2e JAARGANG - St. Plechelmusbasiliek Oldenzaal
2e JAARGANG - St. Plechelmusbasiliek Oldenzaal
2e JAARGANG - St. Plechelmusbasiliek Oldenzaal
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
Respect is het begin<br />
Respect is belangrijk. Maar je krijgt het<br />
niet zomaar. Zeker niet als je jong bent, en<br />
al helemaal niet als je bruin bent, of<br />
Mohammed heet. Dan word je niet aangenomen<br />
voor vakantiewerk en moet je om<br />
de haverklap je identiteitskaart laten zien.<br />
Er heerst een sfeer van: laat eerst maar<br />
eens zien dat je te vertrouwen bent.<br />
Respect moet je verdienen door je netjes te<br />
gedragen. Zelfs de overheid zegt dat hardop.<br />
God doet het anders. Hij geeft je al respect<br />
voordat je ook maar iets hebt gepresteerd.<br />
God, de HEER, bracht de mens in de tuin<br />
van Eden, om die te bewerken en erover te<br />
waken. Zonder dat ze diploma’s hadden,<br />
zonder inburgeringscursus of bewijs van<br />
goed gedrag vertrouwde hij de mensen zijn<br />
eigen tuin toe. Hij ging er gewoon van uit<br />
dat dat kon. Dan komt het er voor de mensen<br />
wel op aan dat respect waar te maken,<br />
dat wel. Maar God begint bij respect.<br />
Beetje naïef, dat wel.<br />
Ria Pasterkamp<br />
Vanzelfsprekend?<br />
Moet ik respect hebben voor jou<br />
omdat je:<br />
iemand uit laat spreken,<br />
geen afval op straat gooit,<br />
de deur voor iemand achter je open houdt,<br />
opstaat in de trein voor iemand,<br />
niet meedoet als iemand gepest wordt,<br />
je afspraken nakomt,<br />
rekening houdt met de wens van anderen,<br />
begrip hebt voor iemand die anders denkt<br />
dan jij…<br />
Of is dat eigenlijk heel vanzelfsprekend?<br />
Henk Herstel<br />
Verpakking<br />
Een tijdje geleden zag ik op televisie een<br />
interessante proef met een verborgen<br />
camera: een man die eruit zag als een<br />
zwerver probeerde geld te lenen van mensen<br />
op straat. Hij zei dat hij zijn portemonnee<br />
thuis had laten liggen en beloofde het<br />
geld de volgende dag terug te geven.<br />
Niemand wilde hem geld lenen. De volgende<br />
dag deed hij precies hetzelfde, maar<br />
nu was hij keurig gekleed als een zakenman.<br />
Iedereen wilde hem geld lenen en<br />
sommigen hoefden het zelfs niet terug te<br />
hebben… Het programma maakte mij duidelijk<br />
hoeveel respect er wordt afgedwongen<br />
door de keuze van je kleding!<br />
Jitse, 18 jaar<br />
Ui t: Een Zoutkorrel voor elke dag, SGO<br />
Uitgeverij, Hoevelaken<br />
20<br />
Het verhaal<br />
van Sam<br />
De mensen in Jeruzalem waren door het<br />
dolle heen. Jezus kwam op bezoek.<br />
Iedereen plukte palmtakken om te zwaaien.<br />
Ze legden rode en gele en groene doeken<br />
op de straat als een prachtig tapijt. Ze<br />
zongen zo hard als ze konden: ‘Lang zal<br />
hij leven’.<br />
Kleine Sam stond er beteuterd bij. Hij<br />
was zes jaar. Hij stond achter de hoge<br />
benen van de grote mensen. Hij moest<br />
iets verzinnen om Jezus te zien. Een<br />
eindje verderop, voor de deur van de<br />
paardenkoper, stonden twee knollen. Zou<br />
hij daar op klimmen? Hij durfde het best!<br />
Zou dat indruk maken op Jezus? Sam<br />
zocht verder. Rond de villa van de burgemeester<br />
stond een hoge muur. Zou hij<br />
daarop klimmen? Dat kon hij best. Maar<br />
ja, of Jezus van villa’s hield en hoge<br />
muren..., Sam twijfelde.<br />
Ineens kreeg Sam een beter idee. Bij de<br />
poort van het tempelplein zat een bedeljongen,<br />
Sem. Hij had zieke benen en kon<br />
niet lopen. Sem had geen vader en moeder<br />
meer. Hij moest zelf voor zijn eten<br />
zorgen. Sam rende naar Sem, ging naast<br />
hem zitten en sloeg zijn arm om zijn<br />
schouder. ‘Wat leuk dat je nog eens bij<br />
me komt’, riep Sem blij.<br />
Daar kwam Jezus. ‘Hosanna’, riep iedereen.<br />
Daar passeerde Jezus de paardenkoper.<br />
Hij keek niet naar de paarden. Jezus<br />
hield meer van ezels. Ook de villa van de<br />
burgemeester schonk hij geen aandacht.<br />
Sam was blij dat hij niet op<br />
het paard en niet op de muur was<br />
geklommen. Intussen naderde Jezus de<br />
tempelpoort. En jawel. Daar stapte hij<br />
van zijn ezel en liep naar Sem. ’Waar kan<br />
ik je een plezier mee doen?’, vroeg Jezus<br />
aan Sem. Toen flapte Sam eruit: ‘Mogen<br />
we een eindje meerijden op de ezel?’.<br />
Jezus keek snel naar de ezel. Die zei: ‘I-a’<br />
en daar reden Sem en Sam en Jezus tussen<br />
de juichende mensen naar de tempel<br />
van God.<br />
Sam had het goed gezien. Jezus kijkt niet<br />
naar imponerende huizen en belangrijke<br />
mensen. Jezus ziet de arme Sem het eerst.<br />
Dat was de grote vergissing van al die<br />
mensen met hun palmen in de hand. Ze<br />
dachten aan een succes-Jezus. Een die rijken<br />
bezoekt en gezonde mensen. Daarom<br />
zongen ze op Palmzondag en waren ze<br />
verdwenen op Goede Vrijdag.<br />
Lieve kinderen, je weet dus waar je God<br />
kunt vinden. Denk niet dat Hij niet<br />
bestaat. Want hij bestaat niet als de<br />
koning die de mensen op palmzondag<br />
zochten, maar hij is er op Goede Vrijdag<br />
bij allen die het slachtoffer zijn van<br />
onrecht. Hij is er op Paasdag