definitieve moitvatie verkavelen Lamimouse

STEDENBOUWKUNDIGE VOORSCHRIFTEN BIJ DE AANVRAAG VOOR EEN
VERKAVELINGSVERGUNNING LAMI-MOUSSE
OESELGEMSTRAAT 21 -25 DENTERGEM
1. VOORSCHRIFTEN BESTEMMING
1.1. BESTEMMING HOOFDGEBOUW(EN)
1.1.A. HOOFDBESTEMMING HOOFDGEBOUW(EN)
Toelichting Stedenbouwkundig voorschrift
Er zijn meer dan voldoende voorzieningen
in de onmiddellijke omgeving.
Verkeersgenererende activiteiten zijn hier
ongewenst, en de percelen zijn te klein om
meergezinswoningen mogelijk te maken.
Daarom wordt geopteerd voor
eengezinswoningen. Voorzieningen voor
een inwonende hulpbehoevenden zijn
toegelaten voor zover ze niet afsplitsbaar
zijn van de woning. Voor de definitie van
zorgwoningen wordt verwezen naar de
Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening.
1.1.B. NEVENBESTEMMING HOOFDGEBOUW(EN)
Enkel eengezinswoningen, met inbegrip van zorgwoningen
worden toegelaten.
Project sociale bouwmaatschappij lot 42 - 49: de onderlinge
verdeling binnen de bouwblokken mag aangepast worden aan
het nog op te maken sociaal woningbouwproject. ( cfr art 4.4.1
codex).
Per woning is 1 garage verplicht.
De loten 1-8 moeten ontsloten worden naar de
Oeselgemstraat. De loten 12 & 13 moeten noord-zuid
georienteerd staan en ook op deze manier ontsloten worden.
Toelichting Stedenbouwkundig voorschrift
Woningsplitsing is niet toegelaten, evenals
nevenbestemmingen vreemd aan de
woonfunctie zelf.
Slechts een beperkt gedeelte van de
woning kan ingericht worden als
nevenbestemming. Het accent van de
verkaveling ligt immers op 'wonen'.
1.2. BESTEMMING BIJGEBOUW(EN)
Enkel functies, complementair aan het wonen, zoals
kantoorfunctie, vrij beroep, handel, horeca, dienstverlening en
ambacht zijn toegelaten, mits aan alle van de volgende
vereisten voldaan is:
1° de woonfunctie blijft behouden als hoofdfunctie;
2° de complementaire functie beslaat een geringere
oppervlakte dan de woonfunctie met een totale maximale
vloeroppervlakte van 40´% van de bebouwde
grondoppervlakte voor de alleenstaande woningen, voor de
halfopen en gesloten woningen tot max 30% van de totale
vloeeroppervlakte.
Toelichting Stedenbouwkundig voorschrift
In de private tuin zone kunnen bijgebouwen
opgericht worden met een maximale
oppervlakte van 15 m², dit voor de loten 26
– 31 en 34 tot 49. Een oppervlakte van 25
m² voor de loten 1 tot 25, 32 -33 en 50 tot
59.
De bestemming van de bijgebouwen is enkel en alleen
berging.
3 / 7 22/05/2012
PDF created with pdfFactory trial version www.pdffactory.com

1.3. BESTEMMING NIET BEBOUWD GEDEELTE
Toelichting Stedenbouwkundig voorschrift
De niet-bebouwde zones worden bestemd Private tuinen.
als private tuin zone. Deze zones zijn
bestemd voor tuinaanleg onder de vorm
van graspartijen en beplanting.
In nevenbestemming zijn verhardingen
toegelaten: toegang naar de woning,
autostaanplaats en garage
Voor de loten 26 tot 41 kan enkel de
verharding naar de woning en de garage
toegelaten worden, een extra
autostandplaats naast de oprit kan niet.
2. VOORSCHRIFTEN GEBOUWEN
2.1. VOORSCHRIFTEN HOOFDGEBOUW(EN)
2.1.A. TYPOLOGIE
Toelichting Stedenbouwkundig voorschrift
Binnen de verkaveling wordt gekozen voor
het type 'open bebouwing' 'halfopen
bebouwing' en ‘gesloten bebouwing’.
2.1.B. INPLANTING
Bij de kavels 1-13, 18 & 19 en lot 54 -59 is er open bebouwing
gewenst. Bij de kavels 14 - 17, 20 – 25, 32-33, 50 - 53 en 57 -
58 is er een halfopen bebouwing gewenst. Bij de overige
kavels zijn er gesloten rijwoningen voorzien.
Toelichting Stedenbouwkundig voorschrift
De voorgevel bouwlijn is aangeduid op het
plan en bedraagt 5.00 meter vanaf de
rooilijn. De afstand naar de zijkavelgrens
voor de open en halfopen bebouwingen
bedraagt 3 of 4 meter.( zie plan)
2.1.C. BOUWVOLUME
Op het verkavelingsplan wordt de zone voor het hoofdgebouw
vastgesteld : 12 tot 15 meter diepte (zie hiervoor het plan).
Er is geen verplichting om op de voorgevelbouwlijn te
bouwen.
Bouwdiepte op het verdiep: max. 12m
Toelichting Stedenbouwkundig voorschrift
Het aantal bouwlagen is bepaald op
maximaal twee + dak. Voor lot 61 is enkel
een gelijkvloers met dakverdieping
mogelijk.
De hoogte van het gebouw wordt gerekend
in bouwlagen en tussen het aanzetpeil van
de inkomdorpel en de onderkant van de
kroonlijst.
GABARIT
Bouwhoogte maximaal 7 meter tot onderkant goot.
Voor lot 59 bouwhoogte max 3.5 met een dakverdiep.
VLOERPEIL
Max. 0.35 meter boven straatniveau.
4 / 7 22/05/2012
PDF created with pdfFactory trial version www.pdffactory.com

