02.09.2013 Views

de toepassing van het internationaal verdrag ... - Kinderrechten.nl

de toepassing van het internationaal verdrag ... - Kinderrechten.nl

de toepassing van het internationaal verdrag ... - Kinderrechten.nl

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

DE TOEPASSING VAN HET IVRK IN PERSONEN-, FAMILIE- EN CIVIELE JEUGDZAKEN 43<br />

<strong>het</strong> bijzijn <strong>van</strong> haar advocaat op grond <strong>van</strong> artikel 809 Rv te horen, haar toe te staan<br />

aanwezig te zijn bij <strong>de</strong> mon<strong>de</strong>linge behan<strong>de</strong>ling en bij <strong>het</strong> nemen <strong>van</strong> <strong>de</strong> beslissing met<br />

haar mening rekening te hou<strong>de</strong>n.’ Dit leidt tot <strong>de</strong> slotsom dat <strong>het</strong> niet aanmerken <strong>van</strong> <strong>de</strong><br />

min<strong>de</strong>rjarige als zelfstandig procespartij niet in strijd is met enige <strong>verdrag</strong>sverplichting<br />

en dat <strong>de</strong> min<strong>de</strong>rjarige in haar verzoek in hoger beroep niet-ont<strong>van</strong>kelijk moet wor<strong>de</strong>n<br />

verklaard.<br />

Ook <strong>het</strong> Arnhemse gerechtshof zoekt aansluiting bij artikel 809 Rv. 138 In <strong>de</strong>ze zaak<br />

voert appellante als grief aan dat er in strijd met artikel 12 IVRK is gehan<strong>de</strong>ld, omdat<br />

<strong>de</strong> rechters <strong>de</strong> min<strong>de</strong>rjarigen niet hebben gehoord alvorens hun beslissingen te nemen.<br />

De grief faalt naar <strong>het</strong> oor<strong>de</strong>el <strong>van</strong> <strong>het</strong> hof. Hierbij hecht <strong>het</strong> hof belang aan artikel 809<br />

Rv en overweegt dat <strong>de</strong> Ne<strong>de</strong>rlandse wetgever met artikel 809 Rv heeft voldaan aan<br />

artikel 12 IVRK. Het hof overweegt ver<strong>de</strong>r dat <strong>het</strong> hoorrecht <strong>van</strong> <strong>de</strong> min<strong>de</strong>rjarigen<br />

nog niet <strong>van</strong> <strong>toepassing</strong> was ten tij<strong>de</strong> <strong>van</strong> <strong>de</strong> betreffen<strong>de</strong> procedures, en dat <strong>de</strong> oudste<br />

min<strong>de</strong>rjarige, die nadien twaalf jaar is gewor<strong>de</strong>n, in hoger beroep door <strong>de</strong> rechtercommissaris<br />

is gehoord.<br />

In één uitspraak is artikel 12 IVRK toegepast als on<strong>de</strong>rsteunend argument. 139 Het<br />

Haagse hof zocht steun in artikel 12 IVRK voor <strong>de</strong> beslissing dat voldaan is aan <strong>de</strong><br />

verplichting <strong>van</strong> artikel 809 Rv. Dit valt te constateren in <strong>de</strong> volgen<strong>de</strong> overweging <strong>van</strong><br />

<strong>het</strong> hof:<br />

8. Het hof overweegt nog in <strong>het</strong> bijzon<strong>de</strong>r dat <strong>het</strong> voorschrift <strong>van</strong> artikel 809 Rv een<br />

recht <strong>van</strong> <strong>de</strong> min<strong>de</strong>rjarigen betreft en mitsdien niet een plicht. De eis <strong>van</strong> <strong>de</strong> moe<strong>de</strong>r dat<br />

<strong>de</strong> kin<strong>de</strong>ren door <strong>het</strong> hof moeten wor<strong>de</strong>n gehoord verdraagt zich niet met dit uitgangspunt,<br />

dat ook voortvloeit uit artikel 12 <strong>van</strong> <strong>het</strong> Verdrag inzake <strong>de</strong> rechten <strong>van</strong> <strong>het</strong> kind<br />

(IVRK), waarin wordt vermeld dat ie<strong>de</strong>r kind <strong>het</strong> recht heeft zijn mening vrijelijk te uiten<br />

in aangelegenhe<strong>de</strong>n die <strong>het</strong> kind betreffen, waarbij aan <strong>de</strong> mening <strong>van</strong> <strong>het</strong> kind passend<br />

belang moet wor<strong>de</strong>n gehecht.<br />

Overig<br />

In <strong>de</strong> overige zaken betreffen<strong>de</strong> artikel 12 IVRK faalt in drie uitspraken <strong>het</strong> beroep op<br />

<strong>de</strong>ze bepaling. 140 Hier<strong>van</strong> is bijvoorbeeld sprake in <strong>de</strong> beschikking <strong>van</strong> <strong>de</strong> rechtbank<br />

Haarlem. 141 Zij verwerpt <strong>het</strong> beroep met als re<strong>de</strong>n dat artikel 12 IVRK niet <strong>het</strong> recht<br />

<strong>van</strong> <strong>het</strong> kind on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> twaalf jaar bevat om een verzoekschrift in te dienen.<br />

De bespreking <strong>van</strong> <strong>het</strong> beroep op artikel 12 IVRK wordt ten slotte in twee zaken<br />

uitdrukkelijk door <strong>de</strong> rechter achterwege gelaten, omdat <strong>de</strong> overige aangevoer<strong>de</strong> gron<strong>de</strong>n,<br />

waaron<strong>de</strong>r <strong>het</strong> beroep op artikel 12 IVRK, geen behan<strong>de</strong>ling meer behoeven. 142<br />

De rechter gaat over tot vernietiging <strong>van</strong> <strong>de</strong> bestre<strong>de</strong>n beschikking.<br />

138 Hof Arnhem (zittingsplaats Leeuwar<strong>de</strong>n) 2 februari 2010, LJN BL3774. Vgl. HR 11 februari 2011,<br />

LJN BO9615 (concl. A-G F.F. Langemeijer); HR 17 juni 2011, LJN BQ2810 (concl. A-G E.B. Rank-<br />

Berenschot, sub 2.31).<br />

139 Hof ’s-Gravenhage 18 augustus 2010, LJN BN5164.<br />

140 Rb. Haarlem 29 april 2003, zaaknr. 91632/2003; Rb. Haarlem (vzr.) 9 november 2006, LJN AZ1904;<br />

Hof ’s-Gravenhage 21 juli 2010, LJN BN3670.<br />

141 Rb. Haarlem 29 april 2003, zaaknr. 91632/2003.<br />

142 HR 4 april 2008, LJN BC2241; Hof ’s-Gravenhage 11 november 2008, LJN BG6213.

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!