Algemene Voorwaarden van "Vita Invest" - Rabobank

51.30.026/10 06/12
ISO 9001
CERTIFIED FIRM
BCCA
VITA INVEST

DEFINITIES
A. Verzekeringsnemer:
de persoon die het contract met de verzekeringsonderneming afsluit.
B. Verzekerde:
de persoon op wiens hoofd het risico van het voorvallen van de verzekerde
gebeurtenis rust.
C. Begunstigde:
de persoon ten gunste van wie de verzekeringsprestaties bedongen zijn.
D. Verzekeringsonderneming:
FEDERALE VERZEKERING, Vereniging van Onderlinge Levensverzekeringen,
Stoofstraat 12, 1000 Brussel – België.
Verzekeringsonderneming toegelaten onder codenummer CBFA 0346 om
de tak 21“Levensverzekering” te beoefenen (K.B. van 4 en 13.7.1979 -
B.S. van 14.7.1979) - Nr. RPR 0408.183.324 Brussel - financiële rekening BIC:
BBRUBEBB IBAN: BE64 3100 7685 9452.
E. Eerste-acht-jaar-periode:
periode die begint op de datum van de inwerkingtreding van het contract en
die eindigt de 31 ste december die volgt op of die samenvalt met de achtste
verjaardag van de inwerkingtreding van het contract.
F. Tweede periode:
periode die begint op de 1 ste januari die volgt op de eerste-acht-jaar periode
en die eindigt op de einddatum.
G. Einddatum:
de dag van de 25 ste verjaardag van de inwerkingtreding van het contract.
H. Premie en nettopremie:
premie: de betaalde premie inclusief de taks en de instapkosten.
nettopremie: de betaalde premie exclusief de taks en de instapkosten.
I. Verzekeringsjaar:
jaarlijkse periode te rekenen vanaf de datum van de inwerkingtreding van het
contract en die vervolgens, op elke verjaardag van de datum van de inwerkingtreding,
vernieuwd wordt.
Artikel 1.
Voorwerp van het verzekeringscontract
Het contract waarborgt de storting aan de begunstigde, van de opgebouwde
reserve:
- op het einde van het contract, ingeval de verzekerde in leven is;
- op het ogenblik dat de verzekerde overlijdt, indien dit gebeurt vóór het einde
van het contract.
Artikel 2.
Grondslag van het contract
De algemene en bijzondere voorwaarden vormen het geheel van de bepalingen
die van toepassing zijn op het contract.
De statuten van de verzekeringsonderneming, alsook de Belgische wettelijke en
reglementaire bepalingen betreffende de levensverzekeringen zijn eveneens van
toepassing op het contract.
Artikel 3.
Inwerkingtreding van het contract - opzegging van het contract
Het contract treedt in werking op de datum waarop de verzekeringsonderneming
de eerste premie ontvangt en dit voor zover:
- het bedrag van de premie overeenstemt met hetgeen bepaald is in artikel 5;
- de verzekeringsonderneming over alle stukken beschikt die nodig zijn om het
contract op te maken;
- in voorkomend geval, het overlijdensrisico aanvaard werd.
Vanaf de datum van de inwerkingtreding is het contract onbetwistbaar.
De verzekeringsnemer heeft het recht het contract op te zeggen binnen een
termijn van 30 dagen vanaf de inwerkingtreding ervan. In dat geval stort de verzekeringsonderneming
de betaalde premie terug, na aftrek, in voorkomend geval,
van de kost van de aanvullende overlijdensdekking en de eventuele belastingen.
De opzegging van het contract moet door de verzekeringsnemer met een aangetekende
brief gevraagd worden.
VITA INVEST
ALGEMENE VOORWAARDEN
Artikel 4.
Duur van het contract
Het contract wordt gesloten voor een duurtijd van 25 jaar.
Artikel 5.
