Faaldefinities natte beweegbare objecten - Rijkswaterstaat
Faaldefinities natte beweegbare objecten - Rijkswaterstaat Faaldefinities natte beweegbare objecten - Rijkswaterstaat
Faaldefinities natte beweegbare objecten Onderdeel brug- en sluisstandaard Datum 27 juli 2012 Status Concept
- Page 2 and 3: Uitgegeven door: RWS DI Versie: 0.4
- Page 4 and 5: Inhoud 1 Inleiding 5 1.1 Doel, doel
- Page 6 and 7: De faaldefinities in dit document z
- Page 8 and 9: 1.4.3 Verwijzing waar overige docum
- Page 10 and 11: 3.1 Definities 3 Functioneel falen
- Page 12 and 13: Zo heeft het falen van een schutkol
- Page 14 and 15: 4 Schutsluis Zoals vastgesteld in h
- Page 16 and 17: Merk op dat er mogelijk in de ontwe
- Page 18 and 19: 5 Beweegbare brug Vanuit de basissp
- Page 20 and 21: 6 Referenties [1] Leidraad RAMS [2]
- Page 22: Afleiding faalduur bij spui functie
<strong>Faaldefinities</strong> <strong>natte</strong> <strong>beweegbare</strong> <strong>objecten</strong><br />
Onderdeel brug- en sluisstandaard<br />
Datum 27 juli 2012<br />
Status Concept
Uitgegeven door: RWS DI<br />
Versie: 0.4<br />
Status: Definitief<br />
Opgeleverd door:<br />
Maurits Houben (DI)<br />
Arthur van Beek (DI)<br />
27 juli 2012<br />
Vrijgegeven door:<br />
Tjeerd de Jong (DVS)<br />
Programmamanager LBB<br />
21 augustus 2012<br />
Vastgesteld door:<br />
Beheerd door:<br />
Meer informatie:<br />
Leden van productgroep:<br />
Naam Dienst<br />
Gerard Appelman DIJG<br />
Alex Groothaert DZL<br />
Andre Smits DNB<br />
Peter Janssen DLB<br />
Henri Vogels DUT<br />
Guido Vroombout DNH<br />
Tom Huveneers DLB<br />
Jan Looijen DID<br />
Johan den Toom DI<br />
Bas Dietvorst DI<br />
Arthur van Beek (DI)<br />
088-7972626<br />
Bovenstaande personen hebben het document getoetst en stemmen in met<br />
de in het document gemaakte keuzes.<br />
Pagina 2 van 22
Wijzigingenbeheer<br />
Revisiehistorie<br />
Versie Datum Toelichting<br />
Distributielijst<br />
0.1 25-01-2012 Eerste concept Productgroep<br />
0.2 13-03-2012 Tweede concept Productgroep<br />
0.3 18-04-2012 Derde concept Productgroep,<br />
programma LBB,<br />
DVS, WD<br />
0.4 27-07-2012 Definitief concept Programma LBB,<br />
besluitvorming, RWS<br />
Pagina 3 van 22
Inhoud<br />
1 Inleiding 5<br />
1.1 Doel, doelgroep en scope van dit document 5<br />
1.2 Status document 6<br />
1.3 Aanleiding en achtergrond (niet voor externen bedoeld) 6<br />
1.4 Plaats in brug- en sluis standaard (niet voor externen bedoeld) 7<br />
1.4.1 Beschrijving brug- en sluisstandaard 7<br />
1.4.2 1.4.2 Plaats dit document in brug- en sluisstandaard 7<br />
1.4.3 Verwijzing waar overige documenten te vinden zijn 8<br />
1.5 Leeswijzer 8<br />
2 Aangehaalde documenten 9<br />
3 Functioneel falen 10<br />
3.1 Definities 10<br />
3.2 Functionele decompositie 11<br />
3.3 Functies en functievervullers 12<br />
3.4 Falen en oorzaken van niet beschikbaarheid 13<br />
4 Schutsluis 14<br />
4.1 Waterpeil scheiding handhaven: faaldefinitie 14<br />
4.2 Water doorlaten: faaldefinitie 14<br />
4.3 Scheiden zoet/zout water: faaldefinitie 15<br />
4.4 Laten passeren scheepvaart: faaldefinitie 16<br />
4.5 Hoog water keren: faaldefinitie 17<br />
5 Beweegbare brug 18<br />
5.1 Randvoorwaarden 18<br />
5.2 Laten passeren wegverkeer: faaldefinitie 18<br />
5.3 Laten passeren scheepvaart: faaldefinitie 19<br />
6 Referenties 20<br />
Bijlage A: ‘Betonnen bak’-principe 21<br />
Pagina 4 van 22
1 Inleiding<br />
1.1 Doel, doelgroep en scope van dit document<br />
Dit document heeft als doel uniforme definities op te stellen voor het falen van een<br />
tweetal objecttypen, te weten:<br />
1. Schutsluizen<br />
2. Beweegbare bruggen<br />
Daarnaast biedt het document inzicht in de manier waarop de prestaties op<br />
netwerkniveau samenhangen met de prestaties op lager (object)niveau (paragraaf<br />
3.2 en 3.3).<br />
Het document kan als uniforme basis dienen voor het beoordelen van RAMS<br />
prestaties van bestaande <strong>objecten</strong> op object- en netwerkniveau, alsmede voor het<br />
opstellen van RAMS specificaties. Merk op dat door de directe koppeling van functies<br />
aan functievervullers procedurele aspecten niet in de beschouwing zijn<br />
meegenomen.<br />
Het kan gebruikt worden door technisch managers en adviseurs die betrokken zijn<br />
bij:<br />
- De beoordeling van de prestaties van het huidige areaal<br />
- Het opstellen van de vraagspecificaties en/of outputspecificaties<br />
Door uniforme faaldefinities te hanteren binnen het areaal van RWS zijn RAMS<br />
prestaties en RAMS eisen voor het gehele RWS areaal eenduidig met elkaar te<br />
vergelijken. Het document dient als input voor het stellen van eisen bij nieuwbouw<br />
en renovatie, als ook voor het beoordelen van de RAMS prestaties van bestaande<br />
<strong>objecten</strong>.<br />
Daarnaast kan het document gebruikt worden voor het opstellen van procedures<br />
tijdens de beheer en onderhoudfase. Hierbij kan vastgesteld worden welke<br />
procedures invloed hebben op de beschikbaarheid en welke niet.<br />
Falen uit zich in twee mogelijke vormen:<br />
1. Het niet meer mogelijk zijn van bediening van een object<br />
2. Het niet meer mogen bedienen van een object, waarbij niet aan de<br />
randvoorwaarden wordt voldaan.<br />
In dit document komen faaldefinities aan de orde zoals deze gebruikt kunnen<br />
worden bij het uitvoeren van RAMS analyses.<br />
De RAMS analyses zelf, en de manier waarop deze uitgevoerd worden, worden in dit<br />
