De 3 Fundamenten & De 4 Basisregels voor
De 3 Fundamenten & De 4 Basisregels voor
De 3 Fundamenten & De 4 Basisregels voor
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
<strong>De</strong> Drie <strong>Fundamenten</strong> en Haar Bewijzen<br />
&<br />
<strong>De</strong> Vier <strong>Basisregels</strong> <strong>voor</strong> het pure<br />
Monotheïsme<br />
Door Sheikh Mohammed Ibn ‘Abdul-Wahhaab Rahimahu Allah
In de Naam van Allah, de Barmhartige, de Genadevolle<br />
<strong>De</strong> drie fundamenten en haar bewijzen<br />
Weet, moge Allah u genade schenken, dat het verplicht is <strong>voor</strong> ons om vier<br />
zaken te kennen:<br />
1. Kennis hebben over wie Allah is, wie Zijn profeet is en het kennen van de<br />
islamitische religie en ook de bewijsvoeringen.<br />
2. Ernaar te handelen.<br />
3. Ernaar uitnodigen.<br />
4. Volharden bij het verkondigen ervan.<br />
Het bewijs hiervan zijn de Woorden van Allah, waarbij Hij Ta’ala zegt: “Bij de<br />
tijd. Voorwaar, de mens lijdt zeker verlies. Behalve degenen die geloven en<br />
goede daden verrichten en elkaar aansporen tot de Waarheid en elkaar<br />
aansporen tot geduld.” [103: 1-3].. Imam as-Shaafi'ee moge Allah hem genadig<br />
zijn heeft gezegd: “Als Allah geen ander motief naar Zijn schepselen neer gezonden had,<br />
dan zou deze Surat voldoende <strong>voor</strong> hen zijn.”<br />
Imam al-Bihari, moge Allah hem genadig zijn heeft gezegd: “Het boek der kennis<br />
gaat <strong>voor</strong> de uitspraak en het praktiseren.” Het bewijs hiervan zijn de Woorden van<br />
Allah Verheven is Hij, waarbij Hij zegt: “Weet dat er geen god is dan Allah en<br />
vraag om vergeving <strong>voor</strong> jouw zonden.” [47: 19]<br />
Hij, de Verhevene, gebood om als eerste te beginnen met het vergaren van<br />
kennis en daarna het uit te spreken en het vervolgens in praktijk te brengen.<br />
Weet, moge Allah u genade schenken, dat het <strong>voor</strong> een moslim[a] verplicht is<br />
om zich bewust te zijn van de volgende drie zaken en ernaar te handelen:<br />
1.] Dat Allah ons geschapen heeft en <strong>voor</strong>zien heeft van allerlei <strong>voor</strong>zieningen en<br />
Hij heeft ons niet verwaarloosd. Hij heeft een boodschapper naar ons gezonden,<br />
degene die hem gehoorzaamt zal het Paradijs betreden en degene die hem<br />
ongehoorzaam is zal het hellevuur betreden. Het bewijs hier<strong>voor</strong> zijn de woorden<br />
van Allah Verheven en Geprezen is Hij: "Voorwaar, Wij hebben een<br />
boodschapper tot jullie gezonden als getuige over jullie, zoals Wij tot Fir’awn<br />
een boodschapper zonden. Toen was Fir’awn de boodschapper ongehoorzaam,<br />
waarop Wij hem grepen met een verschrikkelijke greep.” [73:15-16]
2.] Dat het niet hoort om een deelgenoot toe te kennen aan Allah Ta’ala in Zijn<br />
aanbidding; geen enkele engel noch een gezonden profeet. Het bewijs hier<strong>voor</strong> is<br />
dat Allah zegt: “En <strong>voor</strong>waar, de moskeeën behoren aan Allah toe: roept dan<br />
naast Allah niet een aan.” [72: 18]<br />
3.] Dat het degene die de profeet gehoorzaam is en de eenheid van Allah Alleen<br />
erkent, niet toegestaan is om loyaal te zijn aan degenen die Allah en Zijn<br />
boodschapper ongehoorzaam zijn, ook al is het een naast familielid. Allah de<br />
Verhevene zegt hierover: “Jij vindt geen volk dat in Allah en in de Laatste Dag<br />
gelooft dat degenen die Allah en Zijn boodschapper tegenstreven bevriend,<br />
ook al zijn het hun vaders, of hun zonen of hun broeders of hun stamgenoten.<br />
Zij zijn degenen bij wie Hij het geloof in hun harten heeft geschreven en Hij<br />
versterkt hen met hulp van Hem, en Hij doet hen Tuinen binnengaan waar de<br />
rivieren onder door stromen. Zij zijn daarin eeuwig levenden. Allah heeft<br />
welbehagen aan hen en zij hebben welbehagen aan Hem. Zij zijn degenen die<br />
van de groep van Allah zijn. Weet: <strong>voor</strong>waar, de groep van Allah is de<br />
winnaar.” [58: 22]<br />
Weet, moge Allah u leiden naar Zijn aanbidding, dat de Hanafiyyah de religie<br />
van Ibrahim vrede zij met hem is, het duidt aan dat men Allah met zuiver geloof<br />
moet aanbidden, en dat is de boodschap die Hij de gehele mensheid heeft<br />
bevolen en daar<strong>voor</strong> heeft Hij hen geschapen, zoals Allah de Verhevene zegt:<br />
“En Ik heb de djinn en de mens slechts geschapen om Mij te aanbidden.” [51:<br />
56]<br />
<strong>De</strong> betekenis van aanbidding hier is het erkennen van Zijn Eenheid. Voorwaar,<br />
het grootste bevel dat Allah bevolen heeft is de Tawheed: dit is het toeweiden<br />
van aanbidding aan Allah. <strong>De</strong> grootste zaak die hij verafschuwt en verboden<br />
heeft is Shirk [afgoderij], wat het aanbidden en aanroepen van iemand anders<br />
naast Hem inhoudt. Het bewijs hierop zijn de woorden van Allah, waarbij Hij<br />
zegt: “En aanbidt Allah en kent Hem in niets een deelgenoot toe.” [4: 36]<br />
Als u gevraagd wordt: ‘Wat zijn de drie fundamenten die ieder mens dient te weten?<br />
Geef dan als antwoord dat de dienaar zijn Rabb [Heer], Religie en de profeet<br />
Mohammed vrede zij met hem moet kennen.