Opbouw van de reserve
Reserve:
de reserve bestaat uit de gekapitaliseerde nettopremies en de gekapitaliseerde
winstdeelname. In voorkomend geval wordt zij verminderd met de kostprijs van
de aanvullende overlijdensdekking en de uitgevoerde gedeeltelijke afkopen met
hun eventuele kosten.
Premies:
het bedrag van de premie is vrij te kiezen door de verzekeringsnemer, maar
bedraagt minimum 2.500 EUR voor de eerste premie.
De verzekeringsnemer kan op elk ogenblik bijkomende stortingen doen van telkens
minimum 125 EUR. Het totaalbedrag van de gestorte premies mag evenwel
500.000 EUR niet overschrijden.
Intrest:
de nettopremie brengt intrest op vanaf de dag volgend op de dag van de ontvangst
van de premie op de financiële rekening van de verzekeringsonderneming.
a) Intrestgarantie tijdens de eerste-acht-jaar-periode
Op elke nettopremie tijdens de eerste-acht-jaar-periode garandeert de verzekeringsonderneming
de intrestvoet die op het ogenblik van de storting van de
premie van toepassing is.
De winstdeelname kapitaliseert jaar na jaar aan de intrestvoet die op 1 januari
van het beschouwde jaar van toepassing is.
b) Intrestgarantie tijdens de tweede periode
Tijdens de tweede periode garandeert de verzekeringsonderneming jaar na
jaar een gewaarborgde intrest en een bonus intrest en wel als volgt:
1. Gewaarborgde intrest:
de verzekeringsonderneming garandeert dat de op 1 januari uitstaande
reserve alsook de nettopremies die in de loop van een jaar gestort worden,
gedurende de periode dat zij geïnvesteerd blijven en ten laatste tot
31 december, kapitaliseren aan de gewaarborgde intrest die van toepassing
is:
- op 1 januari voor de reserve;
- op het ogenblik van de storting voor de premies.
2. Bonus intrest:
de verzekeringsonderneming garandeert dat de op 1 januari uitstaande
reserve alsook de nettopremies die in de loop van een jaar gestort worden,
voor zover deze bedragen tot 31 december geïnvesteerd blijven,
kapitaliseren aan de bonus intrest die van toepassing is:
- op 1 januari voor de reserve;
- op het ogenblik van de storting voor de premies.
Artikel 6.
Taksen en kosten
Op elke premie, verminderd met de taks, die gestort wordt tijdens de eerste-achtjaar-periode
bedraagt de instapkost 1 %.
Na deze periode zal er evenwel geen instapkost meer toegepast worden.
Alle huidige of toekomstige op het contract van toepassing zijnde extra-lasten
zoals taksen, belastingen,bijdragen, kosten van nazicht en opsporing van slapende
verzekeringsovereenkomsten, enz. alsook alle bijzondere uitgaven die door
toedoen van de verzekeringsnemer, van de verzekerde of van de begunstigde
worden veroorzaakt zijn voor rekening van de verzekeringsnemer of, in voorkomend
geval, van de begunstigde.

Artikel 7.
Beschikbaarheid van de reserve
A. Onder voorbehoud van artikel 11, kan de verzekeringsnemer op elk ogenblik,
door middel van het invullen, dateren en ondertekenen van een door de
verzekeringsonderneming ter beschikking gesteld document, de volledige of
gedeeltelijke afkoop aanvragen. Hij moet bij die gelegenheid een kopie van
zijn identiteitskaart overmaken (of, wanneer het gaat om een rechtspersoon,
de up-to-date stukken die nodig zijn voor identificatie) alsook, in bepaalde
gevallen, een bewijs van leven van de verzekerde.
B. Uitstapkost – financiële afkoopvergoeding
Van het bedrag van de afgekochte reserve zal een uitstapkost worden afgetrokken
wanneer de afkoop plaatsvindt in de eerste-acht-jaar-periode. De uitstapkost
is gelijk aan een percentage van de afgekochte reserve en bedraagt:
- 1 % wanneer de afkoop plaatsvindt in het jaar van de achtste verjaardag
van het contract;
- 2 % wanneer de afkoop plaatsvindt in het jaar van de zevende verjaardag
van het contract;
- 3 % wanneer de afkoop plaatsvindt in het jaar van de zesde verjaardag
van het contract of in de jaren die daaraan voorafgaan.
