LJeerlijk- f Jeden - Historische Vereniging Heemstede-Bennebroek
LJeerlijk- f Jeden - Historische Vereniging Heemstede-Bennebroek
LJeerlijk- f Jeden - Historische Vereniging Heemstede-Bennebroek
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
^<br />
« ^<br />
«EEMS-Ï*<br />
<strong>LJeerlijk</strong>f<br />
<strong>Jeden</strong><br />
7 9e jaargang No. 113 augustus 2002
Bestuur:<br />
Mr. F.Th.J. Harm, voorzitter<br />
Adriaan Pauwlaan 7,<br />
2101 AH HEEMSTEDE<br />
tel. 023 - 528 07 40<br />
Ir. P.L. van Daalen, secretaris<br />
Valkenburgerlaan 11,<br />
2103 AK HEEMSTEDE<br />
tel. 023 - 529 32 91<br />
Mevr. M. van Donge,<br />
ledenadministratie<br />
Oude Posthuisstraat 7<br />
2101 RA HEEMSTEDE<br />
tel. 023 - 529 07 13<br />
A.Koopman, penningmeester<br />
Meijerslaan 14,<br />
2105 PC HEEMSTEDE<br />
tel. 023 - 529 05 30<br />
Redactie:<br />
H. Krol<br />
C. Peper (eindredactie)<br />
J.L.P.M.Krol, archivaris<br />
Johannes Verhulstlaan 26,<br />
2102 XT HEEMSTEDE<br />
tel. 023 - 528 29 77<br />
E. Hamerslag<br />
Krakeling 54<br />
2121 BN BENNEBROEK<br />
tel. 023 - 584 70 53<br />
Ing. J.M.M. Balink<br />
De Ruyterlaan 49,<br />
2121 VH BENNEBROEK<br />
tel. 023 - 584 80 23<br />
Mevr. A.J.M. Kroon-van Helden<br />
Crayenesterlaan 126,<br />
2012 TL HAARLEM<br />
tel. 023 - 528 10 08<br />
Redactie-adres: Meerweg 6<br />
2103 VC <strong>Heemstede</strong><br />
023 - 528 75 93<br />
Het lidmaatschap wordt jaarlijks automatisch verlengd, behoudens<br />
schriftelijke opzegging via de ledenadministratie vóór 1 november<br />
Contributie minimaal 12 euro<br />
Postbank 27.35.06 t.n.v. de Penningmeester v.d. <strong>Vereniging</strong> Oud-<br />
<strong>Heemstede</strong> <strong>Bennebroek</strong> te <strong>Heemstede</strong>.<br />
ISSN: 0297-8451
Inhoud pag.<br />
Open Monumentendag 14 september 2002 130<br />
De VOHB-ledenvergadering in 2002 132<br />
Excursie 22 juni naar Hoorn en de Rijp 135<br />
De VOHB nu op Internet:<br />
www.oudheemstedebennebroek.nl 138<br />
Cuypers genootschap vraagt monumentenstatus<br />
aan voor r.k.kerk-, klooster- en schoolcomplex<br />
in <strong>Bennebroek</strong> 140<br />
Reacties van lezers:<br />
- het Hervormd Jeugdhuis 150<br />
- mijn herinneringen aan de Zandvoortselaan 151<br />
- enkele aanvullende gegevens 153<br />
- gebroeders Oppenheimer 154<br />
- het Klaphek, Oosterduin, Naaldenveld en Duin en Vaart 155<br />
- weerstand tegen botsculptuur 158<br />
Archivaria en noviteiten 160<br />
Een stille verscholen begraafplaats in <strong>Bennebroek</strong> 167<br />
Een toeristisch vertoef te <strong>Heemstede</strong> 1,5 eeuw geleden 170<br />
Emile Erens (1865-1951). Een leven op<br />
het Oude Slot tussen heiligen en anjers 175<br />
Nieuwe Leden 188<br />
Uit voorraad leverbaar 189<br />
Foto voorzijde :<br />
De Laan van <strong>Heemstede</strong> in Puttershoek, hier op een oude ansicht,<br />
herinnert aan de hulp van <strong>Heemstede</strong> na de watersnoodramp van 1953<br />
129
Open monumentendag 14 september<br />
2002<br />
s**<br />
f v \<br />
excursie<br />
Openstelling Hageveld en Onze Lieve Vrouw ^ «j<br />
Hemehaartkerk. Q Cy<br />
Op Open Monumentendag 2002, zaterdag 14 september,<br />
is Hageveld voor de laatste keer open voor belangstellenden. Dit<br />
indrukwekkende bouwwerk ligt enigszins buiten het zicht aan het eind<br />
van de parallelweg naast de Nijverheidsweg. Toch is dit gebouw uit<br />
1923 bij velen bekend als voormalig Bisschoppelijk kleinseminarie<br />
Hageveld, waar R.K. priesters hun basisopleiding kregen. Daarnaast -<br />
en dan vooral de laatste decennia- ook als atheneum.<br />
Vanaf 1960 liep het aantal leerlingen, dat een priesteropleiding wilde<br />
volgen, terug. Het strakke regime, inherent aan het feit dat de leerlingen<br />
in het internaat moesten verblijven, werd versoepeld. In 1967<br />
werd het Bisschoppelijk College Hageveld in het leven geroepen en<br />
stond het ook open voor externe leerlingen, die dus geen priesteropleiding<br />
volgden. Het voorste deel van het monumentale complex bood<br />
vanaf eind jaren 1960 huisvesting aan o.a zusters Franciscanessen,<br />
maar na verloop van tijd ook aan religieuzen uit andere congregaties<br />
en priesters in ruste.<br />
Inmiddels is dat voorste gedeelte ontruimd en sinds juni jongstleden<br />
overgedragen aan de projectontwikkelaar Hopman Interheem. De<br />
plannen van dit bedrijf betekenen een volledige verandering van het<br />
interieur tot ongeveer 50 wooneenheden. De buitenkant moet echter<br />
intact blijven, omdat het bouwwerk de status van Rijksmonument<br />
heeft.<br />
In april en mei konden wij onze leden drie zeer succesvolle rondleidingen<br />
in het gebouw aanbieden, maar telkens bleek dat de belangstelling<br />
de capaciteit van de rondleider te boven ging. Wij moesten dus nogal<br />
wat mensen teleurstellen. Om hen toch nog enigszins tegemoet te<br />
komen is het in overleg met de projectontwikkelaar gelukt, dat belangstellenden<br />
bepaalde delen van het gebouw nog één keer kunnen zien.<br />
Op zaterdag 14 september a.s. is het open van 10.00 tot 17.00 uur.<br />
Het is een groot pand en om te voorkomen, dat de bezoekers zich erin<br />
verliezen is er op ieder heel uur de gelegenheid het onder begeleiding<br />
te bekijken; de laatste ronde is om 16.00 uur.<br />
130
De zusterskapel (niet te verwarren met de<br />
koepelkapel) voor de ontmanteling<br />
Het tweede interessante<br />
gebouw is de<br />
75 jaar oude -eveneensrooms-katholieke<br />
- kerk gewijd aan<br />
Onze Lieve Vrouw<br />
Hemelvaart, aan het<br />
Valkenburgerplein.<br />
Dit gebouw is in tegenstelling<br />
tot het<br />
voorhuis van Hageveld<br />
nog in vol bedrijf,<br />
zij het minder<br />
dan voorheen.<br />
Onlangs is een bijzonder aardig herdenkingsboek uitgekomen, waaraan<br />
ook ons gewaardeerde lid, drs. Michel Bakker, heeft meegewerkt.<br />
Het boek is te koop in de boekhandel en omvat alle aspecten van de<br />
kerk en de parochie: het toen nog Rijke Roomse Leven -met veel<br />
illustraties, de aanloop naar de bouw van de kerk, de bouwgeschiedenis,<br />
stijlkenmerken enz. Kortom, een uitstekende bron om u mee voor<br />
te bereiden op een bezoek.<br />
De kerk werd ontworpen door de architecten Pierre en Jos Cuypers en<br />
in 1927 in gebruik genomen. Bij de keuze van de stijl braken de<br />
architecten rigoureus met de lange tijd gebruikelijke neogotische trant<br />
en de kerk verrees in een nieuwe combinatie van romaanse, rationalistische<br />
(Berlage) en expressionistische (Amsterdamse School) stijlen.<br />
De bouwvorm is hoofdzakelijk centraal georiënteerd en valt binnen op<br />
door de ruimtelijke indruk vanwege de hoge koepel en het ontbreken<br />
van kolommen.<br />
Voor de bezoekers wordt gezorgd voor een toelichting. Het kerkgebouw<br />
open, ook van 10.00 tot 17.00 uur; of dit ook geldt voor de<br />
sacristie en de pastorie was bij het verschijnen van dit nummer nog niet<br />
bekend.<br />
Deze openstellingen worden in september ook in de plaatselijke<br />
media gepubliceerd alsmede op onze website<br />
www. oudheemstedebennebroek. nl<br />
Wij zullen u graag op Open Monumentendag 2002 ontmoeten.<br />
De Evenementencommissie.<br />
131
De VOHB ledenvergadering van<br />
2002<br />
De jaarlijkse ledenvergadering van onze vereniging<br />
vindt net als voorgaande jaren plaats in het Trefpunt<br />
te <strong>Bennebroek</strong> en wel op woensdag 22 mei 2002.<br />
De sfeer is gemoedelijk en over de opkomst valt<br />
beslist niet te klagen.<br />
132<br />
lezing<br />
o ^m^ $<br />
Opening en mededelingen.<br />
De heer F. Harm opent als voorzitter de vergadering, waarbij hij<br />
eenieder hartelijk welkom heet. Hij deelt mede dat het bestuur<br />
vanavond niet voltallig aanwezig kan zijn. Zowel mevrouw van<br />
Donge als de heren Van Daalen en Hamerslag zijn met kennisgeving<br />
afwezig.<br />
Van ons erelid de heer B. van Tongeren is bericht van verhindering<br />
ontvangen.<br />
Onder dankzegging aan onze secretaris wordt het verslag van de<br />
ledenvergadering van 16 mei 2001 zonder commentaar goedgekeurd.<br />
De heer Van Seggelen merkt op dat ten aanzien van de geboorteplaats<br />
van Soekarno de primaire bron (geboorteakte) ontbreekt,<br />
zodat op grond hiervan niet kan worden geconcludeerd of hij in<br />
Soerabaja, dan wel in Blitar is geboren.<br />
Verslag VOHB over het jaar 2001. Afgaande op het feit dat er geen<br />
nadere opmerkingen worden gemaakt en vragen worden gesteld<br />
concluderen we dat het verslag, dat in het aprilnummer van 2002<br />
is afgedrukt, volkomen helder en duidelijk is overgekomen.<br />
Desondanks licht de voorzitter nog enkele zaken toe en deelt de<br />
vergadering aanvullend mede dat er in het voorjaar 2002 rond de<br />
publicaties in HeerlijkHeden betreffende artikelen over de Zandvoortselaan<br />
en de Geleerdenwijk een succesvolle ledenwervingsactie<br />
heeft plaatsgevonden.<br />
Tevens meldt hij heet van de naald dat de uitgave van het boekje<br />
over de Heemsteedse monumenten nu zeker is. De financiën zijn<br />
rond en bureau Architext zal binnenkort van het bestuur opdracht<br />
krijgen. De presentatie zal vanwege het vele werk dat nog verzet
moet worden niet tijdens de premie-avond van aanstaande november<br />
zijn beslag krijgen, maar er wordt gespeeld met de gedachten<br />
om tijdens de ledenvergadering van mei 2003 dit interessante<br />
boekwerk het daglicht te laten zien.<br />
Het feit dat toch diverse oude panden op het terrein van Meer &<br />
Bosch een nieuwe bestemming zullen krijgen wordt door de voorzitter<br />
als een goede ontwikkeling bestempeld.<br />
Ook onze interactieve presentatie en deelname op het web zijn in<br />
vergevorderd stadium.<br />
Thans kan dit medium worden bezocht op de Internetsite:<br />
oudheemstedebennebroek.nl .<br />
Het verslag wordt met dank aan de secretaris door de leden<br />
goedgekeurd.<br />
Dan volgt een bespreking van de jaarcijfers over het boekjaar 2001<br />
en over de begroting van 2002/2003. De penningmeester neemt<br />
de complimenten van de voorzitter in ontvangst voor de accurate<br />
wijze van waarop de jaarcijfers zijn gepubliceerd. Vragen? Geen<br />
vragen!<br />
De VOHB pakt op 25 mei uit tijdens de uoorjaarsmarkt op de Heemsteedse<br />
Binnenweg (foto Anja Kroon)<br />
133
5. Vervolgens laat de kascommissie bij monde van de heer R.C.M.<br />
Prins weten geen onregelmatigheden bij het controleren van de<br />
boekhouding te hebben kunnen waarnemen.<br />
De commissie spreekt haar waardering uit voor de gevoerde administratie<br />
en verzoekt de penningmeester decharge te verlenen voor<br />
het afgelopen boekjaar, hetgeen onder luid applaus geschiedt.<br />
6. De vergadering dient een besluit te nemen over de opvolging van<br />
mevrouw J.P. Postma. Deze heeft als lid van de kascommissie reeds<br />
twee jaren haar sporen verdiend en zal statutair aftreden. De heer<br />
Brand uit <strong>Heemstede</strong> wordt bereid gevonden deze positie voor de<br />
komende 2 jaar in te nemen, waarmee door de voltallige vergadering<br />
wordt ingestemd.<br />
7. Voor de opvolging van de heren P.L. van Daalen en A. Koopman<br />
als respectievelijk secretaris en penningmeester hebben zich geen<br />
tegenkandidaten opgeworpen. Herbenoeming voor de tweede termijn<br />
staat hen dus niet in de weg. Aldus geschiedt.<br />
8. Bij de rondvraag roert de heer drs. Van Seggelen vanuit de zaal een<br />
drietal zaken aan.<br />
- Hij meldt een aantal voor het nageslacht behoudenswaardige wetenswaardigheden<br />
inzake het landgoed Berkenrode in de tweede<br />
helft der tachtiger jaren. Van achter de tafel kan de heer Krol<br />
mededelen dat het in de bedoeling ligt dat in november 2002 een<br />
boek over de geschiedenis van landgoed en ambacht Berkenrode -<br />
waarnaar hij zelf onderzoek heeft verricht - het levenslicht zal zien<br />
waarin bedoelde zaken aan de orde komen.<br />
- Ten aanzien van een publicatie in HeerlijkHeden 112 blz. 91 wordt<br />
gesteld dat Ben Korsten niet op de Algemene begraafplaats maar<br />
op het kerkhof bij de Heilige Bavokerk begraven ligt.<br />
- Naar aanleiding van het Jaarboek Hageveld wordt gewezen op een<br />
interview in Het Parool.<br />
9. Keurig op tijd om, voordat het tweede deel van de avond van start<br />
gaat, een gezellige pauze te houden, sluit de voorzitter de vergadering.<br />
Verheugd om zijn herverkiezing is bij hoge uitzondering, zoals<br />
een goede penningmeester betaamt, dit keer ook in de pauze de<br />
koffie gratis.<br />
Hans Balink<br />
134
Excursie 22 juni naar Hoorn<br />
en De Rijp.<br />
^""V_<br />
9) 3<br />
excursie<br />
Dit jaar is de vertrektijd een half uur eerder dan Q 3*<br />
anders, maar dat hebben we niet gehaald. Gelukkig *>> rci&<br />
heeft Anja een mobiele telefoon zodat zij enkele laatkomers<br />
kan bellen en de schade beperkt blijft. En dan begint<br />
het ook nog te regenen...en is er een wegomleiding. Slechte voortekens?<br />
Gelukkig niet. Vanaf dat moment loopt alles als een trein.<br />
Dankzij deze wegomleiding krijgen wij een onbekend stukje Beemster<br />
te zien dat zeer de moeite waard is.<br />
In Hoorn stappen we bij het station uit en wandelen naar 'De Keizerskroon'<br />
voor koffie en Westfriese krentenmik. Daar halen onze gidsen<br />
van zustervereniging Oud Hoorn ons op. Iedere gids heeft zijn specialiteit<br />
en de twee groepen zien en horen dus iets anders. 'Hebben we<br />
elkaar na afloop weer iets te vertellen'.<br />
Ik zit in de groep bij de heer Van Tartwijk en bij ons ligt de nadruk op<br />
Hoorn en de zeevaart. Hoorn heeft honderden monumenten en onze<br />
gids weet veel te vertellen over de tijd van het monument, de gevelstenen,<br />
de bouwveranderingen, spreekwoorden en gezegdes. Boeiend dus.<br />
In het centrum van Hoorn<br />
135
Staande op het mooie plein 'de roode steen' zien wij De Waag waar<br />
geen trap in zit omdat de opdrachtgevers het er niet over eens werden<br />
waar die moest komen. Die kwam in het later aangekochte buurhuis. We<br />
zien de plek waar vroeger 'de mensen aan de kaak werden gesteld'. We<br />
lopen door straatjes die vroeger riviertjes of dijkjes waren. Bijvoorbeeld<br />
'de Grote Noord' een dijk die doorliep tot Wervershoop. We weten nu<br />
dat 'zwaag' 'gras' betekent en begrijpen de naam Zwaagdijk.<br />
Staande voor het standbeeld van Jan Pietersz. Coen wordt verteld over<br />
de strijd tegen de Spanjaarden wier 'voeten werden gewassen'; zij<br />
werden overboord gegooid. De verdrijving van de Spanjaarden is een<br />
impuls voor de scheepsbouw en alle bedrijvigheid daaromheen. Hoorn<br />
groeit. In de 17 e eeuw is het de hoofdplaats voor de VOC, WIC en<br />
Noordse compagnie voor de walvisvangst. Vele gevelstenen laten die<br />
tijd herleven, al is de VOC-tijd voor onze gids geen favoriete tijd. De<br />
handel op de Middellandse Zee was voor Hoorn veel belangrijker.<br />
Even zijn we op bekend terrein als we tulpen in gevelstenen zien. Drie<br />
tulpen, dat betekent dat dit huis is gekocht voor drie tulpen.<br />
We lopen door naar de plaats waar 450 jaar de vismarkt heeft gestaan.<br />
Die is verdwenen maar een visser die zijn netten zit te boeten bestaat<br />
nog altijd.<br />
De geschiedenis van het ontstaan van de haven wordt zo levendig<br />
verteld, dat wij zelfs zilte lucht menen te ruiken. Maar volgens de gids<br />
is dat rottende vis. Weer een illusie minder.<br />
Hoorn koopt in 1357 zijn stadsrechten van graaf Willem V. In Westfriesland<br />
is geen enkel dorp, aldus de heer van Tartwijk, want ieder<br />
dorp heeft stadsrechten verkregen. Ze werden alleen niet ommuurd en<br />
hebben daarom hun dorpse uiterlijk gehouden.<br />
Ik zou bijna de hele Heerlijkheden kunnen volschrijven over wat wij<br />
allemaal hebben gehoord, maar wil afsluiten over dit deel van de dag<br />
met de uitleg van het ontstaan van twee woorden: lichtekooi en<br />
dukdalf.<br />
