diefdijklinie</strong> is op dit moment ingericht als een<br />
‘erftoegangsweg buiten de bebouwde kom’ met een maximumsnelheid<br />
van 60 km/uur. Er is een grote diversiteit van wegbreedtes, variërend van<br />
minder dan vier meter bij het noordelijk deel van de Diefdijk tot meer<br />
dan vijf meter op de Nieuwe Zuiderlingedijk. Ook wegmarkeringen zijn<br />
divers en er zijn verlichte en onverlichte delen, met name afhankelijk van<br />
het sociaal-veiligheidsbeleid van de gemeente waarin het betreffende<br />
wegdeel zich bevindt.<br />
In de wegbermen staan tal van verkeerskundige en recreatieve objecten;<br />
schrikhekken, routemarkeringen, informatieborden, reflectorpaaltjes<br />
etcetera.<br />
<strong>Diefdijklinie</strong> | 31<br />
verkeersdrukte op het Sluiseiland bij de Linge (boven) en de Meerdijk (onder)
vesting Gorinchem<br />
32 | <strong>Diefdijklinie</strong><br />
vesting Woudrichem<br />
Fort bij Vuren<br />
Slot Loevestein<br />
5<br />
4<br />
3<br />
Werk op de Spoorweg bij de Diefdijk<br />
Fort bij Asperen<br />
Wapenplaats<br />
Fort bij Honswijk<br />
Fort bij de Nieuwe Steeg<br />
Fort bij Everdingen<br />
2<br />
K<br />
K<br />
1<br />
Werk aan het Spoel<br />
NHW-aardwerken op dijklichaam:<br />
1. batterijen Diefdijk Noord<br />
2. geschutsbanketten Wiel de Waai<br />
3. batterijen Meerdijk<br />
4. batterij Nieuwe Zuiderlingedijk<br />
5. batterij Broekse Sluis<br />
K. kanonkazemat<br />
betonwerken NHW
4.3 Dijk met Waterlinie relicten<br />
In hoofdstuk 3 is de historie van de <strong>Diefdijklinie</strong> weergegeven, maar wat<br />
is er in de huidige tijd nog zichtbaar aanwezig? Tijdens diverse<br />
terreininventarisaties zijn, samen met historici, de nog zichtbare relicten<br />
van het verleden opgespoord.<br />
Historische dijkprofielen<br />
De dijk als geheel heeft op veel plekken nog steeds de uitstraling van een<br />
historisch gegroeide, doorleefde dijk. Het hoge, smalle profiel typeert de<br />
dijk, de omleidingen met de scherpe bochten in de Diefdijk bij de wielen<br />
zijn de littekens van dijkdoorbraken in het verleden. Historische<br />
bebouwing is vergroeid met de dijk. Natuurlijk zijn ook meer recente<br />
dijkverbeteringswerken zichtbaar langs de dijk. Dat is inherent aan een<br />
dijk die is gebouwd van omgevingsmaterialen, die niet altijd even stabiel<br />
zijn. De <strong>Diefdijklinie</strong> is geen ‘bevroren situatie’ van de middeleeuwen of<br />
het Waterlinietijdperk, maar een dijkenstelsel met een zichtbaar<br />
aanwezige historische gelaagdheid.<br />
Batterijen - opstelplaatsen voor geschut<br />
Langs de <strong>Diefdijklinie</strong> zijn nog restanten aanwezig van opstelplaatsen<br />
voor geschut aanwezig.<br />
Hoewel nauwelijks meer zichtbaar liggen langs het noord-westelijk deel<br />
van de Diefdijk, tussen de Lekdijk en de Prijsseweg, de restanten van<br />
grondlichamen van drie batterijen. Aan de westzijde van de Meerdijk<br />
liggen twee, nog duidelijk zichtbare, batterijen met gedekte<br />
schuilplaatsen. Langs de Nieuwe Zuiderlingedijk ligt nabij de kern van<br />
Asperen eveneens een geschutsbanket met schuilplaats, goed zichtbaar<br />
langs de dijk. Aan de noordzijde van de Zuiderlingedijk ligt de batterij<br />
Broekse Sluis, inclusief gedekte schuilplaats en en groepsschuilplaats,<br />
verstopt onder de beplanting.<br />
Aardwerk<br />
De herkenbaarheid van de aardwerken van de batterijen is zeer divers.<br />
De batterijen langs Diefdijk Noord zijn niet meer dan drie verbrede<br />
banketten (plateaus) halverwege het talud van de dijk met een licht reliëf.<br />
Het grondwerk van de batterijen langs de Meerdijk is nog goed<br />
herkenbaar aanwezig. Dit geldt ook voor de batterij langs de Nieuwe<br />
Zuiderlingedijk. De batterij nabij de Broekse Sluis is aanwezig als<br />
grondbanket, maar zonder het karakteristiek reliëf. Voor alle nog<br />
aanwezige grondwerken geldt dat ze afgesleten en verzakt zijn. De<br />
oorspronkelijk strakke vormen zijn in de loop der tijd vervaagd.<br />
Gedekte schuilplaatsen<br />
Op de batterijen langs de Meerdijk, Nieuwe Zuiderlingedijk en<br />
Zuiderlingedijk liggen gedekte schuilplaatsen. De bouwkundige staat van<br />
deze schuilplaatsen is zeer divers. Voor al deze gedekte schuilplaatsen<br />
zijn consolidatiewerkzaamheden gewenst. Tevens liggen er in de kruin<br />
van de Nieuwe Zuiderlingedijk twee gedekte schuilplaatsen uit 1916. Deze<br />
schuilplaatsen verkeren in prima bouwkundige staat.<br />
Beplanting<br />
Op de beide batterijen langs de Meerdijk en de batterij langs de<br />
Zuiderlingedijk staan paardekastanjes, vermoedelijk aangeplant als<br />
maskeringsboom. Inmiddels zijn de oude bomen aan het einde van hun<br />
leven; recent zijn er een paar omgevallen tijdens een storm. Hoewel deze<br />
verweerde bomen de batterijen een bijzondere sfeer geven, is het<br />
noodzakelijk de bomen te verwijderen omwille van de veiligheid voor het<br />
verkeer, recreanten en het dijklichaam zelf. Naast de kastanjes staat er op<br />
de batterij Meerdijk Noord een rij populieren. Op de batterij Broekse Sluis<br />
staan nog enkele andere boomsoorten. Deze beplanting heeft<br />
waarschijnlijk geen militaire oorsprong.<br />
Hekwerken en limietpalen<br />
De militaire landsgrens is bij de batterijen zichtbaar door nog aanwezige<br />
limietpalen. Bij de terreininmeting voor de besteksuitwerking dienen de<br />
nog aanwezige limietpalen bij de batterijen geïnventariseerd te worden.<br />
Deze liggen nu verzakt en verstopt in het hoge gras. Verder worden de<br />
terreinen begrensd door een afrastering.<br />
Groepsschuilplaatsen, kazematten en loopgraven<br />
De talrijke nog resterende groepsschuilplaatsen en kazematten langs de<br />
<strong>Diefdijklinie</strong> herinneren aan de vele infanteriestellingen welke aangelegd<br />
zijn voor de aanvang van de Tweede Wereldoorlog. De luchtfoto’s laten<br />
de bouw van de betonwerken en loopgraven zien. De loopgraven zijn<br />
allemaal verwijderd na de oorlog. Enkel een aantal banketten resteert:<br />
langs Wiel de Waai liggen twee grondbanketten, vermoedelijk bedoeld<br />
om loopgraven op te bouwen en langs de Nieuwe Zuiderlingedijk en<br />
Zuiderlingedijk liggen aan de zuidzijde verbredingen van het dijktalud<br />
nabij groepsschuilplaatsen waarvan het vermoeden bestaat dat dit<br />
restanten zijn loopgraafbanketten. Aan de noordzijde van de Nieuwe<br />
Zuiderlingedijk liggen dijktaludverbredingen welke mogelijk gebruikt zijn<br />
als loopgraafbanket ten tijde van de Eerste Wereldoorlog.<br />
Klein militair materiaal<br />
Verspreid langs de Diefijklinie liggen tal van kleine objecten met een<br />
militaire oorsprong. Zoutbakken, bedoeld voor strooizout nabij hellingen<br />
op het dijktalud, restanten van tankversperringen en tetraëders<br />
(pyramidevormige betonobjecten welke met een ketting verbonden<br />
werden om ingezet te worden als wegversperring).<br />
In hoofdstuk zeven wordt nader ingegaan op de relicten van de<br />
Waterlinie.<br />
<strong>Diefdijklinie</strong> | 33
34 | <strong>Diefdijklinie</strong><br />
bouwen aan de toekomst: herstel historische elementen, herbestemming, recreatieve toegankelijkheid
5 <strong>Diefdijklinie</strong> - toekomst<br />
Na het in beeld brengen van het verleden en het heden van de <strong>Diefdijklinie</strong> komt in dit hoofdstuk de toekomst aan bod. Hier worden de opgaven<br />
voor de toekomst en de hoofdlijnen van het ruimtelijk ontwerp beschreven. De uitwerkingen per onderdeel komen in de volgende hoofdstukken<br />
aan bod.<br />
.1 Opgaven<br />
Om de <strong>Diefdijklinie</strong> ‘toekomstbestendig’ te maken is het noodzakelijk om<br />
de zwakke plekken in de dijk te verbeteren, de verkeerveiligheid te<br />
verhogen en de cultuurhistorische waarden, van de dijk in het algemeen<br />
en de Nieuwe Hollandse Waterlinie in het bijzonder, te behouden en<br />
ontwikkelen.<br />
Dijkverbetering<br />
De <strong>Diefdijklinie</strong> moet worden versterkt omdat onderzoek heeft<br />
uitgewezen dat het dijkenstelsel op een aantal locaties niet de vereiste<br />
kwaliteit heeft. Er is sprake van een aantal instabiele plekken en locaties<br />
waar ‘piping’ optreedt.Bij piping wordt de ondergrond van de dijk<br />
verzwakt door water dat onder de dijk doorstroomt en zand meevoert.<br />
Tegengaan van piping<br />
Om piping tegen te gaan worden kleilagen ingegraven aan de<br />
buitendijkse (Gelderse) zijde wanneer daarvoor voldoende ruimte<br />
aanwezig is. Het is dan de opgave het oorspronkelijk maaiveld weer<br />
zorgvuldig te herstellen. Wanneer het niet mogelijk is om een kleipakket<br />
in te graven, wordt binnendijks een damwand geplaatst. Ook deze<br />
ingreep heeft geen blijvende ruimtelijke impact.<br />
Vergroten van stabiliteit<br />
Om de stabiliteit van de dijk te verbeteren worden aan de binnenzijde<br />
van de dijk verlengde bermen aangelegd, eventueel in combinatie met<br />
natuurvriendelijke oevers. Als er gebrek aan ruimte is voor een<br />
aanberming, bijvoorbeeld door bebouwing, wordt er een damwand<br />
geplaatst. De aanbermingen zorgen voor een blijvende ruimtelijke<br />
verandering van het dijkprofiel en het aanliggende landschap.<br />
Zorgvuldig grondwerk<br />
Kwelschermen, damwanden en ingegraven kleipakketten zullen geen<br />
blijvende impact op het landschap hebben. Grondwerk in de vorm van<br />
aanbermingen echter wel. Het is van belang voor het behoud van de<br />
unieke landschappelijke en historische waarden het grondwerk<br />
zorgvuldig vorm te geven.<br />
Verkeersveiligheid<br />
Uit de diverse gesprekken met streekbewoners en uit de inspraakreacties<br />
op de startnotitie dijkverbetering <strong>Diefdijklinie</strong> kwam helder naar voren<br />
dat aanwonenden de dijk als onveilig ervaren, met name als gevolg van<br />
de hoge snelheid van het (vracht)verkeer. Op de hoge, smalle dijk zitten<br />
fieters en wandelaars in de verdrukking. Onderzoek naar de<br />
verkeersveiligheid geeft steun aan de gevoelens van onveiligheid onder<br />
de bewoners.<br />
Minder verkeer, langzamer rijden<br />
Het is de opgave om de <strong>Diefdijklinie</strong> in de toekomst verkeersveiliger te<br />
maken voor aanwonenden en recreanten. De gezamenlijke overheden<br />
hebben daarvoor een maatregelenpakket ontwikkeld. In essentie gaat<br />
het er om ervoor te zorgen dat er minder verkeer op de dijk gaat rijden en<br />
dat het gemotoriseerd verkeer langzamer gaat rijden.<br />
Nieuwe Hollandse Waterlinie<br />
De opgave voor de Nieuwe Hollandse Waterlinie is in het overkoepelend<br />
uitvoeringsprogramma omschreven als:<br />
een herkenbaar Waterlinieprofiel<br />
het versterken van de ruimtelijke ontwikkeling en vormgeving;<br />
de Waterlinie in de hoofden en de harten<br />
ontwikkelen en profileren van de Waterlinie als een<br />
liefhebberslandschap;<br />
en het duurzaam gebruik<br />
realiseren van maatschappelijke, economisch duurzame bestemmingen.<br />
<strong>Diefdijklinie</strong>: een lijn- en objectopgave<br />
Deze drie ambities zijn alle van toepassing op de opgave voor de<br />
<strong>Diefdijklinie</strong>. De <strong>Diefdijklinie</strong> is ongeveer een kwart van de totale<br />
hoofdverdedingslijn van de Nieuwe Hollandse Waterlinie. Behoud van de<br />
karakteristieke waterliniekenmerken en het versterken van de<br />
herkenbaarheid en beleefbaarheid van deze karakteristieke,<br />
structurerende lijn in het landschap is van het grootste belang voor de<br />
realisatie van het Linie-beleid.<br />
Het is dé lijnopgave voor het project NHW; het ontwikkelen van de<br />
hoofdverdedigingslijn tot een herkenbare eenheid, als verbindende<br />
schakel tussen de veelheid aan losse Waterlinie-objecten. Het is de<br />
opgave de ruimtelijke ingrepen op en langs de dijk op een zodanige wijze<br />
vorm te geven dat de eenheid en het karakter van de linie als geheel<br />
wordt versterkt.<br />
De nog aanwezige cultuurhistorische objecten moeten behouden blijven<br />
voor de toekomst en waar nuttig en wenselijk worden ontwikkeld voor<br />
eigentijdse functies. Een betere herkenbaarheid en meer recreatieve<br />
belevingsmogelijkheden moet de militaire historie levend houden. Het is<br />
de ambitie om ervoor te zorgen dat de <strong>Diefdijklinie</strong> een aantrekkelijke<br />
fietsroute wordt tussen het Fort bij Everdingen aan de Lek en het Fort bij<br />
Vuren aan de Waal. Ook voor wandelaars moet het landschap van de<br />
<strong>Diefdijklinie</strong> beter toegankelijk worden.<br />
Voorbeeldprojecten<br />
Eén van de eerste Waterlinieprojecten was het plan Molenkade. In dit<br />
voorbeeldproject is met waterberging de historische inundatie verbeeld<br />
langs de autosnelweg. Markant onderdeel is de doorgezaagde<br />
groepsschuilplaats en het steigerpad, waarbij de hoogte van de palen de<br />
inundatiehoogte verbeeld.<br />
Recent is ook het gemaal De Oude Horn gerestaureerd en is<br />
recreatiemeubilair (inundatiebanken en slagboom) in Waterliniestijl<br />
geplaatst.<br />
<strong>Diefdijklinie</strong> | 3
36 | <strong>Diefdijklinie</strong><br />
hoofdverdedigingslijn: verbindend en ordenend<br />
.2 Visie en uitgangspunten<br />
De kern van het ruimtelijk ontwerp voor de <strong>Diefdijklinie</strong> is het<br />
samenbrengen van drie maatschappelijke opgaven tot een integraal<br />
ruimtelijk plan, waarbij de militair-historische betekenis van de<br />
<strong>Diefdijklinie</strong> als hoofdverdedigingslijn van de Nieuwe Hollandse<br />
Waterlinie wordt benut als ruimtelijk bindend concept voor de toekomst.<br />
Van sectorale opgaven naar integraal plan<br />
De drie hoofdopgaven - dijkverbetering, verkeersveiligheid en de<br />
cultuurhistorie - kunnen ieder afzonderlijk opgepakt worden als sectorale<br />
opgaven. Er is echter bewust gekozen voor een integrale aanpak. Door<br />
het maken van een samenhangend ruimtelijk ontwerp voor het geheel<br />
kan er vanuit één basisgedachte worden gewerkt aan de eenheid van de<br />
<strong>Diefdijklinie</strong> zodat de landschappelijke en cultuurhistorische kwaliteiten<br />
versterkt kunnen worden: eenheid van handelen. Zo wordt voorkomen<br />
dat de werkzaamheden aan en langs de <strong>Diefdijklinie</strong> een optelsom zijn<br />
van afzonderlijke technische oplossingen. Een integrale aanpak is de<br />
beste waarborging voor het behoud en de ontwikkeling van de unieke<br />
kwaliteiten van de <strong>Diefdijklinie</strong>.<br />
Articulatie hoofdverdedigingslijn<br />
Nieuwe Hollandse Waterlinie als ruimtelijk bindend concept<br />
De diversiteit aan maatregelen is groot: van aanbermingen en<br />
damwanden voor de dijkverbetering, tot het plaatsen van<br />
verkeersremmers in het wegdek, aanleg van wandelpaden, plaatsen van<br />
recreatiemeubilair en herstel van historische objecten. De ingrepen<br />
vinden pleksgewijs plaats; er is geen sprake van een transformatie van<br />
het gehele dijklichaam. Toch is door de veelheid aan losse ingrepen de<br />
impact op de ruimtelijke verschijningsvorm van de <strong>Diefdijklinie</strong> groot.<br />
Om samenhang te creëren tussen al deze afzonderlijke ingrepen is een<br />
bindend ruimtelijk concept nodig. De Nieuwe Hollandse Waterlinie biedt<br />
hiervoor als ruimtelijk ordeningsprincipe een prachtig aanknopingspunt.<br />
De hoofdverdedigingslijn kan het geheel aaneen rijgen. Door het laten<br />
spreken van de militair-historische kenmerken van de<br />
hoofdverdedigingslijn kan deze worden benut als ruimtelijk<br />
samenbindend concept, als leidraad voor eenheid van handelen.<br />
De articulatie van de hoofdverdedigingslijn betekent in essentie:
versterk de continuïteit van de lijn als landschappelijke drager<br />
De <strong>Diefdijklinie</strong> is een doorgaande lijn in het landschap. Nergens in de<br />
gehele Waterlinie is de hoofdverdedigingslijn zo manifest als tussen de<br />
Lek en de Waal. Waar de hoofdverdedigingslijn elders onduidelijk en<br />
diffuus is, zorgen de hoge waterkeringen van de <strong>Diefdijklinie</strong> voor een<br />
duidelijke zichtbaarheid en continuïteit van de linie in het landschap. De<br />
<strong>Diefdijklinie</strong> is in het rivierengebied duidelijk de verbindende lijn tussen<br />
de artefacten van de Waterlinie. Het is de rijgdraad van forten,<br />
groepsschuilplaatsen, kazematten en inundatiewerken.<br />
Dit betekent dat het werken aan de herkenbaarheid van de<br />
hoofdverdedigingslijn een ‘lijnopgave’ is. Dit vraagt om een éénduidige<br />
behandeling van de lijn op dit regionale schaalniveau. Door samenhang<br />
te creëren in het ontwerpen van de vele pleksgewijze ingrepen moeten<br />
deze ‘punten de lijn gaan vormen’.<br />
versterk het karakteristiek asymmetrisch profiel<br />
De <strong>Diefdijklinie</strong> is een ordende lijn in het landschap. Zowel de<br />
waterstaatskundige als militaire functie van de dijk hebben ervoor<br />
gezorgd dat het landschap aan weerszijden van de dijk zich historisch<br />
verschillend ontwikkeld heeft. Het gebied ten oosten van de dijk is<br />
duidelijk anders dan het gebied ten westen ervan. In zijn meest pure<br />
vorm is de hoofdverdedigingslijn de grens tussen nat en droog gebied,<br />
tussen het veilige westen en te inunderen oosten.<br />
Dit betekent dat de ruimtelijk ingrepen aan en langs de <strong>Diefdijklinie</strong> het<br />
contrast moeten behouden en waar mogelijk versterken. Contrast tussen<br />
binnen-buiten, droog-nat, besloten-open. Dit geldt zowel voor de<br />
behandeling van de dijk zelf, als de gebiedsinrichting erom heen.<br />
respecteer de historische kenmerken<br />
De <strong>Diefdijklinie</strong> is een lijn met een eeuwenoude geschiedenis. De Nieuwe<br />
Hollandse Waterlinie is één laag in de geschiedenis, maar de <strong>Diefdijklinie</strong><br />
is veel ouder dan deze militaire functie van de 19de eeuw. Van<br />
middeleeuwen tot heden, de tekenen van de tijd geven de dijk zijn zo<br />
gewaardeerde verweerde uiterlijk.<br />
Het is de opgave zorgvuldig, terughoudend en respectvol om te gaan met<br />
de nog aanwezige historische kenmerken van de dijk.<br />
laat het militair karakter herleven<br />
De <strong>Diefdijklinie</strong> is een militaire lijn. Het militair verleden, zichtbaar door<br />
de vele militaire en waterstaatkundige artefacten met sobere<br />
architectuur en militaire logica, bepaalt de identiteit van de Linie.<br />
Het is de opgave de specifieke militaire kenmerken van de <strong>Diefdijklinie</strong> te<br />
laten herleven, zodat dit historisch erfgoed voor bewoners en gebruikers<br />
in de toekomst herkenbaar blijft. Restauratie, renovatie en innovatie<br />
moeten gebaseerd zijn op eenduidige militaire logica. Eigentijdse<br />
toevoegingen zijn mogelijk maar moeten terughoudend toegepast<br />
worden. Het is hierbij van belang de juiste balans te vinden; enerzijds zich<br />
voegend naar de historische kenmerken, anderzijds eigentijdse<br />
onderscheidendheid.<br />
stimuleer eigentijds gebruik<br />
De Nieuwe Hollandse Waterlinie is gedurende bijna 150 jaar permanent<br />
gemoderniseerd. Het past bij het karakter van de Linie om zich te blijven<br />
vernieuwen en behoud van het militair erfgoed is gebaat bij<br />
aanpassingen voor de huidige tijd.<br />
Voor de <strong>Diefdijklinie</strong> van de 21ste eeuw is een betere toeristischrecreatieve<br />
toegankelijkheid van belang. Door het verbeteren van de<br />
veiligheid voor de fietsers gaat de <strong>Diefdijklinie</strong> als route tussen Lek en<br />
Waal beter functioneren. Zo wordt de hoofdverdedigingslijn de<br />
recreatieve verbindingslijn tussen de (toekomstige) attracties als de<br />
forten Everdingen, Werk op de Spoorweg bij de Diefdijk, Asperen,<br />
Nieuwe Steeg en Vuren. Door de voormalige militaire locaties op en<br />
langs de dijk open te stellen als recreatieplek wordt de beleefbaarheid<br />
van deze plekken vergroot en wordt de dijk als recreatieve route<br />
aantrekkelijker. Het is de opgave deze recreatieve lijn te verknopen met<br />
het recreatief netwerk van routes in de omgeving.<br />
<strong>Diefdijklinie</strong> | 37<br />
verweerd karakter is een kwaliteit
38 | <strong>Diefdijklinie</strong><br />
.3 Hoofdlijnen ruimtelijk ontwerp<br />
De visie op de <strong>Diefdijklinie</strong> is vertaald in een ruimtelijk ontwerp. De<br />
hoofdlijnen van het ruimtelijk ontwerp worden hier weergegeven. In de<br />
volgende hoofdstukken worden deze ontwerpthema’s nader uitgewerkt.<br />
1. dijkverbetering<br />
Het tekenen en rekenen aan de dijkverbeteringsmaatregelen is een<br />
proces van enkele jaren geweest, waarbij deskundigen op het gebied van<br />
waterveiligheid, cultuurhistorie, ecologie en landschap gezamenlijk tot<br />
het huidige plan zijn gekomen. Waar mogelijk is gewerkt met grondwerk,<br />
waar noodzakelijk zijn damwanden ingezet om bebouwing,<br />
natuurwaarden en historisch-landschappelijke kwaliteiten te sparen.<br />
2. batterijen<br />
De <strong>Diefdijklinie</strong> uit zich nu als militaire verdedigingslijn door de ligging<br />
van de forten, de schuilplaatsen, kazematten en inundatiewerken langs<br />
de lijn. Maar wat maakt nu de dijk zelf onderdeel van het militair<br />
verdedigingsstelsel? Dat zijn de batterijen: hier is het grondlichaam van<br />
de dijk aangepast zodat deze waterkering tevens geschikt was als<br />
kanonopstelplaats. De historische analyse heeft de architectuur van deze<br />
verdedigingswerken in beeld gebracht; krachtige, robuuste ontwerpen<br />
met de geheel eigen militaire uitstraling van de Waterlinie. Herstel van<br />
de batterijen is bij uitstek hét middel is om de herkenbaarheid van de<br />
<strong>Diefdijklinie</strong> als hoofdverdedigingslijn te versterken. De batterijen laten<br />
het militaire karakter herleven en laten de diverse tijdslagen van de Linie<br />
zien. Daarnaast bieden deze hooggelegen aardwerken in het talud van de<br />
dijk als vanzelfsprekend een recreatieve rustplek voor passerende<br />
wandelaars en fietsers. Herstel en publieke toegankelijkheid van de<br />
batterijen vormt een belangrijke kern van het ruimtelijk ontwerp.<br />
3. loopgraven<br />
De historische analyse laat zien dat er ten tijde van de mobilisaties tal van<br />
maatregelen werden genomen om de <strong>Diefdijklinie</strong> in staat van<br />
verdediging te brengen. Kaarten illustreren de locaties van tijdelijke<br />
infanteriestellingen, tankversperringen, etcetera. Luchtfoto’s van voor de<br />
Tweede Wereldoorlog laten zien dat op tientallen plaatsen langs de<br />
<strong>Diefdijklinie</strong> loopgraven werden gebouwd. De loopgraven zijn alle na de<br />
mobilisatie weer opgeruimd of deels uitgevlakt. De schuilplaatsen en<br />
kazematten zijn als relicten achter gebleven. Om de betekenis van de vele<br />
groepsschuilplaatsen en kazematten voor het brede publiek te<br />
verduidelijken worden twee typen loopgraven, van de Eerste en Tweede<br />
Wereldoorlog, gereconstrueerd. Langs de Meerdijk wordt een groepsnest<br />
uit 1939/40 hersteld, aansluitend op een kazemat en groepsschuilplaats.<br />
De beide betonwerken worden weer toegankelijk gemaakt. Langs de<br />
Nieuwe Zuiderlingedijk wordt naast de gedekte schuilplaats uit 1916 een<br />
loopgraaf tegen de kruin van de dijk gereconstrueerd zoals ten tijde van<br />
de mobilisatie van de Eerste Wereldoorlog gebeurde. Deze beide plekken<br />
lenen zich door hun ligging goed voor recreatief gebruik.<br />
4. <strong>Diefdijklinie</strong>pad<br />
Om de historische locaties langs de <strong>Diefdijklinie</strong> beter met elkaar te<br />
verbinden zal er een ‘<strong>Diefdijklinie</strong>wandelpad’ worden aangelegd; deels<br />
op de dijk, deels door de naastgelegen natuur- en landbouwgebieden. Zo<br />
ontstaat er een aantrekkelijke, gevarieerde wandelroute tussen de Lek en<br />
de Waal én wordt de <strong>Diefdijklinie</strong> verkeersveiliger omdat de wandelaars<br />
deels van de dijk afgaan. Wandelen op de dijk geeft mooie uitzichten<br />
over het omringende landschap, wandelen onderaan biedt zicht op de<br />
machtige hoogte van de dijk en al struinend door de natuurgebieden<br />
wordt het natte karakter van het inundatiegebied voelbaar.<br />
Het tracé van het wandelpad zal zich als vanzelfsprekend gaan voegen<br />
naar de aanwezige landschapslijnen. Het pad gaat langs kavelgrenzen,<br />
over oude polderkades en door de moerasbossen.<br />
1 3<br />
2 BATTERIJEN<br />
DIJKVERBETERING LOOPGRAVEN
In het project <strong>Diefdijklinie</strong> wordt een deel van deze route gerealiseerd,<br />
samenhangend met het dijktalud. De overige delen die door de<br />
omringende natuurgebieden en landerijen lopen worden in andere<br />
projecten ontwikkeld.<br />
. recreatie<br />
Om het recreatief gebruik van de <strong>Diefdijklinie</strong> beter te faciliteren worden<br />
op een aantal locaties rustplekken ingericht en kleinschalige<br />
parkeerplaatsen aangelegd. Er is immers weinig plek op de hoge, smalle<br />
dijk. Deze rustplekken vallen deels samen met de te herstellen<br />
artillerieplaatsen. Soms met historische infanterieplekken zonder dat<br />
deze gereconstrueerd worden of soms ‘gewoon’ op een landschappelijk<br />
aantrekkelijke locatie. Deze plekken krijgen een eenvoudige<br />
landschappelijke inrichting om het verblijf aangenaam te maken. De<br />
recreatieve voorzieningen zoals bankjes, tafels, bordjes en fietsenrekken,<br />
worden vormgegeven conform het Handboek Meubilair NHW. Door deze<br />
uniformiteit wordt de herkenbaarheid van de Linie versterkt, passend bij<br />
het karakter.<br />
6. weginrichting<br />
De wegen op de <strong>Diefdijklinie</strong> worden gedeeltelijk heringericht. Deels om<br />
de verkeersveiligheid te vergroten, deels vanwege regulier onderhoud en<br />
deels als herstelwerkzaamheden na de uitvoering van de dijkverbeterings<br />
werkzaamheden. Er is geen sprake van een totale reconstructie van de<br />
dijkwegen. Daarmee zou de eenheid van de hoofdverdedigingslijn zeker<br />
versterkt kunnen worden maar de kosten van een volledige herinrichting<br />
van de dijkwegen zijn te hoog. De verkeersveiligheidsmaatregelen<br />
bestaan dan ook uit het veiliger maken van de kruispunten en lange,<br />
rechte tracédelen door het plaatsen van verkeersplateaus.<br />
De éénduidige behandeling van de weginrichtingsmaatregelen, passend<br />
in het sobere karakter van de Linie, zorgt er echter voor dat al deze<br />
punten tesamen bijdragen aan het versterken van de herkenbaarheid van<br />
de continuïteit van de hoofdverdedigingslijn.<br />
7. zicht<br />
Om de beleving van het landschap en de Waterlinie te verbeteren wordt<br />
op een aantal locaties beplanting verwijderd om beter zicht te krijgen. Er<br />
worden zichtlijnen vanaf de hoofdverdedigingslijn op de<br />
inundatiekommen gemaakt, groepsschuilplaatsen worden vrijgezet en<br />
wielen worden langs de randen open gemaakt.<br />
4<br />
5<br />
DIEFDIJKLINIEPAD<br />
RECREATIE<br />
6<br />
7<br />
WEGINRICHTING<br />
ZICHT<br />
<strong>Diefdijklinie</strong> | 39
40 | <strong>Diefdijklinie</strong><br />
4<br />
2<br />
2<br />
4<br />
2<br />
4<br />
5<br />
6<br />
5<br />
3<br />
5<br />
3<br />
2<br />
2<br />
1<br />
6<br />
2<br />
2<br />
5<br />
1<br />
5<br />
1<br />
1<br />
knelpunten dijkveiligheid<br />
instabiel<br />
piping<br />
oplossing piping<br />
1.kleilaag buitendijks<br />
2.kwelscherm buitendijks<br />
oplossing stabiliteit<br />
3. aanberming binnendijks<br />
4. verlengde berm met<br />
natuurvriendelijke oever<br />
5. damwand<br />
6. grondberm
6 Dijkverbetering<br />
In een proces van vier jaar is het plan voor de versterking van de dijk<br />
opgesteld. Dit hoofdstuk geeft de maatregelen weer en gaat vervolgens<br />
in op een aantal aandachtspunten voor de uitwerking van het<br />
grondwerk, voor een goede inpassing van de Waterlinieobjecten.<br />
6.1 Maatregelen<br />
In totaal moet 8 kilometer van de 23 kilometer lange <strong>Diefdijklinie</strong><br />
versterkt worden. De maatregelen zijn maatwerk; de verbetering vindt<br />
zoveel als mogelijk in grond plaats en waar bijzondere belangen spelen,<br />
onder andere door de nabijheid van huizen, natuurwaarden of<br />
cultuurhistorie, worden damwanden of kwelschermen geplaatst. De<br />
kaart geeft aan waar de dijkverbeteringsmaatregelen plaatsvinden en per<br />
locatie om welk type maatregel het gaat.<br />
In totaal zijn er zes verschillende oplossingen in beeld; twee typen<br />
oplossingen om het proces van piping tegen te gaan en vier typen<br />
maatregelen om de stabiliteit van de dijk te vergroten.<br />
