JG 19 nr 1 - Reynaertgenootschap

JG 19 nr 1 - Reynaertgenootschap JG 19 nr 1 - Reynaertgenootschap

reynaertgenootschap.be
from reynaertgenootschap.be More from this publisher
04.09.2013 Views

6 de teksten snel een goed beeld vormen van wat bestiaria over de afzonderlijke dieren zeggen. Wie meer wil weten over de complexe traditie van de bestiaria – waarover hier helemaal niets gezegd is – kan daar relatief gemakkelijk een overzicht over krijgen door op de link ‘families’ te klikken in het derde deel van de ‘introduction’ (naar http://bestiary.ca/articles/family/mf_intro.htm). De tweede site die ik wil voorstellen, ontsluit het zogenaamde Aberdeen Bestiary, een van de beroemdste bestiariumhandschriften die op de Britse eilanden vervaardigd zijn. Zijn faam dankt het handschrift aan de prachtige afbeeldingen die het bevat. Deze site, http://www.abdn.ac.uk/bestiary/bestiary.hti, wordt onderhouden door de universiteit van Aberdeen, de bezitter van het handschrift, en geeft afbeeldingen van alle pagina’s van het handschrift, ook de pure tekstpagina’s. Die afbeeldingen zijn gekoppeld aan een weergave van de Latijnse tekst in moderne lettertekens en een Engelse vertaling. Bovendien wordt er bij vrijwel alle afbeeldingen commentaar gegeven. Deze site geeft op die manier een heel goed beeld van een bestiarium als geheel. Zo’n soort beeld is via studies of boeken met afbeeldingen feitelijk niet te verkrijgen omdat die de pagina’s met louter tekst altijd negeren. Anderzijds bevatten de meeste tekstedities van bestiaria nauwelijks afbeeldingen. Ook de Aberdeenwebsite bevat allerlei materiaal dat voor geïnteresseerde amateurs onbelangrijk is (bijvoorbeeld over de productie en de aard van het handschrift zelf), maar de structuur is zeer overzichtelijk. Wie dus gaat kijken, is weinig tijd kwijt aan dingen die zij/hij niet wil zien. En de kwaliteit van de afbeeldingen is fantastisch… Ter afsluiting van dit ‘elektronische uitstapje’ wel een waarschuwing. Het is niet toevallig dat het Aberdeen-bestiarium op deze manier ontsloten is. Het is een van de mooiste boeken die we uit de middeleeuwen nog over hebben. Het werk is echter niet representatief voor de bestiariumtraditie als geheel. Er zijn nog meer prachtig uitgevoerde bestiaria met veel illustraties, maar de meerderheid van de overgeleverde handschriften heeft of veel eenvoudiger illustraties, of alleen maar tekst. Van het laatste type handschrift kan men zich alleen een beeld vormen door naar bibliotheken te reizen en de originelen in te zien. De variatie in de kwaliteit van de illustraties is na te gaan door de afbeeldingen in de ‘bestiary-site’ van Badke te bekijken. Die zijn zeer gevarieerd. Volkstalige ‘beestenboeken’ Nu terug naar de bestiaria zelf. Zoals al gezegd zijn de meeste overgeleverde bestiaria in het Latijn geschreven. Maar er bestaan ook volkstalige versies. Er zijn er een stel in het Frans, waarvan sommige in vrij veel handschriften zijn overgeleverd. Er zijn ook een redelijk aantal handschriften met een Italiaans bestiarium bewaard. Verder zijn een Oudhoogduits, een Middelengels en een Catalaans bestiarium bekend. Wie zich een beeld wil vormen van de Franse traditie, na de Latijnse veruit de belangrijkste, kan dat sinds enige tijd in het Nederlands doen. Vorig jaar publiceerden Julia Szirmai en Reinier Lops een vertaling van twee Franse ‘bestiaires’, namelijk de korte versie van het bestiaire van Pierre de Beauvais en het zogenaamde Bestiaire d’amour van Richard de Fournival. 1 Het gaat om een deel van een reeks die belangrijke Oudfranse teksten toegankelijk wil maken voor iedereen die in de middeleeuwen geïnteresseerd is, maar geen Oudfrans kent. De deeltjes van deze Tiecelijn, 19, 2006

