Visie op het natuurgebied in de Krimpenerwaard - Veenweidepact ...

Visie op het natuurgebied in de Krimpenerwaard - Veenweidepact ... Visie op het natuurgebied in de Krimpenerwaard - Veenweidepact ...

veenweidepactkrimpenerwaard.nl
from veenweidepactkrimpenerwaard.nl More from this publisher
04.09.2013 Views

54 aan deze typering. Naarmate de afstand tussen woonbebouwing en moerasnatuur in een inrichtingsalternatief groter is wordt dit als positief beoordeeld. Overlast door muggen wordt niet gezien als een bedreiging voor de gezondheid. De kans op terugkeer van malaria (Anderdaagse koorts) wordt in recent onderzoek nagenoeg nihil geacht. De malariamug komt nog wel in Nederland voor maar de parasiet, die de malaria veroorzaakt, niet meer. De kans op een uitbraak van knokkelkoorts is zeer gering. De verspreiding van tropische ziekten door muggen neemt door klimaatverandering niet toe omdat hiervoor ook andere klimaatfactoren dan temperatuur verantwoordelijk voor zijn (Concept Milieurapport (PlanMER) bij herziening Streekplan Oost, Krimpenerwaard). Ook de effecten van de varianten op de volksgezondheid dient meegenomen te worden in de milieueffectrapportage (MER). 5. Veiligheid en kans op wateroverlast De veiligheid (achter de primaire waterkering) wordt niet of nauwelijks beïnvloed door de wijze van inrichting van de natuurgebieden. De veiligheid wordt onder andere bepaald door de stabiliteit van de waterkeringen. Die stabiliteit wordt op de langere termijn bepaald door de bodemdaling. Door de relatief nattere inrichting van natuurgebieden wordt de bodemdaling beperkt. Dit komt de stabiliteit van de waterkering op termijn ten goede. Het aspect bodemdaling is elders als afzonderlijk criterium behandeld. Wat betreft de kans op wateroverlast zijn de natuurgebieden weinig gevoelig. Dit maakt dat in perioden van dreigende overlast, de afvoer vanuit de natuurgebieden langere tijd beperkt kan worden zodat het water uit de omgeving sneller afgevoerd kan worden. Overigens is de uitwerking hiervan nog wel onderhevig aan keuzes op inrichtingsniveau. Dit is dus nog van belang bij de uitwerking van de inrichtingsMER. 9.2 Relatie met de omgeving Het natuurgebied zal na inrichting invloed hebben op de omgeving. Hierna wordt hierop ingegaan op de aspecten geluid, luchtkwaliteit en economische ontwikkelingsmogelijkheden. In de uit te voeren inrichtingsMER komen deze aspecten eveneens aan de orde. Geluid Een groot deel van de Krimpenerwaard is aangewezen als provinciaal stiltegebied. Zowel de aanleg van de zuidwestelijke randweg bij Gouda, als de reconstructie van de N210, zullen invloed hebben op dit stiltegebied. Voor de aanleg van deze twee wegen zijn aparte MERstudies doorlopen. Luchtkwaliteit De inrichting van het plangebied conform de beschreven alternatieven kan op twee manieren invloed hebben op de luchtkwaliteit in het gebied. 1. De luchtkwaliteit zal veranderen als gevolg van de aantrekkende of afstotende werking van de inrichting op het verkeer. Daarbij kan ook nog onderscheid gemaakt worden naar het type verkeer. in de autonome ontwikkeling zullen meer tractoren en vrachtwagens het plangebied aandoen, terwijl in de andere alternatieven meer recreatief verkeer verwacht kan worden. De afname van de uitstoot van uitlaatgassen van auto’s en de daarmee gepaard gaande verbetering van de luchtkwaliteit, worden als positief beoordeeld. 2. Natte natuurgebieden vangen zogenaamd “fijn stof” af en binden dit, meer dan dat droge natuurgebieden en landbouwgebieden dat doen. Vanwege de overwegende windrichting (uit het Zuidwesten) wordt er veel fijn stof vanuit de Rotterdamse haven naar de Krimpenerwaard verspreid. Het is de verwachting dat de inrichting van natte natuur, door het afvangen van fijn stof, een positieve invloed heeft op de luchtkwaliteit. 3. Bodemdaling is het gevolg van de oxidatie van veen. Bij de oxidatie van veen komt koolstofdioxide (CO2) vrij. De uitstoot van CO2 wordt gezien als een reden van de huidige opwarming van de aarde (“global warming”). Op internationaal vlak wordt dan ook gewerkt aan het terugdringen van de uitstoot van CO2. Het tegengaan van bodemdaling verminderd dus de uitstoot van CO2 en veenvorming is zelfs een vorm van vastlegging van CO2.

