de toepassing van het internationaal verdrag ... - Kinderrechten.nl
de toepassing van het internationaal verdrag ... - Kinderrechten.nl
de toepassing van het internationaal verdrag ... - Kinderrechten.nl
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
DE TOEPASSING VAN HET IVRK IN PERSONEN-, FAMILIE- EN CIVIELE JEUGDZAKEN 45<br />
Het bestaan <strong>van</strong> rechtstreekse werking zou tot slot uit <strong>de</strong> beschikking <strong>van</strong> <strong>de</strong> rechtbank<br />
Alkmaar kunnen volgen. 146 De rechtbank stelt zich in casu <strong>de</strong> vraag of <strong>de</strong> adoptie<br />
<strong>van</strong> <strong>de</strong> min<strong>de</strong>rjarigen kan wor<strong>de</strong>n uitgesproken, ondanks dat niet voldaan is aan <strong>de</strong><br />
wettelijke eis <strong>van</strong> drie jaar aaneengesloten same<strong>nl</strong>even (artikel 1:277 lid 2 BW). Het<br />
verzoek wordt toegewezen. De rechtbank lijkt artikel 16 IVRK te zien als een bepaling<br />
die rechtstreeks werkt, omdat zij stelt dat <strong>de</strong> nationale regels met betrekking tot adoptie<br />
on<strong>de</strong>rgeschikt behoren te zijn aan <strong>het</strong> recht op eerbiediging <strong>van</strong> <strong>het</strong> gezinsleven dat in<br />
artikel 16 IVRK en artikel 8 EVRM is neergelegd.<br />
Verdragsconforme uitleg en <strong>toepassing</strong><br />
Het hof Den Haag lijkt in één uitspraak <strong>de</strong> zaak aanvullend te toetsen aan artikel 16<br />
IVRK. 147 Uit <strong>de</strong> uitspraak volgt niet dat er een beroep is gedaan op artikel 16 IVRK<br />
door een procespartij. Het hof is <strong>van</strong> mening dat plaatsing <strong>van</strong> <strong>de</strong> min<strong>de</strong>rjarige in een<br />
accommodatie voor gesloten jeugdzorg <strong>het</strong> recht op gezinsleven als bedoeld in artikel<br />
16 IVRK niet schendt. Ter bescherming <strong>van</strong> <strong>de</strong> lichamelijke en geestelijke gezondheid<br />
<strong>van</strong> <strong>de</strong> min<strong>de</strong>rjarige kan inmenging in <strong>het</strong> gezinsleven noodzakelijk zijn om <strong>de</strong> min<strong>de</strong>rjarige<br />
in gesloten setting te plaatsen, aldus <strong>het</strong> hof.<br />
Overig<br />
Het beroep op artikel 16 IVRK faalt in twee uitspraken. Het Haagse hof oor<strong>de</strong>elt een<br />
keer dat <strong>de</strong> min<strong>de</strong>rjarige ook op een an<strong>de</strong>re wijze voor zijn belang had kunnen opkomen.<br />
148 In een an<strong>de</strong>re zaak komt <strong>het</strong> hof Amsterdam tot <strong>de</strong> conclusie dat verzoekster<br />
onvoldoen<strong>de</strong> feiten en omstandighe<strong>de</strong>n heeft aangevoerd die tot <strong>het</strong> oor<strong>de</strong>el zou<strong>de</strong>n<br />
kunnen lei<strong>de</strong>n dat er sprake is <strong>van</strong> een schending <strong>van</strong> <strong>het</strong> IVRK. 149 Ten slotte conclu<strong>de</strong>ert<br />
Advocaat-Generaal Wesseling-<strong>van</strong> Gent voor <strong>de</strong> beschikking <strong>van</strong> <strong>de</strong> Hoge Raad<br />
<strong>van</strong> 14 <strong>de</strong>cember 2007 dat <strong>het</strong> beroep op artikel 16 IVRK dient te wor<strong>de</strong>n verworpen. 150<br />
Volgens <strong>de</strong> Advocaat-Generaal volgt uit artikel 16 IVRK niet dat <strong>de</strong> Raad voor <strong>de</strong> Kin<strong>de</strong>rbescherming<br />
<strong>de</strong> taak heeft een door <strong>de</strong> rechter vastgestel<strong>de</strong> omgangsregeling te begelei<strong>de</strong>n,<br />
zoals verzoeker in cassatie betoogt. De Hoge Raad verklaart verzoeker nietont<strong>van</strong>kelijk<br />
in zijn beroep, omdat hij geen belang meer heeft bij zijn cassatieberoep.<br />
Artikel 18 (Verantwoor<strong>de</strong>lijkheid <strong>van</strong> ou<strong>de</strong>rs)<br />
1. De Staten die partij zijn, doen alles wat in hun vermogen ligt om <strong>de</strong> erkenning te verzekeren<br />
<strong>van</strong> <strong>het</strong> beginsel dat bei<strong>de</strong> ou<strong>de</strong>rs <strong>de</strong> gezame<strong>nl</strong>ijke verantwoor<strong>de</strong>lijkheid dragen voor <strong>de</strong> opvoeding<br />
en <strong>de</strong> ontwikkeling <strong>van</strong> <strong>het</strong> kind. Ou<strong>de</strong>rs of, al naar gelang <strong>het</strong> geval, wettige voog<strong>de</strong>n,<br />
hebben <strong>de</strong> eerste verantwoor<strong>de</strong>lijkheid voor <strong>de</strong> opvoeding en <strong>de</strong> ontwikkeling <strong>van</strong> <strong>het</strong> kind. Het<br />
belang <strong>van</strong> <strong>het</strong> kind is hun allereerste zorg.<br />
146 Rb. Alkmaar 16 januari 2002, LJN AD9522. Deze uitspraak is in <strong>het</strong> ka<strong>de</strong>r <strong>van</strong> artikel 6 IVRK ook bij<br />
dat artikel besproken on<strong>de</strong>r <strong>het</strong> kopje ‘Verdragsconforme uitleg en <strong>toepassing</strong>’.<br />
147 Hof ’s-Gravenhage 25 februari 2009, LJN BJ5002.<br />
148 Hof ’s-Gravenhage 21 juli 2010, LJN BN3670.<br />
149 Hof Amsterdam (zittingsplaats Arnhem) 31 augustus 2010, LJN BO1064.<br />
150 HR 14 <strong>de</strong>cember 2007, LJN BB7711 (concl. A-G E.M. Wesseling-<strong>van</strong> Gent).