04.09.2013 Views

Jaarverslag 2007 'Koersen op kwaliteit' - zorggroep Maas & Waal

Jaarverslag 2007 'Koersen op kwaliteit' - zorggroep Maas & Waal

Jaarverslag 2007 'Koersen op kwaliteit' - zorggroep Maas & Waal

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

<strong>Jaarverslag</strong> <strong>2007</strong><br />

Koersen<br />

<strong>op</strong><br />

kwaliteit<br />

1


2<br />

In het teken van...<br />

Kwaliteit heeft het afgel<strong>op</strong>en jaar centraal gestaan in tal van ontwikkelingen en activiteiten<br />

van <strong>zorggroep</strong> <strong>Maas</strong> & <strong>Waal</strong> (zMW). Ik noem het meerjarenbeleid, de (ver)nieuwbouwplannen<br />

voor vier van onze locaties, en ik denk natuurlijk ook aan het traject naar de<br />

HKZ-certificering. Een traject dat ons heeft geleerd dat plannen maken goed is, maar dat de<br />

uitvoering ervan zeker zo belangrijk is.<br />

Dit jaarverslag – dat zowel in woord als beeld een écht p<strong>op</strong>ulair jaarverslag is geworden – laat<br />

zien hoe in alle lagen van de organisatie, door verschillende mensen en initiatieven, en <strong>op</strong> het<br />

gebied van diverse onderwerpen invulling wordt gegeven aan onze visie <strong>op</strong> kwaliteit. Het geeft<br />

daarmee een unieke blik achter de schermen van de Zorggroep. Maar ook toont dit jaarverslag<br />

het enthousiasme waarmee onze medewerkers nieuwe uitdagingen aangaan. Dat is niet alleen<br />

iets om trots <strong>op</strong> te zijn, maar draagt ook bij aan onze koers <strong>op</strong> kwaliteit.<br />

Bert van Lingen<br />

Voorzitter raad<br />

van bestuur<br />

zMW in stelling<br />

“Kwaliteit heeft het afgel<strong>op</strong>en jaar centraal gestaan”<br />

Naast de zorg die geleverd wordt binnen de<br />

zorgcentra en verpleeghuizen van <strong>zorggroep</strong><br />

<strong>Maas</strong> & <strong>Waal</strong>, vinden de diensten ook hun weg naar<br />

cliënten thuis. <strong>2007</strong> stond in het teken van het formaliseren<br />

van de teams en hun diensten <strong>op</strong>dat aan de vraag<br />

van de cliënt nu en in de toekomst naar ieders tevredenheid<br />

kan worden voldaan.<br />

Met het aanbieden van thuiszorg gaat zMW in <strong>op</strong> de wens van de cliënt…<br />

Betsy Kremer, medewerker team Thuiszorg zMW:<br />

We werken helemaal vraaggestuurd! Dat betekent dat een cliënt iedere dag in<br />

bad wordt gedaan als hij of zij dat wil. Natuurlijk kijken we wel altijd of de indicatie<br />

van de cliënt onze vorm van zorg toelaat. Dat we met de thuiszorg ingaan<br />

<strong>op</strong> de wens van cliënten blijkt uit de groei van ons bestand. In een jaar tijd is dat<br />

verdriedubbeld! En volgens mij zijn we er daarmee nog niet…<br />

Nicole Werkhoven, behandelend fysiotherapeut van zowel interne als externe cliënten:<br />

Wij kregen steeds meer de vraag vanuit cliënten of behandeling ook mogelijk<br />

was als de cliënt niet of niet meer intern verbleef. Wij wilden graag onze deskundigheid<br />

<strong>op</strong> het gebied van de ouder wordende en neurologische cliënt ook buiten<br />

de organisatiemuren aanbieden. Dat is nu sinds enige tijd mogelijk. Daar zijn niet<br />

alleen wij maar ook onze cliënten heel blij mee. Het revalidatietraject intern kan<br />

daardoor korter uitvallen, wat betekent dat je de zorg en tevredenheid van de client<br />

<strong>op</strong>timaliseert. En er kan nu door cliënten <strong>op</strong>timaal gebruikgemaakt worden<br />

van onze expertise, zowel binnen als buiten de Zorggroep.<br />

De heer Piet van Workum, cliënt fysiotherapie:<br />

Vanuit het Radboud Ziekenhuis werd mij therapie geadviseerd omdat ik een<br />

zenuwbeschadiging aan mijn handen en voeten heb. Ik kon naar de St. Maartenskliniek<br />

of naar verpleeghuis Waelwick. Dat laatste is kort bij, dus daar heb<br />

ik voor gekozen. Er was een wachtlijst waardoor ik eerst thuis ben behandeld.<br />

Hoe ik de therapie vind? Fantastisch! Ik ben wel eens bij een fysiotherapeute in<br />

de buurt geweest, maar die behandelde altijd <strong>op</strong> één punt. Hier gaan ze uit van<br />

mijn hele lichaam en werken ze geleidelijk naar één punt toe. En dat werkt.<br />

Mia Boelders, medewerker team Thuiszorg zMW:<br />

Zo is ons team ontstaan! Vanuit appartementen rondom zorgcentrum De Kasteelhof<br />

kwam de vraag of wij zorg konden leveren. Collega’s zijn daar toen <strong>op</strong><br />

ingegaan door ’s ochtends en ’s avonds een uurtje buitenshuis te gaan. In september<br />

2006 zijn we echt als team Thuiszorg zMW gestart. Vorig jaar hebben we<br />

in het kader van HKZ alle dossiers omgezet, zodat we nu aan alle eisen voldoen.


Domotica<br />

Slimmer toezicht aan de hand van multidisciplinaire elektronica, met als<br />

gevolg verbetering van de kwaliteit van leven. Daar draait het om bij domotica.<br />

Al weet menigeen dan nog niet wat je er nu precies onder moet verstaan.<br />

Jos Rijcken, projectmanager Bouw <strong>zorggroep</strong> <strong>Maas</strong> & <strong>Waal</strong>, en Gerrie Henzen,<br />

afdelingshoofd, geven het containerbegrip ‘domotica’ handen en voeten.<br />

Een beetje surfen <strong>op</strong> internet leert dat het begrip ‘domotica’ een samentrekking is van de<br />

woorden domus (huis) en telematica (informatievoorziening <strong>op</strong> afstand). In 1994 al werd het <strong>op</strong><br />

de Nederlandse markt geïntroduceerd. Niets nieuws dus? “Toch wel”, corrigeert Jos Rijcken.<br />

