Meetverantwoording cliëntgebonden indicatoren ... - Zichtbare Zorg
Meetverantwoording cliëntgebonden indicatoren ... - Zichtbare Zorg
Meetverantwoording cliëntgebonden indicatoren ... - Zichtbare Zorg
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
positie 3-7: Code organisatorische eenheid (eventueel aanvullen met nullen ervoor)<br />
positie 8-10: Code bewoner/cliënt<br />
De code van de organisatorische eenheid wordt centraal bepaald (zie:<br />
http://www.igz.nl/160322/VVT_adressenlijst_23_mei_201.xls (3e kolom), bij twijfel: raadpleeg de<br />
IGZ: 088 - 1205000, of loket@igz.nl) en moet op het registratieformulier worden ingevuld. De codes<br />
voor bewoners kunnen door de bureaus zelf worden toegekend, onder de voorwaarde dat elke<br />
respondent per organisatorische eenheid een uniek nummer krijgt.<br />
De code van het bureau (meetorganisatie) wordt toegekend door het Centrum Klantervaring <strong>Zorg</strong>. Het<br />
meetbureau moet zich daartoe bij het Centrum Klantervaring <strong>Zorg</strong> aanmelden en aangeven in welke<br />
organisatorische eenheden zij een cliëntenraadpleging zullen gaan uitvoeren. Aanmelding kan via<br />
info@centrumklantervaringzorg.nl onder vermelding van het onderwerp ‘Aanmelding meting CQI<br />
VV&T’.<br />
Stap 8: dataverzameling: verzending vragenlijsten en herinneringen<br />
De verzending van vragenlijsten en herinneringen dient, conform de methode van Dilman (1978),<br />
plaats te vinden volgens het volgende tijdschema:<br />
week 1: een vragenlijst met een begeleidende brief en een antwoordenvelop (alles in C4 envelop);<br />
week 2: een kaartje (A6) of brief (in C5 envelop) als dankbetuiging of herinnering;<br />
week 5: opnieuw de vragenlijst met een begeleidende brief en een antwoordenvelop (in C4 envelop);<br />
week 7: laatste brief (in C5 envelop) of bedankkaartje (A6) als herinnering of dankbetuiging.<br />
De eerste twee zendingen (week 1 en 2) gaan naar alle geselecteerde vertegenwoordigers. De<br />
herinneringen in week 5 en week 7 worden alleen verstuurd naar vertegenwoordigers die op dat<br />
moment nog niet gereageerd hebben. Dit vraagt wel om een bijgewerkt responsoverzicht. Met het<br />
unieke codenummer dat op de vragenlijst staat, dient te worden bijgehouden welke personen de<br />
vragenlijst hebben teruggezonden. Een continue, actuele responsregistratie is van groot belang om te<br />
voorkomen dat herinneringen ten onrechte worden verstuurd.<br />
De verzendingen dienen zoveel mogelijk op een donderdag plaats te vinden, zodat de<br />
vertegenwoordigers de vragenlijsten en herinneringen vóór of in het weekend ontvangen (op vrijdag of<br />
zaterdag). Noteer op het registratieformulier (bij punt 5) en/of in het logboek welke verzendingen<br />
wanneer hebben plaatsgevonden.<br />
Bij de verzendingen met vragenlijsten wordt en retourenvelop bijgesloten waarop het<br />
antwoordnummer van de betreffende meetorganisatie staat, zodat respondenten kosteloos de<br />
vragenlijst kunnen terugsturen.<br />
Omwille van de herkenbaarheid van de tweede zending vragenlijsten (in de 5e week), en met het oog op<br />
de noodzakelijke ‘ontdubbeling’ in een later stadium (zie Stap 10), verdient het aanbeveling om bij de<br />
tweede zending een extra kenmerk (bijv. een 2) toe te kennen aan de code op de vragenlijsten.<br />
Stap 9: respons analyses<br />
Nadat alle vragenlijsten (na circa 8 weken) zijn binnengekomen, dient voor een overzicht van de<br />
respons te worden gemaakt. Volg hiertoe de aanwijzingen op het registratieformulier (bij punt 6) en<br />
bereken het bruto responspercentage per OE.<br />
Richtlijnen Cliëntenraadpleging met CQ-index Verpleging Verzorging en Thuiszorg – Bijlagen juni 2007