7 uiterst zinvolle reeks zijn eenvoudig maar smaakvol uitgegeven en beperken zich qua inhoud tot de kern: men krijgt heldere, goed leesbare en betrouwbare vertalingen in neutraal Nederlands, een beknopte inleiding en, waar nodig, aantekeningen over detailproblemen. Dit deel over ‘beestenboeken’, zoals de vertalers het Oudfranse ‘bestiaire’ weergeven, begint met een korte inleiding. Deze start met een bespreking van de Physiologus-bestiariumtraditie en vervolgt met de Franse overlevering, die geconcentreerd is in de twaalfde en dertiende eeuw. Zij begint met drie versteksten, waarvan we de auteurs nog kennen: Philippe de Thaun, Guillaume le Clerc de Normandie en Gervaise. Het beestenboek van Pierre de Beauvais is jonger dan deze versteksten en in proza. Dat is een normale situatie. Veel Latijns materiaal wordt in eerste instantie in volkstalige verzen vertaald – of beter gezegd: bewerkt – en pas na geruime tijd ook in volkstalig proza aangeboden. Dat komt omdat de volkstalige tradities oorspronkelijk oraal zijn en mondeling overgeleverd materiaal kan makkelijker onthouden worden als het in verzen is. Volkstalige toehoorders zijn dus aan versteksten gewend en krijgen geschreven (nieuw) materiaal in eerste instantie het liefst in een bekende vorm aangeboden. In Frankrijk treedt de omslag van voornamelijk verzen naar voornamelijk proza in de dertiende eeuw op. Pierres beestenboek is deel van deze ontwikkeling. Het is een heel interessant beestenboek, want er bestaat een korte en een lange versie van. Men neemt aan dat beide voor 1218 ontstaan zijn en dat de korte versie de oudste is, maar zeker is dat laatste allerminst. Van Pierre, de auteur, weten we heel weinig. Hij was waarschijnlijk geestelijke in Beauvais en heeft behalve dit beestenboek nog enkele andere teksten geschreven, meestal van theologische of morele aard. De korte versie, die in het Nederlands vertaald is, bestaat uit 37 hoofdstukjes, voorafgegaan door een korte proloog, die als volgt begint: Hier begint het boek dat men Bestiaire noemt; het heet zo omdat het spreekt van de aard der beesten, want ieder wezen dat God op aarde schiep, schiep hij voor de mens, om er een voorbeeld aan te nemen van geloof en trouw. Pierre heeft er lang aan gewerkt om dit boek uit het Latijn in het Frans te vertalen en schiep er genoegen in dit te doen, maar omdat rijm graag gebruik maakt van mooie woorden die de waarheid geen recht doen, schreef hij dit boek in proza… (Szirmai en Lops, p. 19) De eerste zin drukt het belang van de geestelijke betekenis van alle wezens uit. Mensen kunnen er geloof in en trouw aan God van leren. De tweede zin maakt duidelijk waarom Pierre proza gebruikt. Wie in verzen schrijft, doet de waarheid vaak geweld aan. Hij moet immers rijmen en daardoor soms zijn woordkeuze aanpassen. Dat levert wel mooie taal op, maar die kan gemakkelijk niet geheel betrouwbaar meer zijn. Dit is een van de standaardargumenten voor het overgaan op prozateksten in de volkstaal. De hoofdstukjes van Pierres tekst zijn niet erg lang. De ‘biologische’ of ‘natuurlijke’ beschrijving van dieren en vogels is vrij kort. Meer aandacht wordt besteed aan de geestelijke uitleg. Daarbij worden veel vrome vermaningen en bijbelcitaten gebruikt. Ook dit maakt het belang van de geestelijke betekenis duidelijk. Pierres Tiecelijn, 19, 2006

6<br />

de teksten snel een goed beeld vormen van wat bestiaria over de afzonderlijke dieren<br />

zeggen. Wie meer wil weten over de complexe traditie van de bestiaria – waarover<br />

hier helemaal niets gezegd is – kan daar relatief gemakkelijk een overzicht<br />

over krijgen door op de link ‘families’ te klikken in het derde deel van de ‘introduction’<br />