De lichtekooi hebben we gezien, aan het begin van de haven. Aan<br />
weerszijden van de ingang van de haven hing een kooi met licht daarin.<br />
Daarmee werden de schepen binnengeleid (zoals een vrouw een man<br />
binnen kan lokken). En een dukdalf, waar het touw van het schip<br />
omheen gegooid wordt, is afkomstig van Duc de Alva: om zijn nek<br />
wilden ze ook wel een touw gooien en aantrekken.<br />
Na al deze boeiende informatie is het tijd geworden voor de lunch, die<br />
uitstekend verzorgd'is in restaurant 'De Korenmarkt' aan de haven.<br />
136
Aandachtig gehoor van Erik Hamerslag en overige<br />
deelnemers onder het toeziend oog van<br />
Jan Pieterszoon Coen<br />
Dan lopen we naar de<br />
bus, die ons door de<br />
prachtige Beemster<br />
(staat op de lijst van het<br />
Werelderfgoed) via Middenbeemster<br />
naar De<br />
Rijp brengt. Ook daar<br />
mag de bus het centrum<br />
niet in, dus wandelen<br />
we over een smal weggetje<br />
naar het prachtige<br />
raadhuis waar twee<br />
gidsen op ons wachten.<br />
Mijn groep kijkt eerst<br />
een deel van een video<br />
in de oude waag, die<br />
onder het raadhuis ligt.<br />
Daar staan nog enkele<br />
zeer oude brandweerattributen.<br />
Bijvoorbeeld<br />
de originele Jan van der<br />
Heyden brandspuit die van 1720 tot 1912 dienst heeft gedaan. Niet<br />
meer te zien is het cachot waar mensen, die langer dan een nacht<br />
moesten blijven, werden opgesloten. Buiten waren twee kleine celletjes<br />
voor één nacht. Dan gaan we via de mooie buitentrap het raadhuis<br />
binnen. De buitenkant van het gebouw is nog authentiek (1630), de<br />
binnenkant is vele malen naar de eisen van de tijd veranderd.<br />
In de raadszaal, die daar nog altijd voor wordt gebruikt (bij veel<br />
publieke belangstelling wordt er vergaderd in het café) en zeer in trek<br />
is bij trouwerijen, hangt het portret van Leeghwater (1575-1650).<br />
Hij leeft in de tijd dat de mensen zich noemen naar het beroep dat zij<br />
hebben. Zo heet hij eerst Jan Adriaensz. Wind. Hij is dan molenbouwer.<br />
Hij heeft unieke ideeën over het droogmaken van grote meren en<br />
heet vervolgens Jan Laagwater en daarna Leeghwater.<br />
Hij is ook timmerman en in het raadhuis staat een grote, bewerkte kast<br />
die aan hem wordt toegeschreven. Hij heeft ook het raadhuis zelf<br />
ontworpen. Een veelzijdig man die De Rijp 'het beste dorp van<br />
Holland' noemt en dat predikaat heeft het nog steeds.<br />
De geschiedenis van De Rijp gaat ver terug. Het is ontstaan als<br />
haventje van Graft, maar al snel groeit het verder uit dan Graft.<br />
137
Na het raadhuis bezoeken wij De Grote Kerk, beroemd om zijn 23<br />
gebrandschilderde ramen daterend uit 1656 en 1657. Zij zijn geschonken<br />
door de bevolking en door verschillende steden en zijn heel<br />
bijzonder door hun lichte kleuren en de lege plekken waardoor je naar<br />
buiten kunt kijken. Vier ramen hebben een religieus thema, maar wat<br />
ik bijzonder vond waren de ramen waar de zgn. huismerkjes opstaan.<br />
In de 17 !! eeuw (en vroeger ) kunnen veel mensen nog niet schrijven<br />
en/of lezen en in plaats van een naam hebben de huizen een 'merk' en<br />
die staan nog steeds op die twee ramen en op verschillende graven.<br />
De prachtige koperen kroonluchters zijn ook origineel, evenals het<br />
houtsnijwerk.<br />
Het stucwerk is op verschillende plaatsen kapot. Dat is een tot nu toe<br />
niet op te lossen probleem.<br />
En als er geen vragen meer zijn, sluit de gids de middag voor ons af. Nu<br />
begint het bekende 'uurtje vrij'. Moedigen onder ons gaan de prachtige<br />
huizen in de smalle straatjes bekijken maar anderen, waaronder ikzelf,<br />
gaan heerlijk in de zon op een terras zitten nagenieten van een<br />
heerlijke en heel interessante dag. Dan nog een laatste wandeling naar<br />
de bus en even na vijf uur zijn we weer terug in <strong>Heemstede</strong>, waar we<br />
met elkaar afspreken: 'tot volgend jaar'.<br />
De VOHB nu op Internet:<br />
www.oudheemstedebennebroek.nl<br />
Marisca van der Eem<br />
Al enkele jaren koesterde het VOHB-bestuur plannen om de vereniging<br />
in eigen beheer op het Internet te presenteren.<br />
Tot nu toe waren we op het wereldwijde net, dat Internet heet,<br />
bereikbaar dankzij een tijdelijk door gewaardeerd VOHB-lid Cees<br />
Schenkel beschikbaar gestelde site.<br />
De moderne mens verwacht tegenwoordig dat alles en iedereen op het<br />
Internet te vinden en te raadplegen is, van een plattegrond van Delft,<br />
de fanclub van Trijntje Oosterhuis, van de oorlogen van Julius Caesar<br />
tot de woningnood bij de Portugese naaktslakken. En het is ook wel<br />
erg prettig dat we een reis naar Rome, een abonnement op een krant<br />
138
of een cursus Jugendstil figuurzagen zomaar kunnen boeken op de<br />
eigen computer zonder de deur uit te hoeven.<br />
Er zijn intussen al tientallen zo niet honderden internetpagina's (websites)<br />
die over plaatselijke of regionale geschiedenis gaan, dus homepages<br />
van verenigingen als de onze, van archieven, van regionale<br />
stichtingen en instituten. Monumentenzorg is makkelijk te vinden via:<br />
www.monumenten.nl. Veel pagina's geven verwijzingen (links) naar<br />
allerlei andere historische sites. Zover is onze site nog niet, maar er is<br />
een begin.<br />
VOHB excursie aan Ipenrode op 27 april 2002<br />
Dat begin is een website van zo'n twintig pagina's waarin u en andere<br />
geïnteresseerden kunnen lezen wat de vereniging is, doet en van plan<br />
is. Tevens hebben we oude foto's, een boekenlijst en beknopte geschiedenissen<br />
van <strong>Heemstede</strong>, <strong>Bennebroek</strong> en de VOHB op het<br />
Internet gezet.<br />
Na een half jaar praten en ontwerpen met medewerking van<br />
softwarebureau Auxilium te Delft en voortdurend verder verbeteren<br />
kunnen we u nu tonen wat tot stand is gebracht via<br />
"www.oudheemstedebennebroek.nl". Het bestuur beheert de website<br />
vanaf de eigen computer.<br />
In stijl met onze brochure hebben we in de website gekozen voor een<br />
zachtgele achtergrond en donkerrode omlijningen. Zoals een nette<br />
website betaamt biedt de onze aan de linkerkant een menu. Als u klikt<br />
op één van de keuzes in dit menu worden ook de daaronderliggende<br />
139
keuzes van het menu getoond. Dit uitklappen hebben we ingesteld om<br />
te voorkomen dat steeds een te lange lijst van keuzes in beeld staat.<br />
Het menu heeft de structuur van een kerstboom met takken, zijtakken<br />
en takjes.<br />
Bovenin elke pagina wordt in grijs de weg terug naar de stam (home)<br />
getoond: als u bijvoorbeeld de pagina "Lezingen" bekijkt, ziet u bovenin<br />
"Home/Activiteiten/Jaarprogramma/Lezingen". Klikken op één<br />
van de takken voert u direct daarheen. Ook de links helpen om door<br />
de website te navigeren.<br />
In de pagina's "Afbeeldingen" kunt U als begin 27 historische prentbriefkaarten<br />
uit ons archief bekijken, die u door aanklikken zeer groot<br />
op uw scherm krijgt. Bij sommige computers wordt het formaat<br />
aangepast aan de grootte van het scherm; bij andere kunt u de<br />
kijkrichting veranderen met de schuif balken aan de rand van het beeld.<br />
In de website kunt u de publicaties van de VOHB zien en bestellen.<br />
Ook de inhoud van de laatste HeerlijkHeden staat erin.<br />
Er is ook een pagina "Contact" voor iedereen die iets wil vragen over<br />
de VOHB of over de geschiedenis van onze dorpen, die iets wil<br />
suggereren of misschien wil bijdragen. Immers, behalve informatie kan<br />
de VOHB website ook gelegenheid bieden om verhalen aan anderen<br />
door te geven. Het zal de website alleen maar interessanter maken,<br />
tevens voor de internetlezers die nog geen lid zijn van onze vereniging.<br />
Ook VOHB-leden zijn moderne mensen en verwachten een eigen<br />
website, ook voor ex <strong>Heemstede</strong>rs in den vreemde!<br />
Die is er nu. Welkom op: www.oudheemstedebennebroek.nl<br />
TOEN<br />
"Naar 't boschryk <strong>Bennebroek</strong>, wenscht aan ons Lustprieëel<br />
Dat nooit het oorlogszwaard, noch 't bloedig landkrakeel.<br />
Zijn sierlykheid verstoor', zijn'eernaam doe verdwijnen,<br />
Maar dat de vredezon het eeuwig moog' beschynen"<br />
(Jan de Marre, in Hofdicht De Dageraad, 1746)<br />
Paul van Daalen<br />
"Dit is we! een klein, maar echter tevens een der vermaaklijkste<br />
gedeelten van het grijze Kennemerland; men kan er met waarheid van<br />
zeggen dat het 't nabuurig <strong>Heemstede</strong> den voorrang van landelijk<br />
schoon betwist"<br />
140
(L.van Ollefen, in: Stad- en Dorpbeschrijver van Kennemerland, 1796)<br />
"Uw land is waarlijk een tuin"<br />
(Uitspraak van tsaar Alexander I, grootvorst aller Russen, op 2 juli<br />
1814 toen hij de viersprong in <strong>Bennebroek</strong> passeerde)<br />
"Hij verklaarde onomwonden dat geen geloof meer kan worden gehecht<br />
aan de sedert eeuwen gekoesterde overtuiging, dat het aardse<br />
paradijs van Adam en Eva zich heeft bevonden tussen Eufraat en<br />
Tigris in het Oosten, doch dat onomstotelijk is vastgesteld dat het<br />
moet hebben gelegen in <strong>Bennebroek</strong>, met een klein stukje op Heemsteeds<br />
grondgebied"<br />
(Godfried Bomans in: Haarlems Dagblad van 16 juli 1964)<br />
NU<br />
"Na Voorburg [met 81% de 'meest versteende' gemeente] is er in<br />
achtereenvolgens Bussum, Leiden, <strong>Bennebroek</strong> de minste ruimte over<br />
voor groen"<br />
(Haagsche Courant van 17-01-2001)<br />
"Waar in andere gemeentes altijd nog wel een achterstandsbuurtje te<br />
ontdekken valt om in naam van de vooruitgang te slopen en te<br />
herbouwen - vergeet het. Niet in <strong>Bennebroek</strong>"<br />
(Oud-<strong>Bennebroek</strong>er en cabaretier Justus van Oei, in: H.D., 7-8-2001)<br />
"<strong>Bennebroek</strong> is niet zo saai als het lijkt op herpetologisch gebied. Ik<br />
dacht altijd dat ik hier in het saaiste dorp/gebied van Nederland<br />
woonde. Nou, kennelijk niet, want ik woon wel dicht bij de vindplaatsen<br />
van de duin/zand hagedis (lacerta aquilis) en dus kennelijk ook de<br />
st. jacobsvlinder, en bij mij in de achtertuin zitten zeldzame groene<br />
kikkers die me uit slaap houden, en er zijn vast ook wel salamanders<br />
hier<br />
(Floris op Lacerta Prikbord de dato 5 juli 2001 op het Internet)<br />
"De <strong>Bennebroek</strong>er pikt niets meer"<br />
(De Volkskrant, 11-10-2001)<br />
"New York - Parijs - <strong>Bennebroek</strong>"<br />
(De Volkskrant, 26-11-2001)<br />
141
Het Sint Luciaklooster vanuit de lucht. Midden bouen de St.Joseph kerk,<br />
rechts boven de Sint Franciscusschool<br />
Cuypcrs genootschap vraagt monumentenstatus<br />
aan voor R.K. Kerk-, Klooster- en<br />
Schoolcomplex in <strong>Bennebroek</strong><br />
<strong>Bennebroek</strong> is qua oppervlakte met ongeveer 176 hectare de kleinste<br />
plaats van de 504 gemeenten in ons land. Daar staat tegenover dat het<br />
met de Linnaeushof "Europa's grootste speeltuin" herbergt.<br />
Met de welvaart van de lokale bevolking lijkt weinig mis te zijn.<br />
Weliswaar in oude guldens neemt <strong>Bennebroek</strong> met 468 miljonairs<br />
landelijk een II e plaats in, vôôr <strong>Heemstede</strong> (=15), met 2.136<br />
miljonairs zelfs nog iets meer dan het in inwonertal ruim 5 keer zo<br />
grote Haarlem. (Bron: 'Elite' op basis van CBS-statistiek 2001).<br />
Het langgerekte centrum ('oude dorp') wordt omgeven door recreatiepark<br />
Linnaeushof, het <strong>Bennebroek</strong>bos, instelling voor geestelijke ge-<br />
142
zondheidszorg 'De Geestgronden', het Rottegat, het Luciaklooster<br />
e.o. alsmede de woonwijken Krakeling, Bloemhof, Het Duin en Meerwijk.<br />
De eerste fase van laatstgenoemde aantrekkelijke woonwijk<br />
startte in 1965 en kwam zeven jaar later gereed, resulterende in 15<br />
straten met 294 woningen. Later voltooid met de Harp.In 1971 is<br />
Huize Meerleven opgeleverd, waarvan de bouwtechnische staat nog in<br />
een schouwrapport van 1995 een kwalificatie "goed" kreeg.<br />
Het Cuypersgenootschap is een particuliere vereniging die zich inzet<br />
voor het behoud van negentiende- en twintigste-eeuws cultuurgoed in<br />
Nederland. Het genootschap, opgericht in 1984, is vernoemd naar de<br />
Roermondenaar Petrus Josephus Hubertus Cuypers (1827-1921).<br />
Met bouwwerken als het Rijksmuseum en het Centraal Station in<br />
Amsterdam wordt hij wel als de voornaamste architect uit de negentiende<br />
eeuw beschouwd. Naar hem is in <strong>Heemstede</strong> een straat vernoemd.<br />
Van veel meer betekenis voor deze gemeente was zijn zoon Josephus<br />
Theodorus Johannes Cuypers (1861-1949). Die ontwierp tussen<br />
1909 en 1912 met Jan Stuyt het eerste grote bestemmingsplan voor<br />
de gehele gemeente <strong>Heemstede</strong>, was betrokken bij het ontwerp van<br />
sociale woningbouwprojecten, het raadhuis, het vroegere post- en<br />
telegraafkantoor in de Raadhuisstraat en de Onze Lieve Vrouw Hemelvaart<br />
kerk. Bovendien is Jos. Cuypers voor W.O.II jarenlang lid<br />
geweest van de plaatselijke welstandscommissie.<br />
Door enkele <strong>Bennebroek</strong>ers is het vorig jaar met succes een initiatief<br />
genomen onder de bevolking een enquête te houden vooruitlopend op<br />
een lijst van beeldbepalende elementen die behoud voor de toekomst<br />
verdienen.<br />
Blijkens een ontvangen persbericht vergezeld van diverse bijlagen is<br />
mogelijk als gevolg hiervan per 23 mei jongstleden door het Cuypersgenootschap<br />
een voorstel gedaan aan de Minister van Onderwijs,<br />
Cultuur en Wetenschappen om het RK-klooster en directe omgeving<br />
in <strong>Bennebroek</strong> op de rijksmonumentenlijst te plaatsen conform artikel<br />
3 van de Monumentenwet 1988. Het complex, dat door de aanvragers<br />
vanwege hoogwaardige esthetische kwaliteiten van nationaal belang<br />
wordt geacht, omvat de volgende 6 objecten, die gezamenlijk een<br />
ensemble van rooms erfgoed vormen.<br />
De eerste vier zijn aan de Schoollaan gesitueerd; kerk en school aan de<br />
Kerklaan.<br />
143
1) Sint Luciaklooster<br />
2) Kloostertuin met toegangshek, portiershuisje en Heilig Hartbeeld<br />
3) Rectoraatswoning 'Duinlust'<br />
4) R.K.pastorie<br />
5) R.K.Sint Josephkerk<br />
6) Sint Franciscusschool.<br />
Motivatie voor opname is: "Het betreft een complex dat in stedenbouwkundig-<br />
en typologisch opzicht zeldzaam is in Nederland<br />
vanwege ondermeer de afgelegen ligging op een binnenterrein.<br />
Verder is het een belangwekkend voorbeeld van de stichting en de<br />
ontwikkeling van een rooms-katholieke parochie en kloostergemeenschap<br />
en heeft het een belangrijke rol gespeeld in de ontwikkeling<br />
van <strong>Bennebroek</strong> op onderwijs- , geestelijk en sociaal economisch<br />
gebied".<br />
Inmiddels heeft de Staatssecretaris van O.C.W. het complex met<br />
ingang van 9 juni laten voorbeschermen.<br />
Klooster en meisjespensionaat van 'Sacré Coeur' (voor "jonge<br />
dames uit de betere stand") kwamen in 1895-1896 in neogotische<br />
stijl tot stand, gebouwd op een H-vormig grondplan.Als architect was<br />
door het hoofdkantoor van de congregatie in Parijs Paul Vilain aangetrokken.<br />
Deze was afkomstig uit Lille. Daar was hij betrokken bij het<br />
144<br />
-Ei è C»ui
ontwerp van verscheidene katholieke bouwwerken, zoals het groot<br />
seminarie. In Nederland heeft deze Franse bouwmeester meer sporen<br />
nagelaten. Via een Benedictijner monnik uit het Brabantse Oosterhout<br />
kreeg Vilain namelijk opdracht klooster en kapel van de (nog bestaande)<br />
Onze Lieve Vrouw Abdij der zusters Benedictinessen in Oosterhout<br />
te ontwerpen (1906-1908).<br />
In het klooster en voor de zorg van het opleidingsinstituut te <strong>Bennebroek</strong><br />
namen aanvankelijk zeven uit Brussel en Vlaanderen afkomstige<br />
zusters van het Heilig Hart hun intrek. Het initiatief hiervoor was<br />
