OVERZICHT - Acehbooks.org
OVERZICHT - Acehbooks.org
OVERZICHT - Acehbooks.org
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
- 117 -<br />
weduwe van diens broeder T. Tjoet Moehamat alias T. Tjhi<br />
Toenong, van welken laatsten zij een zoon had. Dit stiefzoontje<br />
van Pang Nanggröë, T. Radja Sabi, werd door de geheele<br />
bevolking als het wettige landschapshoofd van Keureutoë<br />
beschouwd ; van daar dat P. Nanggröë hem steeds in zijn<br />
onmiddellijke nabijheid hield, omdat dit aan zijn bende een<br />
„legitiem" karakter gaf. Na den dood van den panglima<br />
namen lagere hoofden de leiding zijner bende over, die<br />
eveneens T. Radja Sabi als haar kostbaarste schat meevoerde.<br />
In 1910 en 1911 moest de verzetspartij nog enkele<br />
malen een veer laten, hoofdzakelijk door toedoen van den<br />
luitenant BEHRENS en de Eur. sergeanten Mosselman en<br />
Kretz.<br />
In den loop van Januari 1912 keerde Tng. di Barat<br />
weer in het Lhoksoekonsche terug. Onmiddellijk werd jacht<br />
op hem gemaakt. Op den 28en Februari d.a.v. werd zijn<br />
schuilplaats in het stroomgebied van den Boven-Keureutoë<br />
door een patrouille onder den luitenant BEHRENS ontdekt,<br />
dank zij schitterend spoorzoeken van den Amb. sergeant<br />
Dambohpulu No. 55058. Bij de overvalling der schuilplaats<br />
sneuvelde eindelijk deze beruchte oelama.<br />
Na den dood van Tng. di Barat werd alles er 'op gezet<br />
om Tng. di Mata Ië onschadelijk te maken. Op den lOen<br />
Maart 1913 slaagde de luitenant BEHRENS er in zijn schuilplaats<br />
te overvallen. Tng. di Mata Ië kon slechts ternauwernood<br />
ontsnappen ; zijn tulband en rozenkrans moest hij<br />
zelfs achterlaten. Sedert werd in deze streken van dit<br />
geestelijk verzetshoofd niets meer vernomen — zie voor<br />
de verdere lotgevallen van Tng. di Mata Ië het hoofdstuk<br />
„De Onderafdeeling Takingeun" —.<br />
Nu moest de jeugdige T. Radja Sabi, stiefzoon van<br />
Pang Nanggröë, nog worden opgevat. De pogingen om<br />
hem in handen te krijgen bleven echter vruchteloos, totdat<br />
eindelijk, in December 1913, dit verzetshoofd in onderwerping<br />
kwam. Zoodra hij zich had gemeld, doken evenwel<br />
geruchten op dat het de echte Teukoé niet was doch slechts