document niet besproken. In deze context wordt verwezen naar de leidraad RAMS<br />
[1].<br />
Voorts wordt er in dit document geen aandacht besteed aan het stellen van RAMS<br />
eisen aan <strong>objecten</strong>. Er wordt kort gerefereerd aan de manier waarop deze tot stand<br />
dienen te komen, maar er wordt niet op ingegaan.<br />
Pagina 5 van 22
De faaldefinities in dit document zijn gerelateerd aan een beperkt aantal <strong>objecten</strong> in<br />
het areaal van RWS, te weten schutsluizen en <strong>beweegbare</strong> bruggen. Het is mogelijk<br />
om dit document in de toekomst uit te breiden voor meer typen <strong>objecten</strong> dan deze<br />
twee.<br />
Bij het opstellen van de faaldefinities dienen de basisspecificaties als uitgangspunt:<br />
dit document is direct gekoppeld aan de basisspecificaties. Er wordt dan ook zoveel<br />
als mogelijk aangesloten bij de functies van de objecttypen zoals die beschreven<br />
staan in de basisspecificaties.<br />
Een erg belangrijk uitgangspunt bij het opstellen en hanteren van de faaldefinities is<br />
het volgende:<br />
Er moet voldaan worden aan alle functionele en aspecteisen gekoppeld aan de<br />
functies zoals benoemd in de basisspecificaties, en in onderliggende documenten<br />
waaronder ook de documenten van het programma bediening.<br />
1.2 Status document<br />
De status van dit document is een verplicht document als basis voor het beoordelen<br />
van RAMS prestaties van bestaande <strong>objecten</strong> op object- en netwerkniveau, alsmede<br />
voor het opstellen van RAMS specificaties. Dit document is bedoeld om als bindend<br />
document onderdeel te zijn van een vraagspecificatie.<br />
Het document dient niet als input voor het primaire proces verkeersmanagement.<br />
1.3 Aanleiding en achtergrond (niet voor externen bedoeld)<br />
<strong>Rijkswaterstaat</strong> werkt aan uniformering en standaardisering van de bediening,<br />
besturing en het beheer van <strong>beweegbare</strong> bruggen en schutsluizen. Hiertoe is de<br />
‘brug- en sluisstandaard’ in ontwikkeling.<br />
In 2010 is geconstateerd:<br />
• Het proces rondom het ontwerp, beheer en gebruik van onze <strong>beweegbare</strong><br />
bruggen is op dit moment niet op orde. Er is actie nodig om als organisatie<br />
structureel in control te komen 1 .<br />
• Er zijn bij alle bruggen van RWS bedieningsrisico’s geconstateerd waardoor<br />
onveilige situaties voor de gebruiker kunnen ontstaan. Er is een risico op<br />
fysieke, materiële, politieke en imagoschade 1 .<br />
• Realisatie en beheer van toekomstige verkeersmanagementcentrales wordt<br />
belemmerd door ‘speciaaltjes’ per brug of sluis 2 .<br />
• Kosten- en capaciteitsverlies bij beheer en aanleg van bruggen en sluizen<br />
door ‘speciaaltjes’ per brug of sluis en omdat bij contractvoorbereiding het<br />
wiel elke keer opnieuw uitgevonden wordt 2 .<br />
Hiermee wordt bereikt:<br />
• Een verdere structurele verbetering van de veiligheid van het gebruik, de<br />
bediening, besturing en inrichting van sluizen en bruggen. Met als doel de<br />
veiligheid (voor gebruikers, medewerkers en (onderhouds)aannemers), de<br />
betrouwbaarheid en beschikbaarheid voor de gebruikers te waarborgen.<br />
1 DVS, Memo veiligheid <strong>beweegbare</strong> bruggen RWS, 28 juni 2010<br />
2 DVS, Voorstel voor realisatie uniforme bediening en borging van beheer, 15 oktober 2010<br />
Pagina 6 van 22
• Efficiënt beheer en onderhoud van bestaande bruggen en sluizen en<br />
efficiënte ontwikkeling van nieuwe bruggen en sluizen. Hierbij gaat het<br />
concreet om efficiënte inzet van tijd, geld en personeel.<br />
• Uniformiteit in de dienstverlening door RWS aan (vaar)weggebruikers.<br />
• Uniformiteit in de taken, bevoegdheden en verantwoordelijkheden binnen<br />
RWS van bedienend personeel, beheerders van <strong>objecten</strong> en<br />
leidinggevenden.<br />
• Standaardisering van middelen die worden ingezet bij de bediening.<br />
• Kennis bundeling bij de landelijke diensten; ten behoeve van de regionale<br />
diensten en de marktpartijen.<br />
1.4 Plaats in brug- en sluis standaard (niet voor externen bedoeld)<br />
1.4.1 Beschrijving brug- en sluisstandaard<br />
De brug- en sluisstandaard bestaat uit documenten die de inrichting van de<br />
werkprocessen en de functionele en technische eisen aan bruggen en sluizen<br />
beschrijven, in het licht van de wetgeving, beleidsdoelstellingen en<br />
netwerkmanagement van RWS. Deze documenten hebben betrekking op het<br />
gebruik, de bediening en besturing van <strong>beweegbare</strong> bruggen en schutsluizen (met<br />
aandacht voor doelstellingen, organisatie, primaire werkprocessen en de daarvoor<br />
gebruikte functionele en technische uitrusting).<br />
De standaard is van toepassing op alle <strong>beweegbare</strong> bruggen en schutsluizen van<br />
RWS. Bediening is nauw verbonden met beheer en onderhoud en aanleg. Daarom<br />
worden ook eisen gesteld aan B&O en aanleg waar raakvlakken zijn.<br />
Deze standaard wordt gebruikt bij de inrichting van de bedienprocessen, de<br />
inrichting van het beheerprocessen en het opstellen van beheercontracten en aanleg<br />
(nieuwbouw/renovatie) van bruggen en sluizen binnen RWS.<br />
1.4.2 1.4.2 Plaats dit document<br />
in brug- en<br />
sluisstandaard<br />
Dit document zit in de<br />
laag ‘beschrijving<br />
systeemfunctionaliteit en<br />
technische uitrusting’. De<br />