Wanneer er een afkoop tijdens de eerste-acht-jaar-periode van het contract
gebeurt, kan er ook nog een financiële afkoopvergoeding verschuldigd zijn.
Deze vergoeding is gelijk aan het verschil tussen de reserve berekend aan de
gewaarborgde intrestvoet en de reserve berekend aan de spot rate die op het
ogenblik van de afkoop van toepassing is op de verrichtingen met een duur
gelijk aan het verschil tussen de totale looptijd van de overeenkomst, beperkt
tot acht jaar en de reeds verlopen duurtijd.
De verzekeringsonderneming behoudt zich het recht voor om de financiele
afkoopvergoeding automatisch aan te passen indien de reglementering
inzake levensverzekeringen hieromtrent zou gewijzigd worden.
In afwijking op het hiervoor vermelde, zal in de volgende gevallen geen uitstapkost
verschuldigd zijn:
- bij volledige of gedeeltelijke afkoop met het oog op de bouw of de
aankoop door de verzekeringsnemer van een onroerend goed gelegen
in België, voor zover het bewijs van de bouw of de aankoop van een
onroerend goed wordt geleverd en voor zover de gedeeltelijke afkoop
niet meer dan één keer per verzekeringsjaar gebeurt;
- bij gedeeltelijke afkoop voor zover alle hierna opgesomde voorwaarden
vervuld zijn:
- de afkoop is niet hoger dan 10 % van de reserve, na eventuele aftrek
van het deel van het contract dat het voorwerp is van een voorschot;
- de afkoop bedraagt minstens 250 EUR;
- de gedeeltelijke afkoop gebeurt niet meer dan één keer per verzekeringsjaar.
C. De afkoop gaat in op de datum vermeld in het document bedoeld in punt A,
dat ook als kwijtschrift van de afkoop geldt, maar ten vroegste de dag die volgt
op de datum van ontvangst van dit document door de verzekeringsonderneming.
D. De volledige afkoop van de reserve stelt automatisch een einde aan het contract.
Wanneer na een gedeeltelijke afkoop het bedrag van de reserve opgebouwd
via premiestortingen lager is dan 2.500 EUR, zal deze afkoop met een volledige
afkoop gelijkgesteld worden en zal de volledige reserve uitbetaald
worden.
E. Elke gedeeltelijke afkoop wordt verhoudingsgewijs afgehouden van de
verschillende gedeelten van de reserve opgebouwd met premiestortingen,
waarop een onderscheiden intrestvoet wordt toegepast.
F. Winstdeelname wordt slechts vereffend op het ogenblik waarop er een einde
aan het contract komt.
Artikel 8
Voorschot op polis
Onder voorbehoud van artikel 11, kan de verzekeringsnemer, overeenkomstig
de bij bijzondere overeenkomst bepaalde voorwaarden, voorschotten ontvangen
ten belope van 85 % van de reserve. Een voorschot op polis kan maximum één
keer per verzekeringsjaar gevraagd worden en moet steeds minstens 2.500 EUR
bedragen.
Artikel 9
De overlijdensdekking
Onder voorbehoud van de uitsluitingen die zijn opgenomen in artikel 10, dekt
de verzekeringsonderneming alle overlijdensrisico’s over de hele wereld, welke
ook de oorzaak is.
Bij overlijden van de verzekerde zal de verzekeringsonderneming aan de
begunstigde de op datum van het overlijden opgebouwde reserve storten.