“Binnen de Zorggroep gebruiken wij weliswaar al domotica, maar dat is toch iets anders dan<br />

wat we in de nieuwbouw van St. Elisabeth gaan doen. Het alarmmatje of het belsysteem is ook<br />

domotica. Het grote verschil met het nieuwe systeem is dat het de vraag van de cliënt volgt<br />

en zijn zelfstandigheid ondersteunt en bevordert. Door de k<strong>op</strong>peling van cameratoezicht en<br />

bewegingssensoren kunnen we voor iedere cliënt een individuele set van hulpmiddelen creeren,<br />

die zowel de veiligheid, als de zelfstandigheid, maar ook het comfort van de cliënt<br />

ten goede komt.”<br />

Tijd voor een voorbeeld. Gerrie Henzen beschrijft de situatie van een cliënt die volgens<br />

afspraak toezicht heeft en ’s nachts naar de wc moet. “Nu weten we door het<br />

signaal van het alarmmatje dat de cliënt uit zijn bed gaat. Vervolgens gaat een<br />

verzorgende naar de kamer van de cliënt en wordt hij of zij vaak uit voorzorg<br />

geholpen. Met het nieuwe systeem krijgen we door de bewegingssensoren<br />

alleen een melding als de actie van de cliënt niet past binnen zijn<br />

of haar persoonlijke profiel. Dit profiel is een geheel van kenmerken<br />

dat aangeeft wat een cliënt zelf wel en niet kan, wat zijn gewoontes<br />

zijn en wat zijn medische achtergrond is. Tegelijkertijd<br />

vergemakkelijkt domotica het ’s nachts uit bed gaan van<br />

die cliënt bij wie dat wél in zijn persoonlijke profiel past.<br />

Dan springt bijvoorbeeld het licht <strong>op</strong> weg naar de wc<br />

aan. Stapt meneer of mevrouw na enkele minuten<br />

niet in zijn of haar bed dan wordt dat gemeld via<br />

een scherm <strong>op</strong> de telefoon. Dan – dus alleen bij<br />

afwijking van het normale gedrag – neemt een<br />

verzorgende actie en gaat zij kijken of er iets<br />

met de cliënt aan de hand is.”<br />

De meerwaarde van het systeem zit dus in<br />

het feit dat het het dagelijkse ritme van<br />

de cliënt volgt. Jos Rijcken: “Voor iedere<br />

individuele cliënt is zo’n persoonlijk profiel<br />

geregistreerd. Daarbij is geanticipeerd <strong>op</strong> de<br />

hulpvraag. Hiermee willen wij vooral de autonomie<br />

van iedere cliënt stimuleren en waar<br />

nodig slim ondersteunen. Natuurlijk onder<br />

veilige en comfortabele omstandigheden. Dat<br />

draagt bij aan het gevoel van eigenwaarde en<br />

dus de kwaliteit van leven.”<br />

En ook aan de kwaliteit van zorg, zo is de overtuiging<br />

van Gerrie Henzen. “Verplichte rondes l<strong>op</strong>en<br />

hoeft niet meer, je kunt nu alle aandacht geven aan die<br />

ene cliënt waarvan het systeem heeft gemeld dat hij/zij<br />

zorg nodig heeft, wetende dat <strong>op</strong> alle andere cliënten goed<br />

gelet wordt. Dat draagt naast het welzijn van de cliënt ook bij<br />

aan het werkplezier van de medewerker.”<br />

Interview met Jos Rijcken en Gerrie Henzen<br />

Wist u dat?<br />

… we kleinschalig wonen in alle nieuwbouwprojecten toepassen?<br />

… je daarin een tijdpad kunt ontdekken dat de ontwikkeling<br />

van kleinschalig wonen schetst?<br />

… dat in de nieuwbouw van St. Elisabeth kleinschalig<br />

wonen nog vrij bescheiden aan de orde komt, terwijl<br />

het in het plan voor Alde Steeg gemaximaliseerd<br />

wordt?<br />

… dit betekent dat naast de visie <strong>op</strong> het wonen<br />

(hoe bouwen we een kleinschalige woonvorm?)<br />

de woning ook qua uitvoering <strong>op</strong>timaal is<br />

uitgerust (denk aan domotica), de stedenbouwkundige<br />

visie aansluit <strong>op</strong> het kleinschalig<br />

wonen, en last but not least de organisatie<br />

van het werk hier<strong>op</strong> is aangepast?<br />

… kleinschalig wonen dus niet alleen over<br />

wonen gaat maar vooral ook over leven?<br />

… kleinschalig wonen de menselijke maat<br />

in de zorg terugbrengt, die aansluit bij de<br />

beleving van de cliënt en het gebied waar<br />

hij of zij woont?<br />

… kleinschalig werken een essentieel onderdeel<br />

is van kleinschalig wonen?<br />

… kleinschalig wonen van de medewerkers vooral<br />

een andere houding naar de cliënt vergt?<br />

… medewerkers niet zomaar binnen kunnen komen,<br />

maar net als in een normale woning de bel moeten<br />

gebruiken?<br />

3


4<br />

De ontwikkelafdeling<br />

Dubbele vergrijzing, een lagere vrouwenparticipatie<br />

<strong>op</strong> de arbeidsmarkt dan elders en weinig schoolverlaters<br />

die kiezen voor de zorg. Die aspecten hebben binnen <strong>zorggroep</strong><br />

<strong>Maas</strong> & <strong>Waal</strong> mede geleid tot een initiatief dat uniek in<br />

Nederland genoemd mag worden: de <strong>op</strong>zet van een ontwikkelafdeling.<br />

Rondetafelgesprek met Gea van de Pol, John Arts, Anke van den Blink, Monique Leclercq, Pauline Reiniers en Thea Keune<br />

Omdat de totstandkoming van deze afdeling verder gaat dan de muren van de<br />

Zorggroep (een van de redenen waarom dit project uniek mag heten) leent het<br />

onderwerp zich bij uitstek voor een rondetafelgesprek. Anke van den Blink (ROC<br />

Nijmegen), Monique Leclercq (ROC Nijmegen, afdeling Druten), Thea Keune<br />

(ROC Rivor) en John Arts (Calibris, kenniscentrum voor leren in de praktijk)<br />

zijn aanwezig, naast Pauline Reiniers (hoofd PO&O, zMW) en Gea van de Pol<br />

(<strong>op</strong>leidingencoördinator zMW). “Maar daarmee zijn niet alle partijen vertegenwoordigd<br />

die bijdragen aan dit initiatief”, haast Pauline Reiniers zich te zeggen.<br />

Ook de gemeenten, CWI, Breed/Lander en de Provinciale Staten behoren tot de<br />

deelnemers. “Dat maakt het ook zo bijzonder. Het is een bundeling van krachten<br />

en lasten, een echte win-winsituatie.”<br />

Diverse partijen dus die vanuit verschillende invalshoeken en doelen hun bijdrage<br />

aan de ontwikkelafdeling leveren. Voordat het gesprek daarover gaat,<br />

eerst de ontwikkelafdeling zelf. Want wat is het eigenlijk? Monique Leclercq vertelt<br />

dat het idee een afgeleide is van de leerafdeling. Op een leerafdeling nemen<br />

stagiaires – de zogenoemde beroeps<strong>op</strong>leidende leerweg (BOL-)stagiaires –<br />

deel aan authentieke leersituaties. Geen acht-tot-vier-praktijk, maar werkelijk<br />

leren en bijdragen <strong>op</strong> de afdeling; zelfs tijdens nachtdiensten. “Normaal doe je<br />

tijdens je stage veel handelingen in <strong>op</strong>dracht van”, licht Anke van den Blink toe.<br />

“Op de leerafdeling krijgen stagiaires veel meer kans en de verantwoordelijkheid<br />

om zelfstandig te werken. Natuurlijk onder supervisie van wat wij werkbegeleiders<br />

noemen, medewerkers die daar speciaal voor zijn <strong>op</strong>geleid.”<br />

