Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
B<br />
francis sinceretti / maria aradi, hans van manen / han ebbelaar / alexandra radius,<br />
gael lambiotte / sofiane sylve, rudolf nurejev / sonja marchiolli, coleen davis / henk<br />
van dijk, boris de leeuw / nathalie caris, wayne eagling, clint farha / rudi van dantzig,<br />
monique sand / henny jurriëns, alexandra radius / han ebbelaar / sonja marchiolli /<br />
francis sinceretti, toer van schayk / jane lord / jeannette vondersaar, sonia gaskell,<br />
henny jurriëns / caroline iura, krzysztof pastor, hans van manen / rudi van dantzig /<br />
toer van schayk, ted brandsen / rachel beaujean<br />
perfectie in dans
erfgoed<br />
<strong>Het</strong> eerste programma in dit jubileumjaar is een hommage aan de drie Nederlandse<br />
choreografen, de drie Van’s, die ons gezelschap groot hebben gemaakt en het gezelschap<br />
een eigen identiteit hebben gegeven: Rudi van Dantzig, Toer van Schayk en Hans van<br />
Manen.<br />
Zij zijn bepalend geweest voor de ontwikkeling van de danskunst in ons land – en ver<br />
daarbuiten. Hun werken werden wereldwijd opgevoerd en alle drie zijn ze gelauwerd in<br />
binnen- en buitenland. Door de afwezigheid van een sterke traditie van klassiek ballet in<br />
ons land konden zij hun eigen weg bepalen, in een tijd dat het gezelschap juist begon te<br />
groeien. Naast het invoeren van het grote balletrepertoire werd door Sonia Gaskell vanaf<br />
de beginjaren van het gezelschap dan ook veel ruimte gegeven aan het creëren van nieuwe<br />
balletten, teneinde een eigen signatuur te ontwikkelen. Dit beleid, later voortgezet door<br />
Rudi van Dantzig en zijn opvolger Wayne Eagling, is nog steeds een van de uitgangspunten<br />
van <strong>Het</strong> <strong>Nationale</strong> <strong>Ballet</strong>.<br />
In de jaren zeventig en tachtig maakte ieder van de drie Van’s elk jaar een aantal balletten<br />
voor de groep, een gouden tijdperk van grote artistieke productiviteit. Hoewel de werken<br />
van de drie sterk van elkaar verschillen en er vaak verschillende artistieke opvattingen<br />
op nahouden, hebben zij met elkaar gemeen dat ze de klassieke-ballettechniek en de<br />
verworvenheden van de moderne dans op een organische manier met elkaar verbinden.<br />
Alles is aardser – eerder naar de grond dan naar de hemel gericht, en gaat over echte<br />
mensen - mensen die zich op een moderne manier tot elkaar verhouden.<br />
Rudi van Dantzig’s Vier Letzte Lieder (1977) is waarschijnlijk zijn bekendste en meest<br />
uitgevoerde ballet, een werk ook dat toeschouwers over de hele wereld ontroerd heeft. Ik<br />
verheug me op de samenwerking met Kelly God, een geweldige Nederlandse sopraan en<br />
ik ben erg blij dat we dit meesterwerk weer kunnen uitvoeren met een nieuwe generatie<br />
dansers.<br />
Datzelfde geldt voor Hans van Manen’s 5 Tango’s (ook 1977), waarvan ik me de<br />
premièrevoorstellingen nog levendig kan herinneren. Nooit eerder zinderde het zo op de<br />
Nederlandse bühne! Geen wonder dat dit ballet internationaal furore heeft gemaakt, en<br />
nog steeds overal wordt uitgevoerd. Ook deze keer kunnen wij ons gelukkig prijzen dat de<br />
meeslepende muziek van Astor Piazolla live wordt uitgevoerd door Carel Kraayenhof y su<br />
Sexteto Canyengue – wat een sensatie!<br />
Toer van Schayk is een uniek en veelzijdig kunstenaar: choreograaf, beeldend kunstenaar,<br />
danser, decor- én kostuumontwerper. Als geen ander heeft hij zijn stempel gedrukt op de<br />
visuele aspecten van de Nederlandse danskunst, met zijn eigen werk, zijn ontwerpen voor<br />
werken van Rudi van Dantig, en met zijn adembenemende producties van grote klassieke<br />
balletten als <strong>Het</strong> Zwanenmeer (1988), Notenkraker & Muizenkoning (1996) en Giselle<br />
(2009) – die niet voor niets dit jaar alle op ons repertoire staan. Toer’s eigen werk is heel<br />
sculpturaal, vaak grillig en eigenzinnig, met een fascinatie voor en grote kennis van het<br />
verleden. In De omkeerbaarheid van roest (1994) komen daar ook oosterse invloeden bij.<br />
Dit programma geeft een beeld van de eigenheid en van de kracht van de danskunst in<br />
ons land. Ik ben enorm dankbaar dat de drie choreografen zelf betrokken zijn bij deze<br />
hernemingen. Ik wens U veel plezier bij het ontdekken of opnieuw kennismaken met ons<br />
unieke en onvervangbare erfgoed.<br />
Ted Brandsen<br />
Artistiek directeur<br />
1
2<br />
vier letzte lieder<br />
choreografie<br />
muziek<br />
muzikale begeleiding<br />
sopraan<br />
decor-, kostuum- en lichtontwerp<br />
instudering<br />
wereldpremière, tevens première bij<br />
het nationale ballet<br />
tijdsduur<br />
de omkeerbaarheid van roest<br />
choreografie<br />
muziek<br />
muzikale begeleiding<br />
vioolsolo 'anahit'<br />
decor-, kostuum- en lichtontwerp<br />
lichtregie<br />
balletmeester<br />
wereldpremière, tevens première bij<br />
het nationale ballet<br />
tijdsduur<br />
Rudi van Dantzig<br />
Richard Strauss – Vier letzte Lieder (1948)<br />
Holland Symfonia<br />
Kelly God<br />
Toer van Schayk<br />
Sonja Marchiolli<br />
16 mei 1977, Stadsschouwburg, Amsterdam<br />
ca. 22 minuten<br />
Toer van Schayk<br />
Giacinto Scelsi – Quatrro pezzi per orchestra (1959),<br />
Anahit (1965)<br />
Anoniem – Bendrongan (orkestbewerking E. Heins)<br />
Holland Symfonia<br />
Sarah Oates<br />
Toer van Schayk<br />
Jan Hofstra<br />
Judy Maelor-Thomas en Caroline Sayo Iura<br />
15 juni 1994, <strong>Het</strong> Muziektheater, Amsterdam<br />
ca. 31 minuten<br />
Steven Etienne, Marisa Lopez, Altin Kaftira, Larissa Lezhnina, Rubinald Rofino Pronk, Sarah Fontaine, Nicolai Rapaic, Ruta Jezerskyte,<br />
Félipe Diaz in Vier letzte Lieder 2006
5 tango’s<br />
choreografie<br />
muziek<br />
muzikale begeleiding<br />
decor- en kostuumontwerp<br />
lichtontwerp<br />
balletmeester<br />
wereldpremière, tevens première bij<br />
het nationale ballet<br />
tijdsduur<br />
decors, kostuums, rekwisieten, kap & grime<br />
productieleiding<br />
voorstellingsleiding<br />
Hans van Manen<br />
Astor Piazzolla – 5 Tango’s voor bandonéon met<br />
begeleiding (Todo Buenos Aires, Mort, Vayamos al diablo,<br />
Resurrección del angel, Buenos Aires hora 0)<br />
Carel Kraayenhof y su Sexteto Canyengue<br />
Jean-Paul Vroom<br />
Jan Hofstra<br />
Rachel Beaujean<br />
3 november 1977, Stadsschouwburg Amsterdam<br />
ca. 23 minuten<br />
Technische Organisatie Muziektheater, Sasha Keir, Londen<br />
(5 Tango's) en Amanda Barrows, Londen (De omkeerbaarheid<br />
van roest)<br />
Joshua de Kuyper<br />
Merel Francissen en Kees Prince<br />
inleidingen Jacq. Algra en Lin van Ellinckhuysen<br />
3
Nicolas Rapaic en Sarah Fontaine in Vier letzte Lieder 2006<br />
4<br />
vier letzte lieder<br />
een diepe melancholie die niet sentimenteel is<br />
In Vier letzte Lieder, een van de meest geprezen en wereldwijd meest uitgevoerde<br />
choreografieën van Rudi van Dantzig, zijn muziek en dans nauw verweven. Van Dantzig<br />
lijkt precies de stemming te treffen van de gedichten die Strauss tot zijn zwanenzang<br />
inspireerden.<br />
De vier duetten zijn doortrokken van een<br />
diepe melancholie, die niet sentimenteel van<br />
aard is, maar veeleer verstild en waarachtig.<br />
Dankbaarheid voor gelukkige tijden klinken door<br />
in de muziek, maar ook weemoed en een verlangen<br />
naar zielsrust. De choreografie benadrukt deze<br />
gevoelens en voegt er een dimensie aan toe. In<br />
elke episode geeft een danspaar de toon aan<br />
terwijl een solist de delen aan elkaar verbindt<br />
doordat hij als een engel des doods rondvliegt,<br />
tussenbeiden komt en aan het slot allen verenigt<br />
en meevoert als in een schimmenrijk.<br />
Hoewel Strauss zijn compositie niet zijn ‘laatste’<br />
liederen noemde – zo werden ze pas na zijn<br />
dood genoemd – voelde de toen 84-jarige<br />
componist waarschijnlijk aan dat het zijn laatste<br />
liederen zouden worden. In de vier liederen –<br />
gecomponeerd op gedichten van Hermann Hesse<br />
en Joseph von Eichendorff – klinkt de naderende<br />
dood niet als iets dreigends, maar eerder als<br />
een verlossing door, als een onvermijdelijke<br />
gebeurtenis die rust en vrede brengt. In de eerste<br />
drie gedichten, geschreven door Hermann Hesse,<br />
laat hij de natuur afscheid nemen van de wereld,<br />
gesymboliseerd door de wisseling van seizoenen<br />
en het vallen van de nacht. <strong>Het</strong> vierde gedicht,<br />
Im Abendrot van Joseph von Eichendorff, gaat<br />
over voorgevoelens van de naderende, laatste<br />
eenzaamheid.<br />
Volgens Van Dantzig ligt de essentie van zijn<br />
ballet besloten in Hesses gedicht September,<br />
waarin de vermoeide zomer afscheid neemt van<br />
een stervende tuin. Maar de opbouw van zijn<br />
choreografie weerspiegelt vooral Eichendorffs<br />
gedicht dat begint met ‘Hand in hand zijn wij<br />
gegaan door nood en vreugd’ en eindigt met ‘Wat<br />
zijn wij moe van het zwerven, is dit misschien de<br />
dood?’.<br />
Zie voor liedteksten pagina 19.
