Bereiding van poeder - Feed & Food

Bereiding van poeder - Feed & Food Bereiding van poeder - Feed & Food

03.09.2013 Views

Het homogeniseren heeft tot doel de vetverdeling in het bereide poeder te verbeteren en dit resulteert in een verlaging van het "vrij-vet"-gehalte. Het poeder krijgt hierdoor gunstiger oploseigenschappen: betere wettability of bevochtigbaarheid. Melkpoeder (28 % vet) bevat normaal 4 tot 10 % vrij vet, berekend op het poeder. Na homogeniseren van het concentraat bevat het poeder nog slechts 1 à 2 % vrij vet. Ook zonder dat een hoge-drukhomogenisator wordt toegepast treedt bij indampen en verstuiven, vooral indien drukverstuiving wordt gebruikt, steeds een homogeniserend effect op. De additionele homogenisatie levert echter nog een aanzienlijke reduktie van het "vrijvet" op. O.i.v. homogeniseren neemt de viscositeit van het concentraat toe. Deze viscositeitsstijging resulteert in een nadelige beinvloeding van enkele poedereigenschappen -o.a. doordat bij verstuiven een grovere nevel wordt gevormd- zoals de oplosbaarheid, tenzij bij de instelling van het droge-stofgehalte van het concentraat hiermee rekening wordt gehouden. 8.4.3. Voorverhitten. Het concentraat wordt juist voor het droogproces in de toren, tot 70 à 75°C voorverhit. Hierbij wordt een buizenwarmtewisselaar "de dikmelkpasteur" toegepast of soms ook, ter bevordering van een gelijkmatige doorstroming, een schrapende warmtewisselaar. De doeleinden van deze voorverhitting zijn de volgende: • De bacteriologische gesteldheid van het concentraat en dus van het poeder te verbeteren. Het effect van deze pasteurisatie is niet erg groot. Het doel, het doden van de micro-organismen, die in de indampinstallatie en in de bufferbakjes tot ontwikkeling zijn gekomen, kan met deze tijd-temperatuur combinatie nauwelijks worden gerealiseerd. In feite zijn voor het doden van deze thermoresistenten forsere verhittingen noodzakelijk, maar dit leidt, vooral indien concentraten met een hoog droge-stofgehalte worden voorverhit, tot sterke vervuiling van de pasteur en tot nadelige beinvloeding van de poederkwaliteit. • De viscositeit op het moment van verstuiven te verlagen. • De torencapaciteit (2 redenen) te vergroten. Om nadikkingsverschijnselen, die door de hoge pasteurisatietemperatuur worden bevorderd, te beperken, dient de verblijfstijd van het concentraat in de leiding tussen dikmelkpasteur en verstuiver zo kort mogelijk te zijn en dient men voor een hoge afschuifsnelheid in deze leiding te zorgen. De dikmelkpasteur wordt i.v.m. dit nadikken soms wel op de toren geplaatst. Wel moet dan de verstuivingsdruk opnieuw worden geregeld.

Naast de twee buffertanks staat vaak een watertank die gebruikt wordt bij het opstarten en stoppen van het droogproces in de toren. Ook kan deze tank gebruikt worden bij kleine storingen of een plotseling tekort aan concentraat. Met niveaubeveiligers in de buffertank wordt bij een tekort automatisch ovegeschakeld op de watertank. De volgorde van de concentraattoevoer kan zijn: (2) buffertanks/watertank → Concentraatpomp → Voorverhitter → Filters → Homogenisator → Toren.

Naast de twee buffertanks staat vaak een watertank die gebruikt wordt bij het opstarten<br />

en stoppen <strong>van</strong> het droogproces in de toren.<br />

Ook kan deze tank gebruikt worden bij kleine storingen of een plotseling tekort aan<br />

concentraat.<br />

Met niveaubeveiligers in de buffertank wordt bij een tekort automatisch ovegeschakeld<br />

op de watertank.<br />

De volgorde <strong>van</strong> de concentraattoevoer kan zijn:<br />

(2) buffertanks/watertank → Concentraatpomp → Voorverhitter → Filters →<br />

Homogenisator → Toren.

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!