Cannabisgebruik en hulpverlening 2008 - Brijder

Cannabisgebruik en hulpverlening 2008 - Brijder Cannabisgebruik en hulpverlening 2008 - Brijder

03.09.2013 Views

Cannabis als secundaire problematiek Ook is een verdeling gemaakt naar cannabis als secundaire problematiek (bijmiddel) voor de groep patiënten met overige problematiek, waarvan het bijmiddel bekend is. Het gaat hier dus om patiënten die als hoofdmiddel een ander middel dan cannabis gebruiken en die mogelijk, cannabis als bijmiddel gebruiken. Uit deze gegevens blijkt dat het percentage patiënten dat cannabis als bijmiddel gebruikt door de jaren heen stijgt, van 11,2% in 1999 naar 15,1% in 2006 (zie tabel H in de bijlage). a 2.2.5 Type behandeling van patiënten met primaire cannabisproblematiek Behandeling na intake Het blijkt dat de meerderheid van de groep patiënten met cannabis als primair probleem en de groep patiënten met overige problematiek, nadat de centrale intake heeft plaatsgevonden, start met een behandeling (zie tabel 3 en tabel I in de bijlage). Het betreft hier de patiënten die binnen de door de GGZ Nederland gestelde termijnen (treeknormen) in zorg zijn gekomen. In geval van een klinische behandeling betreft dit 105 dagen, bij een poliklinische behandeling is dit 98 dagen. Dit percentage is 67,7% voor de groep met cannabis als primaire problematiek en 66,1% voor de patiënten met overige problematiek. Overigens fluctueren de percentages van patiënten die starten met een behandeling door de jaren heen voor beide groepen sterk. Type behandeling Gelet op het type behandeling, namelijk klinisch versus ambulant, valt op, dat de meerderheid van de patiënten na intake start met een ambulante behandeling (zie tabel 3 en tabel J in de bijlage). Voor de groep patiënten met primaire cannabisproblematiek betreft dit 94,2%. Voor de groep patiënten met overige problematiek ligt dit percentage lager, namelijk 86,4%. In totaal zijn 27 patiënten (5,7%) van de groep met primaire cannabisproblematiek gestart met een klinische behandeling. Van deze groep is de meerderheid van de patiënten doorverwezen naar Mistral, een klinische behandeling speciaal voor jongeren. Gelet op de verdeling door de verschillende jaren heen, valt op dat voor de groep patiënten met cannabis als primair probleem tot 2003 het percentage dat een klinische behandeling start na de intake stijgt van 3,2% in 1999 naar 14,3% in 2003. Vanaf 2004 is echter weer een daling van dit percentage waar te nemen. Voor de groep patiënten met overige problematiek valt door de jaren heen uit de tabel af te lezen dat het percentage patiënten dat start met een klinische behandeling afneemt van 17,4% in 1999 naar 6,8% in 2006. Hierbij dient opgemerkt te worden dat een ambulante behandeling in principe de eerst geïndiceerde behandelvorm is voor patiënten met primaire cannabisproblematiek. Een klinische behandeling wordt slechts bij uitzondering geïndiceerd, namelijk als er sprake is van zeer ernstige (bijkomende) problematiek. a De stijging van 1999 tot en met 2006 in cannabis als secundair probleem middel is significant. 14

2.3 Samenvatting resultaten onderzoeksvragen • Onder de patiënten die tussen 1999 en 2006 “nieuw in zorg” zijn gekomen, is het percentage patiënten met primaire cannabisproblematiek toegenomen van 3,4% naar 9,3%. • Deze toename geldt tevens voor het percentage vrouwen met primaire cannabisproblematiek. • Het aantal primaire cannabisgebruikers van allochtone afkomst is de afgelopen jaren gedaald. • Het percentage jonge patiënten (≤ 23 jaar) met primaire cannabisproblematiek is door de jaren heen toegenomen van 11,8% naar 28,9%. • Ruim éénderde van de patiënten (38,6%) gebruikt ten minste 10 jaar cannabis. • Het percentage patiënten dat cannabis gebruikt als bijmiddel is de afgelopen jaren toegenomen van 11,2% naar 15,1%. • Alcohol (56,9%) is het meest voorkomende bijmiddel naast het cannabisgebruik. • De meerderheid (67,7%) van patiënten met cannabis als primaire problematiek, start na een intake daadwerkelijk met een (over het algemeen) ambulante behandeling. 15