Het eerste fundament<br />
Het kennen van de Rabb<br />
Als u de vraag gesteld krijgt: “Wie is jouw Rabb?”<br />
Geef dan als antwoord: “Mijn Rabb is Allah, Die mij en alle werelden geschapen<br />
heeft en die zijn grootgebracht door Zijn Genade. Mijn aanbidding is alleen <strong>voor</strong><br />
Hem, aan niemand anders wend ik de aanbidding.” Het bewijs hier<strong>voor</strong> is dat<br />
Allah de Verhevene heeft gezegd: “Alle lof zij Allah, de Heer der Werelden.”<br />
[1: 2]. Alles buiten Allah behoort tot de werelden en ik ben één van die<br />
werelden.<br />
Als je de vraag gesteld krijgt: “Hoe ben je erachter gekomen dat je Rabb bestaat?”<br />
Geef dan als antwoord: “Middels Zijn tekenen en schepselen en tot Zijn tekenen<br />
behoort de avond en de dag, de zon en de maan. Wat ook tot zijn schepselen<br />
behoort, zijn de zeven hemelen en de zeven aarden en wat erin zit.” Het bewijs<br />
hier<strong>voor</strong> is dat Allah gezegd heeft: “En tot Zijn Tekenen behoren de nacht en<br />
de dag, en de zon en de maan. Knielt jullie niet neer <strong>voor</strong> de zon en niet <strong>voor</strong><br />
de maan, maar knielt jullie neer <strong>voor</strong> Allah, <strong>De</strong>gene Die hen heeft geschapen,<br />
als jullie alleen Hem aanbidden.” [41: 37]<br />
Hij heeft ook gezegd: “Voorwaar, jullie Heer is Allah, <strong>De</strong>gene Die de hemelen<br />
en de aarde in zes dagen [perioden] heeft geschapen. Vervolgens zetelde Hij<br />
zich op de Troon. Hij doet de nacht de dag bedekken, die hem haastig najaagt:<br />
en de zon, de maan en de sterren zijn aan Zijn bevel onderworpen. Weet, dat<br />
scheppen en bevelen aan Hem is <strong>voor</strong>behouden. Gezegend zij Allah, de Heer<br />
der werelden.” [7: 54]<br />
<strong>De</strong> Rabb is <strong>De</strong>gene Die aanbeden wordt. Het bewijs hier<strong>voor</strong> is dat Allah gezegd<br />
heeft: “O mensen, aanbidt jullie Heer, <strong>De</strong>gene Die jullie en degenen <strong>voor</strong><br />
jullie heeft geschapen. Hopelijk zullen jullie [Allah] vrezen. <strong>De</strong>gene Die de<br />
aarde <strong>voor</strong> jullie heeft gemaakt tot een tapijt en de hemel tot een gewelf en Hij<br />
zendt water uit de hemel neer, waarmee Hij vervolgens vruchten <strong>voor</strong>tbrengt<br />
als <strong>voor</strong>ziening <strong>voor</strong> jullie. Kent daarom geen deelgenoten toe aan Allah,<br />
terwijl jullie [het] weten.” [2: 21-22]
Al-Hafith ibn Kathir, moge Allah hem genadig zijn heeft gezegd: “<strong>De</strong> Schepper van<br />
deze schepselen is <strong>De</strong>gene Die het recht heeft om aanbeden te worden, de<br />
aanbiddingsoorten die Hij heeft bevolen zijn bij<strong>voor</strong>beeld, de Islam, Iman en Ihsan. Wat<br />
ook tot aanbidding behoord is Doe’a [smeekbeden], vrees en hoop hebben in Hem,<br />
vertrouwen in Hem, het streven naar het Paradijs en vrees hebben van de Hel, Khushoo’<br />
en het nederig zijn aan Hem, hulp en steun zoeken bij Hem, het slachten van dieren<br />
namens Hem, en het afleggen van eden en andere soorten aanbiddingvormen die Allah<br />
bevolen heeft, alle aanbiddingen behoren alleen aan Allah toe. Het bewijs hier<strong>voor</strong> is dat<br />
Allah zegt: “En <strong>voor</strong>waar, de moskeeën behoren aan Allah toe: roept dan naast<br />
Allah niet één aan.” [72: 18]<br />
<strong>De</strong>gene die een deel van deze aanbidding aan iemand anders naast Allah richt, is<br />
een ongelovige polytheïst. Het bewijs hier<strong>voor</strong> is dat Allah de Verhevene zegt:<br />
“En wie een andere god aanroept naast Allah, waar<strong>voor</strong> hij geen bewijs heeft:<br />
<strong>voor</strong>waar, zijn afrekening is bij zijn Heer. Voorwaar, de ongelovigen zullen<br />
niet welslagen.” [23: 117]<br />
<strong>De</strong> boodschapper van Allah vrede zij met hem heeft gezegd: “Doe’a is<br />
aanbidding.” [at-Tirmithi] Het bewijs is dat Allah zei: “En jullie Heer zei: “Roept<br />
Mij aan, Ik zal jullie verhoren. Voorwaar, degenen die te hoogmoedig zijn om<br />
Mij te aanbidden zullen de Hel binnengaan als vernederden.” [40: 60]<br />
Het bewijs <strong>voor</strong> vrees <strong>voor</strong> Allah, is dat Allah de Verhevene zegt in de Koran:<br />
“Wees daarom niet bang <strong>voor</strong> hen, wees bang <strong>voor</strong> Mij, indien jullie gelovigen<br />
zijn.” [3: 175]. Het bewijs <strong>voor</strong> de hoop in Allah is dat Allah zegt: “Wie dan<br />
hoopt op de ontmoeting met zijn Heer: laat hem goede daden verrichten en<br />
laat hem bij de aanbidding van zijn Heer niet eéń deelgenoot toekennen.” [18:<br />
110]<br />
Het bewijs <strong>voor</strong> het vertrouwen in Allah is dat Allah zegt: “En stelt jullie<br />
vertrouwen op Allah, indien jullie gelovigen zijn.” [5: 23] En ook zegt Hij<br />
Verheven is Hij: “En [<strong>voor</strong>] wie op Allah vertrouwt, is Hij voldoende.” [65: 3]<br />
