04.09.2013 Views

Het schemergebied voor faillissement - Höcker Advocaten

Het schemergebied voor faillissement - Höcker Advocaten

Het schemergebied voor faillissement - Höcker Advocaten

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

De verlengde Beklamel-norm en de verantwoorde financieringsstructuur<br />

aandeelhouder jegens een schuldeiser van de vennootschap tot een groter bedrag aansprakelijk<br />

kan zijn uit hoofde van een door hem jegens die schuldeiser gepleegde onrechtmatige daad’. De<br />

beperkte wettelijke eisen die aan het vermogen worden gesteld, zijn dus niet doorslaggevend.<br />

Met wijsheid achteraf kan worden geconstateerd dat de Hoge Raad in Osby<br />

worstelde met drie niet duidelijk onderscheiden normen en de gevolgen die<br />

daaraan moeten worden verbonden:<br />

(a) de gevolgen die crediteuren ondervinden van een tekort aan solvabiliteit dat<br />

ontstaat door de toenemende schuldenlast ten gevolge van verliezen die<br />

door toenemende financiering met vreemd vermogen worden mogelijk<br />

gemaakt (verlengde Beklamel-norm: gevolg van niet-risicodragende<br />

financiering);<br />

(b) de gevolgen die crediteuren ondervinden van een tekort aan liquiditeit dat is<br />

ontstaan na feitelijke insolventie (Beklamel-norm: verliezen na feitelijke<br />

insolventie); 231<br />

(c) de gevolgen van een tekort aan verhaalsmogelijkheden als gevolg van<br />

betaling door nieuwe zekerheid (Pauliana-norm: individuele vermindering<br />

verhaalsvermogen). 232<br />

In de geformuleerde hoofdregel en met name de zinsnede ‘het verloop van zaken in het bedrijf van<br />

de dochter, ten tijde van gedragingen als <strong>voor</strong>meld wist of behoorde te <strong>voor</strong>zien dat nieuwe<br />

schuldeisers zouden worden benadeeld bij gebrek aan verhaal, en desalniettemin nalaat zorg te<br />

dragen dat die schuldeisers worden voldaan’ wordt avant la lettre gerefereerd aan de Beklamelnorm<br />

en de verlengde Beklamel-norm. Dat geldt ook <strong>voor</strong> de overweging: ‘r.o. 15 van het<br />

bestreden arrest moet in deze zin worden begrepen, dat het Hof van oordeel is dat Osby-Zweden<br />

weliswaar na de zekerheidsoverdracht haar krediet aan Osby-Nederland vergroot heeft, maar met<br />

een te gering bedrag om de onrechtmatigheid van haar handelwijze weg te nemen’ in combinatie<br />

met de aangenomen mogelijke aansprakelijkheid van de moeder/financier. De Hoge Raad heeft het<br />

vermoedelijk óók over de Pauliana-norm als het Hof is ‘<strong>voor</strong>bijgegaan aan de in het onderdeel<br />

aangeduide stellingen van Osby-Zweden over de bij haar bestaande gunstige verwachtingen <strong>voor</strong><br />

Osby-Nederland. <strong>Het</strong> Hof had zijn beslissing op dit punt met redenen moeten omkleden, zulks<br />

temeer omdat ingevolge de onder 2 bedoelde regel van belang is of en in hoeverre Osby-Zweden<br />

ten tijde van de zekerheidsoverdracht wist of behoorde te weten dat nieuwe schuldeisers zouden<br />

worden benadeeld’.<br />

De overweging ‘ten tijde van de zekerheidsoverdracht wist of behoorde te weten dat<br />

nieuwe schuldeisers zouden worden benadeeld’ is mijns inziens innerlijk tegenstrijdig, omdat het<br />

nadeel van de nieuwe crediteuren moet ontstaan door nog in de toekomst te lijden verliezen en<br />

moeilijk verband kan houden met een al bestaande wetenschap. 233 De wetenschap ‘ten tijde van de<br />

zekerheidsoverdracht’ sluit aan bij 42 F (actio Pauliana).<br />

In casu bestond er overigens nauwelijks een noodzaak afzonderlijk stil te staan bij de<br />

gevolgen van schending van de verlengde Beklamel-norm. De vordering ter zake van het verleende<br />

krediet was grotendeels en behoudens de beperkte zekerheid onverhaalbaar en in feite dus al<br />

risicodragend. Ook daar<strong>voor</strong> heeft de Hoge Raad oog, zij het dat hij de daaruit volgende vraag niet<br />

zelf beantwoordt. Ook relateert de Hoge Raad deze vraag niet aan de schade bezien vanuit de<br />

financieringsstructuur of de Pauliana-norm: <strong>voor</strong> wat betreft het verband tussen de onrechtmatige<br />

daad van Osby-Zweden en de door LVM geleden schade is ‘niet duidelijk (..) waarom die schade<br />

het gehele bedrag van de vordering van LVM op Osby-Nederland zou belopen.’<br />

231 Zie verder Van Eeghen (2002) <strong>voor</strong> mogelijke andere gevolgen en omvang.<br />

232 Zie verder VI en met name VI.4.<br />

233 Zie ook Van Eeghen (2002).<br />

81

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!