Wanneer er geen gebrek aan ruimte is, wordt het probleem van piping<br />
opgelost door buitendijks, aan de Gelderse zijde, een kleilaag in te<br />
graven. Omdat deze kleilaag wordt ingegraven is er nauwelijks een<br />
verandering van het landschap. Dit tenzij er beplanting staat; deze kan<br />
niet in alle gevallen worden teruggebracht.<br />
Is het aanbrengen van een kleilaag niet mogelijk, dan wordt er<br />
buitendijks een kwelscherm geplaatst, aan de teen van de dijk.<br />
Als de stabiliteit van de dijk het probleem vormt, is de eerste oplossing<br />
het aanbrengen van grond; er wordt een verlengde of hogere berm<br />
gemaakt. Afhankelijk van de situatie moet een sloot worden verlegd.<br />
Als water aan de dijk grenst, zoals langs de oevers van de Linge, wordt de<br />
verlengde berm gecombineerd met de aanleg van een natuurvriendelijke<br />
oever. Als binnendijks weinig ruimte is, bijvoorbeeld door bebouwing,<br />
dan wordt een damwand geplaatst. De precieze plaats van de damwand<br />
is afhankelijk van de situatie ter plaatse, zoals bebouwing of<br />
bodemopbouw. Als de buitendijkse stabiliteit een probleem is wordt een<br />
grondberm aangebracht.<br />
Het projectplan voor de dijkversterking is leidend voor de<br />
dijkmaatregelen.<br />
Zuid-Hollandse zijde<br />
(binnendijks)<br />
Gelderse zijde<br />
(buitendijks)<br />
Voldoende ruimte buitendijks? Dan een kleilaag aan de Gelderse kant van de dijk. Deze<br />
kan ingegraven worden, zodat de kleilaag niet of nauwelijks opvalt.<br />
Bij voldoende ruimte tussen een waterpartij (zoals plaatselijk langs de Linge) en de dijk:<br />
een verlengde berm in combinatie met natuurvriendelijke oevers.<br />
Is dat niet mogelijk, dan een kwelscherm buitendijks. Is er weinig ruimte binnendijks (bijvoorbeeld bebouwing) dan plaatsen we een damwand.<br />
De precieze plaats van de damwand is afhankelijk van de situatie ter plaatse, zoals<br />
bebouwing en bodemopbouw.<br />
Is er voldoende ruimte binnendijks, dan plaatsen we een verlengde of hogere berm.<br />
Afhankelijk van de situatie moet wellicht een sloot verlegd worden.<br />
Bij voldoende ruimte buitendijks brengen we een grondberm aan.<br />
<strong>Diefdijklinie</strong> | 41
42 | <strong>Diefdijklinie</strong><br />
groepsschuilplaatsen verzonken in de grond (boven) en groepsschuilplaats geplaatst op terp met keerwand (onder)<br />
groepsschuilplaatsen verzonken in de grond, half-verstopte ingangen<br />
zichtbare funderingspalen, zichtbare maaivelddaling
6.2 Grondwerk<br />
Voor de verbetering van de <strong>Diefdijklinie</strong> worden aanbermingen en<br />
kleipakketten aangebracht. Deze grondwerken leiden tot aanpassingen<br />
van het maaiveld en raken op een aantal locaties aan<br />
groepsschuilplaatsen en kazematten. Er moeten in detail ontwerpkeuzes<br />
gemaakt worden voor de afwerking van het grondwerk. Deze keuzes<br />
bepalen het uiteindelijk beeld en daarmee een deel van de kwaliteit.<br />
Het schaalniveau is echter in deze planfase te gedetailleerd om alle<br />
situaties te overzien en oplossingen te bieden.<br />
Deze paragraaf bevat een aantal handvatten om in de volgende fase<br />
maatwerkoplossingen te creëeren.<br />
Afwerking maaiveld passend in kavelpatronen<br />
In het projectplan voor de dijkverbetering is deels al rekening gehouden<br />
met de afwerking van het maaiveld na de aanleg van verbrede bermen of<br />
kleipakketten. Bij de uitwerking blijft detailafwerking een aandachtspunt<br />
om te komen tot een verantwoorde landschappelijke inpassing.<br />
Aandachtspunten zijn het behoud en herstel van de karakteristieke<br />
kavelpatronen door sloten weer terug te brengen of op passende wijze te<br />
verleggen. Ook kan een zorgvuldige detaillering leiden tot het sparen van<br />
landschapselementen.<br />
Groepsschuilplaatsen en kazematten<br />
Bij enkele groepsschuilplaatsen en kazematten zijn in de loop der tijd de<br />
funderingspalen zichtbaar geworden door maaivelddaling. In het project<br />
<strong>Diefdijklinie</strong> wordt niet gestreefd naar herstel van het maaiveld van 1939-<br />
1940. De funderingen mogen zichtbaar blijven. Dit geeft het verloop van<br />
de tijd weer. In het project is er voor gekozen het eigentijds maaiveld en<br />
hoogte van de schuilplaatsen en kazematten onafhankelijk van elkaar te<br />
laten zijn. Er worden geen terpjes rondom de betonwerken aangebracht.<br />
Enkel wanneer het landschap in een grotere context wordt hersteld,<br />
bijvoorbeeld door een groepsnest te reconstrueren, dan wordt het<br />
maaiveld op historische hoogte te brengen.<br />
Nieuwe Zuiderlingedijk<br />
Het zuidelijke dijktalud van de Nieuwe Zuiderlingedijk ten westen van de<br />
N848 krijgt een nieuw profiel. Karakteristiek is hier de lijnopstelling van<br />
de groepsschuilplaatsen. Het is van belang om bij de detailvormgeving<br />
van het dijktalud te komen tot een passende afstemming op deze<br />
groepsschuilplaatsen. Als het technisch mogelijk is, is het gewenst de<br />
aanberming te beginnen onder de ingangen van de schuilplaatsen in<br />
plaats van deze met grond te bedekken. Door ter hoogte van de ingangen<br />
een smal tussenbanket te maken, kan dit tevens worden gebruikt als<br />
wandelpad.<br />
Voorbeeld van afwerking maaiveld na ingraving kleipakket.<br />
De rode stippellijn geeft op hoofdlijnen de omvang van het benodigd kleipakket weer. Bij de uitwerking is<br />
het van belang te onderzoeken of deze contouren kunnen worden afgestemd op de verkavelingspatronen<br />
en kavelinrichting. Kan het griend gespaard worden door de contour iets te verkleinen? En wanneer de<br />
kavelinrichting grotendeels vervangen moet worden, richt dan de gehele kavel opnieuw in zodat het geheel<br />
intact blijft.<br />
P<br />
Bij de uitwerking is aandacht nodig voor de op- en afritten (in gras) van<br />
dit tussenbanket naar de dijkweg bij de kruisende wegen. Zo kunnen de<br />
wandelaars het tussenbanket betreden.<br />
Ook bij de aansluiting van de Nieuwe Zuiderlingedijk op de<br />
Zuiderlingedijk is het gewenst om een dijkop/afrit (in gras) te maken, dat<br />
kan dienen als wandelpad. Wandelaars kunnen dan hun pad vervolgen<br />
onderlangs de dijk, het voormalige loopgraafbanket.<br />
2<br />
DP. D61<br />
inundatiesluis Heukelum<br />
GSP 761<br />
DP. D60<br />
Aandacht voor grasinritten van Nieuwe Zuiderlingedijk naar tussenbanket voor toegankelijkheid beheervoertuigen en wandelaars<br />
GSP 762<br />
DP. D59<br />
<strong>Diefdijklinie</strong> | 43<br />
behoud openheid<br />
richting inundatiekom<br />
Kerkweg<br />
GSP 763<br />
schuilplaats 764<br />
Tiendweg
44 | <strong>Diefdijklinie</strong><br />
Diefdijk: toevoegen fruitbomen versterkt karakter (boven) , open houden doorzichten inundatiekom (onder)<br />
Nieuwe Zuiderlingedijk: accentueren vml. loopgraafbanket met bomen (boven), open houden zichten zuidzijde (onder)<br />
Zuiderlingedijk: beplanting mogelijk bebouwingslint (boven), open houden zuidzijde met Linge-zichten (onder)
6.3 Compensatie beplantingen<br />
Voor de verbetering van de dijk is het noodzakelijk op een aantal locaties<br />
beplantingen te kappen. De (verplichte) compensatie van deze gekapte<br />
bomen kan bijdragen aan de ontwikkelingen van het gewenste<br />
landschapsbeeld rondom de <strong>Diefdijklinie</strong>. In deze paragraaf wordt op<br />
hoofdlijnen aangegeven op welke wijze herplant een kwaliteitsimpuls<br />
kan zijn.<br />
Diefdijk<br />
De vele fruitbomen op de taluds karakteriseren de Diefdijk. Het<br />
terugbrengen en extra toevoegen van fruitbomen op de dijk is van grote<br />
waarde voor het behoud en versterking van de identiteit.<br />
Bij voorkeur gebeurt dit aan de westzijde van de dijk, zodat de<br />
asymmetrische ruimtelijke opbouw van de dijk versterkt wordt;<br />
verdichting aan de westzijde, openheid aan de oostzijde.<br />
Verdichting aan de westzijde is echter wel maatwerk. Ook aan de<br />
westzijde zijn interessante doorzichten naar het achterliggende<br />
landschap, passend in de historische kavelstructuren.<br />
Ook onderaan de Diefdijk zijn compensatiemogelijkheden. Aan de<br />
westzijde van de dijk is de huidige ruimtelijke opbouw van het landschap<br />
richtinggevend; verdichting met bos is mogelijk binnen de<br />
kavelstructuren en met behoud van waardevolle doorzichten.<br />
Aan de oostzijde van de dijk is het ook mogelijk beplanting te<br />
compenseren, mits dit haaks op de dijk gebeurt, zodat het gewenste zicht<br />
richting de voormalige inundatiekommen mogelijk blijft.<br />
OUDE HORN<br />
Voorbeeld toevoegen van fruitbomen aan de Diefdijk langs toekomstig wandelpad Oude Horn-Leerdam<br />
OUDE HORN<br />
Meerdijk<br />
Langs de Meerdijk is het niet wenselijk om beplanting op of langs de dijk<br />
toe te voegen. Meer beplanting past niet in het gewenste<br />
landschapsbeeld. Aan de westzijde is uitzicht over de uiterwaarden van<br />
de Linge gewenst met op de achtergrond de stadsrand van Asperen.<br />
Enkel op de beide batterijen worden bomen herplant.<br />
Aan de oostzijde is behoud en versterking van het zicht over de<br />
voormalige inundatiekom gewenst, met als blikvanger het aan te leggen<br />
groepsnest.<br />
Nieuwe Zuiderlingedijk<br />
De brede, stoere Nieuwe Zuiderlingedijk doorsnijdt het landschap als een<br />
lineaal. Aan beide zijden is het landschap grotendeels verdicht door de<br />
bossen van het natuurgebied. Verdere verdichting van de noordzijde past<br />
in het landschapsbeeld en kan worden gecombineerd met versterking<br />
van de natuurontwikkeling. Dit kan worden gecombineerd met het<br />
project Lingekwartier waar tevens bosuitbreiding als maatregel is<br />
opgenomen.<br />
Aan de zuidzijde is het toevoegen van bomen ongewenst; juist meer<br />
openheid richting de open polders van de Tielerwaard is het wensbeeld.<br />
Het militaire karakter van de Nieuwe Zuiderlingedijk kan worden<br />
versterkt door de verbrede tussenbanketten, vermoedelijk de restanten<br />
van loopgraven, op het noordelijk talud van de dijk te beplanten met de<br />
‘<strong>Diefdijklinie</strong>bomen’.<br />
Zuiderlingedijk<br />
De mogelijkheden voor beplantingscompensatie op en naast de<br />
Zuiderlingedijk zijn zeer beperkt. De aanwezige doorzichten naar de open<br />
polders en de Linge zijn waardevol, dus deze moeten behouden blijven.<br />
Het is wel denkbaar om pleksgewijs solitaire (fruit)bomen te plaatsen,<br />
passend in de bebouwingslinten. Evenals bij de Diefdijk versterkt dit het<br />
historisch-landschappelijk karakter.<br />
6.4 Technisch ontwerp en bestek<br />
Vanwege het integrale karakter van de opgaven rondom de <strong>Diefdijklinie</strong><br />
bevat dit rapport beschrijvingen en tekeningen over de dijkverbetering<br />
en adviezen over de ruimtelijke inpassing en afstemming op de<br />
historische waarden. Voor al deze informatie geldt:<br />
het projectplan voor de dijkverbetering van Waterschap Rivierenland is leidend voor<br />
de uitwerking van het project in het technisch ontwerp en bestek.<br />
Bij het proces van het opstellen van het technisch ontwerp en bestek zijn<br />
de in dit hoofdstuk genoemde aspecten - vormgeving grondwerk,<br />
afstemming op Waterlinieobjecten, afwerking van het maaiveld en<br />
compensatie van beplantingen - belangrijke aandachtspunten. Het is<br />
van belang dat de detaillering van deze maatregelen een interactief<br />
proces tussen technische uitwerking en ruimtelijke kwaliteitsaspecten is.<br />
Dit vraagt om een intensieve samenwerking.<br />
<strong>Diefdijklinie</strong> | 4
46 | <strong>Diefdijklinie</strong><br />
10<br />
9<br />
8<br />
5<br />
6<br />
7<br />
4<br />
3<br />
2<br />
1<br />
1. batterij Diefdijk Noord - Lekdijk<br />
2. batterij Diefdijk Noord - midden<br />
3. batterij Diefdijk Noord - Prijsseweg<br />
4. geschutsbanket Wiel de Waai noord<br />
5. batterij Meerdijk Noord<br />
6. batterij Meerdijk Zuid<br />
7. groepsnest Meerdij<br />
8. batterij Nieuwe Zuiderlingedijk<br />
9. loopgraaf Nieuwe Zuiderlingedijk<br />
10. batterij Broekse Sluis
7 Batterijen, loopgraven en betonwerken<br />
Het herstel en de eigentijdse benutting van de batterijen van de <strong>Diefdijklinie</strong> is een cruciaal onderdeel van het ruimtelijk ontwerp. Het herstel van<br />
de wezenlijke kenmerken van de militaire architectuur van de batterijen laat de <strong>Diefdijklinie</strong> als hoofdverdedigingslijn van de Nieuwe Hollandse<br />
Waterlinie spreken. Het uitvoeringsproject <strong>Diefdijklinie</strong> gaat uit van de herinrichting van zeven artillerieopstelplaatsen en drie infanterielocaties.<br />
Dit hoofdstuk start met de algemene uitgangspunten voor de herinrichting en behandelt vervolgens de afzonderlijke ontwerpen.<br />
7.1 Ontwikkellocaties<br />
De herinrichting van de artillerie- en infanterielocaties laat de militaire<br />
historie van de <strong>Diefdijklinie</strong> herleven. Naast de educatieve doelstelling de<br />
cultuurhistorie van de Waterlinie wordt zichtbaar gemaakt is dit ook een l<br />
andschapsarchitectonische opgave. Het herstel van de historische<br />
ruimtelijke kenmerken is een bewuste eigentijdse ingreep voor de<br />
expressie van de Waterlinie en het recreatief gebruik voor de 21ste eeuw.<br />
De volgende artillerie- en infanterielocaties worden voorbereid:<br />
ensemble Diefdijk Noord<br />
1. batterij Diefdijk Noord - kruising Lekdijk<br />
2. batterij Diefdijk Noord - midden<br />
3. batterij Diefdijk Noord - kruising Prijsseweg/Lange Meent<br />
4. geschutsbanket Diefdijk - Wiel de Waai<br />
ensemble Meerdijk<br />
5. batterij Meerdijk Noord<br />
6. batterij Meerdijk Zuid<br />
7. groepsnest Meerdijk<br />
8. batterij Nieuwe Zuiderlingedijk<br />
9. loopgraaf Nieuwe Zuiderlingedijk<br />
10. batterij Broekse Sluis<br />
Ook de beide batterijopstelplaatsen langs de Lekdijk, Korte Meent en<br />
Hagestein, maken onderdeel uit van het batterijenstelsel van de<br />
<strong>Diefdijklinie</strong>. Deze batterijen maken geen onderdeel uit van het project<br />
Diefdijk. Het streven is deze locaties te ontwikkelen gekoppeld aan<br />
andere uitvoeringsprojecten/programma’s met dezelfde<br />
ontwikkelfilosofie. De batterijen langs de Lekdijk worden in deze<br />
rapportage niet nader beschreven.<br />
<strong>Diefdijklinie</strong> | 47
48 | <strong>Diefdijklinie</strong><br />
schilderhuis gedekte weg wegafsluiting taludtrap traverse emplacement borstwering<br />
kanonopstelplaats blindering/munitienis latrine versperring
7.2 Historische opbouw<br />
Belangrijke ingrepen voor het beter herkenbaar maken van de<br />
hoofdverdedigingslijn zijn het herstel van de geschutsbanketten voor de<br />
artillerie en het herstel van twee typen infanteriestellingen. Voordat tot<br />
een verantwoorde herinrichting overgegaan kan worden, is het van<br />
belang de historische opbouw goed te begrijpen.<br />
Deze paragraaf beschrijft de algemene karakteristieken. Verderop in dit<br />
hoofdstuk wordt de historie van de afzonderlijke batterijen behandeld.<br />
Batterij, opstelplaats voor artillerie<br />
Batterij heeft twee betekenissen: organisatorisch staat ‘batterij’ voor een<br />
aantal stukken geschut van gelijk type, samengevoegd in één organisatie<br />
en onderling vuurverband. Vestingbouwkundig staat ‘batterij’ voor een<br />
opstellingsplaats, eventueel op een bedding, voor een aantal stukken<br />
geschut, soms uitgevoerd als afzonderlijk klein verdedigingswerk.<br />
De batterijen worden ook wel batterijopstelplaatsen,<br />
geschutsemplacementen of geschutsbanketten genoemd.<br />
Langs de <strong>Diefdijklinie</strong> liggen alle geschutsemplacementen voor de<br />
artillerie aan de veilige zijde van de dijk. De dijk werd benut als ‘vuurlinie’.<br />
Achter het grondlichaam stonden de kanonnen, de manschappen en de<br />
munitie verdekt opgesteld.<br />
Grondwerk: emplacement, traversen en inrit<br />
Om de kanonnen op de juiste hoogte achter de dijk te plaatsen werden<br />
brede grondbanketten aangelegd; de emplacementen. Om de kanonnen<br />
tegen projectielen te beschermen, werden op het emplacement<br />
grondlichamen geplaatst; de traversen. De emplacementen waren voor<br />
materiaal vanaf de dijk bereikbaar via een hellingbaan, de inrit.<br />
Vorm en oriëntatie van de opbouw van het aardwerk variëren door de<br />
geschutsrichtingen en omdat ze zijn gebaseerd op<br />
verdedigingstechnieken van de betreffende tijdsperiode.<br />
Kanonopstelplaatsen<br />
Tussen de traversen werden de kanonnen geplaatst (zie tekening), op<br />
houten vlonders. Achter de wielen van het kanon werden houten blokken<br />
geplaatst om de terugslag op te vangen.<br />
Borstweringen<br />
In veel gevallen zijn de kanonopstelplaatsen omgrensd door<br />
keerwanden, de borstweringen. Deze werden opgebouwd uit materialen<br />
die in de omgeving beschikbaar waren, zoals boomstammen, planken,<br />
wilgentenen of schanskorven (korf gevuld met grond).<br />
Blinderingen, munitienissen<br />
Vaak waren de batterijen voorzien van één of meer munitienissen,<br />
geplaatst in een ruimte in een grondlichaam, beschermd tegen<br />
projectielinslagen. Met constructies van hout, vlechtwerk, aarde, steen of<br />
beton werden ruimten gecreëerd. Deze ruimten worden ook wel<br />
blinderingen genoemd.<br />
Gedekte schuilplaatsen<br />
Na de bouw van de aardwerken zijn gedekte schuilplaatsen toegevoegd<br />
aan een aantal batterijen. Deze betonnen schuilplaatsen bestaan uit een<br />
opslagruimte (verbruiksmagazijn) en een ruimte voor de manschappen<br />
(schuilplaats). De ruimten waren voorzien van schappen aan de wanden.<br />
Iedere schuilplaats had twee deuren en twee luiken, gemaakt van<br />
staalplaat en geklinknagelde gehengen.<br />
aanzicht gedekte schuilplaats<br />
principe plattegrond gedekte schuilplaats<br />
verbruiks<br />
magazijn<br />
schuilplaats manschappen magazijn<br />
principe opbouw kanonopstelplaats<br />
<strong>Diefdijklinie</strong> | 49
0 | <strong>Diefdijklinie</strong><br />
Maskering<br />
Uit de besteksomschrijving van 1880 voor het aanleggen en<br />
onderhouden van beplantingen op en bij verdedigingswerken in de<br />
Stelling Gorinchem blijkt wel dat ‘wilde kastanjes’ ingezet werden, naast<br />
iepen en schietwilgen.<br />
De besteksomschrijving geeft geen informatie over de aanleg van<br />
maskeringsbeplantingen op kleinere werken zoals batterijen. Maar<br />
gezien de ouderdom van de bomen is het wel aannemelijk dat de huidige<br />
paardekastanjes op de batterijen langs de Meerdijk en Zuiderlingedijk<br />
geplant zijn met een camouflagedoelstelling.<br />
Militaire landsgrens, limietpalen en afrastering<br />
Iedere batterij werd afgebakend met een rij limietpalen op de militaire<br />
landsgrens. Op deze natuurstenen blokken staat de letter ‘O’ gegraveerd,<br />
van het ministerie van Oorlog, en het nummer van de limietpaal.<br />
Het terrein werd afgegrensd met een hekwerk.<br />
limietpaal (boven) en traverse (onder)<br />
Latrine, schildershuis<br />
De plankaarten van de batterijen<br />
laten zien dat op de terreinen een<br />
ruimte was gereserveerd voor een<br />
schildershuis (wachthuis) en een<br />
latrine, vaak op tekening<br />
weergegeven met een haag<br />
rondom.<br />
maskeringsbeplanting batterij<br />
voorbeeld borstwering op een batterij
Loopgraaf 1916<br />
Langs de <strong>Diefdijklinie</strong> zijn in de Eerste Wereldoorlog op meerdere<br />
plaatsen loopgraven aangelegd. Karakteristiek voor deze periode is de<br />
ligging aan de veilige zijde van de dijk. Een tweetal betonnen<br />
schuilplaatsen langs de Nieuwe Zuiderlingedijk herinnert aan deze<br />
tijdsperiode.<br />
Grondwerk: getrapt profiel tegen de kruin van de dijk<br />
De dijk werd benut als vuurlinie. Achter de dijk stonden de soldaten<br />
verdekt opgesteld. Tegen de kruin van de dijk werd een getrapt<br />
grondwerk aangelegd, bestaande uit gestapelde graszoden en/of<br />
keerwandconstructies. Historische afbeeldingen laten tevens<br />
munitienissen in het grondwerk zien en betonnen schuilplaatsen, gedekt<br />
met grond.<br />
Rugweer<br />
Dit type loopgraaf werd ter bescherming vaak voorzien van een<br />
grondwal aan de achterzijde, soms voorzien van beplanting.<br />
infanteriestelling omstreeks de Eerste Wereldoorlog<br />
Loopgraaf 1939/1940, groepsnest<br />
Een groepsnest is een aarden veldversterking voor een groep infanterie<br />
van ongeveer tien of elf man, bewapend met geweren en een lichte<br />
mitrailleur. De groepsnesten zijn aangelegd tussen september 1939 en<br />
april 1940. In het Oostfront van de Vesting Holland zijn er circa 1000<br />
aangelegd. Na afloop van de mobilisatieperiode zijn alle groepsnesten<br />
opgeruimd.<br />
Grondwerk: in ophoging, gebroken tracé<br />
Veel van de groepsnesten kenmerkten zich door een ophoging van<br />
grond, waarin een loopgraaf werd uitgegraven. In de natte omgeving,<br />
met hoge grondwaterstanden, was dit noodzakelijk om droge voeten te<br />
houden. Het gebroken tracé van de loopgraaf diende tegen bescherming<br />
van inslaande projectielen. Aan de achterzijde diende een coupure in de<br />
grondwal als ingang.<br />
loopgraaf groepsnest Tweede Wereldoorlog loopgraaf groepsnest Tweede Wereldoorlog<br />
Borstwering en rugwering<br />
De loopgraven kenden een borst- en een rugwering. De buitenzijde was<br />
bekleed met graszoden, de binnenzijde bestond uit planken,<br />
wilgentenen of zandzakken.<br />
Groepsschuilplaatsen en kazematten<br />
Groepsschuilplaatsen en kazematten werden in veel gevallen<br />
geïntegreerd in de grondwallen.<br />
Hindernissen<br />
Met struikeldraden werd een hindernis rondom het groepsnest<br />
aangelegd, soms aangevuld met een waterbarriere welke ontstond door<br />
afgraving van het terrein voor de bouw van het groepsnest.<br />
<strong>Diefdijklinie</strong> | 1
2 | <strong>Diefdijklinie</strong><br />
7.3 Bouwstenen herinrichting<br />
Om de continuïteit van de hoofdverdedigingslijn te versterken worden de<br />
te ontwikkelen batterijen, geschutsbanketten en loopgraven in<br />
onderlinge samenhang, met dezelfde principes, behandeld en als één<br />
geheel ontworpen.<br />
Historische gelaagdheid<br />
Bij de herinrichting wordt de gehele historische gelaagdheid in<br />
beschouwing genomen. Het verloop in de tijd moet zichtbaar blijven en<br />
worden voortgezet door eigentijdse vormgeving voor nieuwe functies.<br />
Dit betekent dat het ontwerpproces een zoektocht is naar een passende<br />
ruimtelijke combinatie van historische kaartlagen, aanwezige objecten en<br />
toekomstige wensen. Juist de combinatie van de kenmerken van de tijd<br />
zal de kwaliteit van de plek vormen. Er wordt niet toegewerkt naar<br />
volledige reconstructie van één tijdlaag. Dit zou het verlies van relicten<br />
uit andere tijdlagen betekenen en de mogelijkheden voor toekomstig<br />
gebruik beperken.<br />
Behoud karakter<br />
De Waterlinie kenmerkt zich door een sfeer van geheimzinnigheid. Het is<br />
een landschap dat je moet ontdekken. Dan openbaren zich de<br />
aardwerken en mysterieuze betonnen bouwwerken, verdekt opgesteld<br />
in het landschap. De werken zijn gemaakt van eerlijke materialen; grond,<br />
hout, staal, beton. De vormgeving is utilitair, sober en terughoudend.<br />
Belangrijk uitgangspunt voor de herinrichting is het behoud van dit<br />
sobere en geheimzinnige karakter, als kernkwaliteit van de Linie.<br />
Eigentijdse materialisatie en gebruik<br />
Eens waren de batterijen afgesloten militaire terreinen, in de toekomst<br />
worden veel van deze plekken recreatief toegankelijk gemaakt om de<br />
Waterlinie en de omgeving beleefbaar te maken. Eigentijdse<br />
voorzieningen, ten behoeve van een duurzame en recreatieve<br />
herinrichting, krijgen een eigentijdse vormgeving en materialisatie. Deze<br />
eigentijdse ingrepen worden terughoudend, met respect voor het<br />
historisch karakter, uitgevoerd en in lijn met het gedachtengoed van het<br />
Handboek Meubilair Nieuwe Hollandse Waterlinie (Studio Klarenbeek)<br />
om herkenbaarheid, rust en landelijke eenheid te creëeren.<br />
Ontwikkeling batterijen en loopgraven<br />
De ontwikkeling van de batterijen en loopgraven kent een aantal<br />
repeterende elementen:<br />
Aardwerk<br />
De batterijen en loopgraven bestaan in essentie uit grondwerk; het<br />
emplacement, de traversen en inritten. Op basis van historisch<br />
kaartmateriaal worden de aardwerken opnieuw opgebouwd. De<br />
historische maatvoering (de hoogtes, afstanden en hellingshoeken) is<br />
leidend voor het ruimtelijk ontwerp. Per locatie is het historisch<br />
matenplan geconfronteerd met de actuele topografie en de eisen welke<br />
worden gesteld aan de huidige dijkveiligheid. De confrontatie heeft op<br />
details geleid tot eigentijdse aanpassingen; echter de essenties van de<br />
historische grondvormen zijn onverkort overeind gebleven. In de<br />
toekomst zijn deze hernieuwde aardwerken de militaire expressie van de<br />
het dijklichaam van de <strong>Diefdijklinie</strong>.<br />
Borstweringen<br />
Een deel van het aardwerk werd voorzien van grondkeringen. Bij<br />
sommige batterijen zijn delen van de traversen voorzien van<br />
borstweringen. Deze ‘tijdelijke’ voorzieningen werden ten tijde van<br />
oorlogsdreiging opgebouwd met materiaal uit de omgeving zoals<br />
boomstammen, planken, wilgentenen en zandzakken. Deze materialen<br />
zijn niet duurzaam en/of zeer onderhoudsintensief. Voor de materialisatie<br />
van deze onderdelen wordt aangesloten op het materiaalgebruik van het<br />
Liniemeubilair: zwart metaal. Zo wordt eenheid in uitstraling nagestreefd.<br />
Ook de keerwanden in de loopgraven worden opgebouwd uit zwart<br />
metalen planken. Eigentijds met historische inspiratie.<br />
Kanonopstelplaatsen<br />
De batterijen waren bedoeld voor de plaatsing van kanonnen. De locaties<br />
van de kanonnen op de aarden emplacementen zijn niet altijd als<br />
vanzelfsprekend herkenbaar, dus deze plekken worden in de ontwerpen<br />
geaccentueerd.<br />
Er worden geen kanonnen teruggeplaatst. Dit is een ‘te letterlijke’<br />
reconstructie. De kanonopstelplaatsen worden leesbaar gemaakt met<br />
sobere, robuuste betonobjecten. De betonobjecten zijn te gebruiken als<br />
bankje en er wordt informatie in verwerkt over de batterij en de<br />
omgeving.<br />
Blinderingen, munitienissen<br />
Op een aantal batterijen waren grondgedekte munitienissen aanwezig.<br />
Deze holle ruimten zijn geheel verdwenen en worden niet teruggebracht.<br />
Dat zijn kostbare ingrepen en er is geen nieuwe functie voor deze nissen.<br />
Militaire landsgrens, limietpalen en afrastering<br />
De nog aanwezige limietpalen op de voormalige militaire landsgrens<br />
blijven gehandhaafd en worden rechtop gezet. Er worden geen nieuwe<br />
limietpalen geplaatst, mochten deze ontbreken.<br />
Voor de rasters voor de terreinafbakening wordt gebruik gemaakt van het<br />
Handboek Meubilair NHW. De terreinen worden begrensd door zwart<br />
metalen palen (W-profiel) met gladde draad. Desgewenst worden<br />
poortjes en/of klaphekjes toegevoegd.<br />
<strong>Diefdijklinie</strong>boom<br />
Op een aantal batterijen staan in de huidige situatie paardekastanjes,<br />
vermoedelijk aangeplant als maskeringsboom. Dit geeft de militaire<br />
locaties van de <strong>Diefdijklinie</strong> een eigenheid in het landschap en verschaft<br />
de batterij intimiteit. De meeste kastanjes hebben een beperkte<br />
levensduur.<br />
Het streven is de batterijen in de toekomst te voorzien van een nieuwe<br />
‘<strong>Diefdijklinie</strong>boom’. Deze bomen worden achter op de<br />
geschutsemplacementen geplaatst. Dit geeft de batterijen rugdekking,<br />
intimiteit en het versterkt het asymmetrisch profiel van de Liniedijk,<br />
waarbij de veilige zijde verdicht is en de inundatiezijde open van karakter.<br />
Het ligt voor de hand paardekastanjes te gebruiken, maar gezien de<br />
huidige grote gevoeligheid voor de kastanjebloedingsziekte is dit<br />
onverstandig. Als alternatief voor de <strong>Diefdijklinie</strong>boom wordt nu gedacht<br />
aan het gebruik van de iep. Uit het historisch beplantingsbestek blijkt dat<br />
iepen in de regio Gorinchem eveneens werden ingezet in de Waterlinie.<br />
De voorkeur gaat uit naar de iep omdat het een markante boom is,<br />
waardoor de historische locaties geaccentueerd zullen worden in het<br />
landschap. Het is eveneens een boom die in het rivierenlandschap en op<br />
dijken historisch passend is. Om aantasting door de iepziekte te<br />
voorkomen kan de ‘Ulmus laevis’ (fladderiep of steeliep) gebruikt<br />
worden. In de uitwerkingsfase wordt de soortkeuze nader uitgewerkt.