udi van dantzig<br />
choreograaf<br />
Weinig mensen hebben hun stempel op <strong>Het</strong> <strong>Nationale</strong> <strong>Ballet</strong> en de Nederlandse danswereld gedrukt<br />
zoals Rudi van Dantzig.<br />
Rudi van Dantzig begon zijn balletcarrière in 1950 op de relatief<br />
late leeftijd van 16 jaar met balletlessen. In 1952 engageerde<br />
Sonia Gaskell Van Dantzig bij haar gezelschap <strong>Ballet</strong> Recital.<br />
In 1955 maakte zijn eerste choreografie, Nachteiland, voor<br />
<strong>Het</strong> Nederlands <strong>Ballet</strong>, een gezelschap dat was ontstaan vanuit<br />
Gaskell's <strong>Ballet</strong> Recital. Onder Gaskell's leiding werd vervolgens<br />
<strong>Het</strong> <strong>Nationale</strong> <strong>Ballet</strong> opgericht, waar Rudi van Dantzig de<br />
huischoreograaf werd en met ingang van 1965 één van de drie<br />
artistiek leiders. In 1971 bleef hij nog als enige over, en tot 1991<br />
was Van Dantzig de enige artistiek leider van het gezelschap.<br />
Gedurende zijn carrière creeërde hij meer dan vijftig balletten,<br />
die over de hele wereld werden uitgevoerd en nog altijd bij<br />
binnen- en buitenlandse gezelschappen op het repertoire staan.<br />
Voor de legendarische Russische danser Rudolf Nurejev maakte<br />
hij, op diens verzoek, drie balletten. Zijn choreografieën hebben<br />
vaak een verhalend en maatschappijkritisch karakter. Bij een<br />
groot deel van zijn balletten werkte Van Dantzig samen met Toer<br />
van Schayk die verantwoordelijk was voor het ontwerp van de<br />
decors en kostuums. Tot Van Dantzig's bekendste choreografieën<br />
behoren Vier letzte Lieder, Monument voor een gestorven<br />
jongen, Onder mijne voeten en zijn versies van de avondvullende<br />
klassieke balletten Romeo en Julia en <strong>Het</strong> Zwanenmeer.<br />
Naast zijn carrière als choreograaf ontwikkelde hij ook zijn<br />
schrijverschap en debuteerde in 1986 met de autobiografisch<br />
getinte roman Voor een verloren soldaat. Vervolgens schreef hij<br />
een boek met zijn herinneringen aan Nurejev, een verhalenbundel<br />
en novelle en een biografie van de kunstenaar en verzetsheld<br />
Willem Arondéus. Op dit moment werkt hij aan een boek over<br />
Sonia Gaskell.<br />
Wade Walthall, Valerie Valentine, Francis<br />
Sinceretti, Monique Sand, Clint Farha, Alexandra<br />
Radius, Han Ebbelaar, Sonja Marchiolli en Henny<br />
Jurriëns in Vier letzte Lieder 1977<br />
5
Anna Seidl en Clint Farha in De omkeerbaarheid van roest 1994<br />
6<br />
de omkeerbaarheid van roest<br />
onderdrukking en toch saamhorigheid<br />
De omkeerbaarheid van roest roept een mysterieuze sfeer op, die ook in de titel tot<br />
uitdrukking komt. Die sfeer wordt versterkt door de ijle en geladen vioolklanken van Giacinto<br />
Scelsi’s (1905-1988) Quattro pezzi per orchestra en de speciaal voor dit ballet gemaakte<br />
bewerking van het klassiek-Javaanse gamelanstuk Bendrongan door Ernst Heins.<br />
De keuze voor Javaanse muziek hangt<br />
samen met Van Schayks fascinatie voor<br />
Indonesië en de langdurige aanwezigheid<br />
aldaar van Nederlanders, onder wie zijn<br />
grootouders en zijn moeder, die daar werd<br />
geboren. Van Schayk heeft het gevoel dat<br />
hij Indisch bloed heeft, al is daar geen<br />
directe aanwijzing voor.<br />
Hij omschreef het gegeven voor De<br />
omkeerbaarheid van roest eens als ‘die<br />
onderdrukking en toch die saamhorigheid;<br />
zoals woorden die in elkaars taal terecht<br />
zijn gekomen.’ <strong>Het</strong> ballet heeft als motief<br />
de botsing en onderlinge beïnvloeding<br />
van culturen. Toch is zijn ballet abstract<br />
van karakter. Door twee bewegingsstijlen<br />
te gebruiken, wil Van Schayk de<br />
onmogelijkheid verbeelden die volgens<br />
hem besloten ligt in de verzoening van twee<br />
tegenpolen. Zijn ballet intrigeert door de<br />
rijke danstaal, die mooi aansluit op zijn<br />
eigen decorontwerp. Boven de dansvloer<br />
hangen beeldsegmenten die steeds verder<br />
uiteen wijken, een verwijdering die<br />
symbolisch is voor het uiteenvallen van<br />
landen en culturen.<br />
ensemble in repetitie van De omkeerbaarheid van roest
toer van schayk<br />
choreograaf, decor- en kostuumontwerper<br />
Toer van Schayk (Amsterdam, 1936) kreeg zijn eerste balletlessen van Iraïl Gadeskov<br />
en werd daarna opgeleid door Sonia Gaskell.<br />
Anna Seidl en Toer van Schayk Toer van Schayk<br />
Van 1955 tot 1959 was hij als danser verbonden aan Gaskells<br />
Nederlands <strong>Ballet</strong>. Hij onderbrak zijn dansloopbaan om<br />
een opleiding tot beeldhouwer te volgen aan de Koninklijke<br />
Academie voor Beeldende Kunsten in Den Haag. In 1965 keerde<br />
hij terug naar Gaskell en het door haar inmiddels opgerichte<br />
<strong>Het</strong> <strong>Nationale</strong> <strong>Ballet</strong>, waar hij dankzij zijn expressieve en<br />
indringende vertolkingen tot een geliefd solist uitgroeide.<br />
In 1971 debuteerde Van Schayk als choreograaf met<br />
Onvoltooid verleden tijd. Vijf jaar later werd hij benoemd<br />
tot huischoreograaf van <strong>Het</strong> <strong>Nationale</strong> <strong>Ballet</strong>. In die functie<br />
maakte hij meer dan dertig balletten. Daarnaast tekende hij<br />
in 1999 voor de choreografie van de musical Elisabeth van<br />
producent Joop van den Ende.<br />
Toer van Schayk geniet ook bekendheid als beeldend kunstenaar<br />
en behoort – als vaste ontwerper van zijn eigen balletten en die<br />
van Rudi van Dantzig – tot de meest opmerkelijke Nederlandse<br />
decor- en kostuumontwerpers. Hoewel Van Schayk in 2001<br />
wegens het bereiken van de pensioengerechtigde leeftijd<br />
terugtrad, is zijn betrokkenheid bij <strong>Het</strong> <strong>Nationale</strong> <strong>Ballet</strong> steeds<br />
groot gebleven. Zo ontwierp hij nog in 2009 de decors en<br />
kostuums voor de nieuwe productie van Giselle.<br />
In dit jubileumseizoen zijn behalve zijn choreografieën (en<br />
ontwerpen voor) De omkeerbaarheid van roest, Notenkraker<br />
& Muizenkoning en de volksdansen voor Van Dantzig’s<br />
Zwanenmeer, ook zijn ontwerpen voor Vier letzte Lieder, <strong>Het</strong><br />
Zwanenmeer en Giselle te zien.<br />
7
Jeannette Vondersaar en Zoltan Solymosí in 5 Tango's 1988<br />
8<br />
5 tango’s<br />
een zekere afstandelijkheid<br />
Toen Hans van Manen in het toenmalige West-Berlijn zijn ballet Adagio Hammerklavier<br />
instudeerde en daar voor het eerst kennismaakte met de tangomuziek van Astor<br />
Piazzolla, was er sprake van liefde op het eerste gezicht.<br />
In 5 Tango’s, op vijf contrastrijke composities van<br />
Piazzolla, wilde Van Manen de onderhuidse passie<br />
van de tango combineren met de koele distantie<br />
van de klassieke ballettechniek, maar aan de andere<br />
kant verhoeden dat het ballet zou neigen naar<br />
ballroomdans of Latijnse folklore. Vormgever Jean-<br />
Paul Vroom vertaalde Van Manens associaties in een<br />
achterdoek met wolkenkrabberachtige formaties<br />