overigens uitgegaan van pastoor Cornelis Scheiberling van de parochie<br />
Vogelenzang, stichter van de hulpkerk in <strong>Bennebroek</strong>. In correspondentie<br />
en persoonlijk op het Moederhuis van de nonnen in Parijs<br />
prees hij <strong>Bennebroek</strong> aan als een mooi, schoon en gezond oord,<br />
zonder industrie en goed bereikbaar per trein en omnibus.<br />
De rector van de latere zusters Franciscanessen vestigde zich in een al<br />
bestaande witgepleisterde tuinbaaswoning 'Duinlust'. Dat was o.a.<br />
als zevende rector van het Moederhuis de autoritaire M.A.Thompson,<br />
oud-hoofdredacteur van 'de Maasbode'. Hij is in 1926 na een conflict<br />
met de algemene overste ontslagen en opgevolgd door de populaire<br />
rector H.F.J.M.van den Heuvel die tot zijn gouden priesterjubileum in<br />
1962 in functie bleef.<br />
Het huis Duinlust in natuursteenmotief dateert uit omstreeks 1875.<br />
Rond 1925 werd de roedenverdeling van de vensters gewijzigd, maar<br />
de voordeur is nog oorspronkelijk. De gepleisterde villa is van belang<br />
vanwege de beeldbepalende situering<br />
Gelijk met het klooster is ook de Sint Josephschool gebouwd in<br />
neogotische stijl. Op deze lagere school gaven de zusters les aan<br />
meisjes uit <strong>Bennebroek</strong> en wijde omgeving, die in de jaren zestig ook<br />
voor jongens openstond. Na sluiting van de school is het gebouw<br />
helaas omstreeks 1977 afgebroken.<br />
Ondanks alle optimisme van de aanvang en zelfs hoogdravende verzen<br />
in de Franse taal van dichter-staatsman dr. Schaepman is de kostschool<br />
voor meisjes uit deftige kringen nimmer tot grote bloei gekomen.<br />
Dat wordt mede toegeschreven aan de excentrische ligging van<br />
het huis. Blijkens het gedenkboek 'Een wereld apart: geschiedenis van<br />
het Sacré Coeur in Nederland' door Laetitia M.L.van Rijckevorsel<br />
(Assen, 1996) was <strong>Bennebroek</strong> niet zo makkelijk bereikbaar als mijn-<br />
145
heer pastoor had voorgesteld. Na de vestiging van een Sacré Coeur in<br />
Den Haag en te Nijmegen, sinds 1913 in Arnhem, is besloten het<br />
pensionaat op te heffen.<br />
Op het hoogtepunt in de jaren 1900-1910 bedroeg het aantal niet<br />
meer dan 40 "pensionnaires", die ten dele uit België kwamen en ook<br />
les kregen in de Franse taal. Zoals gebruikelijk op alle internaten van<br />
de Orde droegen zij (school)uniformen.<br />
De vrouwelijke religieuzen die naar andere Sacré Coeur-huizen o.a. in<br />
Frankrijk zijn overgeplaatst zouden zolang ze leefden over "le chèr<br />
Benn'brock" hebben nagepraat...<br />
Succesvoller waren de "Dames du Sacré Coeur" die al in 1848 met<br />
Belgische zusters een meisjespensionaat in het Zuidlimburgse Vaals<br />
openden, dat pas in 1972 voorgoed zijn deuren sloot. Sinds 1945<br />
overigens met een andere Zusterorde. Als beroemdste leerlinge (in de<br />
jaren 1908-1909) geldt Rose Kennedy, moeder van de latere Amerikaanse<br />
president John F.Kennedy. In het monumentale pand, voormalig<br />
kasteel Bloemendaal, is door het Van der Valk concern met<br />
inachtname van het historische exterieur na een grondige inwendige<br />
verbouwing een riant recreatie- en congreshotel gevestigd. Eenzelfde<br />
Maria-beeld als in <strong>Bennebroek</strong> staat betekent een zichtbare herinnering<br />
aan de "kostschooljaren" van weleer.<br />
146
In 1919 werd het klooster van de Orde van het Heilig Hart in<br />
<strong>Bennebroek</strong> als Moederhuis aangekocht door de zo genoemde zusters<br />
Franciscanessen der Congregatie van Rotterdam, sindsdien 'Congregatie<br />
van <strong>Bennebroek</strong>' geheten. De nonnen van Rotterdam/<strong>Bennebroek</strong><br />
- voluit genoemd: Religieuzen-Penitenten der Derde Orde van<br />
Sint Franciscus - hebben ook in <strong>Heemstede</strong> (Sint Anthoniusschool)<br />
een belangrijke rol gespeeld bij het onderwijs aan meisjes.<br />
De historie van de eerste eeuw is door een Franciscaner pater uitvoerig<br />
beschreven in het gedenkboek 'Franciscaanse zielenijver; de congregatie<br />
van <strong>Bennebroek</strong> 1847-1947'. De volgende veertig jaar (1947-<br />
1986) is in 1990 te boek gesteld door een zuster van de kloosterorde<br />
dr.A.J.M.Alkema, onder de titel: 'Waarheen leidt de weg'.<br />
In de kapel zijn aan weerszijden muurschilderingen van Assisië en het<br />
Zonnelied vervaardigd door H.Peeters.<br />
Als geschenk van de huizen aan het moederhuis zijn bij gelegenheid<br />
van het eeuwfeest van de congregatie in 1947 glas-in-lood ramen<br />
aangebracht van St. Lucia en St. Franciscus en twee biddende nonnen,<br />
naar een ontwerp van Lambert Lourijsen.<br />
In 1963 is het gebouw intern verbouwd naar eisen van de nieuwe tijd.<br />
Op 16 mei van het jaar daarop zijn de nonnen die de Pinkstervergadering<br />
bezochten, in het gerestaureerde Moederhuis ontvangen.<br />
Na meer dan een eeuw is men het erover eens dat de gevels van het<br />
imposante bouwwerk nog bijzonder gaaf zijn.<br />
Een bekend bewoonster was zuster Sophia van Helden, bekeerlinge,<br />
en oud-hoofd van de Antonius-mulo te <strong>Heemstede</strong>, die onder schuilnaam<br />
Rie van Iepenburg in de jaren tussen 1937 en 1957 een tiental<br />
boeken, zowel (autobiografische) romans als toneelstukken, publiceerde.<br />
Een rustpunt is ook de kloostertuin in landschappelijke stijl aangelegd,<br />
met heiligenbeelden en een grot.<br />
In 1899 werd begonnen met de pastorie en een jaar later met de<br />
neogotische kerk Sint Joseph, ontworpen door architect-aannemer<br />
N.Nelis, met een sober ex- en interieur. Van belang zijn de in<br />
1956 aangebrachte gebrandschilderde ramen in het priesterkoor,<br />
welke zijn vervaardigd door de bekende glazenier Frans Balendong.<br />
Voorts een giet- en smeedijzeren hek naar begraafplaats. Het godshuis<br />
is niet opgenomen op een in 1991 samengestelde provinciale monumentenlijst<br />
voor kerkgebouwen uit de periode 1800-1940.<br />
147
De Lourdesgrot van de Zusters Franciscanessen op een ansicht uit 1969<br />
Uit 1929 dateert de afzonderlijke jongensschool, de Sint Franciscusschool,<br />
ontworpen door de Heemsteedse bouwmeester Nie. J.Nijman,<br />
en later naar achteren uitgebreid. Op een 'eerste' steen links van de<br />
voordeur staat "Deze steen gelegd door den zeereerwaarde heer<br />
Fran.J.M. Wassen Pastoor 1 mei 1929". Nog geen drie maanden<br />
later kwam de school gereed, mede vernoemd naar de eerste doopnaam<br />
van toenmalig pastoor Franciscus Wassen. Vanaf de stichting<br />
totl964 werd onderwijs gegeven door broeders-onderwijzers van de<br />
congregatie van St.Johannes Baptist de la Salie. Vijf jaar later zou de<br />
jongensschool met de meisjesschool (St.Josephschool) samengevoegd<br />
worden en werd voor het eerst gemengd lesgegeven.<br />
Op de inventarisatiekaart van het MIP-Noord-Holland van 1996 is het<br />
bouwwerk in de Amsterdamse stijl, opgetrokken van rode baksteen, en<br />
met nog merendeels de oorspronkelijke houten vensters en deuren als<br />
volgt omschreven: "Zeer gaaf schoolgebouw op onregelmatig grondplan.<br />
Enkele bouwlaag met zware kap waarin dubbele verdieping.<br />
In geueltoppen zijn oriels aangebracht". Het oude deel bevat een<br />
stenen tegelvoer en tegels langs de muur; de aanbouw is van geen<br />
architectonische waarde.<br />
Voor de tegenwoordig gemengde Franciscusschool heeft de aanvraag<br />
148
om monumentenbescherming directe gevolgen voor het door de gemeente<br />
geëntameerde plangebied aangeduid met herinrichting van de<br />
'Oude Kern'. Het college van B. en W. in <strong>Bennebroek</strong> heeft namelijk<br />
in principe besloten de bestemming voor de Franciscusschool te<br />
wijzigen (lees: slopen) ten behoeve van nieuwbouw op het zuidelijk deel<br />
van de huidige locatie.<br />
Voorts nieuwbouw van verzorgingshuis 'Meerleven' in drie of vier<br />
bouwlagen, tussen de Witte de Withlaan en de Kerklaan met een<br />
entree op de kop bij het nieuw aan te leggen Kerkplein en een<br />
parkeerterrein aan de achterzijde. Het ligt in de bedoeling in dit<br />
gebouw tevens de openbare bibliotheek te huisvesten, de SWOB, én -<br />
ook voor de andere bewoners van <strong>Bennebroek</strong> - een ruime recreatiezaal.<br />
Kortom een multifunctioneel zorgcentrum.<br />
Met dat doel wordt op 12 september het ontwerp bestemmingsplan<br />
door de gemeenteraad behandeld.<br />
In een volgende fase vindt invulling plaats van woningbouw op de<br />
locatie die vrijkomt na verhuizing van het huidige 'Meerleven'.<br />
In nummer 111 van ons blad heeft medebestuurslid Hans Balink al<br />
gerapporteerd over het standpunt van de <strong>Vereniging</strong> Oud <strong>Heemstede</strong>-<br />
<strong>Bennebroek</strong>.<br />
De nieuwbouw van het zorgcentrum komt naar onze mening zover<br />
naar voren dat het plein wordt versmald tot een straat. Het bestuur<br />
heeft andermaal in een schrijven aan het gemeentebestuur laten weten<br />
dat vanuit een historisch-architectonisch standpunt mogelijke afbraak<br />
van het oorspronkelijke deel van de Franciscusschool wordt betreurd.<br />
Dit gebouw met karakteristieke gevel is als cultureel erfgoed uit een<br />
Huize Meerleven kort na de opening begin jaren zeventig. Op de voorgrond<br />
het Karel Doormanplantsoen<br />
149
ecent verleden gebed in een omgeving die vanwege zijn huidige<br />
samenhang ruimte en rust uitstraalt.<br />
De massaliteit van nieuwbouw van 'Meerleven', in combinatie met het<br />
opschuiven van de gevellijn, zullen veel afbreuk doen aan het ruimtelijk<br />
effect. Daarom wordt gepleit de huidige bebouwingslijn rond de gevel<br />
van de school bij de realisatie van nieuwbouwplannen niet te overschrijden.<br />
Bovendien wordt een verlaging van de gootlijnhoogte wenselijk<br />
geacht.<br />
Tegelijkertijd is waardering uitgesproken, dat - in het kader van het in<br />
2000 vastgestelde beeldkwaliteitvisie - bijzondere aandacht wordt geschonken<br />
aan de plaats en het ontwerp van de nieuwe school.<br />
Reacties van lezers<br />
Hans Krol<br />
Het Hervormd Jeugdhuis<br />
Ik heb het blad van Oud <strong>Heemstede</strong>-<strong>Bennebroek</strong> gelezen, ook de<br />
passage van afbraak en nieuwbouw Herenweg 111 in het artikel over<br />
Knapenburg. Voor de volledigheid kan ik de volgende gegevens aanvullen.<br />
De zaal van het Hervormd Jeugdhuis (later Centrum 111) die in<br />
1949 werd gebouwd is tot stand gekomen dankzij stenen die kwamen<br />
van het Bad Zuid in Zandvoort. Er moesten toen stenen gebikt worden.<br />
Dat werd gedaan door jongeren van de Hervormde Gemeente <strong>Heemstede</strong>.<br />
Enkele namen weet ik nog. Dat waren Loes Schouten, Hans de<br />
Boer, Jan Bloemendaal, Wil Bloemendaal en nog een paar kinderen.<br />
We kregen een kaart waar de tijden werden bijgehouden hoeveel uur<br />
wij aan de stenen hebben gebikt. Deze kaart moet ik nog ergens<br />
hebben en elke dag werd deze afgetekend door de leiding van het<br />
Kerkelijk Bureau. Dag na dag in de zomervakantie waren wij er 's<br />
morgens al vroeg bij tot 's middags ongeveer 5 uur. We namen brood<br />
voor de lunch mee, maar voor drinken werd gezorgd. Jan Bloemendaal<br />
was toen 8 jaar en ikzelf 15 jaar. In totaal hebben we allebei 166<br />
uur aan de stenen gebikt en zijn bij die gelegenheid tot kampioen<br />
stenenbikkers uitgeroepen. Een koker met de namen is toen de zaal<br />
gebouwd in de muur gemetseld. Toen het gebouw werd afgebroken is<br />
de koker niet boven water gekomen. Mijn broer is nog geweest kijken,<br />
150
maar de koker is niet teruggevonden [ook volgens mededeling van Piet<br />
Hart]. Op een nog bestaande oorkonde met lakzegel staat vermeld:<br />
"Oorkonde voor J.Bloemendaal. Op heeden den 16 dagh van<br />
Februari) A.D. 1950, geeven onderteekenaeren blijck van hun<br />
groote waerdeeringh en danck voor de spontane meedewerkingh<br />
door U verleend bij de bouw der nieuwe zael van het Jeugdhuis".<br />
W.g. met 5 handtekeningen. Ik had ook foto's van de uitreiking, maar<br />
bij een jubileum waar ik ze voor de tentoonstelling uitleende heb ik<br />
deze niet meer terug ontvangen. Als dank voor het stenen bikken<br />
kreeg ik een week kamperen met de padvindsters, waar ik lid van was,<br />
gratis aangeboden. Dit is in het kort ter aanvulling van het verhaal over<br />
Knapenburg.<br />
Mw. W.H Bloemendaal<br />
<strong>Heemstede</strong><br />
Mijn herinneringen aan de Zandvoortselaan<br />
Ik was verheugd dat in HeerlijkHeden, nummer 111, nu eens een<br />
andere kant van <strong>Heemstede</strong> onder de loep werd genomen, namelijk de<br />
Zandvoortselaan, waar ik het grootste deel van mijn jeugd heb doorgebracht.<br />
Voor een korte tijd heb ik bij banketbakkerij Te Nijenhuis, Zandvoortselaan<br />
2B, gewerkt. Ik was toen pas 15 jaar.<br />
Vleeshouwer H.J. Akkermans (zie bladzijde 38) is naderhand verhuisd<br />
naar de overzijde van de Zandvoortselaan. Op de andere hoek van de<br />
Laan van Bloemenhove/Zandvoortselaan lag de rijwielzaak van Pronk<br />
en 2 huizen verderop op nummer 38 had mijn vader Herman van<br />
Rooden een maatkledingbedrijf. Als we nog aan dezelfde kant blijven<br />
dan was daar op nummer 62 de melkzaak van Tervoort.<br />
Op dezelfde pagina wordt melding gemaakt van het postagentschap,<br />
gedreven door mevrouw Coba v.d.Linden en haar dochter Toos.<br />
Laatstgenoemde was ook bekend door haar voortreffelijk toneelspel bij<br />
de toneelvereniging "Berkenrode", evenals mijn zus Riet van Rooden.<br />
Even verderop, voorbij het postagentschap, op de hoek, bevond zich<br />
een kapperszaak. Op de andere hoek de toen nieuwe zaak van<br />
Akkermans, met daarnaast een wijnzaak. Dan een paar woonhuizen,<br />
vervolgens een groentewinkel, op nummer 75 winkel en hoofdkantoor<br />
van Spierings' Fashion Shop CV. [een moderne naam voor die tijd],<br />
en een horlogezaak. Twee deuren verder een wolzaak, weer wat<br />
151
huizen en dan Kompier levensmiddelen, een andere maatkledingzaak,<br />
en op nummer 99 de sigarenwinkel van A.C.Hopstaken. Deze was<br />
[van 1946 tot 1962] voor de K.V.P. lid van de gemeenteraad. Daarnaast<br />
was een drogisterij op de hoek. Op de andere hoek lag een<br />
snoepwinkel en een winkel met huishoudelijke artikelen, enige huizen,<br />
en dan de bloemenzaak van Van Deventer en de melkzaak van Van<br />
Gelderen, woonhuis, banketbakker Denijs en een garage, een schoenmaker,<br />
een tuinbedrijf. Daarnaast een damesmodezaak en handwerk,<br />
dan de kunst- en boekhandel annex leesbibliotheek van M.Sas [later<br />
"Batavo", op nummer 147] en op de hoek een makelaarskantoor. Dan<br />
ging je de Leidsevaartbrug over om bij het station te komen.<br />
Daar ging de Zandvoortselaan verder. Over de spoorbomen, aan de<br />
rechterkant had je de rijwielstalling en fietsenzaak van W.Jansen op<br />
nummer 138-140. Daarnaast een sigarenzaak, wat huizen en dan de<br />
rijwielzaak van A.Bottelier, de huishoudelijke artikelenwinkel van Bordes,<br />
vervolgens een poelier en een drogisterij, een rijtje huizen, een<br />
kapperzaak en ten slotte de tuinderijen van Empelen en Van Dijk en de<br />
Houtvaart.<br />
Als je dan overstak in de richting van NS-station <strong>Heemstede</strong>-Aerdenhout,<br />
had je eerst een kruidenierszaak, dan op nummer 177 een filiaal<br />
van Franken's Broodfabrieken, de bloemenzaak van Dirk Bosch, een<br />
i i§§fi I j npp^^<br />
•-Ä"* ^HmiifwK i iff<br />
; l^jw'' l #<br />
Wji<br />
ip^^^^^ [ ^J^jj^i<br />
152<br />
- - •••:• i . i'
drogisterij en fotohandel H.Kooy, een banketbakker Van en automaat<br />
Van Vessem, dan kruidenier B.P.van Amerongen op nummer 169.<br />
Daarnaast een wijnhandel, de speelgoedzaak van Tromp, vervolgens<br />
Albert Heijn, groentehandelaar Koelemij en slagerij van Akkermans<br />
(familie van die andere Akkermans), sigarenwinkelier J.A. Admiraal,<br />