Water Als gevolg van de hogere peilen in de natuurgebieden zal de bodemdaling hier vertragen. Naar verwachting komt deze hierdoor meer in gelijke orde met het agrarisch middengebied. Wordt evenwel gekozen voor het fixeren van het peil, dan zal in het natuurgebied de maaivelddaling stoppen, waardoor op termijn het middengebied steeds lager komt te liggen ten opzichte van het natuurgebied. Op korte en middellange termijn zal dit geen of nauwelijks gevolgen hebben. Op langere termijn wordt het hoogteverschil zodanig dat grondwaterstromen lokaal kunnen veranderen. De effecten hiervan zullen echter pas op zeer lange termijn waarneembaar worden. De effecten van de inrichting van de natuurgebieden op het oppervlaktewatersysteem buiten de natuurgebieden zijn voor wat betreft de waterkwantiteit beperkt. Het water vanuit het middengebied zal via een laaggelegen watergang door het natuurgebied naar de Hollandse Ijssel afgevoerd moeten worden. Dit heeft echter geen invloed op de waterstaatkundige infrastructuur, omdat de afvoer van het middengebied momenteel al via deze watergang plaatsvindt, alleen de peilen in de aangrenzende peilgebieden zullen aanzienlijk hoger worden. Met betrekking tot de waterkwaliteit zal worden bezien of het overschot aan kwalitatief goed water in het natuurgebied aangewend kan worden voor de landbouwgebieden. Verder kunnen op zeer lange termijn lokale effecten ontstaan door lokale kwelstromen. Nota Levend Landschap Gedeputeerde Staten (GS) van de provincie Zuid-Holland hebben de Nota Levend Landschap vastgesteld. De Krimpenerwaard is één van de prioritaire gebieden in deze nota. Op ambtelijk niveau worden kaarten ontwikkeld waarop de ontwikkelingsmogelijkheden per deelgebied in de Krimpenerwaard buiten de begrenzing zijn weergegeven. Deze kaarten zullen op korte termijn besproken worden met de betrokken bewoners van de Krimpenerwaard. In de gebieden die grenzen aan het toekomstig natuurgebied en die liggen binnen de categorie II en III worden kansen gezien voor nevenfunctie naast de landbouw. Te denken valt aan agrarisch natuurbeheer met weidevogeldoelstellingen, maar ook botanische doelstellingen. Ook liggen hier mogelijkheden voor recreatief medegebruik, landgoedontwikkeling of toeristische activiteiten. De prioriteitstelling van het gebied geeft mogelijkheden binnen de Subsidieregeling Agrarisch Natuurbeheer en de subsidiemogelijkheden voor plattelandsontwikkeling. De mate van bodemdaling van het natuurgebied tov het landbouwgebied in de omgeving Omdat in het toekomstig natuurgebied bodemdaling wordt tegengegaan en in het omliggende gebied minder zal er een verschil in hoogte op gaan treden in de toekomst. 55

Water<br />

Als gevolg van <strong>de</strong> hogere peilen <strong>in</strong> <strong>de</strong> <strong>natuurgebied</strong>en zal <strong>de</strong><br />

bo<strong>de</strong>mdal<strong>in</strong>g hier vertragen. Naar verwacht<strong>in</strong>g komt <strong>de</strong>ze hierdoor<br />

meer <strong>in</strong> gelijke or<strong>de</strong> met <strong>het</strong> agrarisch mid<strong>de</strong>ngebied. Wordt evenwel<br />

gekozen voor <strong>het</strong> fixeren van <strong>het</strong> peil, dan zal <strong>in</strong> <strong>het</strong> <strong>natuurgebied</strong><br />

<strong>de</strong> maaivelddal<strong>in</strong>g st<strong>op</strong>pen, waardoor <strong>op</strong> termijn <strong>het</strong> mid<strong>de</strong>ngebied<br />

steeds lager komt te liggen ten <strong>op</strong>zichte van <strong>het</strong> <strong>natuurgebied</strong>. Op<br />

korte en mid<strong>de</strong>llange termijn zal dit geen of nauwelijks gevolgen<br />

hebben. Op langere termijn wordt <strong>het</strong> hoogteverschil zodanig dat<br />

grondwaterstromen lokaal kunnen veran<strong>de</strong>ren. De effecten hiervan<br />

zullen echter pas <strong>op</strong> zeer lange termijn waarneembaar wor<strong>de</strong>n.<br />

De effecten van <strong>de</strong> <strong>in</strong>richt<strong>in</strong>g van <strong>de</strong> <strong>natuurgebied</strong>en <strong>op</strong> <strong>het</strong><br />