in zwartgrijze tinten, samengesteld uit de letters<br />
‘piazzolla’. Vroom ontwierp ook de kostuums:<br />
voor de mannen eenvoudige zwarte hemden met<br />
glimmende ceintuurs, voor de vrouwen zwart-rode<br />
uitwaaierende jurkjes met strakke lijfjes.<br />
In Todo Buenos Aires, het eerste deel, introduceert<br />
Van Manen het voltallige ensemble van veertien<br />
dansers. Mort, deel twee, is een pas de deux voor<br />
de soliste die zich omringt met zes dansers die<br />
volgens Van Manen ‘absoluut betrekkingloos’ tot<br />
elkaar staan. Van Manen: “Vandaar dat het ook zes<br />
mannen zijn en niet één. Want met één man en één<br />
vrouw krijg je onmiddellijk een verhouding. Door<br />
zes mannen op te voeren behoudt de choreografie<br />
een zekere afstandelijkheid.”<br />
Vayamos al diablo, het derde deel, is een<br />
spectaculaire mannensolo, die – als op zich zelf<br />
staand onderdeel – razend populair gebleken is<br />
op internationale balletcompetities. In het deel<br />
daarna, Resurrección del ángel, toont Van Manen<br />
een confrontatie tussen twee mannen die elkaar<br />
ondanks hun vrouwelijke gezelschap geen seconde<br />
uit het oog verliezen. <strong>Het</strong> volledige ensemble keert<br />
vervolgens terug in het laatste deel, Buenos Aires<br />
Hora 0, waarin op geraffineerde wijze naar een<br />
climax wordt toegewerkt.
hans van manen<br />
choreograaf<br />
Hans van Manen (Nieuwer Amstel, 1932) kreeg zijn eerste balletlessen in de Amsterdamse<br />
studio van Sonia Gaskell, die hem in 1951 als danser opnam in haar groep <strong>Ballet</strong> Recital.<br />
Vervolgens danste hij onder meer bij het <strong>Ballet</strong> van de<br />
Nederlandse Opera en de <strong>Ballet</strong>s de Paris van Roland Petit.<br />
In 1957 debuteerde hij als choreograaf met Feestgericht, dat<br />
werd bekroond met de Staatsprijs voor Choreografie.<br />
Vanaf 1961 werkte Van Manen afwisselend bij de twee<br />
belangrijkste dansgezelschappen van Nederland. Zo was hij<br />
mede-artistiek-directeur van het Nederlands Dans Theater en<br />
achtereenvolgens huischoreograaf van <strong>Het</strong> <strong>Nationale</strong> <strong>Ballet</strong><br />
en het Nederlands Dans Theater. Sinds 2005 is hij opnieuw<br />
als vaste choreograaf verbonden aan <strong>Het</strong> <strong>Nationale</strong> <strong>Ballet</strong>.<br />
Inmiddels heeft Van Manen meer dan 120 balletten gecreëerd.<br />
Hans van Manen ontving een groot aantal prijzen, waaronder<br />
de Choreografieprijs van de Vereniging van Schouwburg en<br />
Concertgebouwdirecties (1985 en 1992), de Sonia Gaskellprijs<br />
(1991), de Deutsche Tanzpreis (1993), de Musikpreis der<br />
Stadt Duisburg (2004) en – voor zijn bijzondere verdiensten<br />
voor de Nederlandse Dans – de prestigieuze Erasmusprijs<br />
(2000). In april 2005 werd hij in het Moskouse Bolsjoi<br />
Theater onderscheiden met de Benois de la Danse Life Time<br />
Achievement Award. Bij deze gelegenheid ontving hij tevens<br />
de Grand Pas Award.<br />
In 2007 – het jaar waarin hij 75 werd – eerde <strong>Het</strong> <strong>Nationale</strong><br />
<strong>Ballet</strong> hem en zijn werk met een omvangrijk Hans van Manen<br />
Festival. Bij die gelegenheid werd Van Manen in aanwezigheid<br />
van koningin Beatrix benoemd tot Commandeur in de Orde<br />
van de Nederlandse Leeuw, een koninklijke onderscheiding<br />
voor ‘verdiensten van zeer exceptionele aard’. In juli 2012<br />
viert <strong>Het</strong> <strong>Nationale</strong> <strong>Ballet</strong> Van Manens tachtigste verjaardag<br />
met een bijzondere galavoorstelling in <strong>Het</strong> Muziektheater<br />
Amsterdam.<br />
Valerie Valentine, Sonja Marchiolli, Wade Walthall, Clint Farha, Mea Venema, en David Loring in 5 Tango's 1977<br />
9
10<br />
eerste solisten<br />
Jurgita Dronina<br />
In 2010 vertolkte Jurgita<br />
Dronina (Saratov, Rusland)<br />
als gastsoliste enkele<br />
malen de rol van Kitri in<br />
de nieuwe Don Quichotproductie<br />
van <strong>Het</strong> <strong>Nationale</strong><br />
<strong>Ballet</strong>, waarna artistiek<br />
directeur Ted Brandsen<br />
haar een contract aanbood.<br />
Jurgita danste daarvoor<br />
bij het Koninklijk Zweeds<br />
<strong>Ballet</strong> en werd opgeleid aan de <strong>Nationale</strong> <strong>Ballet</strong><br />
Kunstacademie in Vilnius (Litouwen) en aan de<br />
Hochschule für Musik und Theater in München. Ze<br />
won diverse internationale dansprijzen, waaronder<br />
een eerste prijs tijdens de Grasse <strong>Ballet</strong> Competition<br />
in Frankrijk. <strong>Het</strong> Britse tijdschrift Dance Europe<br />
nomineerde haar als ‘outstanding dancer of the year<br />
2010’ voor haar hoofdrol in Romeo & Juliette bij het<br />
Koninklijk Zweeds <strong>Ballet</strong>. Dit voorjaar werd Jurgita<br />
onderscheiden met de Expressivity Award van het<br />
internationale dansfestival Dance Open in Sint-<br />
Petersburg en werd ze genomineerd voor de Zwaan<br />
voor de Meest Indrukwekkende Dansprestatie<br />
2011 van de Vereniging van Schouwburg- en<br />
Concertgebouwdirecties (VSCD).<br />
Igone de Jongh<br />
Igone de Jongh (Haarlem)<br />
is de enige, momenteel<br />
bij <strong>Het</strong> <strong>Nationale</strong> <strong>Ballet</strong><br />
aangesloten danseres die alle<br />
rangen heeft doorlopen: van<br />
adspirant in 1996 tot haar<br />
bevordering – al op 24-jarige<br />
leeftijd – tot eerste soliste in<br />
2003. Igone is opgeleid aan<br />
de <strong>Nationale</strong> <strong>Ballet</strong>academie<br />
in Amsterdam en de Royal<br />
<strong>Ballet</strong> School in Londen. Nog tijdens haar opleiding<br />
won ze de Arnold Haskell Award en daarna<br />
ook de Aanmoedigingsprijs 2002 van Stichting<br />
Dansersfonds’79 en de Alexandra Radius Prijs 2003.<br />
Behalve om haar bijzondere vertolkingen in het<br />
klassieke balletrepertoire staat Igone ook bekend als<br />
muze van choreograaf Hans van Manen.<br />
tableau de la troupe<br />
Larissa Lezhnina<br />
Na haar opleiding aan<br />
de befaamde Vaganova<br />
Academie in Sint-Petersburg<br />
schitterde Larissa Lezhnina<br />
(Sint-Petersburg, Rusland)<br />
een aantal jaren als eerste<br />
soliste bij het Kirov <strong>Ballet</strong>,<br />
het huidige <strong>Ballet</strong> van het<br />
Marijinski Theater. Vooral<br />
haar vertolking van Aurora<br />
in The Sleeping Beauty<br />
leverde haar, ook internationaal, veel succes op. Op<br />
zoek naar nieuwe uitdagingen kwam Larissa in 1994<br />
naar <strong>Het</strong> <strong>Nationale</strong> <strong>Ballet</strong>, waar zij sindsdien als eerste<br />
soliste danst. In 2006 werd ze onderscheiden met de<br />
Alexandra Radius Prijs. Ze heeft alle grote rollen in het<br />
klassieke en het twintigste-eeuwse repertoire gedanst<br />
en heeft veelvuldig als gastsoliste opgetreden op grote<br />
internationale podia.<br />
Marisa Lopez<br />
De Amerikaanse Marisa<br />
Lopez is geboren in San<br />