Consolidatie schuilplaatsen<br />
Een aantal batterijplaatsen bevat gedekte schuilplaatsen. Om deze<br />
monumenten te behouden voor de toekomst worden in 2011-2012<br />
consoliderende werkzaamheden uitgevoerd. Vleermuisverblijf is in de<br />
meeste gevallen de nieuwe functie. In paragraaf 7.10 wordt hier nader op<br />
ingegaan.<br />
Recreatief gebruik<br />
Voor de recreatieve voorzieningen op de batterijen en bij de loopgraven,<br />
zoals bankjes, tafels, taludtrappen, hekwerken en fietsenrekken wordt<br />
het Handboek Meubilair NHW (Studio Klarenbeek) gebruikt.<br />
Voor het zit- en informatieobject op de kanonopstelplaatsen wordt in het<br />
kader van dit project een speciaal object ontworpen, passend in de stijl<br />
van het handboek.<br />
Weginrichting<br />
De batterijen worden gecombineerd met de aanleg van een<br />
verkeersplateau in het wegdek, binnen de contouren van de<br />
oorspronkelijke militaire landsgrens. Door deze verkeersremmer wordt<br />
het veiliger ter plekke van de recreatief te gebruiken batterij. Tevens<br />
wordt de weggebruiker op deze wijze geattendeerd op de aanwezigheid<br />
van een bijzondere locatie.<br />
Het verkeersplateau wordt aan weerszijden begrensd door twee robuuste<br />
betonnen drempels, met de inscriptie van het bouwjaar. Het wegdek<br />
tussen de drempels wordt gemaakt van gebakken klinkers. Hierdoor<br />
ontstaat een verbijzondering van het wegdek, gerelateerd aan de<br />
batterijen.<br />
Handboek Meubilair Nieuwe Hollandse Waterlinie<br />
Voor de Waterlinie is een handboek ontwikkeld voor eigentijdse<br />
toevoegingen aan de Linie zoals picknicksets, taludtrappen, hekwerken,<br />
verlichting, informatiepanelen, etcetera. In het handboek zijn de<br />
elementen gedetailleerd tot bouwtekeningen.<br />
Het doel van het Handboek Meubilair NHW (Studio Klarenbeek) is het<br />
creëren van uniformiteit in de voorzieningen die in deze bouwperiode<br />
worden geplaatst voor recreatie, educatie en veiligheid. En dat alles<br />
passend bij het eigen karakter van de Nieuwe Hollandse Waterlinie. Het<br />
Handboek Meubilair NHW en de bijbehorende besteksuitwerkingen zijn<br />
op de cd opgenomen.<br />
Verderop in dit hoofdstuk worden de maatregelen per locatie uitgewerkt.<br />
In hoofdstuk 8 komt de weginrichting nader aan de orde en in hoofdstuk<br />
9 wordt verder ingegaan op het Liniemeubilair.<br />
<strong>Diefdijklinie</strong> | 3
4 | <strong>Diefdijklinie</strong><br />
batterij aan de Lekdijk, bij de Korte Meent. Hiervan resteert enkel een grondbanket. batterij aan de Diefdijk, 3 identieke locaties tussen de Lekdijk en de Prijsseweg/Lange Meent
7.4 Batterijen Diefdijk Noord<br />
Langs het meest noordelijke deel van de Diefdijk, tussen de Lekdijk en de<br />
Prijsseweg, liggen restanten van de banketten van drie<br />
batterijopstelplaatsen.<br />
Verleden<br />
Het plan voor deze drie aarden emplacementen ten zuiden van het Fort<br />
bij Everdingen stamt uit 1879. Het hier in oorlogstijd op te stellen geschut<br />
bestreek de Prijsseweg en de hoger gelegen stroomrug aan de<br />
binnenzijde van de Goilberdingerdijk.<br />
Plan van het emplacement, bijlage III Memorie van verdediging<br />
Van de drie batterijen is één kaart beschikbaar, welke als ‘prototype’ voor<br />
alledrie bedoeld lijkt te zijn. Op de plattegrond is het emplacement<br />
zichtbaar op +5,4 hoogte, aan weerszijden overgaand in het<br />
tussenbanket halverwege het dijktalud (+4), welke gebruikt werd als<br />
gedekte weg voor de militairen. Op het emplacement zijn drie<br />
aardwerken ingetekend: de traversen. De buitenste aardwerken liggen op<br />
+8, het middelste grondlichaam op +10. Dat is een verrassend en<br />
indrukwekkend beeld, omdat de kruin van de dijk op +7 ligt. Het is<br />
verrassend omdat de overige batterijen langs de <strong>Diefdijklinie</strong> niet boven<br />
de dijk uitsteken. Het middelste grondlichaam diende, naast<br />
bescherming van het geschut, als ‘blindering’. In deze nis werd de<br />
munitie opgeslagen. Het noordelijke grondlichaam diende als travers en<br />
bood bescherming tegen buskruitgranaatinslagen. De zuidelijke<br />
(kleinere) travers diende als scherfweer omdat van deze zijde geen<br />
geschutdreiging was.<br />
Tussen de traversen werden de kanonnen opgesteld. Beide plekken<br />
boden ruimte voor ieder twee kanonnen (8 cm. en 12 cm.). De traversen<br />
zijn omzoomd door keerwanden (borstweringen). Opvallend is de<br />
afdekking van de dijkweg met grond, zelfs de traversen werden deels op<br />
de dijkweg geplaatst. Zo diende het aardwerk tevens als wegafsluiting.<br />
Onderaan de dijk is de locatie van een latrine zichtbaar. Bij de meest<br />
noordelijke geschutsplek is een ‘schilderhuis’, een wachtpost, gedacht.<br />
De batterij was toegankelijk via de gedekte weg en de beide hellingbanen<br />
ten noorden en zuiden van het emplacement.<br />
De tekening geeft de diverse hoogten weer, maar bevat geen matenplan,<br />
waardoor de schaal van de plattegrond onduidelijk is.<br />
<strong>Diefdijklinie</strong> |<br />
omgeving Diefdijk Noord ten tijde van de mobilisatie voor de Tweede Wereldoorlog; een veelheid aan loopgraafstelsels
6 | <strong>Diefdijklinie</strong><br />
huidige situatie batterij Diefdijk Noord - midden
Heden<br />
De drie nevenbatterijen langs de Diefdijk bij het Fort bij Everdingen zijn<br />
nauwelijks waarneembaar in het veld.<br />
Aan de westzijde van de Diefdijk ligt de meest noordelijke batterij tegen<br />
de kruising met de Lekdijk aan. Het is nu als het ware een ‘verbreed deel<br />
van het tussenbanket’ van de dijk. Het terrein bestaat volledig uit gras.<br />
De middelste batterij is het meest herkenbaar als grondvorm. Het is een<br />
verbreed tussenbanket, met daarop een aantal grondhopen. Aan de<br />
wegzijde staat een (niet oorspronkelijke) toegangspoort. Ook dit batterijrelict<br />
bestaat volledig uit gras.<br />
De meest zuidelijke batterij ligt tussen de kruising met de Prijsseweg en<br />
de inrit naar het achterliggende erf. De batterij ligt in de voortuin van de<br />
particuliere eigenaar, dicht op de schuur. Ook hier bestaat de batterij uit<br />
een verbreed tussenbanket. Op de batterij staat een aantal bomen.<br />
Er staan geen gebouwde objecten op de drie terreinen.<br />
De limietpalen zijn deels nog aanwezig.<br />
Hoogte<br />
<br />
<br />
Op de hoogtelijnen kaart tekent het grondwerk van de batterij zich af in<br />
het talud van de dijk.<br />
Eigendom en gebruik<br />
De zuidelijke en middelste batterijen zijn in particulier bezit. De eigenaren<br />
wonen in het bedrijf direct achter de zuidelijke batterij. De noordelijke<br />
batterij is deels in bezit van dezelfde particuliere eigenaar en deels in<br />
eigendom van Waterschap Rivierenland. Op dit moment worden de<br />
batterijen begraasd door schapen.<br />
Definitieve overeenstemming met de particulier eigenaar moet nog<br />
worden verkregen.<br />
Confrontatie heden-verleden<br />
De locaties van de drie batterijen komen overeen met militair-historische<br />
overzichtskaarten, maar de hoofdvormen van het grondwerk lijken in<br />
bijna niets op de indrukwekkende plankaart. De huidige grondvormen<br />
vertonen nauwelijks reliëf; de historische kaart op blz. 56 laat de bouw<br />
van de batterij in oorlogstijd zien met een zeer markant aardwerk.<br />
Waarschijnlijk zijn de huidige relicten slechts een basisplateau met<br />
grondopslag, om ten tijde van in stelling name afgebouwd te worden. Of,<br />
indien er wel sprake is geweest van in stellingname, dan zijn de batterijen<br />
grotendeels geslecht.<br />
huidige hoogtelijnen batterij Diefdijk Noord - Lekdijk huidige hoogtelijnen batterij Diefdijk Noord -midden huidige hoogtelijnen batterij Diefdijk Noord - Prijsseweg/Lange Meent<br />
<br />
<br />
<strong>Diefdijklinie</strong> | 7
8 | <strong>Diefdijklinie</strong><br />
aanzicht vanuit het oosten op Diefdijk Noord: markant profiel begin Diefdijk<br />
kruisingsplateau batterij<br />
(niet toegankelijk)<br />
plattegrond samenhang Diefdijk Noord<br />
herinrichten wegdek met gebakken klinkers<br />
en herstel historische verlichting<br />
batterij<br />
(publiek toegankelijk)<br />
wandelpad gedekte weg tussen<br />
batterij noord en midden<br />
batterij<br />
(publiek toegankelijk)<br />
met drempel aan<br />
noordijzde<br />
noord
Toekomst<br />
De drie batterijen langs het noordelijk deel van de Diefdijk worden<br />
ingericht op basis van de historische plankaart. De huidige grondwerken<br />
zijn zo minimaal aanwezig, dat ze voor het publiek (en vaak ook voor<br />
kenners) onherkenbaar zijn als onderdeel van militaire stelling van het<br />
Lek-acces. Door het oprichten van de batterijen, conform de essenties<br />
van het historisch plan voor oorlogstijd, wordt de herkenbaarheid van de<br />
Waterlinie sterk verbeterd en wordt een markant begin- en eindpunt van<br />
de <strong>Diefdijklinie</strong> gecreëerd in het landschap.<br />
De batterijen worden alle drie opnieuw ingericht vanwege de<br />
ensemblewaarde. Juist de ‘set van drie’ is kenmerkend voor Diefdijk<br />
Noord. Realisatie is nog wel afhankelijk van beschikbaarheid van budget<br />
en volledige medewerking van de particuliere eigenaar.<br />
De twee meest noordelijke batterijen worden publiek toegankelijk<br />
gemaakt. Zo worden dit aantrekkelijke rustpunten op de Diefdijkroute.<br />
Ze worden met elkaar verbonden door een wandelroute over de gedekte<br />
weg, op het tussenbanket van de dijk. De zuidelijke batterij blijft<br />
ontoegankelijk, omdat deze in de voortuin van de eigenaar ligt.<br />
Grondwerk: emplacement, traversen en inrit<br />
De historische plankaart is gedigitaliseerd en geprojecteerd op de actuele<br />
hoogtekaart. Op basis van historische kennis van de benodigde ruimte<br />
voor de kanonopstelplaatsen is de plankaart in de juiste maatvoering<br />
gezet, want een historisch matenplan ontbreekt. Enkel de hoogten zijn<br />
hierop vermeld.<br />
Het grondwerk wordt in de historische verhoudingen aangelegd. De<br />
afstand tot de kruin van de dijk is bepaald door het zogenaamde ‘profiel<br />
van vrije ruimte’ van de dijk. Deze afstand is nodig voor de<br />
waterveiligheid. De historische hoogten worden gehanteerd; de huidige<br />
dijkhoogte komt overeen met de historische dijkhoogte, waardoor de<br />
verhoudingen intact blijven. Deze hoogten zijn indrukwekkend; de twee<br />
buitenste traversen zijn +8, de middelste +10, ten opzichte van de kruin<br />
van de dijk op +7 NAP. Uniek gegeven van de batterijen van de Diefdijk is<br />
de historische ligging van de traversen op de kruin van de dijk, over de<br />
weg. Omdat de Diefdijk een doorgaande weg is, is er vanzelfsprekend<br />
geen sprake van een volledige aanleg van de traversen. Om het uniek<br />
historisch gegeven zichtbaar te maken, worden de traversen ‘afgesneden’<br />
door een betonwand. De afstand van deze wand tot de dijk is bepaald<br />
door de vereiste obstakelvrije afstand.<br />
Het grondwerk wordt geheel (met uitzondering van de borstweringen)<br />
bekleed met gras. Het gras op de inritten wordt verstevigd met<br />
grasbetonstenen voor de toegankelijkheid voor beheermateriaal.<br />
In vervolgfase dienen constructieberekeningen uitgevoerd te worden.<br />
Borstweringen<br />
Ook de historische keerwanden, de borstweringen, rondom de<br />
voormalige kanonopstelplaatsen worden hersteld. Zij maken immers<br />
essentieel onderdeel uit van de historische opbouw. Maar er wordt een<br />
eigentijdse en meer abstracte materialisatie gekozen door het gebruik<br />
van zwart metalen planken. Dit vanwege de gewenste duurzaamheid en<br />
de wens tot aanleg van onderhoudsarme objecten. Het zwart metaal<br />
komt voort uit de gekozen materialisatie voor het Liniemeubilair; een<br />
stoer, sober materiaal in kleur en uitstraling passend bij het sobere,<br />
utilitaire karakter van de Linie. Door de abstractie van de wand komt de<br />
architectonische kwaliteit van de stelling goed tot uiting. Het zwart<br />
metaal wordt een belangrijk basismateriaal voor de eigentijdse<br />
toevoegingen aan de Linie. Het zwarte metaal zal langs de <strong>Diefdijklinie</strong>,<br />
naast het Liniemeubilair, ook worden toegepast bij het dichtzetten van<br />
schuilplaatsen.<br />
Kanonopstelplaatsen<br />
Er worden geen kanonnen teruggeplaatst. Dit is een ‘te letterlijke<br />
reconstructie’. Op de middelste en noordelijke batterij wordt er een<br />
eigentijdse verwijzing gemaakt door op de historische locaties van de<br />
kanonnen (in tweetallen, dat is ook een uniek gegeven van de batterijen<br />
van Diefdijk Noord) recreatiebanken te plaatsen in de vorm van<br />
eenvoudige, robuuste betonblokken, waarin informatie wordt verwerkt.<br />
Op de zuidelijke batterij worden geen banken geplaatst, vanwege de<br />
ligging op het erf.<br />
Blinderingen, munitienissen<br />
Op iedere batterij was een munitienis, een blindering, bedoeld in het<br />
grondwerk van de middelste travers. Deze nis wordt niet als holle ruimte<br />
teruggebracht. Dat is een kostbare ingreep en heeft geen direct nut.<br />
<strong>Diefdijklinie</strong> | 9<br />
aanzicht vanuit het oosten<br />
aanzicht vanuit het westen
60 | <strong>Diefdijklinie</strong><br />
batterij Diefdijk Noord - Lekdijk<br />
W 2014<br />
batterij Diefdijk Noord - Prijsseweg/Lange Meent<br />
+5.40<br />
+7.01<br />
+5.40<br />
ca. 2:3<br />
+5.40<br />
+8.00<br />
+5.40<br />
+8.00<br />
2<br />
1,5<br />
7<br />
W 1879<br />
2<br />
7<br />
+10.00<br />
1,5<br />
+5.40<br />
+10.00<br />
1,5<br />
W 2014<br />
+5.40<br />
+5.40<br />
+8.00<br />
+7.01<br />
+8.00<br />
W 1879<br />
+7.01<br />
+5.40<br />
7<br />
5<br />
ca. 2:3<br />
+8.00<br />
+5.40<br />
+1.20<br />
2<br />
7<br />
+10.00<br />
+5.40<br />
1,5<br />
1<br />
batterij Diefdijk Noord - midden<br />
3<br />
2<br />
4<br />
6<br />
+8.00<br />
+5.40<br />
8<br />
+4.00<br />
+7.01<br />
1. aanleg geschutsbanket met traversen en inritten<br />
2. aanleg borstweringen met zwart metalen planken<br />
3. plaatsen betonnen objecten kanonopstelplaatsen<br />
4. afsnijden traversen met betonwanden<br />
en markering in wegdek<br />
5. aanplant <strong>Diefdijklinie</strong>bomen<br />
6. plaatsen raster en klaphek (Handboek Meubilair NHW)<br />
7. plaatsen picknickset (Handboek Meubilair NHW)<br />
8. herinrichting wegdek met gebakken klinkers <strong>Diefdijklinie</strong>
<strong>Diefdijklinie</strong>boom<br />
Bij de twee noordelijke batterijen wordt achter op het emplacement een<br />
rij ‘<strong>Diefdijklinie</strong>bomen’ geplant. Dit is een eigentijdse toevoeging<br />
(gebaseerd op historische inspiratie) die bij alle batterijen plaats zal<br />
vinden. Met een karakteristieke boomsoort worden de batterijen<br />
éénduidig gemarkeerd in het landschap, wordt de asymmetrie van het<br />
Waterlinieprofiel benadrukt en een meer intieme ruimte op de batterij<br />
gemaakt voor de bezoekers (zie 7.3).<br />
Op de zuidelijke batterij blijven, omwille van de privacy van de eigenaar,<br />
de reeds aanwezige bomen staan. Deze batterij blijft ontoegankelijk.<br />
Militaire landsgrens, limietpalen en afrastering<br />
De nog aanwezige limietpalen blijven gehandhaafd en worden rechtop<br />
gezet. Er worden geen nieuwe limietpalen geplaatst, mochten deze<br />
ontbreken.<br />
Het terrein wordt begrensd door een nieuw hekwerk met een poort/<br />
klaphek, in stijl van het Handboek Meubilair NHW. Zo wordt duidelijk<br />
onderscheid gemaakt tussen het publiek toegankelijk deel en het private<br />
terrein, waar schapen grazen.<br />
Weginrichting<br />
Het wegdek van de Diefdijk wordt tussen de kruising Prijsseweg/Lange<br />
Meent en de Goilberdingerdijk voorzien van grijsgroene gebakken<br />
klinkers. Deze klinker is geselecteerd vanwege de verwantschap met de<br />
uitstraling van de Linie. Hierdoor ontstaat een kwalitatief hoogwaardiger<br />
aanzicht van dit bijzonder wegvak, in samenhang met de drie batterijen<br />
en betonwerken. Wanneer tevens de historische houten verlichtingspalen<br />
worden hersteld, levert dit een passend ensemble op dat recht doet aan<br />
dit markante begin van de <strong>Diefdijklinie</strong> bij het Fort bij Everdingen.<br />
De batterijen worden gecombineerd met de aanleg van een<br />
verkeersremmers. Betonnen drempels met de inscriptie ‘W 1879’<br />
markeren het begin en eindpunt van de drie batterijen. De ‘W’ verwijsst<br />
naar Watrelinie en het jaartal geeft de bouwperiode weer. Samen met de<br />
klinkerbestrating wordt een verkeersremmend effect bereikt, zodat het<br />
veiliger wordt ter plekke van de recreatief te gebruiken batterij. Tevens<br />
wordt de weggebruiker op deze wijze geattendeerd op de aanwezigheid<br />
van een bijzondere locatie.<br />
<strong>Diefdijklinie</strong> | 61<br />
principe dwarsprofielen batterij Diefdijk Noord - midden
62 | <strong>Diefdijklinie</strong><br />
geschutsbanket Wiel de Waai noord<br />
9<br />
ca. + 6.50<br />
6<br />
7<br />
2<br />
8<br />
5<br />
ca. + 6.50<br />
1 4<br />
3<br />
10<br />
1. vlak maken geschutsbanket<br />
2. aanplant <strong>Diefdijklinie</strong>bomen<br />
3. plaatsen 2 picknicksets (Handboek Meubilair NHW)<br />
4. plaatsen taludtrap en fietsenrek (Handboek Meubilair NHW)<br />
(evt. subtiele verbreding berm t.b.v. fietsenrek)<br />
5. plaatsen taludtrap en klaphek (Handboek Meubilair NHW)<br />
6. aanplant doornhaag<br />
7. aanleg wandelpad<br />
8. creëren openheid, zicht banket op Wiel de Waai<br />
9. plaatsen inundatiebank (Handboek Meubilair NHW)<br />
10. optie aanleg toerit t.b.v. beheer (nader te bepalen)<br />
principe profiel geschutsbanket Wiel de Waai noord
7. Geschutsbanket Wiel de Waai<br />
Ten noorden van het Wiel de Waai ligt tegen het zuidelijk talud van de<br />
Diefdijk een voormalig geschutbanket. Het is een ovaalvormig<br />
grondlichaam, met daarop een aantal populieren. Er zijn geen restanten<br />
van een loopgraaf aanwezig, ook geen schuilplaatsen en restanten van<br />
aardwerken op het banket. Er zijn ook geen historische afbeeldingen van<br />
deze locatie beschikbaar.<br />
Vanwege de fraaie landschappelijke ligging aan het Wiel wordt deze<br />
locatie publiek toegankelijk gemaakt en opnieuw ingericht. De populieren<br />
worden voorafgaand aan de uitvoering van het Diefdijkproject al gekapt.<br />
In het project worden bomen herplant, er wordt picknickmeubilair<br />
(Handboek Meubilair NHW) geplaatst en de plek wordt met taludtrapjes<br />
toegankelijk gemaakt. Op de kruin van de dijk wordt een fietsenrek<br />
(Handboek Meubilair NHW) geplaatst. Onderaan het banket wordt een<br />
doornhaag geplant om de schapen buiten te houden.<br />
Een trapje leidt wandelaars de geschutsbank af naar een wandelpad<br />
richting het Wiel waar een inundatiebank geplaatst wordt.<br />
Om vanaf het banket beter zicht te krijgen op het Wiel moet het<br />
tussenliggende bos omgevormd worden naar een natuurstrook met een<br />
lage vegetatie.<br />
Om tot realisatie over te kunnen gaan dient nog wel definitieve<br />
toestemming van de particuliere eigenaar verkregen te worden.<br />
<strong>Diefdijklinie</strong> | 63<br />
huidig beeld geschutsbanket Wiel de Waai noord; verbreed banket met populieren
64 | <strong>Diefdijklinie</strong>
7.6 Batterijen en groepsnest Meerdijk<br />
Langs de Meerdijk liggen aan de westzijde twee batterijopstelplaatsen,<br />
bij dijkpaal D42 en 43. Aan de overzijde, tussen de nog aanwezige<br />
groepsschuilplaatsen en kazematten, is voor de aanvang van de Tweede<br />
Wereldoorlog een groepsnest aangelegd.<br />
Verleden<br />
De aarden batterijen langs de Linge ten noorden van het Fort bij Asperen<br />
werden aangelegd in 1845. Deze nevenbatterijen dienden ter afsluiting<br />
van de weg Acquoy-Asperen, het onder vuur houden van het Linge-acces<br />
en de verdediging van de terreininlaten van de Meerdijk. Ze werden in<br />
1899 verbeterd en in 1906 voorzien van een betonnen schuilplaats.<br />
Meerdijk zuid: plan van het emplacement tusschenbatterij no. 5, 1898<br />
Van de zuidelijk gelegen batterij langs de Meerdijk, emplacement no. 5,<br />
zijn twee historische bouwtekeningen beschikbaar; beide laten hetzelfde<br />
plan zien. Eén tekening stamt uit 1898. Het geeft de situering van de<br />
batterij op schaal 1:2500 weer, het plan en doorsnedes op schaal 1:200 en<br />
een detailtekening van het toegangshek op schaal 1:20.<br />
Het banket ligt parallel aan de Meerdijk, tegenover de aansluiting met de<br />
Kerkweg. Het banket ligt op +4,75 hoogte. Op het banket ligt een aantal<br />
grondlichamen. Een groot grondlichaam aan de noordzijde met aan de<br />
voet daarvan een kleiner aardwerk. De functie hiervan is tot op heden<br />
onduidelijk. Mogelijk was het grote aardwerk bedoeld om een munitienis<br />
in aan te leggen, maar daar is geen tekening of omschrijving van bekend.<br />
In het midden van de batterij liggen twee plateaus op +5,25. Uit de<br />
besteksomschrijving van 1897 blijkt dat deze plateaus dienden als<br />
geschutsplek. Dit is opvallend, omdat bij de overige batterijen de<br />
opstelplaatsen voor de kanonnen tussen de aardwerken staan in plaats<br />
van erop. Aan de zuidzijde ligt vervolgens het grondlichaam van de<br />
hellingbaan. Tevens ligt er aan de oostzijde van de batterij, tegen de kruin<br />
van de dijk aan, een langgerekt grondlichaam, aan de westzijde begrensd<br />
door een keerwand (blindering) zoals zichtbaar is op de doorsnede.<br />
Naast de plankaarten zijn er besteksomschrijvingen uit 1897 en 1904<br />
beschikbaar.<br />
Meerdijk zuid: gedekt onderkomen<br />
In een latere fase is er een gedekte schuilplaats ontworpen en in 1906<br />
toegevoegd aan het zuidelijk deel van de batterij. Er is geen<br />
bouwtekening van deze schuilplaats beschikbaar.<br />
Meerdijk noord: batterij met gedekt onderkomen<br />
Van het aardwerk van de batterij en de schuilplaats aan het noordelijk<br />
deel van de Meerdijk zijn geen bouwtekeningen beschikbaar.<br />
Groepsnest Meerdijk<br />
Ten oosten van de Meerdijk is in 1939/40 een aantal loopgraafstelsels<br />
met groepsschuilplaatsen en kazematten aangelegd. Op luchtfoto’s van<br />
1939/40 is de aanleg hiervan zichtbaar. De witte vlekken laten de<br />
zandbanen zien van de bouwlocaties. Een aantal loopgraven is al gereed.<br />
Tevens is er een foto uit deze periode beschikbaar, waarop de aanleg van<br />
een loopgraaf zichtbaar is.<br />
Langs de Meerdijk liggen drie groepsschuilplaatsen, type P, en twee<br />
kazematten uit de periode 1939/40.<br />
groepsnest Meerdijk in aanleg<br />
<strong>Diefdijklinie</strong> | 6<br />
historische kaarten batterijen bij Asperen (boven locatie huidige rotonde N327, midden Meerdijk-Kerkweg)<br />
luchtfoto van de in stelling name van de Meerdijk voor de Tweede Wereldoorlog; links een gerealiseerd groepsnets, midden en rechts het groepsnest in aanbouw waarbij het witte zand zichtbaar is
66 | <strong>Diefdijklinie</strong><br />
de restanten van het groepsnest Meerdijk: groepsschuilplaatsen en kazematten
Heden<br />
De beide batterijen langs de Meerdijk zijn nog goed herkenbaar in de<br />
uiterwaard van de Linge. De noordelijke batterij springt het meest in het<br />
oog, door de meer open ligging en de open uiterwaard op de achtergrond<br />
met het stadssilhouet van Asperen. De batterij bestaat uit een<br />
emplacement met duidelijk zichtbare, echter wel afgesleten, traversen<br />
tot op kruinhoogte van de dijk. Het geheel bestaat uit gras. Op de<br />
traversen staan oude paardekastanjes en achter op het emplacement<br />
staat een rij wilgen. Tegen de kruin van de dijk ligt een gedekte<br />
schuilplaats.<br />
De zuidelijke batterij ligt meer verscholen in de beplanting van de<br />
omgeving, maar ook deze batterij heeft afgesleten, maar duidelijk<br />
aanwezig grondwerk met het oorspronkelijk militair profiel. Ook op deze<br />
batterij staan kastanjes. En er is een gedekte schuilplaats aanwezig.<br />
Aan de oostzijde van de Meerdijk liggen drie groepsschuilplaatsen, type P<br />
en twee kazematten. Van het loopgraafstelsel van het groepsnest is niets<br />
meer waarneembaar.<br />
Hoogte<br />
Op de hoogtelijnenkaart tekent het grondwerk van de batterijen zich<br />
duidelijk af in de omgeving. Ook de ligging van de gedekte schuilplaatsen<br />
is zichtbaar.<br />
Eigendom en gebruik<br />
Het terrein is in eigendom bij Waterschap Rivierenland. Op dit moment<br />
wordt de batterij niet gebruikt. Enkel een vleermuis bewoont de gedekte<br />
schuilplaats (noord) in de winterperiode. De groepsschuilplaatsen en<br />
kazematten aan de oostzijde van de dijk liggen op particulier 5 terrein.<br />
0 10 20 30<br />
Meters<br />
1:200<br />
Gedekte schuilplaats<br />
De bouwkundige staat van de gedekte schuilplaats op de noordelijke<br />
batterij is redelijk. De schuilplaats op de zuidelijke batterij is in zeer<br />
slechte staat. Er zijn geen luiken en deuren meer aanwezig en het beton is<br />
sterk aantast door vernielingen. De groepsschuilplaatsen zijn, op een<br />
paar kleine beschadigingen na, in prima staat. De kazematten verkeren in<br />
slechte staat; de koepels zijn in de oorlog verwijderd, het beton is ernstig<br />
beschadigd. De kazematten zitten vol met grond en er groeit beplanting<br />
in.<br />
hoogtelijnen huidige situatie batterij Meerdijk Zuid (Kerkweg)<br />
Beplanting<br />
Op de beide batterijen staan bomen, vooral paardekastanjes. De bomen<br />
zijn alle op leeftijd en deels hebben ze (grote) stormschade. De aan de<br />
oostzijde van de dijk gelegen schuilplaatsen en kazematten zijn deels<br />
overgroeid met bomen en struiken.<br />
0 5 10 20 30<br />
Meters<br />
1:200<br />
hoogtelijnen huidige situatie batterij Meerdijk Noord<br />
Confrontatie heden-verleden<br />
Van de noordelijke batterij is geen historische kaart beschikbaar. In het<br />
terrein en op de hoogtekaart is echter nog wel heel duidelijk de<br />
‘klassieke’ grondvorm van een batterij zichtbaar.<br />
De terreinvorm van de zuidelijke batterij vertoont de nodige afwijkingen<br />
t.o.v. het oorspronkelijk plan. De feitelijke situatie is compacter dan de<br />
plantekening. De hoofdvormen zijn wel herkenbaar. Het grondwerk is nu<br />
duidelijk minder verfijnd door slijtage.<br />
<strong>Diefdijklinie</strong> | 67
68 | <strong>Diefdijklinie</strong><br />
Meerdijk Noord
<strong>Diefdijklinie</strong> | 69<br />
gedekte schuilplaats batterij Meerdijk Zuid (Kerkweg) gedekte schuilplaats batterij Meerdijk Zuid (boven) en overwoekerde groepsschuilplaats van het oorspronkelijk groepsnest ten oosten van de Meerdijk
70 | <strong>Diefdijklinie</strong><br />
W 1899<br />
5<br />
4<br />
6<br />
+1.20<br />
7<br />
handhaven twee kastanjes<br />
nog te onderzoeken<br />
+3.0<br />
2<br />
+6.8<br />
5.50<br />
5.50<br />
+5.0 +5.0<br />
3<br />
+1.0<br />
+5.0<br />
+3.0<br />
+6.8<br />
+6.8<br />
+2.2<br />
1<br />
+3.0<br />
+1.2<br />
+3.6<br />
+3.9<br />
9<br />
12<br />
10<br />
handhaven, herstellen en openzetten orgineel hekwerk<br />
1. herstel aardwerk batterij Meerdijk Noord<br />
2. plaatsen betonobject kanonopstelplaats<br />
3. aanplant <strong>Diefdijklinie</strong>boom<br />
4. behoud bomen<br />
5. plaatsen Liniehekwerk (Handboek Meubilair NHW)<br />
(W-profielpalen met draadraster)<br />
6. plaatsen taludtrap (Handboek Meubilair NHW)<br />
+3.0<br />
11<br />
6<br />
7<br />
+6.8<br />
8<br />
trap in verlengde schuilplaatsdeur<br />
4<br />
W 1899<br />
handhaven twee kastanjes<br />
nog te onderzoeken<br />
7. plaatsen picknickset (Handboek Meubilair NHW)<br />
8. plaatsen Liniehekwerk (Handboek Meubilair NHW)<br />
(W-profielen met kruisdraden, tevens fietsenrek)<br />
9. aanleg verkeersplateau gebakken klinkers en Waterliniedrempels<br />
10. aanleg grondwerk groepsnest met loopgraaf<br />
11. consolidatie/restauratie gedekte schuilplaats<br />
12. ruigte rondom loopgraaf<br />
grens aanbrengen kleipakket dijkverbetering
Toekomst<br />
De beide batterijen langs de Meerdijk worden gereconstrueerd en<br />
publiek toegankelijk gemaakt als recreatieve rustplek. Dit betekent voor<br />
de zuidelijke batterij dat het emplacement voor fietsers en wandelaars<br />
toegankelijk wordt gemaakt. De noordelijke batterij krijgt een meer<br />
intensieve recreatieve functie, door het toegankelijk maken van de<br />
gedekte schuilplaats, in combinatie met de beleving van het opnieuw aan<br />
te leggen groepsnest en de openstelling van de groepsschuilplaats en de<br />
kazemat aan de overzijde van de dijk.<br />
Er wordt, buiten de scope van dit project, gestreefd naar het ontsluiten<br />
van deze locaties met een educatieve route, bijvoorbeeld vanuit het Fort<br />
bij Asperen. Tevens wordt tussen de beide batterijen een wandelpad<br />
aangelegd, in het kader van het project Lingekwartier. Dit wandelpad<br />
wordt onderlangs de Meerdijk aangelegd, los van de druk bereden<br />
rijbaan op de dijk.<br />
Batterijen<br />
Grondwerk: emplacement, traversen en inrit<br />
Het nog aanwezige grondwerk van de batterij Meerdijk Noord wordt<br />
opnieuw in profiel gebracht. Dit afgesleten grondwerk is nog redelijk<br />
zichtbaar maar door de consolidatiewerkzaamheden voor de gedekte<br />
schuilplaats en het verwijderen van de bomen omwille van de veiligheid<br />
zal het grondwerk verder beschadigd worden. De strakke profilering<br />
gebeurt op basis van de actuele hoogten; er is immers geen historische<br />
plankaart aanwezig.<br />
Er is een duidelijk verschil tussen de actuele situatie van het grondwerk<br />
van Meerdijk Zuid en de historische plankaart. Ook hier is het grondwerk<br />
nog redelijk zichtbaar, maar zal het verder beschadigd worden door de<br />
noodzakelijke verwijdering van de bomen en de consolidatie van de<br />
schuilplaats. Het huidig grondwerk vormt de basis voor de reconstructie<br />
van het grondwerk; wanneer de historische plankaart als basis wordt<br />
genomen zou de gehele batterij verbouwd moeten worden. De<br />
herstelwerkzaamheden bieden wel mogelijkheden om het huidig profiel<br />
aan te scherpen en uit te breiden met een aantal historisch relevante<br />
onderdelen, zoals de borstwering tegen de kruin van de dijk.<br />
De beide grondwerken worden geheel (met uitzondering van de<br />
borstweringen) bekleed met gras. Het gras op de inritten wordt<br />
gedeeltelijk verstevigd voor de toegankelijkheid voor beheermateriaal.<br />
dijkversterkingsmaatregel<br />
+1.20<br />
principeprofiel<br />