een kapper en ten slotte op de hoek Zandvoortselaan/Roemer Visscherplein<br />
Hotel Boekenrode (ook nog enige tijd hotel Brinkman<br />
geheten). Naast het hotel-restaurant aan het Roemer Visscherplein lag<br />
autogarage "Boekenrode" van Barnhoorn. Gedurende de oorlog is de<br />
garage bezet geweest door de Duitsers. Wij woonden toen boven de<br />
garage op nummer 17. Naast ons woonde Frans Muriloff en zijn<br />
familie, wel bekend als regisseur en producer van de Snip en Snap<br />
revue en 'Bonte Dinsdagavond Trein' op de radio. Toon Hermans die<br />
destijds o.a. in <strong>Bennebroek</strong> en Zandvoort woonde en vaak in het<br />
Minervatheater optrad kwam daar veel op visite.<br />
Ik hoop dat na 47 jaar Australië mijn geheugen mij niet in de steek<br />
heeft gelaten. Van harte wensen wij de vereniging vanuit ons landhuis<br />
"Berkenrode" alle succes!<br />
J.van Rooden<br />
Lilydale, Vic<br />
Enkele aanvullende gegevens van de heer G. Rekoert<br />
Het is fantastisch dat de heer Van Rooden na bijna een halve eeuw nog<br />
zoveel weet van de Zandvoortselaan.<br />
De rijwielzaak op nummer 34 was van de heer Sleeman, later van zijn<br />
zoon Co, nu is daar Joop Hart gevestigd.<br />
Aan de overkant was de schilderswinkel Van der Velden ("de Snor")<br />
wat nu een doe-het-zelf zaak zou heten, daarnaast de textielwinkel<br />
'Wiltri' en dan kapper Van Gunsteren.<br />
Naast Akkermans lag de drankenzaak van de heer Engel later Zeijlmaker,<br />
op nummer 73 groente- en fruitwinkel van Sweers met hun<br />
dochter Ria, daarna volgden Spiering en de horlogezaak, dan kleermaker<br />
K.Dik, poelier De Graaff [nummer 97], sigarenmagazijn Lou<br />
Hopstaken (die ook toneelspeelde bij amateurvereniging Berkenrode).<br />
Op de hoek vond men drogisterij 'Zandvoorterallee' van de dames<br />
Heupers en Brunsting, nadien mevrouw Ina Heupers, daarin was<br />
tevens de fotozaak die later verhuisde naar over het Spoor [nummer<br />
163].<br />
153
Op de andere hoek was bakkerij Bogert gelegen, later inderdaad de<br />
snoepwinkel van Jamin, daarnaast de ijzerwinkel van Mulder, die<br />
eveneens als smid en loodgieter werkte.<br />
De garage was van Van Overvest, de schoenmaker heette Vrolijk en<br />
het tuinbedrijf was van de heer Van Deventer Sr., dit huis is gesloopt<br />
en daar heeft Oscar Brink [oprichter van GSV en van 1946 tot 1962<br />
gemeenteraadslid voor de VVD] het hoge pand gebouwd waar nu Krug<br />
is gevestigd. Daarnaast 'de Papaver'-textiel van mevrouw de Breejen,<br />
boekhandel 'Boekenrode'van de familie Sas en op de hoek woningbureau<br />
Cornelis Kwak [met hoofdkantoor in "Karoly", Heemsteedse<br />
Dreef 276].<br />
Aan de overkant was het oude pand van bloembollenbedrijf Thoolen,<br />
toen pension Sweerts<br />
[tegenwoordig kantoorgebouw 'Kennemerhaghe']. Na de spoorbomen<br />
Willem Jansen taxibedrijf en fietsen, dan sigarenwinkel Timmers en op<br />
de hoek Salon Mary, al meer dan vijftig jaar.<br />
Op de volgende hoek zat Bottelier, dan Bordes en een poelier. Op<br />
nummer 167 de Aerdenhout Apotheek van drs. Leonard Baruch [in<br />
vrije tijd een verdienstelijk fotograaf], verder het schildersbedrijf van<br />
Strijbis en de herenkapsalon Maison Jacques van Lambert Kok en<br />
tuinbedrijf Empelen en Van Dijk op de hoek.<br />
Aan de andere kant op de hoek zat kruidenier Maas later Klaas Sas.<br />
Op nummer 167 sinds bouw van de (winkel)galerij in 1928 de wijnwinkel<br />
Brokmeier. Opgericht in 1896 te Zandvoort en nu met de derde<br />
generatie in <strong>Heemstede</strong> één van de langst bestaande zaken in <strong>Heemstede</strong>.<br />
Dan de speelgoedwinkel van Plomp en de dames- en herenkapsalon<br />
in de hoek was van Theo Beenken.<br />
Volledigheid is in zo'n kort bestek volstrekt onmogelijk, want de<br />
Zandvoortselaan is lang en winkels veranderen steeds. Er zou een boek<br />
over te schrijven zijn.<br />
Gebroeders Oppenheimer<br />
In HeerlijkHeden, nummer 108, heeft u kunnen lezen over herinneringen<br />
aan het Bronsteekwartier en over het onverwachte bezoek van de<br />
broers Oppenheimer aan de Johannes Vermeerstraat in <strong>Heemstede</strong><br />
waar zij van 1936 tot 1940 de mooiste periode van hun leven hebben<br />
gewoond.<br />
In april 2002 is Rudi Oppenheimer vanuit zijn woonplaats Londen een<br />
paar dagen in Nederland geweest, waar hij in Hilversum vier lezingen<br />
154
op scholen gaf over de Holocaust. Daar het gezin van 1940 tot 1942<br />
in het Gooi heeft moeten wonen in afwachting van hun deportatie is<br />
het verhaal van Rudi in april 2002 betreffende hun belevenissen<br />
opgenomen door de Tv-omroep Hilversum, die het op 4 mei heeft<br />
uitgezonden.<br />
Aan het Haarlems Dagblad gaf hij een interview, dat u misschien heeft<br />
gelezen in de krant van 4 mei 2002.<br />
Voor belangstellende Oud <strong>Heemstede</strong>-<strong>Bennebroek</strong> leden zal het verhaal<br />
van het gezin Oppenheimer in boekvorm, getiteld: 'From Belsen<br />
to Buckingham Palace' tijdens de premieavond van 19 november<br />
aanstaande klaar liggen.<br />
Hun buurmeisje uit 1937, Ati von Glahn-Yzer<br />
Het Klaphek, Oosterduin, Naaldenveld, en Duin en Vaart<br />
In het laatste nummer van HeerlijkHeden, notulen van het verenigingsjaar,<br />
bladzijde 66 wordt mijn naam genoemd als een van de zeer<br />
productieve schrijvers. De laatste maanden ben ik door omstandigheden<br />
als ziekenhuisopname minder productief geweest. Naar mijn<br />
mening hebben de laatste twee nummers daar bepaald niet onder<br />
geleden! Zeer gevarieerde bijdragen en het verenigingsblad als platform<br />
voor de leden. Zo werd ik uiteraard getroffen door het ingezonden<br />
stuk van de heer P.J.van der Velden over de Haringbuys en zijn<br />
bewoners, waarin de naam wordt vermeld van een Adriana van<br />
Schagen. Overigens betreft het hier geen Adriana maar een Jacoba<br />
van Schagen, dochter van Jacob van Schagen en Marijtje Brouwer, die<br />
op 19 juli 1857 trouwde met de toen 26 jarige Johannes van der<br />
Velden. Het is misschien interessant nog iets uit te weiden over de<br />
onderlinge relaties Van Schagen/Van der Velden.<br />
Herberg de Haringbuis bij het Klaphek<br />
In 1826 verhuurde Francona Antoinette Coenradina Pauw, de weduwe<br />
van de in 1808 overleden grootgrondbezitter H.J.Koenen, aan de<br />
Commissie tot aanleg van een straatweg naar Zandvoort de herberg de<br />
Haringbuis, "nevens het klaphek", met 3,5 bunder wei- of hooiland<br />
langs de Zandvoortselaan onder de bepalingen dat het land vrij moest<br />
worden gehouden van onkruid, het vee in de winter op stal moest<br />
staan en er alleen hoornvee en een enkel paard mocht lopen. Speciale<br />
155
Voormalig tolhuis "het Klaphek" (was herberg het "Haringbuys") op een<br />
foto uit 1927<br />
aandacht moest worden besteed aan het onderhoud van het bosje<br />
naast de herberg. De commissie verhuurde de herberg, en de landerijen<br />
weer onder aan Jan van der Velden sr. Die daarmee, naast<br />
herbergier en landbouwer ook tolgaarder werd. Deze Jan van der<br />
Velden, geboren te Noordwijk, was getrouwd met Petronella Wijnands.<br />
Zij hadden een dochter, Dina en twee zonen, Dirk (Theodorus),<br />
die landbouwer op Groot Bentveld was, en Jan (Johannes).<br />
De familie Van Schagen op Oosterduin<br />
Jacob van Schagen (1788-1872) werd geboren op de boerderij in<br />
de Vogelenzang, waar nu nog steeds aan de Vogelenzangsweg, tussen<br />
de Bekslaan en de kerk, een boerderij staat, met een boomgaard er<br />
voor. In 1821 trouwde hij met Marijtje Brouwer uit Hillegom. Toen hij<br />
de aflossing en rente van de hypotheek niet meer kon opbrengen,<br />
verkocht hij de boerderij in 1834 aan jonkheer Willem Philip Barnaart<br />
en werd hij de pachter van de boerderij Spiegelenburg op Oosterduin.<br />
De naam Van Schagen zou meer dan 100 jaar met Oosterduin<br />
verbonden zijn. Dochter Jacoba van Schagen trouwde in 1857 op 27<br />
jarige leeftijd met de één jaar jongere landbouwer Jan van der Velden<br />
156
jr. Een van de getuigen bij het huwelijk was Leendert Cazander, zwager<br />
van de bruidegom.<br />
De familie Cazander op het Naaldenveld<br />
Dina van der Velden, dochter van Jan van der Velden sr. En Petronella<br />
Wijnands, was in 1854 gerouwd met de landbouwer Leendert Cazander<br />
die in 1825 te Overveen was geboren als zoon van Leendert<br />
Cazander sr.. blauwmakersknecht bij de blauwselmolen Duinzigt, en<br />
Matje Zonneveld. Hij was pachter van een boerderij op het Naaldenveld,<br />
op nummer 24 aan de Doodweg (de tegenwoordige Van Vollenhovenlaan),<br />
waar Dina van der Velden in 1867 is overleden.<br />
Johannes Mattheus Cazander, de in 1865 geboren jongste zoon<br />
van Leendert Cazander en Dina van der Velden, trouwde in 1892 met<br />
Catharina Elisabeth van Schagen, dochter van Comelis van<br />
Schagen en Catharina Sintenie. Zij hadden een melkzaak in Den Haag<br />
en waren later woonachtig in <strong>Heemstede</strong>, waar Catharina Elisabeth<br />
van Schagen in 1922 is overleden. Johannes Mattheus Cazander,<br />
hertrouwd met Anna Hoomans, is in 1958 gestorven.<br />
De tweede generatie Van Schagen op Oosterduin<br />
Cornelis van Schagen, de in 1825 op de boerderij in de Vogelenzang<br />
geboren zoon van Jacob van Schagen en Marijtje Brouwer, kwam<br />
met zijn echtgenote Catharina Sintenie, die afkomstig was van de<br />
boerderij Sinneveit in Santpoort-Z., in 1854 op Oosterduin te wonen<br />
in de helft van de dubbele woning direct tegenover de Munterslaan. Dit<br />
pand zou destijds zijn gebouwd van de afbraak van het herenhuis van<br />
Oosterduin, en in 1900 werd afgebroken om plaats te maken voor de<br />
dubbele opzichterwoning Oosterduinweg 114-116, waar volgende<br />
generaties van de familie Van Schagen nog tot na de oorlog op 114<br />
hebben gewoond.<br />
Cornelis van Schagen, landbouwer-veeteler van beroep, en Catharina<br />
Sintenie hebben in totaal 15 kinderen gehad, waarvan er 9 jong zijn<br />
overleden. De oudste dochter, Maria, trouwde in 1889 met de melkverkoper<br />
Theodorus Gerardus Johannes van Staveren, die zich in<br />
<strong>Heemstede</strong> vestigde. Jacobus Cornelis van Schagen, de in 1857<br />
geboren oudste nog in leven zijnde zoon, begon een jaar later, in 1890<br />
te <strong>Heemstede</strong> zijn stalhouderij, vrachtrijders- en landbouwbedrijf en<br />
legde daarmee de basis voor het huidige automobiel-Peugeotdealerbedrijf.<br />
Anna Clasina van Schagen, de in 1872 geboren jongste dochter<br />
van Cornelis van Schagen en Catharina Sintenie begon een melkzaak<br />
in de Poststraat te Zandvoort. Zij trouwde in 1897 met Jan van der<br />
157
Velden, een zoon van Dirk van der Velden en Anna van der Veldt.<br />
Dirk van der Velden was de broer van Jan van der Velden jr. die met<br />
Jacoba van Schagen was getrouwd en zijn in 1862 overleden vader als<br />
tolgaarder aan het Klaphek had opgevolgd.<br />
Anna Clasina was door het overlijden van Jan van der Velden op 23<br />
april 1898 al binnen een jaar weduwe! Op 22 november 1899<br />
trouwde zij met Leoardus Johannes Cazander, die in 1874 was<br />
geboren, twee maanden na het overlijden van zijn vader Leendert<br />
Cazander, die een jaar na de dood van Dina van der Velden was<br />
hertrouwd met Elisabeth Kroon. Zij woonden aanvankelijk in de Poststraat<br />
te Zandvoort, maar verhuisden circa 1910 naar een boerderij<br />
onder Vijfhuizen, waar Leonardus Johannes Cazander in 1940 is<br />
overleden. Zijn echtgenote Anna Clasina van Schagen is een jaar later<br />
plotseling gestorven. Zij werden beiden begraven op het kerkhof bij de<br />
T.K.kerk van de Lijnden.<br />
Jacoba van Schagen is op 15 februari 1890, op 59 jarige leeftijd<br />
overleden. Met het overlijden op 77 jarige leeftijd van haar echtgenoot<br />
Jan van der Velden jr. (21 mei 1908), kwam ook een einde aan de<br />
tolgaarders/herbergiersaffaire. Jan van der Velden en Jacoba van<br />
Schagen hadden een zoon, Johannes Jacobus, die op 2 januari<br />
1866 was geboren. De "Jan van het klaphek" dus, de grootvader van<br />
de heer P.J.van der Velden.<br />
De familie Van der Velden op Duin en Vaart<br />
Boudewijn van der Velden, ook een zoon van Dirk van der Velden<br />
en Anna van der Veldt, was eind 19 e eeuw de pachter van de boerderij<br />
Duin en vaart bij Boekenrode (Alverna). Op 11 mei 2000 vierde het<br />
echtpaar J.L.van der Velden-Milatz hier zijn 50 jarig huwelijk!<br />
J.W.G.van Doorn<br />
Weerstand tegen botsculptuur<br />
De redactie ontving diverse reacties op een nabij de begraafplaats aan<br />
de Herfstlaan in de openbare ruimte geplaatste sculptuur van de<br />
beeldhouwer Adam Colton. Deze in 1957 te Manchester geboren<br />
kunstenaar laat zich inspireren door botten en schedels. Zijn motto<br />
\s-."Back to the Bone". Eerder was hij in 1997 vertegenwoordigd op<br />
de expositie 'Hier & Meer' nabij het Oude Slot. Zijn in aluminium<br />
gegoten werk "Bones of the Earth", dat met staaldraad vastgemaakt<br />
ten koste van twee bomen in de lucht hing, heeft buiten de inner circle<br />
158
van moderne beeldhouwers weinig indruk achtergelaten<br />
Het thans door de gemeente <strong>Heemstede</strong> aangekochte beeld heeft<br />
ongeveer 65.000 gulden gekost.<br />
Volgens de maker gaat het om een honderdvoudig uitvergroot botje,<br />
dat zich bevindt in het gehoororgaan van een schaap. Anderen menen<br />
er een mammoetpoot c.q. -oor in dan wel een ingedeukt megablikje in<br />
te herkennen. Volgens mevrouw S. v.d.Weiden verdraagt de landschappelijke<br />
omgeving: het gazon en bossage van Groenendaal niet<br />
een dergelijke dominante blikvanger, uitgevoerd in glanzend aluminium.<br />
Dat ligt geheel anders voor de dijk langs de snelweg van Harderwijk<br />
naar Flevoland, welk decor welhaast schreeuwt om een dramatisch<br />
kunstwerk, waarvoor Colton door de gemeente Harderwijk en<br />
provincie Gelderland is uitverkoren. Eerder maakte hij het ontwerp<br />
voor een kolossale natuursteen in de vorm van een rundertong als<br />
gedenkteken voor de Joodse oorlogsslachtoffers in Haarlem. Dat<br />
leidde tot commotie binnen de Nederlands Israëlitische Gemeente in<br />
Haarlem en het project is vervolgens, mede om andere redenen,<br />
afgeblazen.<br />
/ Architect T. Jenkins brengt in<br />
f \ herinnering dat eerder cultureel<br />
erfgoed van regionale<br />
kunstenaars als Levinus Tollenaar,<br />
Hans Wiesman en<br />
Hans Schepers werd gesloopt.<br />
In de streekpers en op het<br />
internet is aan dit - na herstel<br />
terug te plaatsen kunstwerk -<br />
reeds veel aandacht gegeven.<br />
Het van aluminium vervaardigde<br />
beeld blijkt tamelijk<br />
kwetsbaar. De fotograaf stelde<br />
bovendien vast dat het van<br />
zijn voetstuk gehaalde en door<br />
vandalen in de Van Merlenvaart<br />
te water gelaten kunstwerk<br />
zeer primitief was bevestigd.<br />
Onverschrokken spuitgasten<br />
hebben het gevaarte<br />
op het droge gehaald en in<br />
afwachting van herstel en her-<br />
159
plaatsing naar de gemeentewerf<br />
overgebracht.<br />
Uit een check bleek dat op<br />
een betonnen basis de<br />
roestvrije stalen bouten op<br />
de vier verankeringpunten<br />
onvoldoende waren vastgelast<br />
aan twee aluminium<br />
stripjes.<br />
Bijgaand twee door de heer<br />
V.C.Klep vervaardigde foto's<br />
van de sokkel en sculptuur.<br />
Archivaria en noviteiten<br />
Het heeft even geduurd, maar zoals elders in dit blad beschreven,<br />
beschikt de VOHB thans over een eigen website op het wereldwijde<br />
Internet: www.oudheemstedebennebroek.nl Daarmee wordt ook aan<br />
de talrijke in het buitenland woonachtige <strong>Heemstede</strong>naren en <strong>Bennebroek</strong>ers<br />
een forum gegeven vragen te stellen of herinneringen mee te<br />
delen.<br />
Het VOHB bestuur heeft de firma Architext in Haarlem opdracht<br />
verstrekt een monumentengids van <strong>Heemstede</strong> samen te stellen.<br />
