04.09.2013 Views

Het schemergebied voor faillissement - Höcker Advocaten

Het schemergebied voor faillissement - Höcker Advocaten

Het schemergebied voor faillissement - Höcker Advocaten

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

De ‘Pauliana-norm’ <strong>voor</strong> wederpartijen<br />

meer aan de orde en is het criterium of benadeling van crediteuren moest worden ‘verwacht’. Zie<br />

verder IX.1.2, X.2 en X.4.<br />

In Keulen/BLG 475 ging het over de opzegging door BLG van een rekeningcourantkrediet<br />

bij een Stichting en met name de terugbetaling. <strong>Het</strong> Hof overwoog: ‘Indien BLG<br />

toen reeds ernstig met de mogelijkheid van een tekort rekening had moeten houden in die zin dat er<br />

toen <strong>voor</strong> die mogelijkheid concrete aanwijzingen waren, had BLG er met het oog op de voldoening<br />

van de andere schuldeisers geheel of ten dele van behoren te weerhouden tot de terugtrekking over<br />

te gaan.’ De Hoge Raad beperkt het criterium tot concrete aanwijzingen <strong>voor</strong> de mogelijkheid van<br />

een tekort, dus wetenschap van dreigende insolventie. Zie verder X.5.<br />

In Nimox/van den End q.q. 476 ging het om twee verschillende vorderingen ingesteld door<br />

de curator: ongedaan maken van een dividendbesluit en ongedaan maken van een latere overdracht<br />

van een vordering (ter incasso) aan een financier met een surplus aan zekerheidsrechten. Bij het<br />

dividendbesluit was de bekendheid met ‘de penibele situatie’, d.w.z. dreigende insolventie,<br />

doorslaggevend <strong>voor</strong> de onrechtmatigheid ondanks het bestaan van gunstige toekomstprognoses die<br />

met een beroep op de onverantwoorde financieringsstructuur werden weggewoven. Voor wat<br />

betreft de latere overdracht had het Hof vastgesteld dat op dat moment Nimox geweten moet<br />

hebben dat Auditrade niet meer van de ondergang te redden was. De ‘betaling’ (het onder zekerheid<br />

brengen van een vordering) was dus aanvechtbaar omdat er niet alleen wetenschap van dreigende<br />

maar waarschijnlijk zelfs van feitelijke insolventie bestond. De acties van de curator strekten<br />

inderdaad tot het met terugwerkende kracht ongedaan maken van nadeel. Zie verder X.9.<br />

VI.5.3 De onrechtmatige daad van betrokkenen<br />

Niet alleen wederpartijen, (ex-)crediteuren, waartoe de Pauliana-bepalingen zich<br />

richten, kunnen worden aangesproken. Bij de Beklamel-norm (hoofdstuk III)<br />

zagen we al dat betrokkenen kunnen worden aangesproken op toedoen na<br />

verkrijging van wetenschap van feitelijke insolventie. Dat criterium hield nauw<br />

verband met hun dubbelzinnige taak: het redden van de onderneming en het<br />

beschermen van de belangen van crediteuren in combinatie met de<br />

administratieplicht. Voor zover betrokkenen zich niet inzetten <strong>voor</strong> de redding<br />

werd een uitzondering aangenomen. 477 Dan zal ook <strong>voor</strong> hen de wetenschap van<br />

dreigende insolventie voldoende moeten zijn. Met name bij betrokkenen zal die<br />

wetenschap niet alleen moeten zien op een dreigend liquiditeitstekort maar ook<br />

op een onvoldoende solvabiliteit. 478<br />

VI.5.4 De onrechtmatige daad van willekeurige derden<br />

Wederpartijen/(ex-)crediteuren en betrokkenen hebben een bijzondere relatie tot<br />

het te verdelen vermogen en de Pauliana-norm en de Beklamel-norm vloeien<br />

hieruit <strong>voor</strong>t. Andere derden kunnen ook betrokken zijn bij nadeel. In de eerste<br />

plaats doordat de aspirant-failliet zelf schade lijdt, bij<strong>voor</strong>beeld door een<br />

onrechtmatige daad van die derden. De curator zal de aan de failliet toekomende<br />

rechten kunnen uitoefenen. Maar derden kunnen ook incidenteel betrokken zijn<br />

bij de uitholling van het te verdelen vermogen zelf. Uit Peeters q.q./Gatzen en<br />

Notarissen/Curatoren THB blijkt dat de derden, buiten de kring van de actio<br />

Pauliana, dan ook op een soort Pauliana-norm moeten kunnen worden<br />

475 HR 9-5-1986, NJ 1986, 792 (Keulen/BLG).<br />

476 HR 8-11-1991, NJ 1992, 174 (Nimox/Van den End q.q.).<br />

477 Zie III.4.1.2.<br />

478 Zie VI.4.<br />

153

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!