Het bewijs <strong>voor</strong> liefde, vrees en nederigheid is dat Allah de Verhevene zegt:<br />
“Voorwaar, zij wedijverden in goede daden en riepen ons aan, verlangend<br />
[naar Onze Genade] en vol ontzag [<strong>voor</strong> Onze bestraffing]. En zij waren<br />
nederig tegenover Ons.” [21: 90]
Het bewijs <strong>voor</strong> ontzag is dat Allah zegt: “En vrees hen daarom niet, maar vrees<br />
Mij, opdat Ik Mijn gunst aan jullie zal vervolmaken. En hopelijk zullen jullie<br />
rechte leiding volgen.” [2: 150]. Het bewijs <strong>voor</strong> onderdanigheid is dat Allah<br />
heeft gezegd: “En keer terug tot jullie Heer.” [39: 54]. Het bewijs <strong>voor</strong> steun en<br />
hulp is dat Allah zegt: “U alleen aanbidden wij en U alleen vragen wij om<br />
hulp.” [1: 5] En in een overlevering staat: “Als je hulp zoekt, zoek het dan bij<br />
Allah.” [Sahih at-Tirmithi]<br />
Het bewijs <strong>voor</strong> het zoeken naar toevlucht bij Hem is dat Allah de Verhevene<br />
zegt: “Zeg: “Ik zoek bescherming bij de Heer der dageraad.” [113: 1] En ook:<br />
“Zeg: ”Ik zoek bescherming bij de Heer van de mensen.” [114: 1].<br />
Het bewijs <strong>voor</strong> het vragen <strong>voor</strong> bemiddeling is dat Allah de Verhevene zegt:<br />
“Toen jullie je Heer [bij de Slag van Badr] om hulp vroegen en Hij jullie<br />
verhoorde.” [8: 9] Het bewijs <strong>voor</strong> het offeren van dieren is dat Allah de<br />
Verhevene zegt: “Zeg: ‘Voorwaar, mijn Salaat, mijn offers, mijn leven en mijn<br />
sterven zijn opgedragen aan Allah, Heer der Werelden. Hij heeft geen<br />
deelgenoten, en dat is mij bevolen [te verkondigen], en ik ben de eerste van de<br />
moslims.” [6: 162-163]<br />
En uit de Sunnah: “Allah vervloekt degene die <strong>voor</strong> iemand anders dan Allah<br />
[een dier] offert.” Het bewijs <strong>voor</strong> het afleggen van eden is dat Allah de<br />
Verhevene zegt: “Zij vervulden hun geloften. En zij vreesden een Dag waarvan<br />
het kwaad verschrikkelijk is.” [76: 7]
Het tweede fundament<br />
Bewust zijn van wat de Islam is, met de bewijzen<br />
Islam is overgave aan Allah Ta'ala door Zijn Eenheid te erkennen,<br />
gehoorzaamheid aan Zijn Bevelen en vermijding van Shirk [polytheïsme] en haar<br />
aanhangers. Islam bestaat uit drie gradaties: Islam, Iman en Ihsan en iedere<br />
gradatie heeft haar zuilen.<br />
<strong>De</strong> eerste gradatie: <strong>De</strong> vijf zuilen van de Islam<br />
Het getuigen dat er geen godheid bestaat naast Allah en dat Mohammed Zijn<br />
boodschapper is, het verrichten van het gebed, het betalen van de Zakaat, het<br />
vasten in Ramadan en het bezoeken van het Huis [bedevaart]. Het bewijs <strong>voor</strong> de<br />
getuigenis is dat Allah de Verhevene zegt: “Allah getuigt dat er geen god is dan<br />
Hij en [ook] de Engelen en de bezitters van kennis, standvastig in de<br />
gerechtigheid. Er is geen god dan Hij, de Almachtige, de Alwijze.” [6: 162-163].<br />
<strong>De</strong> betekenis hiervan is dat niemand naast Allah aanbeden mag worden. “Er is<br />
geen god” is een ontkenning van al hetgeen wat naast Allah aanbeden wordt, en<br />
“behalve Hij” is een erkenning dat de aanbidding Alleen aan Allah Ta’ala<br />
toebehoort, dat Hij de Enige is Die geen deelgenoten heeft in Zijn aanbidding,<br />
zoals Hij geen deelgenoten heeft in Zijn Macht. Dit wordt verduidelijkt doordat<br />
Allah zegt: “En [gedenkt] toen Ibrahim tot zijn vader en zijn volk zei:<br />
“Voorwaar, ik ben niet verantwoordelijk <strong>voor</strong> wat jullie aanbidden. Behalve<br />
[<strong>voor</strong> mijn aanbidding van] <strong>De</strong>gene Die mij heeft geschapen: <strong>voor</strong>waar, Hij zal<br />
mij leiden. En hij maakte het [getuigen van de eenheid van Allah] tot een<br />
blijvend woord onder zijn nakomelingen. Hopelijk zullen zij terugkeren.” [43:<br />
26-28]<br />
En ook: “Zeg: ”O lieden van de schrift, komt tot een gelijkluidend woord<br />
tussen ons en jullie: dat wij niemand dan Allah aanbidden en dat wij niets<br />
naast Hem tot deelgenoot maken en dat wij elkaar niet als heren naast Allah<br />
plaatsen: Als zij zich dan afwenden, zegt dan: “Getuigt dat wij ons [aan Allah]<br />
overgegeven hebben.” [3: 64]
Het bewijs dat Mohammed vrede zij met hem de boodschapper is van Allah, is<br />
dat Allah de Verhevene zegt: “Voorzeker, er is een boodschapper tot jullie<br />
gekomen uit jullie eigen midden. Zwaar <strong>voor</strong> hem is jullie lijden, vurig wenst<br />
hij het goede <strong>voor</strong> jullie, <strong>voor</strong> de gelovigen is hij liefdevol en barmhartig.” [9:<br />
128].<br />
<strong>De</strong> betekenis van de getuigenis dat Mohammed de boodschapper is van Allah, is<br />
dat hij gehoorzaamd dient te worden in zaken die hij bevolen heeft en hetgeen<br />
wat hij bekend gemaakt heeft, geloven in hetgeen wat hij verboden heeft<br />
verklaard en wat hij verafschuwt vermijden, en dat Allah Ta’ala niet aanbeden<br />