Francisco, volgde haar<br />
dansopleiding aan de San<br />
Francisco <strong>Ballet</strong> School en<br />
danste vervolgens vier jaar<br />
bij het San Francisco <strong>Ballet</strong>.<br />
In 1998 kwam ze, op de voet<br />
gevolgd door haar partner<br />
Felipe Diaz, naar Nederland.<br />
Van corps de ballet-danseres<br />
klom ze in vier jaar tijd op tot tweede soliste. In 2007<br />
volgde haar benoeming tot eerste soliste. Marisa is<br />
winnaar van de Speciale Prijs van Dansersfonds ’79<br />
(in 2004) en de Alexandra Radius Prijs 2005.<br />
Maia Makhateli<br />
Maia Makhateli (Tblisi,<br />
Georgië) is afkomstig uit een<br />
ware dansfamilie. Zo leidt<br />
haar vader een balletschool<br />
in de Verenigde Staten en is<br />
haar broer eerste solist bij het<br />
Engelse Royal <strong>Ballet</strong>. Maia<br />
begon haar dansopleiding<br />
aan het Choreografisch<br />
Instituut van Cabukiana
eerste solisten<br />
in haar geboortestad. Op haar zestiende vertrok zij<br />
met haar ouders naar de Verenigde Staten, waar zij<br />
studeerde aan de San Valley <strong>Ballet</strong> School in Idaho<br />
en vervolgens vier jaar bij het Colorado <strong>Ballet</strong> danste.<br />
In 2006 maakte ze de overstap naar het Birmingham<br />
Royal <strong>Ballet</strong>, maar ze vond Engeland te ‘koud en grijs’<br />
en auditeerde bij <strong>Het</strong> <strong>Nationale</strong> <strong>Ballet</strong>, waar ze in<br />
2007 als grand sujet werd aangenomen. In 2009 werd<br />
ze bevorderd tot tweede soliste, een jaar later volgde<br />
de benoeming tot eerste soliste. Maia won diverse<br />
balletprijzen in de Verenigde Staten.<br />
Anna Tsygankova<br />
Voordat Anna Tsygankova<br />
(Novosibirsk, Rusland) in<br />
2007 naar Nederland kwam,<br />
had ze al een indrukwekkende<br />
solistencarrière achter<br />
de rug: ze danste bij het<br />
befaamde Bolsjoi <strong>Ballet</strong>,<br />
het Hongaars Nationaal<br />
<strong>Ballet</strong> – waarmee ze nog<br />
steeds regelmatig optreedt<br />
– en het <strong>Ballet</strong>t der Wiener<br />
Staatsoper. Anna is opgeleid aan de balletacademie<br />
in Novosibirsk en de Académie de Danse Classique<br />
Princesse Grace in Monte Carlo. Ze heeft diverse<br />
internationale dansprijzen op haar naam staan en<br />
ontving in 2008, een jaar na haar aantreden bij<br />
<strong>Het</strong> <strong>Nationale</strong> <strong>Ballet</strong>, de Alexandra Radius Prijs.<br />
Door tijdschrift Dance Europe werd ze genomineerd<br />
als ‘outstanding dancer of the year 2010’ voor haar<br />
vertolking van Hans van Manens Sarcasmen en<br />
dit voorjaar volgde – voor haar rol als Kitri in Don<br />
Quichot – ook een nominatie voor de Zwaan voor<br />
de Meest Indrukwekkende Dansprestatie 2011 van<br />
de VSCD. Anna is vaste gastsolist bij het Hongaars<br />
<strong>Nationale</strong> <strong>Ballet</strong>.<br />
Anu Viheriäranta<br />
De Finse Anu Viheriäranta<br />
(Helsinki) werd in 2010<br />
bevorderd van tweede tot<br />
eerste soliste. Anu volgde<br />
haar dansopleiding aan het<br />
Helsinki Dans Instituut en<br />
aan de Royal <strong>Ballet</strong> School in<br />
Londen. Vervolgens danste ze<br />
bij het Fins Nationaal <strong>Ballet</strong>,<br />
waar ze kennismaakte met<br />
het werk van Rudi van Dantzig en Toer van Schayk,<br />
en hun respectievelijke versies van <strong>Het</strong> Zwanenmeer<br />
en Notenkraker en Muizenkoning. <strong>Het</strong> was voor haar<br />
aanleiding om in 2005 te kiezen voor een carrière<br />
in Nederland. In 1998 won Anu de Prix d’Espoir<br />
van een van de belangrijkste balletcompetities voor<br />
jong talent, de Prix de Lausanne. In 2010 werd zij<br />
onderscheiden met de Alexandra Radius Prijs, en<br />
begin dit jaar nomineerde tijdschrift Dance Europe<br />
haar als ‘outstanding dancer of the year 2010’ voor<br />
haar optreden in David Dawsons Reverence.<br />
Matthew Golding<br />
Canadees Matthew Golding,<br />
geboren in Regina, is bezig<br />
aan zijn derde seizoen bij <strong>Het</strong><br />
<strong>Nationale</strong> <strong>Ballet</strong>, en werd, na<br />
zijn spectaculaire optreden in<br />
Alexander Ratmansky’s Don<br />
Quichot, in september 2010<br />
bevorderd van tweede tot<br />
eerste solist. Hij is opgeleid<br />
aan de Royal Winnipeg <strong>Ballet</strong><br />
School, de Kirov Academy<br />
in Washington D.C. en aan de Royal <strong>Ballet</strong> School<br />
in Londen. Na zijn opleiding danste hij eerst bij de<br />
Studio Company van het American <strong>Ballet</strong> Theatre en<br />
daarna drie jaar bij het hoofdgezelschap. In 2008 en<br />
2009 toerde hij door Spanje met het Corella <strong>Ballet</strong>, het<br />
gezelschap van sterdanser Ángel Corella. Matthew is<br />
winnaar van de Youth America Grand Prix en werd<br />
recent genomineerd voor de Zwaan voor de Meest<br />
Indrukwekkende Dansprestatie 2011 van de VSCD.<br />
Casey Herd<br />
Amerikaan Casey Herd (Salt<br />
Lake City, Utah) is sinds<br />
2008 als eerste solist aan <strong>Het</strong><br />
<strong>Nationale</strong> <strong>Ballet</strong> verbonden,<br />
nadat hij al eerder als<br />
gastsolist met het gezelschap<br />
optrad. Casey studeerde<br />
aan de <strong>Ballet</strong> West Academy<br />
in zijn geboorteplaats en<br />
aan de Kirov Academy<br />
in Washington D.C.<br />
Voorafgaand aan zijn komst naar Nederland danste<br />
hij bij het American <strong>Ballet</strong> Theatre en het Pacific<br />
Northwest <strong>Ballet</strong> in Seattle, waar hij uitgroeide tot een<br />
van de gezichtsbepalende dansers van het gezelschap.<br />
11
12<br />
Tamás Nagy<br />
Een jaar voor zijn afstuderen<br />
aan de Hongaarse Danskunst<br />
Academie in zijn<br />
geboorteplaats Boedapest<br />
won Tamás Nagy al twee<br />
balletprijzen: de eerste<br />
prijs op een door de school<br />
georganiseerd concours en<br />
de Horvàt Margit Academy<br />
Award. Er zouden nog veel<br />
prijzen volgen, waaronder in<br />
1996 een tweede prijs tijdens de Nureyev International<br />
<strong>Ballet</strong> Competition. Na zijn opleiding danste Tamás<br />
vijf jaar bij het Hongaars Nationaal <strong>Ballet</strong>, waar hij<br />
nog steeds vaste gastsolist is. In 1999 kwam hij als<br />
eerste solist in dienst bij <strong>Het</strong> <strong>Nationale</strong> <strong>Ballet</strong>.<br />
Jozef Varga<br />
eerste solisten<br />
Jozef Varga (Nove’Zamky,<br />
Slowaakse Republiek) won<br />
begin 2010 de Alexandra<br />
Radius Prijs. Na een carrière<br />
bij het Tsjechisch <strong>Ballet</strong><br />
in Praag en het Zwitserse<br />
Zürcher <strong>Ballet</strong>t kwam hij in<br />
2007 naar <strong>Het</strong> <strong>Nationale</strong><br />
<strong>Ballet</strong>, waar hij meteen een<br />
eerste-solistencontract kreeg.<br />
Jozef volgde zijn opleiding<br />
aan het Conservatorium voor Dans in Bratislava<br />
in zijn geboorteland en aan de Académie de Dance<br />
Classique Princesse Grace in Monte Carlo. Behalve<br />