Wanneer je het concept van een leerafdeling breder trekt en ook toegankelijk<br />

maakt voor bijvoorbeeld herintreders, schoolverlaters en omscholers, dan kun<br />

je spreken over een ontwikkelafdeling. “Die groep van herintreders, schoolverlaters<br />

en omscholers is vooral in beeld bij de gemeente, CWI en organisaties<br />

als Breed”, vertelt Pauline Reiniers. “Maar in feite hebben zij hetzelfde doel als<br />

de ROC’s en<br />

wij: we willen<br />

dat zoveel mogelijk<br />

mensen aan de slag<br />

gaan en blijven in de zorg.”<br />

Naast het verschil in achtergrond<br />

bundelt de ontwikkelafdeling ook stagiaires van verschillende <strong>op</strong>leidingsniveaus.<br />

“Het kan dus heel goed zijn dat straks een helpende naast verpleegkundigen<br />

en medewerkers Maatschappelijke zorg <strong>op</strong> de ontwikkelafdeling werkt”, vertelt<br />

Thea Keune. “Het gaat om een heel heterogene groep dus.”<br />

Kijken, leren en meewerken <strong>op</strong> de ontwikkelafdeling. Het moet mensen van buiten<br />

naar binnen halen, de zorg in. Met als doel te waarborgen dat wij over dertig<br />

jaar ook kunnen genieten van welke vorm van zorg dan ook. Maar krijg je <strong>op</strong> de<br />

ontwikkelafdeling als cliënt anno nu dan wel de zorg die je nodig hebt? Volgens<br />

de sprekers aan tafel staat de veiligheid van cliënten en medewerkers voor<strong>op</strong>,<br />

evenals de kwaliteit van zorg. Daarom wordt er begonnen met een groep stagiaires<br />

die boventallig is. Die groep krijgt <strong>op</strong> vooraf geselecteerde afdelingen een<br />

deel van de cliënten toegewezen. Gea van de Pol: “Die afdelingen zijn uitgekozen<br />

omdat ze <strong>op</strong>leidingsminded zijn. Als dat het geval is, dan is een ontwikkelafdeling<br />

een verrijking van kwaliteit. Allereerst natuurlijk van degene die wordt <strong>op</strong>geleid.<br />

Meer mensen betekent ook meer aandacht voor cliënten, dus komt het de<br />

kwaliteit van zorg aan de cliënten ten goede. En als derde krijgen medewerkers<br />

de prikkels mee van steeds weer nieuwe mensen <strong>op</strong> de afdeling, die kennis meebrengen.<br />

Het verhoogt dus ook de kwaliteit van je eigen mensen.”<br />

In september 2008 gaat de ontwikkelafdeling van start. Een uniek concept<br />

waarvan veel wordt verwacht, zo getuigt ook de rijkssubsidie STEP (stimulering<br />

toepassing effectieve projecten) van het Ministerie van Sociale Zaken.


Infectiepreventie<br />

Voor het hoofd Medisch­paramedische dienst,<br />

Vicky van der Waaij, heeft <strong>2007</strong> mede in het<br />

teken gestaan van het <strong>op</strong>stellen en implementeren<br />

van het infectiepreventiebeleid.<br />

“Een omvangrijke en belangrijke klus die<br />

zijn waarde vooral bewijst wanneer het<br />

noodlot je treft.”<br />

De term ‘infectiepreventie’ laat snel raden<br />

waar het bij dit beleid om gaat: het voorkomen<br />

van allerhande gangbare infecties<br />

als het griepvirus en maagdarminfectie en<br />

minder veelvoorkomende typen als MRSA.<br />

Zo simpel als dit is uitgelegd, zo veelomvattend<br />

was het om een geheel aan maatregelen<br />

samen te stellen en te implementeren, dat de<br />

kans <strong>op</strong> infecties zo klein mogelijk houdt. Vicky<br />

van der Waaij, inhoudelijk eindverantwoordelijk<br />

voor de klus: “Het gaat daarbij om dagelijkse<br />

dingen zoals handen wassen, het inbrengen van<br />

katheters, het niet dragen van sieraden. Wat doe je<br />

nu allemaal om de kans <strong>op</strong> infecties te minimaliseren?<br />

In het beleid is daarnaast ook een uitbraakplan <strong>op</strong>genomen<br />

voor als er toch bijvoorbeeld influenza wordt geconstateerd.<br />

Zo’n uitbraakplan vertelt wat je in zo’n geval moet<br />

doen, zoals het sluiten van de afdeling, het scheiden van zieke en<br />

niet-zieke cliënten en het beperken van het verkeer van bijvoorbeeld<br />

familieleden.”<br />

Het belang van het infectiepreventiebeleid hangt vooral samen<br />

met de doelgroep van <strong>zorggroep</strong> <strong>Maas</strong> & <strong>Waal</strong>: cliënten<br />

die kwetsbaar zijn en in gezelschap van medewerkers en<br />

familie in een hoge dichtheid met elkaar leven. “Mensen<br />

komen uit het ziekenhuis waardoor er potentieel<br />

een vrij groot verkeer van virussen en bacteriën is.<br />

In ieder geval groter dan thuis. Als die oudere en<br />

veelal fragiele cliënten een infectie te verduren<br />

krijgen, is dat een aanslag <strong>op</strong> hun lichaam die<br />

gevolgen heeft voor zowel hun geestelijke als<br />

lichamelijke functioneren.”<br />

Beleid <strong>op</strong> het gebied van infectiepreventie<br />

was er wel, maar als gevolg van het samengaan<br />

van de rechtsvoorl<strong>op</strong>ers van zWM<br />

(SIVOZ en De Hostert) gefragmenteerd. Tot<br />

begin <strong>2007</strong>. “Toen is het infectiepreventiebeleid<br />

een speerpunt binnen de Zorggroep<br />

geworden. Twee redenen lagen daaraan ten<br />

grondslag. Allereerst had de Nederlandse<br />

Vereniging van Verpleeghuisartsen (NVVA)<br />

een richtlijn over influenzapreventie afgegeven<br />

die binnen de normen Verantwoorde Zorg<br />

wordt genoemd als een minimum waarover je als<br />

zorginstelling moet beschikken. Daarnaast kwalificeerde<br />

de Inspectie voor de Gezondheidszorg ons<br />

gefragmenteerde beleid als niet afdoende.”<br />

Het gevolg was dat er een commissie in het leven werd<br />

geroepen die tot <strong>op</strong>dracht kreeg het inventariseren van wat<br />

er aan protocollen en richtlijnen was en moest aangeven welke<br />

onderdelen omschreven zouden moeten worden. “Die commissie<br />

bestaat uit diverse mensen uit de organisatie. Daarnaast hebben we<br />

ook een ziekenhuishygiënist <strong>op</strong> consultbasis ingeschakeld. Deze commissie<br />

heeft aangegeven welke protocollen en richtlijnen <strong>op</strong>gesteld, dan wel<br />

herzien en/of geïmplementeerd moesten worden. De eerste fase van de inventarisatie<br />

en implementatie is inmiddels voltooid; nu moeten er nog zaken worden<br />

<strong>op</strong>gepakt die minder prioriteit hebben. Toch kunnen we stellen dat er eenduidigheid<br />

<strong>op</strong> alle locaties is – namelijk het werken volgens een draaiboek – dat er protocollen aan<br />

het beleid zijn toegevoegd die er niet waren en dat het antibioticabeleid nu <strong>op</strong> regionaal<br />

niveau is afgestemd.”<br />

Interview met Vicky van der Waaij<br />

De proef is inmiddels <strong>op</strong> de som genomen. “De Inspectie voor de Gezondheidszorg is<br />