2.1.D. VERSCHIJNINGSVORM
Toelichting Stedenbouwkundig voorschrift
Er wordt in het concept erg veel belang
gehecht aan het kader waarbinnen de
woningen tot stand kunnen komen. Dat
betekent dat initiatief tot het creëren van
architectuur de drijfveer zal zijn om deze
verkaveling tot een kwalitatieve
woonomgeving te laten worden.
Het concept van de verkaveling is dusdanig
dat binnen een minimum aan grenzen een
maximum aan architecturale vrijheid wordt
voorzien.
Per groep van woningen is de vormgeving,
dakhelling, het aantal bouwlagen en de
materialen van de eerste vergunde woning
bindend voor de overige.
2.2. VOORSCHRIFTEN VRIJSTAANDE BIJGEBOUW(EN)
2.2.A. INPLANTING
GEVELMATERIALEN: vrij te kiezen
DAKVORM: Vrij te kiezen, helling min 20° & max 55°
Het gebruik van platte daken is te beperken tot max 1/3 van
de totale oppervlakte.
Dakkapellen zijn toegelaten op voorwaarde dat de
gezamelijke breedte niet meer dan 1/3 van de breedte van het
betrokken dakvlak bedraagt.
Toelichting Stedenbouwkundig voorschrift
De zone voor bijgebouwen is gelegen
achter de zone van de inplanting
hoofdgebouw ( bouwzone hoofdgebouw zie
aanduiding op het plan)
2.2.B. BOUWVOLUME
Bijgebouwen in te planten op min.1 meter van de
perceelgrens dit voor de loten 26 tot 53, voor de overige loten
2 meter van de perceelgrens.
Het bijgebouw dient opgericht te worden achter de
achtergevel van de woning. Mits wederzijds akkoord met de
gebuur kunnen de bijgebouwen op de perceelsgrens
gekoppeld worden en dit onder volgende voorwaarden:
- Het gebruik van hetzelfde gevel- en dakmatreriaal is
verplichtend
- De laatsbouwende zal instaan voor de paramentafwerking
van de niet afgewerkte zijgeveldelen.
Toelichting Stedenbouwkundig voorschrift
De hoogte van de bijgebouwen wordt
beperkt tot maximaal 3meter, zodat de
hogere hoofdgebouwen beeldbepalend
zullen zijn voor de verkaveling.
De inplanting dient op een ruimtelijk
verantwoorde manier te gebeuren. De
inplanting mag geen abnormale hinder
veroorzaken ten aanzien van de eigenaars
van aanpalende percelen
2.2.C. VERSCHIJNINGSVORM
Maximale kroonlijst van 3 meter. (zie hogervermeld art. 1.2)
Indien akkoord van de buur kan men bouwen tot op de
scheiding en kan er gekoppeld worden
Voor de loten 42 – 49 wordt een beperkt vrijstaand bijgebouw
toegestaan in de achtertuin met een max. oppervlakte van
15m².
Toelichting Stedenbouwkundig voorschrift
Dit hoeft geen toelichting. Hoofd- en bijgebouwen moeten één architecturaal geheel
vormen.
5 / 7 22/05/2012
PDF created with pdfFactory trial version www.pdffactory.com