documenten in deze laag<br />
beschrijven de<br />
randvoorwaarden voor en<br />
eisen aan de<br />
systeemfunctionaliteit en<br />
de technische uitrusting<br />
van bruggen en sluizen.<br />
Specificatie<br />
veiligheidsvoorzieningen<br />
Specificatie<br />
Technische<br />
installatie<br />
Gebruikers<br />
handleiding<br />
Architectuur<br />
Topkader<br />
Strategie<br />
Strategie<br />
Kader<br />
Machine<br />
veiligheid<br />
Werkproces<br />
Werkproces<br />
Basis<br />
beschrijving<br />
TVB<br />
Veilig<br />
stoppen<br />
landverkeer<br />
Informatiebehoefte Informatiebehoefte en en Bedienfunctionaliteit<br />
Bedienfunctionaliteit<br />
Interface<br />
bedienpost<br />
<strong>objecten</strong><br />
Zicht<br />
(functioneel)<br />
Systeemfunctionaliteit Systeemfunctionaliteit en en Technische Technische Uitrusting<br />
Uitrusting<br />
Netwerkdienstverlening<br />
Onderhouds<br />
protocol<br />
Specificatie<br />
Bedienplek<br />
Zicht<br />
(technisch)<br />
Faal<br />
definities<br />
Bedien<br />
protocol<br />
Handreiking<br />
Machine<br />
veiligheid<br />
Audio<br />
(functioneel)<br />
Logging<br />
(functioneel)<br />
Audio<br />
(technisch)<br />
Logging<br />
(technisch)<br />
veiligheidsfuncties<br />
Specificatie<br />
procesautomatisering<br />
Veilig<br />
stoppen<br />
landverkeer<br />
Stop en<br />
noodstop<br />
Pagina 7 van 22
1.4.3 Verwijzing waar overige documenten te vinden zijn<br />
De vastgestelde onderdelen van de brug- en sluis-standaard zijn te vinden op:<br />
http://corporate.intranet.rws.nl/Kennis_en_Expertise/Kennisvelden/Scheepvaartver<br />
keer/VkA_scheepvaart/Verkeersmanagement/Bediening/<br />
De vrijgegeven, maar nog niet vastgestelde onderdelen van de brug- en sluisstandaard<br />
zijn te vinden op:<br />
http://vpr.intranet.rijkswaterstaat.nl/Algemeen/Kaders_Bediening_Bruggen_Sluizen<br />
/default.aspx<br />
1.5 Leeswijzer<br />
Binnen dit document wordt een drietal onderwerpen besproken.<br />
1. RAMS prestaties van netwerken, <strong>objecten</strong> en hun samenhang (hoofdstuk 3).<br />
2. Functies en faaldefinities van schutsluizen (hoofdstuk 4).<br />
3. Functies en faaldefinities van <strong>beweegbare</strong> bruggen (hoofdstuk 5).<br />
Pagina 8 van 22
2 Aangehaalde documenten<br />
Hieronder volgt een overzicht met interne <strong>Rijkswaterstaat</strong> documenten waarnaar<br />
verwezen wordt, waarbij aangegeven is wat de vigerende versie is.<br />
- Veiligheidsvoorzieningen <strong>beweegbare</strong> bruggen en schutsluizen, versie 1.1<br />
[2]<br />
- Veiligheidsfuncties <strong>beweegbare</strong> bruggen en schutsluizen, versie 1.1 [3]<br />
- Zicht bij <strong>beweegbare</strong> bruggen en schutsluizen, versie 1.1 [4]<br />
- Taken, verantwoordelijkheden & bevoegdheden bediening, versie 1.0 [5]<br />
- Veilig stoppen landverkeer bij brugopeningen, versie 0.7 (nog niet<br />
vastgesteld) [6]<br />
- Functioneel falen <strong>beweegbare</strong> bruggen en schutsluizen, v1.5 [7]<br />
- RINK 2011: Functies en faaldefinities kunstwerken RINK 2011 [8]<br />
- Leidraad Kunstwerken [9]<br />
- Richtlijn Vaarwegen 2011 [10]<br />
- Basisbeschrijving werkproces bediening en werking schutsluis en<br />
<strong>beweegbare</strong> brug [11]<br />
Het document faaldefinities heeft een raakvlak met het volgende documenten:<br />
- Basisspecificatie schutsluis, versie 4.0[12]<br />
- Basisspecificatie <strong>beweegbare</strong> brug [13]<br />
- Leidraad RAMS [1]<br />
- Leidraad risicogestuurd beheer en onderhoud [14]<br />
Pagina 9 van 22
3.1 Definities<br />
3 Functioneel falen<br />
Alvorens in te gaan op faaldefinities, dienen eerst een aantal begrippen gedefinieerd<br />
te worden. De definities zijn afkomstig uit de basisspecificaties schutsluis [12], en<br />
het document functies en faaldefinities kunstwerken RINK 2011 [8]; opgesteld<br />
binnen het project RINK, 2011:<br />
De RAMS-aspecten worden als volgt gedefinieerd.<br />
Falen<br />
Een gebeurtenis, of een verzameling gebeurtenissen, waardoor een systeem zijn<br />
functionaliteit of een deel van zijn functionaliteit verliest [1].<br />
Merk op: het verlies van (een deel van) de functionaliteit heeft betrekking op de<br />
periode dat de functionaliteit ook daadwerkelijk gevraagd/geëist wordt of kan<br />
worden door de beheerder.<br />
Als voorbeeld: er is sprake van een tijdsvenster waarin een schutsluis niet bediend<br />
wordt (bijv. op zondag van 0:00 tot 6:00 uur). Op dit moment is de functie schutten<br />
scheepvaart niet gefaald. Immers: door de beheerder wordt deze functie op dat<br />
moment niet gevraagd. Wel is de functie op dat moment niet beschikbaar.<br />
Reliability/Betrouwbaarheid<br />
De waarschijnlijkheid dat de vereiste functie wordt uitgevoerd onder gegeven<br />
omstandigheden gedurende een bepaald tijdsinterval [1].<br />
Availability/Beschikbaarheid<br />
De waarschijnlijkheid dat de vereiste functie op een gegeven willekeurig moment<br />
kan worden uitgevoerd onder gegeven omstandigheden. Dit komt overeen met de<br />
fractie van de tijd dat de vereiste functie kan worden uitgevoerd onder gegeven<br />
omstandigheden [1].<br />
Safety/Veiligheid<br />
Het vrij zijn van onaanvaardbare risico’s in termen van letselschade aan mensen.<br />
Bij de faaldefinities worden de volgende begrippen gebruikt:<br />
Doorstroomopening<br />
Het oppervlak van een stuw, sluis of stroomsluis dat beschikbaar is voor<br />
doorstroming.<br />
Peilvak<br />
