OVERZICHT - Acehbooks.org
OVERZICHT - Acehbooks.org OVERZICHT - Acehbooks.org
—-m - onmiddellijke nabijheid gekomen waren, eenvoudig in de diepe ravijnen vallen, waar onze militairen hen niet snel konden volgen en maakten zich zoo uit de voeten. Bij de achtervolging bleef dan ook veelal succes uit. Dit alles tesamen: het weinig agressieve optreden der benden, de groote steun, die de bevolking ,,en masse" hen bood, de groote moeilijkheid om berichten los te krijgen, de zorgvuldig georganiseerde inlichtings-en bewakingsdienst der verzetspartij, het gebruiken van vrouwen en kinderen' als „bescherming" en het zware, gedeeltelijk kale bergterrein, is oorzaak, dat zoo weinig éclatante successen bij dé patrouille-actie in de Noordelijke Gajolanden konden worden geboekt en dat in het algemeen ons optreden hier voor den buitenstaander een zoo weinig „briljanten" indruk maakte. Een kwaadwillige neergelegd hier, een schuilplaats overvallen en één of twee geweren buitgemaakt daar; nu eens een bendehoofdje opgelicht in die gampong, dan weer na langdurige, hardnekkige achtervolging een partijganger gearresteerd in dat terrein, dat zijn de gewone resultaten dezer actie. Niets van de schitterende wapenfeiten, zooals wij die in Groot-Atjeh en in de kustlandschappen hebben leeren kennen. Alleen de ingewijden weten, hoeveel inspanning, energie, beleid en volharding noodig waren om deze kleine, oogenschijnlijk zoo poovere succesjes te kunnen behalen. Wij zullen deze actie, die voor den lezer over het algemeen weinig interessants biedt, niet op den voet volgen, doch volstaan met in enkele groote trekken het verloop der gebeurtenissen te schetsen. Evenmin zullen wij de namen noemen van de tallooze min of meer belangrijke bendehoofden die tegen ons in het veld stonden, of van de vele oelama's, die het verzet steunden. Het zij genoeg te vermelden dat zij in beteekenis en invloed allen verre achterbleven bij de geestelijke hoofdverzetsleiders Tng. di Paja Bakong en Tng. di Barat.
- 123 - Het eerste optreden van de bezetting van Takingeun werd nog niet met veel succes bekroond. Toen echter eind Juli de kranige marechaussee-officier VASTENOU als bivakcommandant optrad—de luitenant VERSCHUIR was kort te voren geëvacueerd, evenals de luitenant EBBINK, die vervangen werd door zijn collega VAN LAKERVELD — ging het geleidelijk aan beter. Geholpen door enkele voordeelen, welke de Europeesche sergeanten TEICKE, DE LA CROIX en SCHAFHUIZEN wisten te behalen, kon VASTENOU het zelfs zoo ver brengen, dat reeds eind 1905 enkele bendehoofden met hun volgelingen in onderwerping kwamen. Het jaar 1906 begon goed. Verschillende colonnetjes, o.a. uit Lhoksoekon en het Lhokseumawesche, doorkruisten het Meergebied en legden in totaal "een 50-tal kwaadwilligen neer. Ook de luitenant BENNEWITZ, die eenigen tijd als wnd. bivakcommandant optrad, wist met verschillende zijner brigadecommandanten, waaronder de sergeanten VAN HARLINGEN en RÜGEBREGT mogen worden genoemd, de verzetspartij niet onaanzienlijke verliezen toe te brengen. In September 1906 nam de kapitein DE LEAU het commando te Takingeun over. In de tweede helft van 1906 en 1907 waren het vooral de luitenants BRASSER en BENNEWITZ en de Europeesche sergeant DOLLEMAN, die successen wisten te boeken. In November van het laatstgenoemde jaar slaagde de kapitein DE LEAU er in een hoofdenbijeenkomst te omsingelen, waarbij 5 panglima's werden neergelegd. Nadat aan de verzetspartij, o.a. door den patrouillecommandant sergeant POWA, nog eenige gevoelige verliezen waren toegebracht, boden eind 1907 240 kwaadwilligen hun onderwerping aan- Inmiddels was op den 25en Augustus de bezetting te Takingeun met één brigade versterkt. 13 Juli 1908 nam de kapitein SOETENS het commando te Takingeun over. Twee dagen later gelukte het aan een brigade onder den sergeant SELBACH een aantal belangrijke en beruchte bendehoofden neer te leggen.