+2.20<br />
+3.60<br />
1:1<br />
+3.90<br />
1:1<br />
2:3<br />
4:1 4:1<br />
2:3<br />
0.80<br />
principe profielen batterij Meerdijk Noord<br />
<strong>Diefdijklinie</strong> | 71<br />
schaal 1:100<br />
principe opbouw groepsnest Meerdijk met groepsschuilplaats en kazemat
+1.4<br />
72 | <strong>Diefdijklinie</strong><br />
+1.3<br />
+1.3<br />
+1.8<br />
+1.8<br />
+3<br />
+4<br />
A B<br />
schaal 1:100<br />
Linie hekwerk boom<br />
trap<br />
Linie hekwerk<br />
weg + verkeersplateau<br />
+4,75<br />
+4.75<br />
+5,25<br />
+5.25<br />
C D<br />
schaal 1:100<br />
Linie hekwerk<br />
boom<br />
borstwering<br />
weg + verkeersplateau<br />
inrit<br />
E F<br />
schaal 1:100<br />
Linie hekwerk<br />
boom<br />
kanonopstelplaats borstwering<br />
weg + verkeersplateau<br />
inrit<br />
+7<br />
ca. +7<br />
ca. +7<br />
ca. +7<br />
+5,4<br />
+4.4<br />
+3<br />
+2.2<br />
+2.2<br />
+2.4<br />
referentie dijkprofiel Meerdijk<br />
= huidig dijkprofiel Meerdijk 20 meter ten noorden van doorsnede AB van batterij Meerdijk Zuid<br />
referentie dijkprofiel Meerdijk<br />
= huidig dijkprofiel Meerdijk 20 meter ten noorden van doorsnede AB van batterij Meerdijk Zuid<br />
referentie dijkprofiel Meerdijk<br />
= huidig dijkprofiel Meerdijk 20 meter ten noorden van doorsnede AB van batterij Meerdijk Zuid<br />
10<br />
5<br />
3<br />
+1.80<br />
+3,80<br />
W 1899<br />
+3.00<br />
+3.00<br />
1<br />
6<br />
+4.00<br />
1,50<br />
1:7<br />
1:2<br />
+4.75<br />
+7.00<br />
1:2<br />
5<br />
4<br />
6<br />
5,5<br />
+5.25<br />
1:2<br />
ca. 2:3<br />
4:5<br />
+4.75<br />
1:2<br />
+5.25<br />
1:2<br />
1:2<br />
1:2<br />
2<br />
11<br />
4:5<br />
4:5<br />
1:2<br />
1:2<br />
8,20<br />
1:2<br />
8<br />
+7.00<br />
+7.00<br />
6,80<br />
7<br />
+7.00<br />
9<br />
W 1899<br />
1. herstel aardwerk batterij Meerdijk Zuid<br />
2. plaatsen betonobject kanonopstelplaats<br />
3. aanplant <strong>Diefdijklinie</strong>bomen<br />
4. consolidatie gedekte schuilplaats (2011/2012)<br />
5. plaatsen Liniehekwerk (Handboek Meubilair NHW)<br />
(W-profielpalen met draadraster)<br />
6. plaatsen taludtrap (Handboek Meubilair NHW)<br />
7. plaatsen picknickset (Handboek Meubilair NHW)<br />
8. plaatsen Liniehekwerk (Handboek Meubilair NHW)<br />
(W-profielen met kruisdraden, tevens fietsenrek)<br />
9. aanleg verkeersplateau gebakken klinkers en Waterliniedrempels<br />
10. terugzetten bosrand t.b.v. groei bomen batterij<br />
11. aanleg borstwering
Borstwering<br />
Op batterij Meerdijk wordt conform het historisch plan de historische<br />
borstwering hersteld. Deze maakt onderdeel uit van de historische<br />
opbouw, maar er wordt een eigentijdse en meer abstracte materialisatie<br />
gekozen door het gebruik van zwart metalen planken. Dit vanwege de<br />
gewenste duurzaamheid en de wens tot aanleg van onderhoudsarme<br />
objecten. Het zwart metaal komt voort uit de gekozen materialisatie voor<br />
het Liniemeubilair; een stoer, sober materiaal in kleur en uitstraling<br />
passend bij het sobere, utilitaire karakter van de Linie. Door de abstractie<br />
van de wand komt de architectonische kwaliteit van de stelling goed tot<br />
uiting. Het zwart metaal wordt een belangrijk basismateriaal voor de<br />
eigentijdse toevoegingen aan de Linie. Het zal langs de <strong>Diefdijklinie</strong>,<br />
naast het Liniemeubilair, ook worden toegepast bij het dichtzetten van<br />
schuilplaatsen.<br />
Op de batterij Meerdijk Noord worden geen borstweringen geplaatst. De<br />
huidige situatie biedt hiervoor geen aanleiding en historische informatie<br />
is niet aanwezig.<br />
Kanonopstelplaatsen<br />
Er worden geen kanonnen teruggeplaatst. Dit is een ‘te letterlijke<br />
reconstructie’. Op de middelste en noordelijke batterij wordt er een<br />
eigentijdse verwijzing gemaakt door op de historische locaties van de<br />
kanonnen recreatiebanken te plaatsen in de vorm van eenvoudige,<br />
robuuste betonblokken waarin ook informatie verwerkt zal worden.<br />
<strong>Diefdijklinie</strong>boom<br />
Op de beide batterijen worden nieuwe bomen aangeplant, achter op de<br />
emplacementen. Dit is een eigentijdse toevoeging, op historische<br />
inspiratie, die bij alle batterijen plaats zal vinden. Hierdoor worden de<br />
batterijen éénduidig gemarkeerd in het landschap, wordt de asymmetrie<br />
van het Waterlinieprofiel benadrukt en een meer intieme ruimte op de<br />
batterij gemaakt voor de bezoekers (zie 7.3).<br />
Militaire landsgrens, limietpalen en afrastering<br />
De nog aanwezige limietpalen blijven gehandhaafd en worden rechtop<br />
gezet. Er worden geen nieuwe limietpalen geplaatst, mochten deze<br />
ontbreken.<br />
Het terrein wordt begrensd door een nieuw hekwerk met een poort,<br />
conform het Handboek Meubilair NHW. Zo wordt duidelijk onderscheid<br />
gemaakt tussen het publiek toegankelijk deel en het achterliggende<br />
natuurgebied in de uiterwaard van de Linge.<br />
Gedekte schuilplaatsen<br />
Op de gedekte schuilplaats op batterij Meerdijk Noord worden consolidatiewerkzaamheden<br />
uitgevoerd (2011-2012) en het interieur wordt deels in<br />
oorspronkelijke staat gebracht voor educatieve doelen. Onder<br />
begeleiding kan de schuilplaats bezocht worden.<br />
De schuilplaats op de zuidelijke batterij is in slechte staat. De<br />
noodzakelijke bouwkundige consolidatiewerkzaamheden worden<br />
uitgevoerd, maar de verdwenen luiken en deuren worden niet<br />
teruggebracht. Het object behoud zijn ruïne-achtig uiterlijk en vormt<br />
daarmee een contrast met de open te stellen schuilplaats op de<br />
noordelijke batterij. Om vandalisme te voorkomen wordt de zuidelijke<br />
schuilplaats afgedicht. Dit gebeurt op eigentijdse wijze door de plaatsing<br />
van zwart stalen objecten in de openingen; een duidelijk contrast met het<br />
historisch betonwerk, maar wel passend binnen de sfeer van de Linie en<br />
de andere eigentijdse toevoegingen.<br />
Weginrichting<br />
De batterijen worden gecombineerd met de aanleg van een<br />
verkeersplateau in het wegdek, binnen de contouren van de<br />
oorspronkelijke militaire landsgrens. Door deze verkeersremmer wordt<br />
het veiliger ter plekke van de recreatief te gebruiken batterij. Tevens<br />
wordt de weggebruiker op deze wijze geattendeerd op de aanwezigheid<br />
van een bijzondere locatie.<br />
Het verkeersplateau wordt aan weerszijden begrensd door twee robuuste<br />
betonnen drempels, met de insciptie van het bouwjaar. Het wegdek<br />
tussen de drempels wordt gemaakt van gebakken klinkers. Hierdoor<br />
ontstaat een verbijzondering van het wegdek, gerelateerd aan de<br />
batterijen.<br />
Groepsnest<br />
Aan de oostzijde van de Meerdijk wordt, als enige locatie langs de<br />
<strong>Diefdijklinie</strong>, een groepsnest aangelegd bij de zuidelijke kazemat en<br />
groepsschuilplaats. Zo wordt de betekenis van de betonwerken<br />
inzichtelijk en beleefbaar gemaakt voor een breed publiek.<br />
De inrichting vindt plaats op basis van historische luchtfoto’s van<br />
1939/40. Van deze locatie is op de luchtfoto nog geen aangelegd<br />
groepsnest zichtbaar, enkel de voorbereidende werkzaamheden. Op het<br />
naastgelegen terrein ligt al wel een loopgraaf. Van de bouw van het<br />
groepsnest is een foto beschikbaar.<br />
Op basis van deze informatie is, samen met historisch expert judgement,<br />
een groepsnest ‘nagebouwd’ ten behoeve van educatie en beleving.<br />
Er is gekozen voor deze locatie vanwege de ligging in het recreatief<br />
netwerk van Lingekwartier.<br />
Grondwerk en dijkverbetering<br />
Rondom de betonwerken wordt een grondpakket opgebracht, bovenop<br />
het kleipakket dat het waterschap in de ondergrond aanbrengt voor de<br />
dijkverbetering.<br />
Bovenop het grondpakket worden de borst- en rugweringen aangelegd,<br />
op basis van historische maatvoeringen en de karakteristieke<br />
zigzagpatronen. Zoals ook bij de batterijen worden er geen tijdelijke<br />
houten materialen voor de keerwanden gebruikt, maar worden zwart<br />
metalen planken ingezet om duurzame wanden te maken met<br />
historische verhoudingen. Zo ontstaat samenhang met de overige<br />
Waterlinie-ingrepen.<br />
Groepsschuilplaatsen en kazematten<br />
Aan de groepsschuilplaatsen worden (in 2011-2012) beperkte consolidatie<br />
werkzaamheden uitgevoerd. Ze worden met een zwart stalen deur<br />
dichtgezet. Deze deuren gaan binnen de betonnen opening vallen, zodat<br />
het huidige effect van de ingang als ‘open ruimte in het beton’ intact<br />
blijft. De meest noordelijke schuilplaats wordt gecamoufleerd met grond,<br />
als onderdeel van het groepsnest. Deze schuilplaats wordt, onder<br />
begeleiding, publiek toegankelijk. Hier worden de orginele deuren in<br />
geplaatst en het streven is dan ook hier het interieur te herstellen en de<br />
oorspronkelijk bedoelde periscoop aan te brengen.<br />
Het beton van de zuidelijke kazemat wordt waar nodig hersteld en het<br />
werk wordt opnieuw geopend, zodat het betreden kan worden.<br />
De noordelijke kazemat blijft als ruïne gehandhaafd, overwoekerd met<br />
beplanting. Dit levert binnen dit ensemble een contrast op tussen heden<br />
en verleden.<br />
Routes en terreinafbakening<br />
Met een taludtrap (Handboek Meubilair NHW) wordt het groepsnest<br />
verbonden met de batterij aan de overzijde van de dijk. Het terrein van<br />
het groepsnest wordt omkaderd door een strook met ruig grasland, om<br />
uitloop van het publiek te voorkomen.<br />
<strong>Diefdijklinie</strong> | 73
74 | <strong>Diefdijklinie</strong>
7.7 Batterij Nieuwe Zuiderlingedijk<br />
Batterij Nieuwe Zuiderlingedijk ligt direct ten zuidwesten van Asperen,<br />
ter hoogte van dijkpaal D47-48.<br />
Verleden<br />
Deze aarden batterij, ook wel ‘emplacement voor tusschenbatterij no. 6<br />
achter den Nieuwen zuider-Lingedijk’ genoemd, werd aangelegd in 1848.<br />
De batterij grendelde het Linge-acces af. In 1903 werd het aardwerk<br />
voorzien van een bomvrije betonnen schuilplaats. De aanwezigheid van<br />
de vele verdedigingswerken bij Asperen onderstreept het belang van de<br />
Linge als aanvoerroute van Waalwater via het inundatiekanaal bij Tiel.<br />
Plan van het emplacement 1901<br />
Op de bouwtekening van 1901 zijn een plattegrond en doorsnede van het<br />
emplacement op schaal 1:200 en een situatietekening op 1:2500<br />
getekend.<br />
Karakteristiek is de schuine ligging van het banket op de dijk, gericht op<br />
de Linge. Het banket heeft een hoogte van +5,30 meter. Op het banket<br />
liggen de aardwerken van de traversen met een hoogte van +7. Dat is een<br />
beperkt hogere ligging dan de kruin van de dijk, welke op +6,70 ligt. De<br />
kaart geeft een exacte weergave het matenplan, met hoogtecijfers,<br />
afstanden en hellingshoeken van taluds. Het terrein is ontsloten via een<br />
hellingbaan aan de westzijde. De militaire landsgrond is afgebakend met<br />
negen limietpalen.<br />
Plan van het gedekt onderkomen 1902<br />
Op de bouwtekening van 1902 is de latere toevoeging van de gedekte<br />
schuilplaats ingetekend in een plattegrond op schaal 1:200. Tevens zijn<br />
van de schuilplaats een plattegrond, doorsnede en standgezicht op<br />
schaal 1:50 toegevoegd.<br />
De plattegrond laat de locatie van de schuilplaats tegen de kruin van de<br />
dijk, op het westelijk deel van de batterij zien. Het gedekt onderkomen<br />
bestaat uit een schuilplaats voor manschappen en een<br />
verbruiksmagazijn. In beide ruimten zijn de bergplanken ingetekend.<br />
De voorzijde is voorzien van twee stalen deuren en ramen met stalen<br />
luiken. Tegenover de schuilplaats is een gronddepot zichtbaar.<br />
<strong>Diefdijklinie</strong> | 7<br />
plattegrond gedekte schuilplaats historische kaart batterij Nieuwe Zuiderlingedijk
76 | <strong>Diefdijklinie</strong>
Heden<br />
De batterij Nieuwe Zuiderlingedijk is als met (ruig) gras bedekt<br />
grondwerk in het landschap zichtbaar. De batterij ligt open, onbeplant<br />
tegen het dijktalud aan, omgrensd door een smalle strook natuurgebied<br />
met opgaande beplanting. Op de achtergrond is de kern Asperen<br />
zichtbaar.<br />
De batterij bestaat uit een banket met grondwallen en een gedekte<br />
schuilplaats. Het terrein is omgrensd door een hekwerk. Aan de westzijde<br />
resteren twee betonnen palen van een voormalige poort. Enkele<br />
limietpalen zijn nog verdekt aanwezig tussen het gras.<br />
Hoogte<br />
Op de hoogtelijnen kaart tekent het grondwerk van de batterij zich<br />
duidelijk af in de omgeving. Ook de ligging van de schuilplaats is<br />
zichtbaar.<br />
Eigendom en gebruik<br />
Het terrein is in eigendom bij het Waterschap Rivierenland en raakt aan<br />
het grondgebied van Staatsbosbeheer. Op dit moment wordt de batterij<br />
gebruikt door een particulier met hobbypaarden.<br />
huidige hoogtelijnen van batterij Nieuwe Zuiderlingedijk<br />
Gedekte schuilplaats<br />
De gedekte schuilplaats heeft beschadigingen aan het beton, de deuren<br />
en de luiken.<br />
Confrontatie heden-verleden<br />
De hoofdvormen van het grondwerk van de batterij komen overeen met<br />
de historische kaarten, evenals de ligging van de gedekte schuilplaats.<br />
Wanneer het historisch matenplan op de actuele hoogtekaart<br />
geprojecteerd wordt zijn er grote overeenkomsten en één opvallende<br />
uitzondering. In het terrein liggen vier traversen terwijl op alle historische<br />
kaarten slechts drie traversen ingetekend staan. De oorzaak van deze<br />
afwijking is tot op heden niet verklaard. Het is opvallend dat de ruimten<br />
tussen de twee meest westelijke grondwallen overeenkomen met de<br />
historische kaarten en passen bij de maatvoering van een<br />
kanonopstelplaats. De meest oostelijke ruimte is te klein om een kanon<br />
te plaatsen. Hierdoor valt het te betwijfelen dat de meest oostelijk<br />
gelegen grondwal oorspronkelijk is.<br />
<strong>Diefdijklinie</strong> | 77<br />
huidig aanzicht van batterij Nieuwe Zuiderlingedijk
78 | <strong>Diefdijklinie</strong><br />
9<br />
+3,85<br />
3,5<br />
8<br />
5<br />
4:5<br />
4<br />
1<br />
W 1 9 0 1<br />
3<br />
7<br />
1:1<br />
+5,30<br />
6<br />
7<br />
+/- 1:2<br />
+5.30<br />
1:1<br />
1<br />
5,50<br />
8<br />
2<br />
+7<br />
1:1<br />
6<br />
8.70<br />
7.10<br />
1.10<br />
4:5<br />
18.90<br />
+6.95 +6.70<br />
grens van den militairen landsgrond<br />
2<br />
6<br />
1<br />
3<br />
4:5<br />
+5.30<br />
2<br />
W 1 9 0 1<br />
5<br />
+3,90<br />
4<br />
+6,70<br />
1. herstel aardwerk batterij Nieuwe Zuiderlingedijk<br />
2. plaatsen betonobject kanonopstelplaats<br />
3. aanplant <strong>Diefdijklinie</strong>bomen<br />
4. consolidatie gedekte schuilplaats (2011/2012)<br />
5. plaatsen Liniehekwerk (Handboek Meubilair NHW)<br />
(W-profielpalen met draadraster)<br />
6. plaatsen taludtrap (Handboek Meubilair NHW)<br />
7. plaatsen Liniehekwerk (Handboek Meubilair NHW)<br />
(W-profielen met kruisdraden, tevens fietsenrek)<br />
8. aanleg verkeersplateau gebakken klinkers en Waterliniedrempels
Toekomst<br />
De batterij langs de Nieuwe Zuiderlingedijk wordt met behulp van het<br />
historisch matenplan opnieuw onder profiel gebracht.<br />
De batterij wordt toegankelijk gemaakt voor fietsers en wandelaars door<br />
aanleg van een aantal voorzieningen.<br />
Grondwerk: emplacement, traversen en inrit<br />
De oorspronkelijk strakke profilering van het emplacement en de<br />
traversen wordt hersteld. Het nieuwe profiel komt grotendeels overeen<br />
met het bestaande profiel, maar dan met de oorspronkelijke strakke<br />
+0.60<br />
+5.30<br />
contouren. Enkel de oostelijke punt wordt gewijzigd; hier is waarschijnlijk<br />
nooit een traverse bedoeld, terwijl er in de actuele situatie wel een<br />
grondwal ligt. Waarschijnlijk is deze wal later als een soort van<br />
gronddepot aangelegd, want de tussenruimte die in de huidige situatie<br />
resteert is niet geschikt voor plaatsing van een kanon.<br />
De historische hoogten worden gehanteerd; de huidige dijkhoogte komt<br />
overeen met de historische dijkhoogte waardoor de verhoudingen intact<br />
blijven.<br />
Het grondwerk wordt geheel bekleed met gras. Het gras op de inritten<br />
wordt verstevigd voor de toegankelijkheid voor beheermateriaal.<br />
Kanonopstelplaatsen<br />
Er worden geen kanonnen teruggeplaatst. Dit is een ‘te letterlijke’<br />
reconstructie. Op batterij wordt er een eigentijdse verwijzing gemaakt<br />
door op de historische locaties van de kanonnen recreatiebanken te<br />
plaatsen in de vorm van eenvoudige, robuuste betonblokken, met daarin<br />
verwerkt informatie over de batterij en omgeving.<br />
Gedekte schuilplaats<br />
De gedekte schuilplaats wordt met een aantal beperkte maatregelen<br />
geconsolideerd, de luiken en deuren worden hersteld en opnieuw<br />
geschilderd. De karakteristieke verweerde sfeer blijft intact.<br />
De schuilplaats wordt afgesloten voor publiek. Hij wordt geschikt<br />
gemaakt als vleermuisverblijf.<br />
+6.95<br />
+6.70<br />
+ 3.90<br />
<strong>Diefdijklinie</strong>boom<br />
Achter op het emplacement wordt een rij <strong>Diefdijklinie</strong>bomen geplant. Dit<br />
is een eigentijdse toevoeging (op historische inspiratie) die bij alle<br />
batterijen plaats zal vinden. Hierdoor worden de batterijen éénduidig<br />
gemarkeerd in het landschap, wordt de asymmetrie van het<br />
Waterlinieprofiel benadrukt en een meer intieme ruimte op de batterij<br />
gemaakt voor de bezoekers (zie 7.3).<br />
Militaire landsgrens, limietpalen en afrastering<br />
De nog aanwezige limietpalen blijven gehandhaafd en worden rechtop<br />
gezet. Er worden geen nieuwe limietpalen geplaatst, mochten deze<br />
ontbreken.<br />
Het terrein wordt begrensd door een nieuw hekwerk met een poort,<br />
conform het Handboek Liniemeubilair. Zo wordt duidelijk onderscheid<br />
gemaakt tussen het publieke deel en het achterliggende natuurgebied.<br />
Weginrichting<br />
De batterij wordt gecombineerd met de aanleg van een verkeersplateau<br />
in het wegdek, binnen de contouren van de oorspronkelijke militaire<br />
landsgrens. Door deze verkeersremmer wordt het veiliger ter plekke van<br />
de recreatief te gebruiken batterij. Tevens wordt de weggebruiker op<br />
deze wijze geattendeerd op de aanwezigheid van een bijzondere locatie.<br />
Het verkeersplateau wordt aan weerszijden begrensd door twee robuuste<br />
betonnen drempels, met de insciptie ‘....’. Het wegdek tussen de<br />
drempels wordt gemaakt van gebakken klinkers. Hierdoor ontstaat een<br />
verbijzondering van het wegdek, gerelateerd aan de batterijen.<br />
+ 6.80<br />
principeprofiel batterij Nieuwe Zuiderlingedijk<br />
huidig dijkprofiel / profiel vrije ruimte<br />
op basis van flymap<br />
<strong>Diefdijklinie</strong> | 79
80 | <strong>Diefdijklinie</strong><br />
Kerkweg<br />
5<br />
3<br />
2<br />
6<br />
1<br />
4<br />
7<br />
Nieuwe Zuiderlingedijk<br />
1. aanleg loopgraafbanket type 1916<br />
2. aanleg rugweer<br />
3. aanplant <strong>Diefdijklinie</strong>bomen<br />
4. consolidatie gedekte schuilplaats (2011/2012)<br />
5. plaatsen picknickset (Handboek Meubilair NHW)<br />
6. plaatsen fietsenrek (Handboek Meubilair NHW)<br />
7. handhaven huidige dijkafrit
7.8 Loopgraaf Nieuwe Zuiderlingedijk<br />
Langs de Meerdijk wordt een groepsnest aangelegd, ter verbeelding van<br />
een infanteriestelling uit de periode van de Tweede Wereldoorlog. Langs<br />
de Nieuwe Zuiderlingedijk wordt een loopgraaf gemaakt om de<br />
verdedigingstechniek van de Eerste Wereldoorlog inzichtelijk te maken,<br />
nabij de schuilplaats uit 1916. Er is geen historisch beeld- of<br />
kaartmateriaal van deze locatie beschikbaar. De loopgraaf wordt<br />
gebouwd op basis van referentiefoto’s en expert judgement.<br />
Type 1916<br />
Kenmerkend voor de loopgraven uit de mobilisatieperiode van de Eerste<br />
Wereldoorlog is de ligging achter de hoofdverdedigingslijn. De loopgraaf<br />
ligt trapsgewijs tegen de kruin van de dijk; de dijk is de vuurlinie. De<br />
loopgraaf is een mooie aanvulling op de nog aanwezige betonnen<br />
schuilplaats uit deze periode.<br />
Getrapt profiel<br />
De aanleg van de loopgraaf bestaat uit het maken van een grondpakket<br />
vanaf de gedekte weg (tussenbanket dijk) tot aan de kruin van de dijk. Dit<br />
grondpakket wordt voorzien van een getrapt profiel. Vanaf dit banket<br />
kon de soldaat gedekt schieten over de kruin van de dijk. De overige<br />
treden (zwart metalen keerwanden en treden van grauwacke) zijn nodig<br />
om het hoogteverschil met de gedekte weg te overbruggen. Het banket<br />
wordt onderverdeeld door een aantal traversen van gestapelde<br />
graszoden. Aan de achterzijde wordt een ‘rugweer’ geplaatst; een<br />
grondwal met gestapelde zoden aan de binnenzijde.<br />
Schuilplaats<br />
Er zijn geen consolidatiewerkzaamheden nodig voor het behoud van de<br />
gedekte schuilplaats. Om vandalisme te voorkomen wordt de<br />
schuilplaats afgesloten met zwart stalen platen, onopvallend geplaatst<br />
binnen de openingen om het huidige ruimtelijk effect te behouden. Deze<br />
bouwkundige ingreep vindt in 2011-2012 plaats en valt daarmee buiten<br />
de scope van het uitvoeringsproject <strong>Diefdijklinie</strong>.<br />
Recreatieplek<br />
De loopgraaf is een landschappelijk aantrekkelijke locatie, met een<br />
ensemble van schuilplaats 1916, loopgraaf 1916 en een groepsschuilplaats<br />
1939/1940. Er worden twee tafels met banken en bovenaan de dijk een<br />
fietsenrek (Handboek Meubilair NHW) aan toegevoegd. Het huidige<br />
bankje en fietsenrek wordt verwijderd. Tevens wordt er een aantal<br />
<strong>Diefdijklinie</strong>bomen geplaatst. Zo neemt de initimiteit van de ruimte toe<br />
en wordt op subtiele wijze deze geschutsplek gemarkeerd.<br />
2:3<br />
1,5<br />
+4,0 NAP<br />
4:1<br />
0,5<br />
4:1<br />
0,5<br />
+6,6 NAP<br />
principe profiel loopgraaf met getrapt profiel aan de dijkzijde en een rugweer zuidkant<br />
te verwijderen recreatiemeubilair (boven) en overzicht loopgraaflocatie (beneden)<br />
1,3<br />
0,3<br />
<strong>Diefdijklinie</strong> | 81<br />
gedekte schuilplaats
82 | <strong>Diefdijklinie</strong>
7.9 Batterij aan de Broekse Sluis<br />
De batterij aan de Broekse Sluis ligt aan de Zuiderlingedijk, bij dijkpaal<br />
D66 direct ten oosten van het gemaal Broekse Sluis.<br />
Verleden<br />
De batterij aan de Broekse Sluis, ook wel het ‘emplacement voor<br />
tusschenbatterij no. 9 achter den Zuider-Lingedijk’ genoemd, werd in<br />
1901 aangelegd en diende ter verdediging van de Broekse Sluis.<br />
Plan van het emplacement 1901<br />
Op de bouwtekening van 1901 zijn twee situaties ingetekend met<br />
plattegronden en bijbehorende doorsnedes op schaal 1:200 en een<br />
situatietekening op schaal 1:2500.<br />
Eén tekening geeft het plan van het zanddepot weer, de andere tekening<br />
laat het plan van het emplacement in oorlogstijd zien.<br />
Het banket ligt parallel aan de Zuiderlingedijk en heeft een hoogte van<br />
+5,45. De traversen hebben een hoogte van +7, gelijk aan de hoogte van<br />
de kruin van de dijk. De steile hellingen op de plattegrond en de<br />
doorsnedes laten zien dat op delen van de traversen blinderingen<br />
(keerwanden) zijn toegepast. In de traversen zijn munitienissen<br />
ingetekend, evenals in het westelijke grondlichaam. De kaart geeft een<br />
exacte weergave het matenplan, met hoogtecijfers afstanden en<br />
hellingshoeken van taluds. Het terrein is ontsloten via een hellingbaan<br />
aan de westzijde. De ‘militairen landsgrond’ is afgebakend met zes<br />
limietpalen. De doorsnede laat het oorspronkelijk hekwerk zien dat<br />
rondom het terrein bedoeld was.<br />
Gedekt onderkomen<br />
In een latere fase is er een gedekte schuilplaats ontworpen; deze is nog<br />
aanwezig op de batterij ter plekke van het westelijk grondlichaam waar<br />
de munitienis is ingetekend. Er is geen bouwtekening van deze<br />
schuilplaats beschikbaar. Op basis van de gelijkenis met de gedekte<br />
schuilplaatsen op de batterijen Nieuwe Zuiderlingedijk en Meerdijk lijkt<br />
het waarschijnlijk dat deze schuilplaats in de periode 1903-1906 is<br />
gebouwd.<br />
Groepsschuilplaats 1939/1940<br />
Onder de dreiging van het begin van de Tweede Wereldoorlog is<br />
onderaan de batterij een groepsschuilplaats, type P gebouwd.<br />
<strong>Diefdijklinie</strong> | 83
84 | <strong>Diefdijklinie</strong>
Heden<br />
De batterij aan de Zuiderlingedijk, nabij de Broekse Sluis, is een goed<br />
bewaard geheim. Verstopt onder de boomkruinen ligt het emplacement<br />
van de batterij met in de westhoek de inrit en daarnaast de gedekte<br />
schuilplaats. Bij de schuilplaats staan diverse bomen en op het<br />
emplacement staan twee rijen kastanjes, direct langs de dijkweg en<br />
achter op de rand van het emplacement. Er zijn geen traversen aanwezig<br />
op de batterij. Onderaan de batterij ligt een groepsschuilplaats van het<br />
type P. Op het emplacement, aan de oostzijde, staat een<br />
transformatorhuisje van Eneco.<br />
Op de terreingrens staat een vervallen hekwerk, met versleten<br />
betonpalen. Op de grenslijn zijn nog limietpalen aanwezig.<br />
Hoogte<br />
Op de hoogtelijnen kaart tekent het grondwerk van de batterij zich<br />
duidelijk af in de omgeving. Ook de ligging van de schuilplaats is<br />
zichtbaar.<br />
Eigendom en gebruik<br />
Het terrein is in eigendom bij Staatsbosbeheer en in eigendom en gebruik<br />
bij Eneco.<br />
huidige hoogtelijnen batterij Broekse Sluis<br />
Gedekte schuilplaats<br />
De gedekte schuilplaats heeft beschadigingen aan het beton en aan de<br />
luiken en deuren.<br />
Beplanting<br />
Op de batterij staat een dubbele rij paardekastanjes. Een deel van de<br />
bomen heeft stormschade. Daarnaast staat er beplanting rondom de<br />
gedekte schuilplaats. Deze heeft een functie voor de aanwezige<br />
vleermuizen.<br />
Confrontatie heden-verleden<br />
De hoofdvormen van het grondwerk van de batterij komen overeen met<br />
de historische kaart van het emplacement in vredestijd. Grote afwijking<br />
in het geheel is het later toegevoegde transformatorgebouw van Eneco.<br />
<strong>Diefdijklinie</strong> | 8<br />
uitval van kastanjes (boven) en het Lingelandschap achter de batterij (beneden)
86 | <strong>Diefdijklinie</strong><br />
aanberming dijkverbetering<br />
6<br />
W 1 9 0 1<br />
1<br />
6<br />
5 2<br />
7<br />
nr. 45<br />
+4.00<br />
4<br />
+7.00<br />
5<br />
+5.45<br />
1. herstel aardwerk batterijBroekse Sluis<br />
8<br />
3<br />
1<br />
+1.00<br />
10<br />
2<br />
1:1<br />
A B<br />
+5.45<br />
5,5<br />
grens van den militairen landsgrond<br />
2. plaatsen betonobject kanonopstelplaats<br />
3. aanplant <strong>Diefdijklinie</strong>bomen<br />
4. consolidatie gedekte schuilplaats (2011/2012)<br />
5. plaatsen Liniehekwerk (Handboek Meubilair NHW)<br />
(W-profielpalen met draadraster)<br />
6. behoud bomen nabij schuilplaats (opkronen bij entree)<br />
7. plaatsen Liniehekwerk (Handboek Meubilair NHW)<br />
(W-profielen met kruisdraden, tevens fietsenrek)<br />
8. aanleg verkeersplateau gebakken klinkers en Waterliniedrempels<br />
9. aanleg borstweringen met zwart metaal<br />
10. terugzetten bosrand t.b.v. groei bomen batterij<br />
2<br />
1:1<br />
+7.00<br />
+5.45<br />
5,5<br />
aanberming dijkverbetering<br />
9<br />
2<br />
1:1<br />
6<br />
+5.45<br />
5,5<br />
W 1 9 0 1<br />
1<br />
nr. 45<br />
2<br />
+4.00<br />
4:5<br />
+7.00<br />
2<br />
5<br />
W 1 9 0 1<br />
DP. D66<br />
+5.45<br />
4<br />
+1.00<br />
2<br />
3<br />
1:1<br />
A B<br />
+5.45<br />
5,5<br />
grens van den militairen landsgrond<br />
2<br />
1:1<br />
+7.00<br />
aanberming dijkverbetering<br />
+7.00<br />
nr. 39<br />
Eneco<br />
2<br />
+6.00<br />
2<br />
4:5<br />
2<br />
W 1 9 0 1<br />
DP. D66<br />
4<br />
3<br />
aanberming dijkverbetering<br />
+7.00<br />
nr. 39<br />
nr. 37<br />
nr. 37<br />
variant met behoud van het transformatorgebouw
Toekomst<br />
De batterij langs de Zuiderlingedijk, nabij de Broekse Sluis, wordt met<br />
behulp van het historisch matenplan opnieuw onder profiel gebracht.<br />
Hierbij wordt het plan voor het emplacement in oorlogstijd gebruikt,<br />
omdat dit de architectuur van de Linie beter laat spreken dan het plan<br />
voor de vredestijdsituatie, wat enkel bestaat uit een banket. Juist het<br />
grondwerk van de traversen laat het militair karakter herleven. De<br />
batterij wordt toegankelijk gemaakt voor fietsers en wandelaars, door<br />
aanleg van een aantal voorzieningen.<br />
Grondwerk: emplacement, traversen en inrit<br />
De oorspronkelijk strakke profilering van het emplacement en de<br />
traversen wordt hersteld. De grenzen van het basement blijven intact, de<br />
‘vloer’ wordt rechtgetrokken op oorspronkelijke hoogte en daarop<br />
worden de traversen hersteld, met behulp van het historisch matenplan.<br />
Het grondwerk wordt bekleed met gras, de borstweringen worden<br />
opgebouwd uit zwart metalen platen.<br />
+1.00<br />
schaal 1:100<br />
A B<br />
+5.45<br />
+7.00<br />
principe profiel batterij Broekse Sluis<br />
indicatief dijkprofiel<br />
op basis van DP. D66<br />
Op het terrein is later een transformatorgebouw van de Eneco<br />
toegevoegd. Dit gebouw staat deels op de locatie van de voormalige<br />
traversen en staat dus een volledig herstel in de weg. Het heeft de<br />
voorkeur het gebouw te verwijderen, maar dit is afhankelijk van nog<br />
lopende gesprekken met de eigenaar. Indien het gebouw blijft staan, dan<br />
wordt van deze laatste traverse enkel een aanzet gemaakt. Ten oosten<br />
van het gebouw wordt een inrit voor werkzaamheden gerealiseerd.<br />
Bij batterij Broekse Sluis is de variant met behoud van het transformatorgebouw<br />
vertrekpunt voor de technische uitwerking. Mocht in de komende periode<br />
overeenstemming worden bereikt over verwijdering van het gebouw, dan wordt de<br />
optimale inrichtingsvariant richtinggevend.<br />
Kanonopstelplaatsen<br />
Er worden geen kanonnen teruggeplaatst. Dit is een ‘te letterlijke<br />
reconstructie’. Op batterij wordt er een eigentijdse verwijzing gemaakt<br />
door op de historische locaties van de kanonnen recreatiebanken te<br />
plaatsen in de vorm van eenvoudige, robuuste betonblokken, met daarin<br />
verwerkt informatie over de locatie.<br />
Gedekte schuilplaats<br />
De gedekte schuilplaats wordt in 2011-2012 met een aantal beperkte<br />