de Alexandra Radius Prijs heeft hij prijzen gewonnen<br />
op diverse buitenlandse balletcompetities.<br />
Cédric Ygnace<br />
Fransman Cédric Ygnace<br />
(Parijs) heeft zich bij <strong>Het</strong><br />
<strong>Nationale</strong> <strong>Ballet</strong> in zes jaar<br />
tijd weten te ontwikkelen<br />
van corps de ballet-danser tot<br />
eerste solist. Hij is opgeleid<br />
aan de Académie de Dance<br />
Classique Princesse Grace in<br />
Monte Carlo en danste twee<br />
jaar bij Les <strong>Ballet</strong>s de Monte<br />
Carlo, voordat hij in 1998<br />
naar Amsterdam kwam. Cédric is vaste gastsolist<br />
bij The Australian <strong>Ballet</strong> en winnaar van diverse<br />
dansprijzen, waaronder de Alexandra Radius Prijs<br />
2004 en, voor zijn rol in Balanchines De Verloren<br />
Zoon, de Zwaan voor de Beste Dansprestatie<br />
2009. Tijdschrift Dance Europe nomineerde hem als<br />
‘outstanding dancer of the year 2010’ voor zijn titelrol<br />
in Krzysztof Pastors Nijinski. Bovendien ontving hij<br />
begin dit jaar een dubbele nominatie voor de Benois<br />
de la Danse-prijs, wederom voor Nijinski én voor de<br />
mannelijke hoofdrol in Alexander Ratmansky’s Don<br />
Quichot.
tweede solisten<br />
Charlotte Chapellier<br />
Française Charlotte Chapellier<br />
(Alençon) is opgeleid aan het<br />
Regionaal Conservatorium in<br />
Nantes en het Conservatoire<br />
Supérieur National in Parijs,<br />
waar zij in 1994 de eerste prijs<br />
won tijdens een door de school<br />
georganiseerde balletcompetitie.<br />
Aansluitend danste ze bij de<br />
Opéra de Nice en bij het Boston<br />
<strong>Ballet</strong>. Sinds 1997 maakt ze deel uit van <strong>Het</strong> <strong>Nationale</strong><br />
<strong>Ballet</strong>, waar ze zich ontwikkelde van corps de balletdanseres<br />
tot, sinds 2006, tweede soliste. Naast haar<br />
werk als danseres geeft Charlotte ook les en studeert<br />
zij balletten in.<br />
Natalia Hoffmann<br />
Natalia Hoffmann (Tsjaikovski,<br />
Rusland) volgde haar<br />
balletopleiding aan de school<br />
van het Staatstheater in Perm<br />
en danste vervolgens bij het<br />
Tsjaikovski Perm <strong>Ballet</strong>. Ze<br />
vervolgde haar carrière bij de<br />
Oper der Stadt Bonn en kwam in<br />
1997 als corps de ballet-danseres<br />
in dienst van <strong>Het</strong> <strong>Nationale</strong><br />
<strong>Ballet</strong>. In 2000 werd ze bevorderd tot tweede soliste.<br />
Ook Natalia heeft zich, naast haar danscarrière,<br />
inmiddels ontwikkeld tot balletdocent en repetitor.<br />
Vera Tsyganova<br />
Vera Tsyganova is geboren<br />
in het Russische Tula, een<br />
kleine tweehonderd kilometer<br />
verwijderd van Moskou. Ze<br />
volgde haar balletopleiding<br />
aan de befaamde Vaganova<br />
Academie in Sint-Petersburg. Na<br />
haar opleiding danste Vera bij het<br />
St. Petersburg Academy <strong>Ballet</strong><br />
Theatre en bij het Israel <strong>Ballet</strong>.<br />
Sinds 2007 is ze verbonden<br />
aan <strong>Het</strong> <strong>Nationale</strong> <strong>Ballet</strong>, waar ze begin 2010 werd<br />
bevorderd tot tweede soliste.<br />
Nadia Yanowsky<br />
Net als Maia Makhateli is<br />
de in Madrid geboren Nadia<br />
Yanowsky afkomstig uit een<br />
ware dansfamilie. Haar ouders,<br />
Anatol Yanowsky en Carmen<br />
Robles, waren beiden dansers,<br />
haar zus Zenaida is eerste soliste<br />
bij het Engelse Royal <strong>Ballet</strong> en<br />
haar broer Yury is eerste solist<br />
bij het Boston <strong>Ballet</strong>. Nadia,<br />
de jongste loot van het gezin, kwam in 2008 als<br />
grand sujet in dienst van <strong>Het</strong> <strong>Nationale</strong> <strong>Ballet</strong>. Met<br />
ingang van dit seizoen is ze bevorderd tot tweede<br />
soliste. In 2002 won ze tijdens de International <strong>Ballet</strong><br />
Competition in Luxemburg zowel de tweede prijs als<br />
de Prix d’Engagement.<br />
Juanjo Arqués<br />
Spanjaard Juanjo Arqués volgde<br />
zijn dansopleiding aan het<br />
Conservatorio de Danza in zijn<br />
geboortestad Murcia. Voordat hij<br />
in 2004 naar Nederland kwam,<br />
werkte hij vijf jaar als solist bij<br />
<strong>Ballet</strong> Victor Ullate in Madrid<br />
en, in dezelfde rang, vier jaar bij<br />
het English National <strong>Ballet</strong>. Bij<br />
<strong>Het</strong> <strong>Nationale</strong> <strong>Ballet</strong> begon hij als grand sujet; drie<br />
jaar later werd hij bevorderd tot tweede solist. Behalve<br />
danser is Juanjo ook een getalenteerd choreograaf. In<br />
2010 maakte hij Minos voor <strong>Het</strong> <strong>Nationale</strong> <strong>Ballet</strong> en<br />
ook dit seizoen staat, voor het programma Present/s,<br />
een nieuw werk van hem in de planning.<br />
13
14<br />
tweede solisten<br />
Roman Artyushhkin<br />
De in Moskou geboren Roman<br />
Artyushkin kwam in 2005<br />
als coryphee in dienst van <strong>Het</strong><br />
<strong>Nationale</strong> <strong>Ballet</strong>; in 2008 werd<br />
hij bevorderd tot tweede solist.<br />
Afgelopen seizoen danste<br />
Roman bij het Hongkong <strong>Ballet</strong>,<br />
maar met ingang van dit seizoen<br />
is hij weer terug in Amsterdam.<br />
Roman werd opgeleid aan de Staatsacademie voor<br />
choreografie in zijn geboorteplaats en danste eerder<br />
bij het Kremlin <strong>Ballet</strong>. Hij is winnaar van de Moscow<br />
State Triumph Award en was een van de laureaten<br />
van de Perm International <strong>Ballet</strong> Competition.<br />
Sefton Clarke<br />
Voor zijn rol in Solo van Hans<br />
van Manen werd Sefton Clarke<br />
vorig seizoen genomineerd<br />
voor de Zwaan voor de Beste<br />
Dansprestatie van de VSCD.<br />
Sefton is opgeleid aan de<br />
Royal <strong>Ballet</strong> School in zijn<br />
geboortestad Londen. Daarna<br />
danste hij achtereenvolgens<br />
bij The Royal <strong>Ballet</strong>, Birmingham Royal <strong>Ballet</strong>,<br />
<strong>Ballet</strong>t der Deutsche Oper am Rhein in Düsseldorf,<br />
het Zwitserse Zürcher <strong>Ballet</strong>t en het <strong>Ballet</strong>t der<br />
Wiener Staatsoper. In 2000 kwam hij in dienst van<br />
<strong>Het</strong> <strong>Nationale</strong> <strong>Ballet</strong>, waar hij zich in vijf jaar tijd<br />
opwerkte tot tweede solist.<br />
Félipe Diaz<br />
Geboren in de Colombiaanse<br />
stad Bogotá, volgde Félipe<br />
Diaz zijn opleiding aan de San<br />
Francisco <strong>Ballet</strong> School in de<br />
Verenigde Staten. Aansluitend<br />
danste hij vijf jaar bij het San<br />
Francisco <strong>Ballet</strong>. Sinds 1998 is<br />
hij verbonden aan <strong>Het</strong> <strong>Nationale</strong><br />
<strong>Ballet</strong>, waar hij in vijf jaar tijd<br />
uitgroeide van coryphée tot tweede solist. Félipe geeft<br />
daarnaast les.<br />
Steven Etienne<br />
Steven Etienne komt van ‘Down<br />
Under’: hij is geboren in Melbourne,<br />
volgde zijn dansopleiding aan de<br />
Australian <strong>Ballet</strong> School en danste<br />