<strong>op</strong>nieuw langsgekomen en was zeer, zeer positief. We hebben uitgebreide complimenten<br />

gekregen. Men heeft goed kunnen zien wat we hebben gedaan en dat het resultaat heeft<br />

gehad. Dat bleek ook uit de influenza-uitbraak die in verpleeghuis St. Elisabeth heeft plaatsgevonden.<br />

In zo’n geval ben je erg blij dat je een draaiboek hebt. Maar ook was ik blij met de<br />

alertheid van de medewerkers. Daardoor hadden we het relatief snel onder controle. Ja, ik<br />

ben erg trots als ik zie hoe we alles rondom het infectiepreventiebeleid hebben aangepakt.<br />

Door het bezoek van de Inspectie hebben we een stuk bewustwording meegekregen over<br />

kwaliteit, namelijk dat je ook zaken achter de schermen – waar cliënten dus niet direct om<br />

vragen – goed dient te regelen. Dat sneeuwt nog wel eens onder als je als organisatie je<br />

zo inspant om vraaggericht te werken.”<br />

5


6<br />

Kleinschalige<br />

complexe zorg<br />

Ongeveer tien jaar geleden zijn de voorbereidingen<br />

voor het bieden van complexere zorg binnen een kleinschalige<br />

woonomgeving voor zorgcentrum De Kasteelhof<br />

gestart. Niet alleen de bouwtechnische voorbereidingen, maar<br />

ook de zorginhoudelijke. Die laatste hebben het afgel<strong>op</strong>en jaar<br />

vastere vorm aangenomen.<br />

Binnen De Kasteelhof krijgen we de kans om een voor dit zorgcentrum geheel<br />

nieuw concept (een breed pakket aan zorg, van thuiszorg tot en met verpleeghuiszorg)<br />

te introduceren. Waarom is dat een kans? Omdat we de gelegenheid<br />

krijgen onze cliënten langer dan voorheen in Druten van zorg te voorzien. We<br />

kunnen straks immers ook complexere zorg bieden, waardoor cliënten die daar<br />

behoefte aan hebben niet per definitie naar een andere gemeente hoeven te<br />

verhuizen. Hoe gaan we die complexere zorg inrichten? Tijdens de voorbereiding<br />

van de nieuwbouw is bepaald dat zes mensen met ieder hun privévertrek en een<br />

gezamenlijke zitkamer en keuken, een goede maat is om samen een huishouden<br />

te voeren. In dit huishouden wordt een appèl gedaan <strong>op</strong> een zo thuis als mogelijk<br />

gevoel waarin de mens zich veilig en vertrouwd voelt. Geen ‘vreemde’ activiteiten,<br />

maar herkenbare handelingen als afwas en een soepje trekken vullen de dag.<br />

Onderzoek heeft uitgewezen dat de setting van kleinschalig wonen van rustgevende<br />

invloed is <strong>op</strong> de cliënten. Net als de inrichting van de woningen. Mensen<br />

met dementie (de grootste groep bewoners van deze woningen) gaan terug naar<br />

Wist u dat…<br />

Column van Annette van Hout en Ingeborg Smeets<br />

… per 2009 de bekostiging van cliënten die <strong>op</strong>genomen worden<br />

in een AWBZ-instelling gaat veranderen?<br />

… cliënten dan een indicatie in een zogenoemd ZZP (zorgzwaartepakket)<br />

ontvangen en dat voor elk pakket een<br />

bepaald tarief staat?<br />

… dat niet zonder meer alles vergoed wordt en dat<br />

van zMW een effectieve bedrijfsvoering vergt en van<br />

medewerkers creativiteit om zoveel mogelijk te<br />

realiseren met dat bedrag?<br />

… zMW de medewerkers stimuleert deze denkwijze<br />

alvast eigen te maken?<br />

…..het team van afdeling <strong>Waal</strong> van St. Elisabeth<br />

daarom met alle medewerkers het thema ZZP<br />

heeft gekozen voor de teambuildingsbijeenkomst?<br />

… zij ZZP hebben vertaald naar de samenstelling<br />

van een diner en daarvoor in groepjes<br />

werden verdeeld met elk een eigen budget<br />

waarmee zij een onderdeel van het diner moesten<br />

verzorgen?<br />

… er van deze avond is geleerd dat je afspraken<br />

met elkaar moet maken om tot een goed eindproduct<br />

te komen.<br />

… u voor meer informatie hierover <strong>op</strong> de website<br />

van zWM onder het k<strong>op</strong>je ‘Actueel’ met een doorklik<br />

naar ‘Nieuws’ kunt kijken?<br />

vroeger. Daar zullen we door inrichting en kleurgebruik bij aan moeten sluiten.<br />

Want dat draagt bij aan herkenning, en herkenning brengt rust en veiligheid.<br />

Tegelijkertijd zullen medewerkers een andere werkhouding aannemen. Je gaat als<br />

medewerker namelijk niet langer een afdeling binnen, maar een met een gezinshuishouden<br />

te vergelijken leefsituatie. Daarnaast gaan we meer werken vanuit de<br />

leefwereld en wensen van de cliënt. Ook verandert de verantwoordelijkheid van<br />

medewerkers. Zij gaan individueler werken en zullen moeilijker terug kunnen vallen<br />

<strong>op</strong> anderen. Dat zal de zelfstandigheid van medewerkers zeker bevorderen.<br />

Met kleinschalig wonen en het bieden van complexere zorg wordt de tot nu toe<br />

gebruikelijke beroepsuitoefening compleet anders… Medewerkers met een pioniersgeest<br />

die iets nieuws willen, zullen zeker gegrepen worden door dit concept!<br />

Ingeborg Smeets, hoofd Zorg en Annette van Hout, hoofd Zorg


Missie en visie<br />

Vorig jaar zijn de missie en visie van <strong>zorggroep</strong><br />

<strong>Maas</strong> & <strong>Waal</strong> herschreven. Wat is er precies in veranderd<br />

en waarom? Maar vooral ook: wat merken cliënten en<br />

mede werkers daarvan? Tijdens een rondetafelgesprek met het<br />

managementteam van de Zorggroep worden de nieuwe visie en<br />

missie nog eens onder de loep genomen.<br />

Rondetafelgesprek met Bert van Lingen, Hans van Herwijnen en Sylvia van de Beeten<br />

Wie de oude en nieuwe versies naast elkaar legt, ziet in één oog<strong>op</strong>slag een verschil:<br />

de nieuwe is korter. Dat is voor Bert van Lingen, voorzitter raad van bestuur,<br />

Sylvia van de Beeten, woonzorgzonemanager Druten en Beuningen, en Hans van<br />

Herwijnen, woonzorgzonemanager West <strong>Maas</strong> en <strong>Waal</strong>, deels te verklaren door<br />

de wens om de visie en missie helderder te formuleren. “Het verschil zit ’m in het<br />

woordgebruik, dat is eenvoudiger geworden”, licht Sylvia van de Beeten toe. “Eenduidiger<br />

ook”, meent Hans van Herwijnen. “We hebben de missie en visie nu zo<br />

geformuleerd dat direct duidelijk is wat we willen bereiken.”<br />

Toch is het verschil niet alleen toe te schrijven aan taalgebruik. Inhoudelijk vallen<br />

er ook verschillen te ontdekken. Waar de ‘oude’ missie het vooral heeft over wat de<br />

