WAAR Stedelijk openbaar vervoer in Europa – 26 voorbeelden - Crow

WAAR Stedelijk openbaar vervoer in Europa – 26 voorbeelden - Crow WAAR Stedelijk openbaar vervoer in Europa – 26 voorbeelden - Crow

03.09.2013 Views

Inleiding . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . WAAR Stedelijk openbaar vervoer in Europa Dit rapport bevat voorbeelden van stedelijk, agglomeratief en stadsgewestelijk openbaar vervoer in zesentwintig Europese steden. Het is gemaakt om de lezer te inspireren op een drietal aandachtsgebieden: welke mogelijkheden zijn er om het vacuüm tussen stoptrein (te snel, te weinig haltes) en stedelijk vervoer (te langzaam, te veel haltes) beter in te vullen? Velen delen de constatering dat in het Nederlandse openbaar vervoer grotendeels een systeemlaag ontbreekt op de forensenafstanden (verplaatsingen tussen 10 en 40 km). Zie ook het CVOV-rapport ‘NET ertussenin’; met welke doelen zijn buitenlandse openbaarvervoersystemen aangelegd? Wat dit betreft kan dit rapport als illustratie dienen bij het CVOVrapport ‘Doelen met openbaar vervoer’; welke elementen gebruiken buitenlandse steden om te komen tot hoogwaardig openbaar vervoer? En welke positieve en ook negatieve ervaringen kunnen we in de Nederlandse planvorming meenemen? Een kijkje over de grens kan ons helpen bij het oplossen van de eigen problematiek. We kunnen veel leren van buitenlandse benaderingen en toegepaste elementen. Bijvoorbeeld de technisch-functionele benadering in Duitsland, het ruimtelijk-esthetische accent in Frankrijk en de PPS-benadering in het Verenigd Koninkrijk. Maar we moeten wel bedenken dat lang niet alles één-op-één kopieerbaar is. De bestuurlijke, financiële en organisatorische kaders zijn per land verschillend. Verder zijn er allerlei technische verschillen. Bovendien moet wat betreft light rail worden geconstateerd dat het in Nederland slechts in beperkte mate mogelijk is gebruik te maken van het spoorwegnet. Het treinverkeer is in ons land meestal intensiever en daarnaast verdraagt het beleid te komen tot een betrouwbaar treinsysteem zich moeilijk met menging met ‘derde’ systemen. Ten slotte moet ervoor worden gewaakt dat fascinatie voor buitenlandse oplossingen niet overslaat in luchtkastelen: onrealistische wensbeelden als oplossing die niet in verhouding staan tot de problematiek. Gekozen is voor een accent op Engelse (7), Franse (7) en Duitse (6) systemen. Verder zijn zes steden uit ‘overig Europa’ opgenomen: uit Zweden, Ierland, België, Spanje, Zwitserland en Oostenrijk. Er is gemikt op een zekere diversiteit in technieken, functies, schaal en type stad. Sommige systemen hebben een hoofdfunctie, andere zijn aanvullend. De meeste systemen zijn na 1990 tot stand gekomen, andere zijn historisch gegroeid en eventueel gerationaliseerd of gemoderniseerd. Bij de voorbereiding van de ‘fact sheets’ is gebruik gemaakt van desk research, van informatiesets die de steden hebben aangeleverde en van het internet. De steden zijn niet bezocht; er zijn geen interviews gehouden. De steden zijn in alfabetische volgorde opgenomen. De beschrijvingen hebben een vaste opbouw: de geografische context, met een kaartje van het gebied dat de lijnen bedienen; kenmerken van het systeem: nadruk op het tracé van de lijn of het netwerk (incl. kaart); beschrijving gebruikte techniek: typering van het systeem en beschrijving materieel; totstandkoming van het systeem: doelstellingen en ontwikkeling; 4

. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Tabel Begrippen die in verschillende landen worden gebruikt voor typen openbaar vervoer 1 Een snelle zoekactie op het internet leverde een lijst van zo’n vijftien verschillende definities op. WAAR Stedelijk openbaar vervoer in Europa organisatie en exploitatie; conclusies, met eventueel toepasbaarheid in Nederland; bronnen en een adres voor nadere informatie. Een grote verscheidenheid aan technieken en begrippen Stedelijk en stadsgewestelijk openbaar vervoer kent vele verschijningsvormen. In deze catalogus worden alleen lichte systemen besproken. Stadsgewestelijke treinsystemen vallen buiten het gekozen kader. Aan de orde komen (automatische) metro’s, vormen van light rail, interlokale en lokale tramnetten en systemen van geleide bussen. En dan zijn er nog allerlei hybride vormen, met name tussen light rail en tram in, zoals de ons bekende sneltram. Bij gebrek aan voldoende goede voorbeelden is er slechts één buitenlands HOV-bussysteem opgenomen. Nederland is hier zelf voortrekker in. Om spraakverwarring te voorkomen is het nuttig stil te staan bij enkele begrippen en deze te positioneren ten opzichte van benamingen in andere talen. Vooral het begrip light rail vraagt enige toelichting, omdat dit op uiteenlopende manieren wordt gedefinieerd 1 . Waar sommigen light rail slechts met één of enkele technische oplossingen associëren, zien anderen het als een paraplu waar allerlei mogelijke verschijningsvormen onder kunnen vallen, zowel op het gebied van de voertuigen als van de infrastructuur. In Nederland verstaan we er meestal onder een railgebonden openbaarvervoersysteem, lichter dan een traditionele trein, voor verplaatsingen tussen 10 en 40 km dat geheel of gedeeltelijk gebruikt maakt van het spoorwegnet en eventueel ook van lokale netten. De treinachtige variant van light rail, die uitsluitend van de spoorweg gebruik maakt wordt in Nederland light train genoemd (elders niet); de deelverzameling die zowel het lokale als het spoorwegnet gebruikt wordt in navolging van het buitenland steeds vaker tramtrain genoemd. Verwarrend is voorts het gebruik van de benaming Docklands Light Rail voor een systeem dat in feite behoort tot de familie van metrosystemen. Een andere bron van verwarring vormen agglomeratieve tramlijnen met overwegend vrije baan en relatief grote halteafstand. In Nederland gebruiken we hiervoor de benaming ‘sneltram’, terwijl Angelsaksische landen ze onder de paraplu light rail schaart en Duitsland het begrip ‘Stadtbahn’ hanteert. Geleidebussen ten slotte, zijn voertuigen die door een opstaande rand, via een middenrail, via optische lezers of met magnetische bakens in de baan worden geleid. Nederlands Duits Frans Engels . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Stoptrein, GEN (Ge- S-Bahn, Regional RER (Réseau Commuterrail westelijk Expresnet), (express) Bahn Expres Régional) light train . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Metro, ondergrondse U-Bahn Metro, VAL Undergrond . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Light rail, sneltram, Stadtbahn Métro léger Light rail . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Tram Strassenbahn Tramway Tram, light rail . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Geleidebus Spurbus Tramway-sur-pneus (Kerb) guided bus . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . HOV-bus . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 5

. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .<br />

Tabel<br />

Begrippen die <strong>in</strong> verschillende landen<br />

worden gebruikt voor typen <strong>openbaar</strong><br />

<strong>vervoer</strong><br />

1 Een snelle zoekactie op het <strong>in</strong>ternet<br />

leverde een lijst van zo’n vijftien verschillende<br />

def<strong>in</strong>ities op.<br />

<strong>WAAR</strong> <strong>Stedelijk</strong> <strong>openbaar</strong> <strong>vervoer</strong> <strong>in</strong> <strong>Europa</strong><br />

<strong>–</strong> organisatie en exploitatie;<br />

<strong>–</strong> conclusies, met eventueel toepasbaarheid <strong>in</strong> Nederland;<br />

<strong>–</strong> bronnen en een adres voor nadere <strong>in</strong>formatie.<br />

Een grote verscheidenheid aan technieken en begrippen<br />

<strong>Stedelijk</strong> en stadsgewestelijk <strong>openbaar</strong> <strong>vervoer</strong> kent vele verschijn<strong>in</strong>gsvormen.<br />

