Surinaamsche almanak voor het jaar 1902 - Manioc

— 149 —
Akten van beleening of inpandgeving van wisselbrieven of
ander bandelspapier, van effecten, Obligatiën, koopmarisgriaderen,
produeten en mineralen, de hernieuwingen dezer akten,
mits niet langer dan uiterlijk voor drie maandea wordende
aangegaan of verlengd, zijn onderhevig aan een zegelrecht
van een half per mille.
Het recht wordt berekend over de som in het stuk uitgedrukt
en wel over de ronde sommen van f 500 tôt aan een
bedrag vau f 10000; en boven de f 10000 over de ronde
sommen van f 1000. Echter zal het recht over sommen van
f 300 of daarbeneden slechts over f 300 worden bereitend.
Alle prima-, secunda-, tertia en verdere wisselbrieven,
orderbriefjes of promessen aan order, assignatiën, bank-, en
ander papier aan toonder en ander bandelspapier, zijn onderhevig
aan het navolgende recht:
wanneer de stukken binnen (*) deze koionie betaalbaar zijn,
een hall per mille ;
wanneer de stukken buiten deze koionie betaalbaar zijn,
een vierde per mille.
Het recht wordt berekend over de som in het stuk uitgedrukt,
en wel:
in het eerste geval, over ronde sommen van f 500 tôt aan
een bedrag van t 10000 en boven de f 10000 over ronde sommen
van f 1000 ; en
in het tweede geval, over de ronde sommen van f 1000
men van f 2000.
Echter zal bet recht, in het eerste geval, voor sommen vau
f 306 of daarbeneden, en in het tweede geval, voor sonmen
van f 000 of daarbeneden, slechts over die f 300 of f 600
werden berekend.
Van het zegelrecht worden o. m. vrijgesteld :
de verzoekschriften of requesten van unvermogenden, mits
van het onvermogen blijke;
alle akten, schrifturen of andere stukken, benobdigd en
dienende in zaken of bandelingen betreffende den invoer van
vreemde arbeiders in de kolonie ;
de certificaten van onvermogen, de akten door notarissen
volgens art. 5 van het reglement op het notarisamot, voor
unvermogenden opgemaakt., alsmede de aan onvermogenden uitgereiktie
certifrcaten Van goed gedrag, en binnen of buitenfana'sche
paspoorten
alle stukken dienende tôt het in dienst treden bij of het
doen gehlen van reden en van vrijstelling van de schuttenden
van de gewaperide burgerniacht in de buitendistricten ;
(*) hat vorige jaargangen was dit fout.