Zorggroep aan cliënten levert, spreekt de nieuwe missie over het toevoegen van<br />

kwaliteit aan het leven van cliënten. Bert van Lingen: “Van middelgericht zijn we<br />

naar prestatiegericht gegaan. Nu vertellen we expliciet over het eindresultaat dat<br />

we beogen: namelijk kwaliteit toevoegen aan het leven van een cliënt.” Een ander<br />

punt betreft de cliënt zelf. Hans van Herwijnen omschrijft dat als het uitgaan van<br />

wat de cliënt nog kan in plaats van wat hij niet meer kan: “Wij zijn er vervolgens<br />

om dat ontbrekende stukje toe te voegen.” “De zelfstandigheid en eigen regie van<br />

de cliënt worden nu meer benadrukt”, zegt Sylvia van de Beeten.<br />

Wat heeft voor dat nieuwe inzicht gezorgd? “Het is een kwestie van voortschrijdend<br />

inzicht”, meent Bert van Lingen. “Van maatschappelijke ontwikkelingen<br />

ook”, vult Hans van Herwijnen aan. “Een missie is redelijk statisch, maar je visie<br />

is onderhevig aan bewegingen in de maatschappij.” Desalniettemin gaat het<br />

managementteam van zMW ervan uit dat deze missie en visie een lange houdbaarheid<br />

zullen hebben. Bert van Lingen: “Een jaar of vier, denk ik; even lang als<br />

het strategisch meerjarenplan. Mocht er tussentijds echter een uitdaging <strong>op</strong> ons<br />

pad komen die we voor onze cliënten willen aangaan, dan zullen wij onze missie<br />

aanpassen.”<br />

Een missie en<br />

visie zijn dus<br />

van belang voor een<br />

organisatie als <strong>zorggroep</strong><br />

<strong>Maas</strong> & <strong>Waal</strong>? “Absoluut”,<br />

beaamt Sylvia van de Beeten.<br />

“De zelfstandigheid<br />

van de cliënt<br />

wordt nu meer<br />

benadrukt”<br />

“Intern geven ze richting aan je handelen, en extern scheppen ze duidelijkheid waar<br />

je voor staat.” Bert van Lingen: “Daarom geven we er <strong>op</strong> verschillende manieren vertaling<br />

aan. Opdat de visie en missie gaan leven door heel de organisatie heen. Daartoe<br />

worden ze allereerst verwerkt in de jaarplannen, <strong>op</strong> ieder niveau. Daarnaast<br />

communiceren we de nieuwe strategie met het middenkader. En als derde toetsen<br />

we dat concreet in de praktijk. Dat laatste is tot nu toe nog impliciet gebeurd, maar<br />

het komende jaar zullen we dat nadrukkelijker gaan doen.”<br />

Er wordt dus duidelijk veel aandacht besteed aan het vertalen van de missie en visie<br />

naar de praktijk. Dan moeten de cliënten dat ook ervaren. “Naast de cliënttevredenheidsonderzoeken<br />

die regelmatig worden gehouden, is bijvoorbeeld ook een <strong>zorggroep</strong>brede<br />

gedragscode <strong>op</strong>gezet die aansluit bij de missie en visie”, vertelt Sylvia<br />

van de Beeten. “Deze gedragscode is begin januari 2008 in de organisatie geïntroduceerd<br />

en besproken binnen alle geledingen. Vervolgens zullen reacties daar<strong>op</strong><br />

worden verzameld en verwerkt, waarna we eind 2008 een breedgedragen gedragscode<br />

hebben. Ook worden er <strong>op</strong> locatie- en afdelingsniveau onderling gesprekken<br />

gehouden aan de hand van praktijkvoorbeelden en lastige situaties.” Hans van<br />

Herwijnen: “Maar het is ook heel praktisch: als je iets hebt gedaan toets je dat aan<br />

de vier aspecten uit de missie en visie: kwaliteit, respect, zekerheid en nabijheid.”<br />

Het zijn stuk voor stuk geen nieuwe begrippen voor zMW. “Dat kl<strong>op</strong>t”, zegt Bert van<br />

Lingen. “We zijn er altijd al mee bezig geweest, maar nu hebben we het duidelijker<br />

onder woorden gebracht. Daardoor kunnen we er nu ook beter richting aan geven.”<br />

7


8<br />

Serieus lachen<br />

Dit is een verslag van de presentatie van het meerjarenbeleidsplan in het middenkader.<br />

Een serieuze zaak natuurlijk. Hier worden namelijk de vijf belangrijke W’s besproken:<br />

Wat willen we bereiken?<br />

Wanneer willen we dat bereiken?<br />

Wie neemt Welke acties?<br />

Wat kost het?<br />

Nadat alle W’s door bestuurder Bert van Lingen besproken waren, was het de beurt aan de middenkaderleden.<br />

Hun was gevraagd te vertellen hoe ze de Zorggroep in de toekomst zien. Het<br />

gevaar bij zo’n vraag en de als gevolg daarvan lange besprekingen is altijd dat de luisteraars<br />

gaan knikkebollen. Dit was nu echter eens geenszins het geval! In plaats van saaie presentaties<br />

trokken de middenkaderleden alle registers <strong>op</strong>en en lieten zij zien hoeveel creatief (en zelfs<br />

cabaretesk!) talent er binnen <strong>zorggroep</strong> <strong>Maas</strong> & <strong>Waal</strong> aanwezig is. Van een krantenartikel<br />

(met datum 2012) over de kwaliteit van zorg van de Zorggroep, en een nieuwslezer, tot een<br />

toonkunstenaar passeerden de revue; stuk voor stuk erg goed en inzicht gevend in hoe het<br />

middenkader wil dat de Zorggroep er <strong>op</strong> termijn uitziet en functioneert.<br />

Zelf had ik een aantal ‘brillen’ meegenomen waardoor ik de toekomst in kon kijken.<br />

Door de roze bril (stond een beetje tuttig) zag ik een organisatie die in alle<br />

gemeenten bekend is, en waar ouderen met hun vragen als vanzelfsprekend<br />

naartoe komen. Het kleinschalig wonen is er super, de betrokkenheid van<br />

de medewerkers enorm. Er is ons een gouden keurmerk uitgereikt en de<br />

bestuurder van de concurrent belde met de vraag hoe we dit allemaal<br />

voor elkaar gekregen hebben. Al onze diensten worden binnen en<br />

buiten de instellingen met veel succes aangeboden.<br />

Bij het <strong>op</strong>zetten van de zwarte bril (staat mij niet) blijkt dat<br />

wij niet goed <strong>op</strong> onze omgeving hebben gelet en heeft<br />

de concurrentie ons <strong>op</strong>geslurpt. Een Frans bedrijf met<br />

Poolse werknemers heeft zich in de regio gevestigd<br />

en pikt onze klanten af.<br />

De realistische bril (staat mij het best) laat zien<br />

dat we <strong>op</strong> dit moment ons eigen scenario nog<br />

kunnen schrijven. Het HKZ-keurmerk is aan<br />

ons verleend, maar dat moeten we ook zien<br />

te behouden. De nieuwe rol van de EVV’er is<br />

spannend, veelomvattend en vraagt aandacht.<br />

Bedrijfsmatig werken en goede pr zijn<br />

sleutelbegrippen. We moeten niet eindeloos<br />

praten maar doen, ondernemen dus!<br />

Door deze serieuze humor laat het middenkader<br />

zich van zijn beste kant zien. Waarom?<br />

Omdat het aangeeft dat er plezier is in het<br />

werk, en dat leidt naar mijn stellige overtuiging<br />

tot betere prestaties. Kortom: humor is een<br />

serieuze zaak.<br />

Tot slot van dit betoog groet ik jullie en zet ik voor de<br />

zekerheid mijn eigen bril weer <strong>op</strong>. Welke dat is? Kom<br />

maar eens kijken!<br />

Frank van Kuppeveld,<br />

Hoofd Paramedische dienst wzz West <strong>Maas</strong> en <strong>Waal</strong><br />