Het gebied tussen sluizen, stuwen of gemalen in waar het water op dezelfde hoogte<br />
gehouden wordt. Voor elk peilvak is er, naast een referentiepeil, een hoogste en een<br />
laagste peil die worden vastgelegd in het peilbesluit.<br />
Schuttijd<br />
Pagina 10 van 22
De schuttijd gaat in op het moment, dat alle schepen in de sluis zijn en de deuren<br />
aan de invaarzijde gaan sluiten en eindigt op het moment dat het laatste schip met<br />
zijn hek de deur aan de uitvaarzijde passeert. De schuttijd is dus de tijd nodig voor:<br />
- sluiten van de deuren aan de invaarzijde<br />
- nivelleren van de kolk<br />
- openen van de deuren aan de uitvaarzijde<br />
- uitvaartijd van de schepen<br />
In aanvulling op de definitie uit de RVW 2011 [10]:<br />
Bij aanwezigheid van tussenhoofd(en) bestaat de schuttijd uit:<br />
- sluiten van de deuren aan de invaarzijde<br />
- nivelleren van de deelkolken<br />
- openen en sluiten van de tussendeur(en)<br />
- doorvaartijden van de schepen tussen de deelkolken<br />
- openen van de deuren aan de uitvaarzijde<br />
- uitvaartijd van de schepen<br />
Overligtijd<br />
Tijdsperiode ingaande op het moment dat de invaardeuren van de sluis sluiten en<br />
eindigt als de schuttijd voor het betreffende schip begint.<br />
Wachttijd<br />
De periode, die begint als het schip bij de sluis arriveert en/of op het remmingwerk<br />
afmeert en eindigt op het moment dat de schuttijd of overligtijd ingaat (invaartijd is<br />
dus een deel van de wachttijd).<br />
Totale wachttijd<br />
De totale wachttijd is de som van wachttijd en overligtijd.<br />
Passeertijd<br />
De vertraging, die een schip oploopt bij het passeren van een sluis, samengesteld<br />
uit wachttijd, schuttijd en eventueel overligtijd.<br />
3.2 Functionele decompositie<br />
Binnen RWS worden drie hoofdsystemen (netwerken) onderscheiden:<br />
1. Het weginfrasysteem; hoofdwegennet (HWN)<br />
2. Het hoofdwatersysteem (HWS)<br />
3. Het hoofdvaarwegennet (HVWN)<br />
De verschillende kunstwerken (<strong>objecten</strong>) in het areaal van <strong>Rijkswaterstaat</strong> dragen<br />
allen bij aan de hoofdfuncties die worden vervuld door deze hoofdsystemen. Een<br />
voorbeeld kan gegeven worden aan de hand van het object schutsluis. Één van de<br />
functies van dit object is de functie ‘laten passeren scheepvaart’. Deze functie<br />
draagt bij aan de functie ‘vaarweg gebruik mogelijk maken’ op netwerkniveau<br />
(HVWN).<br />
Hoewel het functioneren van een object in het areaal van RWS bijdraagt aan<br />
functievervulling op het niveau van het netwerk waar het deel van uitmaakt,<br />
betekent dit niet per definitie dat het falen van een object in het areaal van RWS<br />
ook direct leidt tot het falen van het netwerk.<br />
Pagina 11 van 22
Zo heeft het falen van een schutkolk in een sluiscomplex m.b.t. de functie ‘laten<br />
passeren scheepvaart’ niet per definitie tot gevolg dat de functie ‘vaarweg gebruik<br />
mogelijk maken’ op het netwerkniveau ook faalt. Een mogelijke omvaarroute kan<br />
namelijk betekenen dat de functie ‘vaarweg gebruik mogelijk maken’ in stand blijft.<br />
Ook aanwezigheid van redundantie binnen een sluis maakt het vervullen van de<br />
functie ‘vaarweg gebruik mogelijk maken’ mogelijk, zelfs wanneer, binnen een sluis,<br />
1 van 2 kolken gestremd is.<br />
Beschouwing van het falen van een object gebeurt afzonderlijk van een<br />
beschouwing op netwerkniveau. Daarom dienen de eisen die aan een object worden<br />
gesteld vooraf voor alle <strong>objecten</strong> afzonderlijk worden vastgesteld.<br />
Dit document is gericht op het falen van <strong>objecten</strong>; specifiek de objecttypen<br />
schutsluis en <strong>beweegbare</strong> brug. Als zodanig sluit het aan bij de basisspecificaties.<br />
Het is belangrijk om op te merken dat er in de basisspecificaties verschillende<br />
functies worden onderscheiden waaraan direct invulling wordt gegeven door het<br />
object. Deze functies worden in dit document de basisfuncties genoemd. Voor beide<br />
objecttypen zijn deze functies opgenomen en beschreven in de betreffende<br />
hoofdstukken (hoofdstuk 4, respectievelijk hoofdstuk 5)<br />
3.3 Functies en functievervullers<br />
De samenhang tussen een aantal verschillende functies van de hoofdsystemen en<br />
functies van een aantal objecttypen is inzichtelijk gemaakt in Figuur 1, waar de<br />
functies van het hoofdvaarwegennet, het hoofdwatersysteem en het hoofdwegennet<br />
(de weginfrastructuur) zijn gekoppeld aan de verschillende functies die worden<br />
vervuld door verschillende objecttypen (functievervullers) in het areaal van RWS.<br />
Binnen dit document worden 2 objecttypen beschouwd, die beiden een bijdrage<br />
leveren aan de functies op het netwerkniveau. Dit zijn de <strong>beweegbare</strong> brug en de<br />
schutsluis. De relaties tussen de functies die vervuld worden op objectniveau en<br />
functievervulling op netwerkniveau – geschetst in de basisspecificaties – worden<br />
geschetst in onderstaande figuur.<br />
Figuur 1: Functionele decompositie van water- en vaarwegsystemen<br />
Voor het inventariseren van de functies van de schutsluis wordt expliciet verwezen<br />
naar de basisspecificatie schutsluis [12]. Hierin wordt verwezen naar in totaal vijf<br />
functies die door de schutsluis worden vervuld: waterpeil scheiding handhaven,<br />
Pagina 12 van 22
water doorlaten, scheiden zoet/zout water, laten passeren scheepvaart en hoog<br />