aansluitend bij The Australian<br />
<strong>Ballet</strong>. Na een tussenstop in<br />
Zweden, waar hij bij het Skånes<br />
Danstheater danst, kwam hij in<br />
1996 naar <strong>Het</strong> <strong>Nationale</strong> <strong>Ballet</strong>. Hij<br />
begon als corps de ballet-danser en groeide in tien jaar<br />
tijd uit tot tweede solist. Sinds een aantal jaren werkt hij<br />
ook als repetitor voor Krzysztof Pastor.<br />
Mathieu Gremillet<br />
Mathieu Gremillet (Chateau-roux,<br />
Frankrijk) danst sinds 2002 bij<br />
<strong>Het</strong> <strong>Nationale</strong> <strong>Ballet</strong>, in de rang<br />
van achtereenvolgens coryphée,<br />
grand sujet en, sinds 2005, tweede<br />
solist. Daarvoor danste hij bij het<br />
Jeune <strong>Ballet</strong> de France en bij het<br />
Zwitserse Zürcher <strong>Ballet</strong>t. Mathieu<br />
studeerde aan de dansvakopleiding<br />
van het Conservatorium in Tours, aan de prestigieuze<br />
École de l’Opéra de Paris, het Conservatoire <strong>Nationale</strong><br />
Superieure de Danse de Paris en de École de Danse<br />
Roland Petit in Marseille.<br />
Artur Shesterikov<br />
Evenals collega-soliste Natalia<br />
Hoffmann werd Artur Shesterikov<br />
opgeleid aan de <strong>Ballet</strong>school van<br />
het Staatstheater in Perm (tevens<br />
zijn geboorteplaats), een van de<br />
drie meest hoog aangeschreven<br />
balletopleidingen in Rusland.<br />
Samen met danseres Viktoriya<br />
Ananyan maakte hij in 2007<br />
de overstap van het Tsjaikovski Perm <strong>Ballet</strong> naar <strong>Het</strong><br />
<strong>Nationale</strong> <strong>Ballet</strong>. Artur werd aangenomen als corps de<br />
ballet-danser, maar werd al vorig jaar tot tweede solist<br />
bevorderd. Tijdens de International <strong>Ballet</strong> Competition<br />
Arabesk in 2004 werd hij uitgeroepen tot ‘meest<br />
getalenteerde danser’. Hij heeft inmiddels hoofdrollen<br />
gedanst in Coppelia, The Sleeping Beauty en Don<br />
Quichot.
tweede solisten<br />
Remi Wörtmeyer<br />
Australiër Remi Wörtmeyer<br />
(Adelaide) kwam vorig jaar<br />
als grand sujet in dienst van<br />
bij <strong>Het</strong> <strong>Nationale</strong> <strong>Ballet</strong> en<br />
is met ingang van dit seizoen<br />
bevorderd tot tweede solist. Hij<br />
is opgeleid aan de Australian<br />
<strong>Ballet</strong> School en danste<br />
aansluitend bij The Australian<br />
<strong>Ballet</strong> in Melbourne en, gedurende een jaar, bij<br />
het American <strong>Ballet</strong> Theatre in New York. Hij is<br />
winnaar van de Walter Burke Award (2005) en<br />
won zilver tijdens de 8th Asian Pacific International<br />
<strong>Ballet</strong> Competition in 2001.<br />
Alexander Zhembrovskyy<br />
Al tijdens zijn opleiding aan de<br />
Staatsschool voor Choreografie<br />
in zijn geboortestad droomde<br />
Alexander Zhembrovskyy<br />
(Kiev, Oekraïne) van een<br />
carrière in het Westen; hij<br />
verlangde naar een grotere<br />
variëteit in balletrepertoire en<br />
stijlen. Sinds 2005 is hij als<br />
tweede solist aan <strong>Het</strong> <strong>Nationale</strong> <strong>Ballet</strong> verbonden.<br />
Daarvoor danste hij bij achtereenvolgens het<br />
<strong>Nationale</strong> Theater voor Opera en <strong>Ballet</strong> in Oekraïne,<br />
het Klassiek <strong>Ballet</strong> Theater in Sint-Petersburg,<br />
het Bayerisches Staatsballett in Duitsland en het<br />
Nationaal Theater voor Opera en <strong>Ballet</strong> in Slovenië.<br />
Tijdschrift Dance Europe nomineerde hem als<br />
‘outstanding dancer of the year 2010’ voor zijn<br />
optreden in Hans van Manens Sarcasmen.<br />
grand sujets<br />
Suzanna Kaic, Emanouela Merdjanova, Sasha<br />
Mukhamedov, Rachel Oomens, Laura O’Malley,<br />
Rosi Soto, Maiko Tsutsumi, Serguei Endinian, Koen<br />
Havenith, Ernst Meisner, Rink Sliphorst , Oleksey<br />
Smolyakov, James Stout<br />
coryphées<br />
Maria Chugai, Megan Zimny Gray, Erica Horwood,<br />
Milena Sidorova, Anatole Babenko, Peter Leung,<br />
Dario Mealli, Bruno da Rocha Pereira<br />
corps de ballet<br />
Angela Agresti, Naira Agvanean, Krista Ettlinger,<br />
Hannah de Klein, Natasja Lucassen, Amanda<br />
McGuigan, Aya Okumura, Rebecca Oltheten,<br />
Pascalle Paerel, Sandra Quintyn, Rebeca Taboada<br />
Rivas, Antonina Tchirpanlieva, Wendeline Wijkstra,<br />
Stephanie Williams, Young Gyu Choi, Sebastien<br />
Galtier, Vlad Ilcenco, Matthew Pawlicki , Chao Shi,<br />
Bastiaan Stoop, Wolfgang Tietze, Davit Vardanyan,<br />
Jared Wright<br />
élèves<br />
Ge Gao, Jingjing Mao, Saya Okubo, Tess Sturmann,<br />
Rohan Dunham, Vincent Hoffman, Edo Wijnen<br />
adspiranten<br />
Hannah Grennell, Michelle Murphy, Anouk<br />
Nelemans, Clothilde Tran-Phat, Martina Verbeni,<br />
Remy Catalan<br />
15
16<br />
Rachel Beaujean<br />
hoofd artistieke staf<br />
artistieke staf<br />
Ted Brandsen - artistiek directeur en choreograaf<br />
Ted Brandsen (Kortenhoef, Nederland)<br />
danste van 1981 tot 1991 bij<br />
<strong>Het</strong> <strong>Nationale</strong> <strong>Ballet</strong>. Daar maakte hij<br />
ook zijn eerste choreografieën. Brandsen<br />
creëerde vervolgens werk voor diverse<br />
binnen- en buitenlandse gezelschappen.<br />
In 1998 volgde zijn benoeming tot<br />
Hans van Manen - vaste choreograaf<br />
Hans van Manen (Nieuwer Amstel,<br />
1932) kreeg zijn eerste balletlessen in de<br />
Amsterdamse studio van Sonia Gaskell,<br />
die hem in 1951 als danser opnam in<br />
haar groep <strong>Ballet</strong> Recital. Vanaf 1961<br />
werkte Van Manen afwisselend bij de<br />
twee belangrijkste dansgezelschappen<br />
van Nederland. Zo was hij medeartistiek-directeur<br />
van het Nederlands<br />
Krzysztof Pastor (Gdansk, Polen) werd<br />
opgeleid aan de <strong>Nationale</strong> <strong>Ballet</strong>school<br />
in Gdansk. Van 1985 tot 1995 danste hij<br />
bij <strong>Het</strong> <strong>Nationale</strong> <strong>Ballet</strong>. Hier maakte<br />
hij in 1986 zijn eerste choreografie.<br />
Inmiddels heeft hij vijftig balletten op<br />
zijn naam, waarvan Kurt Weill in 2001<br />
werd genomineerd voor de internationale<br />
Benois de la Danse-prijs. In 2003 werd<br />
artistiek directeur van het West<br />
Australian <strong>Ballet</strong> in Perth, waar hij geëerd<br />
werd met de Centenary Medal. Begin<br />
2002 keerde Brandsen terug naar <strong>Het</strong><br />
<strong>Nationale</strong> <strong>Ballet</strong>, waar hij in juli 2003<br />
werd benoemd tot artistiek directeur.<br />
Daarnaast is hij actief als choreograaf.<br />
Dans Theater en achtereenvolgens<br />
huischoreograaf van <strong>Het</strong> <strong>Nationale</strong> <strong>Ballet</strong><br />
en het Nederlands Dans Theater. Sinds<br />
2005 is hij opnieuw als vaste choreograaf<br />
verbonden aan <strong>Het</strong> <strong>Nationale</strong> <strong>Ballet</strong>.<br />
Inmiddels heeft Van Manen meer dan<br />
120 balletten gecreëerd.<br />
Zie ook pagina 9.<br />
Krzysztof Pastor - vaste choreograaf<br />