Column van Frank van Kuppeveld<br />

zMW in stelling<br />

Op 10 juli <strong>2007</strong> werd binnen <strong>zorggroep</strong> <strong>Maas</strong> & <strong>Waal</strong> het startsein<br />

voor het HKZ­traject gegeven. Negen maanden later behaalde de<br />

Zorggroep het felbegeerde certificaat: een bewijs dat het continue<br />

proces van kwaliteitsontwikkeling in de gelederen van zMW verankerd is.<br />

HKZ heeft als vliegwiel voor kwaliteitsontwikkeling binnen <strong>zorggroep</strong><br />

<strong>Maas</strong> & <strong>Waal</strong> gewerkt…<br />

Sandy van Summeren, EVV’er zorgcentrum Alde Steeg:<br />

Ja, dat heeft HKZ wel. Vooral Sharepoint, het digitale kwaliteitshandboek, heeft daar flink aan<br />

bijgedragen. Je kunt er alles <strong>op</strong> terugvinden, woonleefplannen waar wij als EVV’ers veel mee<br />

werken, maar ook protocollen en beleidsstukken. Hier in Alde Steeg stond er niet zo heel veel<br />

<strong>op</strong> papier of het was sterk verouderd. Nu is alles up-to-date. Met één druk <strong>op</strong> de kn<strong>op</strong> heb je<br />

wat je zoekt. En dat draagt natuurlijk bij aan kwaliteit. Iedereen werkt volgens dezelfde werkwijze<br />

omdat we allemaal over dezelfde stukken beschikken.<br />

Helma Huysmans, lid HKZ-projectgroep:<br />

Vóór HKZ was er iets anders dat als vliegwiel voor de kwaliteitsontwikkeling binnen de<br />

Zorggroep heeft gewerkt: het bezoek van de Inspectie voor de Gezondheidszorg aan


St. Elisabeth, in april <strong>2007</strong>. Daar kwamen enkele<br />

kritische <strong>op</strong>merkingen uit naar voren, die we als<br />

verbeterpunten voor alle locaties hebben <strong>op</strong>gepakt.<br />

Zo is het vliegwiel eigenlijk begonnen met draaien. We<br />

hebben het allemaal niet voor niets gedaan. De Inspectie<br />

heeft ons tijdens een vervolgbezoek gecomplimenteerd met de<br />

resultaten. En daarnaast is <strong>zorggroep</strong>breed echt bewustwording<br />

gekomen dat we aan kwaliteit moeten (blijven) werken.<br />

Conny van Coolwijk, teamleidster zorgcentrum De Hey-Acker:<br />

Dat is zeker waar! Niet dat we voor HKZ niet met kwaliteit bezig waren, maar<br />

nu is het <strong>op</strong>gehangen aan normen en richtlijnen. Het projectteam HKZ<br />

heeft goed in de gaten gehad dat vooral de implementatie een heet hangijzer<br />

was. Dat hebben ze <strong>op</strong>gelost door heel praktische ondersteuning<br />

te bieden. Een voorbeeld hoe die kwaliteit ook voor de cliënt merkbaar<br />

is? De interne klachtenregeling bijvoorbeeld is verbeterd. Je weet nu<br />

precies wat wie wanneer en hoe moet doen.<br />

Peter Hoogveld, staffunctionaris Kwaliteit, Beleid & Innovatie:<br />

Die stelling kl<strong>op</strong>t wel. HKZ heeft ervoor gezorgd dat je – concreet<br />

vertaald in een certificaat – een doel voor ogen hebt waar je heel<br />

gericht naartoe kunt werken. Door middel van normen geeft HKZ<br />

heel duidelijk de richting aan waarnaar je moet werken. Je wordt<br />

wat dat betreft dus gesteund en geleid naar je doelstellingen. Dat<br />

is achteraf gezien wel goed geweest, want je hebt geen gelegenheid<br />

om de aandacht te laten verslappen. Het houdt je scherp, en je wordt<br />

gedwongen om de vaart erin te houden. Ook <strong>op</strong> momenten waar<strong>op</strong> je<br />

denkt: ik heb ook nog andere dingen te doen, hoor!<br />

Samen sterk voor kleinschalig wonen<br />

Wat doe je als je de wens hebt om <strong>op</strong> je afdeling kleinschalig wonen te introduceren,<br />

maar bouwkundige omstandigheden zich daar niet voor lenen en nieuwbouw nog<br />

enkele jaren <strong>op</strong> zich laat wachten? Dan steek je als inventieve collega’s de k<strong>op</strong>pen bij<br />

elkaar en vind je een <strong>op</strong>lossing. Hennie de Leeuw en Thea van Husen, hoofden Zorg van de<br />

psychogeriatrische afdelingen in verpleeghuis Waelwick, zagen die <strong>op</strong>lossing in een verrijdbare<br />

wand die de grootschalige huiskamers verdeelt in drie kleinschaligere en daarmee gezelligere<br />

en vooral overzichtelijkere ruimtes.<br />

De zorg – de belangrijkste component van kleinschalig wonen – wordt daarbij minder<br />

medisch en meer persoons- en relatiegericht ingestoken. Samen met de (vaste) medewerkers<br />

maken de cliënten deel uit van een huishouden waar zij naar individuele wens en mogelijkheden<br />

aan kunnen bijdragen. “Kleinschaligheid in de zorg voor cliënten met dementie of<br />

gedragsproblemen vergroot de overzichtelijkheid, bevordert de rust en maakt dat zorg <strong>op</strong><br />

maat geboden kan worden. Hierdoor zal niet alleen de kwaliteit van wonen en leven voor<br />

cliënten toenemen, ook zal voor medewerkers het werk aantrekkelijker worden.”<br />

9


10<br />

Cliënttevredenheid<br />

Rondetafelgesprek met Esther Paijmans, Truus van der Cruijsen, Riek van Toor en Ria Kasser<br />