wordt behalve met hetgeen dat legitiem is verklaard.<br />
Het bewijs <strong>voor</strong> de Salaat en de Zakaat en de uitleg van de Tawheed is o.a. dat<br />
Allah de Verhevene zegt: “Zij werden niets anders bevolen dan Allah met<br />
zuivere aanbidding te aanbidden, als Hunafa. En [ook] de salat te verrichten<br />
en de zakaat te geven en dat is de rechte godsdienst.” [98: 5].<br />
Het bewijs <strong>voor</strong> het vasten is dat Allah de Verhevene zegt: “O jullie die geloven,<br />
het vasten is jullie verplicht, zoals het ook verplicht was <strong>voor</strong> hen vóór jullie,<br />
hopelijk zullen jullie [Allah] vrezen.” [2: 183]<br />
Het bewijs <strong>voor</strong> de Hadj is: “En Allah heeft <strong>voor</strong> de mensen de bedevaart<br />
verplicht gesteld, [<strong>voor</strong> hen] die in staat zijn daarheen op weg te gaan. En wie<br />
ongelovig is: Allah heeft geen behoefte aan de werelden.” [3: 97]<br />
<strong>De</strong> tweede gradatie: Iman<br />
Dit bevat iets meer dan zeventig onderdelen. <strong>De</strong> hoogste in rang is het zeggen<br />
van “La illaha illa Allah” en de laagste in rang is het weghalen van obstakels van<br />
de weg. Schaamte is een onderdeel van Iman. <strong>De</strong> zuilen van de Iman zijn er zes:<br />
dat je gelooft in Allah, Zijn engelen, Zijn Boeken, Zijn boodschappers, de Dag<br />
des Oordeels en het geloven in de lot het goede en het slechte ervan.<br />
Het bewijs <strong>voor</strong> deze zes zuilen is dat Allah de Verhevene gezegd heeft: “Het is<br />
geen vroomheid dat jullie je gezichten naar het oosten en het westen wenden,<br />
maar vroom is wie gelooft in Allah en het Hiernamaals en de engelen en de<br />
schriften en de profeten.” [2: 177]. Het bewijs dat <strong>voor</strong> de lotsbestemming geldt<br />
is dat Allah gezegd heeft: “Voorwaar, Wij hebben alle zaken volgens een<br />
bepaalde maatgeving geschapen.” [54: 49]
<strong>De</strong> derde gradatie: Ihsan<br />
<strong>De</strong>ze bevat maar één zuil en deze is: “Het aanbidden van Allah net of als je hem ziet<br />
en als je Hem niet ziet, weet dan dat Hij jou wel ziet.” Het bewijs hier<strong>voor</strong> is dat<br />
Allah de Verhevene zegt: “Voorwaar, Allah is met degenen die [Hem] vrezen en<br />
met degenen die weldoeners zijn.” [16: 128]. En ook “En vertrouw op de<br />
Almachtige, de Meest Barmhartige. <strong>De</strong>gene Die jou ziet als jij staat [te<br />
bidden]. En jou bewegingen [ziet] onder de knielenden. Voorwaar, Hij is de<br />
Alhorende, de Alwetende.” [26: 217-220]. En ook dat Hij zegt: “En jij houdt je<br />
niet met een zaak bezig, en niets draag jij daarover van de Koran <strong>voor</strong>, en jullie<br />
verrichten geen werk, of Wij zijn over jullie Getuigen wanneer jullie daarin<br />
verdiept zijn.” [10: 61]<br />
Het bewijs uit de Sunnah is de algemeen bekende Hadith van Djibril [as] die<br />
overgeleverd is door ‘Umar, hij zei: “Toen wij op een dag bij de boodschapper van<br />
Allah zaten, verscheen er een man <strong>voor</strong> ons, in stralend witte kleren en met gitzwarte<br />
haren, aan wie niet te merken was dat hij een lange reis afgelegd had. Niemand van ons<br />
kende hem. Hij ging <strong>voor</strong> de profeet zitten, met zijn knieën tegen die van de profeet en met<br />
zijn handen op zijn dijen en zei: “O Mohammed, vertel me wat Islam is?” <strong>De</strong> profeet<br />
vrede zij met hem antwoordde: “Islam houdt in dat je getuigt, dat er geen god<br />
is dan Allah en dat Mohammed de boodschapper van Allah is, dat je het gebed<br />
verricht, de Zaakat betaalt, tijdens de maand Ramadan vast en de bedevaart<br />
naar het Huis Verricht, als je daartoe in staat bent.” Waarop hij zei: “U heeft<br />
juist gesproken.” Wij waren verbaasd dat hij hem eerst iets had gevraagd en daarna<br />
het antwoord bevestigde. Daarna zei hij: “Vertel mij wat Iman is?” Hij antwoordde:<br />
“Het houdt in dat je gelooft in Allah, in Zijn engelen, in Zijn Boeken, in Zijn<br />
profeten en in de Laatste Dag en dat je gelooft dat zowel het goede als het<br />
slechte <strong>voor</strong>beschikt is.” “U heeft juist gesproken,” zei hij, en daarna: “Vertel mij<br />
wat Ihsan is?” Hij antwoordde: “Het houdt in dat je Allah aanbidt alsof je hem<br />
ziet en als je hem niet ziet, besef dat hij jou wel ziet.” Toen zei hij: “Vertel me<br />
over het uur?” Hij antwoordde: “Daarover weet de ondervraagde niet meer dan<br />
de vrager.” Vervolgens zei hij: “Vertel me dan over de tekenen ervan?” Hij<br />
antwoordde: “Dat de slavin haar meester zal baren en dat je ziet dat op blote<br />
voeten lopende, naakte en behoeftige schaapherders met elkaar wedijveren in<br />
het bouwen van hoge huizen.” Hierna ging hij [de vreemdeling] weg en ik bleef<br />
daar enige tijd zitten, totdat hij [de profeet ] me vroeg: “O ‘Umar, weet jij wie<br />
die vragensteller was?” Ik antwoordde: “Allah en Zijn boodschapper weten het ’t<br />