maatregelen geconsolideerd, de luiken en deuren worden hersteld en<br />
opnieuw geschilderd. De karakteristieke verweerde sfeer blijft intact.<br />
De schuilplaats wordt afgesloten voor publiek. Hij wordt geschikt<br />
gemaakt als vleermuisverblijf. De beplanting bij de voorzijde van de<br />
schuilplaats blijft gehandhaafd voor de vleermuizen.<br />
Aan de groepsschuilplaats uit 1939/1940 worden geen maatregelen<br />
genomen. Deze ligt op deels particulier terrein.<br />
<strong>Diefdijklinie</strong>boom<br />
De dubbele rij kastanjes op het emplacement wordt verwijderd, vanwege<br />
de geringe resterende levensduur en de verkeersveiligheid. Achter op het<br />
emplacement wordt een rij <strong>Diefdijklinie</strong>bomen geplant; op afstand van<br />
de weg en buiten het profiel van vrije ruimte van de dijk. Hierdoor<br />
worden de batterijen éénduidig gemarkeerd in het landschap, wordt de<br />
asymmetrie van het Waterlinieprofiel benadrukt en een meer intieme<br />
ruimte op de batterij gemaakt voor de bezoekers. (zie 7.3)<br />
Militaire landsgrens, limietpalen en afrastering<br />
De nog aanwezige limietpalen blijven gehandhaafd en worden rechtop<br />
gezet. Er worden geen nieuwe limietpalen geplaatst, mochten deze<br />
ontbreken.<br />
Het terrein wordt begrensd door een nieuw hekwerk, conform het<br />
Handboek Meubilair NHW. Zo wordt duidelijk onderscheid gemaakt<br />
tussen het publieke deel en het achterliggende natuurgebied.<br />
Weginrichting<br />
De batterij wordt gecombineerd met de aanleg van een verkeersplateau<br />
in het wegdek, binnen de contouren van de oorspronkelijke militaire<br />
landsgrens. Door deze verkeersremmer wordt het veiliger ter plekke van<br />
de recreatief te gebruiken batterij. Tevens wordt de weggebruiker op<br />
deze wijze geattendeerd op de aanwezigheid van een bijzondere locatie.<br />
Het verkeersplateau wordt aan weerszijden begrensd door twee robuuste<br />
betonnen drempels, met de inscriptie ‘1901’. Het wegdek tussen de<br />
drempels wordt gemaakt van gebakken klinkers. Hierdoor ontstaat een<br />
verbijzondering van het wegdek, gerelateerd aan de batterijen.<br />
Voorziening toegankelijkheid achterliggende percelen<br />
Op dit moment is er geen goede toegang vanaf de dijk naar de<br />
achterliggende percelen. Om de ontsluiting te verbeteren wordt een<br />
betonnen dijktrap (zoals bij project Molenkade) ten westen van de<br />
batterij aangelegd.<br />
<strong>Diefdijklinie</strong> | 87
88 | <strong>Diefdijklinie</strong><br />
7.10 Schuilplaatsen en kazematten<br />
Een aantal van de gedekte schuilplaatsen, groepsschuilplaatsen en<br />
kazematten langs de <strong>Diefdijklinie</strong> wordt in 2011/2012 geconsolideerd.<br />
Er is een consolidatieplan gemaakt (Bunker Q) dat is gebaseerd op de<br />
volgende hoofdlijnen:<br />
Gedekte schuilplaatsen<br />
Waar nodig voor het behoud van het gebouw worden beschadigingen<br />
aan het beton gerepareerd met betonreparatiemortel. De grond op<br />
lekkende daken wordt afgegraven, er wordt dakbedekking aangebracht<br />
(Kimmenade Novacell) en de gronddekking wordt teruggebracht.<br />
De nog aanwezige deuren en luiken worden roestvrij gemaakt,<br />
gerepareerd en geschilderd.<br />
De bestaande draaiende delen en de gehengen worden grijsgroen<br />
geschilderd NCS S7010-B70G. De vaste geveldelen als plankdragers,<br />
luikwervels en spuwers worden zwart, RAL 9005.<br />
Waar nodig worden nieuwe slotkasten en gietijzeren handgrepen<br />
geplaatst. Ook de luikwervels worden hersteld en indien ontbrekend<br />
nieuw aangebracht. In enkele gevallen worden de hardstenen<br />
duimstenen vernieuwd.<br />
De schuilplaats op batterij Meerdijk Zuid heeft geen deuren en luiken<br />
meer; de schuilplaats heeft een ruïne-achtige uitstraling. Om vandalisme<br />
te voorkomen is het gewenst de schuilplaats af te sluiten. Dit gebeurt op<br />
een eigentijdse wijze door het aanbrengen van licht uitstekende zwarte<br />
metalen dozen. Deze nieuwe stalen delen worden antractiet geschilderd,<br />
NCS S8010 - B10G.<br />
Alle schuilplaatsen vleermuisvriendelijk inrichten<br />
Om de schuilplaatsen meer geschikt te maken voor vleermuizen worden<br />
de volgende maatregelen genomen:<br />
- schoonmaken<br />
- aanbrengen 100 mm zand op de vloer<br />
- plaatsen ‘vleermuisplafonnieres’<br />
- plaatsen regenwaterton<br />
- aanbrengen invliegopeningen (rond 40 mm) in de gevel<br />
Restauratie en openstelling gedekte schuilplaats Meerdijk Noord<br />
De gedekte schuilplaats op de batterij Meerdijk Noord wordt, onder<br />
begeleiding, publiek toegankelijk gemaakt. De binnenzijde van het<br />
wachtlokaal wordt voorzien van nieuw stucwerk op het plafond, de<br />
plankdragers worden hersteld en er worden nieuwe kozijnen en ramen<br />
geplaatst. In een later stadium, wanneer afspraken zijn gemaakt met een<br />
toekomstige beheerder, kan worden overwogen om de schuilplaats<br />
verder in te richten t.b.v. educatie over de batterijen.<br />
gedekte schuilplaats batterij Meerdijk Zuid (Diefdijk-Kerkweg)<br />
‘vleermuisplafonniiere’ ontwerp van Bunker Q<br />
eigentijds dichtzetten van gedekte schuilplaats Meerdijk Zuid met zwart metalen objecten
Groepsschuilplaatsen<br />
Er liggen tientallen groepsschuilplaatsen langs de <strong>Diefdijklinie</strong>. Soms als<br />
een groep, soms alleen of in een lijnopstelling. Bij het merendeel zal op<br />
het eerste oog niets veranderen; de eigenheid, het verweerde, bemoste<br />
uiterlijk is een mooie kwaliteit. De schuilplaatsen in eigendom van de<br />
overheden worden waar nodig geconsolideerd door de beschadigingen<br />
aan de gevel subtiel te repareren met reparatiemortel.<br />
Een aantal schuilplaatsen krijgt een nieuwe functie of bijzondere<br />
behandelingen om de diverse aspecten van deze betonwerken onder de<br />
aandacht te brengen.<br />
Vleermuisvriendelijk inrichten<br />
Veel van de schuilplaatsen op grondgebied van Staatsbosbeheer worden<br />
vleermuisvriendelijk ingericht. Hiervoor wordt 200-300 mm zand op de<br />
vloer aangebracht en wordt een ‘vleermuisplafonniere’ opgehangen,<br />
zoals ook bij de gedekte schuilplaatsen.<br />
De groepsschuilplaatsen worden afgesloten door zwartstalen ‘dozen’. De<br />
dozen worden ‘terugliggend’ in de opening geplaatst, waardoor ze<br />
worden opgenomen in de schaduwwerking van het oorspronkelijk ‘gat’.<br />
Indien nodig wordt bestaand metselwerk verwijderd. Deze maatregelen<br />
worden in een ander project georganiseerd en vallen dus buiten de scope<br />
van het uitvoeringsproject <strong>Diefdijklinie</strong>.<br />
Restauratie en openstelling groepsschuilplaats Meerdijk<br />
Eén van de groepsschuilplaatsen langs de Meerdijk wordt publiek<br />
toegankelijk gemaakt, als onderdeel van het groepsnest. In deze<br />
schuilplaats worden de oorspronkelijke deuren hersteld, de traptreden<br />
worden voorzien van nieuwe stalen slipranden en schuifluiken en<br />
roosters worden hersteld. Aan de buitenzijde komt een nieuwe<br />
rookafvoerpijp. In een later stadium kan de schuilplaats nog verder<br />
ingericht worden, bijvoorbeeld met een periscoop die oorspronkelijk<br />
aangelegd zou worden.<br />
Doorgezaagde groepsschuilplaats Molenkade<br />
In het gebied Molenkade is één van de groepsschuilplaatsen (nr. 599)<br />
doorgezaagd naar ontwerp van Rietveld Landscape en Atelier De Lyon.<br />
Het idee hierachter is dat door één van de ontoegankelijke<br />
groepsschuilplaatsen door te zagen het ‘geheim’ van de Waterlinie als<br />
het ware ‘ontsloten’ is. De toegang tot het Molenkadegebied is daarmee<br />
spectaculair geworden. Het wandelpad er doorheen lijkt uit te lopen in<br />
de achterliggende inundatieplas. De palen naast de steiger geven de<br />
vroegere inundatiehoogte aan.<br />
Half-afgebouwde schuilplaats<br />
Niet alle schuilplaatsen zijn in 1939-1940 afgebouwd. Aan de westzijde<br />
van het Fort bij Everdingen staat een half-afgebouwd exemplaar. Het<br />
streven is deze om te vormen tot een uitzichtplateau, vanwaaruit de<br />
uiterwaarden van de Lek ervaren kunnen worden. Hierbij wordt de<br />
‘bouwplaats’ het vormgevingsthema (ontwerp Studio Klarenbeek).<br />
Deze opgave valt buiten de scope van het <strong>Diefdijklinie</strong>project.<br />
Schuilplaatsen 1916<br />
Het beton van de schuilplaats langs de Nieuwe Zuiderlingedijk wordt op<br />
een paar plekken gerepareerd. Ter bescherming tegen vandalisme<br />
worden beide ingangen afgesloten door aan de binnenzijde een<br />
zwartstalen schuifdeur, in de gekante vorm van het bouwwerk, aan te<br />
brengen.<br />
plaatsen van zwart stalen deuren in de gedekte schuilplaats 1916 (Bunker Q)<br />
dichtzetten groepsschuilplaatsen met zwart stalen deur, invallend in de opening (Bunker Q)<br />
Kazematten<br />
De kazematten bij de Meerdijk worden geconsolideerd en de meest<br />
zuidelijke wordt publiek toegankelijk gemaakt als onderdeel van het te<br />
reconstrueren groepsnest. De grond en het metselwerk wordt<br />
verwijderd.<br />
<strong>Diefdijklinie</strong> | 89<br />
doorgezaagde groepsschuilplaats (Rietveld/De Lyon)<br />
half-afgebouwde groepsschuilplaats huidig uitkijkplatform op halfafgebouwde gsp (Studio Klarenbeek)
90 | <strong>Diefdijklinie</strong><br />
7.11 Details en materialen<br />
Bij de herinrichting van de batterijen, loopgraven en betonwerken wordt<br />
gewerkt met een beperkte set repeterende materialen om eenheid te<br />
creëren. Een deel van het werk bestaat uit het zorgvuldig en haast<br />
onzichtbaar consolideren of restaureren van historische onderdelen. Zo is<br />
het bij het herstel van de schuilplaasten en kazematten van belang zo<br />
dicht als mogelijk bij de oorspronkelijke opbouw en materialisatie te<br />
blijven. Wanneer het gaat om ingrepen voor eigentijds gebruik is gekozen<br />
voor een vormgeving en materialisatie welke past bij het utilitaire, sobere<br />
en robuuste karakter van de Waterlinie, maar tevens zichtbaar als ingreep<br />
van de 21ste eeuw. Voor de eigentijdse behandeling en eenheid op<br />
landelijk niveau wordt aangesloten op de vormen en materialen van het<br />
Liniemeubilair.<br />
Batterijen en loopgraven<br />
Op de batterijen van de <strong>Diefdijklinie</strong> wordt een aantal onderdelen<br />
gerepeteerd.<br />
Grondwerk<br />
De maatvoering van het grondwerk op de ontwerpkaarten is<br />
uitgangspunt voor het technisch ontwerp. Het is verfijnd, gedetailleerd,<br />
‘strak’ vormgegeven grondwerk met steile taluds. De technische<br />
specificaties voor de afwerking van de grond en het gras dienen in de<br />
vervolgfase bepaald te worden, evenals de wijze van beheren voor de<br />
instandhouding van de scherpe profielen.<br />
Borstweringen<br />
Op een aantal batterijen zijn borstweringen aanwezig. Er is gekozen voor<br />
een duurzame materialisatie, aansluitend op het Liniemeubilair. De<br />
weringen worden gemaakt van zwartstalen plaatjes, verticaal geplaatst.<br />
Het is een grotere abstratie dan de oorspronkelijk meer gevarieerde<br />
historische bouw. Door het toepassen van smalle plaatjes ontstaat er een<br />
verticale belijning; zo wordt te grote ‘vlakheid’ voorkomen. Ook de<br />
keerwanden van de loopgraven worden van zwart metaal gemaakt,<br />
evenals de deuren van de groepsschuilplaatsen en de dicht te zetten<br />
gedekte schuilplaatsen. Bij de technische uitwerking moet dit gewenste<br />
beeld in samenspraak met ontwerper en technici worden vertaald in een<br />
stabiele grondwerende constructie. Aandachtspunt is de ondergrondse<br />
constructie in relatie tot de dijkveiligheid (waterdoorlatende verankering).<br />
45<br />
W 2 0 1 4<br />
vooraanzicht<br />
bovenaanzicht<br />
350<br />
320<br />
..INFORMATIE....<br />
Object kanonopstelplaats<br />
De voormalige kanonopstelplaatsen worden gemarkeerd met betonnen<br />
objecten. Al deze objecten hebben een vaste maatvoering.<br />
In het object wordt informatie verwerkt over de batterij en de omgeving.<br />
Deze uitwerking wordt tijdens de vervolgfase door DLG per object<br />
opgesteld.<br />
referentiebeeld steile, strak geprofileerde grastaluds referentiebeelden opbouw van keerwanden op historische locaties (bortsweringen batterijen, loopgraven)<br />
35<br />
10<br />
zijaanzicht<br />
voorlopig ontwerp zit- en informatieobject kanonopstelplaats
Bomen<br />
Op alle batterijen worden nieuwe bomen geplant, geïnspireerd op de<br />
voormalige maskeringsbomen. Soortkeuze, grootte van het<br />
uitgangsmateriaal en gewenste plantgrond komen in de uitwerkingsfase<br />
aan bod (zie ook 7.3).<br />
Hekwerken en fietsenstallingen<br />
Op de batterijen worden twee typen hekwerken gebruikt.<br />
Een aantal batterijen krijgt bij de entree op de kruin van de dijk (vaak<br />
bovenop gedekte schuilplaatsen) een ‘Waterliniekruishek’. Dit bestaat uit<br />
staanders van zwarte W-profielen en een gekruist hekwerk ertussen. Dit<br />
hek markeert de entree, functioneert als valbescherming en is te<br />
gebruiken om de fiets tegen te stallen.<br />
Als terreingrens wordt een hekwerk geplaatst bestaande uit staanders van<br />
zwarte W-profielen daartussen drie gladde draden.<br />
In de hekwerken is soms een poort/klaphek noodzakelijk.<br />
Voor de hekwerken en fietsenstalling zijn de werktekeningen uit het<br />
handboek Meubilair NHW van toepassing.<br />
W 2 0 1 4<br />
W 1 8 7 0<br />
L I N G E<br />
Taludtrappen<br />
Een aantal batterijen heeft een taludtrap nodig voor de toegankelijkheid.<br />
Op de batterijen wordt gebruik gemaakt van de taludtrap uit het<br />
Handboek Liniemeubilair (zie cd).<br />
Op de overige locaties, genoemd in hoofdstuk 9, wordt gebruik gemaakt<br />
van een betonnen dijktrap, zoals is toegepast in project Molenkade (zie<br />
cd).<br />
Batterij verkeersplateau<br />
Iedere batterij wordt gecombineerd met een verkeersplateau. Dit plateau<br />
bestaat uit betonnen drempels met de inscriptie W ...historisch bouwjaar...<br />
en een plateau van gebakken klinkers in grijstinten; type Euroton Forresta,<br />
dikformaat, vormbak, onbezand. Zie paragraaf 8.3 voor de uitwerking.<br />
Limietpalen<br />
De nog aanwezige limietpalen blijven behouden en worden rechtop gezet.<br />
Ontbrekende palen worden niet aangevuld.<br />
<strong>Diefdijklinie</strong> | 91<br />
gebakken klinkers Euroton Forresta(onder) en Waterliniedrempel (boven) kruishekwerk (onder, Handboek Meubilair NHW) en een karakteritieke <strong>Diefdijklinie</strong>boom (boven) taludtrap, picknickset (Handboek Meubilair NHW) W-profiel (Handboek Meubilair NHW)
92 | <strong>Diefdijklinie</strong><br />
Kleine elementen<br />
Op en langs de <strong>Diefdijklinie</strong> liggen verstrooid in het gebied tal van kleine<br />
elementen horende bij de voormalige militaire functie.<br />
Zoutbakken<br />
Betonnen zoutbakken, oorspronkelijk afgesloten met een deksel, werden<br />
geplaatst om strooizout in te bergen voor het ijsvrij maken van<br />
hellingbanen voor militair transport.<br />
In 2011/2012 wordt de zoutbak bij Fort Everdingen opgeknapt. Het beton<br />
wordt gerepareerd. Tevens wordt er een nieuwe zwartstalen deksel<br />
geplaatst met daarop in reliëf de plattegrond van Fort Everdingen.<br />
Op meerdere plaatsen langs de <strong>Diefdijklinie</strong> komen zoutbakken voor. Het<br />
streven is deze op dezelfde wijze te behandelen als de zoutbak bij<br />
Everdingen, waarbij het deksel benut wordt als informatievoorziening.<br />
Tetraëders<br />
De versperringen werden tijdens de mobilisatie in 1940 vervaardigd ter<br />
verhindering van de doorgang van pantser- of andere voertuigen. Ten<br />
tijde van vrede stonden zij vaak langs de toegangswegen naar de forten.<br />
In geval van paraatheid werden ze op het wegdek en in de bermen<br />
gehesen, waarna de ogen met een stalen ketting verbonden werd.<br />
De versperringen zijn vervaardigd van gewapend beton in de vorm van<br />
een regelmatig viervlak, zogenaamde tetraëders. De afmeting is<br />
ongeveer 90cm per schuine zijde. Meestal waren ze voorzien van een of<br />
meerdere stalen hijsogen.<br />
De meeste tetraëders liggen onopvallend tussen beplantingen in de<br />
wegbermen of staan bij boerenerven. Rondom Fort Everdingen staan er<br />
enkele in de wegbermen en bij Fort Werk aan ‘t Spoel staan er enkele<br />
langs de weg. Ook bij het Fort bij Vuren liggen nog tetraëders. De conditie<br />
van de tetraëders is redelijk. De meeste beschadigingen zijn aan de<br />
punten en hoeken, waarschijnlijk zijn deze onstaan tijdens<br />
maaiwerkzaamheden. Zolang deze beschadigingen geen consequenties<br />
hebben voor de levensduur blijven ze gehandhaafd; het geeft een gepast<br />
verweerd uiterlijk.<br />
De tetraëders worden ingezet voor nieuwe functies. Dit gebeurt al bij de<br />
parkeerplaatsen van de forten Vechten en Werk aan het Spoel. Door de<br />
tetraëders ook bij de <strong>Diefdijklinie</strong> in te zetten voor het afbakenen van<br />
parkeerplekken, rustplekken of als bochtbegeleiding bij de weg, wordt de<br />
militair-historische identiteit van de <strong>Diefdijklinie</strong> op nuttige wijze<br />
versterkt. Toepassing dient echter wel spaarzaam te gebeuren.<br />
Er kan gebruik gemaakt worden van de nog aanwezige tetraëders, maar<br />
er zullen ook nieuwe tetraëders gemaakt moeten worden, opnieuw<br />
verbonden met metalen kettingen. Om dezelfde uitstraling te verkrijgen<br />
moet het beton op vergelijkbare wijze als de historische elementen<br />
gemaakt worden. Er moet een poreus oppervlak ontstaan waardoor er<br />
snel een verweerd, bemost uiterlijk ontstaat.<br />
Dit idee is opgesteld en uitgewerkt in bijgevoegde referentiebeelden<br />
door BWZ-ingenieurs.<br />
Tankversperringen<br />
Tussen Lek en Waal heeft een aantal tankversperring gelegen. Langs de<br />
Lekdijk tussen het Fort bij Everdingen en Werk aan het Spoel is recent een<br />
versperring hersteld. Ook langs de Waal nabij het Fort bij Vuren ligt nog<br />
een aspergeversperring. Langs de <strong>Diefdijklinie</strong> zijn geen restanten meer<br />
aanwezig.<br />
restauratie van resterende tankversperringen (BWZ ingenieurs)<br />
herstel zoutbak Fort Everdingen (Bunker Q)<br />
hergebruik van tetraëders (BWZ ingenieurs)
7.12 Kap en plant bomen<br />
Op diverse plekken langs de dijk worden bomen gekapt. Soms om een<br />
cultuurhistorisch object te kunnen herinrichten. In andere gevallen om<br />
zichtlijnen te herstellen of omdat bomen zich in een aftakelingsfase<br />
bevinden en daardoor een gevaar vormen voor verkeer of bezoeker.<br />
Maar er worden ook veel bomen aangeplant. Dat kan zijn als herplant<br />
op locaties waar bomen zijn gekapt, maar ook om locaties die nu in<br />
het open veld liggen landschappelijk te markeren.<br />
Kappen bomen op batterijopstelplaatsen<br />
Op drie batterijopstelplaatsen staan solitaire bomen. Twee van de drie<br />
liggen aan de Meerdijk ter hoogte van dijkpaal D42+110m en<br />
D43+85m. De derde ligt in Vogelswerf aan de Zuiderlingedijk ter<br />
hoogte van D66, batterij Broekse Sluis. Doel is om deze batterijen te<br />
gaan herinrichten. Er is een afweging gemaakt welke bomen worden<br />
gekapt en welke kunnen worden behouden. Daarbij zijn de<br />
onderstaande invalshoeken in beschouwing genomen.<br />
- Paardekastanje als boommonument<br />
Het gemeentelijk bomenbeleid van Lingewaal benoemt 12<br />
Paardekastanjes (Aesculus hippocastanum) aan de Meerdijk als<br />
“monumentale boom”. De bomenlijst maakt niet duidelijk op welke<br />
locaties deze bomen staan, een kaart ontbreekt. In dit plan wordt er<br />
vanuit gegaan dat de kastanjes op de batterijen aan de Meerdijk alle<br />
monumentaal zijn en zo mogelijk behouden moeten worden indien zij<br />
een lange levensverwachting hebben.<br />
- Vleermuisverblijven<br />
In de batterijen zijn gedekte schuilplaatsen aanwezig. In 2011-2012<br />
worden deze geconsolideerd, afgesloten voor publiek en geschikt<br />
gemaakt als vleermuisverblijf. Voor het goed functioneren voor<br />
vleermuizen is een zo constant mogelijke temperatuur en<br />
luchtvochtigheid en de afwezigheid van tocht van belang. Door de<br />
bomen boven de schuilplaatsen te behouden kunnen<br />
klimaatverschillen door wind en zon verder getemperd worden.<br />
- Rijksmonument<br />
De batterijen zijn alle aangewezen als Rijksmonument. Het is van<br />
(inter)nationaal belang dat deze monumenten behouden blijven.<br />
Omdat de objecten hoofdzakelijk uit grond zijn opgetrokken zijn zij in<br />
de loop der jaren verzakt. Het project Nieuwe Hollandse Waterlinie<br />
heeft ‘behoud door ontwikkeling’ als uitgangspunt voor de<br />
monumenten. Zoals in voorgaande hoofdstukken beschreven worden<br />
daarbij de oude bouwtekeningen van de batterijopstelplaatsen als<br />
vertrekpunt gehanteerd. Om de objecten met traversen in<br />
oorspronkelijke staat terug te brengen is veel grondwerk vereist. Het<br />
gaat daarbij om vergraven, aanbrengen van extra grond en<br />
herprofilering. Dit werk kan alleen uitgevoerd worden als de bomen<br />
die op die specifieke plaatsen staan worden gekapt. De kastanjes<br />
staan overigens niet op de originele bouwtekeningen uit de periode<br />
1870 tot 1900. Het is onduidelijk wanneer de bomen alsnog zijn<br />
aangeplant.<br />
De boom is geen onderdeel van het oorspronkelijk rijksmonument.<br />
- Dijkveiligheid<br />
Voor de dijk zijn kernzones aangegeven waarin het dijktalud wordt<br />
beschermd; het zogenaamde “profiel van de vrije ruimte”. Door de<br />
afname van de vitaliteit van de bomen neemt de kans op sterfte en<br />
windworp toe. Bij omwaaien wordt het profiel van de dijk aangetast.<br />
Tegelijk ontstaan bij het wegrotten van oude boomwortels gaten in de<br />
dijk waardoor de dijk verzwakt en de kans op lekkage toeneemt. In<br />
principe worden daarom bomen binnen het profiel van de vrije ruimte<br />
geweerd.<br />
- Vitaliteit bomenbestand<br />
De solitaire bomen op deze locaties zijn in 2010 onderzocht door de<br />
Nationale Bomenbank (zie bijlage). Daarbij is ook de conditie, vitaliteit<br />
en levensverwachting beoordeeld. Dit heeft geleid tot onderstaande<br />
conclusies:<br />
• de meeste kastanjes zijn sterk aangetast door de<br />
kastanjemineermot. Dit leidt tot vervroegde bladval en kan de<br />
bomen op den duur verzwakken. Er is echter geen directe<br />
bedreiging;<br />
• meerdere kastanjes zijn aangetast door de kastanjebloedingsziekte<br />
en zijn ten dode opgeschreven;<br />
• enkele bomen dienen per direct te worden gerooid vanwege ziekte<br />
of sterfte;<br />
• veel bomen hebben een levensverwachting van 5 tot 15 jaar. Enkele<br />
nog korter, en enkele langer dan 15 jaar.<br />
Nadat het onderzoek was uitgevoerd hebben in najaar 2010 en zomer<br />
2011 twee zware stormen het bomenbestand verder aangetast.<br />
Bij de batterij Broekse Sluis (D66) zijn zware takken uit enkele bomen<br />
gebroken. Aan de Meerdijk zijn ook veel takken uit kastanjes gebroken<br />
en op de weg terecht gekomen. Van de achterstaande wilgen zijn<br />
enkele omgewaaid waarbij zij de kronen van de meest vitale kastanjes<br />
verder hebben beschadigd. Bijgaande foto’s geven een impressie van<br />
de storm in 2011.<br />
<strong>Diefdijklinie</strong> | 93<br />
verval van kastanjes op batterijen
94 | <strong>Diefdijklinie</strong><br />
- Verkeersveiligheid<br />
Om de veiligheid voor het verkeer op de dijk te kunnen garanderen is<br />
een gezond bomenbestand noodzakelijk. Bij een lage vitaliteit neemt<br />
de kans op vallend dood hout of omwaaiende bomen over de weg toe.<br />
- Overweging kap<br />
Algemeen<br />
Een levensverwachting van bijvoorbeeld 15 jaar wil zeggen dat een<br />
boom binnen 15 jaar geheel afsterft. Tussen nu en sterfte takelt een<br />
boom steeds verder af met een toenemende mate dood hout in de<br />
kroon en grotere kans op omwaaien of uitbreken van de stam. Dit<br />
levert zowel voor verkeer als publiek risico’s op. Ook vragen<br />
aftakelende bomen om een steeds intensiever beheer met als<br />
uiteindelijke maatregel kap.<br />
Gedekte schuilplaatsen algemeen<br />
Direct nabij de gedekte schuilplaatsen moet het terrein worden<br />
geherprofileerd. Het betreft echter minder grootschalig grondwerk<br />
dan bij de traversen. Daarom wordt omzichtig gewerkt zodat de<br />
bomen onder- en bovengronds niet worden beschadigd en daardoor<br />
kunnen worden behouden ten gunste van landschapsbeeld en<br />
vleermuizen.<br />
D2+80 batterij Diefdijk Noord (Prijsseweg/Lange Meent)<br />
In het talud staan twee losse essen. Deze worden gekapt als de batterij<br />
wordt heringericht. De daarnaast staande bomenrij blijft behouden.<br />
D42+110m batterij Meerdijk Noord<br />
De verkeersveiligheid, dijkveiligheid en vooral ook het belang van<br />
herstel van het Rijksmonument wegen hier zwaarder dan de<br />
boommonumenten met een beperkte levensverwachting en<br />
aangetaste kronen. Het kappen van de bomen staat daarmee ten<br />
dienste van herstel van het rijksmonument. Daarom worden de<br />
bomen (met name kastanjes) op en tussen de traversen gekapt. Hierbij<br />
speelt ook mee dat juist het ensemble van de groepen bomen sterk is<br />
aangetast door uitval, beschadiging en ziekte van diverse bomen.<br />
De bomen naast de traversen (noordzijde) en de bomen boven de<br />
gedekte schuilplaats blijven behouden. De wilgen en populier aan de<br />
dijkvoet worden eveneens gekapt, deels vanwege beperkte levensduur<br />
maar ook om ruimte te maken voor een nieuwe generatie kastanjes.<br />
D43+85m batterij Meerdijk Zuid<br />
De verkeersveiligheid, dijkveiligheid en vooral ook het belang van<br />
herstel van het Rijksmonument wegen hier zwaarder dan de<br />
boommonumenten met een beperkte levensverwachting. Drie van de<br />
vier kastanjes zijn overigens aangetast door de bloedingsziekte. Alle<br />
vier kastanjes worden gekapt.<br />
D66 batterij Broekse Sluis<br />
De kastanjes bij D66 kennen geen monumentale status. Ooit stond<br />
hier een ensemble van 2x5 kastanjes in strakke rijen. Eén boom is<br />
inmiddels afgestorven en verwijderd. Een ander staat dood op stam en<br />
dient eveneens verwijderd te worden. De overige kastanjes zijn<br />
allemaal aangetast door de kastanjemineermot. Alle bomen zijn<br />
afgekeurd vanwege aanwezig dood hout, houtstructuur of<br />
lengetscheuren. Bij één boom is een zware plakoksel uitgescheurd met<br />
inrotting tot gevolg. Deze zomer is opnieuw bij een andere boom een<br />
zware zijtak uitgescheurd. De conditie van de bomen varieert van<br />
verminderd tot normaal. De vitaliteit varieert. Eén boom heeft een<br />
levensverwachting van 3-10 jaar, 3 bomen 10-15 jaar en 4 bomen meer<br />
dan 15 jaar. Het orginele ensemble zal de komende jaren uit elkaar<br />
vallen. De verkeersveiligheid, dijkveiligheid, bescherming van het<br />
Transformatorgebouw en nabijgelegen dijkwoning, en vooral ook het<br />
belang van herstel van het Rijksmonument wegen hier zwaarder dan<br />
het huidige landschapsbeeld. Daarom worden de kastanjes hier gekapt<br />
en na herinrichting van de batterij herplant aan de teen van de dijk.<br />
Mogelijk worden nog enkele extra populieren gekapt om de nieuwe<br />
aanplant voldoende licht te bieden.<br />
Herplant batterijen<br />
Alle batterijen waar kapwerkzaamheden worden uitgevoerd worden<br />
herplant. Gekozen is voor een grote stammaat zodat de locaties fysiek<br />
ook direct aangekleed worden.<br />
De herplantlocaties bevinden zich achterop het geschutsbanket om zo<br />
het profiel van de vrije ruimte te respecteren.<br />
Gezien de huidige aanwezigheid van de Witte Paardekastanje lijkt deze<br />
soort de meest aangewezene om in te zetten bij herplant op de<br />
batterijen en landschappelijke markering van overige objecten langs<br />
de <strong>Diefdijklinie</strong>. Het lijkt echter onverstandig om de kastanje te<br />
herplanten vanwege de nog woekerende bloedingsziekte. Er is een<br />
aantal cultuurhistorische alternatieven, zoals de iep (historisch<br />
beplantingsbestek NHW Gorinchem). (zie 7.3). In de volgende planfase,<br />
bij de technische uitwerking van dit plan naar bestek, wordt definitief<br />
de boomsoort en diameter gekozen. Ook worden in het bestek de<br />
bomenkap en herplant van de batterijen uitgewerkt.<br />
Bomenkap en aanplant overige locaties<br />
Naast de grootschalige ingrepen op de batterijen spelen nog de<br />
volgende kap- en plantwerkzaamheden, welke ook in het bestek<br />
uitgewerkt worden.<br />
Aanplant batterijen dijkpaal D0, D1, D47+50<br />
De overige batterijen waar nu geen bomen staan worden bij de<br />
herinrichting tevens aangeplant als landschappelijke markering.<br />
Recreatieplek D13+150<br />
De aanwezige populieren en elzen worden door Staatsbosbeheer en<br />
het waterschap buiten dit project om gekapt ten behoeve van de<br />
waterkwaliteit (KRW). De nieuwe recreatieplek wordt net als de<br />
batterijen beplant.<br />
Parkeerplaats D23+150 en D11+50/150<br />
Een deel van de aanwezige boomgaard wordt vanuit de<br />
dijkversterking gekapt om zo een kleischerm in te kunnen graven. Op<br />
het kleischerm wordt een nieuwe parkeerplaats aangelegd. De locatie<br />
wordt vervolgens weer aangeplant met fruitbomen zodat de<br />
parkeerplaats wordt ingepast en de boomgaard zoveel als mogelijk<br />
wordt hersteld.<br />
Ook bij het viaduct A2 (ca. D11) worden bomen geplant ten behoeve<br />
van de ruimtelijke kwaliteit.<br />
Recreatieplek D54<br />
Deze locatie is nu onbeplant. Bij aanleg van de recreatieplek wordt<br />
het terrein met bomen ingeplant als landschappelijke markering.<br />
afgebroken paardekastanje (onder) en wilgen met stormschade (boven) op batterij Meerdijk Noord
7.13 Technisch ontwerp en bestek<br />
De ruimtelijke ontwerpen voor de zeven batterijen, het<br />
geschutsbanket Wiel de Waai en twee loopgraaflocaties zoals vermeld<br />
in dit hoofdstuk zijn weergegeven op de 20 1:1000 kaarten van het<br />
ruimtelijk ontwerp <strong>Diefdijklinie</strong> (zie bijlage cd). Op deze kaartenset is<br />
de scope van het uitvoeringsproject <strong>Diefdijklinie</strong> duidelijk herkenbaar.<br />
Voor deze onderdelen (zowel voor de prioriteit ‘groen’ als ‘oranje’)<br />
moet een technisch ontwerp en bestek opgesteld worden.<br />
Op de bijgevoegde CD staan de 20 overzichtskaarten op schaal 1:1000,<br />
de relevante detailontwerpen en reeds uitgevoerde onderzoeken.<br />
De in dit rapport omschreven ontwerpen (maten, vormen, materialen,<br />