<strong>op</strong>pervlaktewatersysteem buiten <strong>de</strong> <strong>natuurgebied</strong>en zijn voor wat<br />

betreft <strong>de</strong> waterkwantiteit beperkt. Het water vanuit <strong>het</strong> mid<strong>de</strong>ngebied<br />

zal via een laaggelegen watergang door <strong>het</strong> <strong>natuurgebied</strong> naar <strong>de</strong><br />

Hollandse Ijssel afgevoerd moeten wor<strong>de</strong>n. Dit heeft echter geen<br />

<strong>in</strong>vloed <strong>op</strong> <strong>de</strong> waterstaatkundige <strong>in</strong>frastructuur, omdat <strong>de</strong> afvoer van<br />

<strong>het</strong> mid<strong>de</strong>ngebied momenteel al via <strong>de</strong>ze watergang plaatsv<strong>in</strong>dt, alleen<br />

<strong>de</strong> peilen <strong>in</strong> <strong>de</strong> aangrenzen<strong>de</strong> peilgebie<strong>de</strong>n zullen aanzienlijk hoger<br />

wor<strong>de</strong>n.<br />

Met betrekk<strong>in</strong>g tot <strong>de</strong> waterkwaliteit zal wor<strong>de</strong>n bezien of <strong>het</strong> overschot<br />

aan kwalitatief goed water <strong>in</strong> <strong>het</strong> <strong>natuurgebied</strong> aangewend kan wor<strong>de</strong>n<br />

voor <strong>de</strong> landbouwgebie<strong>de</strong>n. Ver<strong>de</strong>r kunnen <strong>op</strong> zeer lange termijn lokale<br />

effecten ontstaan door lokale kwelstromen.<br />

Nota Levend Landschap<br />

Ge<strong>de</strong>puteer<strong>de</strong> Staten (GS) van <strong>de</strong> prov<strong>in</strong>cie Zuid-Holland hebben <strong>de</strong><br />

Nota Levend Landschap vastgesteld. De <strong>Krimpenerwaard</strong> is één van <strong>de</strong><br />

prioritaire gebie<strong>de</strong>n <strong>in</strong> <strong>de</strong>ze nota. Op ambtelijk niveau wor<strong>de</strong>n kaarten<br />

ontwikkeld waar<strong>op</strong> <strong>de</strong> ontwikkel<strong>in</strong>gsmogelijkhe<strong>de</strong>n per <strong>de</strong>elgebied<br />

<strong>in</strong> <strong>de</strong> <strong>Krimpenerwaard</strong> buiten <strong>de</strong> begrenz<strong>in</strong>g zijn weergegeven. Deze<br />

kaarten zullen <strong>op</strong> korte termijn besproken wor<strong>de</strong>n met <strong>de</strong> betrokken<br />

bewoners van <strong>de</strong> <strong>Krimpenerwaard</strong>. In <strong>de</strong> gebie<strong>de</strong>n die grenzen aan<br />

<strong>het</strong> toekomstig <strong>natuurgebied</strong> en die liggen b<strong>in</strong>nen <strong>de</strong> categorie II en<br />

III wor<strong>de</strong>n kansen gezien voor nevenfunctie naast <strong>de</strong> landbouw. Te<br />

<strong>de</strong>nken valt aan agrarisch natuurbeheer met wei<strong>de</strong>vogeldoelstell<strong>in</strong>gen,<br />

maar ook botanische doelstell<strong>in</strong>gen. Ook liggen hier mogelijkhe<strong>de</strong>n<br />

voor recreatief me<strong>de</strong>gebruik, landgoedontwikkel<strong>in</strong>g of toeristische<br />

activiteiten. De prioriteitstell<strong>in</strong>g van <strong>het</strong> gebied geeft mogelijkhe<strong>de</strong>n<br />

b<strong>in</strong>nen <strong>de</strong> Subsidieregel<strong>in</strong>g Agrarisch Natuurbeheer en <strong>de</strong><br />

subsidiemogelijkhe<strong>de</strong>n voor plattelandsontwikkel<strong>in</strong>g.<br />

De mate van bo<strong>de</strong>mdal<strong>in</strong>g van <strong>het</strong> <strong>natuurgebied</strong> tov <strong>het</strong> landbouwgebied<br />

<strong>in</strong> <strong>de</strong> omgev<strong>in</strong>g<br />

Omdat <strong>in</strong> <strong>het</strong> toekomstig <strong>natuurgebied</strong> bo<strong>de</strong>mdal<strong>in</strong>g wordt tegengegaan<br />

en <strong>in</strong> <strong>het</strong> omliggen<strong>de</strong> gebied m<strong>in</strong><strong>de</strong>r zal er een verschil <strong>in</strong> hoogte <strong>op</strong><br />

gaan tre<strong>de</strong>n <strong>in</strong> <strong>de</strong> toekomst.<br />

55

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!