- Page 82 and 83: ~. 72 - op het bendehoofd Keutji Tj
- Page 84 and 85: - 74 ~ handen te krijgen die er ten
- Page 86 and 87: - 76 - — Januari 1909 — verande
- Page 88 and 89: - 78 ~ den in de onderafdeeling ges
- Page 90 and 91: - 80 - In den aanvang van het jaar
- Page 92 and 93: - 82 - uit gezonden om met dit verz
- Page 94 and 95: - 84 - HEK met 9 marechaussees uit
- Page 96 and 97: _ 86 ~ de 3e divisie marechaussee e
- Page 98 and 99: ~ 88 ~ bevolking op en wisten daard
- Page 100 and 101: - 90 - aanraking met de Pidiësche
- Page 102 and 103: ~ 92 - te Sigli van uit prauwen op
- Page 104 and 105: - 94 - in het optreden met kleine b
- Page 106 and 107: - 96 - commandant ter oore was geko
- Page 108 and 109: - 98 - Op den 6en Februari 1904 wer
- Page 110 and 111: - 100 - met spionnen, zorgvuldig en
- Page 112 and 113: - 102 •* wachthuizen, bruggen en
- Page 114 and 115: ~ 104 - Sedert is de 5e divisie op
- Page 116 and 117: — 106 — waarin mede eenige brig
- Page 118 and 119: - 108 - bijzonder onderscheidde. Z
- Page 120 and 121: - 110 _ gedeelte van de bevolking w
- Page 122 and 123: - 112 - Ook valboomen werden door d
- Page 124 and 125: - 114 - vrouwen en kinderen vermoor
- Page 126 and 127: - 116 - 'zij op alle mogelijke mani
- Page 128 and 129: ~ 118 — eert ondergeschoven jsind
- Page 130 and 131: - 120 - colonnes, infanterie zoowel
- Page 134 and 135: 124 - Eind Augustus 1908 werd de be
- Page 136 and 137: - 126 - 1916 een onzer marschbivaks
- Page 138: - 128 - in onderwerping kwam, kon h
—-m -<br />
onmiddellijke nabijheid gekomen waren, eenvoudig in de<br />
diepe ravijnen vallen, waar onze militairen hen niet snel<br />
konden volgen en maakten zich zoo uit de voeten. Bij de<br />
achtervolging bleef dan ook veelal succes uit.<br />
Dit alles tesamen: het weinig agressieve optreden der<br />
benden, de groote steun, die de bevolking ,,en masse" hen<br />
bood, de groote moeilijkheid om berichten los te krijgen,<br />
de z<strong>org</strong>vuldig ge<strong>org</strong>aniseerde inlichtings-en bewakingsdienst<br />
der verzetspartij, het gebruiken van vrouwen en kinderen'<br />
als „bescherming" en het zware, gedeeltelijk kale bergterrein,<br />
is oorzaak, dat zoo weinig éclatante successen bij dé<br />
patrouille-actie in de Noordelijke Gajolanden konden worden<br />
geboekt en dat in het algemeen ons optreden hier voor<br />
den buitenstaander een zoo weinig „briljanten" indruk<br />
maakte. Een kwaadwillige neergelegd hier, een schuilplaats<br />
overvallen en één of twee geweren buitgemaakt daar; nu<br />
eens een bendehoofdje opgelicht in die gampong, dan weer<br />
na langdurige, hardnekkige achtervolging een partijganger<br />
gearresteerd in dat terrein, dat zijn de gewone resultaten<br />
dezer actie. Niets van de schitterende wapenfeiten, zooals<br />
wij die in Groot-Atjeh en in de kustlandschappen hebben<br />
leeren kennen. Alleen de ingewijden weten, hoeveel inspanning,<br />
energie, beleid en volharding noodig waren om deze<br />
kleine, oogenschijnlijk zoo poovere succesjes te kunnen<br />
behalen.<br />
Wij zullen deze actie, die voor den lezer over het<br />
algemeen weinig interessants biedt, niet op den voet volgen,<br />
doch volstaan met in enkele groote trekken het verloop der<br />
gebeurtenissen te schetsen. Evenmin zullen wij de namen<br />
noemen van de tallooze min of meer belangrijke bendehoofden<br />
die tegen ons in het veld stonden, of van de vele<br />
oelama's, die het verzet steunden. Het zij genoeg te vermelden<br />
dat zij in beteekenis en invloed allen verre achterbleven<br />
bij de geestelijke hoofdverzetsleiders Tng. di Paja<br />
Bakong en Tng. di Barat.