Deze zal in 2003 verschijnen. De komende jaarpremieavond op<br />
dinsdag 19 november aanstaande zal zijn gewijd aan voormalig ambacht/gemeente<br />
alsmede huidig landgoed Berkenrode.<br />
Een voorgenomen aflevering over het buurtschap de Glip is uitgesteld<br />
naar één van de komende nummers.<br />
160
Zustervereniging "Ons Bloemendaal" vierde op 8 april jongstleden<br />
tijdens een lustrum-jaarvergadering haar 25 jarig bestaan. Bij die<br />
gelegenheid sprak VOHB voorzitter Frans Harm zijn gelukwensen uit<br />
aan onze goede nabuur en overhandigde hij een facsimile van een<br />
oude Hartekamp-kaart aan de zittende bestuursleden. Bij die gelegenheid<br />
hield mevrouw Carla Oldenburger-Ebbers uit Wageningen, een<br />
diapresentatie over de historische combinatie van groen en cultuur in<br />
Bloemendaal en naaste omgeving.<br />
Het VOHB bestuur is benaderd door een vertegenwoordiger van de<br />
bewoners Eikenlaan/Berkenlaan, welke woningen mogelijk worden<br />
gesloopt ten gunste van nieuwbouw. De eengezinswoningen zijn respectievelijk<br />
1913 en 1921 tot stand gekomen onder architectuur van<br />
het in <strong>Heemstede</strong> bekende trio J.Th.J.Cuypers, J.Stuyt en gemeenteopzichter<br />
Jac.Etmans. Op de MIP-inventarisatiekaart van de provincie<br />
Noord-Holland wordt dit sociale woningbouwcomplex van belang geacht<br />
als onderdeel van het oeuvre Stuyt en Cuypers. De commissie<br />
Karakterbehoud van de VOHB heeft de huizen niet opgenomen in<br />
haar inventarisatie van in de toekomst te beschermen monumenten.<br />
Dat geldt nochtans wel voor de gevelsteen Berkenlaan 17, in 1914<br />
geplaatst door de woningbouwvereniging Berkenrode. Verder het<br />
stenen toegangspoortje tot de<br />
achtertuinen van de destijds<br />
gebouwde weduwehuisjes met<br />
inscriptie "Nova et Vetera"<br />
[=Nieuw en Oud], opgenomen<br />
in de jaarpremie van 1991:<br />
'Wat ons is nagelaten...; Kleine<br />
en verborgen monumenten<br />
in <strong>Heemstede</strong> en <strong>Bennebroek</strong>'.<br />
Door de heer H.J.van Veldhuijsen<br />
en andere bewoners<br />
van beide lanen is een aanvraag<br />
gedaan voor beschermd<br />
monument bij de Rijksdienst<br />
voor Monumentenzorg en het<br />
provinciaal bestuur van<br />
Noord-Holland.<br />
De laatste jaren zijn door on- Gelukwensen van voorzitter Fran Har, ><br />
achtzaamheid en gebrek aan aan voorzitter Michiel Spoor<br />
161
historisch besef verscheidene oude grenspalen spoorloos verdwenen.<br />
Ook in ons blad is hier regelmatig op gewezen, onder meer in<br />
aflevering 109 naar aanleiding van het verlies van 2 limietpalen te<br />
<strong>Bennebroek</strong>. In dit verband complimenteren we de Amsterdamse<br />
Waterleidingduinen die recent een uit 1730 daterende grenspaal,<br />
welke de scheiding aangaf tussen de duinen van ambachtsheer Six van<br />
Hillegom en de duinen van Van Limburg Styrum, na reparatie heeft<br />
teruggeplaatst. Dat gebeurde op 18 maart jongstleden op zijn plek<br />
langs de Scheidingsbaan bij Starrenbroek. (zie ook: Struinen, nummer<br />
33, 2002).<br />
Onze regionale deskundige op het gebied van grensstenen de heer<br />
W.M.ten Hacken ontdekte o.a. een dergelijke paal met de letters K en<br />
op achterzijde B (= vermoedelijk Krayenest en Berkenrode). Deze<br />
staat voor de zorginstelling "Sint Jacob in de Hout" nabij de "Blauwe<br />
brug" achter de abri.<br />
Een prijzenswaardig initiatief van de afdeling<br />
Groenvoorziening der gemeente <strong>Heemstede</strong><br />
is om tijdens graafwerkzaamheden in<br />
de grond gevonden stenen van een oude<br />
zitbank aan de Herenweg tegenover Huis<br />
te Manpad op zijn oorspronkelijke plek te<br />
herplaatsen.<br />
Meermaals is in ons verenigingsorgaan geschreven<br />
over de kunstcollectie Gutmann<br />
op Bosbeek. Na enige tientallen<br />
jaren van procederen door nakomelingen<br />
en talrijke brieven en nota's heeft het ministerie<br />
van OCW besloten dat meer dan<br />
200 werken aan de familie worden teruggegeven.<br />
Daaronder schilderijen, serviesgoed<br />
en tafelzilver. Bijna zestig jaar na<br />
dato heeft de oorlogsperiode niet enkel<br />
Grenspaal Krayenest (foto<br />
W.M.ten Hacken)<br />
voor Joden haar sporen tot op de dag van vandaag nagelaten. In het<br />
vorige nummer is gewezen op een tweede herziene druk van het boek<br />
'Uitgewist: hoe Jan Oom verdween in "Nacht und Nebel" en<br />
enkele andere histories uit WO II'. Door professor W.Hijmans<br />
waren we al opmerkzaam gemaakt op een dossier waaruit zou blijken<br />
dat genoemde hoofdpersoon een "scharrelaar" was. Thans werden we<br />
geattendeerd op een artikel in het juli/augustusnummer 2002 van<br />
'Terugblik '40-'45; maandblad van de documentatiegroep '40-'45'<br />
162
met een herziene recensie inclusief rectificatie. Uit een dossier bij het<br />
Ministerie van Justitie in Den Haag blijkt dat de heer Oom in juli 1940<br />
lid was geworden van de SS. De auteur heeft dit laatste gegeven<br />
achterwege gelaten in zijn biografische schets, maar enkel vermeld dat<br />
er van een spoedcursus radiotelegrafie in München niets terecht kwam<br />
en Oom spoorslags terugkeerde naar Nederland "toen hij moest<br />
tekenen en daar voelde hij niets voor". Een en ander neemt niet weg<br />
dat Jan Oom uiteindelijk na veel ontberingen in april 1944 omkwam<br />
in het concentratiekamp Bergen-Belsen.<br />
Achteraf moet het besluit van de gemeente <strong>Heemstede</strong> als terecht<br />
worden beschouwd geen nieuwe namen toe te voegen aan de eerder<br />
vermelde 45 oorlogsslachtoffers op een stenen plaquette aan de voet<br />
van het bevrijdingsmonument op de Vrijheidsdreef.<br />
Een positief bericht ontvingen we van de historica dr. Annie Huismanvan<br />
Bergen omtrent oorlogsslachtoffer J.Nienhuis Deze was na<br />
verlof uit Nederlands Oost Indië sinds april 1940 op het adres Rembrandtlaan<br />
18 woonachtig en is op 30 januari 1945 als gijzelaar in<br />
Utrecht is gefusilleerd. Vanwege het uitrijden van de Elfstedentocht (in<br />
1933) zal Nienhuis ter gelegenheid van de 100 slc verjaardag in 2009<br />
op een Fries monument met zijn naam op een tegel worden geëerd.<br />
Veel is de voorbije eeuw geschreven over het legendarische nonnenklooster<br />
dat graaf Dirk II in 942 vanuit Egmond naar <strong>Bennebroek</strong> zou<br />
hebben overgebracht. Ondanks alle twijfel schreef oud-gemeentesecretaris<br />
C.Bregman nog in 1972: "Nee, <strong>Bennebroek</strong>ers, dat klooster<br />
laten we ons niet ontnemen!". In het Jaarboek van de <strong>Vereniging</strong><br />
Haerlem van 1978 kwam na grondige studie van de bronnen de<br />
destijds in <strong>Bennebroek</strong> woonachtige historicus dr.H.A.van Vessem tot<br />
de conclusie dat deze gemeente beslist niet in aanmerking komt. Even<br />
onwaarschijnlijk als plaats van vestiging (ter bescherming tegen de<br />
ruige West-Friezen) lijkt overigens de plaats Benningbroek. Tijdens<br />
een lezing in het raadhuis ontdekte pastoor dr.M.Wagemaker bij toeval<br />
in de foliant van H.van Heussen, 'Kerkelijke historie en outheden der<br />
zeven vereenigde provincien'(derde deel, 1721) dat onder Heiloo in de<br />
late middeleeuwen sprake is van "1 want landts by Binnebroek" , de<br />
naam van een hoeve tussen Alkmaar en Heiloo. Reden genoeg voor<br />
hernieuwd onderzoek inzake deze kwestie.<br />
De Stichting Historie Future heeft alle nummers van ons blad HeerlijkHeden<br />
ingescand. Dat is tevens gebeurd voor de lokaal-historische<br />
tijdschriften van Velsen, Santpoort, Bloemendaal. Zandvoort, Haarlem<br />
en de Haarlemmermeer. Al deze informatie verschijnt op cd-rom<br />
163
die door belangstellende leden tegen een redelijke prijs kunnen worden<br />
besteld. Meer informatie over prijs e.d. verschijnt in de volgende<br />
aflevering.<br />
Reeds verschenen op cd-rom is de digitale Bomans Krant, uitgebracht<br />
door redacteur en Neerlandicus drs.Jac. Aarts (Bauerstraat 29-<br />
II, 6813 KZ Arnhem). Deze bevat ook artikelen over de schrijver<br />
Godfried Bomans in relatie tot <strong>Heemstede</strong> en kan door belangstellenden<br />
voor de minimale prijs van slechts 5 euro worden besteld op het<br />
e-mailadres : j.aarts@chello.nl<br />
Het archief van de VOHB is de laatste maanden verrijkt met o.a. de<br />
volgende aanwinsten:<br />
- Kop en schotel met logo van Berkenrode (R.Laimböck).<br />
- Collectebusje ten behoeve van Kerstviering van de Christelijke <strong>Vereniging</strong><br />
van de verpleging van lijders aan vallende ziekte (K.de<br />
Raadt).<br />
- Glas met afbeelding van Meer en Bosch (K.de Raadt).<br />
- Een aantal (wijn)flessen met etiketten in relatie tot de omgeving<br />
(mw.H.Kerkvliet).<br />
- J.W.Regenhardt. Zouavenbloed? Een gezin en de geschiedenis. Doctoraalscriptie<br />
geschiedenis 1984. [Over o.a. .Martinus Schabbmg,<br />
een in <strong>Bennebroek</strong> geboren zouaaf die na twee jaar in pauselijke<br />
dienst in 1869 naar <strong>Heemstede</strong> terugkeerde waar hij nog 40 jaar<br />
(als tuinman) werkte en woonde. Kleinzoon Jan was tussen eind<br />
1952 en 31 juli 1954 als legionair in Vietnam werkzaam en sneuvelde<br />
in de beslissende slag bij Dien Bien Phoe]. (drs.C.E.Schabbing,<br />
Haarlem).<br />
- Kopie van 'De wateringen in Zuid-Kennemerland' uit 'Stromen in<br />
Zuid-Kennemerland in het verleden en heden' (1993) door K.J.Kan<br />
(W. Verkade)<br />
- Een speldje met 'Linnaeushof'en locomotiefje, waarschijnlijk vervaardigd<br />
bij gelegenheid van de introductie van een kinderspoortrein<br />
in 1965 (Koolwijk)<br />
- Ex libris van St.Henricus U.L.O. Anoniem, vermoedelijk uit omstreeks<br />
1950.<br />
- Foto's van boerderij van Van Schie uit 1976 (A.Koopman).<br />
- Pentekening van Hervormde Kerk <strong>Bennebroek</strong> door Piet Wiegman,<br />
circa 1982 (N.Blankevoort, Bloemendaal).<br />
Emeritus pastoor drs.E.C.Hoogervorst uit Heerenveen maakte op 3<br />
mei 2002 een videoband van een laatste bezoek van oud-seminaristen<br />
aan Hageveld. Hij zal deze per codicil voor de VOHB reserveren.<br />
164
Andere leden worden hiermede gewezen op deze mogelijkheid van het<br />
afstaan van lokaalhistorisch interessante objecten of documenten aan<br />
de vereniging na hun overlijden.<br />
Tot besluit volgt een overzicht van enige recente literatuur betreffende<br />
<strong>Heemstede</strong> en <strong>Bennebroek</strong>.<br />
Ter gelegenheid van het 75 jarig bestaan van de Onze Lieve Vrouw<br />
Hemelvaart kerk en parochie verscheen als nummer 58 in de serie<br />
Haarlemse Miniaturen een boek, samengesteld door mevrouw Wil de<br />
Groot-Boot, Michel Bakker en priester Matthieu Wagemaker. Een<br />
boeiende uitgave waarin zowel de geschiedenis van het kerkgebouw<br />
aan het Valkenburgerplein als driekwart eeuw geloofsgemeenschap<br />
uitvoerig ter sprake komen.<br />
Met architectuurhistoricus drs. Michel Bakker staat voorts een interview<br />
over 'Monumentenzorg in Suriname' in het tijdschrift 'Heemschut'<br />
van juni 2002. Aanleiding hiervoor is de nominatie [intussen<br />
plaatsing door de UNESCO] van Paramaribo voor de Werelderfgoedlijst.<br />
Van Anne-Marleen Hulsebos ontvingen we haar doctoraalscriptie (Universiteit<br />
van Amsterdam): 'Een monument van levenskunst. Over de<br />
onthullende Westerbork-brieven van Etty Hillesum (1914-1943) in een<br />
verhulde oorlogsuitgave'. Deze schuiluitgave over de kunstschilder<br />
J.B.van der Pluym (1843-1912) verscheen in 1944 clandestien dankzij<br />
bemiddeling van de twee in <strong>Heemstede</strong> woonachtige verzetsjournalisten<br />
David Koning en Ben Korsten.<br />
Margreeth Pop en Jaap Temminck zijn de auteurs van het kortelings<br />
door Schuyt uitgeven boek: 'Kleverlaan; de geschiedenis van een<br />
begraafplaats'. De meeste foto's zijn gemaakt door burgemeester<br />
J.J.H.Pop. Deze rustplaats in Haarlem-Noord (voorheen Akendam) is<br />
aangelegd door de bekende architect Jan David Zocher jr. (1791-<br />
1870) die tegelijkertijd in 1828-1829 de Heemsteedse algemene<br />
begraafplaats ontwierp op de vroegere buitenplaats 'Westermeer'.<br />
Volgens een globale schatting hebben zon 100.000 personen hier<br />
hun laatste rustplaats gevonden. Van 200 meer bekende doden is een<br />
beknopte biografie opgenomen. Van hen hebben de volgende mannen,<br />
en 1 vrouw, in <strong>Heemstede</strong> gewoond. Verschillende telgen Beels<br />
(ambachtsheren van <strong>Heemstede</strong>), de beeldend kunstenaars Theofile de<br />
Bock, A.L.Koster en H.J.Scholten, J.L.E.I.Breda Kleynenberg (o.a.<br />
journalist), twee bloemisten Kersten, J.van der Pigge (oprichter van<br />
gelijknamige tabakszaak in Haarlem), J.W.Sevenhuysen (architect),<br />
jonkheer G.F.van Tets (Commissaris des Konings), Margaretha Jacoba<br />
165
de Neufville (bewoonster van 'Sparenhout' en schrijfster van historische<br />
romans), J.W.Hilbrander (o.a. ziekenbezoeker) en enkele telgen<br />
uit het geslacht Van Wickevoort Crommelin van het landgoed Berkenrode.<br />
Uit <strong>Bennebroek</strong> is vermeld de in die plaats geboren heer<br />
J.C.Cramer (1832-1899), huis- en decoratieschilder en een verdienstelijk<br />
brandweerman in Haarlem, sinds 1855 als sergeant bij spuit 5<br />
en vanaf 1873 kapitein bij spuit 5.<br />
Ter gelegenheid van het 150 jarig bestaan van de Haarlemmermeer<br />
is een multimediapakket uitgegeven in de vorm van een doosje bestaande<br />
uit een boekje van 164 pagina's waarin een beeldkroniek<br />
voorkomt met een ondersteunende informatietekst. Het bestrijkt de<br />
geschiedenis van 1250 tot 2002. De publicatie is ingedeeld in drie<br />
onderwerpen: Land, Water en Lucht. Het totaal aantal afbeeldingen<br />
bedraagt 550 en geeft de introductie tot een bijgevoegde cd-rom<br />
waarop 1.800 afbeeldingen voorkomen. Het pakket is verkrijgbaar bij<br />
het Historisch Museum Haarlemmermeer voor 15 euro. Het kan per<br />
post worden toegezonden na overmaking van 18 euro op bankrekening<br />
15.55.89.997 van het hiervoor genoemde museum onder vermelding<br />
van 'Pioniers pakket'.<br />
Dit jaar verscheen als handelsuitgave, tevens 21 mei 2000 als proefschrift<br />
verdedigd aan de Universiteit Utrecht, het boek: 'Een eigentijds<br />
verleden; alledaagse historische cultuur in Nederland, 1945-<br />
2000' (ISBN 90-6550-658-6) door Kees Ribbens. Een goed leesbaar<br />
boek waarin de niet-professionele geschiedbeoefening in een wetenschappelijk<br />
kader aan de orde komt. De auteur staat hierin uitvoerig<br />
stil bij de manier waarop Nederlanders sinds 1945 omgaan met hun<br />
verleden. Talrijke deelterreinen van de naoorlogse historische cultuur<br />
passeren de revue: geschiedenisonderwijs, monumentenzorg, genealogisch<br />
onderzoek, archiefbezoek, amateurarcheologie, heemkundebeoefening<br />
etc. Gewezen wordt op de betekenis van de momenteel<br />
omstreeks 1.500 historische verenigingen en oudheidkundige genootschappen<br />
(met gezamenlijk ruim 300.000 leden) voor de plaatselijke/<br />
regionale geschiedbeoefening in ons land. Deze zijn van eminent<br />
belang voor de historische infrastructuur, hetgeen de promovendus<br />
met Zwolle als uitgewerkt thema aantoont.<br />
Kopij voor nummer 114 wordt gaarne voor 1 oktober aanstaande<br />
ingewacht.<br />
166<br />
Hans Krol
Een stille verscholen begraafplaats<br />
Enkele jaren geleden schreef ik voor HeerlijkHeden een serie van drie<br />
artikelen over het eeuwenoude kerkhof rond de Hervormde kerk aan<br />
de Binnenweg in <strong>Bennebroek</strong>. In dit artikel wil ik iets vertellen over een<br />
andere begraafplaats in <strong>Bennebroek</strong>, namelijk die bij De Geestgronden,<br />
de instelling voor Geestelijke Gezondheidszorg, tot voor enkele<br />
jaren het Psychiatrisch ziekenhuis Vogelenzang. , . ,,r! • ...<br />
Bedoelde begraafplaats is aangelegd in 1928. In dat jaar was de bouw<br />
van het ziekenhuis zover gevorderd, dat patiënten konden worden<br />