2.3. VOORSCHRIFTEN DUURZAAM BOUWEN EN KWALITEITSASPECTEN
Toelichting Stedenbouwkundig voorschrift
De gewestelijke verordening hemelwater
moet uiteraard nageleefd worden.
Bijkomend worden er maatregelen getroffen
inzake de aan te leggen verhardingen.
Zaken inzake duurzaamheid die volgen uit
het verkavelingconcept en niet moeten
vastgelegd worden in de voorschriften zijn
het zongericht bouwen.
2.4. VOORSCHRIFTEN EN BESTEMMING CARPORT
Alle verhardingen dienen te gebeuren met waterdoorlatende
materialen of materialen toegepast met een brede voeg.
Waterdichte vlakken zijn enkel voor de verhardingen van de
terrassen toegelaten mits ze afwateren naar de tuin en mits
een onmiddellijke bezinking mogelijk is.
Toelichting Stedenbouwkundig voorschrift
Het plaatsen van een carport komt de
mobiliteit ten goede. Op deze manier
dienen geen wagens meer langs het
openbaar domien geparkeerd te worden.
3. NIET-BEBOUWD GEDEELTE
3.1. RELIEFWIJZIGINGEN
Bij open en halfopen bebouwing is het bouwen van een
carport in de zijtuinstrook toegestaan. Bij open bebouwing is
slechts aan 1 zijde van de woning een carport toegelaten. Het
bouwen van een carport is niet mogelijk in een zijkavel
gelegen aan de straat.
De bouwlijn van de carport dient te starten op min 1 m achter
de voorbouwlijn van de woning. Max diepte: 2/3 van de
bouwdiepte.
Indien de afstand tot de perceelsgrens 4m en meer bedraagt,
dient de carport ingeplant te worden op 1m van de
zijkavelgrens.
Indien de afstand tot de perceelsgrens min 3m en minder dan
4m bedraagd: mits wederzijds akkoord met de gebuur kan
onder volgende voorwaarde op de perceelsgrens
gebouwd/gekoppeld worden.
- Het gebruik van hetzelfde gevel en dakmateriaal is bij
koppeling verplichtend.
Max. hoogte 3m
Toelichting Stedenbouwkundig voorschrift
Het gaat om een vlak terrein, waar
reliëfwijzigingen niet wenselijk zijn.
3.2. VERHARDINGEN
Reliëfwijzigingen worden niet toegestaan.
Aanaarden tot op het niveau van de woning is toegelaten
Toelichting Stedenbouwkundig voorschrift
Het is de bedoeling een groen karakter voor
de verkaveling te creëren.
Noodzakelijke voorzieningen voor tuinpaden en oprit mogen
voorzien worden, omrand door groenaanleg.
Buiten de bouwzones dient de tuin aangelegd te worden met
groenaanplantingen
6 / 7 22/05/2012
PDF created with pdfFactory trial version www.pdffactory.com

3.3. INRICHTINGSELEMENTEN
Toelichting Stedenbouwkundig voorschrift
Het groene karakter dient optimaal
gevrijwaard te worden.
3.4. AFSLUITINGEN
Binnen de zone van de achtertuin mag een bijgebouw
opgericht worden op voorwaarde dat ze opgenomen wordt
binnen de groenstructuren van de tuin (sober onopvallend
element). Voor de materialen zijn toegelaten deze van het
hoofdgebouw, hout of metaal.
Toelichting Stedenbouwkundig voorschrift
Gezien de oppervlakte van de tuin zijn
voldoende hoge afsluitingen nodig om
voldoende privacy te garanderen.
ALGEMEEN
In de voortuinstrook mogen gemetste muurtjes, hagen of
groenaanplantingen, een maximum hoogte hebben van 0.8m (
uitzondering wordt gemaakt voor
-Op de achterste perceelsgrens en de zijperceelsgrens mogen
enkel een groene scheiding aangebracht worden (hagen,
draadafsluitingen).
GESLOTEN EN GEKOPPELDE BEBOUWING
Achter de zone voor hoofdgebouwen mag een
scheidingsmuur worden opgetrokken van maximaal 2 meter
hoogte op voorwaarde dat ze een architecturaal geheel vormt
met de woning op deze grens.
Bij de gesloten en gekoppelde bebouwing is het mogelijk om
opeen/ de gemeenschappelijke grens, achter de zone voor
hoofdgebouwen een scheidingsmuur op te richten van max.
2m hoogte en 3m diepte, de rest van van de zijkavelgrens
dient te worden afgesloten dmv een groene scheiding (
hagen, draadafsluiting)
AFMETINGEN
Tuinmuur en draadafsluitingen: maximale hoogte 2 meter
7 / 7 22/05/2012
PDF created with pdfFactory trial version www.pdffactory.com