..) zijn uitgangspunt. Op grond van nader (terrein)onderzoek en<br />
technische uitwerking kan in overleg met WSRL en DLG afgeweken<br />
worden van de deze uitgangspunten. Ook de besteksraming kan<br />
aanleiding tot wijziging geven.<br />
De ruimtelijke ontwerpen zijn richtinggevend voor de uitwerking in<br />
technische ontwerpen en het bestek. Het matenplan, de<br />
hellingshoeken en de materialisatie zijn uitgangspunten.<br />
Indien het tijdens de uitwerkingsfase noodzakelijk is om af te wijken<br />
van deze uitgangspunten, bijvoorbeeld om constructieve redenen,<br />
dan dient dit in overleg met waterschap en DLG te gebeuren.<br />
Bij batterij Broekse Sluis is de variant met behoud van het<br />
transformatorgebouw vertrekpunt voor de technische uitwerking.<br />
Mocht in de komende periode overeenstemming worden bereikt over<br />
verwijdering van het gebouw, dan wordt de optimale inrichtingsvariant<br />
richtinggevend.<br />
Bij de uitwerking van de batterijen en loopgraven is onder andere<br />
bijzondere aandacht nodig voor:<br />
Stabiliteit, duurzaamheid en hoog<br />
afwerkingsniveau grondwerk<br />
De technische uitwerking en besteksomschrijving van de batterij- en<br />
loopgraafontwerpen dient te zorgen voor de realisatie en het<br />
duurzaam behoud van het strakke, verfijnde grondwerk met de steile,<br />
scherpe taluds. Dit bepaalt in essentie de kwaliteit.<br />
Indien noodzakelijk moeten (geo-technische) stabiliteitsberekeningen<br />
worden uitgevoerd.<br />
Constructie keerwanden<br />
Een aantal van de ruimtelijke ontwerpen voor de batterijen en<br />
loopgraven bevat steile keerwanden (o.a. de borstweringen). De<br />
ontwerpen geven de gewenste bovengrondse/zichtbare situatie weer.<br />
De technische constructie, inclusief de ondergrondse verankering, is<br />
onderdeel van de technische uitwerking.<br />
Kwaliteit plantmateriaal en plantgrond<br />
In de uitwerkingsfase dient het te gebruiken plantmateriaal nader<br />
gespecificeerd te worden. Met name bij de her/aanplant van bomen<br />
op de batterijen is gebruik van een grote stammaat wenselijk t.b.v. het<br />
ruimtelijk effect. Tevens dient de te gebruiken plantgrond gedefinieerd<br />
te worden.<br />
Liniemeubilair<br />
De batterijen en loopgraven worden voorzien van ‘Liniemeubilair’;<br />
picknicksets, hekwerken, taludtrappen etc. Deze elementen komen<br />
voort uit het Handboek Meubilair NHW. Dit handboek, inclusief de<br />
bestekstekeningen, is opgenomen op de bijgevoegde cd.<br />
Naast het Liniemeubilair wordt een aantal specifieke recreatieelementen<br />
aan de batterijen toegevoegd. Dit zijn de betonnen<br />
elementen op de voormalige kanonopstelplaatsen, waarin informatie<br />
wordt verwerkt. Dit rapport bevat een schetsontwerp voor deze<br />
elementen. In de uitwerkingsfase dienen deze onderdelen samen met<br />
DLG uitgewerkt te worden. DLG draagt zorg voor de benodigde<br />
informatie.<br />
Onderzoeken<br />
Tijdens het opstellen van de ruimtelijke ontwerpen van de batterijen<br />
zijn diverse onderzoeken uitgevoerd. Deze onderzoeken staan op de<br />
bijgevoegde CD-rom.<br />
<strong>Diefdijklinie</strong> | 9
96 | <strong>Diefdijklinie</strong><br />
verkeersremmende maatregel
8 Inrichting dijkwegen<br />
De wegen op de <strong>Diefdijklinie</strong> worden opnieuw ingericht. Aanleiding hiervoor is het gevoel van onveiligheid dat bij veel aanwonenden aanwezig is.<br />
Maar ook voor de recreanten is het niet altijd even aangenaam om op de dijk te fietsen of te wandelen. Er worden verkeersplateaus aangelegd en<br />
het instellen van vrachtwageninrijverboden wordt onderzocht om sluipend vrachtverkeer tegen te gaan. De herinrichting wordt zodanig<br />
vormgegeven dat het past bij het karakter van de Waterlinie. Dit hoofdstuk beschrijft de nieuwe weginrichting.<br />
8.1 Verkeersmaatregelen<br />
Minder verkeer en langzamer rijden zijn belangrijke doelen van het<br />
project. Om de hoeveelheid verkeer te verminderen, wordt de<br />
mogelijkheid tot het instellen van een aantal vrachtwageninrijverboden<br />
onderzocht. Met fysieke maatregelen wordt gestuurd op het langzamer<br />
laten rijden van het gemotoriseerd verkeer.<br />
Hierdoor wordt de <strong>Diefdijklinie</strong> veiliger voor het dagelijks gebruik en<br />
aantrekkelijker als recreatieve Waterliniefietsroute.<br />
Vrachtwageninrijverboden<br />
Op de volgende locaties wordt gestreefd naar het instellen van<br />
vrachtwageninrijverboden om sluipend vrachtverkeer tegen te gaan:<br />
- Diefdijk, tussen Kerkweg (ten noorden A2) en Lekdijk;<br />
- Diefdijk, tussen Sonsbrug en rotonde Leerdam (N327);<br />
- Meerdijk;<br />
- Nieuwe Zuiderlingedijk, tussen Voorstraat en N848.<br />
Eveneens verkent Waterschap Rivierenland de mogelijkheden voor het<br />
instellen van éénrichtingsverkeer als oplossing voor het verbeteren van<br />
de verkeersveiligheid.<br />
Verkeersplateaus<br />
Verkeersplateaus worden aangelegd om de snelheid van het verkeer te<br />
remmen en weggebruikers te attenderen op kruisend verkeer. De kaart<br />
laat de locaties van de verkeersplateaus zien. Bijna alle kruisende wegen<br />
worden voorzien van plateaus. Hierbij zijn er twee typen te<br />
onderscheiden. Bij een ‘gewone’ kruising, waarbij de dijkweg wordt<br />
gekruist door wegen met haaks op het talud staande toe- en afritten,<br />
wordt het gehele kruisingsvlak ingericht met drempels en klinkers. Bij<br />
een dijkstoep, waar de toe- en afrit parallel, in het dijktalud, naar boven<br />
wordt geleid, wordt in principe tussen de beide aansluitende wegen een<br />
verkeersplateau aangelegd.<br />
Op lange, rechte tracédelen wordt het wegdek eveneens onderbroken<br />
door een verkeersplateau om de snelheid te remmen.<br />
In bijzondere situaties, zoals bij de batterijen en de passage van de Linge,<br />
is gekozen voor een integrale herinichting waarbij grotere wegvakken<br />
worden bestraat met klinkers.<br />
8.2 Lege weg<br />
Het huidig wegbeeld wordt sterk beïnvloed door de veelheid aan<br />
objecten in de bermen en markeringen op het wegdek. Schrikhekken,<br />
reflectorpaaltjes, informatieborden in diverse soorten en maten, borden<br />
die de weggebruiker vertellen wat wel of niet te doen.... Al deze attentietrekkers<br />
en gedragsbeïnvloeders veroorzaken een verrommeling van het<br />
beeld en leiden af van de beleving van het Waterlinielandschap.<br />
Natuurlijk zijn signaleringen nodig voor de verkeersveiligheid, maar zeker<br />
niet alles wat er nu aanwezig is, is noodzakelijk. Om de dijkwegen weer<br />
de sobere uitstraling te geven die past bij een landelijke dijkweg, wordt in<br />
het kader van dit project een ‘opschoningsactie’ gehouden. Uitgangspunt<br />
is de ‘lege weg’, een weg ontdaan van alle overbodige signaleringen en<br />
markeringen. De lege weg is de basis voor ruimtelijke kwaliteit.<br />
<strong>Diefdijklinie</strong> | 97<br />
veelheid aan verkeerskundige signaleringen
98 | <strong>Diefdijklinie</strong><br />
8.3 Weginrichting<br />
Op veel plaatsen zal het wegdek aangepast worden; als herstel van het<br />
wegdek vanwege beschadiging door dijkverbeteringswerk, voor de<br />
aanleg van verkeersremmende maatregelen, voor aanpassing van de<br />
wegbreedte of voor het verwijderen van ‘zonken’ in de weg. Er is echter<br />
geen sprake van een volledige reconstructie van de dijkwegen. Hoewel<br />
dit de kans zou bieden een volledig eigen en uniform wegbeeld aan te<br />
leggen, lijkt dit niet realistisch. De kosten voor een volledige reconstructie<br />
zijn te hoog. De <strong>Diefdijklinie</strong> blijft in de basis een asfaltweg, met diverse<br />
wegbreedtes. En de maatregelen die genomen worden, zijn pleksgewijs.<br />
Een meer uniform wegbeeld is echter wel een belangrijk doel. Door<br />
eenheid in vormgeving en materialisatie van alle pleksgewijze ingrepen<br />
wordt eenheid, rust en herkenbaarheid van de weg als onderdeel van de<br />
Nieuwe Hollandse Waterlinie nagestreefd. Vele punten maken ook een<br />
herkenbare lijn.<br />
Landschap van grijstonen<br />
asfalt, beton en gebakken klinkers<br />
De hoofdverdedigingslijn was, als militaire verdedigingslijn, zo<br />
onopvallend als mogelijk aangelegd. Gecamoufleerd voor de vijand. De<br />
Waterlinie-elementen zijn sober, robuust en utilitair. Deze kenmerken<br />
geven het Linielandschap het zo gewaardeerde geheimzinnige karakter.<br />
De materialisatie van de eigentijdse ingrepen in de hoofdverdedigingslijn<br />
mag niet resulteren in een nieuwe dominante uiting in het landschap.<br />
Gebruik van uitgesproken kleuren is storend. Door zoveel als mogelijk te<br />
werken in een terughoudend beeld van grijstonen ontstaat er een rustig<br />
wegbeeld, passend in het sobere karakter van de Linie.<br />
ongewenst ‘druk’voorbeeld: sturen van verkeersgedrag met vakken gekleurd asfalt<br />
Bij de herinrichting van de weg wordt gebruik gemaakt van donkergrijs<br />
asfalt, beton en gebakken klinkers in grijstonen. Er worden geen<br />
consessies aan de kwaliteit van het materiaal gedaan: dit bepaalt in grote<br />
mate de kwaliteit van de ruimte!<br />
Het wegdek van de <strong>Diefdijklinie</strong> bestaat uit een aantal onderdelen. De<br />
basis is een doorgaande asfaltbaan. Verkeersdrempels zijn robuuste<br />
betonelementen. Hierdoor contrasteren de drempels met het wegdek.<br />
Dit zorgt voor de verkeerskundige signaalfunctie. In de besteksfase wordt<br />
de verkeerskundige signaleringswerking van de drempels met eventueel<br />
aanvullende signalering nader uitgewerkt. Daarnaast past de robuuste,<br />
betonnen vormgeving bij het karakter van de Waterlinie.<br />
De verkeersplateaus, het wegdek tussen de betondrempels, worden<br />
bestraat met gebakken klinkers in grijstonen. Naast de beeldkwaliteit<br />
heeft het gebruik van elementverharding een verkeersremmend effect,<br />
waardoor de verkeersveiligheid toeneemt. Gevolg is wel dat de<br />
bruikbaarheid van de weg voor skeelers afneemt. De klinkers worden<br />
‘opgesloten’ tussen twee smalle, betonnen banden. Ook de huidige<br />
drempels tussen de Goilberdingerdijk en het gemaal Broekse Sluis<br />
worden omgevormd om uniformiteit in wegbeeld te krijgen. Ten westen<br />
van het gemaal behouden de plateaus hun huidige uitstraling; hier heeft<br />
de Waterlinie de <strong>Diefdijklinie</strong> verlaten.<br />
Beide tekeningen geven de principes voor de plateaus weer. Dit vormt de<br />
basis voor de nadere detaillering.<br />
1:200<br />
verkeersplateau<br />
- 2x Waterliniedrempel 60 km/u<br />
- plateau gebakken klinkers, principelengte 7 meter<br />
W 1 9 0 1<br />
verkeersplateau batterij<br />
- 2x Waterliniedrempel met inscriptie historisch bouwjaar<br />
- 60 km/u (of visueel bij nabijheid woning)<br />
- plateau gebakken klinkers, lengte batterij<br />
W 1 9 0 1<br />
‘Waterlinie-klinker’<br />
bruin-grijsgesmoorde straatbaksteen, Euroton Forresta DF<br />
dikformaat (ca. 200x65x85 mm.), vormbak, onbezand<br />
verbruik 72-76 per vierkante meter, kwaliteit A 4-12g<br />
W ..bouwjaar..<br />
W..bouwjaar..<br />
verkeersplateau batterij<br />
- 2x Waterliniedrempel op <strong>Diefdijklinie</strong>, 30 km/u (of visueel bij nabijheid woning)<br />
- 2x Waterliniedrempel (vlak) op kruisende weg inscriptie bouwjaar<br />
- plateau gebakken klinkers
Wegbreedtes<br />
Waterschap Rivierenland gaat, als wegbeheerder tussen Leerdam en<br />
Everdingen, de Diefdijk een vaste wegbreedte geven van 4,25 meter. Dit<br />
is een breedte passend bij de gewenste lage rijsnelheid van het<br />
gemotoriseerd verkeer. Zo ontstaat er meer uniformiteit.<br />
Vanzelfsprekend is er een aantal uitzonderingen op deze basismaat; waar<br />
de kruin van de dijk te smal is, blijft ook de weg smaller en op het traject<br />
van Van Weverwijk en de Sonsbrug blijft de weg breder (4,50 meter)<br />
omdat hier vrachtwagens veilig moeten kunnen passeren. Dit dient in de<br />
besteksfase nader uitgewerkt te worden.<br />
Naastgelegen afbeelding geeft indicatief de huidige variatie in<br />
wegbreedte weer.<br />
De Meerdijk, Nieuwe Zuiderlingedijk en Zuiderlingedijk behouden hun<br />
huidige breedte. Versmallen van deze dijkwegen is niet mogelijk door de<br />
verkeerskundige intensiteiten.<br />
Bermversteviging<br />
Versteviging van de bermen is noodzakelijk. Nu worden de bermen vaak<br />
stukgereden, waardoor zich kuilen vormen langs de weg. Dit levert<br />
gevaarlijke situaties op. Om het verkeer de benodigde uitwijkruimte te<br />
geven, zal waarschijnlijk aan weerszijden van de weg bermversteviging<br />
aangelegd gaan worden. In de uitwerkingsfase zal onderzocht worden<br />
wat de optimale versteviging is.<br />
Belangrijke aandachtspunten zijn verkeersveiligheid, geluidsoverlast en<br />
ruimtelijke kwaliteit. Hoe soberder de oplossing (concept van de ‘lege<br />
weg’; gras tot aan de weg), des te passender bij het karakter van de<br />
<strong>Diefdijklinie</strong>.<br />
Zuiderlingedijk nr. 20<br />
4,7 m.<br />
Zuiderlingedijk nr. 95<br />
4,8 m.<br />
Zuiderlingedijk nr. 1<br />
5,7 m.<br />
Zuiderlingedijk Appeldijk - Spijkse Kweldijk<br />
5,2 m.<br />
Zuiderlingedijk Nieuwe weg - Kerkweg<br />
4,9 m.<br />
Nieuwe Zuiderlingedijk nr. 1<br />
4,7 m.<br />
Nieuwe Zuiderlingedijk Voorstraat - N848<br />
4,6 m.<br />
Meerdijk nr. 26<br />
5,2 m.<br />
Meerdijk sluiseiland<br />
7,1 m.<br />
betonnen Waterliniedrempel - plateau gebakken klinkers (Euroton Forresta dikformaat, bruingrijsgesmoord),<br />
- wegdek in keperverband, opgesloten met dubbele streklaag klinkers en betonband<br />
- plateau met betonband binnen contouren drempel<br />
- betonkleur band gelijk aan betonkleur drempel<br />
betonnen Waterliniedrempel<br />
Meerdijk nr. 25<br />
4,7 m.<br />
Meerdijk nr. 20<br />
5,3 m.<br />
Diefdijk Industrieweg N327 (nr.7)<br />
4,5 m.<br />
Diefdijk Wiel van Bassa - Industrieweg (nr. 22)<br />
4,5 m.<br />
Diefdijk Sonsbrug - Wiel van Bassa (nr. 6)<br />
4,2 m.<br />
Diefdijk A2 - Wiel de Waai<br />
4,5 m.<br />
Diefdijk Stokvisweg - A2<br />
4,6 m.<br />
Diefdijk minirotonde - Kerkweg<br />
4,5 m.<br />
Diefdijk Lek - minirotonde<br />
100 | <strong>Diefdijklinie</strong><br />
Waterliniedrempels<br />
De verkeersdrempels krijgen geen standaarduitvoering, maar worden<br />
gemaakt als robuuste betonnen elementen, uit één stuk, zoals de<br />
betonwerken van de Linie als massieve blokken in het landschap staan.<br />
Op een aantal locaties wordt de drempel ‘verbijzonderd’ met een<br />
inscriptie in het beton.<br />
Entree tot de <strong>Diefdijklinie</strong>: W ‘..bouwjaar..’<br />
Om alle kruisende wegen op de <strong>Diefdijklinie</strong> veiliger te maken, worden ze<br />
voorzien van een verkeersplateau. Dit plateau bestaat uit een<br />
klinkerverharding met drie of vier betonnen drempels. De wegen op de<br />
toe- en afritten van de dijk zijn in feite de ‘entree tot de <strong>Diefdijklinie</strong>’. De<br />
betonnen drempel wordt benut om deze entree te markeren, door in het<br />
beton de inscriptie ‘W ..bouwjaar..’ (bv. W 2014)) te plaatsen. De W<br />
verwijst naar Waterlinie, en wordt ook gebruikt als beeldmerk in het<br />
Liniemeubilair. Waarschijnlijk is 2014 is het bouwjaar; het jaar van de<br />
oplevering van de herinrichting van de Linie voor de 21ste eeuw.<br />
De twee drempels van de kruisingsplateaus op de Diefdijkweg krijgen<br />
geen verbijzondering.<br />
Markering batterij: W ‘..historisch bouwjaar..’<br />
Bij alle batterijen worden verkeersplateaus in het wegdek gemaakt. Deze<br />
plateaus markeren de bijzondere historische locatie in het wegdek en<br />
maken deze recreatieve plekken verkeersveiliger. De drempels worden<br />
voorzien van de inscriptie ‘W ..historisch bouwjaar..’ Zo wordt óp de<br />
<strong>Diefdijklinie</strong>route de historische gelaagdheid leesbaar.<br />
Markering batterij: W ‘..streeknaam..’<br />
Een aantal omgevingskenmerken zijn zodanig bepalend voor de identiteit<br />
van de <strong>Diefdijklinie</strong> dat deze als naamgeving in de drempels worden<br />
verwerkt. Zo wordt aan het begin- en einde van het traject door de<br />
Lingeuiterwaarden de naam ‘Linge’ op de drempel gezet.<br />
De overige verkeerskundige drempels, zonder historischlandschappelijke<br />
aanleiding, krijgen geen verbijzondering met inscripties.<br />
Verhoogde en visuele drempels<br />
Op de locaties waar verkeersremming gewenst is, is het niet altijd<br />
mogelijk een verhoogde drempel te plaatsen door de nabijheid van<br />
woningen. Wanneer zich binnen 20 meter van een drempel zich een<br />
woning bevindt, moet deze ‘visueel’ worden uitgevoerd. Dit wil zeggen<br />
dat de drempel niet verhoogd is, maar op gelijke hoogte met het wegdek<br />
ligt. Zo wordt schade aan gebouwen door trilingen voorkomen.<br />
Het is echter wel zinvol een visuele drempel aan te leggen vanwege de<br />
signaalwerking.<br />
Snelheidsnorm<br />
De drempels op de wegvakken worden in principe gedimensioneerd op<br />
60 kilometer per uur. Voor de drempels op de kruisingsplateaus is 30<br />
kilometer per uur de norm. (Dit tenzij i.v.m. de nabijheid van woningen<br />
gekozen wordt voor een vlakke/visuele drempel) Voor alle drempels geldt<br />
dat de CROW-richtlijnen van toepassing zijn.<br />
Straatverlichting<br />
In het landelijk gebied in het algemeen, en in het Waterlinielandschap in<br />
het bijzonder, moet zeer terughoudend omgegaan worden met<br />
straatverlichting. Duisternis is een kwaliteit. Het is daarom van belang<br />
dat de straatverlichting zich beperkt tot locaties waar verlichting<br />
noodzakelijk is vanwege verkeers- of sociale veiligheid. En op enkele<br />
zorgvuldig geslecteerde plekken zal subtiele, mysterieuze verlichting<br />
worden ingezet voor het aanlichten van de bijzondere kwaliteiten van de<br />
<strong>Diefdijklinie</strong>.<br />
Het Handboek Liniemeubilair bevat een ontwerp voor een straatlantaarn.<br />
Het streven is de resterende verlichting op de <strong>Diefdijklinie</strong> op termijn te<br />
vervangen door deze lantaarns.<br />
Verlichting valt buiten de scope van het uitvoeringsproject <strong>Diefdijklinie</strong>.<br />
W 2 0 1 4<br />
drempel met bouwjaar project <strong>Diefdijklinie</strong><br />
drempel met streeknaam<br />
W 1 8 7 0<br />
drempel met historisch bouwjaar Waterlinielocatie<br />
L I N G E
W 1901, batterij Broekse Sluis<br />
drempels met inscripties van historische bouwjaren NHW en streeknamen<br />
W 1880, Werk op de Spoorweg bij de Diefdijk<br />
Oude Horn<br />
W 1845, batterijen Meerdijk<br />
W 1845, batterij Nieuwe Zuiderlingedijk<br />
Linge<br />
Linge<br />
W 1879, batterijen Diefdijk Noord<br />
<strong>Diefdijklinie</strong> | 101
102 | <strong>Diefdijklinie</strong><br />
8.4 Per locatie<br />
Op de overzichtskaarten zijn alle verkeersmaatregelen zichtbaar. Op een<br />
groot aantal locaties zijn de ‘standaard’-plateaus van toepassing, maar<br />
een aantal locaties vraagt vanwege de bijzondere setting of complexiteit<br />
van de situatie om een maatwerkuitwerking. In deze paragraaf worden<br />
de bijzondere situaties nader toegelicht, van noord naar zuid.<br />
Voor het merendeel van de verkeersmaatregelen is geld beschikbaar,<br />
maar voor een aantal maatregelen nog niet. Op de kaarten in de bijlage is<br />
dit onderscheid weergegeven.<br />
Diefdijk Noord<br />
Aan het begin van de Diefdijk, tussen de Goilberdingerdijk en de Lange<br />
Meent/Prijsseweg liggen drie batterijemplacementen dicht bij elkaar, in<br />
de nabijheid van het Fort bij Everdingen. Om de samenhang van dit<br />
bijzonder historisch ensemble te benadrukken wordt dit wegvak als één<br />
ruimtelijk geheel behandeld door het te bestraten met klinkers, als het<br />
ware één lang verkeersplateau, met een drempel bij de Goilberdingerdijk<br />
en de rotonde. In het klinkerwegdek worden de locaties van de<br />
voormalige traversen op de weg zichtbaar gemaakt door gebruik van<br />
beton.<br />
4<br />
3<br />
1<br />
Diefdijk noord: markant startpunt van de <strong>Diefdijklinie</strong> door integrale herinrichting<br />
2<br />
Rotonde Lange Meent/Prijsseweg<br />
De huidige kruising Diefdijk - Lange Meent/Prijsseweg bestaat uit een<br />
mini-rotonde. Het is een betonnen middeneiland met daarop een<br />
schrikhek. De locatie wordt gebruikt als hangplek door jongeren, met het<br />
daarbij behorende afval tot gevolg.<br />
In lijn met de behandeling van alle kruisende wegen op de <strong>Diefdijklinie</strong><br />
zou de huidige rotonde omgevormd moeten worden naar een<br />
kruisingsplateau. Echter, omdat de huidige aanwonenden veel baat<br />
hebben bij de rotonde, wordt gekozen voor een gedeeltelijke omvorming.<br />
Het betonnen middeleiland blijft gehandhaafd. Daaromheen wordt een<br />
beklinkerd kruisingsplateau aangelegd met bijbehorende drempels. De<br />
drempels op de Lange Meent en Prijsseweg worden visueel/vlak<br />
uitgevoerd met de inscriptie ‘W ...bouwjaar...’, de noordelijke drempel op<br />
de Diefdijk wordt verhoogd met de inscriptie ‘W 1879’, de zuidelijke<br />
drempel op de Diefdijk krijgt een vlakke/visuele uitvoering i.v.m. de<br />
nabijheid van de woning (zonder inscriptie).<br />
Het schrikhek wordt verwijderd, omdat het een storend element is in de<br />
zichtlijn over de Diefdijk en omdat de ruimte ertussen wordt gebruikt als<br />
afvalbak. Ter vervanging van de verkeerssignalering van het hekwerk<br />
worden op de rand van het betonnen middeneiland reflectoren<br />
aangebracht.<br />
1 1<br />
5<br />
1. herstel drie nevenbatterijen<br />
2. herinrichting weg<br />
- klinkers tussen rotonde en Goilberdingerdijk<br />
- herstel historische lichtmasten<br />
3. drempel W1879 begin-eind wegvak<br />
4. herinrichting rotonde<br />
5. wandelpad gedekte weg<br />
6. herstel zoutbak en vrijmaken zichtlijn<br />
het schrikhek op de huidige rotonde is een verstoring van de zichtlijn over de Diefdijk<br />
3<br />
6
9<br />
Diefdijk: Lange Meent/Prijsseweg - A2<br />
Op het traject tussen de rotonde bij Diefdijk Noord en het viaduct over de<br />
A2 wordt een aantal verkeersplateaus aangebracht:<br />
Diefdijk dijkpaal D4+200<br />
Dit plateau 11 wordt aangelegd om het lange, rechte tracé te onderbreken.<br />
Het plateau bestaat uit twee betonnen drempels en een 12beklinkerd<br />
wegvak en heeft een standaard maatvoering en hoogte, afgestemd op 60<br />
km/uur.<br />
DP. D10<br />
46<br />
Diefdijk dijkpaal D7+110<br />
21<br />
Dit 20 plateau wordt aangelegd om het lange, rechte tracé te onderbreken.<br />
Het plateau bestaat uit twee betonnen drempels en een beklinkerd<br />
wegvak en heeft een standaard maatvoering en hoogte, afgestemd op 60<br />
DP. D6<br />
km/uur.<br />
Diefdijk dijkpaal D9+150 aansluiting Kerkweg<br />
Op de kruising met de Kerkweg komt een plateau met drie drempels. De<br />
zuidelijke drempel op de Diefdijk wordt verhoogd uitgevoerd. Deze<br />
overige twee drempels (noord en west) worden vlak uitgevoerd i.v.m. de<br />
nabijheid van een woning. De drempel op de Kerkweg krijgt ter<br />
markering van de entree tot de Diefdijk de inscriptie ‘W ...bouwjaar...’.<br />
Stokvisweg<br />
Diefdijk dijkpaal D10+250 dijkstoep Stokvisweg<br />
De huidige drempel bij de Stokvisweg wordt verwijderd. Door de<br />
nabijheid van de woning zou hier enkel een visuele drempel mogelijk zijn.<br />
En deze voorziening ligt dicht 7op<br />
het kruisingsplateau Kerkweg en het<br />
viaduct A2 dat ook een remmende werking heeft, waardoor de<br />
voorziening te weinig effect heeft.<br />
Kerkweg<br />
22<br />
9<br />
13<br />
Stokvisweg<br />
DP. D9<br />
11<br />
23<br />
14<br />
DP. D5<br />
15<br />
24 25<br />
Diefdijk<br />
Diefdijk dijkpaal D4+200 aanleg plateau Diefdijk dijkpaal D7+110 aanleg plateau<br />
DP. D10<br />
46<br />
Kerkweg<br />
12<br />
7<br />
Diefdijk dijkpaal D9+150 aanleg plateau Kerkweg Diefdijk dijkpaal D10+250 verwijderen plateau Stokvisweg<br />
DP. D8<br />
13<br />
16<br />
DP. D9<br />
DP. D4<br />
9<br />
14<br />
27bis<br />
17<br />
Stokvisweg<br />
<strong>Diefdijklinie</strong> | 103<br />
11<br />
DP. D10<br />
15<br />
10<br />
18<br />
46<br />
Diefd
104 | <strong>Diefdijklinie</strong><br />
Diefdijk: A2 - N327<br />
Tussen de A2 en de rotonde N327/Koninginnelaan worden de volgende<br />
verkeersplateaus aangelegd:<br />
Diefdijk dijkpaal D18+150 dijkstoep Sonsbrug<br />
Dit is een plateau met twee betonnen drempels (zonder inscriptie) en een<br />
beklinkerd wegvak met standaard maatvoering en hoogte voor 60 km/<br />
uur. Bij deze maatregel hoort tevens het verwijderen van het huidig<br />
plateau ten zuiden ervan.<br />
Diefdijk dijkpaal D20<br />
Dit is een plateau met twee betonnen drempels (zonder inscriptie) en een<br />
beklinker wegvak met een hoogte voor 60 km/uur.<br />
Aan de westzijde sluit de inrit richting het natuurterrein van Zuid-<br />
Hollands Landschap aan op het plateau. De lengte van het plateau moet<br />
na inmeting worden afgestemd op de maatvoering van de aansluitende<br />
inrit.<br />
Diefdijk dijkpaal D22 dijkstoep Kerkweg<br />
De huidige drempel wordt omgevormd tot een Waterlinie-plateau met<br />
twee betonnen drempels (verhoogd) en een beklinkerd wegvak met<br />
standaard maatvoering en hoogte voor 60 km/uur.<br />
Als naamgeving wordt aan de noordelijke drempel de tekst ‘Bassa’<br />
toegevoegd, ter markering van de voorliggende dijkdoorbraak.<br />
Diefdijk dijkpaal D23+150 aansluiting Acquoyseweg<br />
De aansluiting Acquoyseweg bestaat uit een beklinkerd plateau met drie<br />
betonnen drempels. Twee drempels, op de Diefdijk zijn verhoogd. De<br />
derde drempel, op de oprit van de Acquoyseweg, is vlak uitgevoerd. Deze<br />
oostelijke drempel wordt voorzien van de inscriptie ‘W...bouwjaar...’.<br />
Diefdijk dijkpaal D25+80 aansluiting Wielkade<br />
Ter markering van de aansluiting Wielkade, direct ten zuiden van het Wiel<br />
van Bassa, wordt een beklinkerd plateau met drie betonnen drempels<br />
aangelegd. Alle drempels worden vlak uitgevoerd door de nabijheid van<br />
woningen. De zuidelijke drempel, met het aanzicht op het wiel, krijgt de<br />
inscriptie ‘Bassa’. De westelijke drempel op de Wielkade krijgt en<br />
entreemarkering van de hoofdverdedigingslijn ‘W ...bouwjaar...’.<br />
De huidige drempel bij dijkpaal D25+160 wordt verwijderd en vervangen<br />
door het plateau bij de Wielkade.<br />
Diefdijk dijkpaal D26<br />
Hier wordt een 7 verkeersplateau geplaatst om het lange, rechte tracé<br />
langs polder De Geeren te onderbreken. Het wordt een verhoogd 8 plateau<br />
met klinkers en twee betonnen drempels zonder inscriptie, 60km/uur.<br />
Aandachtspunt voor de maatvoering is de aansluiting van de erfinritten.<br />
Het hoogteverloop van de inritten dient afgestemd te worden op de<br />
DP. D20<br />
plateauhoogte.<br />
Diefdijk dijkpaal D27<br />
Dit is een plateau met twee betonnen drempels (zonder inscriptie) en een<br />
wegvak met klinkers met standaard maatvoering en hoogte voor 60<br />
km/uur.<br />
Diefdijk dijkpaal D29+120<br />
Hier wordt een verkeersplateau geplaatst om het lange, rechte tracé<br />
langs polder De Geeren te onderbreken. Het wordt een verhoogd plateau<br />
met klinkers en twee betonnen drempels zonder inscriptie, 60 km/uur.<br />
Aandachtspunt voor de maatvoering is de aansluiting van de erfinritten.<br />
Het hoogteverloop van de inritten dient afgestemd te worden op de<br />
plateauhoogte en er dient opstelruimte gecreëerd te worden.<br />
Diefdijk dijkpaal D31+60<br />
Ook bij dijkpaal D31+60 komt een verkeersplateau voor 60km/uur, met<br />
standaard <strong>Diefdijklinie</strong>uitvoering. Bijzonderheid van deze locatie is de<br />
aansluiting op de inrit naar het pontje over de Culemborgse Vliet.<br />
De direct ten noorden gelegen asfaltdrempel wordt verwijderd ten<br />
gunste van het veiliger maken van de dijkafrit.<br />
Diefdijk dijkpaal D35+30 aansluiting Industrieweg<br />
De aansluiting Industrieweg wordt veiliger gemaakt door de aanleg van<br />
een <strong>Diefdijklinie</strong>plateau, conform de standaarduitvoering met twee<br />
verhoogde drempels op de Diefdijk (30 km/uur) en een vlakke, visuele<br />
drempel (met W...bouwjaar...) op de oprit van de Industrieweg. Gezien de<br />
korte afstand tot de spoorlijn wordt het gehele tussenliggende wegvak<br />
voorzien van klinkers, beginnend direct ten zuiden van de entree tot het<br />
Werk op de Spoorlijn. Als onderdeel van het verkeersplateau wordt deze<br />
toekomstige publieksentree veiliger gemaakt.<br />
10<br />
9<br />
7<br />
11 12<br />
DP. D19<br />
Sonsbrug<br />
Diefdijk dijkpaal D18+150 aanleg plateau Sonsbrug, verwijderen naastgelegen plateau<br />
Diefdijk dijkpaal D20 aanleg plateau<br />
DP. D20<br />
8<br />
2<br />
4<br />
13<br />
14<br />
10<br />
9<br />
6<br />
16<br />
15
Donkere kade<br />
1<br />
Wielkade<br />
39<br />
38<br />
15a 15<br />
3 4<br />
44<br />
44a<br />
GSP<br />
2<br />
44b<br />
60<br />
45<br />
DP. D25<br />
47<br />
17<br />
DP. D33<br />
1. verwijderen verkeersplateau<br />
2. aanleg kruisingsplateau Wielkade<br />
3. aanleg kruisingsplateau Acquoyseweg<br />
4. omvormen plateau Kerkweg<br />
5. aanleg parkeerplaats (zie 9.3)<br />
18<br />
GSP<br />
DP. D24<br />
Acquoyseweg<br />
3<br />
5<br />
Wiel van Bassa<br />
5 6<br />
Diefdijk<br />
DP. D23<br />
19a<br />
8<br />
Kerkweg<br />
10<br />
polder De Geeren<br />
29 27<br />
4<br />
DP. D22<br />
1 2<br />
Diefdijk dijkpaal D29+120 aanleg plateau<br />
7<br />
8<br />
3 4<br />
20<br />
DP. D32<br />
DP. D36<br />
DP. D21<br />
76<br />
5<br />
6<br />
7<br />
Diefdijk<br />
9 10<br />
DP. D20<br />
Diefdijk dijkpaal D31+60 aanleg plateau<br />
11<br />
Industrieweg<br />
Diefdijk dijkpaal D35+30 aanleg plateau<br />
Werk op de spoorlijn aan de Diefdijk<br />
DP. D35<br />
DP. D31<br />
DP. D34<br />
<strong>Diefdijklinie</strong> | 10<br />
13<br />
22<br />
Donkere k
106 | <strong>Diefdijklinie</strong><br />
Passage Oude Horn<br />
De rotonde voorbij ontstaat het zicht op het gemaal De Oude Horn. Het<br />
recent gerestaureerde witte gemaal ligt temidden van restanten van de<br />
voormalige Culemborgse Vliet welke in het verleden een cruciale rol<br />
speelde bij de afwatering van de Culemborger Waarden.<br />
Het gemaal en de bijbehorende sluis worden in het kader van de<br />
ontwikkeling van de Nieuwe Hollandse Waterlinie gerestaureerd en het<br />
wordt mogelijk om erom heen te wandelen. Vanuit Leerdam wordt een<br />
wandelpad richting de Diefdijk aangelegd en een trap maakt het mogelijk<br />
