^tjeh'g gfoote Np^igil - Acehbooks.org
^tjeh'g gfoote Np^igil - Acehbooks.org ^tjeh'g gfoote Np^igil - Acehbooks.org
25 vele aangrijpende indrukken, welke wij toen verkregen, elkander verdrongen. De geheele strijd, die geen vijf minuten duurde, was afgeloopen, alvorens wij eigenlijk begrepen, dat het werkelijkheid en geen droom was. Toch wil ik trachten het visioen, dat zich toen aan mijne oogen voordeed, hier te beschrijven. Op het oogenblik, dat het zware schot viel, stormden 15 à 20 Atjehers bijna gelijktijdig uit verschillende punten van het boschje op het tot een tiental passen genaderde peloton, dat. zooals ik reeds zooeven zeide, op twee geledereu uit de flank met den versnelden en zelfs gedeeltelijk met den looppas liep. aan. De luitenant de Sturler en de sergeant Braskamp, die de voorsten van het peloton waren, bleven, evenals de negen reeds genoemde soldaten, moedig stand houden. Zij allen werden in enkele sekonden omsingeld door de Atjehers, waarvan de meesten in de linkerhand eene lans en in de rechterhand een klewang hielden. Onder aanroeping of juister onder uitgalming van Allah's naam en even als slangen zich kronkelende', buigende en dicht langs den grond voortschuivende, stortten de Atjehers zich in blinde woede en met ware doodsverachting op onze soldaten. Enkelen dezer ontvingen reeds een houw of een steek, alvorens zij met hun geweer, dat van „Over" in de positie van „Velt" gebracht moest worden, een steek gegeven of een schot gedaan hadden. Zoo kreeg o. a. de sergeant Braskamp al dadelijk een flinken klewanghouw boven den enkel van den linkervoet en viel neder. Daarop met moeite opstaande, zag hij op enkele passen afstand van zich den luitenant de Sturler, wiens sabel blijkbaar niet bestand tegen de uitmuntende klingen, waarvan de klewangs vervaardigd zijn, krom geslagen was en die reeds een houw in de rechterzijde even boven de heup ontvangen had, zijn revolver trekken en op de hem omringende Atjehers schieten.
26 Sergeant Braskamp, hoewel bijna niet meer in staat te loopen, wil toch zijn luitenant te hulp komen, doch alvorens hij hem bereikt heeft, wordt hij zelf weder aangevallen door een paar Atjehers en ontvangt lanssteken in den linkerarm en linkerhand en een klewanghouw over de linkerdij. Dapper weerden zich onze soldaten, geschoten werd er, meenen wij, behalve de enkele revolverschoten van den luitenant de Sturler, in het geheel niet. Het was de bajonet, die zich kruiste met klewang en lans. Aan onze oogen deed zich een mêlée, een kluwen van soldaten en Atjehers voor, die onderling stieten, hieuwen en sloegen. De meesterlijke wijze, waarop de Atjeher zijn klewang hanteert, gevoegd bij zijne groote lenigheid, vlugheid en buigzaamheid, waren zeker de oorzaken, dat in dit handgemeen onze soldaten meer houwen ontvingen, dan steken uitdeelden. Na enkele minuten van een verwoed gevecht kwam er een stilstand en de Atjehers, een drietal dooden achterlatende en eenige gewonden medesleepende, trokken zich in het boschje terug, terwijl bijna gelijktijdig de gewonde luitenant de Sturler met den zwaar gewonden sergeant Braskamp en de gewonde fuseliers Navarro en Westerhout naar den hoofdtroep van de voorhoede, staande westwaarts van den grafheuvel, terugweken. Zeven onzer soldaten bleven nabij het boschje op den grond liggen, zes hunner waren reeds dood of bewusteloos. Eén echter en wel de fuselier van Overmeiren leefde nog, doch was niet meer in staat op te staan, noch zich op te richten. Slechts nu en dan stak hij eene bloedende hand in de hoogte, ongetwijfeld om aan zijne kameraden te toonen, dat hij nog leefde. Maar ook voor de bloeddorstige Atjehers, die zich nog altijd in het boschje in zijne onmiddellijke nabijheid ophielden, was dat opsteken van de handen een teeken, dat er nog meer menschenbloed te vergieten viel. Herhaaldelijk zagen wij dan ook een Atjeher uit het boschje te voorschijn komen, langs den
- Page 1 and 2: t%' VAN ^tjeh'g gfoote Np^igil DOOK
- Page 4 and 5: ^ L SNELPERhl'iXk \ , . i' i . .