opgenomen. De begraafplaats was bedoeld voor patiënten en voor<br />
leden van de directie en het personeel van het ziekenhuis. Reeds in het<br />
jaar 1928, nog voor de officiële in gebruikneming van de begraafplaats,<br />
vond de eerste teraardebestelling plaats.<br />
In die tijd hadden niet alleen kerken en kloosters een eigen begraafplaats;<br />
ook bij grotere instellingen was dit het geval. De Stichting<br />
Vogelenzang (zo werd het ziekenhuis in het verleden aangeduid) was<br />
toen een gesloten instelling, dat wil zeggen men zorgde zoveel mogelijk<br />
zelf voor alles wat nodig was om het ziekenhuis geheel zelfstandig<br />
te laten functioneren. Het werd eens "een dorp in een dorp" genoemd.<br />
Zo was ook de exploitatie van de begraafplaats geheel in eigen hand.<br />
De lijkkisten werden tot ver na de Tweede wereldoorlog in de eigen<br />
timmerwerkplaats gemaakt. Nadat de ambtenaar van de Burgerlijke<br />
stand daartoe verlof (toestemming) had gegeven verzorgde men ook<br />
zelf de begrafenis.<br />
Het terrein van het ziekenhuis was en is nog steeds groot, circa 40<br />
hectare. Voor de aanleg van de begraafplaats koos men voor het<br />
zuidelijk bosgedeelte van het terrein. Dat deel van het terrein ligt net<br />
over de gemeentegrens <strong>Bennebroek</strong>/Hillegom. Een heel rustige verscholen<br />
plek waar in de ruime omgeving toen (en ook nu nog) geen<br />
andere activiteiten plaats vonden. De breedte van het voor begraven<br />
gereserveerde terrein was 56 meter, de lengte 126 meter, ongeveer<br />
7000 vierkante meter dus. Een deel ervan, groot 22 bij 26 meter, was<br />
afgezonderd voor graven van leden van directie en personeel, die er<br />
voor gekozen hadden daar te ruste te worden gelegd.<br />
In de loop der jaren zijn op deze stille plek 640 personen begraven,<br />
167
voor het overgrote deel patiënten van het ziekenhuis. Op de hoeken<br />
en ook op enkele andere plaatsen om het rechthoekige terrein stonden<br />
betonnen plaaltjes. Een andere afzetting was er aanvankelijk niet.<br />
Uit het goed bijgehouden Begraaf boek, dat Grafschrift genoemd werd,<br />
blijkt, dat op een klein aantal graven op verzoek van de familie een<br />
grafsteen of zerk geplaatst is. Enkele daar begraven patiënten zijn op<br />
een later tijdstip opgegraven en overgebracht naar een door de familie<br />
aangegeven plaats elders in het land.<br />
In de Tweede wereldoorlog moest het gehele ziekenhuisgebeuren van<br />
de stichting op last van de Duitse bezetting uit <strong>Bennebroek</strong> verdwijnen<br />
(van 1943 tot na de bevrijding in 1945). Van de toen 930 patiënten<br />
werden er 369, met 100 bijbehorende personeelsleden, over gebracht<br />
naar het Psychiatrisch ziekenhuis in Franeker. Naar het ziekenhuis in<br />
Ermelo gingen 384 patiënten met 128 personeelsleden. De overige<br />
177 patiënten konden thuis worden opgevangen.<br />
De afwezigheid in <strong>Bennebroek</strong> van patiënten en personeelsleden van<br />
het ziekenhuis betekende onder andere dat er op de begraafplaats van<br />
Vogelenzang geen begravingen plaats vonden.<br />
Waren er volgens het Grafschrift in het jaar 1942 nog 48 begravingen,<br />
in de periode dat de Duitse militairen de ziekenhuisgebouwen in<br />
gebruik hadden vonden er dus geen ter aardebestellingen plaats. De in<br />
die tijd overleden patiënten zijn begraven in Franeker en in Ermelo.<br />
Het ziekenhuis in Ermelo had, zoals in <strong>Bennebroek</strong>, een eigen begraafplaats.<br />
De tijden veranderen, ook de gebruiken bij begraven en de daarvoor<br />
geldende regels. In 1965 besloot het bestuur van Vogelenzang de<br />
patientenafdeling van de begraafplaats te sluiten. Aan Tuin- en Landschapsarchitectuur<br />
Vroom te Glimmen werd verzocht een beplantingsplan<br />
voor het patientendeel van de begraafplaats te ontwerpen. Op<br />
basis van dit plan werden de graven van de patiënten met een extra<br />
laag aarde bedekt en vond beplanting met bomen en struiken plaats.<br />
De graven werden dus niet geruimd. Het personeelsgedeelte werd in<br />
tact gelaten. De personeelsleden, die de wens daartoe te kennen<br />
hadden gegeven, konden daar te zijner tijd dus nog begraven worden.<br />
Dit kleine deel van de begraafplaats werd door middel van een taxushaag<br />
van het overige nu weer beboste deel van het terrein afgescheiden.<br />
Aan de voorzijde kwam een eenvoudig hekwerk. Op dit moment<br />
is van de patientenbegraafplaats niets meer te zien. De geplante<br />
168
omen en struiken hebben er voor gezorgd, dat die plek een geheel is<br />
geworden met het omringende bos.<br />
In 1985, twintig jaar later dus, besloot het ziekenhuisbestuur ook het<br />
afgezonderde personeelsgedeelte van de begraafplaats te sluiten. Er<br />
konden van dat tijdstip af nog slechts gezinsleden van eerder daar<br />
begraven personeelsleden ter aarde worden besteld. Op grond van<br />
deze toezegging hebben sinds 1985 nog enkele begravingen plaats<br />
gevonden. De laatste was in 1993.<br />
Op het personeelsgedeelte is in 1935 begraven Ds. W.W. Smitt, de<br />
eerste predikant van de Stichting Vogelenzang. In 1939 overleed Dr.<br />
A.J. de Blinde, de eerste geneesheer-directeur.<br />
Ook hij werd op het personeelsgedeelte begraven; zijn vrouw was vier<br />
jaar eerder al daar te ruste gelegd. Later vonden ook andere directieleden<br />
en medewerkers aldaar hun laatste rustplaats.<br />
Spreken we nu oudere mensen, die in vroeger jaren bij Vogelenzang<br />
werkten, dan wordt wel de opmerking gehoord, dat sommige artsen en<br />
leden van de directie er de voorkeur aan gaven te ruste te worden<br />
gelegd op de plaats waar ook patiënten die aan hun zorg waren<br />
toevertrouwd begraven waren. Bij die gesprekken komt duidelijk naar<br />
voren, dat de medewerkers van het ziekenhuis, die rond de exploitatie<br />
van de begraafplaats een functie hadden, steeds met grote zorg en<br />
aandacht voor de overledenen en hun nabestaanden te werk zijn<br />
gegaan. Deze (nu nog maar kleine) rustplaats op zo'n stille plek<br />
verdient die zorg en aandacht ook in de toekomst.<br />
M. Verkaik<br />
169
Een toeristisch vertoef te <strong>Heemstede</strong> 1,5 eeuw<br />
geleden<br />
In het verre verleden waren buitenlandse reizen voornamelijk voorbehouden<br />
aan telgen uit de vermogende klasse. Zij maakten een 'Grand<br />
Tour', waarbij (ook bij kunstenaars) het klassieke Italië erg in trek was.<br />
Verbetering van de wegen en verkeersmiddelen en meer in het bijzonder<br />
de aanleg van spoorwegen heeft het reizen bevorderd. In de eerste<br />
helft van de 19 e eeuw zijn diverse gidsen en reisboeken gepubliceerd<br />
waarin ook <strong>Heemstede</strong> en in mindere mate <strong>Bennebroek</strong> en Berkenrode<br />
worden beschreven (1).<br />
In 1847 verscheen in twee edities een 'Wegwijzer voor de inwoners<br />
van Rotterdam, Schiedam, Delft en andere plaatsen in de nabijheid<br />
van den Hollandschen spoorweg: welke zouden wenschen, op één dag<br />
heen en weder een uitstapje te doen naar de omstreken van Haarlem'.<br />
Een uitgave door de Haarlemse Erven F.Bohn van 32 pagina's met<br />
een kaartje van Zuid-Kennemerland. In het voorbericht laat de anonieme<br />
auteur weten dat deze gids evenzeer geschikt is "voor die van<br />
Amsterdam en voor alle andere vreemdelingen, die in de gelegenheid<br />
zijn, om längeren of korteren tijd in deze oord te vertoeven".<br />
De "heerlijke landouwen' van Haarlem hebben meer te bieden dan<br />
de omstreken van steden als 's-Gravenhage, Arnhem en Utrecht. Het<br />
is vooral de verscheidenheid die Zuid-Kennemerland zo interessant<br />
maakt: uitgestrekte bossen, vruchtbare weiden, bloementuinen, de<br />
blekerijen, fraaie dorpen, buitenplaatsen, de hoge duinen met schone<br />
vergezichten ten slotte de zee in al haar grootsheid. De bezoeker wordt<br />
aangeraden wanneer men één dag per vertoef neemt hiervoor ongeveer<br />
twaalf uur uit te trekken. "Te weten van 's morgens half tien tot<br />
's avonds negen uren - bij één der vijf volgende vertoef plaatsen te<br />
bepalen:<br />
1ste<br />
2*<br />
4e<br />
5 e<br />
vertoef: den Hout<br />
vertoef: <strong>Heemstede</strong><br />
vértoef: Zandvoort<br />
vertoef: Bloemendaal<br />
vertoef: Zandpoort.<br />
Tweede vertoef <strong>Heemstede</strong><br />
"Wanneer men in dit fraaije dorp den dag wil doorbrengen, neme<br />
170
men, aan de Station, plaats in den Omnibus [= diligence, getrokken<br />
door paarden H.K.], die naar de logementen in den Hout rijdt. Aldaar<br />
stapt men uit den wagen, en heeft reeds bijna de helft afgelegd van den<br />
weg naar het dorp, dat drie kwartier uurs ten zuiden van Haarlem ligt.<br />
Op zekeren afstand van den Hout, bereikt men het langs drie verschillende<br />
wegen: hetzij over het Clooster, het landgoed van den Graaf van<br />
Westerholt (2), hetzij over het voetpad langs den gewonen rijweg. Het<br />
verschil, in de lengte dezer wegen, bedraagt naauwelijks vijf minuten<br />
gaans. In het vernieuwde en van zwaar geboomte omgeven logement,<br />
het 'Wapen van <strong>Heemstede</strong>', omstreeks half elf aangekomen, zal men<br />
zich zeer wel bevinden en, gedurende het ontbijt, aldaar een fraai<br />
gezigt hebben over de landerijen op het Belvedère, dat de Heer Hope,<br />
voor weinige jaren, aldaar op een Duin van zijn uitgestrekt landgoed<br />
heeft laten bouwen.<br />
Het is nu twaalf uur, en om al het merkwaardige alhier behoorlijk te<br />
kunnen zien, geef ik u den raad, uwen maaltijd tegen twee uur te<br />
bestellen, en in dien tusschentijd, den Cruquius te gaan zien: een der<br />
drie waterreuzen, welke bestemd zijn om de daarnevens liggende<br />
Haarlemmer-meer droog te stoomen. Gij wandelt dus langs de Molenwerf<br />
naar het Spaarne, waar gij een schuitje gereed zult vinden, om u<br />
naar het begeerde punt over te voeren. Ziet gij aldaar wat drie of vier<br />
honderd menschen, in den diepen en uitgestrekten put verrigten, ten<br />
einde dien tot de grondslagen des werktuigs bekwaam te maken, dan<br />
zult gij naauwelijks durven beslissen, wat merkwaardiger zij; het werk<br />
waaraan men thans onder water bezig is, of het gebouw dat, op dien<br />
grond, eens boven denzelve verrijzen zal: het is beiden reusachtig te<br />
noemen.<br />
Wend van hier het oog op het Spaarne: het is, even als de Newa bij<br />
Petersburg, een der kleinste rivieren van ons werelddeel, maar die hier<br />
en daar eene aanmerkelijke breedte heeft, zeer vischrijk is, en het<br />
water uit de Meer, door Haarlem, naar Sparendam leidt, waar het zich<br />
in het IJ ontlast. Meer dan twintig duizend schepen varen er jaarlijks<br />
door gemelde stad, zoo dat het niet onmogelijk is, dat gij het Spaarne<br />
met een aantal zeilende vaartuigen bedekt ziet, terwijl deze eeuwigdurende<br />
beweging een aantal rijke lieden heeft uitgelokt, om, langs den<br />
bevalligen linkeroever, buitenverblijven aan te leggen, van welken gij<br />
er echter hier weinigen te zien krijgt. Nevens u ontwaart gij de<br />
'Lantaren van de Meer', eene vuurbaak voor den uitgestrekten waterplas,<br />
aan welks uitroeijing thans wordt gearbeid; maar die, zoo lang hij<br />
nog bestaat, een fraai gezigt oplevert, wanneer gij een aantal zeilende<br />
171
Titelblad van een boek uit 1739 met links de vuurbaak en rechts het Slot<br />
van <strong>Heemstede</strong><br />
schepen daarover heen ziet glijden, of wanneer uw oog geboeid wordt<br />
door kleine vaartuigen, die misschien bezig zijn iets tot uwen maaltijd<br />
bij te dragen, opdat gij u voor het laatst nog eens aan heerlijken<br />
meerbaars zoudt kunnen vergasten.<br />
Het schuitje dat u hier heeft overgebragt, zal u waarschijnlijk naar de<br />
Molenwerf terugvoeren, om van daar het dorp weer te bereiken,<br />
hetwelk gij, om geen tijd te verliezen, ten vier uur voor goed moet<br />
verlaten. Thans begeeft ge u naar het zeer nabij gelegen landgoed van<br />
den Heer Hope, Groenendaal en Boschbeek genaamd, en verzoekt<br />
den tuinman het straks genoemde Belvedère te mogen beklimmen. Hij<br />
zal u langs bevallige paden en wateren derwaarts leiden, en u doen<br />
zien, hoe de Kunst hier de Natuur is te gemoet gekomen; hoe hier alles<br />
te zamen liep, om, van dezen heuvelachtigen grond, een der fraaiste<br />
plekjes van Nederland te maken. Maar opgetogen zult gij staan,<br />
wanneer ge u op het hoogste gedeelte van het Belvedère bevindt:<br />
wanneer ge van daar, ten westen, het oog op Zandvoort slaat, het<br />
verder naar Haarlem wendt en zoo vervolgens naar Amsterdam:<br />
172
wanneer ge, zuidwaarts, Leydens Hooglandsche kerk, voorts Rijnsburg,<br />
Noordwijk en ten laatste de zee ontdekt. Gewis zoudt ge wenschen<br />
hier eenige uren te vertoeven, om zoo veel schoons, in al<br />
deszelfs bijzondere deelen, te kunnen nagaan; maar er blijft u nog veel<br />
te zien overig, om aan die begeerte te voldoen, en gij verzoekt dus den<br />
tuinman u te vergezellen tot aan het hek naast 'Meer en Berg', waar gij<br />
op den Haagschen straatweg komt, om langs dezen weg naar den<br />
'Geleerden Man' te gaan, welk logement, een klein half uur van daar<br />
gevonden wordt. Op uwen weg derwaarts, ontmoet ge al aanstonds,<br />
aan de regterkant, een Gedenknaald, op den hoek van de Mannenpads-laan,<br />
door den eigenaar, de Hoogleeraar Van Lennep (vader des<br />
Dichters) van het Huis te Mannenpad aldaar opgerigt:<br />
Ter eere van<br />
WITTE VAN HAEMSTEDE<br />
grave Floriszoon van Holland<br />
en van<br />
de brave burgers van Haerlem<br />
die met hem<br />
de vreemde MANNEN langs dit pad verdreven<br />
den 26 april 1304,<br />
en ter eere van hen<br />
die tot ontzet van Haerlem<br />
by dit MANNEPAD hun leven waagden,<br />
den 8 julij 1573.<br />
Wenscht gij eenen, tot ditzelfde landgoed behoorenden, zeer ouden<br />
iepenboom te zien, die een zijner gebroken armen over den weg<br />
nederbuigt, en aldaar twee jongere stammen verwekt heeft, ga dan<br />
eenige schreden dit Mannenpad op, en gij zult op dat gezigt de<br />
mogelijkheid erkennen, dat, na verloop van een paar eeuwen, de beide<br />
kinderen, op hunne beurt, een hunner armen, in eene tegenovergestelde<br />
rigting, naar de plaats uitstrekken, die thans hun nog stevige<br />
oude vader bekleedt.<br />
Van hier keert ge naar den straatweg terug, en vervolgt uwe wandeling,<br />
onder fraai geboomte, naar den Geleerden Man.<br />
Onderweg zult ge het vorstelijk verblijf, den 'Harte-Kamp' ontmoeten;<br />
een landgoed waar, vóór honderd jaar, de beroemde Linnaeus veel<br />
verkeerde; doch de boom, aldaar door hem geplant en naar hem<br />
genoemd, is, vóór veertig jaar, door geldzuchtige sloopers omgehakt<br />
173
Wandelaars bekijken de gedenknaald aan het Manpad (1911)<br />
(3). En nu bevindt ge u, omstreeks zes uur, aan het reeds genoemde<br />
logement, waar ge, voor het huis, een alleraangenaamst gezigt zult<br />
hebben op het fraaije dorp <strong>Bennebroek</strong>. Ondertusschen hebt ge den<br />
kastelein, bij uwe aankomst aldaar, last gegeven, dat er, tegen half<br />
acht, een wagen gereed sta, om u naar Haarlem terug te brengen.<br />
Gij zegt den voerman den straatweg te volgen tot Schouwtjeslaan, die<br />
in te rijden, en zóó, langs de Leydtsche-vaart en voorbij de Zijlpoort,<br />
langs de Singels, tot aan het Spaarne, en vervolgens over de Bolwerken<br />
te gaan, en welke kleine omweg u niet de minst verrukkelijke<br />
gezigten zal opleveren.<br />
Noten<br />
(1) Zie behalve het literaire 'Hollands Arkadia of wandelingen in de omstreken<br />
van Haarlem' door Adriaan Loosjes Pz. (1804)-1805, o.a<br />
- H.Potter. Reizen door een groot gedeelte van Zuid-Holland gedaan in de<br />
jaren 1807 en 1808.<br />
Amsterdam, C.L.Schleijer, 1909.<br />
- [L.J.Quarles van Ufford] Beknopte beschrijving der stad Haarlem, kunnende<br />
dienen tot eenen gids bij de beschouwing der merkwaardigheden, welke<br />
