04.09.2013 Views

Het schemergebied voor faillissement - Höcker Advocaten

Het schemergebied voor faillissement - Höcker Advocaten

Het schemergebied voor faillissement - Höcker Advocaten

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

Hoofdstuk X<br />

gevolgen’ lijkt de beslissing een misslag te moeten zijn geweest. Er is<br />

geen reden om aan te nemen dat de op zich vaststaande dreigende<br />

insolventie ten tijde van de verstrekking van nieuwe zekerheid werd<br />

weggenomen.<br />

(xix) Opeisbaarheid en wetenschapseis.<br />

In de motivering van de Hoge Raad ligt ook dwars dat, zoals eigenlijk<br />

al bij het gegrond verklaren van middel I was bevestigd, ‘de fiduciaire<br />

eigendomsoverdracht als conditio sine qua non <strong>voor</strong> de afwending van<br />

een onmiddellijke deconfiture’, of liever gezegd het al dan niet bestaan<br />

van de verplichting tot verschaffing van zekerheid, nooit het criterium<br />

<strong>voor</strong> het al dan niet optreden van toe te rekenen nadeel kan zijn. <strong>Het</strong><br />

moet, conform Erba, toch op zijn minst gaan over reële verwachtingen<br />

die de financier zelf op termijn mocht hebben en niet over een kort<br />

uitstel van executie met alle nadelige gevolgen van dien. Ik houd het<br />

erop dat de Hoge Raad intuïtief wel heeft aangevoeld dat het criterium<br />

van wetenschap van benadeling in 42 F niet helpt bij de vraag of een<br />

financier aan de werking van 42 F bij een reddingsoperatie wil en zou<br />

moeten kunnen ontkomen, maar niet heeft ingezien dat dan ook niet bij<br />

de wetenschapseis in 42 F <strong>voor</strong>afgaand aan de onverplichte<br />

rechtshandeling moet worden aangeknoopt, maar bij een ander begrip<br />

van niet te verwachten nadeel na en door implementatie van het<br />

reddingsplan. Als de Hoge Raad met de ‘gunstige gevolgen’ slechts in<br />

abstracto heeft willen weergeven dat – in weerwil van 42 F – de<br />

ontstane situatie ná heropening van het krediet met nadere zekerheid<br />

doorslaggevend moet zijn, is die regel juist, maar daarmee nog niet<br />

beslissend <strong>voor</strong> dit geval.<br />

(xx) Gunstige gevolgen en Beklamel-norm.<br />

Zoals uiteengezet in (vii) kan de <strong>voor</strong>tzetting van de feitelijk insolvente<br />

onderneming ook tot relatief ‘gunstige gevolgen’ hebben geleid,<br />

bestaande uit de relatieve vermindering van liquidatieverliezen. De<br />

relevantie daarvan is beperkt tot een eventuele vermindering van<br />

aansprakelijkheid onder de Beklamel-norm <strong>voor</strong> verliezen. Dit effect<br />

staat los van het nadeel onder de Pauliana-norm ten gevolge van het<br />

stellen van nieuwe zekerheid.<br />

(xxi) Norm en nadeel.<br />

Vermoedelijk speelde het te maken onderscheid tussen normen en<br />

daarmee te verbinden nadeel het Hof – en wellicht ook de Hoge Raad –<br />

parten. <strong>Het</strong> Hof stelt vast dat het vrijvallen van de performance bonds –<br />

die in feite betrekking hadden op de gevolgen van verliezen door<br />

gedwongen liquidatie – het nadeel zou hebben beperkt. De Pauliananorm<br />

strekt tot bescherming tegen inbreuken op de paritas door<br />

bij<strong>voor</strong>beeld het verschaffen van nieuwe zekerheid. De<br />

liquidatieverliezen spelen geen rol bij die invloed op de rangorde. De<br />

gevolgen van de <strong>voor</strong>tzetting van de onderneming worden beheerst<br />

door de (verlengde) Beklamel-norm. 6:163 BW bepaalt met recht dat<br />

norm en nadeel in onderling verband bezien dienen te worden. Daarmee<br />

366

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!