Hoe zorg je er als zorginstelling nu voor dat vragen en<br />

<strong>op</strong>merkingen van cliënten je ook echt bereiken? In de zorgcentra<br />

en verpleeghuizen van <strong>zorggroep</strong> <strong>Maas</strong> & <strong>Waal</strong> gaat<br />

men <strong>op</strong> verschillende manieren met die vraag om. In <strong>2007</strong> echter<br />

werd in het kader van de procedure Cliënttevredenheid/­ervaringen<br />

afgesproken dat naast verschillende interviewvormen ook het<br />

rondetafelgesprek als vast onderdeel ingezet zou worden om de<br />

cliënttevredenheid te peilen en te verbeteren.<br />

Wat is een betere manier om te praten over een rondetafelgesprek dan tijdens<br />

een rondetafelgesprek? En dus kwamen Riek van Toor (cliëntenraad<br />

zorg centrum De Kasteelhof in Druten), Truus van der Cruijsen (cliëntenraad<br />

zorgcentrum Huize Henricus in Wamel en De Hey-Acker in Beneden-Leeuwen),<br />

Ria Kasser (hoofd Zorg zorgcentrum Alde Steeg te Beuningen), en Esther<br />

Paijmans (ondersteuner van de centrale cliëntenraad) samen in de Torenkamer<br />

van De Kasteelhof om te praten over het rondetafelgesprek met cliënten. Voor<br />

sommige locaties van de Zorggroep een nieuw fenomeen, voor andere een<br />

beproefd concept. Maar hoe gaat het eigenlijk in zijn werk, zo’n rondetafelgesprek<br />

met cliënten? Truus van der Cruijsen schetst de gang van zaken in Huize<br />

Henricus, te Wamel: “Twee keer per jaar worden de cliënten uitgenodigd in een<br />

van de zaaltjes van Henricus. Daar zijn ook enkele leden van de cliëntenraad<br />

aanwezig, het hoofd Zorg en soms ook iemand van de keuken of de technische<br />

dienst als daar over geïnformeerd moet worden. Want aan ieder rondetafelgesprek<br />

is een thema gek<strong>op</strong>peld waar we aan het begin van de bijeenkomst iets<br />

over vertellen. Daarna kan iedereen zijn zegje doen.”<br />

Met name dat laatste is zo ontzettend belangrijk, benadrukken de deelnemers<br />

aan dit rondetafelgesprek in verschillende bewoordingen. Al voegen ze<br />

er direct aan toe, dat het lastig blijft te voorzien wat een individuele aangelegenheid<br />

is of iets wat breder gedeeld moet worden. De groepsgrootte is<br />

voor veel cliënten een struikelblok. Mensen horen niet goed, begrijpen niet<br />

alles. Daarom wordt de mening van cliënten naast de rondetafelgesprekken<br />

ook <strong>op</strong> andere manieren gevraagd. Tijdens het koffiedrinken in Huize Hen-<br />

“De inbreng<br />

van cliënten gaat<br />

vaak over eten<br />

en drinken”<br />

ricus en De Hey-Acker<br />

bijvoorbeeld. Dan gaan<br />

cliëntenraadsleden in gesprek met<br />

cliënten, beantwoorden ze vragen en horen ze dingen die goed en minder goed<br />

gaan. Riek van Toor: “Wij doen dat ook in De Kasteelhof. Ik ben enorm geïnteresseerd<br />

in de mening van cliënten, dus ik hou daar wel van. En het werkt<br />

ook nog!” Dat ervaart ook Ria Kasser die de zogenoemde koffiepraatjes met<br />

nieuwe cliënten heeft geïntroduceerd. “Als hoofd Zorg merk ik dat nieuwe<br />

cliënten heel veel informatie krijgen die ze niet allemaal kunnen <strong>op</strong>slaan.<br />

Daarom nodig ik hen in overleg en samenwerking met de cliëntenraad na zes<br />

weken in een klein groepje van nieuwkomers en hun contactpersonen uit, om<br />

restvragen te beantwoorden en bepaalde aandachtsgebieden door te nemen.<br />

De ervaring is dat zowel de cliënt als eventueel de contactpersoon dit als zeer<br />

prettig ervaart.”<br />

Opvallend is dat de inbreng van cliënten vaak gaat over eten en drinken en<br />

de activiteitenbegeleiding. De zorg zelf is nauwelijks onderwerp van gesprek.<br />

Hoe komt dat eigenlijk? “Wellicht omdat het te privé is of omdat de zorg al<br />

heel goed wordt doorgenomen in het gesprek over het woonleefplan”, denkt<br />

Ria Kasser. Maar wat zijn dan wel de onderwerpen die reden geven tot vragen?<br />

Truus van der Cruijsen noemt als voorbeeld de wekelijkse hartige hapjes in De<br />

Hey-Acker: “De hapjes kwamen altijd <strong>op</strong> een tijdstip dat er een activiteit bezig<br />

was. Nadat iemand dat heeft ingebracht tijdens een rondetafelgesprek, is in<br />

overleg het tijdstip van de hapjes verschoven.” Een ander voorbeeld komt uit


Huize Henricus. “Daar wilde niemand meer heldere<br />

soep, dunne soep zoals men het daar noemt. Dat<br />

kwam omdat er na het transport voornamelijk<br />

vermicelli in het bakje zat. De soep was tijdens<br />

de rit over de bakjes gegaan. Dat wordt nu<br />

verholpen door nieuwe bakjes te gebruiken.<br />

Ja, het rondetafelgesprek werkt dus wel.”<br />

Zijn er ook verbeterpunten? Esther Paijmans<br />

denkt van wel. “Het rondetafelgesprek is nog<br />

niet inhoudelijk beschreven in de procedure<br />

Cliënttevredenheid/-ervaringen. Dat moet<br />

nog gebeuren. Het voorzitterschap van het<br />

rondetafelgesprek zou dan moeten komen te<br />

liggen bij de cliëntenraad en niet bij het hoofd<br />

Zorg. Sommige cliënten vinden het namelijk<br />

moeilijk hun eventuele kritiek in het bijzijn van<br />

het hoofd Zorg te uiten.” Terwijl de aanwezigheid<br />

van het hoofd Zorg toch ook zo zijn voordelen kan<br />

hebben, weten Truus van der Cruijsen en Riek van Toor:<br />

“Wij vragen het hoofd Zorg altijd het laatste halfuur bij<br />

het rondetafelgesprek aanwezig te zijn. Dan kunnen alle<br />

vragen die gesteld zijn, direct worden beantwoord. Zo los je de<br />

dingen makkelijk en snel <strong>op</strong>.”<br />

Praktisch<br />

en <strong>op</strong>lossingsgericht<br />

In de klankbordgroep van het nieuwbouwproject<br />

voor zorgcentrum Alde Steeg zitten naast afgevaardigden<br />

uit de zorginhoudelijke disciplines<br />

ook vertegenwoordigers van de cliëntenraad.<br />

Mevrouw Maria Pelkmans is een van<br />

hen. Namens verpleeghuis Waelwick<br />

– van waar diverse verpleeghuisplaatsen<br />

zullen verhuizen naar de nieuwbouw van<br />

Alde Steeg – behartigt zij de belangen<br />

van huidige en toekomstige bewoners.<br />

“Als je iedere dag rondlo<strong>op</strong>t in Waelwick,<br />

zie je wat wel en niet praktisch<br />

is, wat er verbeterd kan worden.”<br />

Vijf jaar woonde haar man in verpleeghuis<br />

Waelwick. In april van dit jaar overleed hij<br />

aan de gevolgen van Parkinson. En alhoewel<br />

mevrouw Pelkmans kort na zijn intrek in het<br />

verpleeghuis aarzelde over het verzoek toe te<br />

treden tot de lokale cliëntenraad, denkt ze er nu<br />

niet over om te st<strong>op</strong>pen. “Ik vind het belangrijk<br />

dat je iets voor de bewoners kunt betekenen, dat<br />

ze het goed hebben én houden.”<br />

Naast de cliëntenraad nam ze twee jaar geleden ook<br />

zitting in de klankbordgroep voor het nieuwbouwproject<br />

van zorgcentrum Alde Steeg, in het naburige<br />

Beuningen. Dit project heeft het afgel<strong>op</strong>en jaar vastere<br />

vorm gekregen. De tekeningen laten losse wooneenheden met<br />

verschillende bouwlagen zien. Het idee van kleinschalig wonen<br />

spreekt haar aan. “Ja, ik vind dat het er goed uitziet. Bovendien is het<br />

praktisch bij de bouw. Zodra een van de wooneenheden klaar is, kunnen<br />

de bewoners van Alde Steeg naar die locatie verhuizen. Dat is een van<br />

de punten waar we het over hebben gehad in de klankbordgroep. Wat zou het<br />

beste zijn voor de cliënten? Geen tussentijdse verhuizingen. Met deze <strong>op</strong>zet hoeft<br />

dat gelukkig ook niet.”<br />

Interview met mevrouw Pelkmans<br />

Mevrouw Pelkmans heeft meerdere voorbeelden waaruit blijkt hoe waardevol de inbreng<br />

van ‘ervaringsdeskundigen’ is: “Ik ben praktisch ingesteld en heb <strong>op</strong> dat vlak overal wel<br />

een goede <strong>op</strong>lossing voor. Neem nu de indeling van de kasten. Die is in Waelwick zo krap.<br />