water keren. De <strong>beweegbare</strong> brug vervult 2 functies: laten passeren wegverkeer en<br />
laten passeren scheepvaart.<br />
3.4 Falen en oorzaken van niet beschikbaarheid<br />
In de leidraad RAMS wordt onderscheid gemaakt tussen 3 categorieën van nietbeschikbaarheid,<br />
te weten:<br />
- niet-beschikbaarheid als gevolg van planbare oorzaken<br />
- niet-beschikbaarheid als gevolg van niet-planbare oorzaken<br />
- niet-beschikbaarheid als gevolg van natuurlijke randvoorwaarden<br />
In dit document worden deze categorieën verder gespecificeerd; de natuurlijke<br />
randvoorwaarden worden beschouwd als niet-planbare oorzaken:<br />
Planbare niet beschikbaarheid:<br />
• Inspecties en testen<br />
• Gepland onderhoud<br />
• Onverenigbare interactie tussen functies (bijv. passeren wegverkeer en<br />
passeren vaarwegverkeer bij een <strong>beweegbare</strong> brug)<br />
Niet planbare niet beschikbaarheid<br />
• Technisch falen (constructief, <strong>beweegbare</strong> delen, etc.)<br />
• Software falen<br />
• Menselijk falen (bedienfout, onderhoudsfout, etc.)<br />
• Externe oorzaken (extreme wind, brand, bliksem, etc.)<br />
Een overzicht van mogelijke externe risico’s is terug te vinden in de leidraad<br />
risicogestuurd beheer en onderhoud, welke is ontleend uit de ANSI/ANS-<br />
58.21.2007 norm (zie [14], pagina 96]<br />
• Calamiteiten, incidenten (aanvaring van sluisdeuren, etc.)<br />
Het onderscheid tussen de genoemde oorzaken vna niet-beschikbaarheid is van<br />
belang voor het stellen van eisen, het meten/afrekenen van beschikbaarheid en het<br />
inzichtelijk maken van de faaldefinities.<br />
Het is belangrijk om vast te stellen dat functioneel falen niet mogelijk is op het<br />
moment dat het systeem voor een andere functie wordt gebruikt dan voor de<br />
functie die beschouwd wordt. Het kan wel zo zijn dat de functie op dat moment niet<br />
beschikbaar is.<br />
Bijvoorbeeld: wanneer een schutsluis water moet spuien, dan heeft de functie<br />
schutten scheepvaart niet per definitie gefaald, omdat het gaat om de keuze voor<br />
water spuien, en niet zozeer om het niet mogelijk zijn van het schutten van<br />
scheepvaart. Wel is de functie schutten scheepvaart op dat moment niet<br />
beschikbaar.<br />
Pagina 13 van 22
4 Schutsluis<br />
Zoals vastgesteld in het vorige hoofdstuk zijn er vanuit de basisspecificatie gezien 5<br />
basisfuncties toegekend aan het object schutsluis. Dit zijn:<br />
1. Waterpeil scheiding handhaven – Rijkswateren; HWS, HVWN<br />
2. Water doorlaten – Rijkswateren; HWS, HVWN<br />
3. Scheiden zoet/zout water – Rijkswateren; HWS<br />
4. Laten passeren scheepvaart – Rijkswateren; HVWN<br />
5. Hoog water keren – Rijkswateren; HWS<br />
Deze basisfuncties worden in dit hoofdstuk één voor één besproken, waarbij de<br />
faaldefinities worden gegeven. Voorafgaand aan de bespreking van de verschillende<br />
functies die worden vervuld en de bijbehorende faaldefinities, wordt een aantal<br />
randvoorwaarden benoemd. Het niet voldoen aan deze randvoorwaarden wordt<br />
beschouwd als falen.<br />
4.1 Waterpeil scheiding handhaven: faaldefinitie<br />
Voor het falen van de functie waterpeil scheiding geldt de volgende definitie:<br />
Een schutsluis faalt ten aanzien van de waterpeil scheidende functie indien er een<br />
open verbinding tussen het bovenstroomse en benedenstroomse watersysteem is,<br />
waarbij de doorsnede van de open verbinding groter is dan XX% van het oppervlak<br />
van de dwarsdoorsnede van de kolk ter plaatse van de deuren.<br />
Deze XX% is in de definitie opgenomen om de voorziene en/of geaccepteerde<br />
hoeveelheid lek tussen de afsluitmiddelen niet als falen te bestempelen. Het is<br />
belangrijk om te beseffen dat dit percentage gerelateerd is aan het handhaven van<br />
waterpeilverschillen in relatie tot het het peilbeheer en niet in relatie tot de<br />
hoogwaterbescherming. Hoogwaterbescherming komt aan de orde in par 4.5. De<br />
getalswaarde XX is sterk afhankelijk van de locale omstandigheden. Er is geen<br />
landelijk geldige waarde te formuleren; de getalswaarde XX moet in elk contract<br />
afzonderlijk worden gespecificeerd.<br />
Merk op dat er mogelijk in de ontwerpfase (ook) andere opties zijn voor<br />
verificatie/validatie van invulling van de functie waterpeil scheiding handhaven.<br />
4.2 Water doorlaten: faaldefinitie<br />
Beschikbaarheid van de functie water doorlaten (spuien) is direct gerelateerd aan<br />
het voldoen aan een aantal randvoorwaarden:<br />
• Bediening dient mogelijk te zijn met reguliere bediening;<br />
onderhoudsbediening en noodbediening dienen niet meegenomen te<br />
worden als back-up voor het bieden van de functionaliteit<br />
• Per vaarrichting moet minimaal één lichtsein (spuisein) per sluishoofd alle<br />
seincombinaties kunnen tonen<br />
• Eisen aan zicht dienen projectspecifiek te worden opgesteld. Hierbij moet<br />
voldaan worden aan de eisen zoals beschreven in document [4].<br />
• Er mogen geen veiligheidsfuncties overbrugd zijn. Relevante<br />
veiligheidsfuncties zijn beschreven in document [3]. Uitzondering op deze<br />
Pagina 14 van 22
andvoorwaarde vormen de overbruggingen die plaatsvinden ten behoeve<br />
van het spuien.<br />
Voor het falen van de spui functie geldt de volgende definitie:<br />
Een schutsluis faalt ten aanzien van de spui functie indien de spuiopening meer dan<br />
δspui(%) afwijkt van de gewenste doorstroomopening gedurende een aaneengesloten<br />