beste.” “Het was Gabriël,” zei de profeet: “Hij kwam om jullie je godsdienst te<br />
leren.” [Sahih Muslim]
Het derde fundament<br />
Ervan bewust zijn wie jullie profeet Mohammed is<br />
Hij is Mohammed, zoon van ‘Abdillah Ibn ‘Abdul-Muttalib Ibn Haashim.<br />
Haashim was een lid van de stam van Quraysh, en Quraysh was een Arabische<br />
stam. <strong>De</strong> Arabieren zijn de afstammelingen van Isma’il, de zoon van Ibrahim al-<br />
Khalil [moge de genaden en zegeningen van Allah met hen zijn en met onze<br />
profeet]. Mohammed vrede zij met hem had een leeftijd van 63 jaar bereikt, 40<br />
jaar ervan was <strong>voor</strong> de periode van zijn profeet-schap en 23 jaar heeft hij als<br />
profeet en boodschapper geleefd.<br />
Hij was als profeet aangesteld door de openbaring van Iqra: “lees” [Surat al-<br />
‘Alaq: 96], en werd boodschapper verklaard door hem al-Muddatthir [te<br />
openbaren]. Hij werd geboren te Mekka en emigreerde naar Medina. Allah heeft<br />
hem gestuurd om tegen Shirk te waarschuwen en zodat hij naar de Tawheed<br />
uitnodigt. Het bewijs hier<strong>voor</strong> is dat Allah de Verhevene zegt: “O jij<br />
ommantelde. Sta op en waarschuw. En prijs de grootheid van jouw Heer. En<br />
reinig jouw kleding. En vermijd de zondigheid. En geef niet om meer te<br />
ontvangen. En wees geduldig omwille van jouw Heer.” [74: 1-7]<br />
<strong>De</strong> betekenis van “Sta op en waarschuw” is het waarschuwen tegen shirk en<br />
verkondigen en uitnodigen naar de Tawheed. “En prijs de grootheid van jouw<br />
Heer”: prijst Hem door Tawheed toe te passen. “En reinig jouw kleding” , d.w.z<br />
vermijd Shirk in jouw handelingen. “En vermijdt de zondigheid” [Arabisch:<br />
“Wa'r Ridjza fahdjur”]: ar-Ridjz zijn de standbeelden, “Hdjurha – laten, vermijden”<br />
is het laten en afstand nemen ervan en van degenen die haar aanhangen. Hij<br />
bleef tien jaar uitnodigen naar de Tawheed. Na het 10e jaar maakte hij de reis<br />
naar de hemel, waarbij de vijf gebeden op hem verplicht werden gesteld. Hij<br />
heeft het gebed drie jaar lang in Mekka verricht. Daarna werd hij bevolen om te<br />
emigreren naar Medina.<br />
<strong>De</strong> emigratie is de emigratie uit het land van het polytheïsme naar het land der<br />
Islam. Emigratie is een plicht <strong>voor</strong> deze Ummah uit het land van het<br />
polytheïsme naar het land der Islam. <strong>De</strong>ze zal blijven bestaan totdat het Uur<br />
plaatsvindt.
Het bewijs hier<strong>voor</strong> is dat Allah de Verhevene zegt: “Voorwaar, [tot] degenen<br />
waarvan de zielen door de engelen worden meegenomen, en die<br />
onrechtvaardig tegenover zichzelf waren, zeggen zij: “In wat <strong>voor</strong> toestand<br />
waren jullie [toen jullie stierven].?” Zij zeggen: “Wij waren de onderdrukten<br />
op aarde.” Zij [de engelen] zeggen: “Was de aarde van Allah niet [zo]<br />
uitgestrekt dat jullie daarop hadden kunnen uitwijken?” Zij zijn degenen<br />
wiens verblijfplaats de Hel is. En het is de slechtste bestemming!” Behalve de<br />
onderdrukten van de mannen en de vrouwen en de kinderen die niet tot<br />
macht in staat zijn, en die geen weg kunnen vinden. Zij zijn het van wie Allah<br />
hopelijk [de fouten] zal uitwissen. En Allah is Vergevend, Vergevensgezind.”<br />
[4: 97-99]. En ook zegt Hij de Verhevene: “O Mijn dienaren die geloven;<br />
<strong>voor</strong>waar, Mijn aarde is wijd, aanbidt daarom slechts Mij.” [29: 56]<br />
Al-Baghawi [moge Allah hem genadig zijn] heeft gezegd: “<strong>De</strong> oorzaak van<br />
openbaring van deze Ayaah aan de moslims toentertijd die in Mekka waren en nog niet<br />
geëmigreerd waren, Allah riep hen aan namens de Iman [geloof].” Het bewijs uit de<br />
Sunnah <strong>voor</strong> de emigratie is dat de profeet heeft gezegd: “<strong>De</strong> emigratie zal niet<br />
ophouden totdat berouw tonen ophoudt, en berouw zal niet ophouden totdat<br />
de zon opkomt van het westen.”<br />
Toen hij zich vestigde in Medina, beval hij de rest van de islamitische<br />
wetgevingen, zoals de Zakaat, het vasten, Hadj [bedevaart], Jihad [heilige strijd],<br />
Athan [oproep tot het gebed], het verafschuwen van het slechte en andere<br />
islamitische plichten en regels. Dit nam in totaal tien jaar in beslag, hierna<br />
overleed hij en zijn religie bestaat tot de dag van vandaag nog steeds.<br />
<strong>De</strong>ze religie laat geen enkele goede zaak liggen zonder deze Ummah ernaar te<br />
verwijzen en geen slechte zaak zonder er tegen te waarschuwen. Het goede<br />
waarnaar het verwijst is de Tawheed en al hetgeen waarvan Allah houdt en<br />
waarover Hij tevreden is. En het slechte is al hetgeen waar hij tegen<br />
gewaarschuwd heeft en al hetgeen wat Allah afkeurt en verafschuwt.<br />
Allah heeft hem gezonden naar de gehele mensheid en heeft de<br />
verantwoordelijken uit de djinn en de mensheid verplicht gesteld om hem te<br />
gehoorzamen.
