04.09.2013 Views

Het schemergebied voor faillissement - Höcker Advocaten

Het schemergebied voor faillissement - Höcker Advocaten

Het schemergebied voor faillissement - Höcker Advocaten

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

XIII. Samenvatting in vogelvlucht<br />

I have made this letter longer than usual,<br />

only because I have not had the time<br />

to make it shorter (Pascal)<br />

In dit hoofdstuk zal in vogelvlucht worden geëvalueerd wat de kernvraag van dit<br />

onderzoek was en tot welke inzichten het onderzoek heeft geleid. <strong>Het</strong> gaat hier<br />

om de grote lijnen. Een gedetailleerdere uitwerking, in de vorm van ruim<br />

zeventig conclusies, is te vinden in hoofdstuk XII.<br />

XIII.1 Kernvraag en twee ontwikkelde normen<br />

De vraag die in dit onderzoek is gesteld, luidt 1277 op welke wijze en tussen welke<br />

partijen moeten de verhaalsrisico's worden verdeeld, die bij een onderneming<br />

ontstaan in het "<strong>schemergebied</strong>" <strong>voor</strong>afgaande aan het <strong>faillissement</strong>? Voor de<br />

onderlinge verdeling van het insolvente vermogen onder de schuldeisers is als<br />

uitgangspunt genomen dat deze, behoudens gelegitimeerde uitzonderingen, moet<br />

worden gebaseerd op de principes die liggen besloten in de artikelen 3:277 en<br />

6:162 BW. Uit 3:277 BW volgt kort gezegd dat schuldeisers recht hebben op de<br />

verdeling van het insolvente vermogen en wel volgens gelijkheid behoudens<br />

<strong>voor</strong>rang (de paritas creditorum). Om echter te kunnen ingrijpen in een te late of<br />

ongelijke verdeling, moet deze kunnen worden toegerekend. Dit laatste wordt<br />

bepaald door 6:162 BW. Bij de toerekeningsvraag is nadrukkelijk mede<br />

rekening gehouden met het belang van continuïteit en in hoeverre dit belang in<br />

de weg staat aan het principe van gelijke verdeling van het insolvente vermogen.<br />

<strong>Het</strong> onderzoek heeft zich enerzijds gericht op de onderlinge verhouding<br />

tussen de diverse schuldeisers van de onderneming in het licht van de paritas<br />

creditorum. Op basis daarvan is de Pauliana-norm ontwikkeld. Anderzijds is<br />

ingegaan op de mogelijke consequenties van de verantwoordelijkheid die de<br />

onderneming heeft om haar verplichtingen te kunnen nakomen. Op basis hiervan<br />

is de (verlengde) Beklamel-norm ontwikkeld. Betoogd wordt dat het tijdstip van<br />

<strong>faillissement</strong> of surseance <strong>voor</strong> de verdeling een te willekeurig criterium is. 1278<br />

Met de (verlengde) Beklamel-norm en de Pauliana-norm heeft dit<br />

onderzoek de ambitie te komen tot een verdelingsmechanisme <strong>voor</strong> verhaalsrisico’s<br />

waarbij iedereen wordt betrokken: crediteuren, financiers, aandeelhouders<br />

en bestuurders van de te failleren onderneming. Hoewel beide normen<br />

hun basis vinden in het geldende recht, is gebleken dat toepassing van de<br />

normen op de door mij <strong>voor</strong>gestelde wijze op belangrijke onderdelen tot andere<br />

uitkomsten leidt dan als geldend recht wordt gezien. Aldus behelst dit onderzoek<br />

naar wenselijk recht een pleidooi <strong>voor</strong> aanpassing van het geldend recht.<br />

1277 Zie I.1.<br />

1278 Zie III.2.1.<br />

511

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!