Jaarboek Thomas Instituut 1989 - Thomas Instituut te Utrecht

Jaarboek Thomas Instituut 1989 - Thomas Instituut te Utrecht Jaarboek Thomas Instituut 1989 - Thomas Instituut te Utrecht

thomasinstituut.org
from thomasinstituut.org More from this publisher
03.09.2013 Views

46 Franciscus de Victoria Ten derde bestaat er een verschil tussen een privé persoon en de staat. Immers, hoewel een privé persoon zichzelf en zijn eigendommen mag verdedigen, mag hij toch zichzelf niet wreken en alleen bij een rechter om schadeloosstelling verzoeken. (20) Als het tegendeel geoorloofd was, dat wil zeggen dat iedereen rechter in zijn eigen zaak zou zijn, dan zou de wereld (21) niet bestuurd kunnen worden. Dit zou niet alleen in strijd zijn met het goddelijke recht maar ook met het natuurrecht. Een staat heeft echter volledig de bevoegdheid om zich te wreken, zijn eigendommen terug te halen en zijn vijanden te straffen. Het punt is duidelijk: als dit niet zou kunnen, dan zou op aarde wanorde heersen en zou men schade door slechte mensen toegebracht moeten dulden. Hieruit volgt dat de staat in deze drie opzichten - namelijk het zich op vijanden wreken, het terughalen van zijn eigendommen en het straffen van de vijanden - over vijanden en onderdanen hetzelfde gezag bezit. Als een staat hiertoe de bevoegdheid heeft, dan mag een vorst, die zijn macht door de staat bezit, dit ook. 4. Een discussiepunt is: welke gemeenschap kunnen wij een staat noemen? Mijn opvatting is dat, zoals Aristoteles zegt, een staat zich zelf genoeg moet zijn. (22) Een gemeenschap die de bevoegdheid heeft om de drie genoemde dingen te doen - namelijk om zich zelf te wreken enzovoort - is daarom een staat. Welke gemeenschap heeft echter deze drie dingen? Cajetanus is van mening dat een gemeenschap geen staat genoemd wordt omdat hij één hoofd heeft, maar omdat hij een volmaakte staat is en geen onderdeel van een andere staat en zijn zaken bestuurt samen met een andere. Het is daarbij niet van belang of de staat ondergeschikt is aan een andere of niet. (23) Vandaar dat de hertog van Milaan een oorlog kan beginnen als het nodig is, want ook al is hij een onderdaan van de keizer, toch is deze staat volmaakt en vormt hij geen gemeenschap met een andere. Hieruit blijkt ook hoe een koning die aan de keizer ondergeschikt is iemand de oorlog kan verklaren en ook wie oorlogen kan verklaren. S. Discussiepunten rond de grond van de oorlog. Wij hebben betoogd dat een koning om zijn goederen terug te krijgen en zich te wreken oorlog kan voeren. Welnu, mogen wij vanwege een verbond oorlog voeren, bij voorbeeld om een andere vorst die onrecht aangedaan wordt te helpen? Mijns inziens mag dit. omdat vrienden in zekere zin één zijn met ons. (21) Ten tweede volgt dit uit het feit dat als wij

COMMENT AAR OP THOMAS' DE BELLO 47 onrecht te verduren hebben, wij de Portugezen te hulp mogen roepen. Wij mogen hen dus ook ondersteunen. 6. Mag men ook de onderdanen tegen hun vorst verdedigen, wanneer hij hen onrecht doet? Mag men tegen een koning oorlog voeren? Mijns inziens is dit niet geoorloofd als de zaak twijfelachtig is. Men zou namelijk een staat in wanorde brengen, als andere vorsten, om iemand die zich over zijn koning beklaagt te helpen, ten strijde mogen trekken. Verder is de vorst zelf de rechter in deze zaak. De zaak moet dus niet door anderen beslist worden. Ten tweede, als het vast staat dat de onderdanen door hun koning onrecht wordt aangedaan, dan mogen de edelen de strijd aanbinden met hun vorst. En in het algemeen geldt dat, wanneer de onderdanen het recht van oorlog tegen hun koning hebben, de edelen voor het volk mogen strijden. De reden is dat een volk onschuldig is en het de edelen vrij staat om op grond van het natuurrecht de wereld (25) tegen onrecht te verdedigen, zoals ten tijde van Peter, (26) koning van Spanje, gebeurd is. Hij was een tiran en de koning der Fransen streed tegen Peter ter wille van een andere zoon. 7. Men stelt nu aan de orde of wanneer het om het goed van een ander gaat, bij voorbeeld om het hertogdom van Milaan: mag de koning van Spanje de hertog van Milaan beschermen tegen de koning van Frankrijk? (27) Mijn opvatting is dat, wanneer het een goed van ons betreft, het volstrekt geoorloofd is. Als het niet duidelijk is wie de eigenaar is, dan is de aanspraak van de feitelijke bezitter beter. Men oordeelt dan op dezelfde wijze als bij een privé persoon. Als ik eraan twijfel of een kleed van mij is, dan moet ik ijverig trachten de waarheid te achterhalen. Zolang ik blijf twijfelen, mag ik het geoorloofd in mijn bezit houden. Omgekeerd, als ik eraan twijfel of een kleed dat een ander bezit van mij is, dan mag ik het niet met geweld meenemen zolang er twijfel mogelijk blijft. De reden is dat de ander het recht van de bezitter heeft. (28) Ik kan dus niet het recht van het nemen hebben, omdat niet beide partijen in een oorlog het recht aan hun zijde kunnen hebben. (29) Past men deze redenering op het onderhavige probleem toe, dan meen ik dat men over een zaak waarvan het niet duidelijk is wie de eigenaar is, geen oorlog mag voeren. Wanneer echter een hertog met een juiste titel is opgetreden, dan mag men hem in de oorlog beschermen. Omgekeerd is het in dat geval niet geoorloofd de aanvaller te ondersteunen. Iemand

