04.09.2013 Views

finalVersion - Erasmus University Thesis Repository - Erasmus ...

finalVersion - Erasmus University Thesis Repository - Erasmus ...

finalVersion - Erasmus University Thesis Repository - Erasmus ...

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

Formalisme<br />

Bureaucratische stijl Bedrijfsmatige stijl<br />

Legalisme Pragmatisme<br />

Professionele stijl Omgang met regels<br />

Figuur 2: De dimensies van stijl (ingevuld)<br />

Informalisme<br />

Omgang met mensen<br />

Traditionele stijl<br />

3.3 Operationalisatie: elementen van de stijl van verzelfstandiging<br />

De indicatoren van Van Waarden (1999: 306-307) – zoals hierboven in tabel 1 voor de vier<br />

stijlen uitgewerkt – zijn niet direct te gebruiken voor dit onderzoek. Ik zal derhalve in deze<br />

subparagraaf de indicatoren van Van Waarden vertalen in de indicatoren die ik in dit<br />

onderzoek ga gebruiken. Deze indicatoren worden vervolgens geoperationaliseerd. Ik heb de<br />

relatie tussen de indicatoren die Van Waarden (1999: 306-307) in het boek Ruimte rond regels<br />

noemt en de vier stijlen uitgebreid behandeld in paragraaf 3.2 (p. 11-19). De invulling van de<br />

indicatoren voor de vier stijlen is overzichtelijk ondergebracht in een tabel (tabel 1: 18). Ik zal<br />

mij in deze paragraaf daarom beperken tot de bespreking van het verband tussen de vier<br />

stijlen en de indicatoren van dit onderzoek. De verwachtingen ten aanzien van de invulling<br />

van deze indicatoren voor de vier stijlen zullen in tabel 3 (p. 29) worden ondergebracht.<br />

3.3.1 Motief van oprichting<br />

Het oprichtingsmotief van verzelfstandigde organisaties kan veel informatie bevatten over de<br />

achterliggende redenering van de verzelfstandiging. Deze redenering kan een goede indicatie<br />

zijn voor de stijl die binnen de beleidssector overheerst. Ik heb de indeling van de motieven<br />

van oprichting ontleend aan de publicaties van Boxum et al. (1989) en Kickert et al. (1993).<br />

Boxum et al. (1989: 36-40) onderscheiden vijf motieven van oprichting. Het betreft drie<br />

hoofdmotieven – die tevens nevenmotieven kunnen zijn – en twee nevenmotieven. Ik<br />

beschouw alle motieven echter als gelijkwaardig, aangezien de ‘doelmatigheids’- en<br />

‘doeltreffendheids’-motieven zo belangrijk zijn voor de bedrijfsmatige stijl (zie pagina 17).<br />

Het eerste oprichtingsmotief is het deskundigheidsmotief. Een orgaan is zelfstandig om de<br />

voor haar taakuitvoering vereiste specifieke deskundigheid tot haar recht te laten komen.<br />

Onafhankelijkheid is het tweede motief voor de oprichting van een verzelfstandigde dienst.<br />

Een orgaan is zelfstandig, omdat de taak onafhankelijk van de regering behoort te worden<br />

uitgevoerd. Het derde motief is het belanghebbendenmotief. Een orgaan is zelfstandig om aan<br />

de medeverantwoordelijkheid van maatschappelijke organisaties gestalte te geven. De laatste<br />

twee (neven)motieven zijn doelmatigheid en doeltreffendheid. Een orgaan is zelfstandig om<br />

respectievelijk haar doelmatigheid en haar doeltreffendheid te vergroten (Boxum e.a., 1989: 37-<br />

39).

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!