04.09.2013 Views

Het schemergebied voor faillissement - Höcker Advocaten

Het schemergebied voor faillissement - Höcker Advocaten

Het schemergebied voor faillissement - Höcker Advocaten

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

Hoofdstuk XII<br />

482<br />

bestuurders die daar<strong>voor</strong> verantwoordelijk te houden zijn, in het algemeen<br />

aansprakelijk <strong>voor</strong> het tekort in het <strong>faillissement</strong> (vergelijk 2:138 en 248<br />

BW). In die gevallen zal de bescherming die de continuïteitsveronderstelling,<br />

de Beklamel-jurisprudentie en de rechtspersoonlijkheid<br />

impliciet bieden tegen aansprakelijkheid <strong>voor</strong> de gevolgen van<br />

liquidatieverliezen in het algemeen geen opgeld doen.<br />

Onderbouwing: IV.3.3 Beklamel, continuïteitsveronderstelling en verplaatsing van het risico<br />

van liquidatieverliezen en VI.6 Contouren van het <strong>schemergebied</strong> en allocatie van het<br />

resterende discontinuïteitsrisico.<br />

XII.1.2.2 Afbakening door Beklamel- en verlengde Beklamel-norm <strong>voor</strong><br />

betrokkenen<br />

7. De Beklamel-norm en de verlengde Beklamel-norm zien op betrokkenen die<br />

een wezenlijke invloed op de <strong>voor</strong>tzetting, redding of tijdige staking van de<br />

onderneming hebben en aan wie vanuit die functie eventueel nadeel<br />

toegerekend kan worden na verkrijging van wetenschap van feitelijke<br />

insolventie of onvoldoende solvabiliteit wegens de in acht te nemen<br />

zorgvuldigheid in verband met het te verdelen vermogen (3:277 BW) en de<br />

verdergaande verplaatsing van het discontinuïteitsrisico naar crediteuren.<br />

Onderbouwing: III.3 De Beklamel-norm, fixatie en gelijkheid en IV.5 Liquiditeit (Beklamelnorm)<br />

en solvabiliteit (verlengde Beklamel-norm).<br />

8. De noodzaak <strong>voor</strong> het bestaan van de Beklamel-norm, die ziet op de<br />

liquiditeit, en de verlengde Beklamel-norm, die ziet op de solvabiliteit,<br />

wordt mede ingegeven door het feit dat de criteria <strong>voor</strong> <strong>faillissement</strong> of<br />

surseance niet waarborgen dat het staken of de nodige maatregelen ter<br />

redding en <strong>voor</strong>tzetting van de onderneming in moeilijkheden tijdig<br />

geschieden dan wel geschieden op zodanige wijze dat het discontinuïteitsrisico<br />

niet onverantwoord en verdergaand wordt verplaatst naar de<br />

crediteuren die daar nauwelijks zicht of invloed op hebben.<br />

Onderbouwing: III.2.1 Faillissement en surseance van betaling, III.2.2 Feitelijke<br />

insolventie/discontinuïteit, III.3 De Beklamel-norm, fixatie en gelijkheid en IV.5 Liquiditeit<br />

(Beklamel-norm) en solvabiliteit (verlengde Beklamel-norm).<br />

9. 1 F en 214 F zien op een <strong>voor</strong> de korte termijn <strong>voor</strong>tdurend liquiditeitstekort<br />

waardoor niet tijdig aan verplichtingen kan worden voldaan. Op grond van<br />

de RJ-richtlijnen is aan te nemen dat 2:384 lid 3 BW (continuïteitsveronderstelling)<br />

eenzelfde liquiditeitscriterium hanteert. De wetenschap dat<br />

aan dat criterium wordt voldaan, ligt als eis besloten in de Beklameljurisprudentie.<br />

1 F, 214 F en andere bepalingen in de Faillissementswet of<br />

het BW <strong>voor</strong>zien ten onrechte niet in een systeem waarbij, als aan genoemd<br />

criterium wordt voldaan, het <strong>faillissement</strong> of de surseance ook wordt<br />

uitgesproken. <strong>Het</strong> is wenselijk uit te gaan van een verplichting tot aanvraag

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!