Cannabis als secundaire problematiek<br />

Ook is e<strong>en</strong> verdeling gemaakt naar cannabis als secundaire problematiek (bijmiddel) voor de groep<br />

patiënt<strong>en</strong> met overige problematiek, waarvan het bijmiddel bek<strong>en</strong>d is. Het gaat hier dus om patiënt<strong>en</strong><br />

die als hoofdmiddel e<strong>en</strong> ander middel dan cannabis gebruik<strong>en</strong> <strong>en</strong> die mogelijk, cannabis als bijmiddel<br />

gebruik<strong>en</strong>. Uit deze gegev<strong>en</strong>s blijkt dat het perc<strong>en</strong>tage patiënt<strong>en</strong> dat cannabis als bijmiddel gebruikt<br />

door de jar<strong>en</strong> he<strong>en</strong> stijgt, van 11,2% in 1999 naar 15,1% in 2006 (zie tabel H in de bijlage). a<br />

2.2.5 Type behandeling van patiënt<strong>en</strong> met primaire cannabisproblematiek<br />

Behandeling na intake<br />

Het blijkt dat de meerderheid van de groep patiënt<strong>en</strong> met cannabis als primair probleem <strong>en</strong> de groep<br />

patiënt<strong>en</strong> met overige problematiek, nadat de c<strong>en</strong>trale intake heeft plaatsgevond<strong>en</strong>, start met e<strong>en</strong><br />

behandeling (zie tabel 3 <strong>en</strong> tabel I in de bijlage). Het betreft hier de patiënt<strong>en</strong> die binn<strong>en</strong> de door de<br />

GGZ Nederland gestelde termijn<strong>en</strong> (treeknorm<strong>en</strong>) in zorg zijn gekom<strong>en</strong>. In geval van e<strong>en</strong> klinische<br />

behandeling betreft dit 105 dag<strong>en</strong>, bij e<strong>en</strong> poliklinische behandeling is dit 98 dag<strong>en</strong>. Dit perc<strong>en</strong>tage is<br />

67,7% voor de groep met cannabis als primaire problematiek <strong>en</strong> 66,1% voor de patiënt<strong>en</strong> met overige<br />

problematiek. Overig<strong>en</strong>s fluctuer<strong>en</strong> de perc<strong>en</strong>tages van patiënt<strong>en</strong> die start<strong>en</strong> met e<strong>en</strong> behandeling<br />

door de jar<strong>en</strong> he<strong>en</strong> voor beide groep<strong>en</strong> sterk.<br />

Type behandeling<br />

Gelet op het type behandeling, namelijk klinisch versus ambulant, valt op, dat de meerderheid van de<br />

patiënt<strong>en</strong> na intake start met e<strong>en</strong> ambulante behandeling (zie tabel 3 <strong>en</strong> tabel J in de bijlage). Voor de<br />

groep patiënt<strong>en</strong> met primaire cannabisproblematiek betreft dit 94,2%. Voor de groep patiënt<strong>en</strong> met<br />

overige problematiek ligt dit perc<strong>en</strong>tage lager, namelijk 86,4%. In totaal zijn 27 patiënt<strong>en</strong> (5,7%) van<br />

de groep met primaire cannabisproblematiek gestart met e<strong>en</strong> klinische behandeling. Van deze groep<br />

is de meerderheid van de patiënt<strong>en</strong> doorverwez<strong>en</strong> naar Mistral, e<strong>en</strong> klinische behandeling speciaal<br />

voor jonger<strong>en</strong>. Gelet op de verdeling door de verschill<strong>en</strong>de jar<strong>en</strong> he<strong>en</strong>, valt op dat voor de groep<br />

patiënt<strong>en</strong> met cannabis als primair probleem tot 2003 het perc<strong>en</strong>tage dat e<strong>en</strong> klinische behandeling<br />

start na de intake stijgt van 3,2% in 1999 naar 14,3% in 2003. Vanaf 2004 is echter weer e<strong>en</strong> daling<br />

van dit perc<strong>en</strong>tage waar te nem<strong>en</strong>. Voor de groep patiënt<strong>en</strong> met overige problematiek valt door de<br />

jar<strong>en</strong> he<strong>en</strong> uit de tabel af te lez<strong>en</strong> dat het perc<strong>en</strong>tage patiënt<strong>en</strong> dat start met e<strong>en</strong> klinische<br />

behandeling afneemt van 17,4% in 1999 naar 6,8% in 2006. Hierbij di<strong>en</strong>t opgemerkt te word<strong>en</strong> dat<br />

e<strong>en</strong> ambulante behandeling in principe de eerst geïndiceerde behandelvorm is voor patiënt<strong>en</strong> met<br />

primaire cannabisproblematiek. E<strong>en</strong> klinische behandeling wordt slechts bij uitzondering geïndiceerd,<br />

namelijk als er sprake is van zeer ernstige (bijkom<strong>en</strong>de) problematiek.<br />

a De stijging van 1999 tot <strong>en</strong> met 2006 in cannabis als secundair probleem middel is significant.<br />

14

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!