Bereiding van poeder - Feed & Food
Bereiding van poeder - Feed & Food Bereiding van poeder - Feed & Food
De derde fase van de MSD komt volledig overeen met de tweede fase van de tweetrapsdroger. Fig. 13.1.1. Schema van de meerfasendroger. Tabel 13.1.1. Procescondities waarbij ondermelkpoeder kan worden gedroogd in de meerfasendroger (indicatief). +-----------------------------------------------+ ¦Concentraat temperatuur 67°C ¦ ¦Hoofdlucht ingangstemp. 225°C ¦ ¦ uitgangstemp. 67°C ¦ ¦Statisch wervelbed luchttemp. 110°C ¦ ¦ poedertemp. 62°C ¦ ¦Schudbedsectie 1 luchttemp. 93°C ¦ ¦ ,, ,, 2 luchttemp. 15°C ¦ ¦ ¦ +-----------------------------------------------+ Tabel 13.1.2. Vochtgehalte. +--------------------------------------+ ¦Concentraat 50 % water ¦ ¦Eerste droogfase 3A 10 - 15 % water ¦ ¦Statisch wervelbed 3 - 7 % water ¦ ¦Wervelbeddroger 2,5 - 4 % water ¦ +--------------------------------------+
In de eerste droogfase boven in de droogkamer (3A) wordt het geconcentreerde produkt (50% d.s.) gedroogd tot het een vochtgehalte heeft van ca. 10 - 15 %. Vervolgens worden lucht en poeder gescheiden; het grootste deel van de natte poeder komt op het interne, statische wervelbed (3B) terecht, waar het met een tweede hoeveelheid droge, warme lucht verder wordt gedroogd tot het een vochtgehalte van 3 - 7 % heeft (tweede droogfase). De fijnste deeltjes, die samen met de uitgaande lucht aan de bovenkant van de toren zijn afgevoerd, worden door middel van twee cyclonen (4A en 4B) van de lucht afgescheiden en teruggevoerd in de droogkamer ter hoogte van het interne statische wervelbed (3B). Op het externe schudbed (3C) wordt het produkt met een derde luchtstroom gedroogd tot het poeder het gewenste eindvochtgehalte heeft en vervolgens met een vierde luchtstroom (3C) gekoeld tot een temperatuur beneden 30°C. Het voordeel van een MSD boven een tweefasendroger is dat het vochtgehalte na de eerste droogfase hoger kan zijn. Een tweefasendroger levert meestal al vervuilingsproblemen als het vochtgehalte meer dan 6 % bedraagt. Bij de MSD kan dit vochtgehalte verhoogd worden tot 10 - 15 %. Het hogere vochtgehalte is mogelijk doordat het plakkerige poeder wordt opgevangen in het gefluidiseerde bed. Door de intense menging en betrekkelijke snelle nadroging in dit bed treden er geen aankoekingsproblemen op. De uitlaattemperatuur is bij eenzelfde inlaattemperatuur lager. Omdat de diffusiesnelheid binnen het drogende deeltje bij hogere vochtgehaltes veel groter is en het poeder een hoger vochtgehalte heeft na de eerste fase kan een hogere inlaattemperatuur gekozen worden bij eenzelfde hittebelasting van het poeder. Bij de MSD-droger treedt een sterkere agglomeratie van poederdeeltjes op, nog meer dan in een tweefasendroger. De MSD-drogers hebben een lager energieverbruik vergeleken met één- of tweefasendrogers. Fig 13.1.2. Anhydro en Niro 3-trapsdrogers.
- Page 90 and 91: weipoeder tot 200 à 210 o C (hoger
- Page 92 and 93: Het wiel, (fig.10.2.8. en 10.2.12)
- Page 94 and 95: Fig.10.2.10. Verstuiveraggregaat va
- Page 96 and 97: Fig.10.2.13. Wiel met stroomspoelin
- Page 98 and 99: Bij drukverstuiving wordt het conce
- Page 100 and 101: Fig.10.2.16 Multi nozzle drooginsta
- Page 102 and 103: Blijft het poeder te lang in de tor
- Page 104 and 105: Fig.10.2.18. Toevoer van drooglucht
- Page 106: ♦ Er dienen voorzieningen te zijn
- Page 110 and 111: Literatuur. 1. VMT 1972, nr 17, J.G
- Page 112 and 113: Fig.11.2 Fig. 11.3. Effectieve diff
- Page 114 and 115: Om gedurende de korte nadroogtijd h
- Page 116 and 117: Tabel 11.1.b Influens of the outlet
- Page 118 and 119: Fig. 11.10. De invloed van de inten
- Page 120 and 121: Deze lijnen volgen bijna die van co
- Page 122 and 123: Stel dat lucht van 20 o C en RV=70
- Page 124 and 125: Dit evenwicht wordt in de praktijk
- Page 126 and 127: Drie ervaringen uit de praktijk 18
- Page 128 and 129: Wat wel kan worden bereikt met een
- Page 130 and 131: Tabel 13.1. Ondermelkconcentraat va
- Page 132 and 133: 13.1 MEER FASE DROGING A. Sproeidro
- Page 134 and 135: Een tweefasendroger levert meestal
- Page 136 and 137: Voor een goede gecontroleerde gelij
- Page 138 and 139: 13.2. Schuimdrogen. Schuimdrogen (S
- Page 142 and 143: B. De Filtermat verstuivingsdroogin
- Page 144 and 145: De verblijftijd in deze eerste fase
- Page 146 and 147: 14. DE BEREIDING VAN INSTANT POEDER
- Page 148 and 149: Fig.14.3. De bereiding van instant
- Page 150 and 151: Bij 4 wordt een lecithine-in-botero
- Page 152 and 153: De kwaliteit van een cycloon hangt
- Page 154 and 155: Literatuur. 1. Het verstuivingsdroo
- Page 156 and 157: Tabel 16.1. Voorbeelden van de cota
- Page 158 and 159: Een belangrijke eigenschap van melk
- Page 160 and 161: c. Melkpoeder wordt op gestandaardi
- Page 162 and 163: Het gebrek ouds of lijmig wordt in
- Page 164 and 165: De effectieve Q10 van de reactie in
- Page 166 and 167: Microbieel en enzymetisch bederf ko
De derde fase <strong>van</strong> de MSD komt volledig overeen met de tweede fase <strong>van</strong> de<br />
tweetrapsdroger.<br />
Fig. 13.1.1. Schema <strong>van</strong> de meerfasendroger.<br />
Tabel 13.1.1.<br />
Procescondities waarbij ondermelk<strong>poeder</strong> kan worden gedroogd in de meerfasendroger<br />
(indicatief).<br />
+-----------------------------------------------+<br />
¦Concentraat temperatuur 67°C ¦<br />
¦Hoofdlucht ingangstemp. 225°C ¦<br />
¦ uitgangstemp. 67°C ¦<br />
¦Statisch wervelbed luchttemp. 110°C ¦<br />
¦ <strong>poeder</strong>temp. 62°C ¦<br />
¦Schudbedsectie 1 luchttemp. 93°C ¦<br />
¦ ,, ,, 2 luchttemp. 15°C ¦<br />
¦ ¦<br />
+-----------------------------------------------+<br />
Tabel 13.1.2.<br />
Vochtgehalte.<br />
+--------------------------------------+<br />
¦Concentraat 50 % water ¦<br />
¦Eerste droogfase 3A 10 - 15 % water ¦<br />
¦Statisch wervelbed 3 - 7 % water ¦<br />
¦Wervelbeddroger 2,5 - 4 % water ¦<br />
+--------------------------------------+