04.09.2013 Views

Het schemergebied voor faillissement - Höcker Advocaten

Het schemergebied voor faillissement - Höcker Advocaten

Het schemergebied voor faillissement - Höcker Advocaten

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

Toe te rekenen nadeel, fixatie en nuanceringen<br />

verminderingen van eigen vermogen door na ‘m’ aangegane verplichtingen of<br />

onverplichte rechtshandelingen; (c) de eventuele vergroting van het saldo van de<br />

liquidatieverliezen, doordat bij<strong>voor</strong>beeld na ‘m’ de te liquideren <strong>voor</strong>raden<br />

toenemen. Hieronder 556 zal kort ingegaan worden op de vraag van samenloop<br />

van vorderingen die kunnen worden ingesteld door de curator dan wel<br />

individuele crediteuren in verband met het nadeel bedoeld in (a), de<br />

vermindering van verhaalsvermogen. <strong>Het</strong> nadeel bedoeld in (c) is meestal te<br />

verwaarlozen als de onderneming ongeveer evenveel blijft inkopen als<br />

verkopen. Uitgebreid zal worden stilgestaan bij het nadeel bedoeld in (b), de<br />

vermindering van eigen vermogen door <strong>voor</strong>tzetting van de onderneming ten<br />

gevolge van te boeken verliezen. Met name zal worden ingegaan op de<br />

verhouding tussen de vordering van de curator op grond van de Beklamel-norm<br />

en de vordering van individuele crediteuren op grond van de Beklameljurisprudentie.<br />

Als de curator een vordering op grond van de Beklamel-norm<br />

instelt, zal de fixatie ten gevolge moeten hebben dat alle transacties die tezamen<br />

tot verlies leiden, ongedaan gemaakt moeten worden. Logisch gevolg daarvan is<br />

dat dan ook de daardoor en daarna ontstane crediteuren niet in het<br />

<strong>faillissement</strong>spassief betrokken zouden moeten worden. De fixatie heeft dus ook<br />

betekenis <strong>voor</strong> de status van de ‘nieuwe’ crediteuren in het <strong>faillissement</strong>. In dit<br />

onderdeel zal blijken dat er een samenhang bestaat tussen nadeel van ‘nieuwe’<br />

crediteuren, ‘oude’ crediteuren, en <strong>voor</strong>deel en nadeel van de boedel.<br />

De betrokkene kan, anders dan de wederpartij, verantwoordelijk worden<br />

gehouden <strong>voor</strong> álle nadelige gevolgen van de <strong>voor</strong>tzetting van de feitelijk<br />

insolvente onderneming (zie III en Sobi/Hurks II). 557 Doordat de Beklamel-norm<br />

het vermogen in het algemeen fixeert, is de wetenschap van feitelijke insolventie<br />

doorslaggevend <strong>voor</strong> alles wat daarna gebeurt. In dit onderdeel wordt nader<br />

ingegaan op de bijzondere positie van de na feitelijke insolventie ontstane en<br />

onbetaald gebleven ‘nieuwe’ crediteur. Die bijzondere positie is niet los te zien<br />

van de positie van de bestuurder, de boedel en de andere crediteuren.<br />

De uit dit onderdeel <strong>voor</strong>tvloeiende vraag hoe uiteindelijk met de samenloop van vorderingen<br />

omgegaan moet worden, zal worden behandeld in VII.7.4 e.v.<br />

VII.6.2 Communicerende vaten van nieuwe crediteur, bestuurder,<br />

boedel en oude crediteuren: Beklamel-vordering, <strong>voor</strong>deel en<br />

benadelend verlies<br />

Kunnen de curator en/of de ‘nieuwe’ crediteuren een vordering instellen tegen<br />

een betrokkene op grond van de Beklamel-norm, dan bestaat er een<br />

gecompliceerde verhouding tussen nadeel, <strong>voor</strong>deel en omvang van vorderingen<br />

en aansprakelijkheid, waarbij zowel de ‘nieuwe’ crediteuren, de betrokkene, de<br />

boedel en ‘oude’ crediteuren betrokken zijn.<br />

De complexiteit wordt veroorzaakt doordat de effecten zich bij meer<br />

partijen <strong>voor</strong>doen. Omdat in het vermogen van de aspirant-failliet alle<br />

556 Zie VII.7.2.<br />

557 HR 21-12-2001, NJ 2005, 96 (Sobi/Hurks II).<br />

191

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!