JG 19 nr 1 - Reynaertgenootschap
JG 19 nr 1 - Reynaertgenootschap
JG 19 nr 1 - Reynaertgenootschap
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
15<br />
Daarmee zijn we door de Middelnederlandse literatuur heen, voor zover die gerelateerd<br />
is aan de bestiariumtraditie. Maar we moeten nog even stil blijven staan bij<br />
Willem Utenhove. Het zou namelijk kunnen dat een van de twee Middelnederlandse<br />
teksten gebaseerd op de Bestiaire d’amour die net zijn besproken, van hem is. Voor<br />
de tekst in het Nederrijns moraalboek is dat buitengewoon onwaarschijnlijk.<br />
Waarom zou Maerlant Willem met Aardenburg verbinden wanneer die zou werken<br />
voor een edelman uit het oosten van de Lage Landen? En de taal van het handschrift<br />
wijst ook al niet direct naar Vlaanderen. Die is immers Gelders. De Vlaamse<br />
versadaptatie die als laatste besproken is, zou een betere kandidaat zijn. De tekst<br />
komt uit het ‘goede deel’ van de Nederlanden, en dat het handschrift van na 1270<br />
is, hoeft geen probleem te zijn. Veel Middelnederlandse teksten kennen we immers<br />
uitsluitend uit handschriften van latere datum. De mening dat we het werk van<br />
Willem Utenhove althans in fragmenten kennen, is dan ook verdedigd. Maar ze is<br />
eveneens bestreden. Er zijn tot nu toe geen doorslaggevende argumenten geformuleerd,<br />
dus de conclusie moet hier zijn (zoals zo vaak als het gaat om<br />
Middelnederlandse literatuur): we weten het niet.<br />
Tot slot<br />
De bespreking van het Middelnederlandse materiaal was gedetailleerd en heeft<br />
nauwelijks iets aangesneden dat met de kern van de traditie te maken heeft. Ter<br />
afronding is het daarom goed naar het Europese perspectief terug te keren.<br />
Beginnen we met het ‘buitenbeentje’ in de traditie, het Bestiaire d’amour. In<br />
Frankrijk vinden we, zoals al enigszins aangegeven, twee soorten reacties op deze<br />
tekst. Enerzijds is hij duidelijk positief ontvangen, getuige alleen al de 22 handschriften<br />
van de tekst die thans nog over zijn (17 daarvan bevatten miniaturen). Aan<br />
de andere kant heeft hij verzet opgeroepen. De oudste getuigenis daarvan is de<br />
Response du bestiaire, het Antwoord op Richards smeekbede door zijn dame, dat<br />
in veel handschriften samen met de Bestiaire d’amour is overgeleverd. Twee elementen<br />
lijken deze negatieve reacties opgeroepen te hebben. Het ene is de prozavorm.<br />
De Bestiaire d’amour is een van de oudste Franse teksten die in proza over<br />
ethische zaken handelt, en het lijkt toch wel duidelijk dat het conservatieve deel van<br />
het potentiële publiek nog een voorkeur had voor een behandeling van liefdesproblematiek<br />
in de lyrische vorm, of tenminste versvorm. Het andere is de ideologie die<br />
de tekst uitdraagt. Richards rationele, enigszins egoïstische en vrouwonvriendelijke<br />
denkbeelden over de liefde hebben geleid tot reacties waarin de traditionele opvattingen<br />
over de hoofse liefde werden verdedigd. In de Nederlanden past de prozavertaling<br />
in het Nederrijns moraalboek binnen de positieve receptie; de Vlaamse<br />
versbewerking kan beter binnen de reacties tegen Richards tekst geplaatst worden.<br />
Hoewel precieze uitspraken over deze tekst onmogelijk zijn vanwege zijn fragmentarische<br />
overlevering, lijkt het toch wel duidelijk dat de auteur ervan Richards afkeer<br />
van liederen en lyriek combineerde met de traditionele rol van de dichter als trouwe<br />
dienaar van een dame.<br />
In het Nederrijns moraalboek is de Bestiaire d’amour-vertaling gecombineerd met<br />
ethisch en didactisch materiaal. De Vlaamse versbewerking is verbonden met tenminste<br />
een andere tekst over de liefde en misschien ook met moraliserend materiaal.<br />
Deze combinaties komen ook voor in de Franse handschriften waarin de<br />
Bestiaire d’amour is overgeleverd. Maar in het Frans komt de Bestiaire d’amour ook<br />
Tiecelijn, <strong>19</strong>, 2006