Guillaume Graffin<br />
balletmeester<br />
Judy<br />
Maelor-Thomas<br />
balletmeester<br />
Alan Land<br />
balletmeester<br />
hij aangesteld als vaste choreograaf van<br />
<strong>Het</strong> <strong>Nationale</strong> <strong>Ballet</strong>. Daarnaast is Pastor<br />
ook actief voor talloze buitenlandse<br />
gezelschappen. In maart 2009 werd hij<br />
benoemd tot directeur van het Poolse<br />
<strong>Nationale</strong> <strong>Ballet</strong>, een functie die hij<br />
combineert met zijn positie bij <strong>Het</strong><br />
<strong>Nationale</strong> <strong>Ballet</strong>.<br />
Sandrine Leroy<br />
choreologist /<br />
repetitor<br />
Aina Bilkins<br />
balletmeester/<br />
coördinator<br />
sociale medische dienst<br />
Rinat Gizatulin<br />
senior balletdocent
holland symfonia<br />
Holland Symfonia is het jongste orkest van Nederland en bestaat in 2012 tien jaar.<br />
Chef-dirigent Otto Tausk viert eind 2011 zijn eerste lustrum bij Holland Symfonia.<br />
<strong>Het</strong> orkest treedt in wisselende samenstellingen op in concertzalen,<br />
theaters en op festivals. Holland Symfonia heeft drie pijlers: dans-, opera-<br />
en theaterbegeleiding; educatie & participatie, en symfonische concerten<br />
en cross-overs.<br />
Holland Symfonia is de vaste begeleidingspartner van <strong>Het</strong> <strong>Nationale</strong> <strong>Ballet</strong>.<br />
Voor dit internationaal befaamde dansgezelschap verzorgt het orkest al<br />
sinds jaar en dag de muzikale omlijsting van wereldberoemde balletten en<br />
producties. Daarnaast begeleidt Holland Symfonia geregeld Nederlands<br />
Dans Theater en de <strong>Nationale</strong> Reisopera.<br />
Holland Symfonia geeft symfonische concerten in de Randstad, met<br />
als vaste speelplaatsen de Philharmonie in Haarlem, Theater De Vest in<br />
Alkmaar, de Stadsgehoorzaal in Leiden en Schouwburg het Park in Hoorn.<br />
Holland Symfonia wil op innovatieve wijze het publiek benaderen,<br />
bewerkstelligt nieuwe culturele samenwerkingsverbanden en verleent<br />
zijn medewerking aan muzikale uitvoeringen met innovatieve<br />
presentatievormen.<br />
Jaarlijkse tradities blijven eveneens gehandhaafd, waaronder de uitvoering<br />
van de Matthäus Passion van Bach, het jaarlijkse kerst- en nieuwjaarsconcert<br />
en feestelijke seizoensopeningen en -afsluitingen.<br />
Postbus 2023<br />
2002 CA Haarlem<br />
info@hollandsymfonia.com<br />
www.hollandsymfonia.com<br />
Andrea Quinn – dirigent<br />
Andrea Quinn (1964) studeerde directie aan de Royal Academy of Music bij Colin Metters,<br />
George Hurst en John Carewe. In 1989 verliet ze de academie met zowel de Ernest Read-<br />
als de Ricordi Conducting Prize op zak.<br />
Daarna kreeg ze van de National Association of Youth Orchestras Conductors een<br />
beurs voor verdere studie in het buitenland. Deze leidde haar naar Hongarije waar<br />
ze deelnam aan het Internationale Bartók Seminar.<br />
Quinn heeft in Engeland gewerkt met veel vooraanstaande orkesten, waaronder<br />
het London Symphony en het London Philharmonic Orchestra, het Royal<br />
Philharmonic Orchestra, het BBC National Orchestra of Wales en het BBC Scottish<br />
Symphony Orchestra. Ze maakte haar BBC-Prom debuut in 2000. Vervolgens was<br />
ze drie jaar muzikaal leider van het London Philharmonic Youth Orchestra. In<br />
juni 2001 nam ze tevens de functie van muzikaal leider van het New York City<br />
<strong>Ballet</strong> op zich, nadat ze in 1999 haar debuut met dit gezelschap had gemaakt.<br />
Sinds november 2005 is Quinn muzikaal leider van het Symphony Orchestra of<br />
Norrlands Operan in Umea, Zweden.<br />
17
18<br />
Carel Kraayenhof y su Sexteto Canyengue<br />
Bandoneonist, componist en arrangeur Carel Kraayenhof (1958) is een van de bekendste<br />
bandoneonspelers van deze tijd. Hij werkte samen met twee van de grootste tangolegendes<br />
allertijden: Astor Piazzolla († 1992) en Osvaldo Pugliese († 1995), met wie hij tevens<br />
een persoonlijke band ontwikkelde.<br />
In 2002 veroverde Kraayenhof het hart van prinses Máxima – en daarmee de harten<br />
van heel Nederland – met zijn uitvoering van Piazzolla’s Adiós Nonino tijdens het<br />
huwelijk van Willem-Alexander en Máxima.<br />
Sinds 1988 leidt Kraayenhof het door hem opgerichte Sexteto Canyengue. Daarnaast<br />
werk(te) hij samen met uiteenlopende grootheden uit de klassieke muziek, met<br />
internationale symfonieorkesten, en – in een optreden met popmuzikant Sting –<br />
het London Philharmonic Orchestra. Ook in Nederland verkent Kraayenhof graag<br />
de muzikale horizon, getuige zijn samenwerking met onder anderen André Hazes,<br />
Bløf, Trijntje Oosterhuis en Marco Borsato.<br />
Kraayenhof ontving veel onderscheidingen, waaronder in 2003 de Edison<br />
Publieksprijs voor zijn cd Tango Royal. In 2005 ontving hij van de Argentijnse<br />
regering een hoge onderscheiding voor zijn inzet voor de Argentijnse tango.<br />
bezetting:<br />
Carel Kraayenhof (bandoneon), Juan Pablo Dobal (piano), Tijmen Huisingh<br />
(viool), Bert Vos (altviool), Jaap Branderhorst (contrabas), Andre van Berlo (gitaar)<br />
en Frank Wardenier (percussie).<br />
Sarah Oates – viool<br />
Sarah Oates (1976) kreeg haar eerste vioollessen aan het Hugo Lambrecht Centre te<br />
Kaapstad, Zuid-Afrika.<br />
Op haar veertiende won zij het prestigieuze Huguenot Nationaal Muziekconcours<br />
van Zuid-Afrika. In 1992 vervolgde ze haar studie aan de Purcell School te<br />
Londen, en drie jaar later aan het Royal Northern College of Music te Manchester.<br />
Oates volgde masterclasses bij onder anderen Lord Yehudi Menuhin en Pinchas<br />
Zukerman. Dit leidde tot een uitnodiging om bij laatstgenoemde in New York aan<br />
The Manhattan School of Music te komen studeren. In 2000 behaalde zij daar haar<br />
titel ‘Bachelor of Arts in Music’. Zij sloot haar studie aan het Conservatorium te<br />
Amsterdam af bij Alexander Kerr.<br />
Als soliste heeft Sarah Oates uitvoeringen gegeven met onder meer het London<br />
Philharmonic Youth Orchestra, Cape Town Symphony Orchestra, de Natal<br />
Philharmonic, de Filharmonie van Vlaanderen en Holland Symfonia, waar ze sinds<br />
2008 Eerste Concertmeester is. Sinds 2003 is Oates violiste van het Devich Trio.<br />
Kelly God – sopraan<br />
De Nederlandse sopraan Kelly God (Heerlen, 1975) studeerde met onderscheiding af als<br />
oratorium- en operazangeres aan het Conservatorium in Maastricht.<br />
Ze won diverse prijzen, waaronder de Henriëtte Hustinxprijs, tijdens de Erna Spoorenberg<br />
Vocalisten Presentatie en de Hans Gabor Belvédère Competition in Wenen. God zingt regelmatig<br />
met het Duitse Württembergisches Kammerorchester Heilbronn en, in Nederland, met<br />
het Gelders Orkest. In 2002 werd ze aangenomen in het solistenensemble van Theater Erfurt<br />
in Duitsland. Sinds 2006 is ze verbonden aan het Staatstheater Hannover. God zingt als gast<br />
regelmatig bij de <strong>Nationale</strong> Reisopera, onder meer in Wagners Ring-cyclus.