Wanneer een aanvullende overlijdensverzekering in de bijzondere voorwaarden
voorzien wordt, is het uitgekeerde bedrag gelijk aan het bedrag van de opgebouwde
reserve, verhoogd met 30 %. Voor zover de reserve nog niet het voorwerp
heeft uitgemaakt van een afkoop, is het uitgekeerde bedrag echter minimum gelijk
aan 130 % van de gestorte premies, exclusief taksen.
Het bedrag van de aanvullende overlijdensdekking zal evenwel maximum 25.000 EUR
bedragen, tenzij de verzekeringsonderneming uitdrukkelijk instemt met een hoger
bedrag.
De jaarlijkse kost van de aanvullende overlijdensdekking wordt afgehouden van
de reserve. De berekeningswijze komt overeen met een vermindering van de
intrestvoet.
De verzekeringsnemer is verplicht bij het sluiten van het contract alle door hem
gekende omstandigheden, waarvan hij redelijkerwijs moet weten dat zij de beoordeling
van het risico door de verzekeringsonderneming kunnen beïnvloeden,
nauwkeurig mee te delen.
Het contract wordt te goeder trouw opgesteld op basis van de inlichtingen verstrekt
door de verzekeringsnemer en de verzekerde.
Vanaf de datum van inwerkingtreding is het contract onbetwistbaar.
Wanneer het verzuim en/of de onjuiste mededeling van informatie opzettelijk zijn
en deze de verzekeringsonderneming misleiden met betrekking tot de correcte
beoordeling van het risico, is het verzekeringscontract nietig. De premies betaald
tot op het ogenblik waarop de verzekeringsonderneming kennis heeft gekregen
van het opzettelijk onjuist of onvolledig meedelen van de gegevens, zijn verworven
in hoofde van de onderneming.
In geval van onjuiste geboortedatum van de verzekerde worden de prestaties van
elke partij aan de hand van de correcte geboortedatum aangepast.
Artikel 10
Voorwaarden met betrekking tot de aanvullende overlijdensdekking
van 30 %
A. Uitgesloten risico’s.
Wanneer de verzekerde overlijdt ten gevolge van een hierna vermeld uitgesloten
risico, moet de verzekeringsonderneming het kapitaal overlijden
slechts uitbetalen ten belope van de op datum van het overlijden opgebouwde
reserve.
Zijn uitgesloten:
- de zelfmoord van de verzekerde of het overlijden van de verzekerde
als gevolg van euthanasie buiten de terminale fase en dit voor zover de
gebeurtenis zich voordoet tijdens het eerste jaar na de datum van inwerkingtreding
van het contract;
- het overlijden van de verzekerde dat op aansporing van of met opzet
door de verzekeringsnemer of de begunstigde veroorzaakt wordt.
Wanneer het overlijden het gevolg is van een opzettelijke daad van één
van de begunstigden, wordt de reserve aan de andere begunstigden
gestort;
- het overlijden van de verzekerde als gevolg van een oorlogsgebeurtenis.
B. Terrorisme.
Als het overlijden een daad van terrorisme uitmaakt zoals gedefinieerd in de
wet van 1 april 2007 betreffende de verzekering tegen schade veroorzaakt
door terrorisme, dan zijn de volgende bepalingen en limieten van toepassing:
- de verzekeringsonderneming is toegetreden tot de rechtspersoon (VZW
TRIP) die is opgericht overeenkomstig artikel 4 van de wet van 1 april
2007 betreffende de verzekering tegen schade veroorzaakt door terrorisme.
Bijgevolg valt de dekking van het overlijden onder de wettelijk
voorziene beperking per kalenderjaar, voor de uitvoering van alle verbintenissen
van alle verzekeringsondernemingen die lid zijn van de VZW,
wat betreft de schade die veroorzaakt is door alle gebeurtenissen die
erkend zijn als terrorisme.
- de jaarlijkse beperking bedraagt 1 miljard euro. Dat bedrag wordt de
1 ste januari van elk jaar aangepast aan de evolutie van het indexcijfer der
consumptieprijzen, met als basis het indexcijfer van december 2005. In
geval van wettelijke of reglementaire aanpassing van dat basisbedrag,
zal het gewijzigde bedrag van toepassing zijn vanaf de eerstvolgende
vervaldag na de wijziging, behalve als de wetgever expliciet een andere
overgangsregeling heeft voorzien.