Het bewijs hier<strong>voor</strong> is dat Allah de Verhevene zegt: “Zeg: “O mensen, <strong>voor</strong>waar,<br />
ik ben de boodschapper van Allah <strong>voor</strong> jullie allen.” [7: 158]. Met hem heeft<br />
Hij de religie vervolmaakt en het bewijs hier<strong>voor</strong> is dat Hij de Verhevene zegt:<br />
“Vandaag heb Ik jullie godsdienst <strong>voor</strong> jullie vervolmaakt en heb Ik Mijn<br />
gunst <strong>voor</strong> jullie volledig gemaakt en heb ik de Islam <strong>voor</strong> jullie als godsdienst<br />
gekozen.” [5: 3]<br />
Het bewijs dat de profeet overleden is, is dat Hij de Verhevene zegt: “Voorwaar,<br />
jij zult sterven en <strong>voor</strong>waar, zij zullen sterven. Daarna zullen jullie op de Dag<br />
der Opstanding bij jullie Heer met elkaar redetwisten.” [39: 30-31]. Wanneer<br />
de mensen overlijden, zullen zij de wederopstanding meemaken. Het bewijs<br />
hier<strong>voor</strong> is dat Hij de Verhevene zegt: “Uit haar hebben Wij jullie geschapen en<br />
daarin zullen Wij jullie terug doen keren en daaruit zullen Wij jullie een<br />
andere keer opwekken.” [20: 55]. En Hij zegt ook: “En Allah heeft jullie als<br />
schepselen <strong>voor</strong>tgebracht uit de aarde. Daarna keert Hij jullie in haar terug en<br />
brengt Hij jullie eruit te<strong>voor</strong>schijn.” [71: 17-18]<br />
Na hun leven worden zij berecht en worden zij beloond naar hun daden, het<br />
bewijs hier<strong>voor</strong> is dat Hij de Verhevene zegt: “Opdat Hij degenen die kwaad<br />
verrichtten zal vergelden <strong>voor</strong> wat zij deden en opdat Hij degenen die goed<br />
deden zal belonen met het beste [het Paradijs].” [53: 31]<br />
<strong>De</strong>gene die de wederopstanding ontkent zal ongelovig worden, het bewijs<br />
hier<strong>voor</strong> is dat Allah de Verhevene zegt: “<strong>De</strong>genen die ongelovig zijn<br />
veronderstellen dat zij niet opgewekt zullen worden. Zeg: "Welzeker, bij mijn<br />
Heer! Jullie zullen zeker opgewerkt worden en vervolgens zullen jullie op de<br />
hoogte gebracht worden van wat jullie bedreven hebben. En dat is <strong>voor</strong> Allah<br />
gemakkelijk.” [64: 7]<br />
Allah heeft alle boodschappers gestuurd om naar het succes te verkondigen en<br />
de mensen te waarschuwen, het bewijs hier<strong>voor</strong> is dat Allah de Verhevene zegt:<br />
“[Wij zonden] boodschappers als brengers van verheugende tijdingen en als<br />
waarschuwers opdat de mens geen excuus tegenover Allah zou hebben na de<br />
boodschappers.” [4: 165]<br />
<strong>De</strong> eerste van hen is Noeh vrede zij met hem en de laatste is Mohammed. Het<br />
bewijs dat Noeh de eerste was, is dat Allah de Verhevene zegt: “Voorwaar, Wij<br />
hebben aan jou geopenbaard zoals Wij aan Noeh en de profeten na hem<br />
openbaarden.” [4: 163].