vier letzte lieder<br />
Frühling (Lente)<br />
(Tekst: Hermann Hesse)<br />
In dämmrigen Grüften<br />
träumte ich lang<br />
von deinen Bäumen und blauen<br />
Lüften,<br />
Von deinem Duft und Vogelsang.<br />
Nun liegst du erschlossen<br />
In Gleiß und Zier<br />
von Licht übergossen<br />
wie ein Wunder vor mir.<br />
Du kennst mich wieder,<br />
du lockst mich zart,<br />
es zittert durch all meine Glieder<br />
deine selige Gegenwart!<br />
In deemsterende krochten<br />
droomde ik lang<br />
van jouw bomen en blauwe<br />
lucht,<br />
van je geuren en ‘t zingen van de<br />
vogels.<br />
Nu lig je als ontsloten<br />
met glans en sier,<br />
van licht overspoeld<br />
als een wonder voor mij.<br />
Je kent me weer,<br />
je wenkt me teer.<br />
het siddert door al mijn leden<br />
van jouw zalige aanwezendheid!<br />
September<br />
(Tekst: Hermann Hesse)<br />
Der Garten trauert,<br />
kühl sinkt in die Blumen der<br />
Regen.<br />
Der Sommer schauert<br />
still seinem Ende entgegen.<br />
Golden tropft Blatt um Blatt<br />
nieder vom hohen Akazienbaum.<br />
Sommer lächelt erstaunt und<br />
matt<br />
In den sterbenden Gartentraum.<br />
Lange noch bei den Rosen<br />
bleibt er stehn, sehnt sich nach<br />
Ruh.<br />
Langsam tut er<br />
die müdgeword'nen Augen zu.<br />
De tuin treurt.<br />
koel zijgt in de bloemen de<br />
regen.<br />
De zomer huivert in stilte,<br />
zijn einde tegemoet.<br />
Als goud druppelt blad na blad<br />
uit de hoge acacia neer.<br />
De zomer glimlacht verbaasd<br />
en mat,<br />
in de stervende droomtuin.<br />
Lang nog bij de rozen<br />
blijft hij staan en smacht naar<br />
rust.<br />
Langzaam doet hij zijn grote<br />
moegekeken ogen toe.<br />
Beim Schlafengehen<br />
(Bij het slapengaan)<br />
(Tekst: Hermann Hesse)<br />
Nun der Tag mich müd'<br />
gemacht,<br />
soll mein sehnliches Verlangen<br />
freundlich die gestirnte Nacht<br />
wie ein müdes Kind empfangen.<br />
Hände, laßt von allem Tun,<br />
Stirn, vergiß du alles Denken.<br />
Alle meine Sinne nun<br />
wollen sich in Schlummer<br />
senken.<br />
Und die Seele, unbewacht,<br />
will in freien Flügen schweben,<br />
um im Zauberkreis der Nacht<br />
tief und tausendfach zu leben.<br />
Nu de dag mij heeft moe<br />
gemaakt,<br />
wens ik smachtend<br />
mijn vriend de sterrennacht<br />
als een dommelend kind te<br />
ontvangen.<br />
Mijn handen, ik laat ze niets<br />
meer doen<br />
mijn kop mag alle denken laten.<br />
Al mijn zinnen willen nu<br />
zich sluimerend laten wegzinken.<br />
En onbewaakt wil mijn ziel<br />
in vrije vlucht gaan zweven<br />
om in de toverkring der nacht<br />
diep en duizendvoud te leven.<br />
Im Abendrot<br />
(In het avondrood)<br />
(Tekst: Joseph von Eichendorff)<br />
Wir sind durch Not und Freude<br />
gegangen Hand in Hand;<br />
vom Wandern ruhen wir<br />
nun überm stillen Land.<br />
Rings sich die Täler neigen,<br />
es dunkelt schon die Luft.<br />
Zwei Lerchen nur noch steigen<br />
nachträumend in den Duft.<br />
Tritt her und laß sie schwirren,<br />
bald ist es Schlafenszeit.<br />
Daß wir uns nicht verirren<br />
in dieser Einsamkeit.<br />
O weiter, stiller Friede!<br />
So tief im Abendrot.<br />
Wie sind wir wandermüde--<br />
Ist dies etwa der Tod?<br />
Wij zijn door nood en vreugden<br />
hand in hand gegaan;<br />
en rusten na het dwalen samen<br />
hier in de stilte van het land.<br />
Rondom ons neigen de dalen;<br />
het donkert al in de lucht.<br />
nog stijgen er twee leeuweriken<br />
nachtdromend in de schemering.<br />
Kom, laat ze maar fladderend<br />
zingen.<br />
dra is het slapenstijd.<br />
Hier mogen we niet verdwalen<br />
in deze eenzaamheid.<br />
Die weidse zwijgende<br />
vreedzaamheid,<br />
gedompeld in het avondrood.<br />
Hoe zeer zijn we ’t wandelen nu<br />
moe--is<br />
het ten dode toe?<br />
Vertaling : Karel D'huyvetters<br />
19
Ik ga ervan uit dat ze allemaal top zijn, maar<br />
ik wil een Private Banker die mij ook snapt<br />
Meneer Van Oosteren, Den Haag<br />
Wij helpen u graag bij het<br />
vinden van de Private Banker<br />
waar u de beste klik mee heeft<br />
Bij ING werken meer dan honderd topspecialisten op het gebied van Private Banking.<br />
Rob Oomens helpt u graag de Private Banker te vinden die het beste bij u past. Want wij<br />
geloven dat een goede klik de basis is om sneller te schakelen en meer te bereiken.<br />
20 Bel Rob Oomens voor een afspraak op 06 34 00 48 00.
Ontdek op www.het-ballet.nl<br />
subsidiënten<br />
met dank aan<br />
<strong>Het</strong> jubileumseizoen van <strong>Het</strong> <strong>Nationale</strong> <strong>Ballet</strong> wordt mede mogelijk gemaakt door:<br />
teksten Wouter Hos, Astrid van Leeuwen, Marcel Armand van Nieuwpoort tekstcorrecties Frits Vliegenthart eindredactie Astrid van<br />
Leeuwen coördinatie Eric Korsten coverfoto Erwin Olaf dansers cover Igone de Jongh, Anatole Babenko en Sefton Clarke coverfoto<br />
achterzijde Erwin Olaf danseres Anna Tsygankova foto’s binnenwerk Jorge Fatauros, Gerry Hurkmans, Deen van Meer, Erwin Olaf,<br />
Siegfried Regeling, Angela Sterling, Johan Vigeveno grafisch ontwerp Sander van der Duin, Erwin van der Kreeft, Martin Pyper<br />
[omslag] lay-out Sander van der Duin, Erwin van der Kreeft druk Stadsdrukkerij Amsterdam NV. uitgever <strong>Het</strong> <strong>Nationale</strong> <strong>Ballet</strong><br />
postadres Postbus 16822, 1001 RH Amsterdam bezoekadres Waterlooplein 22, 1011 PG Amsterdam telefoon [020] 551 82 25<br />
fax [020] 551 80 70 email info@het-ballet.nl<br />
website www.het-ballet.nl<br />
facebook www.facebook.com/hetnationaleballet<br />
hyves www.hetnationaleballet.hyves.nl<br />
youtube www.youtube.com/user/<strong>Het</strong><strong>Nationale</strong><strong>Ballet</strong><br />
twitter www.twitter.com/DutchNat<strong>Ballet</strong><br />
21