COMMENT AAR OP THOMAS' DE BELLO 47<br />

onrecht <strong>te</strong> verduren hebben, wij de Portugezen <strong>te</strong> hulp mogen<br />

roepen. Wij mogen hen dus ook onders<strong>te</strong>unen.<br />

6. Mag men ook de onderdanen <strong>te</strong>gen hun vorst verdedigen,<br />

wanneer hij hen onrecht doet? Mag men <strong>te</strong>gen een koning oorlog<br />

voeren?<br />

Mijns inziens is dit niet geoorloofd als de zaak<br />

twijfelachtig is. Men zou namelijk een staat in wanorde brengen,<br />

als andere vors<strong>te</strong>n, om iemand die zich over zijn koning beklaagt <strong>te</strong><br />

helpen, <strong>te</strong>n strijde mogen trekken. Verder is de vorst zelf de rech<strong>te</strong>r<br />

in deze zaak. De zaak moet dus niet door anderen beslist worden.<br />

Ten tweede, als het vast staat dat de onderdanen door hun koning<br />

onrecht wordt aangedaan, dan mogen de edelen de strijd<br />

aanbinden met hun vorst. En in het algemeen geldt dat, wanneer de<br />

onderdanen het recht van oorlog <strong>te</strong>gen hun koning hebben, de<br />

edelen voor het volk mogen strijden. De reden is dat een volk<br />

onschuldig is en het de edelen vrij staat om op grond van het<br />

natuurrecht de wereld (25) <strong>te</strong>gen onrecht <strong>te</strong> verdedigen, zoals <strong>te</strong>n<br />

tijde van Pe<strong>te</strong>r, (26) koning van Spanje, gebeurd is. Hij was een tiran<br />

en de koning der Fransen streed <strong>te</strong>gen Pe<strong>te</strong>r <strong>te</strong>r wille van een<br />

andere zoon.<br />

7. Men s<strong>te</strong>lt nu aan de orde of <br />

wanneer het om het goed van een ander gaat, bij voorbeeld om het<br />

hertogdom van Milaan: mag de koning van Spanje de hertog van<br />

Milaan beschermen <strong>te</strong>gen de koning van Frankrijk? (27)<br />

Mijn opvatting is dat, wanneer het een goed van ons betreft, het<br />

volstrekt geoorloofd is. Als het niet duidelijk is wie de eigenaar is,<br />

dan is de aanspraak van de fei<strong>te</strong>lijke bezit<strong>te</strong>r be<strong>te</strong>r. Men oordeelt<br />

dan op dezelfde wijze als bij een privé persoon. Als ik eraan twijfel<br />

of een kleed van mij is, dan moet ik ijverig trach<strong>te</strong>n de waarheid <strong>te</strong><br />

ach<strong>te</strong>rhalen. Zolang ik blijf twijfelen, mag ik het geoorloofd in mijn<br />

bezit houden. Omgekeerd, als ik eraan twijfel of een kleed dat een<br />

ander bezit van mij is, dan mag ik het niet met geweld meenemen<br />

zolang er twijfel mogelijk blijft. De reden is dat de ander het recht<br />

van de bezit<strong>te</strong>r heeft. (28) Ik kan dus niet het recht van het nemen<br />

hebben, omdat niet beide partijen in een oorlog het recht aan hun<br />

zijde kunnen hebben. (29) Past men deze redenering op het<br />

onderhavige probleem toe, dan meen ik dat men over een zaak<br />

waarvan het niet duidelijk is wie de eigenaar is, geen oorlog mag<br />

voeren. Wanneer ech<strong>te</strong>r een hertog met een juis<strong>te</strong> ti<strong>te</strong>l is opgetreden,<br />

dan mag men hem in de oorlog beschermen. Omgekeerd is het<br />

in dat geval niet geoorloofd de aanvaller <strong>te</strong> onders<strong>te</strong>unen. Iemand

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!