de dijk te betreden richting het gemaal.<br />
Dit traject is tevens het einde van de Diefdijk. De dijk splitst in de<br />
Horndijk en de Meerdijk, waarbij de hoofdverdedigingslijn de Meerdijk<br />
volgt. Om deze afbuiging te accentueren, de wegkruising verkeersveiliger<br />
te maken en de context van De Oude Horn te verbijzonderen wordt een<br />
groot deel van het wegvak voorzien van klinkers.<br />
Tevens wordt de belijning en omvang van het kruisingsvlak veranderd. De<br />
hoofdroute is Diefdijk-Meerdijk. De aantakking op de Horndijk wordt<br />
ondergeschikt gemaakt. Het huidige middeneiland wordt verwijderd<br />
waardoor het verhardingsoppervlak kleiner wordt. De ruimte die<br />
hierdoor ontstaat op de kruin van de dijk wordt benut om een<br />
Waterliniebank te plaatsen, met uitzicht op het gemaal. In de bank wordt<br />
informatie over het gemaal verwerkt en wordt verwezen naar de<br />
historische uitwateringssluis welke op deze locatie in de Meerdijk gelegen<br />
heeft.<br />
De omgeving wordt opgeschoond door het schrikhek bij de kruising te<br />
verwijderen. Ook de geleiderail wordt weggehaald.<br />
2<br />
OUDE HORN<br />
3<br />
3<br />
9<br />
4<br />
8<br />
1<br />
7<br />
5<br />
OUDE HORN<br />
6<br />
2<br />
1. herinrichting dijkweg met klinkers<br />
versmallen kruisingsvlak<br />
wijzigen aansluitvorm Horndijk (ondergeschikt maken)<br />
2. plaatsen drempel ‘Oude Horn’<br />
3. plaatsen drempel ‘W...bouwjaar...’<br />
4. verwijderen geleiderail, versmallen weg<br />
plaatsen Liniebank 6 meter met informatie over<br />
Oude Horn en verdwenen Meerdijkdsluis<br />
5. aanleg dijktrap 2x<br />
6. aanleg wandelpad Oude Horn - Leerdam<br />
7. plaatsen (fruit)bomen op aanberming<br />
8. handhaven beplanting op dijktalud<br />
of herstellen na plaatsing damwand<br />
9. verwijderen schrikhek<br />
6<br />
5
Meerdijk<br />
Op de Meerdijk worden drie plateaus aangelegd, twee gekoppeld aan de<br />
batterijen (zie 7.6) en één bij de Huigensstraat. De huidige drempel wordt<br />
vervangen door een iets zuidelijker gelegen plateau.<br />
25<br />
Kerkweg<br />
5<br />
3<br />
Asperen<br />
DP. D43<br />
2<br />
Meerdijk<br />
1<br />
DP. D42<br />
1<br />
4<br />
DP. D41<br />
2 4<br />
Huigenstraat<br />
Linge<br />
8<br />
DP. D40<br />
20<br />
22<br />
4<br />
24<br />
26<br />
DP. D39<br />
Nieuwe Horn<br />
<strong>Diefdijklinie</strong> | 107<br />
1. verkeersplateau Huigensstraat<br />
2. batterij Meerdijk Noord en groepsnest met verkeersplateau<br />
3. batterij Meerdijk Zuid met kruisingsplateau<br />
4. wandelpad onderlangs Meerdijk (uitvoering 2011)<br />
2<br />
4
108 | <strong>Diefdijklinie</strong><br />
Linge passage<br />
Een locatie die, net als de batterijen, bijzondere aandacht krijgt in de<br />
weginrichting is het tracé door de uiterwaarden van de Linge. Vanuit alle<br />
aspecten - historie, landschap, recreatie en verkeer - verdient deze locatie<br />
aandacht. Het is een gebied waar tussen de stadskern van Asperen en het<br />
Fort bij Asperen druk wordt gewandeld en gefietst. Samen met het<br />
autoverkeer zorgt dit op het bochtige tracé voor onveilige situaties.<br />
Het is een deel van de <strong>Diefdijklinie</strong>, waar de historie duidelijk voelbaar is.<br />
De beide waaiersluizen vervulden een belangrijke rol in het functioneren<br />
van de Waterlinie. Hier werden de Lingesluizen gesloten om het water op<br />
te zetten voor de inundatie via de beide waaiersluizen bij het fort en de<br />
Wapenplaats. Op de achtergrond zijn het Fort bij Asperen, de<br />
Wapenplaats en de stadsmuur van Asperen te zien. Historische dijkhuizen<br />
geven de dijk karakter en er is weids uitzicht over de Linge.<br />
Een integrale herinrichting van het gehele tracé tussen Langedijk en<br />
zuidelijke Lingedijk moet de problemen oplossen en een kwaliteitsimpuls<br />
geven aan deze unieke openbare ruimte.<br />
De basis voor de beleving wordt gelegd door het instellen van een<br />
vrachtwageninrijverbod tussen de Voorstraat en de Diefdijk. Dit zal de<br />
dijkweg veiliger en aantrekkelijker maken. Om de omgeving te<br />
‘ontrommelen’ zijn inmiddels verkeersborden en schrikhekken<br />
verwijderd.<br />
Het traject tussen de Langedijk en de zuidelijke Lingedijk wordt geheel<br />
voorzien van de ‘Waterlinie-klinkers’. Het beklinkerde wegvak wordt aan<br />
de noordzijde begrensd door een betonnen drempel met de insciptie<br />
‘Linge’. Dit markeert de overgang naar de uiterwaard. Aan de zuidzijde<br />
sluit dit wegdeel aan op het kruisingsplateau dat wordt aangelegd bij de<br />
Voorstraat. Ook hier duidt de inscriptie ‘Linge’ de entree tot de<br />
uiterwaard.<br />
De Lingepassage krijgt, voor de vele wandelaars, een eigen wegprofiel<br />
door de toevoeging van twee wandelstroken langs de rijbaan. Deze<br />
stroken bestaan uit dezelfde klinkers, maar onderscheiden zich door een<br />
ander verband.<br />
De haag, nu aanwezig op het sluiseiland, wordt doorgezet tot aan de<br />
Langedijk en de Voorstraat. Dit versterkt de ruimtelijke eenheid van het<br />
Lingeuiterwaardtracé, begeleidt het verkeer en geeft karakter aan de<br />
locatie. De asymmetrische inrichting versterkt het Waterlinieprofiel.<br />
De brugdekken worden opnieuw ingericht, waarbij het dek op de<br />
zuidelijke sluis wordt versmald, zodat er slechts één auto de brug tegelijk<br />
kan passeren. Dit creërt meer verkeersveiligheid. De brugleuningen<br />
worden zwart gemaakt, voor een terughoudender aanblik.<br />
Een deel van de aangrenzende inritten naar de aanliggende woningen is<br />
al bestraat met roodbruine klinkers. Een deel van de inritten wordt<br />
opnieuw bestraat met deze zelfde roodbruine klinkers, als<br />
kwaliteitsimpuls. Door het gebruik van roodbruine klinkers is er een<br />
duidelijk onderscheid met de klinkers van het wegdek.<br />
Op het sluiseiland en onderaan de dijk wordt receatiemeubilair in<br />
Liniestijl geplaatst. Hier is prachtig zicht over de Linge.<br />
Reeds gerealiseerd<br />
Het traject tussen de beide Lingesluizen is in het najaar van 2011 reeds<br />
gedeeltelijk uitgevoerd. De delen ten noorden en zuiden van het<br />
sluiseiland worden gerealiseerd in het Diefdijkproject. klinkers op de dijk met twee wandelstroken<br />
zicht over de Linge vanaf de zuidelijke waaiersluis
6<br />
L L I I N N G G EE<br />
7<br />
7<br />
8<br />
5<br />
3<br />
8 8<br />
11<br />
3<br />
2<br />
9<br />
1<br />
4<br />
11<br />
10<br />
11<br />
REEDS UITGEVOERD<br />
1. bestraten wegdek sluiseiland met klinkers - Euroton Forresta<br />
2. bestraten inrit met klinkers (roodbruin)<br />
3. versmallen brugdek<br />
4. vervangen schuurtje<br />
NOG UIT TE VOEREN<br />
5. bestraten wegdek met klinkers - Euroton Forresta<br />
6. plaatsen drempel ‘Linge’<br />
7. plaatsen drempel ‘W ...bouwjaar...’<br />
8. aanplant haag<br />
9. plaatsen Liniebank<br />
10. plaatsen Linie picknickset<br />
11. grijs/groen schilderen hekwerken (langs weg en brugdek)<br />
5<br />
8<br />
<strong>Diefdijklinie</strong> | 109<br />
L L I I N N G G EE<br />
6
110 | <strong>Diefdijklinie</strong><br />
Nieuwe Zuiderlingedijk<br />
De Nieuwe Zuiderlingedijk nodigt door het lange, rechte tracé uit tot hard<br />
rijden en wordt daardoor als onveilig ervaren.<br />
De verkeersveiligheid wordt verbeterd door het instellen van een<br />
vrachtwageninrijverbod op de dijkweg ten oosten van de provinciale weg<br />
N848. Deze maatregel weert het sluipverkeer op deze route en maakt<br />
daardoor niet alleen de Nieuwe Zuiderlingedijk veiliger, maar ook het<br />
aansluitende deel op het sluiseiland en de Meerdijk.<br />
Om de snelheid van het verkeer te remmen, worden op de volgende<br />
locaties verkeersplateaus aangelegd:<br />
verkeersplateau batterij Nieuwe Zuiderlingedijk<br />
Over de gehele lengte van de batterij wordt een verhoogd verkeersplateau<br />
aangebracht met in de twee drempels de inscriptie van het bouwjaar.<br />
kruisingsplateaus<br />
- kruising Voorstraat/Lingedijk<br />
- kruising Nieuweweg<br />
- krusing Kerkweg<br />
Het plateau bij de Voorstraat/Lingedijk krijgt één fysieke/verhoogde<br />
drempel; aan de oostzijde. De overige drie drempels worden visueel<br />
uitgevoerd, m.n. door de nabijheid van woningen.<br />
De plateaus bij de Nieuweweg en de Kerkweg worden conform het<br />
principe uitgevoerd met twee fysieke/verhoogde drempels op de Nieuwe<br />
Zuiderlingedijk en twee visuele/vlakke drempels op de dijkopritten.<br />
plateaus weerszijden N848<br />
De provinciale weg N848 is een doorgaande weg waar 80 kilometer/uur<br />
de toegestane snelheid is. Er is dus geen sprake van een gelijkwaardige<br />
kruising met de Nieuwe Zuiderlingedijk; er wordt dan vanzelfsprekend<br />
ook geen verkeersplateau op de kruising aangelegd. Omdat het wel van<br />
belang is het verkeer op de Nieuwe Zuiderlingedijk af te remmen voor de<br />
kruising, worden aan weerszijden van de N848 drempels geplaatst.<br />
verkeersplateaus in het ritme van de groepsschuilplaatsen<br />
Aanvullend op bovengenoemende remmende locaties zijn aanvullende<br />
maatregelen nodig om de lange, rechte wegvakken te onderbreken.<br />
Karakteristiek aan de Nieuwe Zuiderlingedijk is de lijnopstelling van de<br />
groepsschuilplaatsen. De benodigde verkeersplateaus worden gekoppeld<br />
aan het ritme van deze betonnen werken.<br />
2<br />
DP. D61<br />
inundatiesluis Heukelum<br />
GSP 761<br />
kruisingsplateau verkeersplateau<br />
en<br />
vrijzetten groepsschuilplaats<br />
DP. D60<br />
GSP 762<br />
verkeersplateau<br />
en<br />
vrijzetten groepsschuilplaats<br />
wandelpad<br />
DP. D59<br />
behoud openheid<br />
richting inundatiekom<br />
zicht inundatiekom<br />
Kerkweg<br />
GSP 763<br />
kruisingsplateau<br />
loopgraaf 1916<br />
schuilplaats 764<br />
Tiendweg<br />
DP. D58<br />
Nieuwe Zuiderlingedijk<br />
wandelpad<br />
behoud openheid<br />
richting inundatiekom<br />
GSP 765<br />
verkeersplateau<br />
en<br />
vrijzetten groepsschuilplaats<br />
zicht inundatiekom<br />
DP. D57<br />
kruisingsplateau<br />
wandelpad<br />
behoud openheid<br />
richting inundatiekom<br />
DP. D56<br />
zicht inundatiekom<br />
en<br />
zicht waterplas<br />
Nieuwe Zuiderlingedijk<br />
GSP 766<br />
creëren uitzicht op wiel<br />
door verwijderen randbeplanting<br />
creëren uitzicht op wiel<br />
door verwijderen randbeplanting<br />
verkeersplateau<br />
en<br />
vrijzetten groepsschuilplaats<br />
zicht waterplassen<br />
en<br />
picknickplek<br />
DP. D55<br />
picknickplek
DP. D54<br />
behoud openheid<br />
richting inundatiekom<br />
zicht op GSP 768<br />
GSP 768<br />
GSP 769<br />
N848<br />
Waterliniepad LAW<br />
GSP 767<br />
verkeersplateaus<br />
weerszijden N848<br />
DP. D53<br />
Nieuwe Zuiderlingedijk<br />
DP. D52<br />
hoge stuw<br />
inundatiesluis Asperen<br />
Nieuwe Zuiderlingedijk<br />
DP. D51<br />
GSP 729<br />
verkeersplateau<br />
en<br />
GSP 730<br />
vrijzetten groepsschuilplaats<br />
DP. D50<br />
GSP 731<br />
dijktrappen<br />
t.b.v.<br />
kruisende wandelroute<br />
DP. D49<br />
GSP 732<br />
verkeersplateau<br />
en<br />
vrijzetten groepsschuilplaats<br />
aansluitend wandelpad<br />
IJsvogelroute<br />
Nieuwe Zuiderlingedijk<br />
DP. D48<br />
GSP 733<br />
GSP 733<br />
verkeersplateau<br />
en<br />
vrijzetten groepsschuilplaats<br />
1<br />
8 9<br />
batterij<br />
7<br />
2<br />
3<br />
6<br />
5<br />
4<br />
DP. D47<br />
Nieuwe Zuiderlingedijk<br />
zicht inundatiekom<br />
Waterliniepad LAW<br />
DP. D46<br />
GSP 735<br />
verkeersplateau<br />
en<br />
Nieuwe Zuiderlingedijk<br />
vrijzetten groepsschuilplaats<br />
32 123<br />
wandelroute<br />
Wapenplaats -<br />
2 DP. D45<br />
Nieuwe Zuiderlingedijk<br />
Voorstraat Asperen<br />
Zuidelijke Lingedijk<br />
wapenplaats<br />
126<br />
kruisingsplateau<br />
en<br />
herinrichting sluiseiland<br />
<strong>Diefdijklinie</strong> | 111<br />
5<br />
10<br />
DP. D44<br />
Fort bij Asperen
112 | <strong>Diefdijklinie</strong><br />
Aansluiting<br />
Nieuwe Zuiderlingedijk - Zuiderlingedijk<br />
De aansluiting van de Nieuwe Zuiderlingedijk op de Zuiderlingedijk krijgt<br />
meer nadruk door het creëren van een groter plateau met klinkers, op<br />
vergelijkbare wijze met het begin en einde van de Diefdijk (batterijen<br />
Diefdijk Noord en Oude Horn) en bij de Linge-passage.<br />
De verbijzondering van het wegvak start direct ten oosten van de<br />
inundatiesluis Heukelum. Hier komt een betonnen drempel. Richting<br />
westen start het wegvak met klinkers, dat eindigt met een betondrempel<br />
op de Zuiderlingedijk op de locatie waar nu de afsafaltdrempel ligt. Zo<br />
liggen beide (verhoogde) drempels op ruime afstand van de dijkwoning.<br />
Op de Groeneweg (de Lingedijk richting noorden) komt een visuele<br />
betondrempel ter beëindiging van het klinkerwegvak.<br />
Door het klinkertracé wordt de doorgaande route van de<br />
hoofdverdedigingslijn versterkt.<br />
In de berm van de Lingedijk wordt de huidige bank vervangen door een<br />
Liniebank met informatie over de omgeving. Het schrikhek wordt<br />
verwijderd en vervangen door een bochtbegeleiding met tetraëders aan<br />
kettingen, waardoor de militaire identiteit van de dijk versterkt wordt.<br />
Het trottoir voor het dijkhuis wordt verwijderd; hier wordt een grasberm<br />
aangelegd zodat het landelijk karakter versterkt wordt.<br />
verhoogde drempel<br />
visuele/vlakke drempel<br />
3<br />
1<br />
2<br />
4<br />
5<br />
verhoogde drempel<br />
1. aanleg verkeersplateau<br />
- plateau klinkers (Euroton Forresta)<br />
- drempels beton (visueel nabij woning, verhoogd op Nieuwe zuiderlingedijk en Zuiderlingedijk)<br />
- indien mogelijk versmallen verhard oppervlak<br />
2. verwijderen trottoir, aanleg gasberm,<br />
aanleg pad en toegang garage in klinkers (roodbruin/afwijkend wegdek)<br />
3. zichtlocatie Linge<br />
- verwijderen huidige bank, plaatsen Liniebank<br />
- verwijderen schrikhek, bochtbegeleiding en afbakening met tetraëders aan ketting<br />
4. aanberming dijkverbetering<br />
5. aanleg platberm en dijkafrit t.b.v. wandelpad (graspad)
Zuiderlingedijk<br />
Op de Zuiderlingedijk worden de volgende verkeersmaatregelen<br />
genomen.<br />
Spijkse Kweldijk D62+230<br />
Bij de meest oostelijk gelegen aansluiting van de Spijkse Kweldijk<br />
(D62+230) is het niet mogelijk een kruisingsplateau te maken omdat<br />
direct tegen de kruising aan een dijkhuis ligt. Hier wordt afgeweken van<br />
het principe en gekozen voor handhaving van de huidige situatie.<br />
Ten oosten van deze kruising wordt een plateau aangelegd nabij de<br />
groepsschuilplaats.<br />
Spijkse Kweldijk D64+120<br />
Op deze aansluiting is een standaard kruisingsplateau van toepassing; een<br />
plateau met klinkers, twee fysieke drempels op de dijk en één visuele<br />
drempel op de oprit met de markering W...bouwjaar....<br />
De huidige asfaltdrempel, direct ten westen van deze aansluiting gelegen,<br />
zal worden verwijderd.<br />
Batterij Broekse Sluis<br />
Bij de batterij Broekse Sluis wordt over de gehele lengte van de batterij<br />
een verkeersplateau met klinkers aangelegd, begrensd door twee<br />
betonnen drempels. Beide drempels worden vlak uitgevoerd in verband<br />
met de nabij gelegen dijkwoningen.<br />
Gemaal Broekse Sluis<br />
Het ontwerp voor de omgeving van het gemaal Broekse Sluis wordt in<br />
eind 2011 afgerond. Het betreft de herinrichting van het gemaalterrein, de<br />
aansluiting met het achterliggend fietspad, het plaatsen van<br />
Liniemeubilair en eventueel een herinrichting van het erf ten westen van<br />
het gemaal.<br />
Voorbij gemaal Broekse Sluis<br />
Op de dijk ten westen van het gemaal Broekse Sluis wordt een aantal<br />
verkeerkeersmaatregelen genomen, maar worden de<br />
Waterliniekenmerken niet meer toegepast. Hoewel dit tracé wel<br />
onderdeel was van de eerste aanleg van de Linie, is er voor gekozen het<br />
meest recente tracé van de hoofdverdedigingslijn te versterken. Dit<br />
betekent dat de Linielijn bij Broekse Sluis afbuigt en verder door de<br />
Tielerwaard loopt richting het Fort bij Vuren.<br />
Op de dijk worden bij de dijkpalenD68+190, D72+15, D73+190 en D75+50<br />
verkeersplateaus in asfalt aangelegd. Bij D72+15 wordt eveneens de<br />
bestaande rommelige bestrating bij het historisch weeghuisje vervangen<br />
door een eenduidige inrichting met klinkers, zodat er een aantrekkelijker<br />
recreatieplek ontstaat.<br />
8. Technisch ontwerp en bestek<br />
De verkeersmaatregelen en herinrichtingsplannen voor het wegdek en de<br />
directe omgeving zoals vermeld in dit hoofdstuk zijn weergegeven op de<br />
20 1:1000 kaarten van het ruimtelijk ontwerp <strong>Diefdijklinie</strong> (zie bijlage). Op<br />
deze kaartenset is de scope van het uitvoeringsproject <strong>Diefdijklinie</strong><br />
duidelijk herkenbaar. Voor deze onderdelen (zowel voor de prioriteit<br />
‘groen’ als ‘oranje’) moet een technisch ontwerp en bestek opgesteld<br />
worden.<br />
Op de bijgevoegde CD staan de 20 overzichtskaarten op schaal 1:1000, de<br />
relevante detailontwerpen en reeds uitgevoerde onderzoeken.<br />
De in dit rapport omschreven ontwerpen (maten, vormen, materialen, ..)<br />
zijn uitgangspunt. Op grond van nader (terrein)onderzoek en technische<br />
uitwerking kan in overleg met WSRL en DLG afgeweken worden van de<br />
deze uitgangspunten. Ook de besteksraming kan aanleiding tot wijziging<br />
geven.<br />
Bij de uitwerking van de ruimtelijk ontwerpen voor de<br />
verkeersmaatregelen zijn onder andere de volgende aspecten van belang:<br />
Verkeerskundige uitwerking verkeersplateaus<br />
De verkeersplateaus moeten worden voorzien van de juiste<br />
verkeerskundige belijningen (boogstralen) en hoogten.<br />
Voor de verkeersplateaus is een principemaatvoering geformuleerd, maar<br />
voor ieder afzonderlijk plateau dient in de uitwerkingsfase een specifiek<br />
ontwerp gemaakt te worden, waarbij onder andere maatvoering bij<br />
aansluitende erfinritten met passend hoogteverloop uitgewerkt wordt.<br />
Uitwerking ontwerp Waterliniedrempels<br />
Het ontwerp van de ‘Waterliniedrempel’ moet nader gedetailleerd<br />
worden. Hier gaat het onder andere om de toepassing van de<br />
verkeerskundige (CROW)-normen afgestemd op de vereiste snelheid, de<br />
detaillering, de inscripties en de wijze van verkeerssignalering.<br />
verrommelde indruk bij het weeghuisje door de veelheid aan bestratingsmateriaal<br />
Uitwerking wegbreedtes en bermversteviging<br />
De wegbreedtes op de Diefdijk dienen in detail uitgewerkt te worden. Bij<br />
de uitwerking van de bermversteviging dient aandacht te zijn voor<br />
geluidsoverlast, stabiliteit, fietsveiligheid. Tevens dient de<br />
bodemafwerking zodanig te zijn, dat optimale grasgroei gewaarborgd is<br />
Materialisatie<br />
Het materiaal van de verkeersplateaus staat vast:<br />
Als ‘Waterlinie-klinker’ wordt een bruin-grijsgesmoorde straatbaksteen<br />
gebruikt (Euroton Forresta DF dikformaat (ca. 200x65x85 mm.), vormbak,<br />
onbezand, verbruik 72-76 per vierkante meter, kwaliteit A 4-12g).<br />
De drempels worden van beton. In overleg met de opdrachtgevers<br />
moeten de specificaties (zoals kleur, kwaliteit) voor het beton nader<br />
uitgewerkt worden.<br />
Constructie<br />
Constructie-eisen dienen nader met de wegbeheerders bepaald te<br />
worden.<br />
Voor alle uitwerkingen geldt dat deze in nauw overleg met WSRL, DLG en<br />
gemeente Lingewaal uitgevoerd moeten worden.<br />
<strong>Diefdijklinie</strong> | 113
114 | <strong>Diefdijklinie</strong><br />
P<br />
12<br />
R<br />
12<br />
Q<br />
4<br />
P<br />
3<br />
O<br />
11<br />
T<br />
5<br />
T<br />
S<br />
N<br />
9<br />
10<br />
2<br />
I<br />
L<br />
J<br />
H<br />
8<br />
M<br />
P<br />
K<br />
G<br />
7<br />
P<br />
E<br />
F<br />
P<br />
D<br />
6<br />
C<br />
5<br />
1<br />
P<br />
A<br />
B<br />
P<br />
S<br />
P<br />
fietsroute <strong>Diefdijklinie</strong><br />
<strong>Diefdijklinie</strong>wandelpad<br />
- aanleg project <strong>Diefdijklinie</strong><br />
- aanleg buiten scope<br />
- gerealiseerd/bestaand<br />
vaarverbinding<br />
pont<br />
T dijktrap<br />
sloepverbinding Linge<br />
kleine parkeerplaats<br />
WANDELROUTE<br />
binnen scope uitvoering <strong>Diefdijklinie</strong><br />
1. gedekte weg batterijen Diefdijk Noord<br />
2. wandelstroken weg Lingepassage<br />
3. Nieuwe Zuiderlingedijk zuidwest<br />
4. Zuiderlingedijk<br />
buiten scope uitvoering <strong>Diefdijklinie</strong><br />
5. Diefdijk Noord<br />
6. Molenkade (gereed)<br />
7. Polder De Geeren<br />
8. Werk Spoor<br />
9. Meerdijk (gereed 2011/2012)<br />
10. Nieuwe Zuiderlingedijk zuidoost<br />
11. verbinding omgeving N848<br />
12. Tielerwaard<br />
RUSTPUNTEN EN ATTRACTIES<br />
A. Fort Everdingen<br />
B. Werk aan het Spoel<br />
C. batterijen Diefdijk Noord<br />
D. V.I.S.kazemat - uitzichtlocatie A2<br />
E. doorgezaagde bunker<br />
F. geschutsbanket Wiel de Waaij<br />
G. Wiel van Bassa<br />
H. Werk op de Spoorlijn aan de Diefdijk<br />
I. Oude Horn<br />
J. batterijen en groepsnest Meerdijk<br />
K. Fort Asperen<br />
L. Wapenplaats Asperen<br />
M. Fort bij de Nieuwe Steeg<br />
N. batterij Nieuwe Zuiderlingedijk<br />
O. rustplek Nieuwe Zuiderlingedijk<br />
P. loopgraaf - rustplek<br />
Q. batterij Broekse Sluis<br />
R. Fort Vuren
9 Recreatie<br />
De <strong>Diefdijklinie</strong> wordt beter toegankelijk gemaakt voor de recreant. Door Waterlinie-objecten te herstellen, zichtbaar en publiek toegankelijk te<br />
maken, gaat het historisch erfgoed ‘leven in de hoofden en de harten’. Belangrijke ingrepen zijn het fietsveilig maken van de dijkwegen zodat de<br />
hoofdverdedigingslijn de fietsroute wordt tussen Everdingen en Vuren, maar ook wordt er gestreefd naar de aanleg van een<br />
<strong>Diefdijklinie</strong>wandelpad, met aantakkingen op het wandelnetwerk in de omgeving.<br />
9.1 <strong>Diefdijklinie</strong>pad<br />
Om de Waterlinie te beleven wordt gestreefd naar de aanleg van een<br />
wandelroute tussen het Fort bij Everdingen en het Fort bij Vuren. Het is<br />
een gevarieerde route, die veel aspecten van de Linie passeert; forten,<br />
groepsschuilplaatsen en kazematten, de herstelde batterijen en<br />
loopgraven, inundatiewerken en de natuurgebieden onderaan de<br />
<strong>Diefdijklinie</strong>.<br />
De route volgt deels de bestaande wegen en paden, maar er worden ook<br />
nieuwe trajecten toegankelijk gemaakt. Omdat de aanleg van een<br />
langeafstandswandelpad overleg met vele eigenaren vraagt wordt het<br />
gefaseerd uitgevoerd. In het Diefdijkproject worden de delen van de<br />
route op het dijklichaam gerealiseerd. Deze delen zijn grotendeels in<br />
eigendom van Waterschap Rivierenland, Staatsbosbeheer en reeds<br />
betrokken particuliere eigenaren. Op de nevenstaande kaart is zichtbaar<br />
welke paden onderdeel zijn van het uitvoeringsproject <strong>Diefdijklinie</strong> en<br />
welke delen in andere kaders ontwikkeld moeten worden.<br />
Naast het ‘<strong>Diefdijklinie</strong>pad’ wordt er in het kader van het<br />
Waterlinieprogramma ook gewerkt aan diverse aansluitende<br />
wandelommetjes in de omgeving, in aansluiting op de diverse dorpen en<br />
steden. Het <strong>Diefdijklinie</strong>pad is (eventueel gedeeltelijk) te gebruiken om<br />
het huidige LAW Waterliniepad te optimaliseren.<br />
Project <strong>Diefdijklinie</strong><br />
In het project <strong>Diefdijklinie</strong> worden de volgende paden gerealiseerd:<br />
Gedekte weg batterijen Diefdijk Noord<br />
Tussen de meest noordelijke en middelste batterij wordt het<br />
tussenbanket aan de westzijde van de Diefdijk toegankelijk gemaakt voor<br />
wandelaars. Dit banket werd door de militairen gebruikt als ‘gedekte<br />
weg’ om verscholen achter het dijklichaam tussen de batterijen te<br />
kunnen bewegen. Voor de wandelaars wordt geen verhard pad<br />
aangelegd; het pad ontstaat door het gras intensiever te maaien zodat<br />
het een landelijke uitstraling behoudt. Hier lopen de wandelaars door de<br />
schapen. Met klaphekjes worden de uitgerasterde batterijen toegankelijk.<br />
Linge passage<br />
De <strong>Diefdijklinie</strong> tussen de Langedijk en de Zuiderlingedijk, het traject<br />
door de Linge-uiterwaard, wordt intensief bewandeld. Het is de route<br />
tussen de forten bij Asperen en de Nieuwe Steeg en de stadskern van<br />
Asperen. Op dit traject is weids uitzicht over de Linge en zijn de beide<br />
Lingesluizen te bewonderen.<br />
De weg op de dijk krijgt een aangepast profiel met twee wandelstroken<br />
aan weerszijden (zie 8.4). Het gedeelte tussen de beide Lingesluizen is in<br />
het najaar van 2011 gerealiseerd; de overige delen worden in het<br />
Diefdijkproject uitgevoerd.<br />
Nieuwe Zuiderlingedijk - zuidwest<br />
De Nieuwe Zuiderlingedijk ten westen van de provinciale weg N848 is en<br />
blijft een intensief bereden wegvak met veel vrachtverkeer. Hierdoor is<br />
het wandelen op de dijk onveilig en onplezierig.<br />
Aan de zuidzijde van de dijk wordt het talud in het kader van de<br />
dijkverbetering opnieuw geprofileerd. Door het creëren van een platberm<br />
in het talud ter hoogte van de ingangen van de groepsschuilplaatsen<br />
ontstaat een eenvoudig graspad dat door wandelaars te gebruiken is.<br />
Zuiderlingedijk<br />
Bij de aansluiting Nieuwe Zuiderlingedijk - Zuiderlingedijk kunnen de<br />
wandelaars onderlangs het zuidelijk dijktalud gaan wandelen, tot aan de<br />
Spijkse Kweldijk. Hierbij wordt over een voormalig loopgraafbanket<br />
gelopen. De wandelroute is intensiever gemaaide strook gras,<br />
onopvallend in het landschap.<br />
Linie afbuiging Broekse Sluis<br />
Bij het gemaal Broekse Sluis verlaat de hoofdverdedigingslijn de<br />
Zuiderlingedijk richting de kade door de Tielerwaard. Deze afbuiging is in<br />
de huidige situatie onzichtbaar. Om een herkenbare Waterlinieafslag te<br />
krijgen, wordt het terrein rondom het gemaal opnieuw ingericht. In<br />
paragraaf 9.4 wordt de herinrichting weergegeven.<br />
Oude Horn<br />
Bij het gemaal De Oude Horn wordt een wandelpad tussen de Diefdijk en<br />
Leerdam aangelegd. Een dijktrap leidt de wandelaars de dijk op.<br />
Vervolgens loopt de route over het bestaande pad over het<br />
gerestaureerde sluisje en rondom het gemaal naar de Acquoyseweg. Het<br />
pad ten oosten van de Diefdijk wordt aangelegd in het restauratieproject<br />
Oude Horn. Het pad aan de westzijde van de Diefdijk is onderdeel van het<br />
Diefdijkproject.<br />
Dijktrappen<br />
Om het <strong>Diefdijklinie</strong>pad toegankelijk te maken is het noodzakelijk op een<br />
aantal plekken dijktrappen aan te leggen. Op de kaart zijn de locaties<br />
zichtbaar: bij de Oude Horn en langs de Nieuwe Zuiderlingedijk.<br />
Deze dijktrappen worden uitgevoerd in beton, zoals bij project<br />
Molenkade (zie cd). Dit in tegenstelling tot taludtrappen op de batterijen,<br />
waarvoor de zwartstalen trappen uit het Handboek Liniemeubilair<br />
worden gebruikt ter versterking van het Liniekarakter.<br />
<strong>Diefdijklinie</strong> | 11
116 | <strong>Diefdijklinie</strong><br />
Naast de <strong>Diefdijklinie</strong><br />
In de directe omgeving van de dijk loopt het <strong>Diefdijklinie</strong>pad over de<br />
onderstaande trajecten. De nog uit te voeren delen vallen buiten de<br />
scope van dit project.<br />
Diefdijk Noord<br />
Er wordt gestreefd naar de aanleg van een wandelpad onderaan de<br />
oostzijde van de Diefdijk, van de Prijsseweg naar de V.I.S.kazemat langs<br />
de rijksweg A2. Deze route moet in overleg met de eigenaren uitgewerkt<br />
worden.<br />
Molenkade<br />
Het traject Molenkade is uitgevoerd. Door het nieuwe natuurgebied aan<br />
de oostzijde van de dijk slingert een pad waar wandelaars het natte<br />
landschap van de Linie kunnen ervaren. De aansluitingen op de Diefdijk<br />
hebben een markante vormgeving waarbij dijktrappen overgaan in<br />
steigerpaden waarbij de hoogte van de palen het inundatieniveau<br />
zichtbaar maken. Eén van de paden doorsnijdt een groepsschuilplaats.<br />
(ontwerp Rietveld Landscape en Atelier De Lyon)<br />
Polder De Geeren<br />
In combinatie met de natuurontwikkeling van polder De Geeren wordt<br />
gestreefd naar de aanleg van een wandelpad aan de oostzijde van de<br />
Diefdijk. Ten noorden van de Acquoyseweg kan het pad het verloop van<br />
een historische watergang volgen. In het zuidelijk deel kan de historische<br />
kade langs de westzijde van de Culemborgse Vliet gevolgd worden, tot<br />
aan het recent aangelegde Waterlinietrekpontje over de Vliet.<br />
Werk op de Spoorlijn - Oude Horn<br />
Na de oversteek met het pontje loopt de route langs het Werk op de<br />
Spoorlijn en vervolgens langs de Culemborgse Vliet richting gemaal<br />
Oude Horn. Bij het gemaal gaat de route over de Acquoyseweg naar het<br />
Meerdijkpad. Bij gemaal Oude Horn wordt tevens een aantakking richting<br />
Leerdam gemaakt, over het gemaalterrein en de oude sluis.<br />
In het Diefdijkproject is hiervoor een dijktrap en wandelpad aan de<br />
westzijde van de dijk opgenomen (zie 8.4).<br />
Meerdijk<br />
Vanaf de Acquoyseweg loopt de route verder onderlangs de Meerdijk. Dit<br />
pad wordt in 2011/2012 aangelegd in het kader van het project<br />
Lingekwartier. De beide batterijen langs de Meerdijk gaan na uitvoering<br />
van het Diefdijkproject onderdeel uitmaken van de route.<br />
Nieuwe Zuiderlingedijk zuidoost<br />
Langs het zuidoostelijk deel van de Nieuwe Zuiderlingedijk ligt al een<br />
spannend pad (LAW) door het natte natuurgebied. Als optimalisatie<br />
wordt gestreefd naar een verbinding met de Wapenplaats Asperen.<br />
Eveneens is een verbinding met het Fort bij de Nieuwe Steeg gewenst.<br />
Verbinding kruising N848 - wandelpad Nieuwe Zuiderlingedijk zuidwest<br />
Het LAW Waterliniepad loopt nu over een historische kade naar de N848<br />
om daar de oversteek naar de Tiendweg te maken. In de vervolgfase<br />
dient een passende verbinding gezocht te worden tussen dit punt en het<br />
nieuw aan te leggen pad op de zuidelijk talud van de Nieuwe<br />
Zuiderlingedijk langs de vele groepsschuilplaatsen.<br />
Tielerwaard west<br />
In het project Tielerwaard West wordt gestreefd naar de aanleg van een<br />
wandelroute tussen de Zuiderlingedijk en het Fort bij Vuren, waar de<br />
oversteek naar het zuidelijk deel van de Waterlinie gemaakt kan worden.