- indien het totaal van de berekende of geraamde bedragen het bedrag,
vermeld in de vorige alinea, overschrijdt, wordt er een evenredigheidsregel
toegepast: de uit te keren schadevergoedingen worden beperkt ten
belope van de verhouding van het bedrag zoals in voorgaande alinea
geciteerd of de nog beschikbare middelen voor dat kalenderjaar en de
uit te keren schadevergoedingen toegerekend aan dat kalenderjaar.
- de toepassing van de wet van 1 april 2007, de hoogte van de verbintenissen
van de verzekeringsondernemingen alsook de termijnen en
de percentages van de schadevergoedingen zijn onderworpen aan de

eslissingen van het Comité opgericht overeenkomstig de artikelen 5 en
volgende van de wet van 1 april 2007.
De voorgaande bepalingen hebben enkel betrekking op de aanvullende
overlijdensdekking en verhinderen niet dat de opgebouwde reserve wordt
uitgekeerd.
Indien een wetswijziging een einde zou maken aan de verplichte terrorismedekking,
dan zullen de voorgaande bepalingen eveneens niet meer van
toepassing zijn en zal het terrorismerisico niet meer gedekt worden vanaf het
ogenblik waarop de wijziging ingaat.
De verzekeringsonderneming behoudt zich eveneens het recht voor om elke
andere bepaling met betrekking tot het terrorismerisico automatisch aan te
passen indien de betreffende wetgeving zou wijzigen.
Artikel 11.
Aanwijzing begunstigde
De verzekeringsnemer is vrij in de aanwijzing van de begunstigde.
Hij kan deze aanwijzing op elk ogenblik wijzigen. Een dergelijke wijziging kan
echter enkel aan de verzekeringsonderneming tegengeworpen worden, als die
met een aangetekende brief betekend is.
De begunstigde mag het voordeel van het contract aanvaarden.
Zolang de verzekeringsnemer in leven is, kan de aanvaarding enkel gebeuren via
een bijvoegsel ondertekend door de begunstigde, de verzekeringsnemer en de
verzekeringsonderneming.
Na het overlijden van de verzekeringsnemer kan de aanvaarding stilzwijgend of
uitdrukkelijk zijn. Zij is echter alleen geldig, wanneer zij met een aangetekende
brief aan de verzekeringsonderneming betekend is.
Bij aanvaarding van de begunstiging zijn de aanwijzing van een nieuwe begunstigde,
de afkoop of het toekennen van een voorschot op polis, ondergeschikt aan
het geschreven akkoord van de aanvaardende begunstigde.
Behoudens uitdrukkelijke overeenkomst is de Staat nooit begunstigde van het
contract.
Artikel 12.
Uitbetaling van de prestaties
A. In geval van leven van de verzekerde:
De op het einde van het contract opgebouwde reserve wordt aan de begunstigde
gestort na overmaking van de volgende documenten:
1. het ingevulde en ondertekende vereffeningsdocument;
2. een kopie recto/verso van de identiteitskaart van de begunstigde;
3. een bewijs van leven van de verzekerde.
B. In geval van overlijden van de verzekerde:
De opgebouwde reserve en indien daarin voorzien is het bedrag van de
aanvullende overlijdensdekking, worden aan de begunstigde gestort na overmaking
van de volgende documenten:
1. het ingevulde en ondertekende vereffeningsdocument;
2. een uittreksel uit de overlijdensakte van de verzekerde;
3. een medisch attest met vermelding van de overlijdensoorzaak;
4. een kopie recto/verso van de identiteitskaart van de begunstigde.
Wanneer de begunstigden niet individueel zijn aangewezen, niet identificeerbaar
zijn of vooroverleden zijn: een akte van bekendheid tot vaststelling van
de rechten van de erfgenamen.