periode van tenminste θspui.(uur)<br />
De toegestane afwijking δspui en faalduur θspui zijn sterk afhankelijk van de locale<br />
omstandigheden en dimensies van de betrokken spuimiddelen. Er zijn voor θspu en<br />
voor δspu zijn geen landelijk geldige waarden te formuleren; die moeten in elk<br />
contract afzonderlijk worden gespecificeerd.<br />
Wanneer de spui functie incidenteel wordt ingezet voor het spuien van ondermeer<br />
vuil en ijs om de schutfunctie in stand te kunnen houden, wordt als uitgangspunt<br />
gehanteerd: δspui = 25% en θspui = 1 uur.<br />
Wanneer de spui functie van de schutsluis echter een significante bijdrage levert<br />
aan de peilbeheer functie, zullen voor verschillende combinaties van de toegestane<br />
afwijking δ spui en faalduur θ spui faalkansen worden afgeleid op basis van<br />
vereenvoudigde hydraulische berekeningen (“betonnen bak”-principe; zie bijlage A).<br />
4.3 Scheiden zoet/zout water: faaldefinitie<br />
Bij de zoet/zout scheiding functie is het lastig een eenduidige relatie te leggen<br />
tussen de maximaal toegestane zout indringing in een zoetwater lichaam als totaal,<br />
en het falen van het/de zoet/zout scheiding middel(en) van één specifieke<br />
schutsluis. Om die reden is gekozen deze faaldefinitie te richten op het object en de<br />
fysieke middelen zelf die invulling geven aan de functie:<br />
Een schutsluis faalt ten aanzien van de zoet/zout scheiding functie indien de<br />
gerealiseerde capaciteit om zout indringing te beperken meer dan δzzs(%) afwijkt<br />
van de gewenste capaciteit gedurende een aaneengesloten periode van tenminste<br />
θ zzs.(uur)<br />
De capaciteit van de zoet/zout scheiding middelen is direct gerelateerd aan de<br />
maximale zoutbelasting op het zoete watersysteem via de schutsluis (in tonnen NaCl<br />
per tijdseenheid). Hierbij is de gewenste capaciteit zodanig, dat aan de toelaatbare<br />
zoutbelasting van het systeem wordt voldaan. De zoet/zout scheiding functie kan op<br />
meerdere manieren vervuld worden (bijv. bij een zeesluis door verzilt water te<br />
spuien op de zee, of door gebruik te maken van pompen). Het is dan ook zeer<br />
belangrijk dat de faaldefinitie van de functie “scheiden zoet/zout water” op<br />
objectniveau gerelateerd wordt aan de manier waarop de functie vervuld wordt.<br />
De toegestane afwijking δ szs en faalduur θ szs zijn voor elk individueel zoet/zout<br />
scheiding middel een vast gegeven (soms seizoensafhankelijk), maar sterk<br />
afhankelijk van de lokale omstandigheden en dimensies van de betrokken zoet-zout<br />
scheidingsmiddelen. Er zijn voor θszs en voor δszs dus geen landelijk geldige waarden<br />
te formuleren. De waarden moeten voor elke zoet/zout scheiding afzonderlijk<br />
worden gespecificeerd.<br />
Pagina 15 van 22
Merk op dat er mogelijk in de ontwerpfase (ook) andere opties zijn voor<br />
verificatie/validatie van invulling van de zoet/zout scheiding functie. Zo is het met<br />
betrekking tot zout indringing noodzakelijk om in de ontwerpfase modelmatig aan te<br />
tonen dat de schutsluis in zijn totaliteit voldoet aan de eisen aan de zoet/zout<br />
scheiding.<br />
4.4 Laten passeren scheepvaart: faaldefinitie<br />
Beschikbaarheid van de functie laten passeren scheepvaart is direct gerelateerd aan<br />
het voldoen aan een aantal randvoorwaarden:<br />
• Bediening dient mogelijk te zijn met reguliere bediening;<br />
onderhoudsbediening en noodbediening dienen niet meegenomen te<br />
worden als back-up voor het bieden van de functionaliteit<br />
• Per vaarrichting moet minimaal één lichtsein per sluishoofd alle<br />
seincombinaties kunnen tonen<br />
• Er moet eenrichting communicatie mogelijk zijn met het landverkeer (indien<br />
landverkeer over de sluisdeuren mogelijk is).<br />
Communicatie met hulpdiensten valt buiten de scope van dit document<br />
• Er moet tweerichting communicatie mogelijk zijn met het<br />
scheepvaartverkeer<br />
• Er moet aan alle minimale eisen van de volgende kaders worden voldaan:<br />
- Zicht bij bediening van <strong>beweegbare</strong> bruggen en schutsluizen [4]<br />
- Veilig stoppen landverkeer bij brugopeningen, versie 0.7 (nog niet<br />
vastgesteld) [6]<br />
• Er mogen geen veiligheidsfuncties overbrugd zijn. Relevante<br />
veiligheidsfuncties zijn beschreven in document [3]<br />
• Het proces dient te verlopen zoals beschreven in het document<br />
“Basisbeschrijving werkproces bediening en werking schutsluis en<br />
<strong>beweegbare</strong> brug” [11]<br />
De functie laten passeren scheepvaart bestaat uit 3 subfuncties, te weten:<br />
1. Afwikkelen scheepvaart<br />
2. Geleiden scheepvaart<br />
3. Schutten scheepvaart<br />
Voor de faaldefinitie van de functie laten passeren scheepvaart bij schutsluizen<br />
wordt gebruik gemaakt van de faaldefinitie van de subfunctie schutten scheepvaart.<br />
De schutsluis faalt ten aanzien van de functie laten passeren scheepvaart indien<br />
deze niet de gewenste bijdrage levert aan de mogelijkheid om de scheepvaart<br />
binnen een bepaalde normtijd de waterpanden te laten passeren. Deze normtijd is<br />
voor elke sluis afzonderlijk bepaald.<br />
Nu wordt de passeertijd van een sluis gevormd door de som van de schuttijd,<br />
wachttijd en overligtijd. (zie paragraaf 3.1 voor de definities van deze begrippen).<br />
Omdat de passeertijd in sterke mate wordt beïnvloed door de functie schutten<br />
