de toepassing van het internationaal verdrag ... - Kinderrechten.nl
de toepassing van het internationaal verdrag ... - Kinderrechten.nl
de toepassing van het internationaal verdrag ... - Kinderrechten.nl
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
68<br />
DE TOEPASSING VAN HET IVRK IN DE NEDERLANDSE RECHTSPRAAK<br />
d. ie<strong>de</strong>r kind dat <strong>van</strong> zijn of haar vrijheid is beroofd <strong>het</strong> recht heeft onverwijld te beschikken over<br />
juridische en an<strong>de</strong>re passen<strong>de</strong> bijstand, alsme<strong>de</strong> <strong>het</strong> recht <strong>de</strong> wettigheid <strong>van</strong> zijn vrijheidsberoving<br />
te betwisten ten overstaan <strong>van</strong> een rechter of an<strong>de</strong>re bevoeg<strong>de</strong>, onafhankelijke en onpartijdige<br />
autoriteit, en op een onverwijl<strong>de</strong> beslissing ten aanzien <strong>van</strong> dat beroep.<br />
In 21 zaken is naar artikel 37 IVRK verwezen. Het vraagstuk <strong>van</strong> <strong>de</strong> rechtstreekse<br />
werking speelt in meer dan <strong>de</strong> helft <strong>van</strong> <strong>de</strong> zaken een rol. Tweemaal is artikel 37 IVRK<br />
in <strong>het</strong> ka<strong>de</strong>r <strong>van</strong> <strong>verdrag</strong>sconforme uitleg en <strong>toepassing</strong> gebruikt. De rechter wijst een<br />
beroep op artikel 37 IVRK in drie uitspraken af en bespreekt in twee an<strong>de</strong>re uitspraken<br />
<strong>het</strong> beroep niet.<br />
Rechtstreekse werking<br />
Dertien zaken hebben betrekking op <strong>de</strong> rechtstreekse werking <strong>van</strong> artikel 37 IVRK. De<br />
vraag naar <strong>de</strong> rechtstreekse werking komt naar voren in situaties waarin <strong>de</strong> min<strong>de</strong>rjarige<br />
naar aa<strong>nl</strong>eiding <strong>van</strong> een machtiging tot uithuisplaatsing is geplaatst in een instelling.<br />
Tot nu toe is <strong>de</strong> rechtstreekse <strong>toepassing</strong> <strong>van</strong> <strong>het</strong> artikel alleen door <strong>de</strong> rechter in<br />
eerste aa<strong>nl</strong>eg expliciet overwogen en één keer door <strong>de</strong> Advocaat-Generaal uitdrukkelijk<br />
besproken. De eerste die <strong>de</strong> rechtstreekse werking <strong>van</strong> <strong>de</strong>ze bepaling aan <strong>de</strong> or<strong>de</strong><br />
stelt, is Advocaat-Generaal Wesseling-<strong>van</strong> Gent in <strong>de</strong> conclusie voor <strong>het</strong> arrest <strong>van</strong> <strong>de</strong><br />
Hoge Raad <strong>van</strong> 5 november 2004. 221 Zij conclu<strong>de</strong>ert:<br />
3.13 De in <strong>het</strong> – rechtstreeks werken<strong>de</strong> – art. 37 IVRK neergeleg<strong>de</strong> norm <strong>van</strong> een “onverwijl<strong>de</strong><br />
beslissing” laat m.i. nog min<strong>de</strong>r ruimte dan <strong>de</strong> norm <strong>van</strong> art. 5 lid 4 EVRM<br />
(“speedily”)(14).<br />
Na <strong>de</strong>ze conclusie <strong>van</strong> <strong>de</strong> Advocaat-Generaal oor<strong>de</strong>len <strong>de</strong> rechtbanken <strong>van</strong> Groningen<br />
en Utrecht dat artikel 37 IVRK rechtstreeks werkt. 222 Zo overweegt <strong>de</strong> rechtbank<br />
Utrecht als volgt:<br />
Artikel 37 IVRK bevat een aantal waarborgen met betrekking tot <strong>de</strong> vrijheidsbeneming<br />
<strong>van</strong> kin<strong>de</strong>ren, zoals <strong>de</strong> waarborg dat geen enkel kind wordt on<strong>de</strong>rworpen aan foltering<br />
of aan een an<strong>de</strong>re wre<strong>de</strong>, onmenselijke of onteren<strong>de</strong> behan<strong>de</strong>ling of bestraffi ng. Gezien<br />
<strong>de</strong> aard, inhoud en strekking <strong>van</strong> artikel 37 IVRK kent <strong>de</strong> rechtbank hieraan rechtstreekse<br />
werking toe.<br />
Uit <strong>de</strong> inhoud en <strong>de</strong> bedoeling <strong>van</strong> <strong>de</strong>ze bepaling leidt <strong>de</strong> rechtbank af dat <strong>de</strong>ze niet<br />
alleen <strong>van</strong> <strong>toepassing</strong> is op jeugdge<strong>van</strong>genissen maar ook op opvoedingsinternaten. 223<br />
221 HR 5 november 2004, LJN AR4322 (concl. A-G E.M. Wesseling-<strong>van</strong> Gent). De Hoge Raad verklaart<br />
verzoeker niet-ont<strong>van</strong>kelijk, omdat ‘<strong>de</strong> termijn <strong>van</strong> <strong>de</strong> door <strong>het</strong> hof verleng<strong>de</strong> machtiging tot uithuisplaatsing<br />
in een gesloten inrichting inmid<strong>de</strong>ls is verstreken’ waardoor verzoeker geen belang meer heeft<br />
bij zijn cassatieberoep.<br />
222 Rb. Groningen 20 <strong>de</strong>cember 2006, LJN AZ5794; Rb. Groningen 20 <strong>de</strong>cember 2006, LJN AZ5807; Rb.<br />
Utrecht 29 oktober 2007, LJN BB8303. De uitspraken <strong>van</strong> <strong>de</strong> rechtbank Groningen zijn bij artikel 9<br />
IVRK on<strong>de</strong>r <strong>het</strong> kopje ‘Rechtstreekse werking’ reeds behan<strong>de</strong>ld.<br />
223 Rb. Utrecht 29 oktober 2007, LJN BB8303.