Artikel 13.
Winstdeelname
Jaarlijks beslist de algemene vergadering van de verzekeringsonderneming over
de winstdeelname in functie van de resultaten van het vorige boekjaar.
De winstdeelname wordt toegekend volgens de voorwaarden en modaliteiten
vastgelegd in het winstdeelnameplan dat de verzekeringsonderneming elk jaar
voorlegt aan de Commissie voor Bank-, Financie- en Assurantiewezen.
De winstdeelname van een boekjaar wordt toegekend aan de contracten die op 31
december van dat boekjaar in voege zijn.
Wanneer de winstdeelname van het vorige boekjaar nog niet bepaald is bij
beëindiging van het contract, wordt de winstdeelname van dat boekjaar geraamd
in functie van de toekenning voor de vorige boekjaren en de economische conjunctuur.
Winstdeelname is niet gegarandeerd.
Artikel 14.
Clausule woonsparen
Wanneer de verzekeringsnemer een hypothecair(e) krediet/lening afsluit bij één
van de verzekeringsondernemingen van de groep Federale Verzekering, kan
hij een vermindering van de op deze hypothecair(e) krediet/lening toegepaste
rentevoet genieten.
Artikel 15.
Administratieve bepalingen
A. Indexering van de plafonds.
De in artikels 5, 7, 8 en 9 vermelde bedragen worden aangepast aan de
evolutie van het indexcijfer van de consumptieprijzen, met als basis het
indexcijfer van december 2004. Wanneer het indexcijfer van de consumptieprijzen
met meer dan 20 % stijgt tegenover de referentie-index, zal de verzekeringsonderneming
de voornoemde bedragen indexeren met ingang van de
1 ste dag van de maand die volgt op de maand waarvoor de bedoelde stijging
genoteerd werd.
Een aanpassing zal eveneens gebeuren telkens wanneer de stijging van het
indexcijfer van de consumptieprijzen meer dan 20 % hoger ligt dan het laatst
gebruikte indexcijfer.
B. Woonplaats – Briefwisseling.
De woonplaats van de contracterende partijen wordt geacht zich van rechtswege
te bevinden op het adres dat in het contract vermeld is of dat later
meegedeeld wordt.
Briefwisseling en betekeningen die naar/op dat adres gedaan worden, zijn
rechtsgeldig, zelfs ten aanzien van erfgenamen of rechthebbenden.
Indien de verzekeringsonderneming een brief stuurt naar één van de in het
contract tussenkomende partijen, vormen de dossiers of documenten van de
verzekeringsonderneming het bewijs van de inhoud van de brief. Het bewijs
van de verzending, wanneer het om een aangetekende brief gaat, wordt
geleverd door het postontvangstbewijs.
C. Klachten.
De Belgische wetgeving is van toepassing op dit contract.
Elke mogelijke klacht in verband met het contract kan gericht worden aan:
- Federale Verzekering, Dienst Klachtenbeheer, Stoofstraat 12 te 1000
Brussel
Fax: 02.509.06.03 – klachten.beheer@federale.be;
- of de Ombudsman van de Verzekeringen, De Meeûssquare 35 te 1000
Brussel
Fax 02.547.59.75 – info@ombudsman.as
zonder dat dit afbreuk doet aan het recht van de verzekeringsnemer om
een rechtsvordering in te stellen.
D. Rechtsbevoegdheid.
De betwistingen tussen partijen betreffende de uitvoering van het contract
vallen onder de bevoegdheid van de Belgische rechtbanken.

Federale Verzekering
Vereniging van Onderlinge Levensverzekeringen
Stoofstraat 12 - 1000 Brussel - België
Telefoon 02/509.04.11 - Fax 02/509.08.98 - Internet: www.federale.be
RPR Brussel 0408.183.324
Financieel rekeningnummer BIC: BBRUBEBB IBAN: BE64 3100 7685 9452