scheepvaart, wordt voor deze functie een faaldefinitie opgesteld. Deze faaldefinitie<br />
richt zich op de extra wachttijd ten gevolge van een langere schuttijd: de invloed<br />
van het verkeersaanbod (waar de ON geen invloed op heeft) op de wachttijd wordt<br />
expliciet niet meegenomen in de faaldefinitie. Ook de uitvaartijd van het schip als<br />
onderdeel van de schuttijd wordt expliciet niet meegenomen omdat de ON hier geen<br />
invloed op heeft.<br />
Pagina 16 van 22
Een schutsluis faalt ten aanzien van de schutfunctie indien de schuttijd – uitvaartijd<br />
niet binnen Tschut + θschut (minuten) plaatsvindt.<br />
Hierbij is T schut de bedieningstijd van de kolken (som van het sluiten van de deuren,<br />
het nivelleren van de kolk, en het openen van de deuren; schuttijd – uitvaartijd) bij<br />
een goed functionerende schutsluis. T schut hangt ondermeer af van de<br />
sluisconfiguratie en het verval over de sluis. Deze dient in principe dan ook per<br />
situatie en per schutsluis te worden vastgesteld.<br />
De maximaal toelaatbare vertraging van het schutproces wordt gerepresenteerd<br />
door θschut.<br />
Merk op dat het falen van een schutsluis t.a.v. de schutfunctie ook het gevolg kan<br />
zijn van het niet voldoen van de schutsluis aan andere eisen die gerelateerd zijn aan<br />
het vervullen van de schutfunctie (zoals bijvoorbeeld seinlichten die voldoen aan de<br />
eisen)<br />
4.5 Hoog water keren: faaldefinitie<br />
Een schutsluis faalt ten aanzien van de functie hoog water keren wanneer het<br />
instromend water de maximaal toelaatbare hoeveelheid overschrijdt, en/of wanneer<br />
de schutsluis constructief bezwijkt.<br />
Een schutsluis faalt ten aanzien van de hoogwaterkerende functie indien:<br />
1. Er een overschrijding is van het toelaatbaar instromend volume Vtoel, h (m 3 ) via<br />
het gesloten kunstwerk<br />
2. Er een overschrijding is van het toelaatbaar instromend volume V toel, ns (m 3 ) via<br />
het geopende kunstwerk<br />
3. Het kunstwerk constructief bezwijkt<br />
Hierbij is V toel, h het toelaatbaar volume water dat instroomt via het gesloten<br />
kunstwerk, en V toel, ns het toelaatbaar volume water dat instroomt via het open<br />
kunstwerk.<br />
Voor het bepalen van de faalcriteria van de hoogwaterkerende functie – Vtoel, h en<br />
V toel, ns – kan gebruikt gemaakt worden van de leidraad kunstwerken [9].<br />
In de Waterwet is er, per dijkringgebied in Nederland, een normfrequentie<br />
vastgesteld. Waterkerende kunstwerken binnen die deel uitmaken van de primaire<br />
waterkering dienen te voldoen aan de normstelling zoals die geldt voor het<br />
dijkringgebied waar het waterkerend kunstwerk deel van uitmaakt. Deze<br />
normstelling is direct gekoppeld aan de eisen voor de hoogwaterkerende functie.<br />
Pagina 17 van 22
5 Beweegbare brug<br />
Vanuit de basisspecificatie gezien zijn er 2 basisfuncties toegekend aan het object<br />
<strong>beweegbare</strong> brug. Dit zijn:<br />
1. Laten passeren wegverkeer HWN<br />
2. Laten passeren scheepvaart HVWN<br />
5.1 Randvoorwaarden<br />
Beschikbaarheid van de functies laten passeren scheepvaart en laten passeren<br />
wegverkeer is direct gerelateerd aan het voldoen aan een aantal randvoorwaarden,<br />
die hieronder zijn opgesomd:<br />
• Bediening dient mogelijk te zijn met reguliere bediening;<br />
onderhoudsbediening en noodbediening dienen niet meegenomen te<br />
worden als back-up voor het bieden van de functionaliteit<br />
• Per vaarrichting moet minimaal 1 lichtsein per brughoofd alle<br />
seincombinaties kunnen tonen<br />
• Er moet éénrichting communicatie mogelijk zijn met het landverkeer<br />
Communicatie met hulpdiensten valt buiten de scope van dit document<br />
• Er moet tweerichting communicatie mogelijk zijn met het<br />
scheepvaartverkeer<br />
• Er moet aan alle minimale eisen van de volgende kaders worden voldaan:<br />
- Zicht bij bediening van <strong>beweegbare</strong> bruggen en schutsluizen [4]<br />
- Veilig stoppen landverkeer bij brugopeningen, versie 0.7 (nog niet<br />
vastgesteld) [6]<br />
• Er mogen geen veiligheidsfuncties overbrugd zijn. Relevante<br />
veiligheidsfuncties zijn beschreven in document [3]<br />
• Het proces dient te verlopen zoals beschreven in het document<br />
“Basisbeschrijving werkproces bediening en werking schutsluis en<br />
<strong>beweegbare</strong> brug” [11]<br />
5.2 Laten passeren wegverkeer: faaldefinitie<br />
Voor het falen van de functie laten passeren wegverkeer geldt:<br />
Een <strong>beweegbare</strong> brug faalt ten aanzien van de wegverkeersfunctie indien een brug<br />
niet gesloten is binnen Twg + θwg (minuten)<br />
Hierbij is T wg de tijd voor brugsluiting (som van het veilig stoppen van<br />
scheepvaartverkeer en het sluiten van de brug) bij een goed functionerende brug.<br />
Hierbij is het sluiten van de brug de periode vanaf het moment dat het besluit wordt<br />
genomen om de brug te sluiten wanneer de brug zich in volledig geopende toestand<br />
bevindt, tot het moment dat de brug zich in volledig gesloten toestand bevindt.<br />
Twg dient in principe per situatie en per <strong>beweegbare</strong> brug te worden vastgesteld. De<br />
maximaal toelaatbare vertraging van een brugopening brugproces wordt<br />
gerepresenteerd door θwg<br />
Bij de wegverkeersfunctie dient vermeld te worden dat ook het niet voldoen van de<br />
weg aan de eisen die daaraan gesteld worden leidt tot het falen van de<br />
