04.09.2013 Views

Het schemergebied voor faillissement - Höcker Advocaten

Het schemergebied voor faillissement - Höcker Advocaten

Het schemergebied voor faillissement - Höcker Advocaten

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

Hoofdstuk X<br />

giraal geschieden is geen normatieve reden. 1108 Als de bepalingen 47 en<br />

53 F als normen ter zijde kunnen (en moeten) worden geschoven <strong>voor</strong><br />

girale betalingen is er geen reden dat – conform wenselijk recht – niet<br />

ook <strong>voor</strong> andere betalingen te doen.<br />

(viii) Mulder q.q./CLBN.<br />

In Mulder q.q./CLBN zijn drie beslissingen te onderscheiden: 1) de<br />

bank mag ook tijdens <strong>faillissement</strong> mededeling van de verpanding doen<br />

(57 F) en als gevolg daarvan gaat de bevoegdheid tot inning over op de<br />

bank; 2) door betalingen op stil verpande vorderingen die bij de curator<br />

binnenkomen vervalt het pandrecht, en er ontstaat ook geen pandrecht<br />

op het geïnde. De bank kan zich wel bij <strong>voor</strong>rang op het geïnde<br />

verhalen maar niet buiten de boedel om (dus na omslag <strong>faillissement</strong>skosten);<br />

3) op betalingen ter voldoening van stil verpande vorderingen<br />

op de rekening van de failliet bij de bank mag de bank zich door<br />

verrekening verhalen ook als deze plaatsvonden in de periode dat de<br />

bank wist dat het <strong>faillissement</strong> was te verwachten of tijdens<br />

<strong>faillissement</strong> (Amro/Curatoren THB geldt niet). Hier gaat het om de<br />

laatste beslissing.<br />

(ix) Samenhang Mulder q.q./CLBN en Mulder q.q./Rabobank Alphen.<br />

Op de in Amro/Curatoren THB geformuleerde regel bestaat derhalve<br />

een heel belangrijke uitzondering. Hij geldt niet <strong>voor</strong> betalingen op stil<br />

verpande vorderingen (Mulder q.q./CLBN). Eigenlijk is de uitzondering<br />

meer regel. Bij de kredietovereenkomst waarbij de schuld telkens<br />

vernieuwd wordt, worden ook vrijwel altijd de (toekomstige) debiteuren<br />

stil verpand. Zie ook Mulder q.q./Rabobank Alphen: 1109 ‘een generieke<br />

omschrijving ("alle ten tijde van de ondertekening van de akte<br />

bestaande rechten of vorderingen jegens derden" en "alle rechten of<br />

vorderingen jegens derden die worden verkregen uit de ten tijde van de<br />

ondertekening van de akte bestaande rechtsverhoudingen met die<br />

derden") kan tot een geldige overdracht of verpanding leiden omdat het<br />

generieke karakter van een dergelijke omschrijving en het ontbreken<br />

van nadere specificaties van de betrokken vorderingen niet in de weg<br />

staan aan het oordeel dat een dergelijke omschrijving voldoet aan het<br />

vereiste van voldoende bepaaldheid in de zin van art. 3:84 lid 2 BW’.<br />

Hoewel stille verpanding bij <strong>voor</strong>baat van dubbeltoekomstige<br />

vorderingen in principe in dynamisch perspectief bezien 1110 ook niet tot<br />

nadeel leidt als de verplichting tot stille verpanding al bestaat, is het<br />

opstellen van telkens een lijst met tenminste een generieke<br />

omschrijving nog steeds vereist. Dit vereiste heeft geen zelfstandige<br />

normatieve betekenis.<br />

1108<br />

Voor andere verschillen tussen betalingen op de bankrekening en de gevallen in 54 F, zie<br />

VIII.2.2.2 .<br />

1109<br />

HR 20-9-2002, NJ 2004, 182 (Mulder q.q./Rabobank Alphen aan de Rijn).<br />

1110 Zie IX.4.2 en IX.4.3.5.<br />

394

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!