04.09.2013 Views

Het schemergebied voor faillissement - Höcker Advocaten

Het schemergebied voor faillissement - Höcker Advocaten

Het schemergebied voor faillissement - Höcker Advocaten

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

Hoofdstuk X<br />

was van hoofdelijkheid van de BV en haar dochter jegens de bank is het<br />

mogelijk dat het creditsaldo van 750.000 niet had kunnen worden<br />

verrekend met de schuld van de dochter. <strong>Het</strong> is dan mogelijk dat de<br />

bank door de verpanding een deel van de 750.000 wel ter delging van<br />

de schuld van de dochter heeft gebruikt. De conclusie van de AG geeft<br />

enige aanwijzing dat dat althans volgens de pleitnotities van de curator<br />

deels wel zo was: 'In het onderhavige geval moge door de betaling aan<br />

Kuijsters en de opvolgende verpanding aan de bank wellicht het saldo<br />

van de boedel van De Bruijn BV niet verminderd zijn – wellicht, omdat<br />

met name de cijfers die de curator in zijn pleitnotities op p. 6/14 in<br />

appel verschaft tot een ander oordeel kunnen leiden, ook al omdat de<br />

verpanding mede strekt tot zekerheid van de schuld van Cornex BV aan<br />

de bank –, maar zonder dit samenstel van handelingen had het bedrag<br />

van 1 miljoen niet alleen/<strong>voor</strong>al aan de bank, maar aan alle crediteuren<br />

ter beschikking gestaan’. 1151 Waar onvoldoende concrete gegevens<br />

bestaan om dit beperkte nadeel vast te stellen, ga ik hierop verder<br />

gemakshalve niet in.<br />

(vi) De betaling aan Kuijsters, in samenhang met het ter beschikking stellen<br />

van het betaalde aan de bank zal waarschijnlijk niet tot nadeel hebben<br />

geleid zodat er niets ongedaan te maken valt.<br />

X.12.3 Eindoordeel naar wenselijk recht<br />

(vii) Los van de vraag of de lening al dan niet opeisbaar was, leidde de<br />

betaling na wetenschap van benadeling tot een toerekenbare benadeling<br />

die ongedaan gemaakt moet worden door terugbetaling van het saldo<br />

van het nadeel en het in zoverre herleven van de achtergestelde lening.<br />

Afgezien van de vraag of de betaling indirect gestrekt heeft tot<br />

voldoening van een schuld van de dochteronderneming, is er ten<br />

gevolge van de verpanding van de opbrengst aan de bank en het<br />

specifiek door de bank geleden nadeel door de betaling waarschijnlijk<br />

geen sprake geweest van ongedaan te maken nadeel van andere<br />

crediteuren dan de bank. Door de verpanding door Kuijsters aan de<br />

bank was dat nadeel ongedaan gemaakt. Aan de curator kwam derhalve<br />

per saldo geen vordering toe. Althans indien de curator wel een<br />

vorderingsrecht had zou de curator het nadeel aan de bank moeten<br />

uitkeren (na aftrek van gemaakte kosten).<br />

1151 Er zit ook een mogelijk luchtje aan de betaling aan Kuijsters en de opvolgende<br />

verpanding: de bank geeft uitvoering aan de grote betalingsopdracht terwijl ook hij van<br />

de nood van de BV zal moeten hebben geweten en waarschijnlijk ook wist dat die strekte<br />

tot betaling van een bij hun vordering achtergestelde lening; drie dagen na de betaling<br />

aan Kuijsters verstuurt de bank een brief aan Kuijsters waarbij hij zich tegen die betaling<br />

verzet en kennelijk nog <strong>voor</strong>dat de brief besteld is, namelijk diezelfde dag, wordt de 1<br />

miljoen op een depositorekening geplaatst en verpand. 1151 Maar hoe dit alles ook zij, echt<br />

van belang <strong>voor</strong> de betekenis van de uitspraak van de Hoge Raad is dit niet, omdat de<br />

uitspraak impliceert dat ook als er geen sprake was van nadeel (of onrechtmatig handelen<br />

van de bank) Kuijsters de f 1 miljoen moet terugbetalen.<br />

418

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!