wegverkeersfunctie. Dit is niet in beschouwing genomen in dit document, omdat het<br />
Pagina 18 van 22
niet wordt gezien als onderdeel van de <strong>beweegbare</strong> brug, maar als onderdeel van<br />
het wegsysteem.<br />
5.3 Laten passeren scheepvaart: faaldefinitie<br />
De faaldefinitie voor het laten passeren van scheepvaart is:<br />
Een <strong>beweegbare</strong> brug faalt ten aanzien van de scheepvaartverkeersfunctie indien<br />
een brug niet geopend is binnen Tsv + θsv (minuten)<br />
Hierbij is T sv de tijd voor brugopening (som van het veilig stoppen van landverkeer<br />
en het openen van de brug) bij een goed functionerende brug. Hierbij is het openen<br />
van de brug de periode vanaf het moment dat het besluit wordt genomen om de<br />
brug te openen wanneer de brug zich in volledig gesloten toestand bevindt, tot het<br />
moment dat de brug zich in volledig geopende toestand bevindt.<br />
Tsv dient in principe per situatie en per <strong>beweegbare</strong> brug te worden vastgesteld. De<br />
maximaal toelaatbare vertraging van een brugopening brugproces wordt<br />
gerepresenteerd door θsv.<br />
Bij de scheepvaartverkeerfunctie dient vermeld te worden dat ook het niet voldoen<br />
van de weg aan de eisen die daaraan gesteld worden leidt tot het falen van de<br />
scheepvaartverkeerfunctie. Dit is niet expliciet in beschouwing genomen in dit<br />
document, maar hier dient projectspecifiek invulling aan gegeven te worden.<br />
Pagina 19 van 22
6 Referenties<br />
[1] Leidraad RAMS<br />
[2] Veiligheidsvoorzieningen <strong>beweegbare</strong> bruggen en schutsluizen, versie 1.1<br />
[3] Veiligheidsfuncties <strong>beweegbare</strong> bruggen en schutsluizen, versie 1.1<br />
[4] Zicht bij bediening van <strong>beweegbare</strong> bruggen en schutsluizen, versie 1.1<br />
[5] Taken, verantwoordelijkheden & bevoegdheden bediening, versie 1.0<br />
[6] Veilig stoppen landverkeer bij brugopeningen, versie 0.7 (nog niet<br />
vastgesteld)<br />
[7] Functioneel falen <strong>beweegbare</strong> bruggen en schutsluizen, v1.5<br />
[8] RINK 2011: Functies en faaldefinities kunstwerken RINK 2011<br />
[9] Leidraad Kunstwerken<br />
[10] Richtlijn Vaarwegen 2011, December 2011, <strong>Rijkswaterstaat</strong>, Dienst Verkeer en<br />
Scheepvaart, Afdeling Ontwerp en Inrichting Netwerken<br />
[11] Basisbeschrijving werkproces bediening en werking schutsluis en <strong>beweegbare</strong><br />
brug<br />
[12] Basisspecificatie schutsluis, versie 4.0<br />
[13] Basisspecificatie <strong>beweegbare</strong> brug<br />
[14] Leidraad Risicogestuurd Beheer en Onderhoud<br />
Pagina 20 van 22
Bijlage A: ‘Betonnen bak’-principe<br />
Omdat de relaties tussen de functies van de <strong>objecten</strong> in het areaal en de functies op<br />
(deel)systeemniveau (netwerkniveau) vrijwel stuk voor stuk een gebrek aan<br />
eenduidigheid kennen, zal een te analyseren object vooralsnog als het ware worden<br />
“geïsoleerd” van de overige, aan het bovengelegen systeem gerelateerde,<br />
kunstwerken. Met andere woorden, ter vereenvoudiging van de analyse wordt<br />
aangenomen dat (het falen van) de functie van het bovengelegen systeem volledig<br />
wordt bepaald door (het falen van) de functie van het te analyseren object, als ware<br />
dat het systeem bestaat uit een “betonnen bak” met het te analyseren object als enige<br />
regelelement. Zie ter illustratie Figuur 2.<br />
Peilvak<br />
Vereenvoudiging:<br />
“Betonnen bak”<br />
principe<br />
Peilvak<br />
Object Object buiten beschouwing<br />
Figuur 2: illustratie van het “betonnen bak”-principe<br />
Object in beschouwing<br />
Om zonder het uitvoeren van een integrale analyse van het gehele systeem toch een<br />
indruk te kunnen krijgen van de hydraulische gevolgen van het falen van het ene<br />
specifieke object voor het systeem, worden de hydraulische gevolgen van het falen van<br />
het betreffende object op het systeem op een deterministische wijze in kaart gebracht<br />
door middel van een eenvoudige kombergingsbenadering, waarbij zoals gezegd wordt<br />
aangenomen dat door de overige, aan het bovengelegen systeem gerelateerde,<br />
<strong>objecten</strong> onder geen enkele omstandigheid wateruitwisseling met de omgeving<br />
plaatsvindt.<br />
Ter illustratie wordt hieronder voor de spuikleppen van een schutsluis (ten behoeve van<br />
peilbeheer) de relatie gegeven voor de duur θ tot een bepaalde verandering in het<br />
waterpeil van het gerelateerde peilvak. Vanzelfsprekend zullen voor elke specifieke<br />
situatie bij stuwen, schutsluizen, stroomsluizen en gemalen ook specifieke, en dus<br />
enigszins afwijkende, functies worden gebruikt. Zie ook Figuur 3 ter illustratie.<br />
Pagina 21 van 22
Afleiding faalduur bij spui functie t.b.v. peilbeheer van een schutsluis:<br />
Waarin:<br />
ApΔp<br />
=<br />
A μ 2gΔh<br />
θ (1)<br />
o<br />
θ = Periode waarin stroming door opening optreedt [s];<br />
Αp = Oppervlakte peilvak [m 2 ];<br />
Δp = Peilverandering op peilvak[m];<br />
Ao = Oppervlakte doorstroomopening [m 2 ];<br />
μ = Contractiecoëfficiënt * (correctie op A o tgv stromingsprofiel door opening) [-];<br />
g = Zwaartekrachtversnelling [m/s 2 ];<br />
Δh = Gemiddeld verval [m];<br />
μΑο<br />
Figuur 3: Illustratie ter ondersteuning van faaldefinitie spuien<br />
Δh<br />
*<br />
μ ligt tussen 0,7 en 1,0 en wordt per opening vastgesteld in samenwerking met de discipline<br />
Waterbouw.<br />
Ao<br />
Pagina 22 van 22