- Page 7 and 8: I. DE GROOTE MISSIGIT VAN ATJEH. At
- Page 9 and 10: 7 De Missigit zelf was een vierhoek
- Page 11 and 12: 9 Het grondvlak der geheele binnenr
- Page 13 and 14: 11 Weinigen dachten toen, dat de ve
- Page 15 and 16: 13 vonden de officieren van Gezondh
- Page 17 and 18: 15 De ransels werden achtergelaten,
- Page 19 and 20: 17 Doch wanneer men bedenkt, dat in
- Page 21 and 22: 19 de groote Missigit uitstrekte, (
- Page 23 and 24: 21 Hoe veranderde in korte oogenbli
- Page 25 and 26: 28 uit een donderbus of lilla, dat
- Page 28: üt'l eerste fevecht; pai;. '23.
- Page 33 and 34: 28 Daar ziet men een hand, waarvan
- Page 35 and 36: 30 die straf geweest zijn, dat van
- Page 37 and 38: 52 De tirailleurs van de twee compa
- Page 39 and 40: 34 tijd te verliezen met — hoe ko
- Page 41 and 42: :J0 Zij werden opgesteld ter rechte
- Page 43 and 44: OS de hoogte met boom en het suiker
- Page 45 and 46: 40 hitte in de open, droge sawalivl
- Page 47 and 48: 42 waarin geen opening gevonden wer
- Page 49 and 50: 4 Bedreigingen, zelfs die van met d
- Page 51 and 52: 4 r, Van een overhaasten terugtocht
- Page 53 and 54: 48 Den majoor Cavaljé waren verder
- Page 55 and 56: 50 De colonne Lauer-Albrecht rukte
- Page 57 and 58: 52 later vielen vier onzer gewond d
- Page 59 and 60: 54 Zeker deed hij zoo zeven schoten
- Page 61: 56 nu reeds de commandanten der twe
- Page 65 and 66: 57 Aan het hoofd marcheerde de klei
- Page 67 and 68: 59 voorover, zag over den muur naar
- Page 69 and 70: 61 oogenblik het leven van een offf
- Page 71 and 72: 63 den vijand te ongelijk, want ree
- Page 73 and 74: (35 snelvuur op de Atjehers, die hu
- Page 75 and 76: 67 Onder een hevig vuur en geheel o
- Page 77 and 78: 69 aangeloopen om te waarschuwen, d
26<br />
Sergeant Braskamp, hoewel bijna niet meer in staat te loopen,<br />
wil toch zijn luitenant te hulp komen, doch alvorens hij hem<br />
bereikt heeft, wordt hij zelf weder aangevallen door een paar<br />
Atjehers en ontvangt lanssteken in den linkerarm en linkerhand<br />
en een klewanghouw over de linkerdij.<br />
Dapper weerden zich onze soldaten, geschoten werd er,<br />
meenen wij, behalve de enkele revolverschoten van den luitenant<br />
de Sturler, in het geheel niet. Het was de bajonet, die<br />
zich kruiste met klewang en lans. Aan onze oogen deed zich<br />
een mêlée, een kluwen van soldaten en Atjehers voor, die onderling<br />
stieten, hieuwen en sloegen.<br />
De meesterlijke wijze, waarop de Atjeher zijn klewang hanteert,<br />
gevoegd bij zijne groote lenigheid, vlugheid en buigzaamheid,<br />
waren zeker de oorzaken, dat in dit handgemeen onze<br />
soldaten meer houwen ontvingen, dan steken uitdeelden.<br />
Na enkele minuten van een verwoed gevecht kwam er een<br />
stilstand en de Atjehers, een drietal dooden achterlatende en<br />
eenige gewonden medesleepende, trokken zich in het boschje<br />
terug, terwijl bijna gelijktijdig de gewonde luitenant de Sturler<br />
met den zwaar gewonden sergeant Braskamp en de gewonde<br />
fuseliers Navarro en Westerhout naar den hoofdtroep van de<br />
voorhoede, staande westwaarts van den grafheuvel, terugweken.<br />
Zeven onzer soldaten bleven nabij het boschje op den grond<br />
liggen, zes hunner waren reeds dood of bewusteloos. Eén echter<br />
en wel de fuselier van Overmeiren leefde nog, doch was<br />
niet meer in staat op te staan, noch zich op te richten. Slechts<br />
nu en dan stak hij eene bloedende hand in de hoogte, ongetwijfeld<br />
om aan zijne kameraden te toonen, dat hij nog leefde.<br />
Maar ook voor de bloeddorstige Atjehers, die zich nog altijd<br />
in het boschje in zijne onmiddellijke nabijheid ophielden, was<br />
dat opsteken van de handen een teeken, dat er nog meer<br />
menschenbloed te vergieten viel. Herhaaldelijk zagen wij dan<br />
ook een Atjeher uit het boschje te voorschijn komen, langs den