04.09.2013 Views

Het schemergebied voor faillissement - Höcker Advocaten

Het schemergebied voor faillissement - Höcker Advocaten

Het schemergebied voor faillissement - Höcker Advocaten

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

Hoofdstuk VII<br />

Onder de Beklamel-norm en verlengde Beklamel-norm 648 speelt het wel<br />

of niet marktconform zijn van de prestatie niet, omdat de algemene gevolgen<br />

van exploitatieverliezen toe te rekenen zijn. Voor zover de <strong>voor</strong>tzetting van de<br />

onderneming in strijd met deze normen ook leidt tot liquidatieverliezen, moeten<br />

deze gesaldeerd worden met de positieve effecten van de liquidatie van activa<br />

going concern, zodat er in de praktijk per saldo slechts zelden sprake zal zijn<br />

van noemenswaardige liquidatieverliezen. 649<br />

VII.9.2.2 Voorzienbare verliezen en Pauliana-norm<br />

In VI.3.3.3 is uiteengezet dat volgens vaste rechtspraak 650 de benadeling als<br />

bedoeld in 42 F zich zelf niet ten tijde van de transactie hoeft <strong>voor</strong> te doen.<br />

Voldoende is dat deze aanwezig is op het moment van buitengerechtelijke<br />

vernietiging of het instellen van een vordering daartoe, of op het moment dat de<br />

rechter daarover beslist. De volle omvang van de benadeling hoeft ten tijde van<br />

de benadeling ook niet bekend te zijn (Mello/Staat). 651 Dat betekent ook dat het<br />

optreden van benadeling door de gevolgen van de verwachte insolventie<br />

voldoende is. Daardoor is de Pauliana ook niet beperkt tot alleen transacties<br />

waarvan de wederzijdse rechten en verplichtingen niet in evenwicht zijn. De<br />

vraag of dan ‘benadeling aanwezig is moet worden beantwoord door de<br />

hypothetische situatie waarin schuldeisers zouden hebben verkeerd zonder de<br />

gewraakte handeling te vergelijken met de situatie waarin zij verkeren als die<br />

handeling onaangetast blijft’. 652 Dat zou, als de wederpartij wetenschap van<br />

dreigende insolventie heeft, verstrekkende gevolgen kunnen hebben bij<br />

overeenkomsten die (i) naar hun aard – alle inkoopactiviteiten – tot liquidatieverliezen<br />

leiden of (ii) die in verband met de kosten van de onderneming<br />

indirect tot exploitatieverliezen leiden.<br />

VII.9.2.3 Pauliana-norm: liquidatieverliezen bij marktconforme<br />

prestaties<br />

Als de aspirant-failliet goederen of diensten inkoopt en <strong>faillissement</strong> volgt,<br />

zullen de inkopen – <strong>voor</strong> zover mogelijk en nog aanwezig – geliquideerd moeten<br />

worden. De lagere liquidatiewaarde zal vrijwel altijd betekenen dat de inkoop<br />

nadeel heeft opgeleverd. Bij diensten ligt dat helemaal <strong>voor</strong> de hand, ook bij een<br />

marktconforme inkoopprijs. <strong>Het</strong> eigen vermogen vermindert door het liquidatieverlies.<br />

Ingevolge 51 lid 1 en 3 F moet de wederpartij de koopprijs retourneren<br />

en moet de curator het ontvangene of de waarde als boedelschuld teruggeven<br />

<strong>voor</strong> zover de boedel is ‘gebaat’ en wordt de rest een concurrente <strong>faillissement</strong>sschuld.<br />

648 Zie VII.2.3.<br />

649 Zie verder VII.9.2.6.<br />

650 HR 23-12-1949, NJ 1950, 262 (Boendermaker/Schopman); HR 22-9-1995, NJ 1996, 706<br />

(Ravast/Ontvanger); HR 19-10-2001, NJ 2001, 654 (Diepstraten/Gilhuis q.q.).<br />

651 HR 9-3-1928, NJ 1928, 1217 (Mello/Staat).<br />

652 HR 19-10-2001, NJ 2001, 654 (Diepstraten/Gilhuis q.q.).<br />

226

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!