Dat moet ruimer. Of het kastje onder de wastafel: dat moet daar helemaal niet zitten, want<br />

mensen in een rolstoel kunnen er daardoor niet goed bij. Ook hebben wij gesteld dat wij de<br />

woonruimte in de nieuwbouw liever vergroot zien worden van 60 naar 80 vierkante meter.<br />

Dat heeft weliswaar tot gevolg dat de keukenunit wat kleiner wordt, maar mijn ervaring is<br />

dat wanneer je in een rolstoel zit je vooral behoefte hebt aan wat meer ruimte in het leefgedeelte.”<br />

De beperkingen van haar inspraak ziet ze ook: “Niet alles kan gerealiseerd worden. Dat is<br />

altijd zo. Maar ik weet zeker dat wanneer Alde Steeg klaar zal zijn, het een enorme verbetering<br />

zal zijn voor cliënten én personeel. Natuurlijk zullen er dan heus wel zaken zijn<br />

waarvan je denkt: dat had anders gemoeten. Maar dat is niet anders dan wanneer je zelf<br />

een huis bouwt.”<br />

11


12<br />

Het belang van informatie<br />

Als EVV’ers werkzaam binnen Overmars in Winssen, is ons gevraagd of wij iets willen<br />

vertellen over de kwaliteit van informatie binnen ons zorgcentrum. Alhoewel die vraag<br />

ons een beetje overviel – in een jaarverslag staat toch altijd ernstige en zakelijke informatie<br />

van de raad van bestuur? – zijn wij er graag <strong>op</strong> ingegaan, want wij hebben er wel een mening<br />

over.<br />

Kwaliteit, daar is hard aan gewerkt binnen <strong>zorggroep</strong> <strong>Maas</strong> & <strong>Waal</strong> het afgel<strong>op</strong>en jaar. In het<br />

algemeen zien we daar duidelijk de voordelen van in. Wel moeten we nog met elkaar bewijzen<br />

dat het kwaliteitssysteem ook werkt, voor ons als medewerkers maar ook zeker voor de cliënt.<br />

Dat zal het komend jaar moeten blijken.<br />

Als het gaat om de kwaliteit van de informatie aan de cliënt zien we zeker vooruitgang.<br />

We hebben bijvoorbeeld nieuwe informatiemappen voor de cliënt gekregen waarin hij/zij<br />

rustig kan nalezen wat er mogelijk is binnen de Zorggroep en wat hij/zij kan verwachten.<br />

Voorheen werden zaken als het bestaan en belang van een cliëntenraad of een cliëntvertrouwenspersoon<br />

vaak pas aan een cliënt toegelicht als hij of zij een klacht had. Nu<br />

geven we de informatie daarover standaard binnen enkele weken. Waarom dat een<br />

voorbeeld van kwaliteitsverbetering is? Omdat de drempel naar een raadslid of<br />

vertrouwenspersoon toe voor een cliënt dan lager is. Natuurlijk h<strong>op</strong>en we dat<br />

het niet vaak nodig is, maar het is wel fijn dat mensen ergens terecht kunnen<br />

wanneer ze niet tevreden zijn.<br />

Behalve het goed overbrengen van de boodschap proberen wij ook<br />

te letten <strong>op</strong> het doseren van informatie voor de cliënt. Vanuit<br />

HKZ is er een <strong>op</strong>namechecklijst gemaakt die ons daarbij<br />

helpt. In deze checklijst staat welke informatie zo belangrijk<br />

is dat een cliënt die meteen bij een <strong>op</strong>name dient<br />

te weten, en welke informatie je iedere volgende fase<br />

kunt aanreiken. We willen <strong>op</strong> die manier voorkomen<br />

dat een cliënt zich helemaal overspoeld voelt met<br />

informatie en door de bomen het bos niet meer<br />

ziet. Na een week komen we weer terug bij de<br />

cliënt en vragen we hem of haar wat er niet<br />

duidelijk was, en of er nog dingen zijn die<br />

hij/zij wil weten. Mensen zitten als ze hier<br />

komen vaak boordenvol vragen. We moeten<br />

dan niet proberen naast alle antwoorden<br />

ook nog eens al onze informatie aan hen<br />

te geven. Dat kan niet. Antwoorden zijn<br />

meestal belangrijker dan onze informatie.<br />

Bovendien, met minimale informatie kunnen<br />

de cliënten de eerste dagen prima doorkomen<br />

terwijl er toch goed voor ze gezorgd wordt.<br />

Bij tijdelijke <strong>op</strong>names echter hebben we gemerkt<br />

dat de informatie aangepast zou mogen worden,<br />

omdat voor dit soort <strong>op</strong>names soms specifieke<br />

afspraken gelden. We hebben dit doorgegeven en<br />

h<strong>op</strong>elijk zo een bijdrage geleverd aan de continue verbetering<br />

die zMW voor ogen heeft.<br />

Ella de Leeuw, EVV’er en Lonneke Heeres, EVV’er<br />

Colofon<br />

Zorggroep <strong>Maas</strong> & <strong>Waal</strong> is een regionale zorgaanbieder in het Land<br />

van <strong>Maas</strong> & <strong>Waal</strong>. De Zorggroep wil kwaliteit toevoegen aan het leven<br />

van cliënten en hun naasten door zorg en diensten te bieden die recht<br />

doen aan hun individuele behoeften en omstandigheden, en doet dat vanuit<br />

verpleeghuis St. Elisabeth (Beneden-Leeuwen), zorgcentrum Huize Henricus<br />

(Wamel), zorgcentrum De Hey-Acker (Beneden-Leeuwen), verpleeghuis Waelwick<br />

(Ewijk), zorgcentrum De Kasteelhof (Druten), zorgcentrum Overmars (Winssen),<br />

zorgcentrum Alde Steeg (Beuningen), en verpleegunit De Hulsen (Nijmegen).<br />

Voor meer informatie: www.zmw.nl.<br />

Column van Ella de Leeuw en Lonneke Heeres<br />

Het jaarverslag <strong>2007</strong> is met veel plezier gemaakt door:<br />

Tekst & redactie:<br />

Schrijfwaer, bureau voor tekst en redactie, Appeltern<br />

Vormgeving:<br />

RON Graphic Power, Naaldwijk<br />

Druk:<br />

Kapsenberg Van Waesberge, Rotterdam

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!