04.09.2013 Views

Het schemergebied voor faillissement - Höcker Advocaten

Het schemergebied voor faillissement - Höcker Advocaten

Het schemergebied voor faillissement - Höcker Advocaten

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

Hoofdstuk VII<br />

Zou nu het <strong>faillissement</strong> worden uitgesproken, dan zou na uitwinning/verrekening door de bank<br />

(waarna ook de achterstelling van de lening bij de vordering van de bank verdwijnt) de<br />

liquidatiebalans er als volgt uitzien:<br />

liquide middelen 50 eigen vermogen -1850<br />

onbezwaard actief 100 lening 1000<br />

overige crediteuren 1000<br />

totaal 150 totaal 150<br />

Uitkeringspercentage (zonder preferenties) 150 : 2000 = 7,5%<br />

Echter, na verkrijging van wetenschap van dreigende insolventie betaalt AF, <strong>voor</strong> <strong>faillissement</strong>, de<br />

achtergestelde lening aan K terug via de niets vermoedende bank. Volgt hierna <strong>faillissement</strong>, dan<br />

zou de liquidatiebalans <strong>voor</strong> uitwinning door de bank er als volgt uitzien:<br />

liquide middelen (bij bank) 0 eigen vermogen -1850<br />

bezwaard actief 100 achtergestelde lening 0<br />

onbezwaard actief 100 bank 1050<br />

overige crediteuren 1000<br />

totaal 200 200<br />

En na uitwinning door de bank:<br />

liquide middelen (bij bank) 0 eigen vermogen -1850<br />

Onbezwaard actief 100 bank 950<br />

overige crediteuren 1000<br />

totaal 100 100<br />

uitkeringspercentage 100 : 1950 = 5,1 %.<br />

De bank die na de betaling ook hoort van het dreigende <strong>faillissement</strong>, stelt zowel AF als degene die<br />

de betaling op de achtergestelde lening verkreeg aansprakelijk, omdat zijn positie aanzienlijk is<br />

uitgehold in strijd met gemaakte afspraken. <strong>Het</strong> <strong>faillissement</strong> volgt en de curator spreekt nu degene<br />

die de betaling verkreeg aan, omdat de betaling op de achtergestelde lening niet opeisbaar was en<br />

overigens voldaan wordt aan de wetenschapseis van 42 F. De rechter stelt de curator in het gelijk en<br />

daarna ziet de liquidatiebalans er als volgt uit:<br />

Pauliana-vordering 1000 eigen vermogen -850<br />

onbezwaard actief 100 bank 950<br />

overige crediteuren 1000<br />

totaal 1100 1100<br />

uitkeringspercentage 100 : 1950 = 56,4 %.<br />

<strong>Het</strong> is duidelijk dat de gewone crediteuren de curator dankbaar zullen zijn: <strong>voor</strong> betaling aan K was<br />

het uitkeringspercentage 7,5% en nu is het maar liefst 56,4%. Maar is daar een goede reden <strong>voor</strong>?<br />

Vóór de betaling aan K zou de bank zijn hele vordering betaald hebben gekregen, nu blijft hij zitten<br />

met een vordering van (950-636 =) 314, en daar ligt ook de kern van het verschil. De aanvankelijke<br />

aansprakelijkstelling door de bank van K en AF lijkt niet te kunnen helpen, omdat K terugbetaalt<br />

wat K ten onrechte heeft ontvangen en de betaling door AF aan K <strong>voor</strong> <strong>faillissement</strong> lijkt geen<br />

boedelschuld te kunnen opleveren, terwijl de vordering overigens al per saldo geverifieerd wordt.<br />

<strong>Het</strong> resultaat lijkt zo te zijn dat de actie van de curator de oude situatie niet herstelt alsof<br />

die gefixeerd was, tenminste zolang de positie van de bank daarbij betrokken wordt. Ook de positie<br />

van de bank lijkt mij inhoud te geven aan de gelijkheid van crediteuren behoudens rangorde (in<br />

brede zin). <strong>Het</strong> is dus maar de vraag of dat wel juist is. Je kunt de vraag ook zo stellen: kan het de<br />

bedoeling zijn dat op grond van een benadelingsactie meer dan het werkelijk geleden nadeel ter<br />

verdeling onder de crediteuren in de boedel valt?<br />

188

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!