(naar http://bestiary.ca/articles/family/mf_intro.htm).<br />

De tweede site die ik wil voorstellen, ontsluit het zogenaamde Aberdeen Bestiary,<br />

een van de beroemdste bestiariumhandschriften die op de Britse eilanden vervaardigd<br />

zijn. Zijn faam dankt het handschrift aan de prachtige afbeeldingen die het<br />

bevat. Deze site, http://www.abdn.ac.uk/bestiary/bestiary.hti, wordt onderhouden<br />

door de universiteit van Aberdeen, de bezitter van het handschrift, en geeft afbeeldingen<br />

van alle pagina’s van het handschrift, ook de pure tekstpagina’s. Die afbeeldingen<br />

zijn gekoppeld aan een weergave van de Latijnse tekst in moderne lettertekens<br />

en een Engelse vertaling. Bovendien wordt er bij vrijwel alle afbeeldingen commentaar<br />

gegeven. Deze site geeft op die manier een heel goed beeld van een<br />

bestiarium als geheel. Zo’n soort beeld is via studies of boeken met afbeeldingen<br />

feitelijk niet te verkrijgen omdat die de pagina’s met louter tekst altijd negeren.<br />

Anderzijds bevatten de meeste tekstedities van bestiaria nauwelijks afbeeldingen.<br />

Ook de Aberdeenwebsite bevat allerlei materiaal dat voor geïnteresseerde amateurs<br />

onbelangrijk is (bijvoorbeeld over de productie en de aard van het handschrift<br />

zelf), maar de structuur is zeer overzichtelijk. Wie dus gaat kijken, is weinig tijd kwijt<br />

aan dingen die zij/hij niet wil zien. En de kwaliteit van de afbeeldingen is fantastisch…<br />

Ter afsluiting van dit ‘elektronische uitstapje’ wel een waarschuwing. Het is niet<br />

toevallig dat het Aberdeen-bestiarium op deze manier ontsloten is. Het is een van<br />

de mooiste boeken die we uit de middeleeuwen nog over hebben. Het werk is echter<br />

niet representatief voor de bestiariumtraditie als geheel. Er zijn nog meer prachtig<br />

uitgevoerde bestiaria met veel illustraties, maar de meerderheid van de overgeleverde<br />

handschriften heeft of veel eenvoudiger illustraties, of alleen maar tekst.<br />

Van het laatste type handschrift kan men zich alleen een beeld vormen door naar<br />

bibliotheken te reizen en de originelen in te zien. De variatie in de kwaliteit van de<br />

illustraties is na te gaan door de afbeeldingen in de ‘bestiary-site’ van Badke te<br />

bekijken. Die zijn zeer gevarieerd.<br />

Volkstalige ‘beestenboeken’<br />

Nu terug naar de bestiaria zelf. Zoals al gezegd zijn de meeste overgeleverde<br />

bestiaria in het Latijn geschreven. Maar er bestaan ook volkstalige versies. Er zijn<br />

er een stel in het Frans, waarvan sommige in vrij veel handschriften zijn overgeleverd.<br />

Er zijn ook een redelijk aantal handschriften met een Italiaans bestiarium<br />

bewaard. Verder zijn een Oudhoogduits, een Middelengels en een Catalaans<br />

bestiarium bekend.<br />

Wie zich een beeld wil vormen van de Franse traditie, na de Latijnse veruit de<br />

belangrijkste, kan dat sinds enige tijd in het Nederlands doen. Vorig jaar publiceerden<br />

Julia Szirmai en Reinier Lops een vertaling van twee Franse ‘bestiaires’, namelijk<br />

de korte versie van het bestiaire van Pierre de Beauvais en het zogenaamde<br />

Bestiaire d’amour van Richard de Fournival. 1 Het gaat om een deel van een reeks<br />

die belangrijke Oudfranse teksten toegankelijk wil maken voor iedereen die in de<br />

middeleeuwen geïnteresseerd is, maar geen Oudfrans kent. De deeltjes van deze<br />

Tiecelijn, <strong>19</strong>, 2006

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!