In deze catalogus worden alleen lichte systemen besproken.<br />

Stadsgewestelijke tre<strong>in</strong>systemen vallen buiten het gekozen kader. Aan de<br />

orde komen (automatische) metro’s, vormen van light rail, <strong>in</strong>terlokale en<br />

lokale tramnetten en systemen van geleide bussen. En dan zijn er nog allerlei<br />

hybride vormen, met name tussen light rail en tram <strong>in</strong>, zoals de ons<br />

bekende sneltram. Bij gebrek aan voldoende goede <strong>voorbeelden</strong> is er slechts<br />

één buitenlands HOV-bussysteem opgenomen. Nederland is hier zelf voortrekker<br />

<strong>in</strong>.<br />

Om spraakverwarr<strong>in</strong>g te voorkomen is het nuttig stil te staan bij enkele<br />

begrippen en deze te positioneren ten opzichte van benam<strong>in</strong>gen <strong>in</strong> andere<br />

talen. Vooral het begrip light rail vraagt enige toelicht<strong>in</strong>g, omdat dit op uiteenlopende<br />

manieren wordt gedef<strong>in</strong>ieerd 1 . Waar sommigen light rail slechts<br />

met één of enkele technische oploss<strong>in</strong>gen associëren, zien anderen het als<br />

een paraplu waar allerlei mogelijke verschijn<strong>in</strong>gsvormen onder kunnen vallen,<br />

zowel op het gebied van de voertuigen als van de <strong>in</strong>frastructuur. In<br />

Nederland verstaan we er meestal onder een railgebonden <strong>openbaar</strong><strong>vervoer</strong>systeem,<br />

lichter dan een traditionele tre<strong>in</strong>, voor verplaats<strong>in</strong>gen tussen<br />

10 en 40 km dat geheel of gedeeltelijk gebruikt maakt van het spoorwegnet<br />

en eventueel ook van lokale netten. De tre<strong>in</strong>achtige variant van light rail, die<br />

uitsluitend van de spoorweg gebruik maakt wordt <strong>in</strong> Nederland light tra<strong>in</strong><br />

genoemd (elders niet); de deelverzamel<strong>in</strong>g die zowel het lokale als het<br />

spoorwegnet gebruikt wordt <strong>in</strong> navolg<strong>in</strong>g van het buitenland steeds vaker<br />

tramtra<strong>in</strong> genoemd. Verwarrend is voorts het gebruik van de benam<strong>in</strong>g<br />

Docklands Light Rail voor een systeem dat <strong>in</strong> feite behoort tot de familie<br />

van metrosystemen. Een andere bron van verwarr<strong>in</strong>g vormen agglomeratieve<br />

tramlijnen met overwegend vrije baan en relatief grote halteafstand. In<br />

Nederland gebruiken we hiervoor de benam<strong>in</strong>g ‘sneltram’, terwijl<br />

Angelsaksische landen ze onder de paraplu light rail schaart en Duitsland het<br />

begrip ‘Stadtbahn’ hanteert. Geleidebussen ten slotte, zijn voertuigen die<br />

door een opstaande rand, via een middenrail, via optische lezers of met<br />

magnetische bakens <strong>in</strong> de baan worden geleid.<br />

Nederlands Duits Frans Engels<br />

. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .<br />

Stoptre<strong>in</strong>, GEN (Ge- S-Bahn, Regional RER (Réseau Commuterrail<br />

westelijk Expresnet), (express) Bahn Expres Régional)<br />

light tra<strong>in</strong><br />

. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .<br />

Metro, ondergrondse U-Bahn Metro, VAL Undergrond<br />

. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .<br />

Light rail, sneltram, Stadtbahn Métro léger Light rail<br />

. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .<br />

Tram Strassenbahn Tramway Tram, light rail<br />

. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .<br />

Geleidebus Spurbus Tramway-sur-pneus (Kerb) guided bus<br />

. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .<br />

HOV-bus <strong>–</strong> <strong>–</strong> <strong>–</strong><br />

. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .<br />

5

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!