03.09.2013 Views

MORELE WEGWIJZERS - HU Onderzoek - Hogeschool Utrecht

MORELE WEGWIJZERS - HU Onderzoek - Hogeschool Utrecht

MORELE WEGWIJZERS - HU Onderzoek - Hogeschool Utrecht

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

Aandacht voor moraliteit binnen organisaties<br />

80<br />

M o r e l e w e g w i j z e r s<br />

blematische situaties zoals agressie en geweld, seksueel misbruik, kindermishandeling,<br />

et cetera. Deze bieden houvast aan hulpverleners en zijn volgens de leidinggevenden<br />

bevorderlijk voor transparantie, wat weer past in het kwaliteitsbeleid. Veel richtlijnen<br />

en protocollen worden overgenomen van andere instanties en organisaties, waar nodig<br />

aangepast aan de eigen organisatiecontext. Ook worden nieuwe richtlijnen ontwikkeld<br />

vanuit concrete pilots en projecten in de eigen praktijk (bijvoorbeeld met betrekking<br />

tot eergerelateerd geweld). Indien mogelijk wordt dit – zowel het aanpassen van bestaande<br />

als het ontwikkelen van nieuwe richtlijnen en protocollen – gedaan in samenspraak<br />

met de hulpverleners uit de eigen organisatie 25. Richtlijnen zijn echter niet altijd<br />

hét antwoord op morele vragen:<br />

Want:<br />

Mensen worden soms ook kriegelig van al die protocollen. Je moet met elkaar in<br />

gesprek gaan, je zit voortdurend in een spanningsveld en dat spanningsveld<br />

moet er ook zijn!<br />

… in elke situatie is het anders, en de ene hulpverlener pakt het op een andere<br />

manier aan dan de ander, dan wik en weeg je en daar hangen ook morele dingen<br />

aan, dat is nog weer iets anders dan de algemene moraal van klantgericht<br />

en zo.<br />

Deze uitspraak van één van de leidinggevenden die deelnam aan de eerste focusbijeenkomst,<br />

sluit aan bij conclusies uit eerdere onderzoeken: de professionele autonomie en<br />

het karakter van een hulpverlener is net zo belangrijk als regels en codes als het gaat<br />

om het leveren van ‘goede’ zorg (Kole & De Ruyter, 2009; Jacobs et al., 2008; Vorstenbosch,<br />

2005).<br />

Protocollen kunnen ook leiden tot morele vragen, wanneer ze botsen met persoonlijke<br />

opvattingen van hulpverleners over wat het juiste is om te doen in een concrete situatie<br />

26. Leidinggevenden en stafmedewerkers zien dit gebeuren, bijvoorbeeld wanneer<br />

een hulpverlener zich ontfermt over een baby die steeds blijft huilen en zich daardoor<br />

niet houdt aan het gedragsprotocol waarin staat dat de jonge moeder zelf primair verantwoordelijk<br />

is. Ook andere ervaringen van hulpverleners met richtlijnen en protocollen,<br />

bijvoorbeeld ten aanzien van indicatiestelling, die als behulpzaam, maar zeker niet<br />

zaligmakend worden beschouwd (zie paragraaf 5.2.2) worden herkend door veel leidinggevenden<br />

en ondersteund in diverse publicaties die in de afgelopen jaren over de<br />

zorg- en welzijnssector verschenen (Tonkens, 2003; Van den Brink, Jansen & Pessers<br />

2005).<br />

Beroepscode<br />

De beroepscode geeft de verwachtingen weer die men van de beroepsgroep mag hebben:<br />

hoe gedraagt een hulpverlener zich, waar houdt hij of zij zich aan. “Eigenlijk zijn<br />

het allemaal inkoppertjes, maar toch goed om te weten”, zo stelt een leidinggevende. Of<br />

25 Zo is ook het Handboek van De Kij tot stand gekomen.<br />

26 Ook hulpverleners signaleren dat richtlijnen en protocollen morele vragen kunnen veroorzaken,<br />

zie §4.2.4.

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!