9.2 Rustplekken<br />
Op de <strong>Diefdijklinie</strong> worden langs de recreatieve routes een aantal<br />
rustplekken aangelegd.<br />
Batterijen<br />
Zes van de zeven batterijen worden publiek toegankelijk gemaakt. Enkel<br />
de batterij op kruising Diefdijk-Prijsseweg blijft gesloten, omdat deze in<br />
de voortuin van de eigenaar ligt.<br />
Batterij Meerdijk Noord krijgt een meer intensieve, educatieve functie.<br />
De gedekte schuilplaats wordt hier niet alleen geconsolideerd, maar ook<br />
het interieur wordt hersteld en is tijdens rondleidingen te bezichtigen, in<br />
combinatie met de groepsschuilplaats en kazemat aan de overzijde van<br />
de Meerdijk (zie hoofdstuk 7).<br />
Wiel de Waai - noord<br />
Ten noorden van Wiel de Waai ligt een grondbanket, aangelegd voor een<br />
loopgraaf. Vanwege de fraaie landschappelijke ligging wordt dit<br />
grondbanket publiek toegankelijk gemaakt door de aanleg van een<br />
dijktrap en plaatsing van picknicksets (Liniemeubilair). (zie 7.5)<br />
Wiel van Bassa<br />
Op de oostoever van het Wiel van Bassa wordt een Liniemeubilair<br />
picknickset geplaatst ter vervanging van de huidige set.<br />
Aan de oostzijde van de Diefdijk komt eveneens een Linie-picknickset, bij<br />
de aan te leggen parkeerplaats bij de Acquoyseweg in polder De Geeren<br />
(zie 9.3).<br />
De Oude Horn<br />
Gemaal De Oude Horn, op de kruising Diefdijk-Meerdijk temidden van de<br />
voormalige Culemborgse Vliet, wordt in het kader van de NHW<br />
gerestaureerd, evenals de sluis. Het terrein rondom het gemaal wordt<br />
toegankelijk gemaakt door de aanleg van een wandelpad tussen<br />
Leerdam en de Diefdijk, waarbij vervolgens het sluisje en het gemaal<br />
worden gepasseerd richting Acquoyseweg.<br />
In de waterpartij aan de voorzijde van het gemaal wordt een glazen<br />
kunstwerk van drijvende rietstengels geplaatst, verwijzend naar de<br />
huidige functie van het gemaal als atelier van een glaskunstenaar. Deze<br />
maatregelen maken onderdeel uitvan het project Oude Horn, en vallen<br />
buiten de scope van dit uitvoeringsproject.<br />
In het kader van het uitvoeringsproject <strong>Diefdijklinie</strong> wordt een Liniebank<br />
op de Meerdijk geplaatst, gecombineerd met een herinrichting van de<br />
weg (zie paragraaf 8.4 Passage Oude Horn).<br />
Sluiseiland Linge<br />
Op het sluiseiland in de Linge wordt een Linie-picknickset onderaan de<br />
dijk geplaatst, met fraai uitzicht over de Linge en op de historische<br />
stadsrand van Asperen. Op de dijk wordt een Liniebank geplaatst, met<br />
zicht op de Linge richting oosten, met het Fort bij Asperen en de<br />
wapenplaats (zie 8.4).<br />
Nieuwe Zuiderlingedijk<br />
Op het tussenbanket van de Nieuwe Zuiderlingedijk, ten oosten van de<br />
kruising met de Kerkweg, wordt een recreatieplek ingericht bij de<br />
gedekte schuilplaats, de groepsschuilplaats en de reconstructie van de<br />
loopgraaf (zie 7.8).<br />
Ook ten westen van de provinciale weg wordt een rustplek ingericht op<br />
het verbrede tussenbanket. Op deze locatie is voor de mobilisatie van de<br />
Eerste Wereldoorlog een loopgraaf aangelegd. De brede berm is voor dit<br />
moment een prima aanleiding om een rustplek te maken. Ter herinnering<br />
aan het militair verleden en om de plek een intiemer karakter te geven,<br />
worden <strong>Diefdijklinie</strong>bomen geplant.<br />
Tevens wordt er Liniemeubilair geplaatst bij de waterplassen.<br />
plaatsen Liniemeubilair met zicht op Oude Horn<br />
<strong>Diefdijklinie</strong> | 117<br />
plaatsen Liniemeubilair bij Wiel van Bassa<br />
verwijderen bankje en prullenbak, plaatsen Liniemeubilair op tussenbanket en aanplant <strong>Diefdijklinie</strong>bomen
118 | <strong>Diefdijklinie</strong><br />
9.3 Parkeerplaatsen<br />
Om het recreatief gebruik van de Waterlinie te faciliteren en het zwermen<br />
van parkeren in de omgeving te voorkomen wordt op een aantal plaatsen<br />
een kleinschalige parkeerplaats aangelegd.<br />
De parkeerplaatsen bij viaduct A2/V.I.S.kazemat en de Acquoyseweg zijn<br />
onderdeel van de uitvoering van het <strong>Diefdijklinie</strong>project.<br />
Viaduct A2/V.I.S.kazemat<br />
Bij de vernieuwing van het viaduct en de waterkering A2 is de Diefdijk<br />
verschoven in oostelijke richting waardoor er een brede kruin van de dijk<br />
is ontstaan. Op het noordwestelijk deel van deze kruin wordt al<br />
geparkeerd door bezoekers van het uitzicht- en informatiepunt op het<br />
viaduct en de aan de onderzijde van de dijk gelegen V.I.S.kazemat. De<br />
huidige berm is echter niet geschikt voor parkeren, waardoor de<br />
grasberm kapot gereden wordt.<br />
huidige brede berm op het noordelijk landhoofd A2<br />
referentiebeeld afbakening parkeervak met tetraëders aan kettingen (ontwerp BWZ ingenieurs)<br />
Om het bezoeken van de twee attracties beter te<br />
faciliteren wordt de berm verhard met<br />
grasbetonstenen. Het parkeervak wordt afgebakend met<br />
tetraëders, met elkaar verbonden door kettingen (zie<br />
paragraaf 7.11). Dit versterkt de militaire uitstraling en wordt op<br />
vergelijkbare wijze toegepast bij Werk aan het Spoel en Fort<br />
Vechten. De omgeving krijgt een kwalitatief hoogwaardiger inrichting<br />
door het plaatsen van fruitbomen in het westelijk dijktalud, op de lijn van<br />
het voormalig tracé van de Diefdijk. Zo wordt tevens de asymmetrie van<br />
de Diefdijk versterkt.<br />
Ook op het zuidwestelijk landhoofd worden fruitbomen geplant,<br />
waardoor het viaduct beter wordt ingepast in de omgeving.<br />
Aan deze zuidzijde van de autosnelweg (3) is in het project Molenkade<br />
een kleine recreatieparkeerplaats onderaan de dijk aangelegd.<br />
nog uit te voeren:<br />
1. aanplant fruitbomen<br />
2. aanleg kleinschalige recreatieparkeerplaats<br />
t.b.v. uitzicht- en informatielocatie viaduct A2<br />
en te bezoeken V.I.S.kazemat<br />
reeds uitgevoerd:<br />
3. kleinschalige receatieparkeerplaats Molenkade<br />
4. uitzicht- en informatielocatie viaduct A2<br />
5. kazemat<br />
zicht op zuidelijk landhoofd viaduct A2<br />
1<br />
3<br />
1<br />
2<br />
4<br />
5
Acquoyseweg<br />
In de noordelijke oksel van de aansluiting Diefdijk-Acquoyseweg wordt<br />
een kleine recreatieve parkeerplaats aangelegd voor bezoekers van het<br />
Wiel van Bassa en polder De Geeren. Op deze locatie wordt een<br />
kleipakket in de ondergrond aangebracht voor de verbetering van de dijk.<br />
Voor deze maatregel moet een deel van de huidige boomgaard wijken<br />
maar het streven is het opnieuw aanplanten van fruitbomen om de<br />
parkeerplaats in te passen. Tevens is er ruimte voor een picknickset met<br />
uitzicht over de polder.<br />
Aandachtspunt is de terreinafwerking van de dijkverbeteringsmaatregel<br />
ten zuiden van de Acquoyseweg. Indien mogelijk dient het griend (6)<br />
ontzien te worden. Het streefbeeld voor de overige twee percelen is nat<br />
grasland met een historisch geïnspireerd greppelpatroon.<br />
Overige parkeerplaatsen<br />
In het kader van de recreatieve ontwikkelingen worden tevens<br />
parkeerplaatsen aangelegd bij het Fort bij Asperen en het Fort bij de<br />
Nieuwe Steeg. Tevens worden er in de omgeving van deze beide forten<br />
park+bikeplaatsen ontwikkeld.<br />
Bezoekers van de batterij Broekse Sluis kunnen gebruik maken van de<br />
parkeerplaats op het terrein van het naastgelegen gemaal.<br />
parkeren in het fruit<br />
zicht vanaf Diefdijk over boomgaard; het voorste deel verdwijnt voor aanleg kleipakket<br />
5<br />
6<br />
4<br />
5<br />
2<br />
7<br />
3<br />
1<br />
P<br />
1. grens aanbrengen kleipakket dijkverbetering<br />
<strong>Diefdijklinie</strong> | 119<br />
2. herstel boomgaard (aandachtspunt aanbrengen teelaarde)<br />
3. aanleg kleinschalige recreatieparkeerplaats<br />
met grasbetonstenen, parkeervak afgebakend<br />
met tetraëders aan kettingen<br />
4. aanleg verkeersplateau<br />
5. inpassing kleipakket door afwerking bovengrond<br />
met greppelpatroon in grasland<br />
6. indien mogelijk ontzien griend bij aanbrengen kleipakket<br />
7. plaatsen picknickset (Liniemeubilair)<br />
8<br />
8. aanleg wandelpad De Geeren (buiten scope Diefdijkproject)
120 | <strong>Diefdijklinie</strong><br />
5<br />
2<br />
4<br />
1<br />
3<br />
1. hoofdverdedigingslijn NHW - Zuiderlingedijk<br />
2. hoofdverdedigingslijn NHW - kade Tielerwaard<br />
3. locatie batterij Broekse Sluis<br />
4. gemaal Broekse Sluis<br />
5. voormalige sluiswachterswoning
9.4 Linie afbuiging Broekse Sluis<br />
Bij de eerste aanleg van de Nieuwe Hollandse Waterlinie volgde de<br />
hoofdverdedigingslijn de Zuiderlingedijk tot aan de Vesting Gorinchem. In<br />
een latere fase is de lijn verlegd in oostelijke richting. Bij het gemaal<br />
Broekse Sluis, ten oosten van Spijk, verliet de hoofdverdedigingslijn de<br />
Zuiderlingedijk en boog af richting de Tielerwaard. In de Tielerwaard lag<br />
de hoofdverdedigingslijn op een lage kade.<br />
Deze kade is deels nog aanwezig. Recent is in het kader van het project<br />
Nieuwe Hollandse Waterlinie op deze kade een fietspad aangelegd, met<br />
de ambitie om dit in een latere fase door te trekken tot aan het Fort bij<br />
Vuren en Gorinchem.<br />
De afslag van de hoofdverdedigingslijn van de Zuiderlingedijk richting de<br />
kade Tielerwaard is echter volstrekt onzichtbaar. Fietsers en wandelaars<br />
moeten de Zuiderlingedijk verlaten om via het gemaalterrein Broekse<br />
Sluis en achterlangs het erf van de voormalige sluiswachterswoning het<br />
fietspad op de kade te bereiken. Dit is een onoverzichtelijke situatie.<br />
Belangrijke opgave is het zichtbaar maken van deze route voor het<br />
recreatieve verkeer. Het moet helder worden dat de hoofdverdedigingslijn<br />
en dijk verlaat en over de kade door de Tielerwaard verder loopt.<br />
Voorlopig ontwerp<br />
Voor het zichtbaar maken van de Linie-afbuiging wordt gebruik gemaakt<br />
van het gedachtengoed van het Liniemeubilair. Studio Klarenbeek heeft<br />
een voorlopig ontwerp gemaakt. Essentie van het ontwerp is het creëren<br />
van een markante wandelroute tussen de Zuiderlingedijk en de kade<br />
door de Tielerwaard. Symbolisch wordt de grens van de Waterlinie<br />
weergegeven met een Linieslagboom langs de dijkweg en op het<br />
gemaalterrein.<br />
In de komende periode wordt dit voorlopig ontwerp uitgewerkt tot een<br />
definitief ontwerp, waarbij ook de terreininrichting rondom het gemaal<br />
en het erf van de voormalige sluiswachterswoning betrokken wordt.<br />
<strong>Diefdijklinie</strong> | 121<br />
voorlopig ontwerp Linie afbuiging Broekse Sluis (Studio Eric Klarenbeek)
122 | <strong>Diefdijklinie</strong><br />
MATERIAAL<br />
zwart metaal inlands eiken<br />
KLEUR<br />
lichtgrijs, RAL 7035<br />
onbewerkt inlands eikenhout<br />
mat zwart of gezwart metaal<br />
TYPOGRAFIE<br />
metalen W-profiel fietsenrek<br />
LINIEMEUBILAIR<br />
taludtrap banken en tafels<br />
kruishekwerk
9. Liniemeubilair<br />
Om eenheid, rust en herkenbaarheid aan te brengen in de vele eigentijdse<br />
toevoegingen aan de Nieuwe Hollandse Waterlinie is er een catalogus<br />
ontwikkeld; het Handboek Meubilair Nieuwe Hollandse Waterlinie (Studio<br />
Klarenbeek).<br />
Dit handboek bevat ontwerpen voor receatieve elementen, zoals bankjes,<br />
picknicksets, informatieborden, hekwerken en taludtrappen. Door<br />
eenheid in vormgeving, kleur en materiaalgebruik wordt verrommeling<br />
van de Waterlinie voorkomen en de herkenbaarheid versterkt. Het zijn<br />
eigentijdse ontwerpen, geïnspireerd op de historisch-militaire elementen<br />
van de Linie, passend in het Waterliniekarakter. Het handboek is<br />
uitgewerkt in bestekstekeningen voor de diverse onderdelen.<br />
Belangrijke kenmerken van het Liniemeubilair zijn soberheid,<br />
terughoudendheid en utilitaire bouw. De materialen zijn zwart metaal,<br />
inlands eiken en beton. Het kleurenpalet bestaat uit lichtgrijs (RAL 7035),<br />
eikenhoutkleur en zwart. Stencilia - A is het gebruikte lettertype.<br />
Kenmerkend is de introductie van het zwart stalen W-profiel. Deze tot<br />
een W gevouwen metalen paal versterkt de eigenheid van de Linie en kan<br />
op diverse manieren worden ingezet, zoals bij de hekwerken op forten,<br />
als afrastering bij de batterijen en als drager van informatiebordjes.<br />
Op veel van de te ontwikkelen locaties langs de <strong>Diefdijklinie</strong> wordt dit<br />
meubilair toegepast. Het handboek en de uitwerkingen dient hier<br />
toegepast te worden.<br />
Voor enkele onderdelen van het ruimtelijk ontwerp zijn elementen<br />
bedacht buiten de standaardcatalogus om. Zo wordt bijvoorbeeld op de<br />
voormalige kanonopstelplaatsen van de batterijen gebruik gemaakt van<br />
betonnen blokken, omdat op deze locatie een robuust element passend<br />
is. Maar deze unieke elementen zijn wel zodanig vormgegeven dat ze<br />
passen binnen de uitstraling van het geheel. Ook de Waterliniedrempels<br />
zijn zo te beschouwen als een toevoeging aan de ontwerplijn.<br />
ontwerpen uit Handboek Meubilair Nieuwe Hollandse Waterlinie (Studio Klarenbeek)<br />
9.6 Technisch ontwerp en bestek<br />
De recreatieve locaties vermeld in dit hoofdstuk zijn weergegeven op de<br />
20 1:1000 kaarten van het ruimtelijk ontwerp <strong>Diefdijklinie</strong> (zie bijlage). Op<br />
deze kaartenset is de scope van het uitvoeringsproject <strong>Diefdijklinie</strong><br />
duidelijk herkenbaar. Voor deze onderdelen (zowel voor de prioriteit<br />
‘groen’ als ‘oranje’) moet een technisch ontwerp en bestek opgesteld<br />
worden.<br />
Op de bijgevoegde CD staan de 20 overzichtskaarten op schaal 1:1000, de<br />
relevante detailontwerpen en reeds uitgevoerde onderzoeken.<br />
De in dit rapport omschreven ontwerpen (maten, vormen, materialen, ..)<br />
zijn uitgangspunt. Op grond van nader (terrein)onderzoek en technische<br />
uitwerking kan in overleg met WSRL en DLG afgeweken worden van de<br />
deze uitgangspunten. Ook de besteksraming kan aanleiding tot wijziging<br />
geven.<br />
Wandelpaden<br />
De wandelpaden inclusief voorzieningen genoemd in 9.1 onder de kop<br />
‘project <strong>Diefdijklinie</strong>’ dienen uitgewerkt te worden in een technisch<br />
ontwerp en bestek.<br />
De overige delen van het wandelpad, genoemd onder de kop ‘naast de<br />
<strong>Diefdijklinie</strong>’, vallen buiten de scope van dit project en worden via andere<br />
uitvoeringsprojecten uitgewerkt.<br />
Rustplekken<br />
De rustplekken genoemd in 9.3 zijn onderdeel van het project<br />
<strong>Diefdijklinie</strong>. Op een aantal locaties wordt enkel een picknickset of bank<br />
geplaatst. Hiervoor dient gebruik gemaakt te worden van de<br />
bestekstekeningen van het Handboek Liniemeubilair. Voor de overige<br />
locaties dient een uitwerking gemaakt te worden conform opgestelde<br />
ontwerpen.<br />
Linie afbuiging Broekse Sluis<br />
Het ontwerp voor de omgeving van het gemaal Broekse Sluis wordt in<br />
november 2011 afgerond. Het betreft de herinrichting van het<br />
gemaalterrein, de aansluiting met het achterliggend fietspad, het<br />
plaatsen van Liniemeubilair en eventueel een herinrichting van het erf ten<br />
westen van het gemaal.<br />
Parkeerplaatsen<br />
De ontwerpen voor de parkeerplaatsen viaduct A2 en Acquoyseweg zijn<br />
richtinggevend voor de uitwerkingsfase. De materialisatie en soortkeuze<br />
is op hoofdlijnen omschreven; dit dient nader uitgewerkt te worden.<br />
De overige genoemde parkeerplaatsen zijn van belang voor het<br />
recreatief-toeristisch functioneren van de <strong>Diefdijklinie</strong>, maar vallen<br />
buiten de scope van dit uitvoeringsproject.<br />
Liniemeubilair<br />
Wanneer de ruimtelijk ontwerpen onderdelen bevatten met de<br />
toevoeging ‘Liniemeubilair e/o Handboek Meubilair NHW’ dan dient<br />
gebruik gemaakt te worden van het Handboek Liniemeubilair met<br />
bijgevoegde besteksuitwerking.<br />
<strong>Diefdijklinie</strong> | 123
124 | <strong>Diefdijklinie</strong><br />
16<br />
15<br />
14<br />
13<br />
12<br />
7<br />
8<br />
11<br />
9<br />
10<br />
6<br />
6<br />
5<br />
4<br />
4<br />
3<br />
2<br />
1<br />
principes uitzicht inundatiekommen<br />
1. weids uitzicht Diefdijk Noord<br />
2. zicht tussen haakse kavelbeplantingen<br />
3. zicht acces A2/Molenkade<br />
4. uitzicht over Molenkade<br />
5. zicht Wiel de Waai<br />
6. zicht polder De Geeren tussen haakse bossagsches<br />
7. zichtlijnen Werk Spoorlijn Diefdijk<br />
8. zicht Meerdijk - inundatieveld<br />
9. zicht groepsnest Meerdijk<br />
10. zicht batterij Meerdijk - Asperen<br />
11. zicht Wapenplaats - inundatiekom<br />
12. zicht waterplassen Tielerwaard<br />
13. zicht Nieuwe Zuiderlingedijk<br />
14. zicht waterplassen Nieuwe Zuiderlingedijk<br />
15. zicht Nieuwe Zuiderlingedijk - Tielerwaard<br />
16. zicht Zuiderlingedijk/banket - Tielerwaard
10 Zichtbaarheid<br />
Om de bijzondere historie van de <strong>Diefdijklinie</strong> en de kwaliteiten van de omgeving beter te kunnen beleven is het gewenst om op een aantal<br />
locaties beter zicht te creëren door beplantingen te verwijderen. Het gaat om uitzicht vanaf de dijk richting het open landschap van de voormalige<br />
inundatiekom (de zuid- en oostzijde), het zicht op de wielen langs de dijk en het zicht op de groepsschuilplaatsen en kazematten die de<br />
<strong>Diefdijklinie</strong> militair-historische identiteit geven.<br />
10.1 Zichtlijnen<br />
Op de naastgelegen kaart is te zien waar het zicht vanaf de Diefdijk<br />
richting de voormalige inundatiekommen versterkt kan worden. Ook<br />
wordt een aantal doorzichten aan de ‘veilige zijde’ voorgesteld, richting<br />
markante onderdelen van het landschap.<br />
10.2 Zichtbare wielen<br />
De wielen markeren vroegere dijkdoorbraken in het landschap. Deze<br />
grote waterplassen kunnen beter zichtbaar gemaakt worden door een<br />
deel van de beplantingen tussen de waterrand en de dijk te verwijderen.<br />
Wiel de Waai wordt beter zichtbaar gemaakt door de beplanting tussen<br />
de dijk en het water deels te verwijderen. Met deze maatregel wordt<br />
tevens de waterkwaliteit (KRW) verbeterd. En er wordt een zichtlijn<br />
gemaakt van het geschutsbanket aan de noordzijde richting het wiel.<br />
Ook de waterpartijen langs de Nieuwe Zuiderlingedijk worden zichtbaar<br />
gemaakt door de randbeplanting aan dijkzijde te verwijderen.<br />
10.3 Zichtbare groepsschuilplaatsen<br />
Een aantal groepsschuilplaatsen en kazematten ligt verscholen onder<br />
beplantingen. Ze zijn overwoekerd door bomen en struiken. Het<br />
vrijzetten van deze betonwerken door het grotendeels verwijderen van<br />
de beplantingen levert een essentiële bijdrage aan het versterken van de<br />
identiteit van de Waterlinie. Hoe meer ze zichtbaar zijn, des te<br />
herkenbaarder wordt de Linie. Met maatwerk worden ze beter zichtbaar<br />
gemaakt, afgestemd op de vleermuisfunctie.<br />
De betonwerken in eigendom van de overheden zijn ieder zorgvuldig<br />
onderzocht op de mogelijkheden, voor zowel het vrijzetten van<br />
beplantingen als het vleermuisgeschikt maken.<br />
10.4 Technisch ontwerp en bestek<br />
Het verbeteren van de in dit hoofdstuk genoemde zichtbaarheid van<br />
karakteristieke elementen van de Waterlinie en het omringende<br />
landschap valt grotendeels buiten de scope van het uitvoeringsproject<br />
<strong>Diefdijklinie</strong>. Een deel wordt gerealiseerd in aangrenzende natuur- en<br />
waterprojecten (EHS, Natura2000, GGOR) , voor het overig deel is een<br />
afzonderlijk uitvoeringstraject gestart.<br />
Binnen het project <strong>Diefdijklinie</strong> wordt de zichtas van het geschutsbanket<br />
naar Wiel de Waai gerealiseerd. Deze kapwerkzaamheden zijn onderdeel<br />
van de maatregel ‘geschutsbanket Wiel de Waai Noord’ (zie 7.5).<br />
Daarnaast valt het creëren van een aantal zichtlijnen samen met<br />
uitvoeringswerkzaamheden voor de dijkverbetering. Beplanting wordt<br />
verwijderd door een aanberming, waardoor uitzicht over de<br />
inundatiekom ontstaat. Dit gebeurt onder andere langs de Nieuwe<br />
Zuiderlingedijk. Het is van belang op deze locaties geen bomen te<br />
herplanten.<br />
waterpartij ten noorden Nieuwe Zuiderlingedijk, voor (onder) en na (boven) kappen randbeplanting (BWZ ingenieurs)<br />
zichtlijnen vrijzetten overwoekerde groepsschuilplaatsen nu: geen zicht voormalige inundatiekom (BWZ ingenieurs)<br />
<strong>Diefdijklinie</strong> | 12<br />
toekomst: zicht voormalige inundatiekom (BWZ ingenieurs)
126 | <strong>Diefdijklinie</strong>
11 Beheer<br />
Voorgaande hoofdstukken geven weer hoe de herinrichting van historische locaties en de dijkwegen en de aanleg van recreatieve routes en<br />
verblijfsplekken de Nieuwe Hollandse Waterlinie laat herleven. De technische uitwerking en de aanleg dient zodanig te gebeuren dat de inrichting<br />
van hoge kwaliteit is. Het is voor de waarde, de beleving en de duurzaamheid van groot belang dat het beheer goed geregeld is.<br />
11.1 Streefbeelden en beheer<br />
Voor de afzonderlijke locaties langs de <strong>Diefdijklinie</strong> wordt een vast<br />
kwaliteitsbeeld gehanteerd. Dat betekent dat bouwstenen, zoals een<br />
meidoornhaag, een grastalud, of meubilair, zich herhalen langs de linie in<br />
een vaste verschijningsvorm. De materialisatie en soortkeuze van de<br />
afzonderlijk plannen wordt eveneens op elkaar afgestemd. Hierdoor<br />
ontstaat rust en eenheid. Het is van belang deze eenheid ook te borgen<br />
tijdens de aanleg- en beheerfasen.<br />
Hoewel de objecten in het buitengebied liggen, vereisen de meeste<br />
locaties een intensief beheer, vanwege het publieke karakter en de<br />
beoogde hoge beeldkwaliteit. In de minder kwetsbare en extensief<br />
gebruikte terreindelen wordt ruimte geboden voor de ontwikkeling van<br />
meer natuurlijke gradiënten.<br />
Inrichtingselementen<br />
Langs de linie komen onder andere de volgende elementen herhaaldelijk<br />
terug:<br />
Meidoornhaag<br />
De hagen wordt aangelegd met Eenstijlige meidoorn. Het eindbeeld is<br />
een strak geschoren, goed vertakte, dichte haag met een hoogte van 1,20<br />
m. De breedte is ca. 0,5 m. De hagen worden ingezet als grensmarkering<br />
van enkele terreinen.<br />
<strong>Diefdijklinie</strong>boom<br />
De bomen worden doorgaans in kleine groepen als lijnvorm aangeplant<br />
en dienen als landschappelijke markering van de NHW-objecten. In het<br />
vervolgtraject wordt de soortkeuze nader uitgewerkt (zie hoofdstuk 7). In<br />
sommige gevallen hebben ze ook een vleermuisgeleidende functie. Om<br />
de terreinen toegankelijk te houden voor bezoekers en materieel worden<br />
de bomen opgekroond, maximaal tot 1/3 van de boomhoogte. Vallend<br />
blad word opgeruimd om verstikking van onderliggende grazige<br />
vegetaties te voorkomen.<br />
referentie ‘strak’ grondwerk met steile taluds in aanleg op Werk aan het Spoel (in aanleg)<br />
Fruitboom<br />
Halfstam of hoogstam fruitbomen worden ingezet ter inpassing van<br />
parkeerplaatsen. Landschapsbeeld en geleiding van verkeer is het<br />
hoofddoel. Fruitproductie is geen doel op zich. Bezoekers kunnen<br />
eventueel fruit plukken en meenemen.<br />
Gazontalud<br />
De traversen en andere steile taluds met een helling van minimaal 1:3<br />
worden intensief gemaaid om zodoende de bodem met een dichte<br />
grasmat te laten doorwortelen en vast te houden. Tegelijk wordt hiermee<br />
het strakke militaire karakter van de objecten uitgebeeld.<br />
Gras vlak terrein<br />
Het beheer lijkt sterk op die van de taluds, al kan de maaifrequentie iets<br />
lager liggen.<br />
Kruidige vegetatie<br />
Aan de voet van de batterijen is ruimte voor een meer extensief karakter.<br />
Begrazing door schapen is op een aantal locaties een optie waardoor ook<br />
de beheerlast afneemt. Bij de definitieve keuze dient de wenselijkheid<br />
van plaatsing van rasters hierbij betrokken te worden. Het eindbeeld is<br />
een meer soortenrijke gras- en kruidenzone. Doorgaans worden de<br />
vrijstaande bomen aangelegd in de kruidige vegetaties. Deze zone kan<br />
ook dienen als verbinding voor klein vee tussen twee weilanden.<br />
Ruigte met struikvormers<br />
Dit is een terrein met kruidachtige vegetatie, gecombineerd met<br />
struikvormers als meidoorn en sleedoorn. De struiken bedekken<br />
maximaal 25% van de oppervlakte en zijn tot 4 á 5 m hoog. Dit<br />
beheertype wordt vooral ingezet om publiek te sturen. Bezoekers volgen<br />
doorgaans het meer intensief gemaaide terrein. Zo kan publiek op<br />
afstand worden gehouden van bijvoorbeeld aangrenzende woningen.<br />
Tegelijk kent dit terreintype een hoge natuurwaarde (vlinders, insecten,<br />
vogels, jaaggebied voor vleermuizen).<br />
haag <strong>Diefdijklinie</strong>boom<br />
fruitbomen gras vlak terrein<br />
kruidige vegetatie ruigte met struikvormers<br />
<strong>Diefdijklinie</strong> | 127
128 | <strong>Diefdijklinie</strong><br />
Onverhard wandelpad<br />
De paden hebben een informeel karakter. Om deze reden zijn ze<br />
onverhard en uitgevoerd in gras. Doel is een groene, gesloten grasmat<br />
met een korte graslengte. Loopsporen kunnen ontstaan op plekken die<br />
intensief worden gebruikt. In geval van naastgelegen houtige beplanting<br />
wordt het pad vrijgehouden van overhangende takken.<br />
Bij de uitwerking dient rekening gehouden te worden met de wensen van<br />
aangrenzende agrariërs, onder andere betreffende St. Jacobskruid.<br />
Meubilair<br />
De objecten worden voorzien van zogenaamd Waterliniemeubilair<br />
waaronder bankjes, prullenbakken, valhekken, fietsenrekken, rasters,<br />
vlonders en bebording. Voor alle objecten geldt dat ze stabiel, veilig, heel<br />
en schoon moeten zijn.<br />
Zwerfvuil komt overal voor maar de mate hangt sterk af van de<br />
gebruiksintensiteit. Vanuit esthetisch oogpunt moet vuil frequent<br />
worden opgeruimd. Maaisel kan alleen als veevoer dienen als deze vrij is<br />
van vuil.<br />
Dijktrap<br />
Dijktrappen worden aangelegd op steile taluds. De trappen moeten<br />
schoon en heel zijn. Overhangende vegetatie wordt beperkt om de<br />
doorgang te kunnen garanderen.<br />
Gebouw<br />
Aan de gedekte schuilplaatsen en groepsschuilplaatsen wordt<br />
grootschalig onderhoud uitgevoerd (2011-2012). De gebouwen hebben<br />
weinig onderhoud nodig. Aandachtspunten zijn het onderhouden van<br />
hang- en sluitwerk, de valbeveiliging bovenop de objecten moet degelijk<br />
zijn en eventuele graffiti wordt z.s.m. verwijderd.<br />
Diverse gebouwen zijn ingericht als vleermuisverblijf. Monitoring van de<br />
vleermuisstand wijst uit of de functionaliteit van de objecten<br />
geoptimaliseerd kan worden. De vleermuisvoorzieningen binnenin de<br />
objecten zijn onderhoudsvrij. De invliegopeningen mogen niet worden<br />
geblokkeerd.<br />
Liniemeubilair Liniemeubilair Liniemeubilair<br />
onverhard wandelpad<br />
extensief wandelpad extensief dijktalud<br />
herstel luiken en deuren schuilplaatsen dijktrap Molenkade herstel luiken en deuren schuilplaatsen
11.2 Beheerplan<br />
In een beheerplan worden de streefbeelden en bijhorende kwaliteit van<br />
alle afzonderlijke elementen nader omschreven. Van harde elementen<br />
zoals gebouwen en meubilair wordt omschreven in welke<br />
onderhoudsstaat deze minimaal moeten verkeren. Van de groene<br />
elementen zoals heggen, bomen en kruidige vegetaties wordt<br />
omschreven welk beheer vereist is om deze na aanleg te laten<br />
ontwikkelen naar de gewenste streefbeelden (ontwikkelingsbeheer).<br />
Daarnaast wordt omschreven welke kwaliteit vervolgens in stand moet<br />
worden gehouden (instandhoudingsbeheer).<br />
Tevens dient er aandacht te zijn voor het anti-graffitybeheer.<br />
Er moet nog worden besloten of het beheerplan de nadruk legt op<br />
beschrijving van streef- c.q. kwaliteitsbeelden of maatregelen.<br />
Vooralsnog gaat de voorkeur uit naar streefbeeldenbestek met een<br />
indicatie van maatregelen aangezien de beeldkwaliteit het meest<br />
belangrijk wordt geacht voor de locaties. Het is dan aan de aannemer om<br />
zelf in te schatten met welk materieel en in welke frequentie het beheer<br />
wordt uitgevoerd.<br />
Beheerkaarten<br />
Van elke afzonderlijke planlocatie moet een beheerkaart worden<br />
opgesteld waarin de afzonderlijke beheereenheden terug zijn te vinden<br />
incl. kwantitatieve aanduiding.<br />
Beheerkalender<br />
Het is raadzaam om eveneens een beheerkalender op te stellen waarin<br />
wordt aangegeven welke maatregelen in welke periode worden<br />
uitgevoerd. De kalender is een hulpmiddel voor de beheerder, rekening<br />
houdend met vereisten vanuit Flora- en faunawet, gedragscodes,<br />
dijkenseizoen etcetera.<br />
Randvoorwaarden en handreikingen<br />
Het beheerplan kan worden aangevuld met randvoorwaarden en<br />
handreikingen voor al dan niet mogen toepassen van chemische<br />
bestrijdingsmiddelen, verwerking of afvoer van maaisel en snoeihout,<br />
toe te passen monitoring etcetera.<br />
Een slimme manier van werken kan sterk bijdragen aan kostenbesparing<br />
en ontwikkeling van natuurwaarden. Bijvoorbeeld door aanleg van<br />
takkenrillen in bos of broeihopen naast watergangen.<br />
Waar mogelijk kan het inzetten van vrijwilligers de betrokkenheid vanuit<br />
het gebied bij cultuurhistorische objecten nog verhogen. Het beheerplan<br />
geeft aan welke activiteiten in principe door vrijwilligers uitgevoerd<br />
kunnen worden met handgereedschap.<br />
11.3 Beheerorganisatie<br />
De locaties in dit projectplan liggen verspreid over eigendommen van tal<br />
van particulieren en overheidsinstanties. De praktijk leert dat elke<br />
beheerder zijn eigen visie heeft op beheer. Een beheerplan kan hier al<br />
enige sturing in geven maar er blijft ruimte voor afzonderlijke<br />
interpretaties en prioriteiten. Dit zou vragen om controle op de naleving<br />
van gemaakte beheerafspraken met derden. De kans is echter groot dat<br />
het versnipperd eigendom leidt tot een wildgroei aan beheervormen en<br />
beelden langs de Diefdijk. Dit staat haaks op de integrale ontwerpvisie<br />
waarin een eenduidige beeldkwaliteit wordt nagestreefd.<br />
Insteek is om na aanleg het beheer en (grootschalig) onderhoud<br />
overkoepelend te coördineren en uit te voeren. Daarmee kan de<br />
beeldkwaliteit worden geborgd en wordt efficiënter gewerkt. Ook is een<br />
overkoepelende beheerder beter in staat om risico’s en excessen te<br />
dragen. Voorbeelden zijn aansprakelijkheid bij ongevallen onder<br />
bezoekers, vernielingen herstellen of het verwijderen van graffiti.<br />
Het waterschap zal de eerste twee jaar na realisatie het beheer<br />
waarnemen. Parallel wordt een geschikte organisatievorm verkend en<br />
ontwikkeld die het oneindig beheer op zich kan nemen en zich kan<br />
inzetten voor fondswerving voor beheer en onderhoud.<br />
<strong>Diefdijklinie</strong> | 129
130 | <strong>Diefdijklinie</strong><br />
BRONNEN<br />
- Atlas Nieuwe Hollandse Waterlinie, Steenbergen e.a. 2009<br />
- Een onuitdoofbaar vuur, D.T. Koen, 1995<br />
- Versteende Ridders, D.T. Koen, R. Rietveld, F. Rijkenberg, 2009<br />
- Sterk Water, Chris Will, 2003<br />
- Panorama Krayenhoff, 2004<br />
- Ruimtelijk kader NHW Lek-Waal, DLG, 2009<br />
- Linievormgeving, 2007<br />
- Beeldarchief Jaap de Zee<br />
- Beeldarchief Douwe Koen en Chris Will<br />
- Brochure Nieuwe Hollandse Waterlinie nr. 16, RCE, 2009<br />
- Schone Slaper - Hollands hoop in bange dagen,<br />
cultuurhistorisch advies verbetering <strong>Diefdijklinie</strong> (RAAP)<br />
- MER Diefdijkverbetering, 2009<br />
- kaarten GIS competence centre CLG
BIJLAGEN<br />
Dit rapport bevat een kaartenbijlage met het overzicht van het Ruimtelijk Ontwerp <strong>Diefdijklinie</strong> op papier en een cd-bijlage met de digitale<br />
documenten.<br />
I. Kaarten<br />
Bijlage I bevat de overzichtskaarten (20) van het Ruimtelijk Ontwerp<br />
<strong>Diefdijklinie</strong>. De kaarten in dit rapport zijn een verkleinde weergave van de<br />
orginele kaarten, schaal 1:1000. Deze kaarten zijn op de bijgevoegde cd<br />
opgenomen.<br />
II. CD<br />
Op de bijgevoegde cd staan de volgende documenten:<br />
rapporten<br />
- Ruimtelijk Ontwerp <strong>Diefdijklinie</strong><br />
- Handboek Meubilair Nieuwe Hollandse Waterlinie<br />
- besteksuitwerking Handboek Meubilair NHW<br />
- besteksuitwerking dijktrap Molenkade<br />
kaarten<br />
- 20 kaarten Ruimtelijk Ontwerp <strong>Diefdijklinie</strong> schaal 1:1000, A0-formaat<br />
- uitwerkingen Ruimtelijk Ontwerp <strong>Diefdijklinie</strong>, diverse schalen<br />
- hoogtegegevens NHW-locaties (flymap)<br />
onderzoeken<br />
- Archeologisch en cultuurhistorisch onderzoek <strong>Diefdijklinie</strong> Geldermalsen<br />
- Archeologisch en cultuurhistorisch onderzoek <strong>Diefdijklinie</strong> Lingewaal<br />
- Archeologisch en cultuurhistorisch onderzoek Vianen<br />
- Boomonderzoek <strong>Diefdijklinie</strong><br />
- Expertbeoordeling vleermuizen <strong>Diefdijklinie</strong><br />
- Historisch milieukundig onderzoek<br />
- Inventarisatie bestemmingsplannen en procedures <strong>Diefdijklinie</strong><br />
- Inventarisatie kabels en leidingen <strong>Diefdijklinie</strong><br />
- Natuurtoets <strong>Diefdijklinie</strong>, Tielerwaard en Wapenplaats<br />
- Rapport toetsing bestemmingsplannen en procedures <strong>Diefdijklinie</strong><br />
- Uitgangspunten inventarisatie kabels en leidingen <strong>Diefdijklinie</strong><br />
- Verslag overleg vervolgonderzoek natuur<br />
Voor de in dit rapport benoemde planlocaties zijn diverse onderzoeken<br />
uitgevoerd. De resultaten van deze onderzoeken worden gebruikt bij de<br />
technische uitwerking van dit projectplan en bij de aanvraag van<br />
vergunningen en ontheffingen indien nodig. Ook kan de uitvoerende partij<br />
gebruik maken van deze informatie. Enkele opvallende uitkomsten van de<br />
onderzoeken zijn:<br />
Natuurwaarden<br />
Mogelijk zijn vleermuizen aanwezig in enkele gebouwen. Vanuit dit plan<br />
zijn er geen conflicten. Bij de Meerdijk worden te kappen bomen herplant<br />
in lijnvorm ter geleiding van vleermuizen. Verder geen bijzondere waarden<br />
aanwezig vanwege huidige intensieve beweiding of de afwijkende<br />
inrichting ten opzichte van omliggende natuureenheden.<br />
Milieukunde en bodemhistorie<br />
Het verkennend historisch bodemonderzoek benoemt enkele locaties als<br />
(licht) verdacht. Dit leidt niet tot planaanpassingen. Tijdens de uitvoering<br />
wel rekening houden met mogelijke vervuilingsgraad.<br />
Archeologie en cultuurhistorie<br />
Diverse locaties hebben een middelhoge tot hoge archeologische<br />
verwachting. Vervolgonderzoek lijkt echter niet nodig omdat de beoogde<br />
ingrepen beperkt in omvang zijn (oppervlakte en/of diepte). Mogelijk is<br />
archeologische begeleiding van enkele werkzaamheden nodig. Over het<br />
algemeen worden de voorgenomen herstelmaatregelen aan de<br />
cultuurhistorische objecten gezien als een positieve ontwikkeling die<br />
opweegt tegen de verwachte aantasting van eventueel aanwezige<br />
archeologische waarden.<br />
Bomen<br />
Zie paragraaf 7.12.<br />
Kabels en leidingen<br />
Er zijn tal van lichte en zwaardere kabels en leidingen in het dijktalud<br />
aanwezig. Op basis van KLIC-medlingen uit 2010 zijn deze op kaart gezet.<br />
Hier wordt rekening mee gehouden tijdens de planuitwerking. Twee<br />
knelpunten zijn vastgesteld. Bij D0 moet een datatransport worden<br />
opgevangen in het werk. Bij D42+150 is in de dijk een waterleiding<br />
aanwezig. Waterschap heeft i.v.m. leidingvrij maken van de dijk een<br />
verleggingstracé met de exploitant afgesproken rekening houdend met<br />
de nog aan te brengen loopgraaf. Op diverse locaties moet aan de hand<br />
van graafmeldingen en proefsleuven de exacte locatie en diepte van<br />
kabels en leidingen worden vastgesteld.<br />
Explosieven<br />
Het verkennend onderzoek naar explosieven duidt op diverse verdachte<br />
locaties. Ook de batterijopstelplaatsen maken hier deel van uit.<br />
<strong>Diefdijklinie</strong> | 131
132 | <strong>Diefdijklinie</strong><br />
BIJLAGE I overzicht Ruimtelijk Ontwerp <strong>Diefdijklinie</strong>
<strong>Diefdijklinie</strong> | 133
Dienst Landelijk Gebied werkt vandaag aan het landschap van morgen. Als publieke<br />
organisatie met kennis van het landelijk gebied zorgen wij dat beleid wordt uitgevoerd.<br />
Wonen, werken en recreëren in een mooi en duurzaam ingericht Nederland. Met<br />
waardevolle natuur, ruimte voor water en gezonde landbouw. Daar zetten wij ons voor<br />
in, samen met bewoners, overheden en belanghebbenden. Van ontwerp tot realisatie.<br />
Dienst Landelijk Gebied werkt vandaag aan het landschap van morgen<br />
Deze rapportage is een uitgave van:<br />
Dienst Landelijk Gebied<br />
Postbus 9079 | 6800 ED Arnhem<br />
t 026 378 12 00 (ma t/m vrij 9.00 – 17.00 uur)<br />
December 2011