Allah heeft naar ieder volk een boodschapper gestuurd vanaf het tijdperk van<br />
Noeh tot aan Mohammed, die hen bevolen om Allah alleen te aanbidden en<br />
hen verafschuwde en verboden om de Thaaghoot te aanbidden. Het bewijs<br />
hier<strong>voor</strong> is dat Allah de Verhevene heeft gezegd: “En <strong>voor</strong>zeker, Wij hebben<br />
aan iedere gemeenschap een boodschapper gezonden [die zei]: “Aanbidt Allah<br />
en houdt afstand van de Thaagoot.” [16: 36]<br />
Allah heeft al Zijn dienaren verplicht gesteld om de Thaagoot niet te aanbidden<br />
en te vermijden en in Allah te geloven. Imam ibn al-Qayyim [moge Allah hem<br />
genadig zijn] heeft gezegd: “<strong>De</strong> Thaagoot is al hetgeen waarmee de dienaar zijn grenzen<br />
overschrijdt door het te aanbidden, te volgen of te gehoorzamen.”<br />
Er zijn te veel Thawaagheet en er zijn vijf grote:<br />
1. Iblis [moge Allah hem vervloeken].<br />
2. <strong>De</strong>gene die aanbeden wordt en die daarover tevreden is.<br />
3. <strong>De</strong>gene die de mensen oproept om hem te aanbidden.<br />
4. <strong>De</strong>gene die beweert iets te kennen van het onwaarneembare.<br />
5. <strong>De</strong>gene die regeert met iets anders dan wat Allah geopenbaard heeft.<br />
Het bewijs hier<strong>voor</strong> is dat Allah de Verhevene zegt: “Er is geen dwang in de<br />
godsdienst. Waarlijk, de rechte leiding is duidelijk onderscheiden van de<br />
dwaling, en hij die de Thaaghoot verwerpt en in Allah gelooft: hij heeft zeker<br />
het stevigste houvast gegrepen.” [2: 256]<br />
Dit is de betekenis van “La ilaha illa Allah”. In een overlevering staat het<br />
volgende: “<strong>De</strong> kern is de Islam en de ruggengraat ervan is het gebed en de<br />
hoogste rang daarvan is de Jihad op de weg van Allah.” [Musnad Ahmad & an-Nasa'i]
Vier basisregels <strong>voor</strong> het pure Monotheïsme<br />
Allah de Almachtige, Heer van de Glorieuze Troon, ik bid dat Hij jou, beste<br />
lezer, zal leiden in deze wereld en de volgende; dat Hij jou altijd zal zegenen,<br />
waar je ook bent; dat Hij jou één van degenen maakt, die Zijn Gunsten<br />
herkennen, die standvastig blijven wanneer ze moeilijkheden treffen en berouw<br />
tonen en Zijn vergiffenis zoeken wanneer ze ongehoorzaam zijn of zondigen.<br />
<strong>De</strong>ze drie eigenschappen zijn de kenmerken van succes.<br />
Weet dat zuivere aanbidding en monotheïsme, wat de religie van Ibrahim vrede<br />
zij met hem is, bestaat uit het aanbidden van Allah alleen, en volledig toewijden<br />
aan Zijn aanbidding. Allah heeft gezegd [vertaling]: “En Ik heb de djinn en de<br />
mens slechts geschapen om Mij te aanbidden.” [51: 56]<br />
Zodra je weet dat Allah jou geschapen heeft om Hem te aanbidden, zal je je<br />
realiseren dat er geen dienaar schap kan zijn zonder zuiver monotheïsme<br />
[Arabisch: Tawheed]. Net zoals dat het gebed niet geaccepteerd wordt zonder<br />
reinheid en er geen sprake kan zijn van reinheid als men onrein is, is er geen<br />
aanbidding van Allah wanneer men anderen met Hem vereenzelvigt [Arabisch:<br />
Shirk]. Door anderen naast Allah te stellen bevuilt men de aanbidding en zo<br />
worden daden vruchteloos en wordt men verdoemd tot het eeuwige hellevuur<br />
[moge Allah ons hiertegen beschermen].<br />
Wanneer je dit erkent, beste lezer, dan zal je je realiseren dat je grootste zorg<br />
moet zijn dat je over deze kennis beschikt, zodat Allah je redt van de<br />
afschuwelijke bestemming van de Hel. Allah de Verhevene heeft gezegd:<br />
“Waarlijk, Allah vergeeft niet dat men iets met Hem vereenzelvigt, maar Hij<br />
zal al hetgeen daarbuiten staat vergeven, wie Hij wil. En wie iets met Allah<br />
vereenzelvigt, heeft inderdaad een zeer grote zonde begaan.” [4: 48]<br />
<strong>De</strong>ze essentiële kennis bestaat uit vier basisregels, die Allah de Verhevene heeft<br />
genoemd in Zijn Boek.
<strong>De</strong> Eerste Regel<br />
<strong>De</strong> eerste regel is het hebben van de kennis dat de ongelovige heidenen, die de<br />
tegenstanders waren van de profeet Mohammed die hij bestreden had, erkenden<br />
dat Allah de Verhevene, moge Hij verheerlijkt worden, inderdaad de Schepper,<br />
Voorziener en de Maker van deze wereld is. Dit maakte hen echter niet tot<br />
moslims. Het bewijs hier<strong>voor</strong> vinden we in de Ayaah [vertaling]: “Zeg: "Wie<br />
schenkt jullie <strong>voor</strong>zieningen uit de hemel en de aarde,” of: “Wie heeft macht<br />
over [het scheppen van] het horen en het zien en wie brengt het levende <strong>voor</strong>t<br />
uit het dode en wie brengt het dode <strong>voor</strong>t uit het levende, en wie verordent<br />
het bestuur?” Zij zullen zeggen: ‘Allah.’ Zeg dan: “Zullen jullie [Allah] dan niet<br />
vrezen?” [10: 31]<br />
<strong>De</strong> Tweede Regel<br />
<strong>De</strong> tweede regel is het weten dat de ongelovigen claimen dat zij niet tot hun<br />
afgodsbeelden bidden maar dat ze hen slechts aanroepen om <strong>voor</strong>spraak te<br />
krijgen en dichterbij tot Allah te komen. Allah de verhevene zegt hierover: “En<br />
degenen die naast Hem beschermers nemen [zeggen]: ‘Wij aanbidden hen<br />
slechts opdat zij ons zo dicht mogelijk tot Allah brengen.’ Voorwaar, Allah zal<br />
tussen hen rechtspreken over dat waarover zij van mening verschillen.<br />