deze stad en derzelver omstreken opleveren. Haarlem, Vincent Loosjes,<br />
1829. 107p.<br />
174
(2) Quarles van Ufford (zie lit.opgave) had hierover eerder geschreven: "Onder<br />
de Buitenplaatsen, welke <strong>Heemstede</strong> versieren, moeten wij met lof het<br />
Clooster vermelden, welke plaats haren naam ontleent van het Bernaditer<br />
Klooster, dat aldaar gestaan heeft, en in 1458 gesticht was. Deze<br />
plaats is op nieuw aangelegd door den heer Zocher, zeer bezienswaardig,<br />
en behoort den Heer Schaep in eigendom toe".<br />
(3) Ongeveer een halve eeuw eerder schreef hierover een Fransman in zijn<br />
'Reis door Holland in het jaar 1806 en 1807' (een vertaalde uitgave van<br />
E.Maaskamp, deel 2): "Onze togt van leiden op Haarlem met de Trekschuit<br />
had niets bijzonders. Van verre tuurt het oog op eenige torens,<br />
lustplaatsen en enkele gebouwen, die het voorkomen van oudheid<br />
hebben. Hoe gaarne had ik alhier een uitstap gedaan op den Hartekamp,<br />
een voornaam lusthuis, alwaar zich, door de welwillendheid van zijnen<br />
begunstiger, die beroemde Man vormde, die als een tweede Adam,<br />
planten en gewassen, vogels en vissen, tam en wild gedierte, bij name<br />
genoemd, of, zoo gij wilt, herdoopt heeft. Dan, het onstuimige saizoen<br />
veroorloofde ons deze hulde aan den onsterfelijken Linnaeus niet".<br />
Emile Erens (1865 - 1951)<br />
een leven op het Oude Slot tussen heiligen en anjers<br />
Inleiding<br />
Bijna vijftig jaar, van 1903 tot en met 1951, woonde op het Oude Slot<br />
de uit Limburg afkomstige Emile Erens. Hij leidde daar een opmerkelijk<br />
dubbelleven. Hij was eigenaar van een anjerkwekerij die bekend<br />
was over de hele wereld. Maar hij was ook een van beste hagiografen<br />
die Nederland gekend heeft. Mensen die zijn boeken lazen wisten niet<br />
dat hij ook anjers kweekte. En zij die hem kenden als kweker wisten<br />
vaak niet dat hij ook bekend was als schrijver van de levens van<br />
heiligen. Op beide terreinen heeft hij pionierswerk verricht.<br />
Het jaar 2002, dat door de Floriade in het teken staat van bloemen en<br />
planten, is een goede aanleiding om aandacht te besteden aan het<br />
leven en werken van deze markante uit Limburg afkomstige <strong>Heemstede</strong>naar.<br />
Belangstellenden in levensbeschrijvingen van heiligen (hagiografie)<br />
zullen wel eens zijn naam zijn tegen gekomen. Maar omdat de hagio-<br />
175
Emile Erens circa 1950<br />
grafie binnen de Nederlandse letterkunde<br />
een bescheiden plaats inneemt zal men zijn<br />
naam niet aantreffen in letterkundige naslagwerken.<br />
Wel komt men daarin alles te<br />
weten over zijn oudere broer Frans; maar<br />
die was dan ook één van de Tachtigers<br />
Wie was Emile Erens die het aandurfde op<br />
een eigen vernieuwende wijze levens van<br />
heiligen te beschrijven? En nog wel in een<br />
tijd dat hagiografie voor velen gelijkstond<br />
met te brave, te zoete en dus onleesbare<br />
lectuur. Het antwoord op deze vraag treft u<br />
hierbij aan.<br />
Jeugd en leerjaren<br />
Maria Emilius Josephus Hubertus 'Emile' Erens werd op 27 april 1865<br />
geboren te Schaesberg op de hoeve 'Huis de Kamp'. Deze boerderij,<br />
eigenlijk was het meer een landgoed, lag aan de weg van Heerlen naar<br />
de Duitse grens. Ooit was dit gedeelte van Limburg een streek waar<br />
zich alleen jagers, smokkelaars en vluchtelingen ophielden. Een gebied<br />
waar vaak om is gestreden en vreemd krijgsvolk bivakkeerde. Zelfs in<br />
de jeugdjaren van Emile, tijdens de Frans-Duitse oorlog (1870/71),<br />
trokken Italiaanse doedelzakspelers aan de hoeve voorbij al spelend en<br />
zingend: "Vive la France, morte alla Prussia".<br />
Zijn vader bestuurde het landelijke boerenbedrijf op een gemoedelijke<br />
wijze. Hij was een stille teruggetrokken man die 's avonds vaak in de<br />
keuken bij het vuur zat en met de knechten het werk besprak van de<br />
afgelopen en de volgende dag. De voertaal daarbij was plat-duits.<br />
Onderling sprak men in het gezin Duits of Frans.<br />
Zijn broer Frans beschrijft in zijn boek 'Vervlogen jaren' het leven op<br />
de hoeve aldus: "Wij leefden in een kleine patriarchale republiek,<br />
waar aan ieders behoefte werd voldaan. Zij (de knechten) waren<br />
ondergeschikt niet zozeer aan de een of andere persoon als aan de,<br />
van zelf sprekende toestand. Daardoor bleven die knechten tot in<br />
hun hoge ouderdom daar, waar zij als jongemannen waren gekomen.<br />
Zij waren tevreden en gingen op in het leven van mijn<br />
grootouders en ouders en deze gingen weer voor een groot deel op<br />
in hun leven."<br />
176
Geboortehuis Emile Erens<br />
Emile groeide op in een door en door katholieke milieu, 's Avonds na<br />
volbrachte arbeid knielde het personeel in de keuken om de rozenkrans<br />
te bidden. Daarna volgden met uitgestrekte armen vijf Onze<br />
Vaders en vijf Weesgegroeten ter ere van de vijf wonden van Christus.<br />
Al deze gebeden waren in het Duits.<br />
Ook woonden twee tantes, de zusters van zijn vader, op de hoeve. Zij<br />
waren zeer vroom. In hun slaapkamer stonden heilige beelden en aan<br />
de wanden hingen gravures met afbeeldingen van heiligen. Naast het<br />
huishoudelijke werk wijdden zij hun tijd aan gebeden en vrome literatuur;<br />
vooral van mystieke schrijvers. Hun gesprekken gingen over de<br />
recente verschijningen van Maria in Frankrijk en het leven van de<br />
pastoor van Ars.<br />
Emile verliet in 1878 het ouderlijk huis om te gaan studeren op de<br />
kostschool Rolduc bij Kerkrade. In vervolg hierop wilde hij in 1883<br />
rechten studeren maar zijn leraren vonden hem nog niet geschikt voor<br />
het staatsexamen. Toen besloot Emile de studie voor notaris te volgen.<br />
Maar veertien dagen voor het examen werd hij ernstig ziek. Zo ernstig<br />
dat zijn familie vreesde voor zijn leven. Zijn toestand was op een<br />
gegeven moment zo kritiek dat een van de knechten midden in de<br />
nacht werd gewekt om naar Aken te gaan - drie uur lopen heen én drie<br />
uur lopen terug (!)- en daar ijs voor kompressen te halen.<br />
177
Emile genas op wonderbaarlijke<br />
wijze. De Joodse specialist te<br />
Aken, die hem behandelde, had<br />
voor deze genezing geen verklaring.<br />
'Das geschieht nur bei den<br />
Katholiken' zou deze man gezegd<br />
hebben. Emile zelf schreef<br />
zijn genezing toe aan de gebeden<br />
van zijn zuster Marie. Zij<br />
ging tijdens zijn ziekte voor zijn<br />
genezing bidden in een kapelletje<br />
midden in de bossen. Uit dankbaarheid<br />
voor deze genezing is<br />
daar vele jaren in mei een mis<br />
gelezen.<br />
Na zijn herstel adviseerde de dokter<br />
hem kweker te worden, het<br />
liefst in de buurt van de zee.<br />
Hierdoor zou hij veel in de buitenlucht<br />
zijn, dat was goed voor<br />
zijn zwakke gezondheid. Het<br />
kwekersvak leerde hij in de Botanische<br />
Garten van Keulen en te Ingang Oude Slot, <strong>Heemstede</strong><br />
Hoeilaart nabij Brussel. Hoeilaart<br />
was en is bekend om zijn druiventeelt. Door de vele druivenkassen (ooit<br />
stonden er 13.000 kassen) kreeg dit dorp de bijnaam het glazen dorp.<br />
Kweker<br />
Rekening houdend met de wijze raad van zijn dokter vestigde Emile<br />
zich in 1894 als kweker te <strong>Heemstede</strong>. Daar ging hij op kamers wonen<br />
in Huize Meer Wijck aan de Achterweg. In 1903 kort na zijn huwelijk<br />
met Josephine 'Jo' Bouvy betrok hij het poortgebouw van het Oude<br />
Slot. Dit gebouw is, na een inwendige verbouwing door architect Jan<br />
Stuyt, bijna een halve eeuw een Limburgse enclave in Holland geweest.<br />
Op enkele minuten afstand van het Oude Slot bevonden zich de kassen<br />
van zijn kwekerij. Eerst legde hij zich toe op de druiventeelt maar dat<br />
bleek niet rendabel. In 1904 begon hij daarom, als eerste in Nederland,<br />
met het kweken en veredelen van anjers. Door zijn gedegen<br />
vakkennis en liefde voor het vak verwierf Emile hiermee wereldfaam.<br />
178
De kwekerij kreeg de naam 't Clooster verwijzend naar het middeleeuwse<br />
Bernarditenklooster, ook wel 'Porta Coeli' (Hemelpoort) genaamd,<br />
dat in de nabijheid van het Oude Slot heeft gestaan. Op de<br />
plaats van dit klooster verrees omstreeks 1920 het kleinseminarie<br />
Hageveld van het bisdom Haarlem.<br />
Met Emile als bewoner ontwikkelde het Oude Slot zich tot een cultureel<br />
ontmoetingscentrum voor gasten van uiteenlopende aard.<br />
Enkele literaire gasten op het Oude Slot circa 1930<br />
(vanaf links: Frans Erens, Lodewijk van Deyssel , P.H. van Moerkerken)<br />
Een van hen was de cultuurhistoricus Gerard Brom (1882 - 1959).<br />
Brom noemde Emile en zijn vrouw "... een paar van de liefste<br />
mensen die op aarde woonden." In zijn autobiografische aantekeningen<br />
haalt hij herinneringen op aan de genoeglijke uren die hij omstreeks<br />
1910 op het Oude Slot doorbracht. Om iets van de sfeer te<br />
proeven volgt hier een fragment uit deze aantekeningen:<br />
"Op het Oude Slot was een stemming of liever een ziel, zoals ik<br />
nooit ergens meer beleven zou. Het was eigenlijk een soort herenboerderij,<br />
waar de moeder zelf haar geiten melkte en waar de vader<br />
onder een portret van mevrouw Royaards, geschilderd als jong<br />
meisje door Isaac Israels, onverstoorbaar over mystiek en literatuur<br />
zat te praten. Wat een rust, wat een vrede in dat landelijke huis dat<br />
nog doodstil aan de grens van de Haarlemmer Meer lag! Ik trof<br />
Emile op een zondagmiddag met een boek van Bloy [een strijdbare<br />
Franse katholieke schrijver en journalist] bij een oleander in een<br />
kristallen kruikje en sprak hem onwillekeurig aan als 'le paysan de<br />
Paris'. Zijn vrouw, die zich anders heel elegant wist te kleden,<br />
179
droomde van emigreren naar eenzame velden, maar bleef haar<br />
groot gezin degelijk opvoeden"<br />
Het is overigens opmerkelijk te weten dat de rooms katholieke Brom<br />
door tussenkomst van een hervormd theoloog, ds. A.H. de Hartog,<br />
enige tijd predikant in <strong>Heemstede</strong> (de vader van de bekende schrijver<br />
Jan de Hartog), in contact is gekomen met Emile Erens.<br />
De gastvrijheid op het Oude Slot wordt ook beschreven door Henriette<br />
Mooy, die in 1924 een paar keer de Erensen bezocht.<br />
"In de eetkamer zaten wij met ons zestienen aan tafel! Dat was daar<br />
gewoon. In het midden tegenover elkaar, een handvol volwassenen,<br />
dan deinde het links en rechts aan beide zijden van die gulle<br />
tafel oneindig ver uit met jong goed, variërend tussen vijftien en<br />
drie jaar, [het gezin Erens telde 9 kinderen] - waar dan ook wat<br />
vriendjes, vriendinnetjes of logé'tjes tussen zaten. Dat kôn. En het<br />
trof, hoe de moeder, met haar aandacht overal tegelijk, en enkele<br />
malen hulp verlenend aan de afdeling 'kleintjes', nog gelegenheid<br />
vond belangstellend méé te converseren".<br />
Er was ook een bijzonder kamertje op het Oude Slot. Belangstellende<br />
gasten werden door de kinderen meegetroond naar 'vader's werkcel'<br />
. Het was een klein grijs vertrek met kale muren en een venster; een<br />
stoel en tafel waren het enige meubilair. Daar, als in een kloostercel,<br />
mediteerde Emile en schreef hij zijn gedachten op in een schriftje. Een<br />
groter contrast tussen het royale huis met vele mensen en deze kleine<br />
eenzaamheidscel was nauwelijks denkbaar.<br />
Intermezzo<br />
Zoals vermeld vormde het Oude Slot, met Emile als bewoner, een<br />
cultureel centrum voor een uitgebreide vriendenkring. Schilders, schrijvers<br />
en beeldhouwers kwamen daar bijeen. Om enkele namen te<br />
noemen: Isaac Israels, Herman Kruyder, Hein Boeken, Lodewijk van<br />
Deyssel, P.H. van Moerkerken, Mari Andriessen , Anton Pieck, Jan<br />
Slauerhoff, Godfried Bomans en natuurlijk zijn broer Frans Erens.<br />
Binnen dit gezelschap nam de actrice Jacqueline Royaards - Sandberg<br />
(1876 - 1976) een bijzondere plaats in. Jonkvrouwe 'Lientje' Sandberg,<br />
geboren in Nederlands Oost Indië, vertrok in 1882 met haar<br />
ouders naar Nederland waar het gezin zich vestigde te Haarlem. Al<br />
vroeg wilde zij actrice worden. Zij volgde daarom een opleiding aan de<br />
School van de Vocale en Dramatische Kunst te Amsterdam. In 1897<br />
debuteerde zij in Ibsens 'Kleine Eyolf '. Dit was het begin van een<br />
180
De heer Diepenbrock jr.(links) feliciteert Emile Erens.<br />
Daartussen zit mevrouw Jacqueline Royaards-Sandberg.<br />
lange toneelcarrière. Haar laatste optreden was in 1972, dus vijfenzeventig<br />
jaar later, in 'De liefdes uan Cass McQuire' van Brian Friel.<br />
Omstreeks 1895 ontmoette zij Emile Erens. Jacqueline omschreef<br />
hem als een dichterlijke man die onwennig was in gezelschap van<br />
'welgewandte Menschen '. Zij bezocht Emile regelmatig hetgeen 'Haarlem'<br />
niet helemaal 'comme il faut' vond.<br />
Vooral de warme kassen met druiven en perziken "...waarin je zelf<br />
ook gestoofd werd" trokken haar aan. Toen Emile overschakelde op<br />
anjers vond ze het kweekproces van deze bloemen onnatuurlijk. Want<br />
"... de koppen werden als in een strop opgehangen en de planten<br />
stonden onwerkelijk in gelid. Daar was volgens 'Lientje' niets meer<br />
aan.<br />
Door Emile kwam Jacqueline in aanraking met de Tachtigers en ging<br />
ze zelfs corresponderen met Lodewijk van Deyssel. Een briefwisseling<br />
die tot de dood van Van Deyssel in 1952 zou voortduren.<br />
Aanvankelijk was Jacqueline verliefd op Emile, maar haar verliefdheid<br />
werd niet beantwoord. Ondanks dat bleef tussen Jacqueline en Emile<br />
een levenslange vriendschap bestaan. Een door Isaac Israels geschilderd<br />
portret van haar had dan ook een ereplaats op het Oude Slot.<br />
181
Schrijver<br />
Na zijn dagtaak in de kassen waren er de avonden, de lange stille<br />
avonden, op het Oude Slot. Emile bracht deze door met het bestuderen<br />
van kunst en literatuur. Vooral de levens van heiligen en de werken<br />
van de mystieken hadden zijn belangstelling omdat zij, aldus Emile,<br />
omhoog voeren naar God.<br />
Aanvankelijk inspireerde deze studie hem tot het vertalen van het werk<br />
van enkele mystici maar op latere leeftijd besloot hij de levensverhalen<br />
van heiligen vast te leggen. En met de zorg en geduld die nodig zijn<br />
voor het kweken van bloemen ging hij zich wijden aan de hagiografie.<br />
Waarbij vooral de nadruk lag op de levens van Franse heiligen.<br />
Het schrijversvak was hem overigens niet vreemd. Zijn leerjaren in<br />
Keulen en Hoeilaart inspireerden hem tot het schrijven van een aantal<br />
verhalen die, op verzoek van de uitgever S.L. van Looy, in 1906<br />
werden gebundeld . Daarin zijn verhalen opgenomen als 'Annunciatie',<br />
'Extase' en 'Kevelaer', die als basis kunnen worden beschouwd<br />
voor zijn latere hagiografisch werk. In 'Annunciatie' en 'Extase' verhaalt<br />
Emile over de visioenen van Anna Catharina Emmerich en<br />
Christina van Stommelen. 'Kevelaer' heeft deze bekende Duitse bedevaartplaats<br />
tot onderwerp.<br />
Voor hij begon met schrijven bestudeerde hij kritisch de bronnen.<br />
Jarenlang leefde hij met 'zijn' heiligen tot hij geheel vertrouwd was met<br />
hun leven. Pas dan begon hij met schrijven.<br />
In huiselijke kring ging hij op gemoedelijk wijze met hen om en<br />
beschouwde ze als zijn hemelse vrienden. Emile kende hun levens als<br />
was hij persoonlijk met hen omgegaan. Hij sprak over" ... mijn goede<br />
vriend Labre, de arme Benoît" en was de soep eens aangebrand dan<br />
stelde hij zijn vrouw gerust met een verwijzing naar het schamele<br />
schimmelpotje van de pastoor van Ars.<br />
Hoe hij zich verdiepte in het leven van zijn 'onderwerp' blijkt uit de<br />
volgende anekdote. In de periode dat hij bezig was met de biografie<br />
van de pastoor Ars zei hij tegen een goede vriend: "Ik kan hem maar<br />
niet dood krijgen" en dan eerbiediger "de dood van een heilige is<br />