Voorwaar, Allah leidt niet degene die een zeer ongelovige leugenaar is.” [39: 3]<br />
Het bewijs over <strong>voor</strong>spraak vindt men in de woorden van Allah, waarbij Hij de<br />
Verhevene zegt: “En zij aanbidden naast Allah wat hen niet schaadt en hen niet<br />
baat, en zij zeggen: “<strong>De</strong>zen zijn onze <strong>voor</strong>sprekers bij Allah...” [10: 18]<br />
Voorspraak wordt onderverdeeld in twee soorten: Een onwettige en wettige<br />
<strong>voor</strong>spraak.<br />
<strong>De</strong> verboden vorm is de <strong>voor</strong>spraak [Shafa’aah] die gezocht wordt bij anderen<br />
dan Allah, naar dingen waar alleen Hij de macht over heeft om ze te kunnen<br />
geven. Bewijs hier<strong>voor</strong> is de Ayaah: “O jullie die geloven: geeft van dat waar<br />
Wij jullie mee <strong>voor</strong>zien hebben, <strong>voor</strong>dat de Dag komt waarop er geen handel,<br />
geen vriendschap, en geen <strong>voor</strong>spraak zal zijn. En de ongelovigen: zij zijn de<br />
onrechtvaardigen.” [2: 254]<br />
<strong>De</strong> toegestane vorm van <strong>voor</strong>spraak is datgene dat van Allah gevraagd wordt,<br />
waarbij de bemiddelaar deze gunst van Allah krijgt. <strong>De</strong>gene <strong>voor</strong> wie bemiddeld<br />
wordt is degene waarover Allah tevreden is. Allah de Verhevene heeft gezegd:<br />
“...Wie is degene die van <strong>voor</strong>spraak is bij Hem zonder Zijn verlof?...” [2: 255]
<strong>De</strong> <strong>De</strong>rde Regel<br />
Dat de profeet kwam van een gemeenschap mensen die verschillende vormen<br />
van aanbidding hadden. Sommigen aanbaden engelen, andere aanbaden<br />
profeten en vromen, andere aanbaden bomen en stenen en andere aanbaden de<br />
zon en de maan. <strong>De</strong> boodschapper van Allah heeft hen bestreden en heeft hen<br />
niet in verschillende groepen gelaten. Het bewijs hier<strong>voor</strong> is dat Allah de<br />
Verhevene heeft gezegd: “En bestrijd hen totdat er geen Fitnah meer is en de<br />
godsdienst geheel <strong>voor</strong> Allah is...” [8: 39]<br />
Het bewijs dat hen verboden is om de zon te aanbidden, is dat Allah de<br />
Verhevene zegt: “En tot Zijn Tekenen behoren de nacht en de dag, en de zon<br />
en de maan. Knielt jullie niet neer <strong>voor</strong> de zon en niet <strong>voor</strong> de maan, maar<br />
knielt jullie neer <strong>voor</strong> Allah, <strong>De</strong>gene Die hen heeft geschapen, als jullie alleen<br />
Hem aanbidden.” [41: 37]<br />
Het bewijs dat het verboden is om de engelen te aanbidden, is dat Allah de<br />
Verhevene zegt: “En Hij beveelt jullie niet de engelen en de profeten als heren<br />
te nemen.” [3: 80]<br />
Het bewijs dat het aanbidden van profeten verboden is, daarover zegt Allah: “En<br />
[gedenkt] toen Allah zei: “O, ‘Isa, zoon van Maryam, heb jij tegen de mensen<br />
gezegd: ‘Neemt mij en mijn moeder tot twee goden naast Allah?’ Hij [‘Isa] zei:<br />
‘Heilig bent U! Nooit zou ik kunnen zeggen waarop ik geen recht heb. Indien<br />
ik dat gezegd had, zou U dat zeker geweten hebben. U weet wat er in mijn ziel<br />
is, en ik weet niet wat er in Uw Ziel is. Voorwaar, U bent de Kenner van het<br />
onwaarneembare.” [5: 116]<br />
Het bewijs dat het verboden is om vromen te aanbidden, is dat Allah zegt: “Zij<br />
[de veel goden aanbidders] zijn degenen die aanroepen, [en zij die aangeroepen<br />
worden] zoeken naar een middel tot hun Heer. Wie van hen het dichtst bij<br />
[hun Heer] zijn en op Zijn Barmhartigheid hopen en Zijn bestraffing vrezen..."<br />
[17: 57]<br />
Het bewijs dat het aanbidden van bomen en stenen verboden is, is dat Allah de<br />
Verhevene zegt: “Zien jullie [veel goden aanbidders] dan al-laat en al-‘Oezzaa?<br />
En Manaat, de andere, de derde?” [53: 19-20]
En ook de overlevering van Abi Waaqied al-Laythie moge Allah tevreden met<br />
hem zijn, hij zei: “Wij vertrokken samen met de profeet naar Hunayn – wij waren pas<br />
bekeerd uit ongeloof – de polytheïsten hadden een lotusboom waar zij zich naar toe<br />
wendden en hun wapens erbij neerlegden, die Daat Anwaath heet. Wij kwamen <strong>voor</strong>bij<br />
de lotusboom en zeiden: ‘O boodschapper van Allah, maak <strong>voor</strong> ons een Daat<br />
Anwaath zoals zij ook Daat Anwaath hebben.’ Toen zei de boodschapper van<br />
Allah: “Glorieus is Allah, dit is hetzelfde wat het volk van Moesa heeft gezegd<br />
tegen Moesa, maak <strong>voor</strong> ons een god zoals zij ook een god hebben. Bij <strong>De</strong>gene<br />
die mijn ziel in Zijn handen heeft, jullie zullen de weg volgen van degenen<br />
<strong>voor</strong> jullie” [Sunan at-Tirmithi]<br />
<strong>De</strong> Vierde Regel<br />
<strong>De</strong> polytheïsten van onze tijd begaan een groter polytheïsme dan degenen <strong>voor</strong><br />
hen. Omdat degenen die toen leefden polytheist waren in aangename tijden en<br />
waren zuiver in monotheïsme in moeilijke tijden, de polytheïsten van onze tijd<br />
passen hun polytheïsme in aangename en moeilijke tijden toe: “En als zij op de<br />
schepen varen, dan roepen zij Allah aan, Hem zuiver aanbiddend. Maar zodra<br />
Hij hen dan heeft gered [en] aan land heeft gebracht, dan kennen zij<br />
deelgenoten [aan Allah] toe.” [29: 65]<br />
En moge de vrede en zegeningen van Allah zijn met onze profeet, zijn<br />
familieleden en metgezellen.