iets geweldigs".<br />
Wanneer Emile iets op papier had gezet liet hij het een tijd rusten.<br />
Daarna herlas hij zijn werk om te beoordelen of het effect had dat hij<br />
ervan verwachtte en dan liet het weer enkele maanden liggen. Pas<br />
daarna, wanneer hij zijn teksten las alsof ze door een ander waren<br />
geschreven, volgde de definitieve versie.<br />
Het is te begrijpen dat door zo'n aanpak een degelijk onderbouwde<br />
182
hagiografie ontstaat maar dat er geen hoge productie mag worden<br />
verwacht. Zijn nauwgezetheid deed Anton van Duinkerken eens opmerken<br />
dat Emile Erens nooit over bloemen in het algemeen sprak<br />
maar precies aangaf welke bloemen hij bedoelde: tulpen, rozen of<br />
hyacinthen. Ook streefde Erens naar een kernachtige zakelijkheid. Hij<br />
beperkte zich tot de feiten; plaats, datum en zo mogelijk zelfs het<br />
tijdstip van een gebeurtenis.<br />
Na de publicatie van zijn korte verhalen in 1906 duurt het dan ook<br />
bijna twintig jaar voordat er weer een boek van hem wordt uitgegeven.<br />
In 1925, Emile is dan zestig jaar oud, verschijnt De Heilige Pelgrim in<br />
boekvorm. Hierin beschrijft hij het leven van Benoît Joseph Labre.<br />
Twaalf jaar later voltooit Emile zijn werk over de pastoor van Ars. In<br />
1940 aan het begin van de oorlog, Emile is dan 75 jaar oud, wordt zijn<br />
boek over de 'Kluizenaressen' uitgegeven. En ten slotte, als hij 84 is,<br />
volgt zijn publicatie over het leven van Marguerite Marie Alacoque.<br />
Een overzicht van zijn werk is aan het eind van dit artikel opgenomen.<br />
Door zijn objectieve verteltrant en het achterwege laten van vrome<br />
gevolgtrekkingen wilde Emile de lezer zelf uit de feiten zijn conclusies<br />
te laten trekken. In december 1935 schreef hij: "Ik hoop dat de<br />
invloed van de Heilige (pastoor van Ars) enigszins kan doorwerken<br />
op het lezend publiek". Met het lezend publiek bedoelde hij ook<br />
andersdenkenden en ongelovigen. In stilte hoopte hij dat zijn werk<br />
apologetisch en apostolisch mocht zijn.<br />
Aan de door Emile beschreven heilige levens lagen meestal herinneringen<br />
ten grondslag. Met Benoît Joseph Labre had hij kennis gemaakt<br />
op de kostschool Rolduc. Daar werd tijdens het eten in de refter<br />
voorgelezen over het leven van deze heilige. Zijn belangstelling voor<br />
het leven van Jean Marie Baptiste Vianney 'de pastoor van Ars'<br />
dateerde uit zijn kinderjaren. Ongetwijfeld herinnerde hij zich de vele<br />
gesprekken van zijn tantes over deze heilige. Uit het voorwoord bij het<br />
boek over de pastoor van Ars vertelt Emile dat zijn vader een relikwie<br />
van deze pastoor bezat. Het was een stukje van diens soutane, dat was<br />
bevestigd op een getekend portret van de pastoor. Dit portret met<br />
relikwie hing op de kamer van zijn vader. In 1935, na het overlijden<br />
van zijn broer Frans, is het in bezit van Emile gekomen.<br />
De lange ontstaansgeschiedenis van zijn boeken laat zich het best<br />
illustreren aan zijn levensbeschrijving van Pelagia. In 1904 had Emile<br />
(fragmentarisch) haar levensgeschiedenis beschreven in het tijdschrift<br />
Van Onzen Tijd. Wel beschouwd was dit zijn eerste hagiografie. Later<br />
183
ewerkte hij dit artikel voor De Gemeenschap (1930) en na bijna<br />
veertig jaar kreeg deze hagiografie haar definitieve vorm in 'Kluizenaressen'<br />
(1941).<br />
Zijn boeken werden vanaf 1935 uitgegeven bij Paul Brand NV te<br />
Hilversum. Deze katholiek uitgever had namelijk behoefte aan heiligenlevens<br />
die historisch betrouwbaar waren. De publicaties van Erens<br />
voldeden aan dit ideaal.<br />
Laatste levensjaren<br />
Het advies van de dokter om in de buurt van de zee te gaan wonen is<br />
juist gebleken. Emile Erens bereikte een hoge leeftijd. Tijdens zijn<br />
laatste levensjaren maakte hij nog dagelijks een wandeling door de<br />
hem vertrouwde omgeving. Ook genoot hij in zijn kamer, waar altijd<br />
verse bloemen stonden, van de rust. Omgeven door de blauwe nevel<br />
van sigarenrook, luisterde hij daar naar de landelijke geluiden van<br />
buiten; het kraaien van een haan, het koeren van een duif.<br />
Zijn belangstelling voor de anjerkwekerij bleef, ondanks de achteruitgang<br />
van zijn gezichtsvermogen, onverminderd bestaan. Op de tast en<br />
geur keurde hij de bloemen. Sinds hij met het kweken van anjers was<br />
begonnen was er op dit gebied veel bereikt. Kwam de anjerplant<br />
omstreeks 1908 niet hoger dan 80 centimeter; veertig jaar later<br />
bereikten de planten een hoogte van 2 meter. En door kruisingen<br />
waren vele nieuwe variëteiten ontstaan.<br />
Bij het ouder worden verscheen er ieder kroonjaar wel een herdenkingsartikel<br />
in een krant of tijdschrift. En ter gelegenheid van zijn 85 ste<br />
verjaardag vond op 1 mei 1950 te Haarlem een huldiging plaats. Daar<br />
werd in de sociëteit Teisterbant' zijn verjaardag op grootse wijze<br />
gevierd met f eestsprekers als Anton van Duinkerken, Godfried Bomans<br />
en Lodewijk van Deyssel.<br />
Ook waren er ander huldeblijken; paus Pius XII verhief hem tot ridder<br />
in de orde van Sint Gregorius de Grote en de bekende beeldhouwer<br />
Mari Andriessen vervaardigde een gebeeldhouwd portret van Emile.<br />
Maar ondanks dit eerbetoon en publieke belangstelling waren zijn<br />
laatste levensjaren zeer moeilijk. Op 18 oktober 1950 (de katholieke<br />
feestdag van Marguerite-Marie Alacoque !) overleed zijn vrouw. Enkele<br />
maanden later verzuchtte hij: "De kinderen komen vaak genoeg op<br />
het Slot, maar toch is er overal de leegte in het grote huis ..." maar<br />
"Gods wil geschiede in alles."<br />
Bij het schrijven had Emile altijd veel steun aan haar gehad. Vooral in<br />
de laatste jaren toen zijn gezichtsvermogen achteruit ging en hij ten<br />
184
slotte niet meer kon lezen. In die periode las zij hem voor én dicteerde<br />
hij haar uit het hoofd de teksten. Hoeveel moeite hij hiermee had blijkt<br />
wel uit een brief, gedateerd 6 mei 1949, waarin hij aan een vriend<br />
schreef: "Als ik nog maar wat kon lezen, zou ik zeker voortgaan met<br />
werken. Maar nu is het bijna onmogelijk. Mijn oud hoofd kan het<br />
voorgelezene slecht vasthouden, hoe langer hoe minder kan ik een<br />
samenvatting vormen."<br />
Zijn laatste werk, over Marguerite-Marie Alacoque, is voor hem zeer<br />
inspannend geweest. Aanvankelijk kon hij zijn bronnen nog lezen<br />
maar spoedig moest, zoals reeds vermeld, alles worden voorgelezen.<br />
Dan zonderde hij zich af om in stilte en rust de voorgelezen tekst te<br />
overwegen. Het heeft vele jaren geduurd voordat dit werk gepubliceerd<br />
kon worden. In 1941 was de tekst van het eerste hoofdstuk gereed. In<br />
de daarop volgende oorlogsjaren arbeidde Emile moeizaam aan de<br />
volgende hoofdstukken. In augustus 1945 schreef hij: "Ik kan het niet<br />
meer, hoe gaarne ik het boekje ook<br />
afgemaakt zoude hebben. Misschien<br />
kan het stuk dat klaar is later als<br />
fragment in een tijdschrift geplaatst<br />
worden. Het zou een ander kunnen<br />
aansporen tot een biografie van de<br />
grote heilige zuster." Pas in 1949 is<br />
f«A«5 terris?<br />
het door Paul Brand uitgegeven.<br />
Na het boek over Marguerite Marie<br />
Alacoque begon Emile aan de levensbeschrijving<br />
van Catherine Labouré. Dit<br />
werk is nooit voltooid want op 16 april<br />
1951 overleed Emile Erens. Opmerkelijk<br />
is dat 16 april de feestdag is van<br />
Sint Benoît Labre; de heilige aan wie<br />
LTHIE £RtfiS<br />
zijn eerste hagiografie was gewijd. Gedenksteen geboortehuis in<br />
Schaesberg<br />
Tot slot<br />
Ruim een jaar later, op 16 september 1952, is in de gevel van hun<br />
geboortehuis 'Huis de Kamp' een eenvoudige gedenksteen onthuld ter<br />
herinnering aan Emile en zijn broer Frans. Onder de genodigden<br />
bevond zich Godfried Bomans, die bij deze gelegenheid een toespraak<br />
hield waarin hij onder andere memoreerde: "Deze mensen die nooit<br />
de roem hebben gezocht zullen wellicht over vijftig jaar aanzienlijk<br />
gestegen zijn in de achting van Nederland."<br />
185
Bomans was niet de enige die verwachtte dat Emile Erens ook in de<br />
toekomst het lezerspubliek zou blijven boeien. Anton van Duinkerken<br />
noemde Emile ooit: "Een schrijver voor later ". Het is echter anders<br />
gelopen, nagenoeg alles dat aan Emile Erens herinnerde is verdwenen.<br />
Zijn geboortehuis 'Huis de Kamp' is, ondanks protesten, in 1969<br />
wegens bouwvalligheid gesloopt. De gedenksteen is toen verdwenen;<br />
waarschijnlijk uit protest meegenomen. Op de plaats van de hoeve<br />
verrees het nieuwe stadscentrum van Landgraaf (in 1982 ontstaan uit<br />
een fusie van de gemeenten Schaesberg, Ubach over Worms en<br />
Nieuwenhagen).<br />
De anjerkwekerij "t Clooster' is door een van zijn dochters voortgezet<br />
tot begin jaren zeventig. Het Oude Slot is na zijn overlijden door de<br />
Gemeente <strong>Heemstede</strong> aangekocht. Na diverse restauraties is het thans<br />
in gebruik als gemeentelijk cultureel centrum. In het woonhuis, in de<br />
17 e eeuw bewoond door de schout van <strong>Heemstede</strong>, verblijft sinds<br />
ongeveer een kwart eeuw de<br />
familie J. van de Reep en voor<br />
hen ongeveer zeven jaar de familie<br />
Laguna.<br />
Als schrijver en vertaler is Erens<br />
in de vergetelheid geraakt. Zijn<br />
boeken worden nauwelijks gelezen<br />
en zijn met moeite antiquarisch<br />
te vinden. Maar nu er<br />
weer een groeiende belangstelling<br />
valt waar te nemen voor<br />
het leven van heiligen en de<br />
mystiek zal wellicht Emile Erens<br />
herontdekt worden.<br />
PiT)H-iual Flowering^ ( urnution Nursery<br />
„'t Clooster"<br />
Formcly K, Erens<br />
<strong>Heemstede</strong> — Holland<br />
We scn
1940 Kluizenaressen, N.V. Paul Brand te Hilversum<br />
1949 Uit het leven van Marguérite-Marie Alacoque, N.V. Paul Brand<br />
te Hilversum<br />
Vertalingen:<br />
1907 Gottfried Keller; Romeo en Julia van het land (uit het Duits)<br />
1910 Dom Desiderius Lenz; Esthetiek van Beuron (uit het Duits)<br />
1916 H. Catherina van Genua: Dialogen en verhandelingen over het<br />
Vagevuur (uit het Italiaans)<br />
1921 Geestelijk dagboek van Lucie Christine 1870-1908 (uit het<br />
Frans)<br />
Voorts bijdragen in de volgende tijdschriften:<br />
De Vlaamsche School, Nederland, De Gids, Tweemaandelijks Tijdschrift,<br />
De XXe Eeuw, Van Onze Tijd, De Gemeenschap, De Beiaard,<br />
Opgang, De Gemeenschap, De Nieuwe Gemeenschap en Roeping.<br />
Bronnen<br />
Voor dit artikel is dankbaar gebruik gemaakt van krantenknipsels en<br />
tijdschriftartikelen uit het archief van het Documentatiecentrum van de<br />
Katholieke Universiteit van Nijmegen en dat van de <strong>Vereniging</strong> Oud<br />
<strong>Heemstede</strong>-<strong>Bennebroek</strong> in <strong>Heemstede</strong>.<br />
De persoonlijke herinneringen van tijdgenoten zijn aan de volgende<br />
boeken ontleend:<br />
Frans Erens, Vervlogen jaren. (Den Haag, 1939)<br />
Henriette Mooy, Gisteren leeft. (Drachten, 1965)<br />
Jacqueline Royaards-Sandberg, Ik heb je zoveel te vertellen.<br />
(Baarn,1981)<br />
Jacqueline Royaards-Sandberg, Herinneringen. (Baarn, 1984)<br />
Gerard Brom, Een katholiek leven. (Baarn, 1987).<br />
Ook is het wereldwijde internet regelmatig door mij geraadpleegd;<br />
daar kwam ik bijvoorbeeld veel te weten over de druiventeelt in<br />
Hoeilaart.<br />
Kees de Raadt<br />
Illustraties uit archief VOHB. Voor belangstellenden is een lijst beschikbaar van<br />
heiligen en mystici voorkomend in het werk van Emile Erens<br />
187
NIEUWE LEDEN april tot juni 2002<br />
<strong>Heemstede</strong><br />
Mw. Warmerdam<br />
J.G.de Wit<br />
F.v.d.Stuijt<br />
Mw.G.Frumau<br />
R.v.d.Linden<br />
Th. B.G. Hutten<br />
Mw.J.W.van Maanen-Stassen<br />
J.H.Broeks Roelofs<br />
J.H.Arends/mw. M.A.Kramer<br />
Mr.C.Heemskerk<br />
R.Kuipers<br />
J.H.v.d.Riet<br />
Mw. M.S.van Rhoon-Kramer<br />
Gaasterland<br />
• ~ A<br />
Sint Lucia, patrones van het<br />
Sint Luciaklooster te <strong>Bennebroek</strong><br />
(foto Anja Kroon)<br />
188<br />
<strong>Bennebroek</strong><br />
A.P.van Bakel<br />
L.J.Molenaar<br />
Mw.L.Brock-Kleis<br />
T.M. Kroon<br />
Mw.S.J.C.van Baerdt van Sminia<br />
Hoofddorp<br />
M.Rabbers<br />
Dieren<br />
L.Preijde<br />
Hillegom<br />
M.van Bourgondien<br />
Sint Francisais, patroonheilige<br />
van de Zusters Franciscanessen<br />
van<strong>Bennebroek</strong>(fotoAnjaKroon)
Uit voorraad leverbaar.<br />
De VOHB heeft voor de geïnteresseerde lezer nog een aantal uitgaven in voorraad, die misschien nog<br />
niet allemaal in uw boekenkast staan.Vooral voor diegenen, die nog niet zo lang lid zijn kan dit een<br />
welkome aanvulling zijn van datgene, dat u al wel heeft. Niet alle nog beschikbare werken zijn in<br />
dezelfde mate in voorraad, dus hier geldt: zolang de voorraad strekt. Tussen haakjes staat het jaar van<br />
verschijnen. U kunt uw wens kenbaar maken aan de heer Frans Harm (tel. 5280740) of Hans Krol (tel.<br />
5282977); e-mail: jlpmkrol@worldonline.nl<br />
Verkoopprijs in euro<br />
De geschiedenis van het Huis te <strong>Heemstede</strong> (1952) (3 delen) 13,60<br />
Deel 1 Schets van het leven van A. Pauw (1948) 4,55<br />
Deel 2 Enkele gegevens omtrent Adriaan Pauw en het slot van <strong>Heemstede</strong> (1949) 4,55<br />
Deel 3 Het huis en de Heren van <strong>Heemstede</strong> tijdens de Middeleeuwen (1952) 4,55<br />
<strong>Heemstede</strong> in de historie (1972) 13,60<br />
Poort van het Oude Slot (tekening P. Kapsenberg) (1980) 4,55<br />
Plattegrond <strong>Heemstede</strong> en <strong>Bennebroek</strong> uit 1929 (1984) 4,55<br />
Adriaen Pauw (1585-1653), staatsman en ambachtsheer (1985) 9,10<br />
Verjaardagskalender met reproducties van oude prenten 3,40<br />
De geschiedenis van het buitengoed Bosbeek in <strong>Heemstede</strong> en van<br />
het adellijk geslacht Van Merlen (1987) 5,70<br />
Van achter de Blaeuwen Engel: Hervormd <strong>Heemstede</strong> in de 17e eeuw (1987) 6,80<br />
<strong>Heemstede</strong>-<strong>Bennebroek</strong> 1907-1931: een gids door de jaren (1988) 2.30<br />
Eiland in de stroom, Hervormd <strong>Heemstede</strong> in de 18e eeuw (1988) 6,80<br />
Heemsteedse Gemeentepolitiek in de jaren tussen omstreeks 1750 en 1900 (1989) 4,55<br />
Zes reproducties van oude prentbriefkaarten (1990) 1.15<br />
Kleine en verborgen monumenten in <strong>Heemstede</strong> en <strong>Bennebroek</strong> (1991) 6,80<br />
De geschiedenis van het orgel in de dorpskerk te <strong>Bennebroek</strong> (1997) 3,40<br />
<strong>Heemstede</strong>. Berkenrode en <strong>Bennebroek</strong>; drie heerlijkheden in Zuid-Kennemerland (1992) 8,15<br />
Het Huis te <strong>Bennebroek</strong> en zijn bewoners (1992) 6.80<br />
VOHB-fietstocht langs monumenten in <strong>Heemstede</strong> en <strong>Bennebroek</strong> (1992) ,50<br />
Kroniek van het jaar 1895 <strong>Heemstede</strong> en <strong>Bennebroek</strong> (1994) 2,30<br />
Vier constructies voor een plek (Oude Slot) (1994) 4,55<br />
Geheime missie in 1847 (1996) 11.35<br />
Ons dorp <strong>Heemstede</strong> en <strong>Bennebroek</strong>. Geschreven voor de jeugd. (1997) 2.50<br />
Vijftig jaar van oud naar nieuw 1947-1997 (1997) 9.10<br />
De tijden veranderen (burgemeesters <strong>Heemstede</strong> en <strong>Bennebroek</strong> 1811-1997 (1997) 9,10<br />
Videoband: een wandeling door <strong>Heemstede</strong> en <strong>Bennebroek</strong> (1997) 6,80<br />
Katholiek rond de rand van Kennemerland (St.Jozefparochie <strong>Bennebroek</strong>) (1997) 9,10<br />
Hartekampkaart uit 1706; facsimile-uitgave en een toelichting (1999) 5,70<br />
Vier eeuwen Voorkoekoek-lpenrode; een historische buitenplaats in <strong>Heemstede</strong> (2001) 9,00<br />
Verder zijn er van diverse afleveringen van het VOHB-tijdschrift Heerlijkheden nog losse<br />
nummers beschikbaar.